NL9201530A - Inrichting voor het overzetten van in hoofdzaak bolvormige of ellipsoide produkten, zoals bijvoorbeeld eieren, fruit of groenten. - Google Patents

Description

Titel: Inrichting voor het overzetten van in hoofdzaak bolvormige of ellipsoïde produkten, zoals bijvoorbeeld eieren, fruit of groenten.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het overzetten van in hoofdzaak bolvormige of ellipsoïde produkten, zoals bijvoorbeeld eieren, fruit of groenten, welke inrichting is voorzien van een aanvoertransporteur, die is ingericht voor het in parallelle, zich in een aanvoerrichting uitstrekkende langsrijen aanvoeren van de produkten, een afvoertransporteur met produktdragers die elk zijn ingericht voor het opnemen van een enkel produkt, en een overzetinrichting die is ingericht voor het overzetten van de door de aanvoertransporteur aangevoerde produkten in de afvoer-transporteur-produktdragers.

Een dergelijke inrichting is, in het bijzonder voor het overzetten van eieren, bekend uit het Europese octrooi 0 114 488. De aanvoertransporteur is bij de bekende inrichting uitgevoerd als een rollenbaan, die de eieren in parallelle, zich in de aanvoerrichting uitstrekkende langsrijen aanvoert waarna een overzetinrichting de eieren overdraagt aan een afvoertransporteur met afvoertransporteur-produkthouders die elk zijn ingericht voor het aangrijpen van een enkel ei.

Met name de overzetinrichting heeft een aantal nadelen.

Ten eerste is het aantal keren dat een ei wordt overgegeven aan een volgend onderdeel erg groot hetgeen de kans op breuk van het ei vergroot. Een ei wordt namelijk eerst vanaf de rollenbaan gedeponeerd op een geleiderails (overdracht 1), vervolgens verplaatst via een stervormig wiel (overdracht 2) naar een draagmes (overdracht 3), dan via een opduwer (overdracht 4) naar een volgend draagmes (overdracht 5) gebracht en ten slotte opgenomen in de afvoertransporteur-produktdragers (overdracht 6). Een dergelijke route, waarin elk ei zes keer wordt overgedragen, wordt parallel uitgevoerd voor een aantal, tegelijkertijd, per dwarsrij door de rollen-baan afgeleverde eieren.

Ten tweede is het niet of nauwelijks mogelijk de afvoertransporteur te voorzien van meer dan twee, zich in de afvoerrichting uitstrekkende, parallelle langsrijen produkt-dragers, omdat elke extra rij «produktdragers in de afvoer-transporteur tot een extra overdracht van de eieren op de tweede draagmessen leidt. Naarmate het aantal overdrachten per ei groter wordt, neemt de kans op breuk van de eieren toe. Doordat de afvoertransporteur maximaal over twee parallelle langsrijen produktdragers beschikt, is de capaciteit van de afvoertransporteur beperkt.

Ten derde moeten, in verband met het feit dat de afvoertransporteur continu wordt aangedreven, de draagmessen, die de eieren in de afvoertransporteur-produktdragers plaatsen, een ingewikkelde driedimensionale route afleggen, hetgeen de kans op breuk van de eieren vergroot en het verplaatsingsmechanisme van de draagmessen ingewikkeld en kostbaar maakt. Bovendien beschrijven de tweede draagmessen in een verticaal vlak een cirkelvormige baan, hetgeen tot gevolg heeft dat de bewegingen van de tweede draagmessen en de afvoertransporteur zeer nauwkeurig op elkaar moeten zijn afgestemd, omdat anders de kans op breuk van de eieren aanzienlijk is.

De uitvinding beoogt een inrichting zonder de hierboven beschreven nadelen.

Hiertoe wordt de inrichting van de in aanhef beschreven soort volgens de uitvinding gekenmerkt doordat de overzetinrichting is voorzien van een aantal in het verlengde van de parallelle langsrijen opgestelde overzet-transport-middelen, die zijn voorzien van overzet-produktdragers, waarbij de overzetinrichting verder is voorzien van een overdraagorgaan, dat althans in een verticaal, zich evenwijdig aan de langsrichting van de afvoertransporteur uitstrekkend vlak beweegbaar is, en dat is ingericht voor het in verticale richting passeren van de overzet-produktdragers en het bij verticale opwaartse beweging uit de overzet-produktdragers oplichten van de produkten en het plaatsen van deze produkten in de afvoertransporteur-produktdragers.

Een aldus uitgevoerde inrichting biedt het voordeel dat het produkt, zoals bijvoorbeeld een ei, slechts drie maal wordt overgedragen namelijk van de aanvoertransporteur op de overzet-produktdragers (overdracht 1), van de overzet-produktdragers op het overdraagorgaan (overdracht 2) en van het overdraagorgaan in de afvoertransporteur-produktdragers (overdracht 3).

De lengte van de overzet-transportmiddelen is in principe onbeperkt zodat het overdraagorgaan een groot aantal, achtereenvolgens per dwarsrij door de aanvoertransporteur aangevoerde produkten in één keer in de afvoertransporteur-produkthouders kan brengen. Derhalve is het aantal parallel naast elkaar gelegen produkthouders in de afvoertransporteur niet beperkt tot twee en kan de capaciteit van de afvoertransporteur aanzienlijk worden vergroot.

Doordat het overdraagorgaan slechts in een verticaal vlak beweegbaar behoeft te zijn kan het bewegingsmechaniek van het overdraagorgaan eenvoudig van constructie zijn en economisch worden vervaardigd.

Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding, heeft de afvoertransporteur in bedrijf een constante snelheid, waarbij het overdraagorgaan tevens bestuurbaar is voor het, bij het in de afvoertransporteur-produktdragers brengen van de produkten, doorlopen van een horizontaal traject met een snelheid die overeenstemt met de transportsnelheid van de afvoertransporteur.

Met een aldus uitgevoerde inrichting behoeven de bewegingen van het overdraagorgaan en de afvoertransporteur niet zo nauwkeurig op elkaar worden afgestemd als bij de bekende inrichting omdat zij gedurende een langere periode een parallelle route afleggen.

Nadere uitwerkingen van de uitvinding zullen aan de hand van een tweetal uitvoeringsvoorbeelden, onder verwijzing naar de tekening, nader worden verduidelijkt.

Fig. 1 is een schematisch zij-aanzicht van een deel van een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding; fig. 2 is een doorsnede-aanzicht over lijn II-II uit fig. 6 van een tweede uitvoeringsvoorbeeld; fig. 3 is een detail uit fig. 2; fig. 4 is een schematisch doorsnede-aanzicht over lijn IV-IV uit fig. 2; fig. 5 is een soortgelijk aangezicht als weergegeven in fig. 4, waarbij het overdraagorgaan de produkten uit de overzet-produktdragers heeft gelicht; fig. 6 is een zij-aanzicht volgens lijn VI-VI uit fig. 5, waarbij de afvoertransporteur de produkten naar sorteer- en verpakkingsinrichtingen leidt; en fig. 7 is zij-aanzicht van het mechanisme met behulp waarvan de produkten in de afvoertransporteur-produktdragers worden gekanteld.

Alle in de figuren weergegeven inrichtingen voor het overzetten van in hoofdzaak bolvormige of ellipsoïde produkten P, zoals bijvoorbeeld eieren, fruit of groenten, zijn voorzien van een aanvoertransporteur 1, die is ingericht voor het in parallelle, zich in een aanvoerrichting uitstrekkende langs-rijen 2 aanvoeren van de produkten P, een afvoertransporteur 3 met produktdragers 4 die elk zijn ingericht voor het opnemen van een enkel produkt P, en een overzetinrichting 5 die is ingericht voor het overzetten van de door de aanvoertransporteur 1 aangevoerde produkten P in de afvoertransporteur-produktdragers 4. Volgens de uitvinding wordt de inrichting gekenmerkt doordat de overzetinrichting 5 is voorzien van een aantal in het verlengde van de parallelle rijen 2 opgestelde overzet-transportmiddelen 6, die zijn voorzien van overzet-produktdragers 7. De overzetinrichting 5 is verder voorzien van een overdraagorgaan 8, dat althans in een verticaal, zich evenwijdig aan de langsrichting van de afvoertransporteur 3 uitstrekkend vlak beweegbaar is en dat is ingericht voor het in verticale richting passeren van de overzet-produktdragers 7 en het bij verticale opwaartse beweging uit de overzet-produktdragers 7 oplichten van de produkten P en het plaatsen van deze produkten P in de afvoertransporteur-produktdragers 4.

Met een dergelijke inrichting kan, met een minimum aan overdrachten per produkt, een groot aantal produkten P parallel worden overgezet in de afvoertransporteur-produkt-dragers 4. Door het geringe aantal overdrachten tijdens het overzetten van de produkten P is de kans op breuk van de produkten P tot een minimum beperkt.

Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding heeft de afvoertransporteur 3 in bedrijf een constante snelheid, waarbij het overdraagorgaan 8 tevens bestuurbaar is voor het, bij het in de afvoertransporteur-produktdragers 4 brengen van de produkten P, doorlopen van een horizontaal traject met een snelheid die overeenstemt met de transportsnelheid van de afvoertransporteur 3. Een dergelijke, met constante snelheid aangedreven afvoertransporteur 3 leidt tot een trillingsvrij, rustig machinegedrag.

In een alternatieve uitvoering kan de afvoertransporteur 3 intermitterend aandrijfbaar zijn, en kunnen het overdraagorgaan 8 en de afvoertransporteur 3 tijdens bedrijf zodanig bestuurbaar zijn, dat de afvoertransporteur 3, op het moment van overdracht van de zich op het overdraagorgaan 8 bevindende produkten P naar de afvoertransporteur-produkt-dragers 4, stilstaat.

Bij een aldus uitgevoerde inrichting wordt de baan die het overdraagorgaan 8 moet beschrijven vereenvoudigd tot een in hoofdzaak verticaal op en neer gaande beweging. Een dergelijke eenvoudige baan kan met eenvoudige en derhalve goedkope middelen worden gerealiseerd.

Teneinde het oplichten van de produkten P uit de overzet-produktdragers 7 door het overdraagorgaan 8 zodanig te laten plaatsvinden dat de kans op breuk van de produkten P tot een minimum beperkt blijft, is het bijzonder gunstig wanneer de overzet-transportmiddelen 6 intermitterend aandrijfbaar zijn, waarbij het overdraagorgaan 8 en de overzet-transportmiddelen 6 zodanig bestuurbaar zijn dat, bij het door het overdraagorgaan 8 oplichten van de produkten P uit de overzet-produkthöuders 7, de overzet-transportmiddelen 6 stilstaan. Bijkomend voordeel van intermitterend aandrijfbare overzet-transportmiddelen 6 is dat het overdraagorgaan 8 bij het oplichten van de produkten P slechts een verticaal omhoog gerichte baan behoeft te doorlopen.

Teneinde te verhinderen dat het overdraagorgaan 8 een driedimensionale route moet doorlopen, is het bijzonder gunstig wanneer de overzet-transportmiddelen 6 en het overdraagorgaan 8 zodanig bestuurbaar zijn, dat de overzet-produkthouders 7 zich, op het moment van oplichten van de produkten P door het overdraagorgaan 8, in een verticaal vlak bevinden waarin zich tevens een zich in de langsrichting van de afvoertransporteur 3 uitstrekkende rij 4a afvoer-transporteur-produktdragers 4 bevindt.

Een dergelijke tweedimensionale route kan met eenvoudige en goedkope middelen worden gerealiseerd.

Een praktische uitvoeringsvorm van de inrichting zoals weergegeven in de figuren wordt gekenmerkt doordat de overzet-transportmiddelen ' 6 zich, onder vorming van zijdelingse tussenruimtes 9, evenwijdig uitstrekken, waarbij het overdraagorgaan 8 is uitgevoerd als een vork, die met zijn tanden 8a beweegbaar is door de zijdelingse tussenruimtes 9 tussen de overzet-transportmiddelen 6 en zodanig is ingericht, dat, wanneer de vork 8 de overzet-transportmiddelen 6 vanaf de onderzijde passeert, de produkten P door de vork 8 uit de overzet-produktdragers 7 worden gelicht en bij voortgaande opwaartse beweging van de vork 8 in de afvoertransporteur-produktdragers 4 worden gebracht.

Een aldus uitgevoerd overdraagorgaan 8 is stabiel en eenvoudig van constructie.

Een constructief eenvoudige uitvoering van de overzet-transportmiddelen 6 kan volgens de uitvinding worden gevormd door een aantal eindloze transportkettingen of -riemen die elk zijn voorzien van een aantal overzet-produktdragers 7.

Een dergelijke uitvoering van de overzet-transportmiddelen 6 biedt het voordeel dat de lengte daarvan, en daarmee het aantal overzet-produktdragers 7, dat kan samenwerken met het overdraagorgaan 8, in principe onbeperkt is. Hierdoor kan de afvoertransporteur 3 met een overeenkomstig groot aantal parallelle langsrijen 4a afvoertransporteur-produktdragers 4 worden uitgerust, hetgeen tot een grote capaciteit van de afvoertransporteur 3 leidt.

In het algemeen zullen, wanneer de produkten P een ellipsoïde vorm hebben deze met hun lengte-as in een horizontaal vlak worden aangevoerd en via de overzetinrichting 5 in deze stand in de afvoertransporteur-produktdragers 4 worden gebracht. Veelal leidt de afvoertransporteur 3 naar een sorteer- en verpakkingsinrichting 10 (zie fig. 6) voor het sorteren en verpakken van de produkten P. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 849712. Bij deze sorteer- en verpakkingsinrichting is het vereist dat de ellipsoïde produkten P, in het bijzonder de eieren, worden aangevoerd in een stand waarbij de langsas in verticale richting is georiënteerd. Teneinde de overgang van horizontale naar verticale oriëntatie van de produkten P te bewerkstelligen is het bijzonder gunstig wanneer de afvoertransporteur-produktdragers 4 zijn uitgevoerd als neerwaarts gerichte grijpers, die zijn ingericht voor het vanuit een horizontale positie, rond een horizontale as 11 kantelen van de produkten P in een verticale positie (zie fig. 7).

Teneinde de afvoertransporteur 3 een hoge capaciteit te verschaffen is deze, volgens een nadere uitwerking van de uitvinding, voorzien van ten minste drie evenwijdige, zich in de transportrichting van de afvoertransporteur uitstrekkende langsrijen 4a afvoertransporteur-produktdragers 4. In de weergegeven uitvoeringsvoorbeelden is de afvoertransporteur 3 voorzien van vier langsrijen 4a afvoertransporteur-produktdragers 4.

Met name wanneer de afvoertransporteur 3 aansluit op een sorteer- en verpakkingsinrichting 10 is het volgens een nadere uitwerking van de uitvinding bijzonder gunstig wanneer tussen dë aanvoertransporteur 1 en de overzetinrichting 5 een tussentransporteur 12 is opgesteld, die is ingericht voor het over weegcellen 13 geleiden van de produkten P en het daarna plaatsen van de produkten P op de overzet-produktdragers 7. Nadat de produkten P de tussentransporteur 12 zijn gepasseerd is van ieder produkt P het gewicht bekend. Deze gegevens worden doorgegeven aan de sorteer- en verpakkingsinrichting 10, die de gegevens gebruikt voor het op gewicht sorteren van de produkten P. Een dergelijke uitvoering van de inrichting is weergegeven in de figuren 3-5.

Fig. 4 toont het overdraagorgaan 8 in een onderste stand waarbij zich inmiddels produkten in de overzet-produktdragers 7 bevinden. Fig. 5 toont een situatie waarbij het overdraagorgaan 8 verticaal omhoog is bewogen en de produkten P heeft opgelicht. De afvoertransporteur-produktdragers 4 staan op het punt de produkten over te nemen.

Fig. 6 toont een zij-aanzicht volgens lijn VI-VI uit fig. 5, waarbij duidelijk het bewegingsmechaniek 14 van het overdraagorgaan is weergegeven. De pijl 15 representeert het bewegingspatroon van het overdraagorgaan 8. Duidelijk is dat het overdraagorgaan 8 bij deze uitvoeringsvormen een horizontaal traject 15a doorloopt op het moment van overdracht van de produkten P vanuit de overzet-produktdragers 7 op de afvoertransporteur-produktdragers 4.

Het is duidelijk dat de uitvinding niet is beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar dat diverse wijzigingen binnen het raam van de uitvinding mogelijk zijn.

Claims (10)

1. Inrichting voor het overzetten van in hoofdzaak bolvormige of ellipsoïde produkten, zoals bijvoorbeeld eieren, fruit of- groenten, welke inrichting is voorzien van een aanvoertransporteur, die is ingericht voor het in parallelle, zich in een aanvoerrichting uitstrekkende langsrijen aanvoeren van de produkten, een afvoertransporteur met produktdragers die elk zijn ingericht voor het opnemen van een enkel produkt, en een overzetinrichting die is ingericht voor het overzetten van de, door de aanvoertransporteur aangevoerde produkten in de afvoertransporteur-produktdragers, met het kenmerk, dat de overzetinrichting (5) is voorzien van een aantal in het verlengde van de parallelle langsrijen (2) opgestelde overzet-transportmiddelen (6), die zijn voorzien van overzet-produktdragers (7), waarbij de overzetinrichting (5) verder is voorzien van een overdraagorgaan (8), dat althans in een verticaal, zich evenwijdig aan de langsrichting van de afvoertransporteur (3) uitstrekkend vlak beweegbaar is, en dat is ingericht voor het in verticale richting passeren van de overzet-produktdragers (7) en het bij verticale opwaartse beweging uit de overzet-produktdragers (7) oplichten van de produkten (P) en het plaatsen van deze produkten (P) in de afvoertransporteur-produktdragers (4).

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afvoertransporteur (3) in bedrijf een constante snelheid heeft, waarbij het overdraagorgaan (8) tevens bestuurbaar is voor het, bij het in de afvoertransporteur-produktdragers (4) brengen van de produkten (P), doorlopen van een horizontaal traject (15a) met een snelheid die overeenstemt met de transportsnelheid van de afvoertransporteur (3).

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afvoertransporteur (3) intermitterend aandrijfbaar is, waarbij het overdraagorgaan (8) en de afvoertransporteur (3) tijdens bedrijf zodanig bestuurbaar zijn, dat de afvoertransporteur (3), op het moment van overdracht van de zich op het overdraagorgaan (8) bevindende produkten (P) naar de afvoer-transporteur-produktdragers (4), stilstaat.

4. Inrichting volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de overzet-transportmiddelen (6) intermitterend aandrijfbaar zijn, waarbij het overdraagorgaan (8) en de overzet-transportmiddelen (6) zodanig bestuurbaar zijn dat bij het door het overdraagorgaan (8) oplichten van de produkten (P) uit de overzet-produkthouders (7) de overzet-transportmiddelen (6) stilstaan.

5. Inrichting volgens één der conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de overzet-transportmiddelen (6) en het overdraagorgaan (8) zodanig bestuurbaar zijn, dat de overzet-produkthouders (7) zich, op het moment van het oplichten van de produkten (P) door het overdraagorgaan (8), in een verticaal vlak bevinden waarin zich tevens een zich in de langsrichting van de afvoertransporteur (3) uitstrekkende rij (4a) afvoertransporteur-produktdragers (4) bevindt.

6. Inrichting volgens één van de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de overzet-transportmiddelen (6) zich, onder vorming van zijdelingse tussenruimtes (9), evenwijdig uitstrekken, waarbij het overdraagorgaan (8) is uitgevoerd als een vork, die met zijn tanden (8a) beweegbaar is door de zijdelingse tussenruimtes (9) tussen de overzet-transportmiddelen (6) en zodanig is ingericht, dat, wanneer de vork (8) de overzet-transportmiddelen (6) vanaf de onderzijde passeert, de produkten (P) door de vork (8) uit de overzet-produkt-dragers (7) worden gelicht en bij voortgaande opwaartse beweging van de vork (8) in de afvoertransporteur-produkt-dragers (4) worden gebracht.

7. Inrichting volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de overzet-transportmiddelen (6) zijn uitgevoerd als een aantal eindloze transportkettingen of -riemen die elk zijn voorzien van een aantal overzet-produktdragers (7).

8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afvoertransporteur-produktdragers (4) zijn uitgevoerd als neerwaarts gerichte grijpers, die zijn ingericht voor het vanuit een horizontale positie, rond een horizontale as (11) kantelen van de produkten (P) in een verticale positie.

9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afvoertransporteur (3) is voorzien van ten minste drie evenwijdige, zich in de transportrichting van de afvoertransporteur (3) uitstrekkende rijen (4a) afvoer-transporteur-produktdragers (4) .

10. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door een tussen de aanvoertransporteur (1) en de overzetinrichting (5) opgestelde tussentransporteur (12), die is ingericht voor het over weegcellen (13) geleiden van de produkten (P) en het daarna plaatsen van de produkten (P) op de overzet-produktdragers (7) .