NL8300747A - Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderreinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze. - Google Patents

Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderreinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze. Download PDF

Info

Publication number
NL8300747A
NL8300747A NL8300747A NL8300747A NL8300747A NL 8300747 A NL8300747 A NL 8300747A NL 8300747 A NL8300747 A NL 8300747A NL 8300747 A NL8300747 A NL 8300747A NL 8300747 A NL8300747 A NL 8300747A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
soaking
bath
caustic
cleaned
lye
Prior art date
Application number
NL8300747A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Seitz Enzinger Noll Masch
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Seitz Enzinger Noll Masch filed Critical Seitz Enzinger Noll Masch
Publication of NL8300747A publication Critical patent/NL8300747A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B3/00Cleaning by methods involving the use or presence of liquid or steam
    • B08B3/04Cleaning involving contact with liquid
    • B08B3/10Cleaning involving contact with liquid with additional treatment of the liquid or of the object being cleaned, e.g. by heat, by electricity or by vibration
    • B08B3/14Removing waste, e.g. labels, from cleaning liquid; Regenerating cleaning liquids
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B9/00Cleaning hollow articles by methods or apparatus specially adapted thereto 
    • B08B9/08Cleaning containers, e.g. tanks
    • B08B9/20Cleaning containers, e.g. tanks by using apparatus into or on to which containers, e.g. bottles, jars, cans are brought
    • B08B9/28Cleaning containers, e.g. tanks by using apparatus into or on to which containers, e.g. bottles, jars, cans are brought the apparatus cleaning by splash, spray, or jet application, with or without soaking
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F9/00Multistage treatment of water, waste water or sewage

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Cleaning By Liquid Or Steam (AREA)
  • Cleaning In General (AREA)
  • Processing Of Solid Wastes (AREA)
  • Detail Structures Of Washing Machines And Dryers (AREA)
  • Filtration Of Liquid (AREA)

Description

* . - -ί VO 4611
Titel: Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderrei-nigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze.
/
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheden van uit houderreinigingsmachines met afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen volgens de aanhef van conclusie 1, en een houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werk-5 wijze.
Bij houderreinigingsmachines met een, eventueel een aantal baden omvattend loogweekbad is het gebruikelijk stroomopwaarts van het loog-weekbad een met water bedreven voorweking aan te brengen, waarin het verbruikte sproeiwater toevloeit vanuit de stroomafwaarts van het loog-10 weekbad aangebrachte sproeigebieden en dat als afvalwater de voorweking verlaat. Dit afvalwater is aanzienlijk belast met schadelijke stoffen, die met de te reinigen houders, bij voorbeeld flessen, alsmede met het uit de sproeiafdeling wegstromende verbruikte sproeiwater in hoofdzaak in de voorweking terechtkomen. Met de door de voorweking lopende flessen 15 worden drankresten en aan de fleswanden hechtende losse vuildeeltjes ingebracht. Met het verbruikte sproeiwater uit het loogweekbad komen weggevoerde chemische wasmiddelen en vuildeeltjes van alle mogelijke soorten in de voorweking. De zodoende gevormde hoeveelheden schadelijke stoffen, die in hoofdzaak bestaan uit bezinkbare en oxydeerbare stoffen, 20 zijn in afhankelijkheid van de mate van vervuiling van de flessen in zodanige concentraties in het afvalwater aanwezig, dat dit bijvoorbeeld bij het direkt in een water leiden, tot een aanzienlijke, dikwijls ontoelaatbare milieubelasting voert. Aan de andere kant moeten in afhankelijkheid van de schadelijkheid respectievelijk belasting van het afval-25 water wettelijk vastgelegde belastingen worden voldaan, die de bottel-bedrijven financieel sterk belasten.
Door de flessenreinigingsmachine volgens het Duitse Offenlegungs-schrift 2.943.110 is reeds bekend om het uit de voorweking weglopende afvalwater toe te voeren aan een zeef-reinigingshouder voordat het wordt 30 toegevoerd aan een warmtewisselaar, welke houder voornamelijk dient voor het tegenhouden van grove stoffen. Het is duidelijk, dat deze houder 8300747 é ï - 2 - alleen is bedoeld om de werking van de warmtewisselaar met het oog op de uit te voeren warmtewisseling te waarborgen.
Het is de opgave van de uitvinding een eenvoudige en goedkope werkwijze _aan te geven om de voorheen door het afvalwater uit de voor-5 weking van houderreinigingsmachines meegevoerde hoeveelheden schadelijke stoffen zodanig te verminderen, dat zij de door het verbruikte sproeit water van een of elke sproeiafdeling meegevoerde hoeveelheid schadelijke stoffen niet overschrijden, en wordt voldaan aan de voorwaarden voor het direkt of indirekt inbrengen van het afvalwater.
10 Uitgaande van de werkwijze volgens de in de aanhef vermelde soort is deze opgave volgens de uitvinding opgelost door de onderscheidende maatregelen van conclusie 1.
Een houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding heeft de onderscheidende maatregelen van conclu-15 sie 13.
Verdere maatregelen van de uitvinding blijken uit de volgconclu- sies.
Met de voorgestelde werkwijze worden in het bijzonder de met een hoge temperatuur werkendè reinigingsmachines optredende moeilijkheden 20 met betrekking tot het afvalwater uitgeschakeld. Dit heeft in het ongunstigste geval alleen nog de hoeveelheid schadelijke stoffen, die het verbruikte sproeiwater meevoert. Deze hoeveelheid schadelijke stoffen is zodanig klein, dat dit niet of slechts in geringe mate belastingplichtig is en niet voert tot belasting van het milieu. Bovendien worden 25 de dagelijkse kosten voor de houderreiniging aanzienlijk verminderd.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin:
Fig. 1 een uitvoeringsvorm toont van de houderreinigingsmachine met een uit een bad bestaande voorweking, en 30 Fig. 2 een tweede uitvoeringsvorm toont van. de houderreinigings machine met een dubbele voorweking.
In fig. 1 is met het verwijzingscijfer 10 een gebruikelijke houderreinigingsmachine voor flessen aangeduid. Bij deze machine 10 komen de te reinigen flessen via een toevoerinrichting 11. en: een. daarop zich aan-35 sluitende machine-opening in een door niet-afgeheelde flessenmanden en 8300747 t « - 3 - » f transportkettingen zonder einde gevormde transportinrichting 12. Door middel hiervan worden de flessen eerst gevoerd door een met weekloog bedreven voorweking 13 en aansluitend in een met in hoofdzaak dezelfde • loogconcentratie bedreven eerste weekbad 14 van een loogweekbad 15.
5 Na omkering van de transportinrichting 12 passeren de flessen een loog-sproeigebied 16 en een tweede, meestal met een kleinere loogconcentratie bedreven weekbad 17 van het loogweekbad 15, alsmede een zich boven het weekbad 14 uitstrekkende transportbaan met een aantal op temperatuur gebrachte sproeigebieden 18, 19, 20, 21 om tenslotte na het doorlopen van 10 een uitdruipgebied 22 door een afvoerinrichting 23 uit de machine te worden verwijderd. De voorweking 13 alsmede de weekbaden 14, 17 van de loogweking 15 zijn voorzien van gebruikelijke middelen voor het aanhouden van de badvloeistof peilen, en het loogweekbad 15 van gebruikelijke mechanismen voor het instandhouden van de loogconcentratie in de week-15 baden 14, 17.
Op de uit een bad bestaande voorweking 13 is met een vanaf de voorweking 13 zich uitstrekkende buisleiding 24 een loogreinigings-inrichting, bijvoorbeeld een zuigbandfilter 25 aangesloten voor het afscheiden van de bezinkbare en oxydeerbare stoffen. Aan deze reini-20 gingsinrichting wordt tijdens het bedrijf van de machine 10 voortdurend een te reinigen deelstroom toegevoerd, die vooraf door middel van een in de buisleiding 24 opgenomen pomp 26 uit de voorweking 13 wordt verwijderd, voor het passeren van de pomp 26 grof wordt voorgereinigd met een -platenzeef 27, alsmede na het passeren van de pomp 26 en een daarna 25 plaatsvindende toevoeging van een filtreerhulpmiddel in de vorm van een uitvlokkingshulpmiddel wordt toegevoerd aan een reaktiehouder 28. Voor het toevoegen van het uitvlokkingshulpmiddel, bijvoorbeeld een poly-electrolyt, is op de buisleiding 24 een doseerinrichting 29 met een toe-voerleiding 30 aangesloten. Een in de buisleiding 24 tussen de reaktie-30 houder 28 en het zuigbandfilter 25 voorzien afsluitorgaan 31 dient voor het instellen van de verblijfstijd van het loog in de reaktiehouder 28 om enerzijds tot aan het filtreren van de loog, het op het uitvlokkingshulpmiddel neerslaan mogelijk te maken van de af te scheiden, bezinkbare en oxydeerbare stoffen, en anderzijds, indien nodig, de onderbreking 35 van de loogtoevoer naar het zuigbandfilter 25.
8300747 ik - 4 -
De gereinigde deelstroom komt via een vanaf het zuigbandfilter 25 zich uitstrekkende terugvoerleiding 33 met behulp van een transportpomp 32 in een weekbad van de machine, bijvoorbeeld in het een vergelijkbare loogconcentratie hebbende weekbad 14 van het loogweekbad 15. In de het 5 weekbad 14 met het zuigbandfilter 25 verbindende terugvoerleiding 33, alsmede in een vanaf het als tussenbesproeiing uitgevoerde sproeigebiêd 18’ onder het om de voorweking 13 heenlopen naar de openbare riolering afvoerende afvalwaterleiding 34, is een warmtewisselaar 35 opgenomen, die aan het verbruikte sproeiwater, dat bijvoorbeeld door middel van 10 (&2 op een met wettelijke eisen overeenkomende, niet bezwaarlijke pH-waarde tussen 6,5 en 9 is verlaagd en met betrekking tot bezinkbare c en oxydeerbare stoffen niet bezwaarlijk is, warmte onttrekt en toevoert aan de gereinigde deelstroom- Voor deze warmte-overdracht is de warmtewisselaar 35 aan de primaire zijde opgenomen in de terugvoerleiding 33 15 en aan de secundaire zijde in de afvalwaterleiding 34, en zodanig uitgevoerd, dat het verbruikte sproeiwater, dat als afvalwater wordt afgevoerd in de openbare riolering, met betrekking tot de temperatuur zonder bezwaar is, en voldoet aan de wettelijke minimumeisen, bijvoorbeeld Ö ten hoogste 35 C.
20 Voor het vereffenen van de aan de voorweking 13 in de vorm van de deelstroom onttrokken hoeveelheid badvloeistof, is een het weekbad 14 met de voorweking 13 verbindende vereffeningsleiding 36 voorzien. Een daarin aangebrachte pomp 37 in de vorm van. een centrifugaalpomp met een stroomopwaarts daarvan aangebracht-, afsluitorgaan 38 voert aan de voor-25 weking 13 vanuit het weekbad 14 een eventueel door het smoren van het af sluitorgaan 38 instelbare hoeveelheid vloeistof toe, die overeenkomt met de hoeveelheid van de niet gereinigde deelstroom met inbegrip van die van de transportinrichting 12 uit de voorweking 13 in het weekbad 14 weggevoerde hoeveelheid. Door deze maatregel wordt in de voorweking 13 30 in hoofdzaak de op gebruikelijke wijze in het weekbad 14 ingestelde loogconcentratie in. stand gehouden. Bovendien wordt door de leiding-verbindingen 24, 33, 36 een kringloop bereikt, die een doorlopende loog-regeneratie van de voorweking 13 met inbegrip van het loogweekbad 15 verzekert. Afhankelijk van de hoogte waarop de vuilhelading respectie-35 velijk de hoeveelheid schadelijke stoffen zich in het verbruikte spoel— 8300747 * x - 5 - water, dat wil zeggen het afvalwater, instelt, moet de hoeveelheid van de aan de voorweking 13 te ontnemen deelstroom, die moet worden gereinigd, worden vastgelegd en vanuit het weekbad 14 via de vereffenings-leiding 36 worden nagevoerd.
5 Wanneer de voorweking 13 voor een betere temperatuurindeling ten opzichte van het weekbad 14 is uitgevoerd als dubbele voorweking (fig. 2), waarbij deze bestaat uit althans twee in de transportrichting van de machine achter elkaar liggende, bij voorkeur uit twee boven elkaar aangebrachte baden, te weten aan een stroomopwaarts eerste bad 50 10 en een daaropvolgend tweede bad 51 bestaat, verdient de aansluiting van het zuigbandfilter 25 door middel van de buisleiding 24 op het eerste bad 50 en de aansluiting van de vereffeningsleiding 36 op het tweede bad 51 aanbeveling. Bij deze uitvoeringsvorm komt het door middel van de vereffeningsleiding 36 aan het tweede bad 51 vanuit het weekbad 14 toe-15 gevoerde loog door overloop bij het koudste gebied van het bad 51 in het warmste gebied van het eerste bad 50, waardoor het een deel van de warmte af geeft aan de transportinrichting 12 en de daarin zich bevindende flessen. Hierdoor stelt zich in het eerste bad 50 een lagere badtempe-ratuur in dan in het tweede bad 51, zodat de thermische belasting van 20 de flessen bij het binnengaan van de dubbele voorweking minder is dan bij een uit een bad bestaande voorweking.
Wanneer een aanzienlijke inbreng van schadelijke stoffen in de voorweking 13 is gegeven als gevolg van de toevoer van sterk vervuilde flessen, is het voordelig om met voorafbepaalde tussenpozen het via de 25 buisleiding 24 uit de voorweking 13 verwijderen van de deelstroom te onderbreken, en tijdens de onderbreking een reeds grof voorgereinigde deelhoeveelheid loog door middel van een op het achterste gebied van het weekbad 14 aangesloten en naar de buisleiding 24 gevoerde verbin-dingsleiding 39 uit het weekbad 14 te verwijderen en door middel van de 30 reactiehouder 28 en het zuigbandfilter 25 te reinigen en daarna terug te leiden in het weekbad 14. Hiertoe is in de buisleiding 24 alsmede tussen de voorweking 13 en de platenzeef 27, en tussen de pomp 26 en de aansluiting van de toevoerleiding 30 een afsluitorgaan 40 respectievelijk 41 aangebracht, en is de verbindingsleiding 39 tussen de pomp 26 35 en het afsluitorgaan 41 aangesloten op de buisleiding 24 en voorzien 8300747 - 6 - van een pomp 42 en een afsluitorgaan 43.
Voor het verwijderen van de deelhoeveelheid loog uit het weelbad 14 via de verbindingsleiding 39 moet eerst het afsluitorgaan 40 in de sluitstand worden gesteld, alsmede de pomp 26 worden uitgeschakeld, 5 waarbij verder de afsluiter 38 voor het vereffenen van de wegvoerhoe-veelheid op een verkleinde, doorgang moet worden ingesteld, alsmede het afsluitorgaan 43 op doorgang moet worden ingesteld en de pomp 42 moet worden ingeschakeld. De terugvoer van deiin het zuigbandfilter 25 gereinigde deelhoeveelheid vindt plaats via de terugvoerleiding 33 in 10 het weekbad 14. Deze alleen het weekbad 14 omvattende vloeistof kringloop moet in de voorafbepaalde tussenpozen afwisselend met de vloeistof-kringloop, die de voorweking 13 en het weekbad 14 omvat, worden door gevoerd, opdat het verbruikte sproeiwater slechts een kleine lading oxydeerbare stoffen, bijvoorbeeld met een concentratie van 250 mg/1 15 CSB, heeft.
Voor een nodig wordende reiniging van de voorweking 13, in het bijzonder bij een vastgestelde aanslagvorming, is het doelmatig een ver-zamelhouder 44 te voorzien en deze aan de ingangszijde onder tussenschakeling van een afsluitorgaan 45, alsmede aan de uitgangszijde onder 20 tussenschakeling van een pomp 46 en nog een afsluitorgaan 47 met een buisleiding 48 respectievelijk 49 aan te sluiten op de verbindingslei— ding 39. Bij gebruik van deze verzamelhouder 44 wordt daaraan bij het gesloten zijn van de afsluitorganen 31, 38, 41, 43, 47, het uitgescha— keld..zijn van de pomp 37 en het geopend zijn van de afsluitorganen 40, ·. 25 45, alsmede het .ingeschakeld zijn van de pomp 26, de uit de voorweking 13 door middel van de pomp 26 onttrokken loog via de buisleiding 24, de verbindingsleiding 39 en de buisleiding 48 toegevoerd. Na de reiniging van. de voorweking 13 wordt hij het gesloten zijn van het afsluitorgaan 40,het geopend zijn van het afsluitorgaan 38 en het ingeschakeld 30 zijn van de pomp 37, een hoeveelheid loog, die overeenkomt met de in de verzamelhouder 44 af gevoerde hoeveelheid, vanuit het weekbad 36 in de voorweking 13 getransporteerd, en wordt bij het bereiken van het oorspronkelijke peil, de afsluiter 38 gesloten en de pomp 37 uitgeschakeld. Bij het verder gesloten zijn van het afsluitorgaan 40, het eveneens 35 gesloten zijn van de afsluitorganen 43, 45 en het geopend zijn van de 8300747 - 7 - afsluitorganen 31, 41, 47, alsmede het ingeschakeld zijn van de pompen 46, 32 wordt de in de verzamelhouder 44 tijdelijk opgeslagen loog via de buisleiding 49, de verbindingsleiding 39 en de buisleiding 24 toegevoerd aan het zuigbandfilter 25. Hierbij is de loog van tevoren voorzien 5 van het via de toevoerleiding 30 toegevoerde uitvlokkingshulpmiddel, en voor het werkzaam worden van het uitvlokkingshulpmiddel over de vereiste verblijfstijd in de reactiehouder 28 geleid. Uit het zuigbandfilter 25 komt de gereinigde loog dan door middel van denpomp 32 via de terugvoerleiding 33 in het weekbad 14. Zodra de verzamelhouder 44 is 10 geleegd, wordt het afsluitorgaan 47 gesloten, de pomp 46 uitgeschakeld en de, bijvoorbeeld de voorweking 13 en het weekbad 14 omvattende vloei-stofkringloop, tot stand gebracht.
Natuurlijk kan. het opneemvermogen van de verzamelhouder 44 zodanig zijn uitgevoerd, dat voor uit te voeren reinigingshandelingen ook de in 15 het weekbad 14 en eventueel de in het weekbad 17 aanwezige hoeveelheid loog tussentijds kan worden opgeslagen. In een dergelijk geval komt de behandeling van de tussentijds»opgeslagen hoeveelheid voor terugvoer in het betreffende weekbad 14 respectievelijk 17 overeen met de hiervoor beschreven behandeling van de uit de voorweking 13 onttrokken loog.
20 Voor deze tussentijdse opslag van de loog is in het geval van het weekbad 17 voor het onttrekken van loog een afsluitbare verbinding te voorzien tussen het weekbad 14 en de pomp 42 met de leidingverbinding 39, en voor het terugvoeren van de loog nog een afsluitbare verbinding vanaf de terugvoerleiding 33 naar het weekbad 17 (niet nader afgeheeld). 25 De in fig. 2 afgebeelde machine 10 onderscheidt zich van de in fig. 1 afgebeelde houderreinigingsmachine in hoofdzaak door de dubbele voorweking 13 met de baden 50 en 51, waarbij de aan het eerste bad 50 onttrokken en gereinigde deelstroom wordt toegevoerd aan het tweede bad 51. Hiertoe is tussen de warmtewisselaar 35 en het weekbad 14 een naar 30 het tweede bad 51 gevoerde en van een afsluitorgaan 53 voorzien aftak-leiding 52 voorzien, die is aangesloten op de terugvoerleiding 33. Bovendien is in de terugvoerleiding 33 tussen de aansluiting van de aftakleiding 52 en het weekbad 14 een afsluitorgaan 54 opgenomen, zodat bij het gesloten zijn van het afsluitorgaan 54 en het geopend zijn van 35 het afsluitorgaan 53, de gereinigde loogdeelstroom niet in het weekbad 14 8300747 - 8 - komt, maar via de aftakleiding 52 in het tweede bad 51,. Wanneer daarentegen. het afsluitorgaan 53 is gesloten en het afsluitorgaan 54 geopend, en daardoor de het weekbad 14 omvattende vloeistofkringloop tot stand is gebracht, kan door middel van de pomp 42 aan het weekbad 14 loog 5 via de verbindingsleiding 39 worden onttrokken, en de gereinigde loog— deelstroom via de terugvoerleiding 33 in het weekbad 14 worden terug-’ geleid. Hierbij dient de op het tweede weekbad 51 aangesloten vereffe— ningsleiding 36 voor het vereffenen respectievelijk aanvullen van de uit de voorweking 13 weggevoerde looghoeveelheid met inbegrip van de 10 bij’ de loogreiniging, bijvoorbeeld bij het verwijderen van de schade- . lijke stoffen, ontstane loog verliezen uit'het weekbad 14. Door de toepassing van de aftakleiding 52 en de afsluitorganen 53, 54 samen met de terugvoerleiding 33 is zodoende een afzonderlijke vloeistofkringloop voor het regenereren van de logen uit de dubbele voorweking 13 en het 15 weekbad 14 tot stand te brengen. Daardoor bestaat het voordeel, dat naast de gunstige temperatuurverdeling tussen de dubbele voorweking 13 en het weekbad 14, vanuit de dubbele voorweking 13 slechts de door de transportinrichting 12 op gebruikelijke wijze weggevoerde looghoeveelheid in het weekbad 14 komt. In samenhang met de hiervoor beschreven • 20 vloeistofkringlopen vervult de dubbele voorweking zodoende de rol van ~ tot nu toe toegepaste watervoorwekingen, te weten het ver van het loog— weekbad 15 houden van ongewenste schadelijke stoffen.
Tot de uitvinding behoort ook om het in het tussensproeigebied 18 ontstane, verbruikte sproeiwater van de sproeigebieden 18 - 21 toe 25 te voeren aan een niet af geheelde waterverwerkingsinstallatie, op de ingang waarvan de afvalwaterleiding 34 is aangesloten, en het na de verwerking als voor industrie of landbouw geschikt water toe te voeren aan bijvoorbeeld het tussensproeigebied 18 of de als warrawaterversproei-ingen uitgevoerde sproeigebieden 19, 20. Hierdoor wordt een aanzienlijke 30 spraeiwaterhesparing bereikt, en de inbreng aan schadelijke stoffen • nog verminderd. Op de uitgang van de waterverwerkingsinstallatie kan ook het behandelingsgebied worden aangesloten van een andere behande-lingsmachine, bijvoorbeeld een bakwasmachine voor het benutten van het bereide sproeiwater.
35 In plaats van de gemeenschappelijke loogreinigingsinrichting 8300747 --9- 25, 28, 29 voor de deelstroom uit de voorweking 13 en de deelhoeveelheid uit het loogweekbad 15 kunnen voor de deelstroom en de deelhoeveelheid ook afzonderlijke reinigingsinrichtingen toepassing vinden.
8300747

Claims (18)

1. Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houder-reinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, welke machines een voorweking, een daarop aansluitend eventueel een aantal baden omvattend loogweekbad en daarop aansluitende sproeiafde- 5 ling en hebben,, waarvan het verbruikte sproeiwater naar het afvalwater wordt geleid, met het kenmerk, dat weekloog als badvloeistof wordt gebruikt voor de voorweking (13), van welke weekloog althans een deelstroom uit de voorweking wordt gereinigd en voor een verdere behandeling van houders met inachtneming van aan te houden badvloeistofpeilen en een 10 voldoende loogregeneratie wordt teruggeleid-in een weekbad (13, 14, 17) met vergelijkbare loogconcentratie, waarbij het verbruikte sproeiwater . van de sproeiaf delingen (18 - 21) om de voorweking heen wordt af gevoerd..
2. Werkwijze volgens, conclusie 1, met het. kenmerk, dat de deelstroom tijdens bedrijf van de machine (10) voortdurend wordt onttrokken, ge- 15 reinigd, en de gereinigde deelstroom wordt teruggeleid in het in de transportr'ichting van de houders op de voorweking (13) volgende weekbad (14) van het loogweekbad (15), waarbij een met de gereinigde deel-• stroom overeenkomende hoeveelheid badvloeistof met inbegrip van de wegvoerhoeveelheid wordt onttrokken aan het weekbad en geleid naar de 20 voorweking.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het. kenmerk, dat de gereinigde deelstroom wordt teruggeleid in de voorweking (13), waarbij ontbrekende hoeveelheden uit het weekbad (14) respectievelijk 17) van het loogweekbad (15) met vergelijkbare loogconcentratie worden aangevuld, waar- 25 bij voor een. voldoende loogregeneratie van het loogweekbad, aan het weekbad (14) een deelhoeveelheid badvloeistof wordt onttrokken, gereinigd en teruggeleid in het weekbad.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de aan de voorweking (13) onttrokken deelstroom en de aan het weekbad (14) ont- 30 trokken deelhoeveelheid in bepaalde tussenpozen afwisselend worden geleid naar een gemeenschappelijke loogreinigingsinrichting (25). 8300747 - 11 -
5. Werkwijze volgens de conclusies 3 en 4, waarbij de voorweking bestaat uit althans twee in de transportrichting van de houders achter elkaar liggende baden, met het kenmerk, dat de te reinigen deelstroom wordt onttrokken, aan het in de transportrichting eerste bad (50), 5 waarbij de gereinigde deelstroom, wordt teruggeleid in het in de transportrichting laatste bad. (51).
6. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de gereinigde deelstroom wordt teruggeleid in het een lage loogconcentratie hebbende weekbad (17) van het loogweekbad (15), waarbij een met de gereinigde 10 deelstroom overeenkomende hoeveelheid badvloeistof aan het weekbad wordt onttrokken en geleid naar de voorweking (13).
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat voor terugleiding in een weekbad (13, 14) warmte van het verbruikte sproeiwater wordt toegevoerd aan de gereinigde deelstroom. 15 8- Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat zowel de aan de voorweking (13) onttrokken deelstroom als de aan het loogweekbad (15) onttrokken deelhoeveelheid worden toegevoerd aan een althans voor het afscheiden van bezinkbare en oxydeerbare stoffen geschikte loogreinigingsinrichting (25).
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de deelstroom respectievelijk de deelhoeveelheid wordt behandeld met een uitvlokkings-hulpmiddel voor het afscheiden van de bezinkbare en oxydeerbare stoffen.
10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de deelstroom respectievelijk de deelhoeveelheid grof wordt voorgereinigd voor behande- 25 ling met het uitvlokkingshulpmiddel.
11. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het verbruikte sproeiwater als afvalwater wordt weggeleid.
12. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het verbruikte sproeiwater wordt weggeleid voor bewerking tot water voor gebruik in de 30 industrie en de landbouw, en na verwerking wordt toegevoerd aan de sproeigebieden (18 - 20) voor verbruikt sproeiwater, of asm het behande-lingsgebied van een andere behandelingsmachine.
13. Houderreinigingsmachine, in het bijzonder voor flessen, voor het uitvoeren van de werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 35 voorweking (13) is uitgevoerd voor het opnemen van weekloog als bad- 8300747 - 12 - vloeistof, en is aangesloten op een loogreinigingsinrichting (25) voor het verwijderen van. bezinkbare en oxydeerbare stoffen, welke loogreinigingsinrichting is verbonden met een terugvoer1eiding (33) met een met een vergelijkbare loogconcentratie hebbend weekbad.(13, 14, 17) en 5 is voorzien van een de voorweking en het weekbad verbindende vereffe-ningsleiding (36), waarbij de afvoerleiding voor het verbruikte sproei-water van de sproeistations (18,.- 21)· is uitgevoerd als een om de voorweking heen lopende afvalwaterleiding (34). 14* Machine volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de terug-10 voerleiding (33) van de loogreinigingsinrichting (25) is aangesloten op het weekbad (14) van het loogweekbad (15), 15., Machine volgens conclusie 14, met. het kenmerk, dat de voorweking (13) is uitgevoerd als dubbele voorweking (50, 51), waarbij de loogreinigingsinrichting (25) is aangesloten op het in de transportrichting 15 eerste bad (50), en de vereffeningsleiding (36) onder tussenschakeling van een afsluitorgaan (38) en een pomp (37) op het in de transportrichting tweede bad (51).
16. Machine volgens conclusie 13, met het-kenmerk, dat een warmte^ wisselaar (35) aan de primaire zijde is opgenomen in de terugvoerleiding 20 (33) en aan de secundaire zijde in de af veil wat er 1 eiding (34).
17. Machine volgens de conclusies 13 - 16, met hetr kenmerk, dat de loogreinigingsinrichting bestaat uit een zuigbandfilter (25), waaraan een in de op de voorweking (13) aangesloten, toevoerende buisleiding (24) een reactiehouder (28) is toegevoegd met stroomopwaarts daarvan een 25 doae.er inrichting (23, 3Q.L en een platenzeef (271.
18. Machine volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat op de buisleiding (24) tussen de platenzeef (27) en de aansluiting van de doseer-inrichting (29, 30) op de buisleiding (24), een vanaf het achterste badgebied vein het weekbad (14) met daartussen opgenomen pomp (42) en 30 afsluitorgaan (43) afvoerende verbindingsleiding (39) is aangesloten, waarbij tussen de voorweking (13) en de platenzeef een afsluitorgaan (40) is opgenomen in de buisleiding-i·
19. Machine volgens conclusie 18, met het kenmerk-, dat op de ver-bindingsleiding (39) door middel van buisleidingen (48, 49) en daartus- 35 sen opgenomen afsluitorganen (45, 47) een verzamelhouder (44) in- respectievelijk uitschakelbaar is aangesloten.. 8300747 - 13 - 20» Machine volgens een der conclusies 13, 15-19, met het kenmerk, dat tussen het weekbad (14) en de warmtewisselaar (35) een afsluitor-gaan (54) is geplaatst in de terugvoerleiding (33), waarop in de stro-mingsrichting voor het afsluitorgaan een naar de voorweking (13) voerende 5 vein een afsluitorgaan (53) voorziene aftakleiding (52) is aangesloten.
21. Machine volgens de conclusies 15 en 20, met het kenmerk, dat bij het dubbel uitvoeren van de voorweking (13) de aftakleiding (52) is aangesloten op het tweede bad (51).
22. Machine volgens een der conclusies 13 - 21, met het kenmerk, dat 10 de afvalwaterleiding (34) is aangesloten op de ingang van een waterver- werkingsinstallatie, die met een uitgang weer is verbonden met de sproeigebieden (18 - 20) voor verbruikt sproeiwater of op een behande-lingsgebied van een andere behandelingsmachine, bijvoorbeeld een bakwasinrichting. 8300747
NL8300747A 1982-03-01 1983-02-28 Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderreinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze. NL8300747A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19823207225 DE3207225A1 (de) 1982-03-01 1982-03-01 Verfahren zum vermindern der in das abwasser gelangenden schadstoffmenge aus gefaessreinigungsmaschinen und gefaessreinigungsmaschine zur durchfuehrung des verfahrens
DE3207225 1982-03-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8300747A true NL8300747A (nl) 1983-10-03

Family

ID=6156958

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8300747A NL8300747A (nl) 1982-03-01 1983-02-28 Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderreinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4512811A (nl)
JP (1) JPS58171389A (nl)
BE (1) BE896058A (nl)
DE (1) DE3207225A1 (nl)
FR (1) FR2522317A1 (nl)
IT (1) IT1166415B (nl)
NL (1) NL8300747A (nl)

Families Citing this family (15)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0140153A3 (en) * 1983-10-27 1986-07-30 Gyorgy Teglasy Coin-operated apparatus for dispensing cooling elements
DE3423244A1 (de) * 1984-06-23 1986-01-02 Johannes Arno Hartenstein Kg, 8670 Hof Flaschenreinigungsmaschine
DE3512463A1 (de) * 1985-04-04 1986-10-16 Holstein Und Kappert Gmbh, 4600 Dortmund Verfahren zur reduzierung des waermeverbrauchs an flaschenreinigungsmaschinen
DE3520411A1 (de) * 1985-06-07 1987-01-22 Hermann Wolf Vorrichtung zum reinigen von behaeltern, insbesondere glasflaschen
DE3633652A1 (de) * 1986-10-03 1988-04-14 Turbon Tunzini Klimatechnik Verfahren zum entsorgen von lauge aus reinigungsmaschinen
DD279005A1 (de) * 1988-12-29 1990-05-23 Nagema Veb K Vorrichtung zum reinigen von flaschen in einer flaschenreinigungsmaschine
DE4208066A1 (de) * 1992-02-13 1992-09-24 Martin Wilke Verfahren und vorrichtung zur umweltfreundlichen reinigung von melkanlagen
DE4229269C2 (de) * 1992-09-02 1996-05-23 Khs Masch & Anlagenbau Ag Vorrichtung zur Reduzierung des Frischwasserverbrauchs in Flaschenreinigungsmaschinen
US5409545A (en) * 1993-03-04 1995-04-25 Environmental Sampling Supply, Inc. Apparatus and method for cleaning containers
DE9410453U1 (de) * 1994-06-28 1994-12-01 Premark Feg Corp Ablaufwasser-Wärmerückgewinnungsanlage und Spülmaschine
EP0868228B1 (en) * 1995-12-01 2001-08-22 Unilever N.V. Method for washing bottles
DE19625184B4 (de) * 1996-06-24 2005-06-30 Wabag Wassertechnik Gmbh Verfahren zur Aufbereitung von Prozeßwasser aus einer Flaschenreinigungsmaschine
AU2002953236A0 (en) * 2002-12-10 2003-01-02 Mario Panuccio Process for operating a water treatment plant
US8997763B2 (en) * 2012-05-07 2015-04-07 Stellar Industries, Inc. Bin washing system
CN105457958A (zh) * 2015-12-29 2016-04-06 南京乐惠轻工装备制造有限公司 一种洗瓶机用节能***

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1153281B (de) * 1958-04-23 1963-08-22 Henkel & Cie Gmbh Verfahren zum Reinigen von Gegenstaenden wie Behaeltern
NL6502240A (nl) * 1964-02-26 1965-08-27
DE2622434A1 (de) * 1976-05-20 1977-12-01 Seitz Werke Gmbh Reinigungsmaschine fuer behaelter, insbesondere flaschen
DE2753216A1 (de) * 1977-11-29 1979-06-07 Sick Kg Otto Verfahren und vorrichtung zum abscheiden von in waschlaugen geloesten schadstoffen
JPS6050676B2 (ja) * 1978-02-28 1985-11-09 アサヒビール株式会社 熱エネルギ−を節約した洗びん装置
US4185647A (en) * 1978-09-05 1980-01-29 Barry-Wehmiller Company Container cleaning machine
SE7905806L (sv) * 1979-07-03 1981-01-04 Nordnero Ab Vattenbaserat rengoringssystem
DE2943110C2 (de) * 1979-10-25 1986-03-06 Holstein Und Kappert Gmbh, 4600 Dortmund Verfahren und Vorrichtung zur Reduzierung des Frischwasserverbrauches von Flaschenreinigungsmaschinen
DE3026751A1 (de) * 1980-07-15 1982-02-11 Holstein Und Kappert Gmbh, 4600 Dortmund Verfahren zur reinigung von flaschen in flaschenreinigunsmaschinen

Also Published As

Publication number Publication date
US4512811A (en) 1985-04-23
IT1166415B (it) 1987-04-29
DE3207225A1 (de) 1983-09-08
JPS58171389A (ja) 1983-10-08
FR2522317A1 (fr) 1983-09-02
IT8347813A0 (it) 1983-02-25
BE896058A (fr) 1983-07-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8300747A (nl) Werkwijze voor het verminderen van de hoeveelheid uit houderreinigingsmachines in het afvalwater terechtkomende schadelijke stoffen, en houderreinigingsmachine voor het uitvoeren van de werkwijze.
US4652368A (en) Water filtration system
RU2496586C1 (ru) Способ мойки внутренних частей моечной машины для бутылок или сосудов, а также моечная машина для бутылок или сосудов
US5503747A (en) Device for treating waste water especially rainwater
EP1752080B1 (de) Transport-Geschirrspülmaschine mit Mitteln zur Reduzierung einer starken Verschmutzung der Waschflüssigkeit
JP6098023B1 (ja) コンベアリターンベルト洗浄装置及びコンベアリターンベルトの洗浄方法
CN109825841B (zh) 一种循环槽泡沫防溢出的装置
DE102005015157A1 (de) Mehrtank-Transportspülmaschine und ein Betriebsverfahren hierfür
US4094329A (en) Apparatus for washing and sanitizing containers
CN102189091B (zh) 容器的清洁***及容器的清洁方法
US4897203A (en) Process and apparatus for recovery and recycling conveyor lubricants
NL9401669A (nl) Biologische afvalfluidumreiniger.
US6679273B2 (en) Surface cleansing of continuous-strip steel for hot-dip metal coating and apparatus for decreasing surface cleansing solution requirements
CA2058245A1 (en) Micro-effluent process for rinsing water and equipment for the same in industrial processing
RU2494668C2 (ru) Устройство с контролем уровня для отделения загрязняющих примесей
KR100211613B1 (ko) 용기를 제조하는 아이어너용의 개량된 윤활 장치 및 방법
DD240879A1 (de) Einrichtung zur abscheidung von etiketten in flaschenreinigungsmaschinen
JP3027789B2 (ja) 酸洗液の処理方法
JP3391014B2 (ja) 容器洗浄装置
JPS5922662A (ja) 篩渣、沈砂等の洗浄装置
KR101008082B1 (ko) 폐조질압연유 처리 방법 및 그 처리 장치
CN212067902U (zh) 轧辊磨床废液集中处理污液输送管道***
JPS6221329Y2 (nl)
JPH0365204B2 (nl)
JPH11342305A (ja) 下水処理設備

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed