NL1005613C2 - Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen. Download PDF

Info

Publication number
NL1005613C2
NL1005613C2 NL1005613A NL1005613A NL1005613C2 NL 1005613 C2 NL1005613 C2 NL 1005613C2 NL 1005613 A NL1005613 A NL 1005613A NL 1005613 A NL1005613 A NL 1005613A NL 1005613 C2 NL1005613 C2 NL 1005613C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
binding
further object
stems
binding material
adhesive tape
Prior art date
Application number
NL1005613A
Other languages
English (en)
Inventor
Ewald Groenewoud
Paul Thomas Dirk Herman
Joseph Anton Johanne Huijsmans
Willem Herman Molenaar
Original Assignee
Pokon & Chrysal B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1005613A priority Critical patent/NL1005613C2/nl
Application filed by Pokon & Chrysal B V filed Critical Pokon & Chrysal B V
Priority to CA002285443A priority patent/CA2285443C/en
Priority to AT98911271T priority patent/ATE230205T1/de
Priority to IL13205098A priority patent/IL132050A/xx
Priority to US09/380,279 priority patent/US6345659B1/en
Priority to EP98911271A priority patent/EP0967856B1/en
Priority to ES98911271T priority patent/ES2190584T3/es
Priority to PL98335844A priority patent/PL335844A1/xx
Priority to PCT/NL1998/000161 priority patent/WO1998042180A1/en
Priority to DK98911271T priority patent/DK0967856T3/da
Priority to DE69810452T priority patent/DE69810452T2/de
Priority to PT98911271T priority patent/PT967856E/pt
Priority to JP54551298A priority patent/JP3529101B2/ja
Priority to CO98016328A priority patent/CO4780034A1/es
Application granted granted Critical
Publication of NL1005613C2 publication Critical patent/NL1005613C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G5/00Floral handling
    • A01G5/02Apparatus for binding bouquets or wreaths

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)
  • Binders And Loading Units For Sheaves (AREA)
  • Nonmetallic Welding Materials (AREA)
  • Footwear And Its Accessory, Manufacturing Method And Apparatuses (AREA)
  • Adhesives Or Adhesive Processes (AREA)
  • Lining Or Joining Of Plastics Or The Like (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)
  • Joining Of Building Structures In Genera (AREA)
  • Supports For Plants (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen.
De onderhavige uitvinding betreft een werkwijze voor het samenbinden van een of meer stelen, zoals bloemstengels en takken, met 5 behulp van een bindmateriaal, waarbij bij het samenbinden een verder voorwerp wordt meegebonden, waarbij de stelen naast of tegen een bij het binden in hoofdzaak stationair part van het bindmateriaal worden geplaatst terwijl een verder part van het bindmateriaal om de stelen wordt geslagen.
10 Een dergelijke inrichting is onder meer bekend uit de terinzagelegging NL 9202212. In deze terinzagelegging worden een werkwijze en een inrichting beschreven om voorwerpen, zoals snijbloemen, tegelijkertijd samen te binden en van een label te voorzien. In de werkwijze en de inrichting volgens deze 15 terinzagelegging worden de voorwerpen met behulp van bindmateriaal verbonden in een bindgebied op een ondersteuning. Het bindmateriaal strekt zich uit vanaf het ene uiteinde van een boven de ondersteuning geplaatst bindorgaan, waarvan het andere einde draaibaar is bevestigd, tot aan een onder de ondersteuning geplaatst knoopmechanisme. De 20 labels worden aan elkaar verbonden naar het bindgebied aangevoerd. De labels zijn voorzien van een getande uitsparing. Bij het binden van de voorwerpen zwaait het bindorgaan gedeeltelijk om de voorwerpen heen en passeert daarbij het vlak van de ondersteuning. Daarbij wordt het bindmateriaal, nabij het einde van het bindorgaan, in de in het label 25 voorziene getande uitsparing getrokken. Bij het vasttrekken van het bindmateriaal, wordt het label daarbij over een scheurlijn losgetrokken van de daaropvolgende labels.
Een belangrijk nadeel van de werkwijze volgens de stand van de techniek is, dat de labels worden verbonden aan het gedeelte van het 30 bindmateriaal dat de ondersteuning passeert. Wanneer het bindmateriaal tegen het label getrokken wordt, brengt dat het risico met zich mee dat het label of zelfs een reeks labels in het bindgebied door de 1005613 2 ondersteuning getrokken wordt. Dat kan tot gevolg hebben dat de bindinstallatie stil gelegd moet worden. Bovendien is er in de werkwijze volgens de stand van de techniek het risico dat het label, door de relatief hoge kracht waarmee het bindmateriaal daartegen wordt 5 getrokken, beschadigt.
Het is het doel van de onderhavige uitvinding om een werkwijze te verschaffen, waarmee tijdens het samenbinden van stelen, zoals bloemstengels en takken, verdere voorwerpen met die stelen worden meegebonden, die de nadelen van de werkwijze en de inrichting volgens 10 de stand van de techniek niet heeft.
Dat doel wordt bereikt doordat het verdere voorwerp aan dezelfde zijde als de stelen naast of tegen het stationaire part wordt geplaatst, bij voorkeur voorafgaande aan het daartegen of daarnaast plaatsen van de stelen. Het grote voordeel van deze werkwijze is dat 15 bij het binden het verdere voorwerp wordt ondersteund door de te binden stelen, wanneer op het verdere voorwerp een kracht wordt uitgeoefend door het bindmateriaal. Het binden gaat niet gepaard met het risico dat het verdere voorwerp door de ondersteuning wordt getrokken. Bovendien neemt het risico op het beschadigen van het 20 verdere voorwerp tijdens het binden af. Anders gezegd: door deze maatregel kunnen ook verdere voorwerpen worden meegebonden, die relatief gevoelig zijn voor beschadiging.
Een ander belangrijk nadeel van de werkwijze en de inrichting volgens de hierboven genoemde Nederlandse terinzagelegging 9202212 is, 25 dat de labels slechts vormgesloten aan het bindmateriaal verbonden zijn. Dat betekent dat om een goede verbinding tussen de labels en het bindmateriaal te verzekeren, het label zelf voldoende stijf zal moeten zijn. Zachte, platte of dunne labels, met een relatief geringe tot zeer beperkte stijfheid, zijn met de werkwijze volgens de 30 terinzagelegging niet aan een bindmateriaal te verbinden.
Dat nadeel wordt in de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding ondervangen doordat het verdere voorwerp aan het stationaire part van het bindmateriaal wordt gekleefd. Dat heeft als grote voordeel, dat het verdere voorwerp niet vormgesloten met het 35 bindmateriaal verbonden hoeft te worden. Daardoor zijn de beperkingen aan de vorm en het materiaal van het verdere voorwerp veel minder groot dan bij de werkwijze volgens de stand van de techniek. Ook relatief dunne, slappe en kwetsbare verdere voorwerpen kunnen door 1005613 3 deze maatregel worden meegebonden. Alhoewel dit "kleven" bij het "bij het stationaire part plaatsen van het verdere voorwerp" een voordelige, verdere uitvoeringsvorm is, dient te worden opgemerkt dat "dit kleven" ook met voordeel kan worden toegepast los van het "bij 5 het stationaire part plaatsen van het verdere voorwerp. Een verdere werkwijze volgens de uitvinding laat zich dan formuleren als een werkwijze en voor het samenbinden van een of meer stelen, zoals snijbloemen en takken, met behulp van een bindmateriaal, waarbij de stelen bij het samenbinden worden voorzien van een verder voorwerp, dat 10 voorafgaande aan het samenbinden aan het bindmateriaal wordt bevestigd, waarbij dat verdere voorwerp aan het bindmateriaal wordt bevestigd, met behulp van aan het bindmateriaal bevestigd kleefmiddel. De hierna volgende voordelige uitvoeringsvormen laten zich zowel op het "bij het part plaatsen van het verdere voorwerp" als op dit 15 "kleven" (dat wil zeggen het met een kleefmiddel aan het bindmateriaal bevestigen van het verdere voorwerp) lezen.
Een volgend nadeel van de werkwijze en de inrichting volgens de terinzagelegging 9202212 is dat de labels zeer nauwkeurig gepositioneerd moeten worden, om ze tijdens het binden aan het 20 bindmateriaal te kunnen koppelen. Gebeurt het positioneren niet adequaat, dan zal het bindmateriaal niet op de juiste manier verbonden kunnen worden met de labels.
Het is daarom voordelig dat dat bindmateriaal een kleefband is, waaraan dat verdere voorwerp wordt gekleefd. Het grote voordeel van 25 deze werkwijze is, dat het hechtmateriaal voor het hechten van het verdere voorwerp aan het bindmateriaal en niet aan de verdere voorwerpen is bevestigd. Dat betekent een enorme flexibiliteit voor het aanvoeren van de verdere voorwerpen aan het bindgebied. De verdere voorwerpen hoeven zelf niet te zijn voorzien van hechtmiddelen. De 30 eisen aan het op een juiste manier positioneren van de verdere voorwerpen, tijdens het binden van de stelen, zijn daardoor veel minder hoog dan bij de werkwijze volgens de stand van de techniek. De enige eis is, dat de verdere voorwerpen het bindmateriaal raken.
De werkwijze en de inrichting volgens de stand van de techniek 35 zijn bovendien nadelig omdat daarin twee verschillende hecht-principes worden gebruikt: een voor het aan het bindmateriaal vastmaken van het verdere voorwerp (label) en een voor het binden vein de stelen.
Dat nadeel wordt in de onderhavige uitvinding opgelost doordat 10056 i3 4 dat kleefband met de kleefzijde naar de steelvormige voorwerpen gekeerd daaromheen gebonden wordt. Het voordeel van deze maatregel is, dat de kleefmiddelen, die aanwezig zijn op het bindmateriaal, zowel gebruikt worden voor het verbinden van de stelen, als voor het 5 vastkleven van het verdere voorwerp. Dat betekent dat met hetzelfde kleefmiddel twee functies kunnen worden uitgevoerd.
Een ander nadeel van de werkwijze en de inrichting volgens de terinzagelegging NL 9202212 is dat de verdere voorwerpen (labels) daar aan elkaar verbonden naar het bindgebied worden bewogen. Steeds wordt 10 het eerste van een reeks labels met het bindmateriaal verbonden en wordt dit label van de daarop volgende labels losgetrokken. Dat lostrekken moet met relatief grote kracht gebeuren en dat brengt het risico met zich mee dat een label of een reeks labels op het bindgebied door de ondersteuning getrokken wordt. Dat kan tot gevolg 15 hebben dat de bindinstallatie stil gelegd moet worden. Bovendien zal een ondeugdelijke scheurlijn, tussen het voorste label en de daaropvolgende labels, pas op de afleverplaats tijdens het binden aan het licht komen. Wanneer het voorste label niet van de daaropvolgende labels kan worden losgetrokken, is er geen tijd meer om in te grijpen 20 om stilstand van de bindinstallatie te voorkomen.
Daarom wordt er naar gestreefd dat dat verdere voorwerp met behulp van aanvoermiddelen tot bij of naast dat kleefband wordt aangevoerd, waarbij dat kleefband bij voorkeur als aanslag wordt gebruikt. Dat heeft als voordeel dat de verdere voorwerpen los van 25 elkaar, bijvoorbeeld een voor een, kunnen worden aangevoerd. Door de aanvoermiddelen is het niet meer noodzakelijk dat de verdere voorwerpen door daaropvolgende verdere voorwerpen worden voortgeduwd. Het feit dat het bindmateriaal gebruikt kan worden als aanslag heeft als voordeel dat het verdere voorwerp gemakkelijk gepositioneerd kan 30 worden in het bindgebied.
De werkwijze en de inrichting volgens de stand van de techniek hebben als verdere beperking dat zowel het verdere voorwerp (label) als de te binden stelen op de juiste manier gepositioneerd moeten zijn voordat de bindhandeling kan starten.
35 In de onderhavige werkwijze wordt dat verdere voorwerp vanaf een afleverplaats tegen de kleefzijde van dat kleefband gedrukt. Dat heeft als voordeel dat het verdere voorwerp op mechanische wijze in de richting van het bindmateriaal wordt bewogen, waarbij een zekere >0056 1 ? 5 verbinding tussen het verdere voorwerp en het bindmateriaal wordt verzekerd door op het bindmateriaal aanwezig kleefmiddel. Dat betekent dat voor de bindhandeling alleen nog de positionering van de te binden stelen van belang is. Het bindmateriaal, inclusief het daarop 5 bevestigde verdere voorwerp, kan gemanipuleerd worden zonder dat een succesvolle bindhandeling in gevaar komt. Het is bovendien voordelig wanneer dat verdere voorwerp vanaf die afleverplaats met perslucht tegen het bindmateriaal wordt gedrukt. Dat heeft als voordeel dat de aanbrengmiddelen geen bewegende mechanische onderdelen hoeven te 10 hebben. Met behulp van de perslucht kan het op de juiste plek gepositioneerde verdere voorwerp op efficiënte en zekere wijze aan het bindmateriaal worden gebonden. Maar, bij het ontbreken van hechtmiddelen, kan door middel van de perslucht het verdere voorwerp ook tegen het bindmateriaal gedrukt worden alvorens de stelen 15 hiernaast geplaatst worden.
De mogelijkheden van de werkwijze en de inrichting volgens de stand van de techniek zijn verder beperkt tot het verbinden van een label aan de te binden stelen. Een aantal kleine voorwerpen of bijvoorbeeld poeders kunnen niet met de stelen worden meegebonden.
20 Het is in de onderhavige werkwijze daarom voordelig wanneer dat verdere voorwerp een sachet of een zak is. Dit heeft als voordeel dat met de stelen, in de sachet, een aantal kleine voorwerpen of bijvoorbeeld poeders kunnen worden meegebonden. Daarbij wordt de werkwijze nog verbeterd wanneer die sachet gevuld is met 25 voedingsmiddelen voor bloemen of planten. De onderhavige werkwijze is met name geschikt voor het binden van stelen, zoals bloemstengels en takken. Voor de gebruiksduur van die bloemstengels of takken is het voordelig wanneer voedingsmiddelen voor die bloemen of die takken bij de aanschaf daarvan worden meegeleverd. Wanneer in de werkwijze 30 volgens de onderhavige uitvinding het verdere voorwerp gevuld kan worden met dergelijke voedingsmiddelen, heeft dat als voordeel dat in een bindhandeling de stelen worden voorzien van een sachet, met aan de buitenzijde daarvan bijvoorbeeld reclame-uitingen of kenmerken van de samengebonden stelen, en aan de binnenzijde van de sachet de voor de 35 levensduur van de samengebonden bloemen en takken belangrijke voedingsmiddelen.
De onderhavige uitvinding betreft ook de inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding. Deze 1005613 6 inrichting omvat: - een ondersteuning voor de te binden stelen, - een aan een zijde van de ondersteuning opgesteld sluitmechanisme, - een aan de tegenoverliggende andere zijde van de ondersteuning 5 opgesteld omslagmechanisme voor het om de te binden stelen heen slaan van zich vanaf het sluitmechanisme via een doorlaatplaats in de ondersteuning naar het omslagmechanisme uitstrekkend bindmateriaal, en - aanvoermiddelen voor het, bijvoorbeeld een voor een, naar een in een bindgebied liggende afleverplaats aanvoeren van een mee te binden 10 voorwerp, en wordt volgens de uitvinding in het bijzonder gekenmerkt, doordat de afleverplaats ligt stroomopwaarts van en naast de doorlaatplaats. Het grote voordeel van deze werkwijze is dat bij het binden het verdere voorwerp door het bindmateriaal wordt meebewogen in de richting van de te binden stelen en door de stelen bij het binden 15 wordt ondersteund, en dat het bindmateriaal het verdere voorwerp minder gemakkelijk zal beschadigen.
De inrichting volgens de onderhavige uitvinding wordt nog verbeterd doordat de aanvoermiddelen voor de aanvoer van de verdere voorwerpen een in stroomafwaartse richting verlopende, bij de 20 afleverplaats eindigende aanvoerbaan omvatten. Dit heeft als voordeel dat de verdere voorwerpen worden aangevoerd precies tot in het bindgebied op de afleverplaats, waar ook de te verbinden voorwerpen en het bindmateriaal worden aangevoerd.
Er wordt naar gestreefd dat de bindinrichting een met kleefband 25 als bindmateriaal werkende kleefbandbindinrichting is, en dat de kleefzijde van het in de uitgangstoestand van het omslagmechanisme vanaf het sluitmechanisme naar het omslagmechanisme verlopende part van de kleefband stroomopwaarts is gekeerd. Dat heeft als voordeel dat de verdere voorwerpen die door de aanvoermiddelen voor de aanvoer van 30 de verdere voorwerpen op de afleverplaats worden aangevoerd tegen de kleefzijde van het door die doorlaatplaats verlopende deel van het kleefband kunnen worden aangebracht. Dat betekent dat dat bindmateriaal bij de aanvoer van de verdere voorwerpen als aanslag kan dienen.
35 In een voordelige uitvoering van de onderhavige uitvinding is die bindinrichting voorzien van middelen om dat verdere voorwerp op of vanaf die afleverplaats tegen het kleefband te drukken. De aanwezigheid van die middelen heeft als voordeel dat het verdere 1005613 7 voorwerp niet toevallig maar zeker met het kleefband wordt verenigd. Die middelen omvatten in een voordelige uitvoering een persluchtinrichting. Dit is voordelig omdat de persluchtinrichting op een efficiënte, goedkope en relatief eenvoudig wijze de verdere 5 voorwerpen tegen het bindmateriaal kan drukken, hetgeen bij toepassing van kleefband als bindmateriaal in een kleefverbinding zal resulteren.
De inrichting volgens de onderhavige uitvinding wordt nog verder verbeterd doordat die aanvoermiddelen voor de aanvoer van het verdere voorwerp een duworgaan, een vlakke plaat en een optilorgaan omvatten, 10 waarbij dat duworgaan beweegbaar aan een geleidingsrail is bevestigd, zodanig dat het duworgaan in een aanvoerrichting en een teruglooprichting over de plaat beweegbaar is, waarbij het optilorgaan zwenkbaar bevestigd is aan een draaias die in hoofdzaak dwars staat op de bewegingsrichting van het duworgaan, een en ander zodanig, dat het 15 duworgaan in de teruglooprichting het optilorgaan aan de bovenzijde passeert en in de aanvoerrichting het optilorgaan aan de onderzijde passeert. Door het optilorgaan en de mogelijkheid om het duworgaan over het gereedliggende verdere voorwerp te tillen, wordt de flexibiliteit van de aanvoer van verdere voorwerpen sterk vergroot.
20 Ook is het voordelig wanneer het duworgaan zwenkbaar is over de zwenkas.
Bovendien is het voordelig dat die aanvoermiddelen een meenemer, zoals een wagen, omvatten en een schuin geplaatste baan, die zich uitstrekt vanaf een tussenopslagplaats lager gelegen dan het vlak van 25 de ondersteuning en de afleverplaats in het vlak van de ondersteuning, en waarbij die meenemer dat verdere voorwerp vanaf die tussenopslagplaats over die schuin geplaatste baan voortbeweegt tot aan de afleverplaats. Dit heeft als voordeel dat de verdere voorwerpen worden aangevoerd over een niveau dat ligt onder het niveau van de 30 ondersteuning. Pas vlak voor de bindplaats worden de verdere voorwerpen op het niveau van de ondersteuning gebracht. Dat betekent dat de verdere voorwerpen en de te verbinden stelen via dezelfde aanvoerrichting aangevoerd kunnen worden in de richting van het bindgebied, terwijl er geen kans bestaat dat de aanvoer van te binden 35 stelen en de aanvoer van de verdere voorwerpen met elkaar verstrikt raken.
Er wordt bovendien naar gestreefd dat de inrichting volgens de onderhavige uitvinding stuurmiddelen, zoals microprocessoren, omvat, 10056 i 3 8 waarbij die stuurmiddelen zijn ingericht om een verder voorwerp aan te voeren steeds wanneer het omslagmechanisme in zijn uitgangstoestand verkeert. Dat betekent dat de stuurmiddelen gebruikt worden om de snelheid en. tussenpozen waarmee te verbinden stelen en de verdere 5 voorwerpen worden aangevoerd, te regelen.
Zoals al eerder aangegeven, wordt nogmaals herhaald dat de onderhavige uitvinding ook betrekking heeft op een werkwijze en een inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen, zoals snijbloemen en takken, met behulp van een bindmateriaal, waarbij de stelen 10 bij het samenbinden worden voorzien van een verder voorwerp, dat voorafgaande aan het samenbinden aan het bindmateriaal wordt bevestigd, waarbij dat verdere voorwerp aan het bindmateriaal wordt bevestigd, met behulp van aan het bindmateriaal bevestigd kleefmiddel.
Voorts zal duidelijk zijn dat het gebruikte begrip steel of 15 stelen in ruime zin dient te worden opgevat als omvattende elk bundelbaar voorwerp, zoals in het bijzonder een langwerpig voorwerp.
De onderhavige uitvinding zal worden verduidelijkt aan de hand van de volgende figuren waarin: 20 Figuur 1 het van elkaar lossnijden van de sachetken toont;
Figuur 2 de aanvoermiddelen voor de sachets toont;
Figuur 3 het bindgebied op de ondersteuning toont; en
Figuur 4 een zijaanzicht is van een bindinrichting volgens de onderhavige uitvinding.
25
Verwijzend naar figuur 1, worden bij een de voorkeur hebbende uitvoering van de werkwijze en inrichting volgens de onderhavige uitvinding sachets of zakken met voedingsmiddelen voor planten en/of bloemen aangevoerd in de vorm van een mat 1. De sachets worden van 30 elkaar losgesneden in langsrichting met behulp van snijwielen 2 en in dwarsrichting door een dwars op de aanvoerrichting van de sachets geplaatst mes 3· De mat 1 wordt stapsgewijs in langsrichting aangevoerd, zodat de sachets door het mes 3 stapsgewijs kunnen worden losgesneden. Nadat de sachets op deze manier zowel in langsrichting 35 als in dwarsrichting van elkaar zijn losgesneden, worden de sachets dwars op de aanvoerrichting van de mat 1 af gevoerd in de richting van pijl 4. Dat gebeurt bij voorbeeld met behulp van een transportband.
In figuur 2 is te zien dat de sachets in de richting van pijl 4 1005613 9 worden aangevoerd naar een eerste tussenopslagplaats 5 op een plaat 6. De sachets worden over de plaat 6 voortbewogen met behulp van een duworgaan 7 · Dat duworgaan 7 wordt in een transportrichting (aangegeven met de pijl 8) en in een teruglooprichting (aangegeven met 5 de pijl 9) voortbewogen via een rail (niet weergegeven) die geplaatst is langs en evenwijdig aan de plaat 6. Het duworgaan 7 is zwenkbaar om de as 10 aan deze rail verbonden. Wanneer het duworgaan 7 beweegt in de aanvoerrichting 8, zal het duworgaan 7 de sachet voortbewegen en afleveren bij een tweede tussenopslagplaats 11. Wanneer het duworgaan 10 7 in de teruglooprichting 9 beweegt, zal het duworgaan 7 in de nabijheid van de tussenopslagplaats 5 van de plaat 6 worden opgetild met behulp van een optilorgaan 12, dat zwenkbaar is om een as 13· Daarbij zwenkt het duworgaan 7 over de as 10, glijdt het over de bovenzijde van het optilorgaan 12 en wordt het over een op de eerste 15 tussenopslagplaats 5 gereedliggende sachet getild. Het duworgaan 7 valt door de uitsparing 14 van het optilorgaan 12 terug op de plaat 6 en belandt achter (in de teruglooprichting 9) de gereedliggende sachet op de eerste tussenopslagplaats 5· Vervolgens kern het duworgaan 7 de sachet van de eerste tussenopslagplaats 5 naar de tweede 20 tussenopslagplaats 11 transporteren. Vanaf de tweede tussenopslagplaats 11 wordt de sachet in de richting van de pijl 20 verder voortbewogen met behulp van een wagen 15. De wagen 15 omvat twee uitsteeksels die kunnen bewegen in twee uitsparingen 16 die zijn aangebracht in de plaat 6. Met de wagen 15 wordt de sachet in de 25 richting 20 bewogen over een plaat 17.
In figuur 3 is te zien dat de sachet in de richting van de pijl 20 via een schuine baan 21 naar het niveau van de ondersteuning 22 omhoog wordt gebracht. De schuine baan 21 ligt in het verlengde van de plaat 17 uit figuur 2. De baan 21 is aangebracht in een uitsparing 23 30 in de ondersteuning 22. De wagen 15 brengt de sachet tot op de afleverplaats 24 (gestreept weergegeven) en tot aan het bindmateriaal 30 dat als aanslag dienst kan doen. Het bindmateriaal 30 is bij voorkeur een kleefband, maar het kan ook een koord zijn dat is voorzien van een kleefmiddel. Het bindmateriaal 30 passeert de 35 ondersteuning 22 in de doorlaatplaats 31 < sa11 het einde van de gleuf 25. De situatie waarin het bindmateriaal 30 het vlak van de ondersteuning 22 doorsnijdt in de doorlaatplaats 31 en klaar is om een aantal stelen te bundelen wordt de uitgangstoestand genoemd. De sachet 1005613 10 wordt met behulp van aanbrengmiddelen, bijvoorbeeld een persluchtinrichting 26, tegen bindmateriaal 30 aangebracht. Op deze manier is de sachet aan het bindmateriaal 30 bevestigd. Wanneer voor het bindmateriaal 30 een kleefband gebruikt wordt en de kleefzijde 5 daarvan gericht is naar de sachet, zal de sachet aan de kleefband vastplakken en hoeft de persluchtinrichting niet blijvend bekrachtigd te worden, maar volstaat een perslucht-stoot. Wanneer de sachet op deze manier aan het bindmateriaal 30 is bevestigd, worden de te binden stelen (niet weergegeven) volgens pijl 40 in de richting van het 10 bindmateriaal 30 bewogen. Vervolgens worden de stelen met het bindmateriaal 30, met daaraan bevestigd de sachet, verbonden.
De richting van de pijl 40 is in de onderhavige uitvinding de stroomrichting. Met de stroom mee heet stroom afwaarts. Tegen de stroom in heet hier stroomopwaarts.
15
In figuur 4 is een zijaanzicht te zien van de bindinrichting volgens de onderhavige uitvinding. De inrichting omvat een ondersteuning 22 waarop voorwerpen, zoals stelen van bloemen of takken, kunnen worden verbonden tot een bundel of bos. Het 20 bindmateriaal 30 strekt zich uit vanaf een aanhechting 32, die zich onder het niveau van de ondersteuning 22 bevindt, tot aan het uiteinde van een zwenkarm 33· De aanhechting 32 maakt deel uit van een sluitmechanisme waarmee een omgeslagen kleefbandlus gesloten wordt of waarmee een omgeslagen koord tot een lus geknoopt wordt, en de 25 zwenkarm 33 is onderdeel van het omslagmechanisme waarmee het verdere part van het bindmateriaal om de stelen geslagen wordt. Met de zwenkarm 33 kan het bindmateriaal 30 geslagen worden om voorwerpen die zich in het bindgebied 4l bevinden op de ondersteuning 22. Een dergelijke zwenkarm 33 is onder meer bekend uit de Nederlandse 30 octrooiaanvrage 1003534 (Van den Berg Blokker B.V.). De zwenkarm 33 omvat onder meer een flexibel orgaan 34 waarmee de te verbinden voorwerpen in het bindgebied 4l juist voordat het bindmateriaal 30 om de voorwerpen wordt geslagen, worden samengeduwd.
In figuur 4 is de situatie afgebeeld dat de sachet aan het 35 bindmateriaal 30 is verbonden. De sachet is volgens de pijl 20 vanaf een niveau onder het niveau van de ondersteuning 22 naar boven bewogen met behulp van de wagen 15. Vervolgens is de sachet vanaf de afleverplaats 24 met behulp van de persluchtinrichting 26 tegen het "00 561 3 11 bandmateriaal 30 bewogen, terwijl de wagen 15 in de uiterste positie is blijven staan. De uitsteeksels op de wagen 15 begeleiden daardoor het eerste gedeelte van de zwenkbeweging van de sachet vanaf de afleverplaats 24 naar het bindmateriaal 30. Vervolgens zal de wagen 15 5 tegengesteld aan de richting van de pijl 20 bewegen om de volgende sachet op te halen.
In de positie die is weergegeven in figuur 4, is de bindinrichting gereed voor de aanvoer van de te binden stelen naar het bindgebied 41. De stelen worden volgens de pijl 40 over de ondersteuning 22 naar het 10 bindgebied aangevoerd. Aangezien de aanvoer van de sachets zich grotendeels onder het niveau van de aanvoer van de stelen bevindt, is er geen kans op het verstrikken van de aanvoer van de verschillende produkten.
In de onderhavige uitvinding wordt de sachet, zoals gezegd, bevestigd 15 aan het in hoofdzaak stationaire part van het bindmateriaal 30. Dat stationaire part is het gedeelte van het bindmateriaal 30 nabij de doorlaatplaats 31· In figuur is het stationaire part aangegeven met de pijl 45.
1005613

Claims (18)

1. Werkwijze voor het samenbinden van een of meer stelen, zoals bloemstengels en takken, met behulp van een bindmateriaal, waarbij bij 5 het samenbinden een verder voorwerp wordt meegebonden, waarbij de stelen naast of tegen een bij het binden in hoofdzaak stationair part van het bindmateriaal worden geplaatst terwijl een verder part van het bindmateriaal om de stelen wordt geslagen, met het kenmerk, dat het verdere voorwerp aan dezelfde zijde als de stelen naast of tegen het 10 stationaire part wordt geplaatst, bij voorkeur voorafgaande aan het daartegen of daarnaast plaatsen van de stelen.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het verdere voorwerp aan het stationaire part van het bindmateriaal (30) 15 wordt gekleefd.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat dat bindmateriaal (30) een kleefband is, waaraan dat verdere voorwerp wordt gekleefd. 20
4. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 1,2 of 3. met het kenmerk, dat dat kleefband met de kleefzijde naar de steelvormige voorwerpen gekeerd daaromheen gebonden wordt. 25
5- Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat verdere voorwerp met behulp van aanvoermiddelen tot bij of naast dat kleefband wordt aangevoerd, waarbij dat kleefband bij voorkeur als aanslag wordt gebruikt.
6. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat dat verdere voorwerp vanaf een afleverplaats (24) tegen de het bindmateriaal wordt gedrukt.
7. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, 35 met het kenmerk, dat dat verdere voorwerp vanaf die afleverplaats (24) met een perslucht tegen de kleefzijde van dat kleefband wordt gedrukt,
8. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, 4005613 met het kenmerk, dat dat verdere voorwerp een sachet is.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat die sachet gevuld is met voedingsmiddelen voor bloemen of planten. 5
10 C £' ' :·
10. Bindinrichting voor het aanbrengen van bindmateriaal om een of meer stelen, zoals bloemstengels en takken, waarbij die bindinrichting omvat: - een ondersteuning voor de te binden stelen, 10. een aan een zijde van de ondersteuning opgesteld sluitmechanisme, - een aan de tegenoverliggende andere zijde van de ondersteuning opgesteld omslagmechanisme voor het om de te binden stelen heen slaan van zich vanaf het sluitmechanisme via een doorlaatplaats in de ondersteuning naar het omslagmechanisme uitstrekkend bindmateriaal, en 15. aanvoermiddelen voor het, bijvoorbeeld één voor één, naar een in een bindgebied liggende afleverplaats aanvoeren van een mee te binden verder voorwerp, met het kenmerk. dat de afleverplaats (2*0 ligt stroomopwaarts van en naast de 20 doorlaatplaats (31)·
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk. dat de aanvoermiddelen voor de aanvoer van de verdere voorwerpen een in stroomafwaartse richting verlopende, bij de afleverplaats (24) 25 eindigende aanvoerbaan omvatten.
12. Bindinrichting volgens conclusie 10 en/of 11, met het kenmerk. dat de bindinrichting een met kleefband als bindmateriaal werkende kleefbandbindinrichting is, en dat de kleefzijde van het in 30 de uitgangstoestand van het omslagmechanisme vanaf het sluitmechanisme naar het omslagmechanisme verlopende part van de kleefband stroomopwaarts is gekeerd.
13. Bindinrichting volgens een of meer van de conclusies 10, 11 35 of 12, met het kenmerk. dat die bindinrichting is voorzien van middelen om dat verdere voorwerp op of vanaf die afleverplaats tegen het kleefband te drukken.
14. Inrichting volgens een of meer der conclusies 10-13. met het kenmerk. dat deze aanbrengmiddelen een persluchtinrichting (26) omvatten om dat verdere voorwerp tegen het bindmateriaal te drukken. 5
15· Inrichting volgens een of meer van de conclusies 10 tot en met 14, met het kenmerk, dat die aanvoermiddelen voor de aanvoer van het verdere voorwerp een duworgaan (7), een vlakke plaat (6) en een optilorgaan (12) omvatten, waarbij dat duworgaan (7) beweegbaar aan een geleidingsrail is bevestigd, zodanig dat het duworgaan (7) in een 10 aanvoerrichting (8) en een teruglooprichting (9) over de plaat (6) beweegbaar is, waarbij het optilorgaan (12) zwenkbaar bevestigd is aan een draaias (13) die in hoofdzaak dwars staat op de bewegingsrichting (8,9) van het duworgaan (7). een en ander zodanig, dat het duworgaan (7) in de teruglooprichting (9) het optilorgaan (12) aan de bovenzijde 15 passeert en in de aanvoerrichting (8) het optilorgaan (12) aan de onderzijde passeert.
16. Inrichting volgens conclusie 15. met het kenmerk. dat duworgaan (7) zwenkbaar is over de zwenkas (10). 20
17· Inrichting volgens een of meer van de conclusies 10 tot en met 16, met het kenmerk, dat die aanvoermiddelen een meenemer (15), zoals een wagen, omvatten en een schuin geplaatste baan (21), die zich uitstrekt vanaf een tussenopslagplaats (11) lager gelegen dan het vlak 25 van de ondersteuning (22) en de af leverplaats (24) in het vlak van de ondersteuning (22), en waarbij die meenemer (15) dat verdere voorwerp vanaf die tussenopslagplaats (11) over die schuin geplaatste baan (21) voortbeweegt tot aan de afleverplaats (24).
18. Inrichting volgens een of meer van de conclusies 10 tot en met 17. met het kenmerk. dat die inrichting stuurmiddelen zoals microprocessoren omvat, waarbij die stuurmiddelen zijn ingericht om een verder voorwerp aan te voeren steeds wanneer het omslagmechanisme in zijn uitgangstoestand verkeert. 1005613
NL1005613A 1997-03-24 1997-03-24 Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen. NL1005613C2 (nl)

Priority Applications (14)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1005613A NL1005613C2 (nl) 1997-03-24 1997-03-24 Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen.
PCT/NL1998/000161 WO1998042180A1 (en) 1997-03-24 1998-03-23 Method and device for binding together one or more stalks
IL13205098A IL132050A (en) 1997-03-24 1998-03-23 Method and device for binding together one or more stalks
US09/380,279 US6345659B1 (en) 1997-03-24 1998-03-23 Device for binding together one or more stalks
EP98911271A EP0967856B1 (en) 1997-03-24 1998-03-23 Method and device for binding together one or more stalks
ES98911271T ES2190584T3 (es) 1997-03-24 1998-03-23 Metodo y dispositivo para atar uno o mas tallos.
CA002285443A CA2285443C (en) 1997-03-24 1998-03-23 Method and device for binding together one or more stalks
AT98911271T ATE230205T1 (de) 1997-03-24 1998-03-23 Verfahren und vorrichtung zum zusammenbinden von einem oder mehreren stengeln
DK98911271T DK0967856T3 (da) 1997-03-24 1998-03-23 Fremgangsmåde og apparat til at sammenbinde én eller flere stilke
DE69810452T DE69810452T2 (de) 1997-03-24 1998-03-23 Verfahren und vorrichtung zum zusammenbinden von einem oder mehreren stengeln
PT98911271T PT967856E (pt) 1997-03-24 1998-03-23 Metodo e dispositivo para unir uma ou mais hastes
JP54551298A JP3529101B2 (ja) 1997-03-24 1998-03-23 1本以上のストークスを一緒に縛るための方法と装置
PL98335844A PL335844A1 (en) 1997-03-24 1998-03-23 Method of and apparatus for tying together two or more stalks
CO98016328A CO4780034A1 (es) 1997-03-24 1998-03-24 Procedimiento y dispositivo para la union conjunta de uno o mas tallos

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1005613A NL1005613C2 (nl) 1997-03-24 1997-03-24 Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen.
NL1005613 1997-03-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1005613C2 true NL1005613C2 (nl) 1998-09-28

Family

ID=19764649

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1005613A NL1005613C2 (nl) 1997-03-24 1997-03-24 Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen.

Country Status (14)

Country Link
US (1) US6345659B1 (nl)
EP (1) EP0967856B1 (nl)
JP (1) JP3529101B2 (nl)
AT (1) ATE230205T1 (nl)
CA (1) CA2285443C (nl)
CO (1) CO4780034A1 (nl)
DE (1) DE69810452T2 (nl)
DK (1) DK0967856T3 (nl)
ES (1) ES2190584T3 (nl)
IL (1) IL132050A (nl)
NL (1) NL1005613C2 (nl)
PL (1) PL335844A1 (nl)
PT (1) PT967856E (nl)
WO (1) WO1998042180A1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2002090C (nl) * 2008-10-13 2010-04-14 Potveer Bv Bindinrichting.

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1015423C2 (nl) * 2000-06-13 2001-12-14 Pokon & Chrysal B V Sachet, verpakkingssamenstel, streng, baan, alsmede gebruik van een sachet.
NL2006544C2 (nl) * 2011-04-05 2012-10-08 Zomerdam Produktidentificatie B V Bindsysteem.
NL2007872C2 (nl) * 2011-11-25 2013-05-28 Koppert Machines En Zonen B V Labelinrichting en werkwijze voor het aanbrengen van een label aan een product.
NL2019256B1 (nl) 2017-07-17 2019-01-30 Havatec B V Werkwijze en inrichting voor het torderen van een bundel plantenstelen in een boeket

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1189779B (de) * 1962-03-10 1965-03-25 Werner Fleischhauer Vorrichtung zum Binden von Blumen oder Pflanzen
NL9202212A (nl) * 1991-12-20 1993-07-16 Labeltec B V Werkwijze en inrichting voor het van een label voorzien van een met bindmateriaal te omgeven voorwerp of aantal voorwerpen, zoals snijbloemen.
NL9300091A (nl) * 1993-01-18 1994-08-16 Zuurbier Tech Innovatie B V Bindinrichting.

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7705113A (nl) * 1977-05-10 1978-11-14 Theodorus Andreas Smits Inrichting voor het aanbrengen van een zelfkle- vende band om een of meer voorwerpen.
US4423584A (en) * 1981-02-13 1984-01-03 Elsner Engineering Works, Inc. Roll-wrapping apparatus with label inserter and method
US4757667A (en) * 1981-11-05 1988-07-19 Elsner Engineering Works, Inc. Roll-wrapping method
US4432187A (en) * 1981-11-05 1984-02-21 Elsner Engineering Works, Inc. Roll-wrapping apparatus and method
IL85732A (en) * 1987-04-10 1993-08-18 Devis Ltd Apparatus for processing cut flowers or similar articles
NL1000753C2 (nl) 1995-07-07 1997-01-08 Berg Blokker V D Expl Mij Bv Inrichting voor het maken van een knoop in een om een produkt geslagen bindmiddel.
JPH09207907A (ja) * 1996-01-31 1997-08-12 Mitsubishi Materials Corp 結束機
NL1003534C2 (nl) 1996-07-08 1998-01-12 Berg Blokker V D Expl Mij Bv Inrichting voor het binden van een aantal voorwerpen met behulp van kleefband.
DE19733794A1 (de) * 1997-08-05 1999-02-11 Focke & Co Packung für Zigaretten o. dgl. sowie Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen derselben

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1189779B (de) * 1962-03-10 1965-03-25 Werner Fleischhauer Vorrichtung zum Binden von Blumen oder Pflanzen
NL9202212A (nl) * 1991-12-20 1993-07-16 Labeltec B V Werkwijze en inrichting voor het van een label voorzien van een met bindmateriaal te omgeven voorwerp of aantal voorwerpen, zoals snijbloemen.
NL9300091A (nl) * 1993-01-18 1994-08-16 Zuurbier Tech Innovatie B V Bindinrichting.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2002090C (nl) * 2008-10-13 2010-04-14 Potveer Bv Bindinrichting.

Also Published As

Publication number Publication date
IL132050A (en) 2003-02-12
WO1998042180A1 (en) 1998-10-01
JP3529101B2 (ja) 2004-05-24
DE69810452T2 (de) 2003-08-28
DK0967856T3 (da) 2003-04-07
US6345659B1 (en) 2002-02-12
EP0967856B1 (en) 2003-01-02
EP0967856A1 (en) 2000-01-05
JP2000512158A (ja) 2000-09-19
PT967856E (pt) 2003-04-30
ES2190584T3 (es) 2003-08-01
DE69810452D1 (de) 2003-02-06
CA2285443A1 (en) 1998-10-01
ATE230205T1 (de) 2003-01-15
CO4780034A1 (es) 1999-05-26
CA2285443C (en) 2003-06-17
IL132050A0 (en) 2001-03-19
PL335844A1 (en) 2000-05-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1019971A3 (nl) Labeler voor agrarische balenpers.
AU2008229852B2 (en) Cotton harvester for producing modules which can be automatically identified and oriented
NL1005613C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het samenbinden van een of meer stelen.
CN104080702B (zh) 捆扎机的自动带条加载组件
CA2934980C (fr) Dispositif de ficelage ameliore
JPS61263183A (ja) 包装機械
US5410861A (en) Apparatus for banding bunched articles
BE1023241B1 (nl) Labeler en werkwijze voor agrarische balenpers
NL2005625C2 (en) Apparatus and method for sealing or tying products.
NL2012818B1 (en) Apparatus and method for sealing or tying products.
JP3694852B2 (ja) 結束方法および結束機ならびに被結束物
JP4621549B2 (ja) テープ結束装置
AU2012101001A4 (en) Crop modules which can be automatically identified and oriented
NL2006544C2 (nl) Bindsysteem.
FR2613691A1 (fr) Procede et dispositif pour realiser un etui avec etiquette rapportee
NL1025270C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het in een hoes verpakken van een gewas.
MXPA99008407A (en) Method and device for binding together one or more stalks
NL2007872C2 (nl) Labelinrichting en werkwijze voor het aanbrengen van een label aan een product.
CN108016650A (zh) 一种具有快速裁切功能的蔬菜包装机
US4938002A (en) Apparatus for attachment of a U-shaped metal clip about the tail end of a package moving on a horizontal conveyor
JP2000327020A (ja) 被結束物
EP1251094A1 (fr) Dipositif de deplacement d&#39;une bande adhesive
FR2790445A1 (fr) Machine automatique pour agrafer les encolures de sacs
CA2180565A1 (en) Bag tying machine
JPS62235002A (ja) パツクシ−ル機

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20071001