NL2002441C2

NL2002441C2 - Transportsysteem.

Info

Publication number: NL2002441C2
Application number: NL2002441A
Authority: NL
Inventors: Wilbert Hiddink; Adrianus Josephes Nieuwelaar; Erik Hendrikus Werner Peters
Original assignee: Stork Pmt
Priority date: 2009-01-22
Filing date: 2009-01-22
Publication date: 2010-07-26
Also published as: DK2389330T3; US20110277420A1; WO2010085141A1; BRPI1006954B1; JP2012515694A; ES2625882T3; CN102361806A; EP2389330A1; EP2389330B1; BRPI1006954A2; US9181034B2

Description

P29585NL00/MHR

Transportsysteem

De uitvinding heeft betrekking op het gebied van de verwerking van voedselproducten in het bijzonder vleesproducten, meer in het bijzonder gevogelte zoals kip of delen daarvan.

In bijvoorbeeld de vleesverwerkende industrie wordt op grote schaal gebruik gemaakt van in verpakkingsschalen verpakte producten. Bijvoorbeeld in de gevogelteverwerkende 5 industrie worden gevogeltedelen zoals kippenpoten, kipfilets, maar ook hamburgers die resulteren uit het verwerkingsproces geplaatst in verpakkingsschalen. Deze verpakkingsschalen worden vervolgens getransporteerd naar machines die deze met een folie afsluiten. Die afgesloten verpakkingsschalen worden daarna verzameld op basis van orders van de afnemers van de gevogelteverwerkende industrie, vaak ten behoeve van 10 supermarktketens die de verpakkingsschalen weer uitstallen in koelvitrines in de supermarkt. Uiteindelijk koopt de consument het in de verpakkingsschaal verpakte product.

In de gevogelteverwerkende industrie wordt vaak gebruik gemaakt van een transportsysteem om met gevogeltedelen gevulde verpakkingsschalen te transporteren naar de machines die de folie aanbrengen en/of om deze te verplaatsen naar stations waar orders 15 worden verzameld, bijvoorbeeld in transportkratten. Een bekend transportsysteem hiervoor bestaat uit een door een transportband of een rollen baan gevormde transporteur. Op verschillende plekken langs de transporteur staan bij invoerstations medewerkers om handmatig de schalen op de transporteur te plaatsen en stroomafwaarts daarvan staan op verschillende plaatsen bij uitvoerstations medewerkers handmatig schalen van de 20 transporteur af te pakken. De verpakkingsschalen worden handmatig op de transportband geplaatst en van de transportbaan genomen om te voorkomen dat de meestal kwetsbare verpakkingsschalen breken of anderszins beschadigen en om te voorkomen dat de producten in de schalen gaan verschuiven waarbij de presentatie ten behoeve van de consument verloren gaat of zelf dat producten geheel uit de schalen vallen wanneer deze 25 nog niet zijn afgesloten.

Een nadeel van het handmatig uitvoeren van de verpakkingsschalen is dat medewerkers relatief duur zijn in vergelijking met geautomatiseerde systemen.

Een verder nadeel van deze bekende oplossing is dat de toegepaste transporteurs omvangrijke systemen zijn, die ongewenst veel vloeroppervlak in beslag nemen. Verder 30 hebben de bekende transporteurs, in het bijzonder transportbanden, een beperkte lengte. Voor het overbruggen van grote afstanden dienen meerdere transporteurs te worden geschakeld, waardoor producten herhaaldelijk moeten worden overgeplaatst naar een 2 opvolgend transporteur. Dit maakt dergelijke systemen gecompliceerd, storingsgevoelig en kostbaar.

Ook vanuit het oogpunt van vervuiling en schoonmaken zijn de bekende systemen niet tevredenstellende. Een nog verder nadeel van de bekende transportsystemen is dat de 5 medewerkers die de schalen van de band nemen, hun keuze alleen kunnen maken op basis van hetgeen zij direct visueel aan de buitenkant van de schaal kunnen waarnemen. Verdere informatie is niet beschikbaar. Met een dergelijk systeem is het dan ook niet mogelijk om de in de schalen aanwezige voedingsproducten afhankelijk van bepaalde aan de voedingsproducten gerelateerde informatie, bijvoorbeeld de herkomst, kwaliteit, etc. over 10 verschillende uitvoerstations te verdelen.

Voorts wordt in de bekende transportsystemen voor het bufferen van producten gebruik gemaakt van een zogenaamde “carrousel”. In een dergelijke buffer is de transporteur die de producten langs de uitvoerstations transporteert uitgevoerd als een eindeloze baan. Producten die, bijvoorbeeld door de beperkte capaciteit van een uitvoerstation, in eerste 15 instantie niet worden uitgevoerd, worden zo herhaaldelijk langs het uitvoerstation getransporteerd totdat het product in het uitvoerstation wordt uitgevoerd. Tegelijkertijd worden er nieuwe producten toegevoerd aan de lege plaatsen in de buffer. Doordat in de uitvoerstations geen informatie beschikbaar is over welke producten reeds voor weke periode in de buffer aanwezig zijn kan het zijn dat later in de buffer geplaatste producten 20 eerder worden uitgevoerd dan producten die al veel eerder in de buffer zijn geplaatst. Dit is met name ongewenst bij het transporteren van voedingsproducten waarbij de kwaliteit van een product in de loop van de tijd echteruit kan gaan.

Het verpakken van voedingsproducten in verpakkingsschalen wordt behalve in de vleesverwerkende industrie ook op grote schaal toegepast in andere sectoren van de 25 voedingsindustrie. In de visverwekende industrie worden bijvoorbeeld moten vis verpakt in verpakkingsschalen. Ook is het bekend om bijvoorbeeld fruit en groente te verpakken in verpakkingsschalen.

De uitvinding beoogt een systeem voor het transporteren van verpakkingsschalen te verschaffen waarmee een of meer van de bovengenoemde nadelen althans gedeeltelijk 30 kunnen worden weggenomen.

De uitvinding verschaft een transportsysteem overeenkomstig conclusie 1.

De uitvinding voorziet verder in een verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten, bij voorkeur vleesproducten, omvattende een transportsysteem, overeenkomstig conclusie 57, een werkwijze volgens conclusies 64 en een slachterijbedrijf 35 volgens conclusie 65.

3

Een transportsysteem volgens conclusie 1 omvat een rail die een eindeloze transportbaan volgt en een veelvoud aan trolleys, die beweegbaar zijn verbonden met de rail en bij voorkeur onderling zijn verbonden, bijvoorbeeld via een of meer ketenelementen. Een veelvoud van schaaldragers zijn ieder via ten minste een trolley gekoppeld aan de rail voor 5 het vormen van een keten van schaaldragers voor het langs de transportbaan transporteren van verpakkingsschalen van een of meer invoerstations naar een of meer uitvoerstations.

Het transportsysteem is verder voorzien van aandrijfmiddelen ingericht voor het in een transportrichting langs de transportbaan verplaatsen van schaaldragers. Verder omvat het transportsysteem bij voorkeur een besturingssysteem.

10 Een transportsysteem voorzien van een keten van trolleys verbonden aan een rail die een eindeloze transportbaan volgt, is in het vakgebeid ook wel bekend onder de term “kettingtransporteur” of “kabeltransporteur”, en wordt bijvoorbeeld gebruikt in inrichtingen voor het verwerken van voedselproducten zoals slachtlijnen, bijvoorbeeld slachtlijnen voor gevogelte.

15 Het gebruik van een dergelijke kettingtransporteur in combinatie met schaaldragers voor het transporteren van verpakkingsschalen heeft als voordeel boven het gebruik van bijvoorbeeld een rollenbaan dat het systeem relatief weinig vloeroppervlak in beslag neemt. Bovendien is een kettingtransporteur een robuust systeem en daarmee weinig storingsgevoelig.

20 Het gebruik van een kettingtransporteur maakt het zelfs mogelijk het transportsysteem op eenvoudige wijze op te hangen aan bijvoorbeeld een plafond, steunbalken of portalen die de werkvloer overspannen, zodat de werkvloer zo veel mogelijk kan worden vrij gehouden.

Het transportsysteem omvat ten minste een invoerstation, ingericht voor het, bij 25 voorkeur selectief, invoeren van de schalen in de schaaldragers, en ten minste een uitvoerstation, ingericht voor het bij voorkeur selectief uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers. Onder selectief invoeren en uitvoeren wordt verstaan het op basis van informatie, bijvoorbeeld of een bepaalde schaaldrager wel of geen verpakkingsschaal omvat, wel of niet invoeren respectievelijk uitvoeren van een verpakkingsschaal in of uit die 30 schaaldrager. Dit in tegenstelling tot niet selectief invoeren en uitvoeren waarbij bij iedere passerende schaaldrager een verpakkingschaal wordt ingevoerd respectievelijk uitgevoerd. Het selectief invoeren kan gebeuren doordat het invoerstation de verpakkingsschalen selectief in de schaaldragers invoert en het selectief uitvoeren kan gebeuren doordat het uitvoerstation de verpakkingsschalen selectief uit de schaaldragers uitvoert. Alternatief kan 35 het selectief invoeren en uitvoeren gebeuren doordat de dragers de verpakkingsschalen selectief opnemen in het invoerstation en respectievelijk afgeven aan het uitvoerstation. Ook is een combinatie van deze alternatieven mogelijk.

4

Bij voorkeur zijn de invoerstations en de uitvoerstations voorzien van een invoerinrichting respectievelijk uitvoerinrichting voor het in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie in en uit de schaaldragers voeren van de verpakkingsschalen. Door de in hoofdzaak horizontale oriëntatie van de verpakkingsschaal tijdens het invoeren en het 5 uitvoeren is het mogelijk om open schalen te transporteren, dat wil zeggen, schalen waarvan de opening nog niet is afgesloten met bijvoorbeeld een folie. Het risico dat er voedingsproducten uit de open verpakkingsschaal vallen is minimaal wanneer deze zich in een in positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie bevindt.

Het voordeel van het vervoeren van open schalen is bijvoorbeeld dat er nog een of 10 meer bewerkingen op de in de schaal geplaatste producten kunnen worden uitgevoerd, bijvoorbeeld het toevoegen van een marinade aan in de verpakkingsschaal geplaatste vleesproducten. Ook is het nog mogelijk om bijvoorbeeld een of meer objecten, zoals een zakje marinade, een kuipje kruidenboter etc. in de schaal te plaatsen. Het toevoegen van

Verder kan een transportsysteem volgens de uitvinding gebruikt worden voor het 15 verdelen van verschillende formaten open verpakkingschalen over verpakkingsinrichtingen voor het afsluiten van de verpakkingschaal met een folie. In de tekst van deze aanvrage wordt voor het afsluiten van een verpakkingschaal met een folie ook wel de vakterm “sealen” gebruikt.

Een transportsysteem volgens de uitvinding is bij voorkeur voorzien van 20 uitvoermiddelen ingericht voor het aangrijpen op een op een ondersteuningsplatform van een schaaldrager geplaatste verpakkingsschaal, en het uitoefenen van een uitduwkracht op die verpakkingsschaal voor het uit de drager duwen van die verpakkingsschaal.

Een dergelijk transportsysteem is in staat om een verpakkingsschaal actief en gecontroleerd, en bij voorkeur met een beheerste snelheid in een gewenste richting uit de 25 drager te duwen.

Dit heeft als voordeel dat er geen of slechts geringe onzekerheid is in de uitvoer van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers. Bovendien kunnen al de verpakkingsschalen op specifieke plek en met een gelijke snelheid worden uitgevoerd. Dit is met name van belang wanneer het transportsysteem verschillende typen verpakkingsschalen vervoert en/of 30 verpakkingsschalen met verschillende inhoud. Ook is de kans op de beschadiging van de verpakkingsschalen minimaal.

Een transportsysteem met uitvoermiddelen volgens de uitvinding is bovendien in staat om de verpakkingsschalen gecontroleerd van een horizontaal georiënteerd ondersteuningsplatform te bewegen. Bij voorkeur is een transportsysteem volgens de 35 uitvinding voorzien van een ondersteuningsplatform met een vaste, in hoofdzaak horizontale oriëntatie voor het in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie transporteren 5 van een verpakkingsschaal. Dit maakt een dergelijk transportsysteem bijzonder geschikt voor het transporteren van bijvoorbeeld voedingsproducten in open verpakkingsschalen.

In een verder voorkeursuitvoering is een transportsysteem volgens de uitvinding voorzien van invoermiddelen ingericht voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal in een 5 invoerstation, en het uitoefenen van een invoerkracht op die verpakkingsschaal voor het actief en gecontroleerd en bij voorkeur met een beheerste snelheid in een gewenste richting invoeren van die verpakkingsschaal in een schaaldrager bij dat invoerstation.

Dit heeft als voordeel dat er geen of slechts geringe onzekerheid is in de uitvoer van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers. Bovendien kunnen al de verpakkingsschalen op 10 specifieke plek en met een gelijke snelheid worden uitgevoerd. Dit is met name van belang wanneer het transportsysteem verschillende typen verpakkingsschalen vervoert en/of verpakkingsschalen met verschillende inhoud. Ook is de kans op de beschadiging van de verpakkingsschalen minimaal.

Bij voorkeur is het transportsysteem voorzien van een besturingssysteem ingericht 15 voor het bepalen van de positie van elke schaal in het transportsysteem. Een dergelijk besturingssysteem omvat ketenlokaliseringsmiddelen die de positie van de keten van schaaldragers ten opzichte van een vast punt langs de transportbaan kunnen bepalen, bijvoorbeeld een invoerstation, een uitvoerstation, of een bewerkingsstation.

Het besturingssysteem is verder bij voorkeur voorzien van ontvangstmiddelen voor 20 het ontvangen van informatie over schaaldragers en/of productinformatie met betrekking op de verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, welke informatie wordt ontvangen van bijvoorbeeld een invoerstation, een uitvoerstation, een bewerkingsstations of een verwerkingsysteem.

Een dergelijk besturingssysteem is verder voorzien van elektronische 25 geheugenmiddelen met een geheugentabel. In de geheugentabel is voor elke verpakkingsschaal in het transportsysteem ten minste een geheugenveld aanwezig voor het opnemen van ten minste één kenmerk van de schaal en/of inhoud van die schaal. Verder is ten minste een geheugenveld aanwezig voor het opslaan van de drager waarin de schaal door een invoerstation geplaatst is. Doordat de positie van de schaaldragers continu bekend 30 is, is ook de positie van de door de schaaldrager gedragen schaal continu bekend.

Op deze wijze is een transportsysteem volgens de uitvinding ingericht voor het koppelen van productinformatie, in de vorm van een of meer kenmerken van de schaal en/of de voedingsproducten in die schaal, aan ieder individuele verpakkingsschaal. Op basis van deze productinformatie kunnen de verpakkingsschalen bijvoorbeeld worden verdeeld over 35 verschillende uitvoerstations of kunnen bewerkingsstations worden aangestuurd.

Bij voorkeur is een transportsysteem volgens de uitvinding voorzien van uitvoermiddelen die worden aangestuurd door een distributiebesturingssysteem dat op basis 6 van de productinformatie de verpakkingsschalen selectief kan uitvoeren. Een dergelijk transportsysteem kan bijvoorbeeld verpakkingsschalen op basis van de houdbaarheidsdatum van de in de verpakkingsschalen verpakte voedingsproducten verdelen over verschillende uitvoerstations.

5 Het verdelen van de verpakkingschalen en de daarin verpakte voedingsproducten over verschillende uitvoerstations kan hierdoor volautomatisch gebeuren. Hierdoor is het transportsysteem goedkoper en efficiënter dan het gebruik van uitvoerstations waarbij de verpakkingsschalen handmatig van een transportbaan worden genomen.

Bij voorkeur is het transportsysteem voorzien van een of meer bewerkingsstations 10 voor het uitvoeren van bewerkingen op de verpakkingsschalen en/of de in de verpakkingsschalen geplaatste voedingsproducten. Bewerkingen op de verpakkingsschaal en/of de inhoud daarvan kunnen bijvoorbeeld omvatten het wegen van de verpakkingsschaal, het scannen van de verpakkingschaal bijvoorbeeld om de inhoud daarvan te controleren op de aanwezigheid van metaal of ongewenste botdelen in 15 vleesproducten, het optisch scannen van de in een verpakkingsschaal geplaatste voedingsproducten voor het bepalen van de kleur en/of de positie, het toevoegen van een eetbaar additief aan de verpakkingsschaal en/of de inhoud daarvan in de vorm van een zakje en/of een marinade.

Het uitvoeren van een bewerking wordt bij voorkeur aangestuurd door het 20 besturingssysteem in afhankelijkheid van de informatie die er over de betreffende verpakkingsschaal of de producten in de betreffende verpakkingsschaal in het geheugen van het besturingssysteem beschikbaar is. Dit heeft als voordeel dat dergelijke informatie bijvoorbeeld niet door het bewerkingsysteem zelf hoeft te worden ingewonnen door het scannen van de inhoud van een verpakkingsschaal voorafgaand aan de bewerking. Dit 25 vereenvoudigt het proces en verkleint de kans op fouten.

Een dergelijk transportsysteem maakt het daarmee mogelijk om op eenvoudige wijze in een transportbaan tegelijkertijd verschillende producten te transporteren en/of producten aan verschillende bewerkingen te onderwerpen. Een dergelijk transportsysteem kan op flexibele wijze bestellingen samenstellen. Bijvoorbeeld kan met een transportsysteem 30 afhankelijk van de wensen van een afnemer geen, alle, of een gedeelte van de verpakkingschalen waaruit de bestelling is samengesteld zijn voorzien van een additief, bijvoorbeeld in de vorm van een zakje saus.

De uitvinding voorziet verder in een verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten, bij voorkeur vleesproducten, volgens conclusie 57. Een dergelijk 35 verwerkingsysteem omvat een verwerkingsinrichting voor het verwerken van voedingsproducten, ten minste een vulstation ingericht voor het vullen van de verpakkingsschalen met uit de verwerkingsinrichting aangevoerde voedingsproducten, en 7 een transportsysteem ingericht voor het transporteren van verpakkingsschalen van een of meer invoerstations naar een of meer uitvoerstations.

Het transportsysteem omvat een veelvoud aan trolleys en schaaldragers. De schaaldragers zijn via de trolleys gekoppeld aan een rail die een eindeloze transportbaan 5 volgt, en vormen zo een keten van schaaldragers.

De schaaldragers zijn ieder voorzien van een ondersteuningsorgaan, bij voorkeur een ondersteuningsplatform, ingericht voor het ondersteunen van en minste een verpakkingsschaal.

Het verwerkingssysteem omvat verder aandrijfmiddelen ingericht voor het in een 10 transportrichting langs de transportbaan verplaatsen van de keten van schaaldragers, en een besturingssysteem voor het aansturen van het transportsysteem, ingericht voor het bepalen van de positie van elke schaal in het transportsysteem.

Het voordeel van een dergelijk voedselverwerkingsysteem is dat er minder of geen mensen nodig zijn voor het verdelen van de verpakkingsschalen over de meerdere 15 uitvoerstations. Hierdoor treden minder fouten op en kan een hogere doorloopsnelheid worden gehaald.

Bij voorkeur is het distributiebesturingssysteem van het voedselverwerkingsysteem ingericht voor het koppelen van productinformatie verkregen uit het verwerkingsproces en/of uit het vulstation aan de verpakkingsschalen waarin de voedingsproducten worden verpakt. 20 Op deze wijze blijft de per verpakkingsschaal de productinformatie behouden van de in die schaal verpakte voedingsproducten en/of bijvoorbeeld informatie over het gebruikte type schaal. Deze informatie kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het verdelen van de verpakkingsschalen over verschillende uitvoerstations en/of bewerkingsstations.

Bijvoorbeeld in de vleesverwerkende industrie kunnen tijdens het verwerkingsproces 25 het uiterlijk en/of het gewicht van ieder slachtdeel worden vastgelegd, zoals bekend bij gevogelte. Afhankelijk van het gewicht en/of het uiterlijk, bijvoorbeeld de kleur van het vlees, wordt er vervolgens bijvoorbeeld voor gekozen om de slachtdelen wel of niet te marineren. In de nu bekende systemen gaat de informatie met betrekking op slachtdelen verloren wanneer de slachtdelen in een verpakkingsschaal worden geplaatst.

30 Bij een verwerkingssysteem volgens de uitvinding blijft deze productinformatie behouden wanneer de voedingsproducten in de schaal zijn geplaatst. Per schaal kan worden besloten of de producten in die schaal gemarineerd moeten worden of niet.

Bij voorkeur is voorzien in een bewerkingsstation in de vorm van een vulstation voorzien van vulmiddelen voor het in een schaal plaatsen van een of meer uit een 35 verwerkingsinrichting afkomstige voedingsproducten. Bij voorkeur zijn de vulmiddelen ingericht voor het systematisch op een bepaalde plaats en/of in een bepaalde volgorde in de 8 schaal plaatsen van de voedingsproducten, zodanig dat van ieder geplaatst voedingsproduct de positie in de verpakkingsschaal bekend is.

In een dergelijk verwerkingssysteem kan productinformatie, bijvoorbeeld gewicht, kleur, vochtinhoud, etc, van de voedingsproducten ook na het in de schaal plaatsen van de 5 producten herleid worden op de individuele voedingsproducten.

De informatie met betrekking op de individuele voedingsproducten blijft op deze wijze bewaard tot aan het einde van het transportproces. De informatie kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het al dan niet uitvoeren van bewerkingen in bewerkingsstations, voor het verdelen van de verpakkingsschalen over verschillende orders, of voor achteraf traceren van 10 de herkomst van individuele vleesproducten. Tevens kan de informatie bijvoorbeeld worden gebruikt bij het aanmaken van etiketten die worden aangebracht op de verpakking nadat de schalen zijn gesealed.

Deze productinformatie wordt bij voorkeur overgenomen uit de verwerkingsinrichting, maar kan bijvoorbeeld ook via detectoren door het besturingssysteem worden ingewonnen 15 voor of tijdens het vullen van de verpakkingsschalen.

Een transportsysteem en een verwerkingssysteem volgens de uitvinding zijn in het bijzonder geschikt voor het transporteren van meerdere, individuele voedingsproducten, bijvoorbeeld meerdere stuks fruit, vlees of vis, geplaatst in een verpakkingsschaal, waarbij de verpakkingsschaal deel uitmaakt van de uiteindelijk consumenten verpakking.

20 Een transportsysteem en een verwerkingssysteem volgens de uitvinding zijn in het bijzonder geschikt voor het transporteren van schalen waarin meerdere voedingsproducten zijn geplaatst, en in het bijzonder voor het transporteren van open schalen met daarin geplaatste voedingsproducten, dat wil zeggen geheel of gedeeltelijk gevulde schalen die nog niet zijn afgesloten met bijvoorbeeld een folie.

25 Een verwerkingssysteem volgens de uitvinding is in het bijzonder geschikt voor het transporteren van voedingsproducten waarbij tijdens het verwerkingsproces per voedingsproduct informatie over meerdere kenmerken van het product, bijvoorbeeld uiterlijk, gewicht, vochtgehalte, herkomst, wordt vastgelegd. Op basis van deze informatie kunnen de verpakte producten worden verdeeld over bewerkingstations en/of uitvoerstations.

30 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont: figuur 1 een bovenaanzicht van een transportsysteem volgens de uitvinding; figuur 2 een bovenaanzicht van een alternatief transportsysteem volgens de uitvinding; figuur 3 een invoerstation volgens de uitvinding; 35 figuur 4 een alternatief invoerstation volgens de uitvinding; figuur 5 een schaaldrager volgens de uitvinding; 9 figuur 6 een schaaldrager en een uitvoerstation volgens de uitvinding in een eerste bedrijfspositie; figuur 7 de schaaldrager en het uitvoerstation van figuur 6 in een tweede bedrijfspositie; 5 figuur 8 de schaaldrager en het uitvoerstation van figuur 6 in een derde bedrijfspositie; figuur 9 een schaaldrager volgens de uitvinding in een in-lijn bewerkingsstation volgens de uitvinding; figuur 10 een bewerkingsstation in een in-lijn positie en een bewerkingsstation in een 10 parallelle positie ten opzichte van een transportbaan volgens de uitvinding; figuur 11 een bovenaanzicht van een configuratie van een transportbaan en meerdere bewerkingsstations volgens de uitvinding; figuur 12 een alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 13 een tweede aanzicht van de schaaldrager uit figuur 11; 15 figuur 14 een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 15 een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 16 een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 17 een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 18 een tweede aanzicht van de schaaldrager uit figuur 17; 20 figuur 19 een doorsnede van een transportband van een invoerstation volgens de uitvinding; figuur 20 een uitvoerstation voorzien van pneumatische uitvoermiddelen; figuur 21 een alternatief invoerstation voorzien van een invoerbaan die gedeeltelijk samenvalt met de transportbaan; 25 figuur 22 een verder alternatief invoerstation voorzien van een invoerbaan die gedeeltelijk samenvalt met de transportbaan; figuur 23 een alternatieve uitvoering van het invoerstation uit figuur 3. figuur 24 toon een transportbaan onder een hoek met de horizontaal; figuur 25 toont een perspectivisch aanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van een 30 transportbaan 400; figuur 26 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding die is voorzien van een draaielement voor het roteren van de schaaldrager om een verticale as; figuur 27 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager 35 volgens de uitvinding; figuur 28 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; 10 figuur 29 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; figuur 30 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding; en 5 figuur 31 toont een perspectivisch aanzicht van een verdere alternatieve schaaldrager volgens de uitvinding.

De figuren zijn slechts schematische weergaven van de voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen weergegeven met dezelfde verwijzingscijfers.

10 Figuur 1 toont een schematisch bovenaanzicht van een transportsysteem 1 volgens de uitvinding. Het transportsysteem is voorzien van een rail 5 die een eindeloze transportbaan 6 volgt, een veelvoud aan trolleys, en een veelvoud aan schaaldragers 7.

De veelvoud aan trolleys is beweegbaar verbonden met de rail. De trolleys zijn onderling verbonden via een of meer ketenelementen, bijvoorbeeld schalmen van een 15 ketting, een stuk kabel o.i.d. In een alternatieve uitvoering zijn de dragers niet onderling gekoppeld, bijvoorbeeld bij een buffer o.i.d. waar de dragers tijdelijk op een variabele onderlinge afstand worden gebracht.

De schaaldragers 7 zijn ieder via een of meer trolleys opgehangen aan de rail 5. Voor het in een transportrichting 10 langs de transportbaan 6 verplaatsen van de keten van 20 schaaldragers 7 is het transportsysteem voorzien van aandrijfmiddelen 9. Het transportsysteem wordt aangestuurd door een besturingssysteem 11.

Het in figuur 1 afgebeelde transportsysteem 1 is ingericht voor het transporteren van verschillende typen open verpakkingsschalen 2, allen aangevoerd via het ene invoerstation 3, naar verschillende uitvoerstations 4. Achter ieder uitvoerstation is een 25 verpakkingsinrichting 12 opgesteld voor het afsluiten van verpakkingsschalen 2 met een doorzichtige folie. Dit afsluiten wordt ook wel “sealen” genoemd.

Dergelijke verpakkingsinrichtingen zijn in de praktijk geschikt voor het verpakken van slechts een beperkt aantal typen verpakkingsschalen. Een eerste verpakkingsinrichting is bijvoorbeeld geschikt voor het sealen van verpakkingsschalen met een hoogte van 4-5 cm 30 en een oppervlak van 180-220 cm2, en een tweede verpakkingsinrichting is geschikt voor het sealen van verpakkingsschalen met een hoogte van 5-7 cm en een oppervlak van 200-240 cm2, etc.

Het in figuur 1 getoonde transportsysteem is ingericht voor het afgeven van een verpakkingsschaal aan die verpakkingsinrichting die geschikt is voor het sealen van dat type 35 verpakkingsschaal. Wanneer een schaaldrager 7 met een verpakkingsschaal 2 een uitvoerstation 4 passeert dat is voorzien van een verpakkinginrichting 12 geschikt voor het sealen van de betreffende verpakkingsschaal, worden uitvoermiddelen geactiveerd voor het 11 uit die schaaldrager voeren van de verpakkingsschaal. De verpakkingsschaal wordt vervolgens getransporteerd naar de betreffende verpakkingsinrichting en gesealed. Na het sealen worden de verpakkingen verder getransporteerd voor verdere verwerking.

Bij voorkeur worden alleen verpakkingsschalen aangevoerd die door de 5 verpakkingsinrichtingen kunnen worden gesealed, zodat al de schaaldragers leeg zijn wanneer ze weer bij het invoerstation aankomen. In een alternatieve uitvoering kan stroomafwaarts ten opzichte van de uitvoerstations, en stroomopwaarts ten opzichte van het invoerstation, zijn voorzien in een extra uitvoerstation voor het uitvoeren van die verpakkingsschalen die ongeschikt zijn voor de beschikbare verpakkingsinrichtingen.

10 Voor het uitvoeren van de verpakkingsschalen bij de correcte verpakkingsinrichtingen is het transportsysteem voorzien van autonome uitvoerstations. Een autonoom uitvoerstation omvat detectiemiddelen voor het detecteren van verpakkingschalen in de passerende schaaldragers en/of verpakkingschalen in die schaaldragers en/of de inhoud van die verpakkingsschalen, in het bijzonder voor het detecteren van informatie over afmetingen, 15 gewicht, kleur, omvang, etc. Een autonoom uitvoerstation is verder voorzien van een besturingssysteem voor het op basis van die informatie aansturen van uitvoermiddelen om zo selectief verpakkingsschalen uit die passerende schaaldrager uit te voeren.

In een alternatieve uitvoering ontvangen de autonome uitvoerstations informatie vanuit een centraal besturingssysteem van het transportsysteem. In een dergelijke uitvoering 20 is het besturingssysteem van het transportsysteem voorzien van verzendmiddelen voor het verzenden van informatie over schaaldragers en/of verpakkingschalen en/of de inhoud van de verpakkingschalen naar een invoerstation.

Een dergelijke besturingssysteem omvat verder ketenpositiebepalingsmiddelen voor het bepalen van de positie van de keten van schaaldragers (7) ten opzichte van een vast 25 punt langs de transportbaan (6), bijvoorbeeld een invoerstation, een uitvoerstation, of een bewerkingstation.

Daarnaast is een dergelijk besturingssysteem voorzien van ontvangstmiddelen voor het ontvangen van informatie over schaaldragers en/of productinformatie met betrekking op de verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, welke informatie wordt 30 ontvangen van bijvoorbeeld een invoerstation of detectoren langs de transportbaan.

Verder omvat het centrale besturingsysteem elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke verpakkingsschaal in het transportsysteem ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opnemen van ten minste één gegeven dat is gerelateerd aan de verpakkingsschaal en/of inhoud van de verpakkingsschaal, en ten minste 35 een geheugenveld aanwezig is voor het opslaan van een variabele die representatief is voor de schaaldrager waarin de verpakkingsschaal bij een invoerstation geplaatst is.

12

Een dergelijk besturingssysteem is bijzonder geschikt voor het bijhouden van informatie met betrekking op verpakkingsschalen en/of de inhoud van die verpakkingsschalen.

In een verdere voorkeursuitvoering is het centrale besturingssysteem ingericht als 5 distributiebesturingssysteem voor het aansturen van de uitvoerstations. In een dergelijke uitvoering zijn de uitvoerstations niet voorzien van een autonoom besturingssysteem. Het distributiebesturingssysteem omvat de ketenpositiebepalingsmiddelen, de ontvangstmiddelen en de elektronische geheugenmiddelen zoals hierboven beschreven.

Het distributiebesturingssysteem is ingericht voor het aansturen van verschillende 10 uitvoerstations op basis van de informatie die er in het geheugen van het distributiebesturingssysteem over getransporteerde verpakkingsschalen bekend is. Op deze wijze kunnen de verpakkingsschalen worden gedistribueerd over de uitvoerstations.

Figuur 2 toont een schematisch bovenaanzicht van een alternatief transportsysteem 101 volgens de uitvinding. Het transportsysteem is voorzien van een rail (niet getoond) die 15 een eindeloze transportbaan 106 volgt, en een keten van schaaldragers (niet getoond). De keten schaaldragers is hangend gekoppeld aan de rail voor het transporteren van verpakkingsschalen van vijf invoerstations 103, ieder ingericht voor het selectief invoeren van de schalen in de schaaldragers, naar vier uitvoerstations 4, ieder ingericht voor het selectief uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers. Voor het in een 20 transportrichting 110 langs de transportbaan 106 verplaatsen van de keten van schaaldragers is het transportsysteem voorzien van aandrijfmiddelen 109. Het transportsysteem 101 wordt aangestuurd dooreen besturingssysteem 111.

Het transportsysteem is voorzien van selectieve invoerstations voor het selectief invoeren van verpakkingsschalen, in het bijzonder voor het slechts invoeren van 25 verpakkingsschalen in lege schaaldragers. In een eenvoudige versie is het transportsysteem voorzien van autonome invoerstations die ieder zijn voorzien van detectiemiddelen langs de transportbaan, stroomopwaarts ten opzichte van het invoerstation, voor het detecteren of de passerende schaaldrager wel of niet ruimte biedt voor een verpakkingsschaal. Op basis van deze informatie kan het invoerstation al dan niet een verpakkingsschaal invoeren.

30 In een alternatieve uitvoering houdt een centraal besturingssysteem voor al de schaaldragers bij of ze zijn voorzien van een verpakkingsschaal. Bijvoorbeeld de een of meer invoerstations kunnen aan het besturingsysteem doorgeven in welke schaaldrager zij een verpakkingsschaal hebben ingevoerd. Bij voorkeur is een dergelijk transportsysteem voorzien van twee of meer invoerstations, waarbij per invoerstation een specifiek type 35 voedingsproduct en/of verpakkingsschaal wordt ingevoerd. Bijvoorbeeld door het eerst scannen van de schaaldragers stroomopwaarts en vervolgens stroomafwaarts ten opzichte van een invoerstation, kan op eenvoudige wijze worden bepaald of er in het betreffende 13 invoerstation een verpakkingsschaal is ingevoerd. Het centrale besturingssysteem is ingericht voor het vervolgens in geheugenmiddelen opslaan uit welk invoerstation iedere verpakkingsschaal afkomstig is, en dus welk type voedingsproduct en/of verpakkingsschaal het betreft.

5 Via het besturingsysteem kan de informatie worden doorgegeven aan een besturingssysteem, respectievelijk besturingssystemen, van een of meer autonome invoerstations. In een verder uitvoeringsvorm kan het centrale besturingssysteem zijn ingericht voor het aansturen van de invoerstations en/of uitvoerstations op basis van deze informatie.

10 In een invoerstation of uitvoerstation kan het invoeren respectievelijk uitvoeren handmatig worden uitgevoerd. Echter, bij voorkeur is een invoerstation en/of een uitvoerstation volgens de uitvinding voorzien van een invoerinrichting respectievelijk uitvoerinrichting voor het automatisch invoeren respectievelijk uitvoeren een verpakkingsschaal. Dit heeft als voordeel dat het invoeren en uitvoeren op consequente 15 wijze geschied. In een voorkeursuitvoering is een dergelijke invoerinrichting en/of uitvoerinrichting ingericht voor het in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie invoeren van de verpakkingsschalen in de schaaldragers. Een dergelijke inrichting is bijzonder geschikt voor het invoeren respectievelijk uitvoeren van ten minste gedeeltelijk gevulde, open verpakkingsschalen.

20 Verder is een transportsysteem volgens de uitvinding bij voorkeur voorzien van invoermiddelen en/of uitvoermiddelen die zijn ingericht voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal in het ten minste ene invoerstation respectievelijk een schaaldrager, en het uitoefen van een invoerkracht respectievelijk een uitvoerkracht, bijvoorbeeld een duwkracht, op die verpakkingsschaal voor het gecontroleerd invoeren van die 25 verpakkingsschaal in een schaaldrager die wordt voortbewogen naast of boven het invoerstation respectievelijk uitvoeren, respectievelijk het uitvoeren van die verpakkingsschaal uit die schaaldrager.

Een transportsysteem volgens de uitvinding is bij voorkeur voorzien van een invoerstation voorzien van een invoerbaan die zich ten minste gedeeltelijk parallel aan een 30 deel van de eindeloze transportbaan uitstrekt en/of die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze transportbaan zodanig dat een verpakkingsschaal in een positie met een bij voorkeur in hoofdzaak horizontale oriëntatie kan worden ingevoerd van de invoerbaan naar een schaaldrager.

Figuur 3 toont een invoerstation 30 volgens de uitvinding, opgesteld naast een 35 transportbaan 6 met een keten van schaaldragers 7, welke schaaldragers 7 via trolleys 74 hangend zijn gekoppeld aan de rail 5. In het getoonde voorbeeld is het invoerstation 30 14 voorzien van invoermiddelen en zijn de schaaldragers vrij van invoermiddelen. Dit heeft als voordeel dat de schaaldragers relatief eenvoudig en licht kunnen worden uitgevoerd.

Het invoerstation 30 omvat een buffer in de vorm van een aanvoerbaan 31, een parallel aan de transportbaan opgestelde invoerbaan 33, en invoermiddelen 35 voor het 5 invoeren van de verpakkingsschalen 2 van de invoerbaan 33 in de schaaldragers 7 van de transportbaan 6. In de in figuur 30 getoonde uitvoering omvat de invoerbaan een transportband, in een alternatieve uitvoering kan de invoerbaan bijvoorbeeld in plaats van een transportband een invoerplatform omvatten.

Het voordeel van een invoerbaan is dat de verpakkingsschalen over een langere 10 afstand, en dus met een geleidelijke versnelling en vertraging in de richting dwars op de transportrichting van de transportbaan, in de schaaldragers kunnen worden geschoven. Hierdoor zijn de krachten en de versnellingen die op de verpakkingsschaal en de inhoud daarvan worden uitgeoefend beperkt. De kans dat een verpakkingsschaal beschadigd raakt, dat in de verpakkingsschaal geplaatste producten door elkaar worden geschud, en/of uit een 15 open verpakkingsschaal worden bewogen, is minimaal.

In de in figuur 3 getoonde uitvoering dient de aanvoerbaan 31 als buffer voor het bufferen van aangevoerde verpakkingsschalen 2. Aan het einde van de aanvoerbaan 31 is voorzien in een selectieve doorlaat 32 voor het selectief afgeven van verpakkingsschalen 2 aan de invoerbaan 33 zodanig dat iedere schaal wordt afgegeven aan een specifieke 20 schaaldrager in de transportbaan.

De selectieve doorlaat 32 omvat twee parallel lopende eindeloze banden 39 die zich uitstrekken in de richting parallel aan de aanvoerbaan 31. De banden zijn voorzien van tegenhouders 40 die zich uitstrekken dwars op de looprichting van de eindeloze banden. Door de banden 39 in de looprichting te laten bewegen worden de tegenhouders 40 25 onderlangs de selectieve doorlaat en boven de aanvoerbaan 31 in de richting de invoerbaan 33 bewogen. De tegenhouders worden vervolgens in tegenovergestelde richting, bovenlangs de selectieve doorlaat. De tegenhouders 40 kunnen zo in een positie voor een verpakkingsschaal 2 op de aanvoerbaan 31 worden bewogen. Wanneer de selectieve doorlaat wordt stilgezet, wordt een verpakkingsschaal door de tegenhouder tegengehouden 30 in een positie op de aanvoerbaan, terwijl de aanvoerbaan voortbeweegt. Door de banden van de selectieve doorlaat in de looprichting te bewegen wordt de verpakkingschaal op de invoerbaan bewogen.

Een selectieve doorlaat wordt bij voorkeur aangestuurd door het besturingssysteem van het transportsysteem, voor het selectief afgeven van de verpakkingsschalen aan de 35 invoerbaan, zodanig dat iedere verpakkingsschaal wordt afgegeven aan een specifieke schaaldrager in het distributiesysteem.

15

Wanneer bijvoorbeeld de passerende schaaldrager reeds is voorzien van een verpakkingsschaal, worden de verpakkingsschalen op de aanvoerbaan tegengehouden door de selectieve doorlaat. Zodra er een schaaldrager voorbij komt waarin een schaal kan worden geplaatst, laat de selectieve doorlaat een verpakkingsschaal door van de 5 aanvoerbaan naar de invoerbaan om te worden ingevoerd in die schaaldrager.

Een invoerbaan volgens de uitvinding is bij voorkeur ingericht voor het voortbewegen van verpakkingsschalen op een snelheid die substantieel gelijk is aan de snelheid van de transportbaan, en in lijn met een individuele schaaldrager. In een alternatieve uitvoering is de invoerbaan bijvoorbeeld uitgevoerd als een invoerplatform met een stationair, glad 10 oppervlak, en zijn de schaaldragers voorzien van meenemers die aangrijpen op een op het ondersteuningsplatform geplaatste verpakkingschaal zodanig dat de verpakkingsschaal vervolgens met een snelheid gelijk aan de transportsnelheid over de invoerbaan wordt voortbewogen. Invoermiddelen van het invoerstation of de schaaldrager kunnen de verpakkingsschaal vervolgens in de schaaldrager bewegen.

15 In een voorkeursuitvoering strekt een invoerbaan zich, ten minste gedeeltelijk, uit parallel aan een deel van de eindeloze transportbaan en/of die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze transportbaan zodanig dat een verpakkingsschaal in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie kan worden ingevoerd van de invoerbaan naar een schaaldrager die bijvoorbeeld wordt voortbewogen naast of boven de invoerbaan.

20 De in figuur 3 getoonde invoerbaan 33 ondersteunt een verpakkingsschaal 2 op transportband gepositioneerd op een niveau gelijk aan het niveau van een ondersteuningsorgaan, in het bijzonder een platform 8, van een schaaldrager 7 die wordt voortbewogen naast de invoerbaan. Een verpakkingsschaal op de invoerbaan wordt daarmee op gelijke snelheid, op gelijke hoogte met het ondersteuningsplatform, en in lijn met 25 de invoeropening van de schaaldrager voortbewogen. De verpakkingsschaal kan in een horizontale richting worden verplaatst van een positie op de invoerbaan naar een positie op het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager.

In het in figuur 3 getoonde voorbeeld omvat de invoerbaan 33 een transportband 38 voorzien van een aandrijving, voor het ondersteunen en voortbewegen van de 30 verpakkingschalen op een eerste snelheid. De invoerbaan 33 is verder voorzien van, bij voorkeur langgerekte, positioneringelementen 34 die zich uitstrekken dwars op de voortbewegingsrichting van de transportband, voor het positioneren van de verpakkingsschalen in lijn met de schaaldragers 7, in het bijzonder de invoeropeningen van de schaaldragers 7, in de transportbaan 6.

35 In de getoonde voorkeursuitvoering zijn de positioneringelementen 34 uitgevoerd als stangen die onafhankelijk van transportband 38 kunnen worden voortbewogen. In een dergelijke uitvoering is voorzien in een aandrijving voor het voortbewegen van de 16 positioneringelementen op een tweede snelheid, die in hoofdzaak gelijk is aan de snelheid van de schaaldragers. Bovendien is de aandrijving van de positioneringelementen afgesteld voor het voortbewegen van de positioneringelementen in lijn met een invoer/uitvoeropening van de langs de invoerbaan bewegende schaaldragers.

5 Afhankelijk van de uitvoeringsvorm is de snelheid van de transportband hoger, of, lager dan de positioneringelementen c.q. de schaaldragers voor het positioneren van de verpakkingsschalen tegen de positioneringelementen. Een verpakkingsschaal wordt tussen twee positioneringelementen op de transportband geplaatst, en wordt vervolgens, wanneer de transportbaan langzamer beweegt dan de positioneringelementen, door een 10 positioneringelement meegenomen, of, wanneer de transportbaan sneller beweegt dan de positioneringelementen, door een positioneringelement tegengehouden in een positie in lijn met de invoer/uitvoeropening van een schaaldrager.

In de in figuur 3 getoonde versie beweegt de transportband 38 met een snelheid die groter is dan de snelheid van de positioneringelementen 34, zodat een verpakkingsschaal 2 15 wordt tegengehouden door de positioneringelementen in een positie in lijn met de invoer/uitvoeropening van de schaaldrager.

In een alternatieve uitvoering is een aanvoerbaan voorzien van positioneringelementen die op gelijke snelheid met de transportband voortbewegen, en bij voorkeur zijn verbonden met de transportband, bij voorkeur een geheel vormen met de 20 transportband. Figuur 19 toont een verdere voorkeursuitvoering van een transportband 90, waarbij de positioneringelementen zijn uitgevoerd als positioneringribben 91 die onderdeel uitmaken van de transportband. De figuur toont een gedeelte van de transportband 90, in een dwarsdoorsnede parallel aan de transportrichting 92 van de transportband. Het oppervlak van een dergelijke transportband voorzien van gleuven 93 met daarin geplaatste 25 rollen 94. De rollen 94 hebben een diameter groter dan de dikte van de daadwerkelijke transportband, en zijn in de draaibaar in de gleuven opgehangen zodanig dat ze aan de boven en onderzijden van die transportband uitsteken. De transportband steunt daardoor, ten minste gedeeltelijk, via deze rollen af op een steunvlak 95.

Een op de transportband geplaatste verpakkingsschaal 2 steunt op de rollen 94.

30 Wanneer de transportband 91 wordt voortbewogen in de transportrichting 92 over het steunvlak 95 verdraaien de rollen ten opzichte van de transportband, en wordt de verpakkingsschaal niet alleen voortbewogen ten opzichte van het steunvlak maar ook ten opzichte van de transportband. Een op de transportband geplaatste verpakkingschaal wordt door de rollen voortbewogen, totdat deze tegen een positioneringelement is gepositioneerd. 35 Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat de positioneringelementen zich over een de gehele breedte of slechts over een gedeelte van een transportband kunnen uitstrekken. Een positioneringelement kan los van een transportband worden voortbewogen, kan 17 verbonden zijn met een transportband of een geheel vormen met een transportband. Een positioneringelement kan verder zijn opgebouwd uit een stuk of worden gevormd door een of meer segment die al dan niet op een onderlinge afstand zijn geplaatst. Een positioneringelement kan bijvoorbeeld bestaan uit verschillende pinnen die op onderlinge 5 afstand uit de transportband omhoog steken, of uit een balkvormig lichaam dat zich over de gehele breedte van de transportband uitstrekt, etc.

In een verdere alternatieve uitvoering van een invoerstation volgens de uitvinding, getoond in de figuren 21 en 22, kan een invoerstation een aanvoerbaan omvatten die gedeeltelijk samenvalt met de transportbaan, en daarbij zodanig onder de 10 ondersteuningsplatformen van de schaaldragers in de transportbaan doorloopt dat een op de transportbaan geplaatste verpakkingsschaal wordt afgegeven aan een schaaldrager die over de aanvoerbaan beweegt.

De invoerbaan 33 van het in figuur 3 getoonde invoerstation, is voorzien in invoermiddelen voor het in de schaaldragers 7 invoeren van de verpakkingsschalen 2. In de 15 in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm zijn de invoermiddelen uitgevoerd als een draaibaar opgehangen wiel 35 met een in hoofdzaak verticale as. Het wiel is voorzien van invoerorganen 36, en wordt met een aandrijving geroteerd, zodanig dat de invoerorganen 36 over de invoerbaan bewegen om op de invoerbaan geplaatste verpakkingsschalen in de schaaldragers te duwen. Het wiel is zodanig gedimensioneerd en wordt op een zodanige 20 snelheid geroteerd dat de invoerorganen tijdens het verschuiven van een verpakkingschaal tegelijkertijd met de verpakkingschaal op de invoerbaan worden meebewogen in de transportrichting en in een richting dwars op de transportrichting.

In de getoonde voorkeursuitvoering zijn de invoerorganen 36 voorzien van een duwvlak voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal 2, in het bijzonder op een rand van 25 de verpakkingsschaal. De invoerorganen 36 zijn draaibaar om hun verticale as verbonden met de spaken 37 van het wiel 35. De invoerorganen 36 worden daarbij zodanig geroteerd ten opzichte van de spaken 37 dat het duwvlak van de invoerorganen zich continu uitstrekt in een richting loodrecht op de invoerrichting van de verpakkingsschalen. Bovendien worden de invoerorganen tegelijkertijd op efficiënte wijze in de transportrichting meebewogen met de 30 verpakkingsschalen. Op deze wijze is er tijdens het verplaatsen van een verpakkingsschaal altijd maximaal contact tussen het aanduwvlak van het invoerorgaan en de verpakkingsschaal. Dit maakt de kans op beschadigingen aan de verpakkingsschaal tijdens het verplaatsen klein.

Figuur 23 toont een voorkeursuitvoering van de invoermiddelen uit figuur 3. De 35 invoerorganen worden voortbewogen via een planeetwielmechanisme. De drie planeetwielen worden centraal aangedreven, en ondersteunen ieder een invoerorgaan. Doordat de planeetwielen aangrijpen op het satelietwiel verdraaien ze zodanig dat de invoerorganen 18 continu de juiste positie houden voor het verplaatsen van de verpakkingsschalen. Door gebruik te maken van een planeetwielmechanisme kunnen de invoerorganen op een eenvoudige wijze worden aangedreven en gepositioneerd. Verder is het in figuur 23 getoonde invoerstation voorzien van stabilisatie geleiders voor het stabiliseren van de 5 schaaldragers tijdens het invoeren van de verpakkingsschalen. De stabilisatiegeleiders strekken zich uit aan weerskanten van de rail van de transportbaan, ter hoogte van de dakdelen van de passerende schaaldragers. Op deze wijze wordt voorkomen dat de schaaldragers kantelen in een vlak dwars op de transportrichting bij het invoeren van de verpakkingsschalen. Een stabilisatiegeleiding kan ook deel uitmaken van een invoerstation, 10 een bewerkingsstation, een vulstation, etc. In een alternatieve uitvoering kan een stabilisatiegeleider ook steun bieden aan andere delen van een verpakkingsschaal, zoals aan de bodem of de zijde tegenover de invoeropening. Het contactvlak van een geleiderail kan bestaan uit een glad oppervlak, kan zijn voorzien van rollers, een lopende band, etc.

In een alternatieve uitvoering van een invoerstation zoals getoond in figuur 3 is het 15 wiel van de invoermiddelen volgens figuur 3 bijvoorbeeld voorzien in cilindervormige invoerorganen, die aan de spaken van het wiel zijn bevestigd me de as in een verticale positie. Het voordeel van dergelijke invoerorganen is dat, in tegenstelling tot vlakke invoerorganen, de er geen aanduwvlak onder een optimale hoek met de rand van de verpakkingschaal hoeft te worden gepositioneerd. De invoerorganen hoeven dus niet actief 20 te worden geroteerd om een correcte positie ten opzichte van de verpakkingschalen te behouden, en kunnen relatief eenvoudig worden uitgevoerd en opgehangen.

In een verdere uitvoering kan het invoerstation zijn voorzien van een invoerorgaan dat, doormiddel van activeringsmiddelen dwars op de transportrichting over de invoerbaan wordt bewogen. Het invoerstation kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een gasveer voor het 25 verplaatsen van een invoerorgaan dwars over de invoerbaan voor het duwen van een verpakkingschaal van een positie op de invoerbaan naar een positie in een naast de invoerbaan gepositioneerde schaaldrager.

Bij voorkeur zijn de activeringsmiddelen en het invoerorgaan zodanig beweegbaar opgehangen dat ze met de invoerbaan meebewegen in de transportrichting. Door de 30 activeringsmiddelen, en dus het invoerorgaan, met de invoerbaan mee te bewegen in de transportrichting, kan de verpakkingschaal gecontroleerd, dat wil zeggen met een rustige gelijkmatige snelheid, in de schaaldrager worden geschoven.

In een verdere uitvoeringsvorm van een invoerstation volgens de uitvinding is voorzien in invoermiddelen in de vorm van langgerekte positioneringelementen die zich 35 uitstrekken over ten minste een gedeelte van de breedte van de transportband en die zijn voorzien van langs de lengte van het positioneringelement beweegbare invoerorganen. De invoerorganen zijn beweegbaar verbonden met de positioneringelementen, zodanig dat ze 19 langs de lengteas van het positioneringelement, over het oppervalk van de transportband kunnen worden bewogen. Door een invoerorgaan langs het positioneringelement te bewegen kan een tegen het element gepositioneerde verpakkingsschaal in de schaaldrager worden geduwd.

5 Figuur 4 toont een verder alternatief invoerstation 50 volgens de uitvinding. In dit invoerstation is voorzien in invoermiddelen in de vorm van een geleiderail 55 boven een invoerbaan 53 voor het in de schaaldragers geleiden van verpakkingsschalen die over de invoerbaan worden voortbewogen. De geleiding 55 positioneert de verpakkingsschaal tevens tegen een positioneringelement 54 die in lijn loopt met de invoeropening van een 10 schaaldrager. Een dergelijk invoerstation is relatief eenvoudig in constructie.

Het in figuur 4 getoonde aanvoerstation is voorzien van een aanvoerbaan 51 voorzien van een transportband voor het bufferen van verpakkingsschalen en het selectief aanvoeren van verpakkingsschalen aan de invoerbaan 53. De aanvoerbaan 51 in het getoonde voorbeeld is aan het einde van de transportband voorzien van een in verticale richting 15 beweegbaar opgehangen tegenhoudorgaan 52 voor het selectief doorlaten en spatieren van de op de aanvoerband aangevoerde verpakkingsschalen. Het tegenhoudorgaan kan worden bewogen tussen een tegenhoud stand boven de aanvoerband, getoond in de figuur, en een doorgeef stand onder de aanvoerband.

Voor het aansturen van het tegenhoudorgaan is voorzien in detectiemiddelen (niet 20 getoond), bijvoorbeeld een sensor of camera, die signaleren of een verpakkingsschaal is opgesteld in een bufferpositie aan het einde van de aanvoerbaan. Voor het afgeven van de schaal aan een schaaldrager wordt het tegenhoudorgaan bewogen naar een positie onder de aanvoerband zodanig dat de verpakkingsschaal wordt afgegeven aan de invoerbaan voor het positioneringelement die in lijn loopt met de betreffende schaaldrager. De 25 verpakkingsschaal wordt vervolgens door de geleiding 55 tegen het positioneringelement54 gepositioneerd, en vervolgens langs het positioneringelement in de richting van de schaaldrager 7 geduwd.

De detectiemiddelen voor het signaleren van een verpakkingsschaal aan het einde van de aanvoerbaan signaleren wanneer de schaal is afgegeven uit de bufferpositie, en 30 wanneer een volgende schaal in de bufferpositie is aangekomen. Het tegenhoudorgaan kan vervolgens in de tegenhoudstand worden bewogen om de volgende schaal tegen te houden in de bufferpositie. Op deze wijze kunnen ook verpakkingsschalen die dicht opeenvolgend op de aanvoerbaan worden aangevoerd worden gespatieerd, zodanig dat ze ieder voor een positioneringelement op de invoerbaan terechtkomen.

35 Uit het voorgaande wordt duidelijk dat het selectief afgeven van verpakkingsschalen op vele manieren kan gebeuren. Als verder alternatief kan bijvoorbeeld de aanvoerband zijn ingericht voor het selectief afgeven van de verpakkingsschalen door het aandrijven en 20 stopzetten van de band. Voor het afgeven van de schaal aan een schaaldrager wordt de aanvoerband geactiveerd zodanig dat de verpakkingsschaal wordt afgegeven aan de invoerbaan voor het positioneringelement dat in lijn met loopt met de betreffende schaaldrager.

5 In een alternatieve uitvoering kan een invoerstation ook worden gevormd door een of meer personen die de verpakkingsschalen handmatig in de schaaldragers plaatsen.

Verdere oplossingen voor het selectief afgeven van via de aanvoerbaan aangevoerde verpakkingsschalen worden geacht binnen het bereik van de vakman te liggen.

Een transportsysteem volgens de uitvinding is bij voorkeur voorzien van een of meer 10 uitvoerstations omvattende een uitvoerinrichting voor het bij voorkeur in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers.

Het transportsysteem is daarmee geschikt voor het op eenvoudige wijze transporteren van open verpakkingsschalen, en het verdelen van deze verpakkingsschalen 15 over meerdere uitvoerstations, bijvoorbeeld over meerdere verpakkingsinrichtingen.

Een dergelijk uitvoerstation is bij voorkeur voorzien van uitvoermiddelen die zijn ingericht voor het aangrijpen op een door een ondersteuningsorgaan van een schaaldrager ondersteunde verpakkingsschaal, en voor het uitoefen van een uitvoerkracht, bijvoorbeeld een duwkracht, op die verpakkingsschaal voor het gecontroleerd uit de drager uitvoeren van 20 die verpakkingsschaal bij een uitvoerstation.

In een voorkeursuitvoering maken de uitvoermiddelen deel uit van een uitvoerstation, zodanig dat de schaaldragers vrij zijn van uitvoermiddelen. In een dergelijk transportsysteem kunnen de schaaldragers eenvoudig en licht worden uitgevoerd.

Figuur 20 toont een voorbeeld van een uitvoerstation 60 omvattende een uitvoerbaan 25 61, en uitvoermiddelen in de vorm van een uitvoerorgaan 62 dat, doormiddel van activeringsmiddelen 63 dwars op de transportrichting van de transportbaan 6 wordt bewogen. In het getoonde voorbeeld is het uitvoerstation 60 voorzien van een gasveer 63 voor het verplaatsen van een uitvoerorgaan over het ondersteuningsplatform 8 van een schaaldrager 7, voor het uit de schaaldrager op een uitvoerbaan duwen van een 30 verpakkingschaal 2. In een verder uitvoeringsvorm kan zijn voorzien in meerdere, parallel opgehangen uitvoerorganen voor het gelijktijdig of opeenvolgend uit de schaaldragers duwen van verpakkingsschalen.

Bij voorkeur zijn de activeringsmiddelen en het uitvoerorgaan zodanig beweegbaar opgehangen dat ze met de schaaldrager meebewegen in de transportrichting tijden het uit de 35 schaaldrager duwen van de verpakkingsschaal. Door de activeringsmiddelen, en dus het uitvoerorgaan, met de uitvoerbaan mee te bewegen in de transportrichting, kan de 21 verpakkingschaal gecontroleerd, dat wil zeggen met een rustige gelijkmatige snelheid, uit de schaaldrager worden geschoven.

In een alternatieve uitvoering maken de uitvoermiddelen geheel of gedeeltelijk deel uit van de schaaldragers. In een voorkeursuitvoering zijn de schaaldragers voorzien van 5 uitvoerorganen voor het uit de schaaldragers bewegen van de verpakkingsschalen, en zijn de uitvoerstations voorzien van activeringsmiddelen voor het activeren van de uitvoerorganen.

Figuur 30 toont een schaaldrager 380 voorzien van uitvoermiddelen in de vorm van een over het ondersteuningsplatform beweegbare. L-vormige uitduwarm 381. De arm 381 is 10 scharnierbaar om een verticale as 382 opgehangen, en is beweegbaar tussen een, in de figuur getoonde, opneemstand en een uitwerpstand.

De scharnieras 382 is aan een ondereinde voorzien van een activeringsmiddelen in de vorm van een blok 383 dat aan de onderzijde is voorzien van nokken (niet getoond in de figuur) voor aangrijpen op een nokkenbaan van een uitvoerstation. Op deze wijze kan de 15 uitduwarm 381 door een uitvoerstation worden geactiveerd voor het uit de schaaldrager duwen van een verpakkingsschaal.

Nadat de schaaldrager het uitvoerstation is gepasseerd, of voordat de schaaldrager een invoerstation passeert, kan de arm met behulp van een nokkenbaan weer worden teruggedraaid in een opneemstand, zodat een verpakkingsschaal in de schaaldrager kan 20 worden geschoven. Een dergelijke uitvoerarm is eenvoudig uit te voeren en daardoor weinig gevoelig voor storingen. In een alternatieve uitvoering kan de uitvoerarm ook met behulp van andere middelen worden geactiveerd, bijvoorbeeld met behulp van een aandrijving die onderdeel uitmaakt van de schaaldrager.

Een uitvoerinrichting volgens de uitvinding is bij voorkeur voorzien van een 25 uitvoerbaan, bijvoorbeeld een transportband of een uitvoerplatform. Een dergelijke uitvoerbaan strekt zich uit ten minste gedeeltelijk parallel aan een deel van de eindeloze transportbaan en/of valt ten minste gedeeltelijk samen met de eindeloze transportbaan, zodanig dat een verpakkingsschaal in een in hoofdzaak horizontale richting, bij voorkeur in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie, kan worden uitgevoerd naar de 30 uitvoerbaan vanuit een schaaldrager die wordt voortbewogen naast of boven de uitvoerbaan.

In een voorkeursuitvoering is de uitvoerbaan ten minste gedeeltelijk gepositioneerd op een niveau dat in hoofdzaak gelijk is aan het niveau van het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager die wordt voortbewogen naast de uitvoerbaan, zodanig dat een verpakkingsschaal in een in hoofdzaak horizontale richting kan worden verplaatst van een 35 positie op het ondersteuningsorgaan van die schaaldrager naar een positie op de uitvoerbaan.

22

In een alternatieve uitvoering strekt de uitvoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uit op een niveau lager dan het niveau van het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager die boven de uitvoerbaan wordt voortbewogen zodanig dat ten minste een deel van de uitvoerbaan samenvalt met de transportbaan. Het ondersteuningsorgaan van de 5 schaaldragers in een dergelijk transportsysteem is ingericht voor het ondersteunen van een verpakkingsschaal onder een deel van de verpakkingsschaal gepositioneerd boven de bodem van de verpakkingsschaal, dat wil zeggen een deel van de verpakkingsschaal op enige afstand van de uitvoerbaan waarop de verpakkingsschaal afsteunt. Bij voorkeur ondersteund de schaaldrager, een deel van, de onderzijde van een flens langs de opening 10 van de verpakkingsschaal. In een dergelijk transportsysteem strekt de uitvoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uit op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van de bodem van de verpakkingschaal die wordt ondersteund door het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager, zodanig dat een verpakkingsschaal in een in hoofdzaak horizontale richting kan worden verplaatst van een positie op het ondersteuningsorgaan van die schaaldrager 15 naar een positie op de uitvoerbaan.

Figuur 5 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een schaaldrager 70 volgens de uitvinding. De schaaldragers is ingericht voor het transporteren van een verpakkingsschaal langs de transportbaan 6, waarbij de verpakkingsschalen langs de onderkant van de rail 5 worden getransporteerd in een transportrichting 10.

20 De in figuur 5 getoonde schaaldrager 70 is voorzien van een ondersteuningsplatform 8 met een vaste horizontale oriëntatie, voor het in een positie met een horizontale oriëntatie transporteren van een verpakkingsschaal.

Bij voorkeur is een schaaldrager volgens de uitvinding voorzien van ten minste een zijwand en eventueel een bovenwand voor het afschermen van een verpakkingsschaal en/of 25 de inhoud daarvan tegen omgevingsinvloeden. In een verdere voorkeursuitvoering strekken de zijwanden zich uit tot aan de zijkant van de schaaldrager, zodat de randen van de wand de invoer/uitvoeropening definiëren. De schaaldrager 70 is aan twee tegenover elkaar gelegen uiteinden voorzien van een invoer/uitvoer opening 76. Langs de twee tussen de invoer/uitvoer openingen gelegen zijden van het ondersteuningsplatform is voorzien in een, 30 ten opzichte van de transportrichting stroomopwaarts gelegen voorste wanddeel 71, en een ten opzichte van de transportrichting stroomafwaarts gelegen achterste wanddeel 72. De tegenover elkaar gelegen wanddelen zijn verbonden via en dakdeel 73. Het dakdeel is via twee trolleys 74 opgehangen aan de rail 5 van de transportband 6. In een alternatieve uitvoering kan een schaaldrager via slechts een, of via meer dan twee trolleys zijn verbonden 35 met de rail.

De trolleys 74 zijn via een ketting 75 verbonden met de trolleys van de twee naastgelegen schaaldragers (niet getoond), die op hun beurt weer zijn verbonden met de 23 trolleys van de daarnaast gelegen schaaldragers, etc, zodanig dat de verschillende schaaldragers een eindeloze keten vormen.

De in figuur 5 getoonde schaaldrager omvat twee zijwanden 71,72 die een op het steunvlak 8 geplaatste verpakkingsschaal afschermen. Dit heeft als voordeel dat wanneer er 5 bijvoorbeeld een bewerking plaats heeft op een in de schaaldrager geplaatste schaal en/of de inhoud daarvan, bijvoorbeeld het met een marinade douche marineren van in een schaal vleesproducten, een verpakkingsschaal in een naastgelegen schaaldrager niet wordt beïnvloed, bijvoorbeeld door spetters marinade.

Bij voorkeur is een schaaldrager volgens de uitvinding zodanig uitgevoerd dat de in 10 de schaaldrager geplaatste verpakkingschaal en/of de inhoud daarvan van buiten de schaaldrager bereikbaar is voor bewerkingsmiddelen voor het uitvoeren van bewerkingen op de schaal en/of de voedingsproducten in de schaal, zoals het toevoegen van een additief. Bijvoorbeeld kan de schaaldrager zijn voorzien van een relatief ruime invoer/uitvoer opening.

Figuur 10 toont een alternatief waarin een schaaldrager is ingericht om een 15 verpakkingsschaal niet recht onder de rail, maar naast de rail te ondersteunen. Hierdoor is de inhoud van de verpakkingsschaal op eenvoudige wijze van boven toegankelijk voor bijvoorbeeld een arm van een marinade douche voor het marineren van in de verpakkingsschaal geplaatste vleesproducten. Ook kunnen bij een dergelijke schaaldrager bijvoorbeeld op eenvoudige wijze andere voedingsproducten of bijvoorbeeld een zakje saus 20 in de verpakkingsschaal worden geplaatst.

Figuur 26 toont een verdere uitvoering van een schaaldrager 390 volgens de uitvinding waarbij het ondersteuningsplatform 391 via slechts een achterwand 392 is verbonden met een dakdeel 393. Het ondersteuningsplatform 391 is verder voorzien van twee opstaande randen 394 voor het geleiden van een verpakkingschaal wanneer deze 25 wordt ingevoerd of uitgevoerd. In een dergelijke schaaldrager is de verpakkingschaal en/of de eventuele inhoud van die verpakkingschaal van drie kanten eenvoudig bereikbaar voor bewerkingen.

Wanneer een keten van dergelijke schaaldragers wordt getransporteerd met de wand parallel aan de transportrichting, kan bijvoorbeeld de sproeikop van een marinade douche in 30 een vaste positie in de transportbaan worden gepositioneerd voor het voorzien van de inhoud van de verpakkingsschaal van een laag marinade.

De in figuur 5 getoonde schaaldrager is ingericht voor het ten opzichte van de voortbewegingsrichting 10 van de transportbaan 6 in hoofdzaak zijwaartse richting opnemen en afgeven van verpakkingsschalen. Een verpakkingsschaal kan bovendien van beide zijden 35 van de transportbaan worden ingevoerd. Hiertoe is de schaaldrager aan twee uiteinden voorzien van invoer/uitvoer openingen voor het in- respectievelijk uitvoeren van 24 verpakkingsschalen. Dit heeft als voordeel dat in het transportsysteem aan weerszijden van de transportbaan in- en uitvoerstations kunnen worden geplaatst.

In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager zijn voorzien van een of meer invoeropeningen aan een zijde van de schaaldrager. Een schaaldrager kan bovendien 5 roteerbaar om zijn verticale as zijn opgehangen aan de transportbaan, zodanig dat een invoer/uitvoeropening kan worden verplaatst van bijvoorbeeld de ene zijde van de transportbaan naar de tegenovergelegen zijde van de transportbaan.

Het ondersteuningsplatform 8 van de in figuur 5 getoonde schaaldrager 70 strekt zich uit tot aan de zijkant van de schaaldrager. Een verpakkingsschaal kan in een positie met een 10 horizontale oriëntatie de schaaldrager worden ingeschoven of uitgeschoven, bijvoorbeeld van of naar een ondersteuningsplatform dat onderdeel uitmaakt van respectievelijk een invoer of een uitvoer station en dat op gelijke hoogte is gepositioneerd met het ondersteuningsplatform van de schaaldrager.

In alternatieve uitvoering is het steunvlak van de schaaldrager voorzien van een 15 kleine drempel langs de ten minste enige invoer/uitvoeropening om te voorkomen dat een op het ondersteuningsvalk geplaatste verpakkingsschaal tijdens het transport onbedoeld uit de invoer/uitvoeropening schuift, bijvoorbeeld als gevolg van trillingen van de schaaldrager. Het ondersteuningsplatform en drempel lopen bij voorkeur geleidelijk in elkaar over zodat een verpakkingsschaal met behulp van invoermiddelen en uitvoermiddelen eenvoudig over de 20 drempel kan worden geduwd.

In een verdere alternatieve uitvoering is het ondersteuningsplatform onder een hoek geplaatst, zodanig dat om een verpakkingsschaal uit de schaaldrager te bewegen deze enigszins tegen een helling moet worden opgeduwd. De hoek van het ondersteuningsplatform met de horizontaal ligt bij voorkeur tussen de 5 en10 graden, en is 25 bij voorkeur 5 graden, zodat enerzijds de helling voldoende schuin is om het uit de schaaldrager trillen van de verpakkingschaal te voorkomen, en anderzijds de verpakkingsschaal in hoofdzaak horizontaal is gepositioneerd zodat in een open verpakkingsschaal geplaatste voedingsproducten niet uit die schaal trillen tijdens transport.

In een verdere uitvoering is een drager volgens de uitvinding voorzien van een 30 ondersteuningsplatform dat kan worden gekanteld tussen een positie met een horizontale oriëntatie en een positie met een gekantelde oriëntatie. Het ondersteuningsplatform van een dergelijk drager kan horizontaal worden gepositioneerd voor het invoeren en uitvoeren van een verpakkingsschaal, en onder een hoek worden gezet voor het transporteren van de een verpakkingsschaal. Het ondersteuningsplatform is aan de tegenover de invoeropening 35 gelegen zijde voorzien van een opstaande wand, die bijvoorkeur onderdeel uitmaakt van het kantelplatform, waartegen een verpakkingschaal kan afsteunen tijdens het transport.

25

Een dergelijk ondersteuningsplatform kan worden gekanteld tussen een positie met een horizontale oriëntatie en een positie met een gekantelde oriëntatie, bij voorkeur onder een hoek tussen de 5 en 10 graden, bij voorkeur van 5 graden met de horizontale oriëntatie. Bij een dergelijke hoek is de kans dat de inhoud uit de schaal valt beperkt.

5 Figuur 31 toont een alternatieve schaaldrager 440 voorzien van een ondersteuningsplatform 441 dat kantelbaar is over een hoek groter dan 10 graden. In het getoonde voorbeeld is de schaaldrager 440 voorzien van een ondersteuningsplatform 441 met aan weerszijde een invoer/uitvoer opening 443. Het ondersteuningsplatform 441 is naar twee kanten toe kantelbaar om een as 442 dwars op de invoer/uitvoerrichting. Aan de zijkant 10 van de schaaldrager 440 is voorzien in een grendel 444 voor het bedienen van het kantelbare platform.

Een dergelijke schaaldrager is geschikt voor het transporteren van open verpakkingsschalen wanneer het ondersteuningsplatform is gepositioneerd in de horizontale stand. Daarnaast is de schaaldrager bijzonder geschikt voor het transporteren van lege 15 verpakkingsschalen en verpakkingsschalen die zijn afgesloten met een folie. Dergelijke verpakkingsschalen kunnen worden uitgevoerd door het zodanig kantelen van het platform dat de verpakkingsschaal van het ondersteuningsplatform glijdt.

Bij een schaaldrager volgens de uitvinding maakt de gecontroleerde uitvoer, waarbij de uitvoermiddelen een duwkracht uitoefenen op de verpakkingsschaal, het tevens mogelijk 20 het ondersteuningsplatform te voorzien van een ruw oppervlak om te voorkomen dat de verpakkingsschaal ongewild van het ondersteuningsplatform afglijdt, bijvoorbeeld onder invloed van trillingen van de trolley tijdens het transport. De wrijvingskracht tussen ondersteuningsplatform is daarbij groot genoeg om het verschuiven van de verpakkingschaal als gevolg van trillingen te voorkomen, maar laag genoeg om van het platform duwen van de 25 verpakkingsschaal door de uitvoermiddelen mogelijk te maken.

In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager zijn voorzien van een of meer ondersteuningsplatformen, bijvoorbeeld op verschillende hoogtes, die ieder geschikt zijn voor het ondersteunen van een of meer verpakkingsschalen. Bijvoorbeeld kan het formaat van het ondersteuningsplatform voldoende groot zijn om een via een eerste invoer/uitvoeropening 30 ingevoerde verpakkingsschaal te ondersteunen naast een door de tegenovergelegen invoer/uitvoeropening ingevoerde verpakkingsschaal.

In een alternatieve uitvoering kan in meerdere ondersteuningsplatformen zijn voorzien. Bijvoorbeeld kunnen twee of meer ondersteuningsplatformen boven elkaar zijn aangebracht zodat verpakkingsschalen op verschillende hoogten in en uit de schaaldrager 35 kunnen worden ingevoerd en uitgevoerd. Een dergelijke schaaldrager wordt getoond in figuur 14. Ook kan bijvoorbeeld zijn voorzien in meerdere ondersteuningsplatformen die ieder ten opzichte van een invoer/uitvoeropening in verticale richting beweegbaar zijn, 26 zodanig dat meerdere verpakkingsschalen in de schaaldrager kunnen worden ingevoerd vanuit invoerstations die ieder verpakkingsschalen afgeven op dezelfde afgeefhoogte.

In een verdere uitvoering kan een schaaldrager zijn voorzien van een of meer in verticale richting verplaatsbare ondersteuningsplatformen voor samenwerking met 5 afgeefstations die zijn ingericht om alleen de verpakkingsschalen die op een specifieke uitvoerhoogte worden getransporteerd uit de transportbaan te voeren.

Bijvoorbeeld figuur 17 en 18 tonen een schaaldrager 170 voorzien van een ondersteuningsplatform 178 dat in verticale richting beweegbaar is tussen een eerste positie, getoond in figuur 17, en een tweede positie, getoond in figuur 18. In de eerste positie grijpt 10 het ondersteuningsplatform 178 aan op een verpakkingsschaal 2 gepositioneerd op een invoerplatform 179. In de tweede positie passeert het ondersteuningsplatform het invoerplatform en eventueel een op het invoerplatform geplaatste verpakkingsschaal bovenlangs.

De schaaldrager 170 is in verticale richting beweegbaar verbonden met de trolley 174 15 die weer is opgehangen aan de transportbaan (niet getoond in de figuur), voor het voortbewegen van de schaaldrager in de transportrichting 10. De schaaldrager 170 is voorzien van een nok voor samenwerking met geleiderails 171,172 die zicht ten minste ter hoogte van het invoerstation langs de transportbaan uitstrekken. Het transportsysteem, bijvoorkeur het invoerstation, is voorzien van een geleidesysteem (niet getoond) voor het 20 bewegen van de nok van een schaaldrager in de eerste geleiderail 171 of tweede geleiderail 172 wanneer de schaaldrager het invoerplatform nadert.

Het in figuur 17 en 18 getoonde uitvoeringsvoorbeeld van een schaaldrager 170 omvat een ondersteuningsplatform 178 dat is uitgevoerd als een vork met meerdere tanden, voor het gedeeltelijk ondersteunen van een verpakkingsschaal 2, en voor het samenwerken 25 met een eveneens vorkvormig invoerplatform 178. De tanden van de schaaldrager en het invoerplatform strekken zich uit parallel aan de voortbewegingsrichting van de schaaldrager, en zijn zodanig gepositioneerd dat ze bij het voorbijgaan van de schaaldrager aan het invoerplatform langs elkaar bewegen. Hierdoor kunnen de tanden van de schaaldrager op eenvoudige wijze onder een verpakkingsschaal bewegen die op het invoerplatform is 30 geplaatst.

De in figuur 17 en 18 getoonde schaaldrager is zodanig opgehangen dat de tanden van het ondersteuningsplatform met de punten zijn gericht in de transportrichting voor het oppikken van een verpakkingsschaal op een invoerplatform.

Op een gelijke wijze als bij het invoerstation, kan de drager bijvoorbeeld ook het 35 uitvoerstation in een eerste en in een tweede positie passeren. In dat geval wordt de verpakkingsschaal uit de drager uitgevoerd wanneer deze het uitvoerstation in de eerste positie passeert, terwijl de verpakkingsschaal in de schaaldrager blijft wanneer deze het 27 uitvoerstation in de tweede positie passeert. Voor het uitvoeren van de verpakkingsschaal kan een uitvoerstation bijvoorbeeld zijn voorzien van uitvoermiddelen in de vorm van een geleidingsrail die de schaal van het ondersteuningsplatform af duwt..

Door de schaaldrager zoals getoond in figuur 17 en 18 te draaien over een hoek van 5 180 graden ten opzichte van de transportrichting kan het vorkvormige ondersteuningsplatform samenwerken met een vorkvormig uitvoerplatform voor het uitvoeren van een schaaldrager. In een voorkeursuitvoering is de schaaldrager zodanig opgehangen aan de trolley dat de schaaldrager kan worden geroteerd om haar verticale as over een hoek van ten minste 180 graden, zodanig dat de punten van de vork kunnen worden bewogen van 10 een positie waarin zij zijn gericht in de transportrichting voor het oppikken van een verpakkingsschaal, naar een positie waarin zij in tegenovergestelde richting zijn gericht voor het afgeven van een verpakkingsschaal aan een vorkvormig uitvoerplatform. De tanden van de schaaldrager en een dergelijk uitvoerplatform strekken zich uit parallel aan de voortbewegingsrichting van de schaaldrager, en zijn zodanig gepositioneerd dat ze bij het 15 voorbijgaan van de schaaldrager aan het uitvoerplatform langs elkaar bewegen.

Verder strekken de tanden zich uit van een niveau enigszins onder het niveau van het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager naar een niveau enigszins boven het niveau van het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager zodanig dat wanneer de schaaldrager het uitvoerplatform passeert het uitvoerplatform aangrijpt op de verpakkingsschaal op het 20 ondersteuningsorgaan van die schaaldrager en de ondersteuning van de verpakkingsschaal overneemt van het ondersteuningsplatform. Hierdoor kunnen de tanden van het uitvoerplatform op eenvoudige wijze onder een verpakkingsschaal bewegen die op het ondersteuningsplatform is geplaatst

Bij voorkeur is de schaaldrager, in het bijzonder het ondersteuningsvlak 25 scharnierbaar opgehangen, voor het scharnieren om een scharnieras die zich uitstrekt dwars op de tanden van de vork. Bij een dergelijke schaaldrager kan het vorkvormig ondersteuningsvlak enigszins worden gekanteld zodanig dat bij het passeren van een invoerstation of een uitvoerstation een gedeelte van de tanden, in het bijzonder de punten, zich onder de tanden van een invoerstation of uitvoerstation uitstrekken, terwijl een deel van 30 de schachten zich boven de van de tanden zich boven tanden van het invoerstation of uitvoerstation uitstrekken. In deze positie wordt het oppikken en afgeven van een verpakkingsschaal aan respectievelijk een vorkvormig invoerplatform of een vorkvormig uitvoerplatform vergemakkelijkt.

In een verdere uitvoering kan een vorkvormig invoerplatform of uitvoerplatform 35 verticaal beweegbaar zijn opgehangen. Bijvoorbeeld door op het moment dat een schaaldrager passeert een dergelijk uitvoerplatform te bewegen van een positie onder het ondersteuningsplatform naar een positie boven het ondersteuningsplatform kan het de 28 ondersteuning van een verpakkingsschaal ovememen van het ondersteuningsplatform van de schaaldrager.

In een verdere uitvoering kan een vorkvormig ondersteuningsplatform bijvoorbeeld zij uitgevoerd als een vork met twee tanden. Bij voorkeur is het ondersteuningsplatform, 5 gevormd door de tanden van de vork, van een dergelijke schaaldrager ingericht voor het ondersteunen een verpakkingsschaal onder een deel van de verpakkingsschaal gepositioneerd boven de bodem van de verpakkingsschaal, bij voorbeeld de flens voor het bevestigen van een afdichtfolie. Deze flens strekt zich uit langs de opening van de verpakkingsschaal. Bij een dergelijke schaaldrager kan het oppervlak van het 10 ondersteuningsplatform minimaal worden uitgevoerd, waardoor de schaaldrager relatief licht blijft.

Een uitvoerstation voor het uitvoeren van een verpakkingsschaal uit een dergelijke schaaldrager is bij voorkeur voorzien van een de invoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uitstrekt op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van de bodem van de 15 verpakkingsschaal die wordt ondersteund door het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager. Via een dergelijk uitvoerstation kan de verpakkingsschaal in een in hoofdzaak horizontale richting worden uitgevoerd.

In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager zijn voorzien van een ondersteuningsplatform dat de bodem van een verpakkingsschaal slechts gedeeltelijk 20 ondersteunt. Wanneer een verpakkingsschaal op een dergelijk ondersteuningsplatform wordt geplaatst wordt de bodem bij voorkeur slechts ondersteund langs de randen, terwijl het middelste deel van de bodem van de in de schaaldrager geplaatste verpakkingsschaal niet wordt ondersteund. Dit heeft als voordeel dat het middelste deel van de bodem van de verpakkingsschaal van onderaf toegankelijk blijft voor middelen voor het in of uit de 25 schaaldrager bewegen van de verpakkingsschaal. Ook kan bijvoorbeeld een uitvoermiddel dat onderdeel uitmaakt van een uitvoerstation, bijvoorbeeld een haakvormig uitvoerorgaan, eenvoudig van onderaf aangrijpen op de verpakkingsschaal om die van het ondersteuningsplatform duwen.

Figuur 27 toont een schaaldrager 400 waarbij het ondersteuningsplatform 401 is 30 voorzien van een gleufvormige opening 402 die zich uitrekt in de invoer/uitvoerinrichting van een invoer/uitvoeropening 403 naar een opening aan de achterzijde van de schaaldrager (niet getoond). Een verpakkingsschaal 404 in de schaaldrager 400 kan op eenvoudige wijze uit de schaaldrager worden bewogen door een pin via de gleuf 402 door de schaaldrager te bewegen. Een dergelijke pin kan deel uitmaken van de uitvoermiddelen van bijvoorbeeld een 35 uitvoerstation.

In een voorkeursuitvoering is een dergelijke pin gecombineerd met een uitvoerorgaan in een T-vormige configuratie waarbij het uitvoerorgaan zich uitstrekt dwars op de 29 uitvoerrichting. Een dergelijk uitvoerorgaan grijpt aan op de verpakkingsschaal over een relatief groot oppervlak in vergelijking met een l-vormige pin, zodat de kans op beschadigingen van de verpakkingsschaal gering is.

In een verdere voorkeursuitvoering is de pin zodanig beweegbaar opgehangen dat de 5 pin zowel beweegbaar is in de uitvoerrichting als in de transportrichting van een schaaldrager. Een dergelijke pin kan tijdens het uitvoeren van een verpakkingsschaal met de schaaldrager worden meebewogen in de transportrichting zodat het uitvoeren van de verpakkingsschaal over een langer tijdsbestek kan plaatsvinden, en dus met een geringe versnelling/vertraging, en daarmee met minder kans op beschadiging van de 10 verpakkingsschaal, zonder dat de schaaldrager hoeft te worden stilgezet.

De in figuur 5 getoonde schaaldrager 70 is voorzien van uitvoermiddelen voor het uit de schaaldrager duwen van een verpakkingsschaal. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is voorzien in uitvoermiddelen omvattende een verplaatsbaar, balkvormig uitvoerorgaan 76.

Het uitvoerorgaan 76 is beweegbaar geplaatst in een geleidingsgleuf 77 die zich, dwars op 15 de transportrichting, uitstrekt in het ondersteuningsplatform. Het uitvoerorgaan kan worden bewogen tussen een positie in de eerste invoer/uitvoer opening van de schaaldrager en een positie in de tegenovergelegen invoer/uitvoer opening.

Afhankelijk van de positie van het uitvoerorgaan 76 wordt een invoer/uitvoeropening van de schaaldrager vrijgegeven voor het invoeren van verpakkingsschalen terwijl de andere 20 invoer/uitvoer opening wordt geblokkeerd. Het uitvoerorgaan functioneert daarmee tevens als stop die voorkomt dat bij het invoeren van een verpakkingsschaal deze geheel of gedeeltelijk door de tegenovergelegen opening uit de schaaldrager wordt geduwd.

De uitstater 76 van de in figuur 5 getoonde schaaldrager is aan de onderzijde van de schaaldrager 7 voorzien van aangrijpmiddelen ingericht voor samenwerking met 25 activeringsmiddelen van een uitvoerstation, en waarvan het werkingsprincipe wordt getoond in in figuren 5, 6 en 7. In dit specifieke voorbeeld worden de aangrijpmiddelen gevormd door aangrijpwiel 78 dat via een pin is verbonden met het uitvoerorgaan 76. De activeringsmiddelen worden gevormd dooreen geleiderail 79.

De geleiderail 79 maakt onderdeel uit van een uitvoerstation, en strekt zich in 30 hoofdaak uit langs de transportbaan, in het bijzonder langs de baan van de schaaldrager. De geleiderail 79 is voorzien van een kromming voor het van het via het aangrijpwiel geleiden van de uitstater 76 van het ene uiteinde van de schaaldrager 7 naar het tegenovergestelde uiteinde van de schaaldrager.

Wanneer de schaaldrager 7 langs de geleiderail 79 wordt voortbewogen in de 35 transportrichting, grijpt het aangrijpwiel 78 aan op de geleiderail, zoals getoond in figuur 6. Tijdens het voortbewegen van de schaaldrager 7 langs de geleider 79 wordt de het grijpwiel 78 door de geleider van een eerste positie aan het ene uiteinde van de schaaldrager 30 bewogen naar een positie aan het ander uiteinde van de schaaldrager, zoals wordt getoond in figuur 7. Door het verplaatsen van het aangrijpwiel wordt het uitvoerorgaan 76 verplaatst over het steunvlak 8 in een uitvoerrichting, aangegeven met een pijl 80, en duwt daarbij de op het steunvlak geplaatste verpakkingsschaal 2 uit de schaaldrager 7 op een 5 ondersteuningsplatform van het uitvoerstation (getoond in figuur 8).

Figuur 8 toont het uitvoerstation 4 omvattende een verpakkingsinrichting 12 voor het met een folie afsluiten van verpakkingsschalen. Het uitvoerstation 4 omvat verder een ondersteuningsplatform 81 in de vorm van een lopende band. Een verpakkingsschaal 2 wordt uit de schaaldrager 7 op de lopende band geduwd, die de verpakkingsschaal 10 vervolgens richting de verpakkingsinrichting 12 transporteert. Een uitvoerstation kan bijvoorbeeld zijn voorzien van scanners of ander detectiemiddelen die de positie van de schaal doorgeven aan het besturingssysteem van het transportsysteem.

In het in de figuren 5-7 getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de geleider 79 bijvoorbeeld beweegbaar opgehangen zodanig dat deze in verticale richting in en uit de baan van een 15 aangrijpwiel van een passerende schaaldrager kan worden bewogen. De activeringsmiddelen voor het aansturen van de uitvoermiddelen worden bij voorkeur aangestuurd door het besturingssysteem van het transportsysteem. Het besturingsysteem is bij voorkeur voorzien van positioneringmiddelen die de positie van een bijvoorbeeld een geleider in de baan van een aangrijpwiel kunnen bewegen om een verpakkingsschaal uit een 20 voorbij bewegende schaaldrager te duwen, en uit de baan van een aangrijpwiel kunnen bewegen om de verpakkingschaal verder langs de transportbaan te transporteren.

In een alternatieve uitvoering kan een geleiderail bijvoorbeeld ook zijn uitgevoerd als een wissel, die in een eerste stand een schaaldrager ongemoeid laat passeren en in een tweede stand aangrijpt op de uitvoermiddelen van de schaaldrager om deze te activeren en 25 de verpakkingsschaal uit te voeren.

Een transportsysteem volgens de uitvinding kan verder zijn voorzien van activeringsmiddelen voor het in een gewenste stand positioneren van de uitvoermiddelen die deel uitmaken van de schaaldrager, in het bijzonder een uitvoerorgaan. Bijvoorbeeld stroomopwaarts ten opzichte van een invoerstation kan zijn voorzien activeringsmiddelen die 30 de uitvoerorganen van de voorbij bewegende schaaldragers in een positie bewegen zodanig dat de naar het invoerstation gekeerde invoer/uitvoeropening wordt vrijgegeven voor het invoeren van verpakkingsschalen.

De in figuren 5-7 getoonde schaaldrager is voorzien van uitvoermiddelen in de vorm van een verplaatsbaar opgehangen uitvoerorgaan dat wordt bewogen door 35 activeringsmiddelen buiten de schaaldrager, bijvoorbeeld een geleiderail van een uitvoerstation. In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager zelf zijn voorzien van middelen voor het activeren van de uitvoerorganen, bijvoorbeeld in de vorm van een 31 aandrijving of een zuiger, die zijn ingericht om een uitvoerorgaan tussen het ene uiteinde en het tegenovergestelde uiteinde van de schaaldrager te bewegen.

Een transportsysteem kan bijvoorbeeld zijn voorzien van schakelstations langs de transportbaan voor het selectief inschakelen van de activeringsmiddelen van voorbij 5 bewegende schaaldragers. Dergelijke schakelstations kunnen onderdeel uitmaken van een uitvoerstation voor het selectief uitvoeren van de schalen.

In een alternatieve uitvoering kunnen de uitvoermiddelen ook volledig deel uitmaken van een uitvoerstation of een bewerkingsstation. Bijvoorbeeld kan een uitvoerstation zijn voorzien van beweegbare haken of uitduwlichamen die zijn ingericht om aan te grijpen op 10 een in een schaaldrager geplaatste verpakkingsschaal, om deze uit de schaaldrager te duwen of te trekken op een steunvlak van het uitvoerstation.

Figuur 20 toont bijvoorbeeld schematisch bovenaanzicht van een uitvoerstation met uitvoermiddelen in de vorm van een uitvoerorgaan en een pneumatische cilinder. In een voorkeursuitvoering zijn de uitvoermiddelen van een uitvoerstation zodanig uitgevoerd dat ze 15 kunnen meebewegen langs de transportbaan en zo de verpakkingsschalen met een gelijkmatige snelheid uit de schaaldragers kunnen duwen.

Voorts kan een schaaldrager volgens de uitvinding zijn voorzien van een beweegbaar steunvlak voor het althans gedeeltelijk uit de schaaldrager bewegen van een verpakkingsschaal. Bijvoorbeeld kan het steunvlak transleerbaar zijn opgehangen, voor het 20 in hoofdzaak dwars op de transportrichting en uit de schaaldrager bewegen van een verpakkingsschaal. In de ingeschoven toestand kan de schaaldrager de verpakkingsschaal in compacte toestand langs de transportbaan transporteren. In de uitgeschoven toestand kan de verpakkingsschaal worden aangeboden aan langs de transportbaan opgestelde uitvoerstations en/of bewerkingsstations.

25 Het ondersteuningsplatform kan verder zijn voorzien van aandrijfbare rollen die zich uitstrekken dwars op de invoer/uitvoerrichting, voor het beweegbaar ondersteunen van een verpakkingsschaal in de schaaldrager. Door de rollen de ene, dan wel de ander kant op te draaien kan een verpakkingsschaal in of uit de schaaldrager worden bewogen. De rollen worden bij voorkeur aangedreven door een aandrijving die onderdeel uit maakt van de 30 schaaldrager.

Ook kan het ondersteuningsplatform zijn uitgevoerd als een transportband, die zich in hoofdzaak dwars op de transportrichting uitstrekt voor het in en uitvoeren van een verpakkingsschaal. Een dergelijke transportband kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een aandrijving ingericht voor het selectief aandrijven van de transportband. In een alternatieve 35 uitvoering kan de transportband zich ook uitstrekken langs de onderkant van de schaaldrager, en zo bereikbaar zijn voor activeringsmiddelen die bijvoorbeeld deel uit maken van een uitvoerstation. Bij voorkeur is het oppervlak van een dergelijke transportband 32 voorzien van aangrijpmiddelen, bijvoorbeeld ribben of perforaties, voor samenwerking met de externe activeringsmiddelen.

Een schaaldrager zoals getoond in figuren 5-8 heeft een uitvoerorgaan dat altijd een invoer/uitvoeropening blokkeert. De verpakkingsschalen moeten worden uitgevoerd door de 5 opening waardoor ze zijn ingevoerd. In een alternatieve uitvoering van een schaaldrager volgens de uitvinding is de schaaldrager voorzien van uitvoermiddelen in de vorm van een uitvoerorgaan dat zodanig beweegbaar is opgehangen dat het kan worden wegbewogen uit de baan van een in de schaaldrager. Het uitvoerorgaan is bijvoorbeeld verplaatsbaar tussen een actieve positie boven het ondersteuningsplatform voor het van het 10 ondersteuningsplatform duwen van een verpakkingsschaal, en een inactieve stand onder het ondersteuningsplatform.

Bijvoorbeeld kan het uitvoerorgaan zodanig zijn opgehangen dat het in verticale richting kan worden wegbewogen naar een positie onder het steunvlak om de invoer/uitvoer opening vrij te geven. Wanneer de verpakkingsschaal in de schaaldrager is geschoven kan 15 het uitvoerorgaan weer in de stand boven het steunvlak worden bewogen voor het blokkeren en/of uitduwen van de verpakkingsschaal.

In een verder uitvoering kan het uitvoerorgaan aan de basis scharnierend zijn opgehangen zodanig dat het blok kan worden verdraaid tussen een positie met een in hoofdzaak verticale oriëntatie voor het blokkeren van een invoer/uitvoer opening en het 20 uitduwen van een verpakkingsschaal, en een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie voor het vrijgeven van een invoer/uitvoeropening.

In een voorkeursuitvoering is de schaaldrager 270 voorzien van uitvoermiddelen zoals getoond in figuur 12 en 13, waarbij de schaaldrager twee uitvoerorganen 271,272 omvat die ieder kunnen worden verdraaid tussen een actieve stand en een inactieve stand. 25 In de actieve stand is het uitvoerorgaan gepositioneerd boven het steunvlak 208 voor het blokkeren van een invoer/uitvoeropening en/of het uit een schaaldrager duwen van een verpakkingsschaal. In de passieve stand is het uitvoerorgaan gepositioneerd in een stand uit de baan van het steunvlak, bijvoorbeeld naar een positie onder het steunvlak, voor het vrijgeven van een invoer/uitvoer opening. Figuur 12 toont de schaaldrager 270 met het 30 eerste uitvoerorgaan in 271 de actieve stand en het tweede uitvoerorgaan 272 in inactieve stand. Figuur 13 toont de schaaldrager met het eerste uitvoerorgaan 271 gepositioneerd in de inactieve stand, en het tweede uitvoerorgaan 272 gepositioneerd in de actieve stand.

In de getoonde uitvoering is de schaaldrager voorzien van een om zijn lengteas verdraaibare geleidingsrail 273. De geleiderail 273 is opgehangen onder een gleuf 274 in het 35 steunvlak 208, en strekt zich uit van de ene invoer/uitvoer opening naar de tegenovergelegen invoer/uitvoeropening. De geleiderail 273 ondersteund de twee uitvoerorganen 271,272 zodanig dat deze langs de geleidingsrail, door de gleuf 274 in het 33 steunvlak 208, verplaatsbare zijn. De uitvoerorganen zijn vormsluitend om de geleiderail aangebracht, de geleiderail en de opening in het uitvoerorgaan in het getoonde voorbeeld zijn beide voorzien van een vierkante dwarsdoorsnede, zodat het uitvoerorgaan met de geleiderail meebeweegt wanneer deze om de lengteas wordt verdraaid. In een alternatieve 5 uitvoeringsvorm kunnen de geleiderail en de opening bijvoorbeeld zijn voorzien van een rechthoekige, driehoekige, zeskantig, of ovale doorsnede.

De uitvoerorganen 271,272 zijn beide langgerekt van vorm, en, gezien in een richting parallel aan de lengteas van de geleiderail 273, ten opzichte van elkaar versprongen aangebracht.

10 Wanneer een uitvoerorgaan zich in een in hoofdzaak verticale richting uitstrekt boven het steunvlak, voor het blokkeren van een invoer/uitvoeropening en/of het uit de drager duwen van een verpakkingsschaal, dan strekt het tegenovergelegen uitvoerorgaan zich in een in hoofdzaak horizontale richting uit, onder het steunvlak, voor het vrijgeven van een invoer/uitvoeropening.

15 Wanneer een uitvoerorgaan is gepositioneerd in een in hoofdzaak verticale richting strekt het zich bovendien uit van boven het ondersteuningsplatform tot onder de schaaldrager. Het naar beneden gerichte uiteinde van het uitvoerorgaan is daarmee toegankelijk voor activeringsmiddelen zoals bijvoorbeeld een nokkenbaan van bijvoorbeeld een uitvoerstation voor het verplaatsen van het uitvoerorgaan door de gleuf.

20 In een alternatieve uitvoering kan bijvoorbeeld in plaats van een verdraaibare geleiderail met twee uitvoerorganen zijn voorzien in twee parallelle verdraaibare geleiderails met ieder een uitvoerorgaan, zodat beide uitvoerorganen onafhankelijk van elkaar kunnen worden gepositioneerd in een actieve of inactieve stand. In een dergelijke uitvoeringsvorm kunnen beide tegenover elkaar gelegen invoer/uitvoeropeningen tegelijkertijd worden 25 geblokkeerd, bijvoorbeeld om te voorkomen dat een verpakkingsschaal tijdens het transport uit de schaaldrager valt.

In een alternatieve uitvoering van een schaaldrager volgens de uitvinding zijn de schaaldragers voorzien van beweegbare aangrijpmiddelen voor aangrijpen op een verpakkingsschaal voor het dragen van de transportschaal. Figuur 14 toont bijvoorbeeld een 30 schaaldrager voorzien van twee naar elkaar toegekeerde L-vormige wanden waarbij het liggende deel van de L-vormen het ondersteuningsplatform vormt. De wanden, of armen, zijn aan de bovenkant beweegbaar opgehangen aan het deel van de schaaldrager dat is gekoppeld aan de transportbaan. Met behulp van, in de figuur niet getoonde activeringsmiddelen kunnen de twee armen ten opzichte van elkaar worden bewogen.

35 Bijvoorbeeld kan zijn voorzien in activeringsmiddelen in de vorm van een aandrijving die deel uitmaakt van de schaaldrager of een geleiding die deel uitmaakt van een uitvoerstation en die aangrijpt op nokken voorzien op de beweegbare armen van de schaaldrager.

34

Op deze wijze vormen de wanden als het ware een klauw voor het van bovenaf aangrijpen op een verpakkingsschaal. De klauw kan aangrijpen onder de bodem of onder een flens van de verpakkingsschalen. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld ondersteund de schaaldrager de verpakkingsschaal onder de bodem.

5 Voor het uitvoeren van de verpakkingsschaal kunnen bijvoorbeeld de twee armen van de schaaldrager, en daarmee van het ondersteuningsplatform, uit elkaar worden bewogen.

Een dergelijke schaaldrager is geschikt voor het van bovenaf opnemen van verpakkingsschalen, bijvoorbeeld van een invoerbaan die zich ten minste gedeeltelijk onder de transportbaan uitstrekt en die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze 10 transportbaan. Een dergelijke invoerbaan kan uitgevoerd zijn als een invoerplatform waar de verpakkingsschaal op wordt geplaatst. Alternatief kan de invoerbaan zijn uitgevoerd als een transportband. Een dergelijke transportband kan de verpakkingsschalen aanvoeren in een richting die substantieel loodrecht staat op transportbaan, maar kan zich ook tenminste gedeeltelijk parallel uitstrekken aan de transportbaan, zoals getoond in figuur in het rechter 15 gedeelte van figuur 21.

Een dergelijke schaaldrager tevens geschikt voor het afgeven van een verpakkingsschaal aan een onder de schaaldrager gepositioneerd uitvoerplatform. Een dergelijk uitvoerplatform kan bijvoorbeeld verder voorzien zijn van een transportband om de verpakkingsschaal die is afgegeven aan het platform uit de transportbaan te bewegen. De 20 heeft als voordeel dat het uitvoerplatform direct weer vrij komt voor het lossen van een volgende verpakkingsschaal.

Tevens is een dergelijke schaaldrager geschikt voor het in horizontale richting in/uit de schaaldrager schuiven van een verpakkingsschaal. De schaaldrager is daardoor met verschillende type invoerstations en uitvoerstation te combineren.

25 Een verdere uitvoeringsvorm van een schaaldrager 410 volgens de uivinding, voorzien van, ten opzichte van elkaar, beweegbare armen 412 en een onderbroken ondersteuningsplatform, wordt getoond in figuur 29. De in dit figuur getoonde schaaldrager 410 is ingericht voor het ondersteunen van een verpakkingschaal 413 onder een flens 414 langs de openging van de verpakkingsschaal. De schaaldrager 410 is daartoe voorzien van 30 twee ten opzichte van elkaar beweegbare armen 411, ieder voorzien van een strookvormig ondersteuningvlak 415 voor het ondersteunen van de flens 414 van een verpakkingsschaal 413.

De beweegbare armen 412 van de schaaldrager 410 zijn zodanig opgehangen dat wanneer de schaaldrager niet is voorzien van een verpakkingsschaal, de afstand tussen de 35 ondersteuningstroken 415 kleiner is dan de breedte van de verpakkingsschaal. De stroken lopen 415 aan hun uiteinden uit in een punt 416, waardoor de afstand tussen de ondersteuningstroken toeneemt en een invoeropening ontstaat.

35

Een verpakkingsschaal wordt ingevoerd door de verpakkingsschaal, terwijl deze afsteunt op een invoerbaan die bijvoorkeur met de schaaldrager meebeweegt in de transportrichting, via de invoeropening tussen de ondersteuningstroken te duwen. De verpakkingsschaal wordt tijdens het invoeren ondersteund op een niveau zodanig dat de 5 flens van de verpakkingsschaal zich bevindt op een niveau gelijk aan, of hoger dan, het niveau van de ondersteuningsstroken.

Door de verpakkingsschaal tussen de ondersteuningstroken te duwen worden de twee armen enigszins uit elkaar bewogen. De armen scharnieren uit elkaar en verdraaien tegen de zwaartekracht in. Hierdoor oefenen de armen een drukkracht uit op de 10 verpakkingsschaal en wordt deze ingeklemd tussen de ondersteuningsstroken.

Vervolgens kan de schaaldrager de ondersteuning van de verpakkingsschaal overnemen van het invoerplatform. Hiertoe is bij voorkeur de schaaldrager in verticale richting beweegbaar opgehangen aan de trolley. Een dergelijke schaaldrager kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een aandrijving, zoals een zuiger of motor, of van een nok 15 voor samenwerking met een nokkenbaan bij een invoerstation, voor het optillen en neerzetten van een verpakkingsschaal door het in verticale richting bewegen van de schaaldrager.

In een alternatieve uitvoering is de transportbaan zodanig uitgevoerd dat deze enigszins in omhoogloopt op het punt waar een verpakkingsschaal tussen de 20 ondersteuningstroken is geschoven, zodat de schaaldrager de verpakkingsschaal van de invoerbaan tilt. In een alternatieve uitvoering kan de invoerbaan zich op dat punt uitstrekken in neerwaartse richting of vlak voorbij dat punt eindigen zodat de verpakkingsschaal met de flens wordt neergelaten op de ondersteuningsstroken.

Voor het uitvoeren van de verpakkingsschaal worden de armen uit elkaar bewogen 25 boven een uitvoerbaan. Deze uitvoerbaan kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een uitvoerplatform of als een transportband. Wanneer de uitvoerbaan is uitgevoerd als een transportband, dan maakt de transportrichting van deze band bij voorkeur een hoek met de transportbaan die substantieel loodrecht is zodat de uitgevoerde verpakkingsschaal op efficiënte wijze uit de transportbaan wordt verwijderd. In de getoonde voorkeursuitvoering 30 zijn de armen voorzien van een nok 411 die aangrijpt op een geleiding bij een uitvoerstation (niet getoond) voor het uit elkaar bewegen van de beide armen 412 , en het afgeven van een verpakkingsschaal. In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager bijvoorbeeld zijn voorzien vaan een aandrijving voor het uit elkaar bewegen van de armen.

De in figuur 29 getoonde schaaldrager is tevens geschikt voor het van bovenaf 35 opnemen van verpakkingsschalen, bijvoorbeeld van een invoerbaan die zich ten minste gedeeltelijk parallel aan en onder de transportbaan uitstrekt en die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze transportbaan zoals getoond in figuur in het rechter gedeelte 36 van figuur 21 of 22. Als alternatief kan de invoerbaan ook substantieel loodrecht op de transportbaan staan.

De in figuur 29 getoonde schaaldrager kan door het vergroten van de afstand van de draaipunten van de armen 412 tot de middellijn van de schaaldrager zodanig worden 5 uitgevoerd dat de ondersteuningsstroken 415 van de schaaldrager de verpakkingsschaal pas inklemmen nadat uiteinden voorbij hun laagste punt zijn gedraaid. Tijdens het opnemen van de verpakkingsschaal bewegen de ondersteuningstroken dan omhoog,

Dit heeft als voordeel dat verpakkingsschalen van verschillende hoogtes kunnen worden opgenomen vanuit dezelfde invoerbaan zonder dat het noodzakelijk is om daar de 10 hoogte ten opzichte van de ondersteunigstroken van aan te passen. Tevens tilt de schaaldrager in deze uitvoeringsvorm zelf de verpakkingsschaal van de invoerbaan zodat het mogelijk is om een simpele uitvoering te kiezen voor zowel de invoerbaan als de transportbaan.

Een verdere uitvoering van een schaaldrager 420 volgens de uivinding, voorzien van 15 ten opzichte van elkaar beweegbare armen 421,422 en een onderbroken ondersteuningsplatform wordt getoond in figuur 28. De in figuur 28 getoonde schaaldrager 420 is voorzien van twee ten opzichte van elkaar beweegbare armen 421,422, waarbij een arm 421 vast via een koppeldeel 426 is verbonden met een trolley (niet getoond) en de andere arm 422 scharnierbaar is verbonden met de het koppeldeel 426. Iedere arm is 20 voorzien van een strookvormig ondersteuningvlak 425 voor het ondersteunen van een flens 424 van een verpakkingsschaal 423. De schaaldrager 420 wordt ten minste bij het invoeren van een verpakkingsschaal 423 voortbewogen in een positie waarbij de ondersteuningsstroken 425 zich uitstrekken in een richting dwars op de transportrichting, aangegeven met pijl 428.

25 Voor het invoeren van een verpakkingsschaal wordt de schaaldrager over een invoerplatform bewogen met de beweegbare arm in een naar boven weggedraaide positie. De vaste arm bevindt zich hierbij op een niveau zodanig dat de ondersteuningsstrook van de vaste arm zich bevindt onder het niveau van een flens van een verpakkingsschaal.

Door de schaaldrager zo over een invoerplatform te bewegen kan de vaste arm 30 aangrijpen op een verpakkingsschaal, en deze vervolgens voortduwen op een snelheid gelijk aan de transportsnelheid van de schaaldrager. Bij voorkeur is het verschil in snelheid tussen de schaaldrager en de verpakkingsschaal op het moment dat de vaste arm aangrijpt op de verpakkingschaal beperkt. Bijvoorbeeld doordat de verpakkingsschaal tijdens het invoeren in de transportrichting wordt voortbewogen over, of door, de invoerbaan, op een snelheid 35 enigszins lager dan de transportsnelheid van de schaaldrager. Zo kan de vaste arm aangrijpen op de verpakkingsschaal zonder de op de verpakkingsstaal excessief te 37 versnellen, en blijven de op de verpakkingsschaal uitgeoefende krachten beperkt. De kans op beschadiging van de verpakkingsschaal wordt zo beperkt.

Wanneer de vaste arm aangrijpt op de verpakkingschaal wordt de beweegbare arm neergelaten zodat de armen van twee kanten aangrijpen op de verpakkingsschaal.

5 Vervolgens wordt de verpakkingsschaal opgetild opdat de schaaldrager de ondersteuning van de verpakkingsschaal overneemt van het invoerplatform. Bij voorkeur is de schaaldrager hiertoe in verticale richting beweegbaar opgehangen aan de trolley. Een dergelijke schaaldrager kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een aandrijving, of van een nok voor samenwerking met een nokkenbaan bij een invoerstation, voor het optillen en neerzetten van 10 een verpakkingsschaal door het in verticale richting bewegen van de schaaldrager.

In een alternatieve uitvoering vindt het optillen van de verpakkingsschaal plaats doordat de transportbaan zodanig is uitgevoerd dat deze enigszins omhoogloopt op het punt boven het invoerplatform waar de verpakkingsschaal wordt vastgeklemd. Als alternatief kan de verpakkingsschaal in neerwaartse richting worden bewogen, bijvoorbeeld doordat de 15 invoerbaan zich op dat punt uitstrekt in een neerwaartse richting, of vlak voorbij dat punt eindigt, zodat de flens wordt neergelaten op de ondersteuningstroken.

Voor het uitvoeren van de verpakkingsschaal worden de armen uit elkaar bewogen boven een uitvoerbaan.

In een voorkeursuitvoering is de beweegbare arm 422 voorzien van een nok 427 die 20 aangrijpt op een geleiding bij een invoerstation of uitvoerstation (niet getoond) voor het uit naar boven, en vervolgens weer naar benden, bewegen van de arm. In een alternatieve uitvoering kan de schaaldrager bijvoorbeeld zijn voorzien vaan een aandrijving voor het bewegen van de arm.

Een dergelijke schaaldrager is geschikt voor het van bovenaf opnemen van 25 verpakkingsschalen, bijvoorbeeld van een invoerbaan die zich onder een hoek met de transportbaan uitstrekt zoals getoond in figuur in het rechter gedeelte van figuur 22. Het is ook mogelijk dat deze hoek een loodrechte hoek is. Als alternatief kan een eenvoudig invoerplatform gebruikt worden dan tenminste gedeeltelijk samenvalt met de transportbaan of een transportband die parallel loopt aan de transportbaan en daar tenminste gedeeltelijk 30 mee samenvalt zoals getoond in figuur 21.

Een dergelijke schaaldrager tevens geschikt voor het afgeven van een verpakkingsschaal aan een onder de schaaldrager gepositioneerde uitvoerbaan, bijvoorbeeld een uitvoerplatform of een transportband voor het verder transporteren van de verpakkingsschalen.

35 Figuur 16 toont een schaaldrager 370 voorzien van invoermiddelen in de vorm van een meenemer 371 voor het invoeren van een verpakkingsschaal 2 gepositioneerd op een invoerplatform 372 dat zich uitstrekt in de baan van de schaaldrager.

38

De meenemer 371 strekt zich uit op een niveau boven het ondersteuningsplatform 308 van de schaaldrager 370. Wanneer de schaaldrager 370 het invoerplatform 372 passeert in de transportrichting 310, beweegt de meenemer 371 bovenlangs het invoerplatform en het ondersteuningsplatform 308 onderlangs het invoerplatform 372. De 5 meenemer 371 grijpt aan op de verpakkingsschaal 2 gepositioneerd op het invoerplatform 372, en beweegt deze van het invoerplatform op het ondersteuningsplatform 308 van de schaaldrager 370.

In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de meenemer uitgevoerd als een vaste arm. In een alternatieve uitvoering kan de meenemer bijvoorbeeld beweegbaar ten opzichte van 10 het ondersteuningsplatform worden uitgevoerd. Bij voorkeur is een meenemer beweegbaar in verticale richting tussen een positie nabij het ondersteuningsplatform, overeenkomstig de positie getoond in figuur 16, voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal op een invoerplatform, en een positie op afstand van het ondersteuningsplatform voor het passeren van een invoerplatform zonder een verpakkingschaal in te voeren vanaf dat invoerplatform. 15 In een verdere uitvoeringsvorm is de schaaldrager beweegbaar over het ondersteuningsvlak voor het van dat vlak duwen van een verpakkingsschaal. Bij voorkeur is een schaaldrager voorzien van een dergelijke meenemer roteerbaar om een verticale as. In een eerste positie, overeenkomstig de positie getoond in figuur 16 kan een verpakkingsschaal worden ingevoerd. In een alternatieve positie wordt de schaaldrager over 20 een hoek van 90 graden verdraaid om de verticale as voor het uitvoeren van de verpakkingsschaal in een richting dwars op de transportrichting.

Een transportsysteem omvat een besturingssysteem voor het aansturen van ten minste de aandrijfmiddelen voor het in een transportrichting langs de transportbaan verplaatsen van de keten van schaaldragers. Bij voorkeur wordt de keten van schaaldragers 25 voortbewogen op een constante snelheid, en blijft het aansturen van de aandrijfmiddelen beperkt tot het activeren en deactiveren van die aandrijfmiddelen.

Een dergelijk transportsysteem kan zijn voorzien van autonome invoerstations en uitvoerstations die een besturingssysteem omvatten met detectiemiddelen voor het detecteren van passerende schaaldragers en/of verpakkingschalen in die schaaldragers 30 en/of de inhoud van die verpakkingsschalen. Het besturingssysteem is verder ingericht voor het aansturen van invoer en/of uitvoermiddelen voor het op basis van de verkregen informatie aansturen van de invoer respectievelijk uitvoermiddelen voor het selectief invoeren of uitvoeren van verpakkingsschalen in of uit schaaldragers in de transportbaan.

In een voorkeursuitvoering is het transportsysteem volgens de uitvinding voorzien van 35 een besturingssysteem in de vorm van een distributiebesturingssysteem, ingericht voor het aansturen van twee of meer uitvoerstations. Een distributiebesturingssysteem is geschikt 39 voor het verrichten van de functies van een besturingssysteem, en is daarnaast ingericht voor het bepalen van de positie van elke schaal in het transportsysteem.

Het distributiebesturingssysteem is daartoe voorzien van ketenpositiebepalingsmiddelen voor het bepalen van de positie van de schaaldragers ten 5 opzichte van een vast punt langs de transportbaan, bijvoorbeeld ten opzichte van een invoerstation, een uitvoerstation, of een bewerkingsstation.

Een distributiebesturingssysteem is verder voorzien van elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke drager ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opnemen van ten minste één kenmerk van een 10 verpakkingsschaal en/of inhoud van die verpakkingsschaal, en ten minste een geheugenveld voor het opslaan een variabele die representatief is voor de schaaldrager waarin de schaal door een invoerstation geplaatst is.

Verder is een dergelijk besturingssysteem voorzien van ontvangstmiddelen voor het ontvangen van informatie over schaaldragers en/of productinformatie met betrekking op de 15 verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, welke informatie wordt ontvangen van bijvoorbeeld een invoerstation of detectoren langs de transportbaan.

In een voorkeursuitvoering is ten minste een deel van de schaaldragers voorzien van schaaldrageridentificatiemiddelen, bijvoorbeeld een optische identificatiecode, bijvoorbeeld in de vorm van een symbool en/of kleurcodering, die het besturingssysteem in staat stellen om 20 de positie van de schaaldrager ten opzichte van de rail en/of de keten van schaaldragers te bepalen. De schaaldragers zijn bij voorkeur voorzien van identificatiemiddelen geschikt voor contactloze detectie, bijvoorbeeld magnetische, inductieve, optische of radiografische detectie. In een alternatieve uitvoering kunnen de identificatiecodes ook zijn verbonden met ketenelementen tussen de schaaldragers of trolleys.

25 Het distributiebesturingssysteem is verder bij voorkeur voorzien van detectiemiddelen, bijvoorbeeld een camera of radiografische ontvanger, voor het signaleren van de identificatiemiddelen van de schaaldragers. Voorts is het distributiebesturingssysteem bij voorkeur voorzien van informatie met betrekking op het transportsysteem zoals bijvoorbeeld het aantal schaaldragers en de positie van de invoerstations, uitvoerstations en 30 eventuele bewerkingsstations langs de transportbaan. Het distributiebesturingssysteem is bij voorkeur ook voorzien van informatie met betrekking tot de aandrijfsnelheid van de schaaldragers langs de transportbaan.

Op basis van de informatie die het distributiebesturingssysteem heeft over de individuele schaaldragers en het transportsysteem als geheel, kan het continu de positie van 35 een schaaldrager in het transportsysteem bepalen.

Wanneer het distributiebesturingssysteem bijvoorbeeld bekend is met de opbouw van de keten, bijvoorbeeld het aantal schaaldragers waaruit de keten is opgebouwd, dan kan op 40 basis van de positie, ten opzichte van de rail, van een of meer identificatie punten in de keten, op eenvoudige wijze de positie van de overige schaaldragers worden vastgesteld.

Bij een voorkeursuitvoering van de ketenpositiebepalingsmiddelen is in de keten van trolleys en schaaldragers ten minste een enkel herkenbaar ketenelement aanwezig dat een 5 herkenningsteken heeft, welk ketenelement het referentie-ketenelement wordt genoemd. Langs de baan is dan een herkenningssensor opgesteld voor het waarnemen van dat herkenbare referentie-ketenelement.

De positiebepalingsmiddelen omvatten verder een, op een plaats langs de baan, meestal bij de herkenningssensor, opgestelde telinrichting voor het tellen van de 10 schaaldragers die passeren na de passage van het referentie-ketenelement.

Verder omvatten de positiebepalingsmiddelen elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke drager ten minste een geheugenveld aanwezig is, en waarbij de lokaliseringmiddelen voor elke drager in een geheugenveld een variabele opnemen die representatief is voor het door de telinrichting getelde aantal schaaldragers 15 sinds de passage van het referentie-ketenelement.

Bij het hierboven beschreven transportsysteem wordt in het distributiebesturingssysteem aan elke drager als het ware een volgnummer toegekend, beginnend vanaf het referentie-ketenelement. De geheugentabel omvat verder voor elke drager naast het geheugenveld met het volgnummer van de drager ook een of meer 20 geheugenvelden voor het opslaan van informatie met betrekking op de in de schaaldrager geplaatste verpakkingsschaal en/of de inhoud van die verpakkingsschaal. Bijvoorbeeld kan in een dergelijk geheugenveld ook een gegeven van het betreffende product worden opgeslagen, bijvoorbeeld het gewicht van de gevulde verpakkingsschaal, de datum waarop de verpakkingsschaal gevuld is, de tijd waarop de verpakkingschaal gesealed is, etc.

25 Bij voorkeur omvat een besturingssysteem zowel stroomopwaarts als stroomafwaarts, ten opzichte van de voortbewegingrichting van de transportbaan, van een invoerstation detectiemiddelen die signaleren of een schaaldrager wel of niet is voorzien van een verpakkingsschaal. Op basis van de informatie verkregen van deze sensoren kan worden vastgesteld of een schaaldrager in het betreffende invoerstation is voorzien van een 30 verpakkingsschaal. In een voorkeursuitvoering is bekend welk type verpakkingsschalen en/of producten er in het betreffende invoerstation worden ingevoerd, zodat deze productinformatie kan worden gekoppeld aan de betreffende drager. Een dergelijk systeem is bijzonder geschikt in combinatie met een invoerstation waar handmatig verpakkingsschalen in de schaaldragers worden geplaatst.

35 Ook kan het transportsysteem volgens de uitvinding zijn ingericht voor het aan de verpakkingsschalen toevoegen van schaalidentificatiemiddelen aan de schalen, bijvoorbeeld 41 door het printen van een code op de schaal, het plakken van een identificatiesticker op de schaal of het toevoegen van een inlegvel voorzien van een code.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een inlegvel omvattende een RFID tag (radiografisch detecteerbare identificatie middel). Het inlegvel dient als drager voor de RFID 5 tag, in het bijzonder als drager van de antenne van de RFID tag.

Een RFID tag wordt gebruikt als informatiedrager en identificatiemiddel van producten, en biedt als voordeel dat het contactloos en op afstand kan worden uitgelezen. Voor het goed functioneren van een RFID tag is het van belang dat de antenne een zo groot mogelijk oppervlak beslaat.

10 In de praktijk biedt de verpakking van voedingsproducten slechts beperkte ruimte voor het aanbrengen van een RFID tag. Bijvoorbeeld doordat een aanzienlijk oppervlak van de verpakking reeds wordt ingenomen door visuele productinformatie, zoals leesbare informatie met betrekking tot inhoud, houdbaarheid, ed.

Ook is het materiaal van een verpakking vaak ongeschikt voor het bevestigen van 15 een RFID tag op de verpakking. Dit geldt in het bijzonder bij voedingsproducten die worden verpakt in kunststof verpakkingsschalen gesealed met een folie. De kunststof schalen en de sealfolie bieden meestal geen geschikte, bij voorkeur vlakke onderlaag voor het bevestigen van een RFID tag.

Het aanbrengen van een RFID tag op een inlegvel heeft als voordeel dat de RDIF tag 20 eenvoudig in de verpakkingsschaal kan worden geplaatst.

Doordat het inlegvel op de bodem van de verpakkingsschaal wordt geplaatst, de combinatie van inlegvel en RFID tag, in het bijzonder de antenne van de RFID tag, bovendien de gehele bodem bedekken zonder visuele inspectie van in de schaal geplaatste producten of op de verpakking gedrukte productinformatie onmogelijk te maken.

25 Verder ligt na het vullen en verpakken van de schaal het inlegvel onder het voedingsproduct, waardoor de tag niet eenvoudig is te verwijderen door bijvoorbeeld een winkeldief die detectie van de RFID tag wil voorkomen. De combinatie van RFID tag met inlegvel heeft verder als voordeel dat het eenvoudig van het voedingsproduct is te scheiden, bijvoorbeeld voorafgaan aan het bereiden van het voedingsproduct.

30 De RFID tag kan zijn geïntegreerd in het materiaal van het inlegvel, bijvoorbeeld wanneer het inlegvel is uitgevoerd als een laminaat van verschillende materialen, waarbij de RFID tag is aangebracht tussen twee materiaallagen. Ook kan de RFID tag op de boven of onderzijde van het inlegvel worden aangebracht.

In een voorkeursuitvoering bestaat het inlegvel althans gedeeltelijk uit materiaal voor 35 het bevorderen van de houdbaarheid en/of de presentatie van de voedingsproducten in de verpakkingsschaal. Het inlegvel kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een vel vochtopnemend materiaal met aan een kant een RFID tag. Vochtabsorberende inlegvellen zijn bijvoorbeeld 42 bekend in de vleesverwerkende industrie en worden onder het vleesproduct op de bodem van de verpakkingsschaal geplaatst. Het vochtabsorberende materiaal dient voor het opnemen van vocht om zo te voorkomen dat er plasjes vocht in de verpakkingsschaal komen te staan.

5 Een voordeel van dit systeem is dat de verpakkingsschalen door het scannen van de code kunnen worden gevolgd, in plaats van indirect via het koppelen van de verpakkingsschalen aan de schaaldragers. Dit beperkt de kans op een fout in de informatie. Bovendien kan met dit systeem op eenvoudige wijde een verpakkingsschaal worden gevolgd wanneer deze zich niet in een schaaldrager bevindt, maar bijvoorbeeld in een 10 bewerkingsstation of in een uitvoerstation.

Een transportsysteem volgens de uitvinding is bij voorkeur ingericht voor het ten minste langs een deel van het transportbaan transporteren van een verpakkingsschaal in open toestand, zodat voedingsproducten in de schaal kunnen worden geplaatst en/of er tijdens of na het transport bewerking op de in de schaal geplaatste producten kunnen 15 worden uitgevoerd.

In een voorkeursuitvoering volgens de uitvinding is het transportsysteem voorzien van een of meer langs het pad van een transportinrichting opgestelde bewerkingsstations, die zijn voorzien van een bewerkingsinrichting voor het geautomatiseerd verrichten bewerkingen op ten minste een deel van de passerende schalen en/of voedingsproducten in die schalen. 20 Een voorbeeld van de bewerkingen die met behulp van een dergelijk bewerkingsstation zouden kunnen worden uitgevoerd op verpakkingsschalen en/of de inhoud daarvan zijn: het vullen van een verpakkingsschaal met voedingsproducten, het wegen van de verpakkingsschalen, het afsluiten van de verpakkingsschaal met een folie, het toevoegen van een additief aan de producten in de schaal, bijvoorbeeld een additief in de 25 vorm van een marinade, een zakje saus, een voedingsproduct, een inlegvel, het scannen van de verpakkingsschaal en inhoud met röntgen op aanwezigheid van ongewenste metaaldeeltjes, etc.

Dergelijke bewerkingsstations kunnen in lijn met de transportbaan, of parallel aan de transportbaan zijn opgesteld. In het eerste geval worden de bewerkingen uitgevoerd op de 30 verpakkingsschalen en/of de inhoud daarvan terwijl ze in de schaaldragers zijn geplaatst. In het tweede geval zijn de bewerkingstations ingericht voor het uit de schaaldragers opnemen van de verpakkingsschalen voorafgaand aan de bewerking en het afgeven van de verpakkingsschalen aan de schaaldragers na afloop van de bewerking. Het bewerkingsstation is daartoe voorzien van een invoerstation en een uitvoerstation, bij 35 voorkeur een invoerstation en een uitvoerstation zoals eerder beschreven.

43

In figuur 10 is schematisch een transportbaan 20 weergegeven voorzien van een eerste bewerkingsstation 21 dat is opgesteld in lijn met de transportbaan en een tweede bewerkingsstation 22 dat is opgesteld parallel aan de transportbaan.

Wanneer een bewerkingsstation parallel met de transportbaan is opgesteld kan het 5 zijn ingericht voor het, ten opzichte van het bewerkingsstation, stroomopwaarts uit de transportbaan uitvoeren van verpakkingsschalen, en, na het uitvoeren van de bewerking, het stroomafwaarts van het bewerkingsstation, in het bijzonder stroomafwaarts van het invoerstation van het betreffende bewerkingsstation, weer in de transportbaan invoeren van de transportschalen. In een dergelijke bewerkingsstation worden de verpakkingsschalen 10 parallel aan de transportbaan en in de transportrichting verplaatst. Bij voorkeur zijn de lengte en/of de snelheid van de transportbaan en het bewerkingsstation zodanig op elkaar afgesteld dat een verpakkingsschaal na het ondergaan van een bewerking wordt teruggeplaatst in dezelfde drager als waarin de verpakkingsschaal aan het bewerkingsstation werd aangevoerd.

15 In een voorkeursuitvoering van een parallel bewerkingsstation volgens de uitvinding is het bewerkingsstation ingericht voor het selectief uit de schaaldragers opnemen en/of het selectief aan de schaaldrager afgeven van de verpakkingsschalen. De bewerking en/of het opnemen van de schaal uit de transportbaan wordt bij voorkeur aangestuurd door het besturingssysteem van het transportsysteem, op basis van de in het geheugen van het 20 besturingssysteem beschikbare informatie over de schaal en/of de inhoud van de schaal. In een alternatieve uitvoering kan het bewerkingsstation zijn voorzien van een autonoom besturingssysteem dat is voorzien van eigen detectiemiddelen en/of productinformatie ontvangt van het besturingssysteem van het transportsysteem.

In een verdere uitvoering van een bewerkingsstation volgens de uitvinding, is een 25 bewerkingstation ingericht voor het, ten opzichte van het bewerkingsstation, stroomafwaarts uit de transportbaan uitvoeren van de verpakkingsschalen, en, na het uitvoeren van de bewerking, het stroomopwaarts van het bewerkingsstation weer in de transportbaan invoeren van de transportschalen. In een dergelijk bewerkingsstation worden de verpakkingsschalen parallel aan de transportbaan en in een richting tegengesteld aan de transportrichting 30 verplaatst.

Het voordeel van een dergelijk transportsysteem is dat een verpakkingsschaal herhaaldelijk opnieuw een bewerking kan ondergaan door hetzelfde bewerkingsstation.

Bijvoorbeeld, parallel aan de transportbaan is een bewerkingsstation opgesteld voor het marineren van in een verpakkingsschaal geplaatste kipfilet. In de transportbaan is tussen 35 de invoer en de uitvoer van het marineerstation een sensor opgesteld voor het detecteren van de kleur van de in de verpakkingsschalen geplaatste kipfilets. Wanneer de kleur van de kipfilets te bleek is wordt de betreffende verpakkingsschaal bij de uitvoer uit de transportbaan 44 gevoerd en worden de kipfilets in het marineerstation gemarineerd. Na het marineren wordt de verpakkingsschaal weer in de transportbaan ingevoerd. Vervolgens kan de sensor voor het detecteren van de kleur van de kipfilets aan de hand van de kleur van de gemarineerde kipfilets vaststellen of de kipfilets voldoende zijn gemarineerd. Indien dit niet het geval is kan 5 de verpakkingsschaal opnieuw via het marineerstation worden geleid voor het aanbrengen van een tweede laag marinade.

Om het stroomopwaarts in de transportbaan terugplaatsen van de verpakkingsschalen mogelijk te maken, is een dergelijk transportsysteem voorzien van een besturingssysteem dat niet al de schaaldragers vult, of niet volledig vult, met 10 verpakkingsschalen. Bijvoorbeeld kunnen de schaaldragers om en om worden gevuld of kan na iedere vier schaaldragers er een worden vrij gehouden. In een alternatieve uitvoeringsvorm kunnen in eerste instantie al de schaaldragers worden gevuld met verpakkingsschalen, maar wordt een deel daarvan reeds uitgevoerd voordat de keten van schaaldragers een dergelijk bewerkingsstation passeert.

15 Bij voorkeur is een dergelijk bewerkingsstation voorzien van een buffer voor het vasthouden van verpakkingsschalen totdat er een lege schaaldrager voorbij komt.

Figuur 13 toont een voorkeursuitvoering van een transportsysteem 401 volgens de uitvinding waarbij de verpakkingsschalen na een bewerking stroomopwaarts terug in de keten schaaldragers worden geplaatst. In de getoonde opstelling is de transportbaan 406 20 gecombineerd met vier bewerkingstations 422’-422””, in het bijzonder vulstations. De bewerkingsstations zijn ieder voorzien van een stroomafwaarts gelegen uitvoerstation 404’-404”” voor het uit de transportbaan uitvoeren van verpakkingsschalen, en een stroomopwaarts gelegen invoerstation 403’-403”” voor het in de transportbaan invoeren van verpakkingsschalen na het ondergaan van de bewerking. In de betreffende vulstations 25 worden verpakkingsschalen 2 gevuld met voedingsproducten, in dit geval met kippenpoten in het eerste station 422’, kippenvleugels in het tweede station 422”, kipfilet in het derde station 422’”, en zakjes saus in het vierde vulstation 422””. In de getoonde versie worden de verschillende vulstations bevoorraad met een enkele aanvoerbaan 400. In alternatieve uitvoeringen kunnen bijvoorbeeld een of meer bewerkingstations worden bevoorraad door 30 aparte aanvoerbanen.

De vier vulstations zijn allen parallel aan de transportbaan opgesteld. Hierdoor is het mogelijk om een verpakkingsschaal langs herhaaldelijk langs een en/of meer van de bewerkingstations te voeren. Per verpakkingsschaal kan dus een specifieke combinatie van producten worden samengevoegd tot een zogenaamd bbq-pakket. Een afhankelijk van 35 bijvoorbeeld de wens van de afnemer, of het aanbod van producten, kunnen verschillende pakketten worden samengesteld. Ook kan er bijvoorbeeld een weegstation zijn opgenomen in de transportbaan tussen de invoer en de uitvoer van de betreffende bewerkingstations, 45 voor het optimaliseren van het gewicht van het bbq-pakket zodanig dat deze bijvoorbeeld allemaal zo dicht als mogelijk bij de 3 kg liggen. Bijvoorbeeld kan afhankelijk van het totale gewicht van de reeds in de verpakkingsschaal geplaatste producten een relatief lichte kippenvleugel of een relatief zware kipfilet aan het pakket worden toegevoegd.

5 Een transportsysteem volgens de uitvinding, is bij voorkeur voorzien van middelen voor het volgen van een verpakkingsschaal zodanig dat de positie van een verpakkingsschaal niet alleen in de transportbaan, maar ook in een aanvoerstation, uitvoerstation of bewerkingstation continu bekend is.

Een bewerkingsstation dat parallel is opgesteld aan de transportbaan kan 10 bijvoorbeeld zijn voorzien van een uitvoerstation, een transportbaan en een invoerstation. Deze transportbaan kan zijn opgedeeld in een serie van secties met ieder een eigen kenmerk. Dit kenmerk kan worden doorgegeven aan het besturingsysteem van het transportsysteem en bijvoorbeeld worden geplaatst in een geheugenveld dat is toebedeeld aan de betreffende verpakkingsschaal. Hiervoor kan bijvoorbeeld het geheugenveld worden 15 gebruikt voor het opslaan van de schaaldrager waarin de verpakkingsschaal is aangevoerd aan het bewerkingsstation. Het besturingssysteem van het transportsysteem is op deze wijze bekend met de positie van de verpakkingsschaal terwijl deze door het bewerkingsstation wordt getransporteerd totdat de verpakkingsschaal, na het ondergaan van de bewerking, weer wordt teruggeplaatst in een schaaldrager.

20 In een alternatieve uitvoering is van te voren bekend hoeveel tijd een bepaalde bewerking in beslag neemt. Wanneer de bewerking, van uitvoer uit de transportbaan tot invoer in de transportbaan, 30 seconden in beslag neemt, dan is de verpakkingsschaal die op moment x seconden wordt uitgevoerd naar een bewerkingsstation, gelijk aan de verpakkingsschaal die op moment x + 30 seconden wordt ingevoerd vanuit dat 25 bewerkingsstation.

Op deze wijze is de positie van de verpakkingsschaal bekend, en blijft de informatie die bekend is over de verpakkingsschaal en/of de inhoud van de verpakkingsschaal continu gekoppeld met die verpakkingschaal.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een systeem voor het verwerken van 30 voedingsproducten, bij voorkeur vleesproducten. Een dergelijk voedselverwerkingsysteem omvat een verwerkingsinrichting voor het verwerken van voedingsproducten, ten minste een vulstation waarbij verpakkingsschalen worden gevuld met uit de verwerkingsinrichting aangevoerde voedingsproducten, en een transportsysteem ingericht voor het transporteren van verpakkingsschalen van een of meer invoerstations naar een of meer uitvoerstations.

35 Een dergelijk voedselverwerkingsysteem kan bijvoorbeeld een slachtlijn voor het slachten van gevogelte omvatten, een of meer vulstations waar slachtdelen in verpakkingsschalen worden geplaatst, en een transportsysteem voor het verdelen van de 46 verpakkingsschalen over verschillende uitvoerstations voor het samenstellen van bestellingen. Verpakkingsstations voor het sealen van de schalen kunnen voor het transportsysteem worden geplaatst, of, wanneer er nog bewerkingen plaats moeten vinden op in de verpakkingsschaal geplaatste producten, na het transportsysteem of als onderdeel 5 van het transportsysteem.

Een transportsysteem in een voedselverwerkingsysteem volgens de uitvinding omvat een rail die een eindeloze transportbaan volgt, waaraan een keten van schaaldragers is gekoppeld. De schaaldragers zijn ingericht voor het transporteren van ten minste een verpakkingsschaal langs ten minste een deel van de transportbaan en zijn voorzien van een 10 ondersteuningsplatform voor het althans gedeeltelijk ondersteunen van ten minste een verpakkingsschaal.

Het transportsysteem omvat aandrijfmiddelen voor het in een transportrichting langs de transportbaan verplaatsen van de keten van schaaldragers, ten minste een invoerstation, voor het, bij voorkeur selectief, invoeren van de verpakkingsschalen in de schaaldragers, en 15 ten minste een uitvoerstation, voor het selectief uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers.

Het verwerkingssysteem is verder voorzien van een besturingssysteem voor het aansturen van ten minste de aandrijving van het transportsysteem, en ingericht voor het bepalen van de positie van elke schaal in het transportsysteem. Het besturingssysteem 20 omvat ketenpositiebepalingsmiddelen die ten minste de positie van de keten van de dragers ten opzichte van de baan kunnen bepalen, en elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke drager ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opnemen van ten minste één kenmerk van de schaal en/of inhoud van de schaal en is ten minste een geheugenveld aanwezig voor het opslaan van de drager waarin de schaal is 25 geplaatst tijdens het transport langs de transportbaan.

In een voorkeursuitvoering is het besturingssysteem van het verwerkingssysteem ingericht voor het verkrijgen van productinformatie met betrekking op individuele voedingsproducten uit de verwerkingsinrichting, de vulstations, of de bewerkingsstations, en voor het koppelen van deze informatie aan de schaal waarin dat voedingsproduct wordt 30 geplaatst. Op basis van deze productinformatie kan de verpakkingsschaal waarin het product is geplaatste, en/of de inhoud van de verpakkingsschaal, al dan niet aan een bewerking in een bewerkingsstation worden blootgesteld en/of over verschillende bestellingen worden verdeeld.

In een voorkeursuitvoering is het besturingssysteem ingericht voor het aansturen het 35 transportsysteem, de een of meer vulstations en de voedselverwerkinginrichting. In een verdere voorkeursuitvoering is het besturingssysteem ingericht als 47 distributiebesturingssysteem voor het aansturen van twee of meer uitvoerstations, en voor het distribueren van verpakkingsschalen over meerdere uitvoerstations.

Het vulstation in een voedselverwerkingsysteem volgens de uitvinding omvat transportmiddelen voor het aanvoeren van een schaal in een vulpositie, transportmiddelen 5 voor het aanvoeren van voedingsproducten, vulmiddelen voor het in een in de vulpositie geplaatste schaal plaatsen van een of meer voedingsproducten, en transportmiddelen voor het afvoeren van een gevulde schaal uit de vulpositie naar het ten minste ene invoerstation voor het invoeren van de gevulde schaal in een schaaldrager van het transportsysteem.

In een alternatieve uitvoering kan het vulstation zijn ingericht voor het in-line vullen 10 van de in schaaldragers. De verpakkingsschalen worden dan gevuld terwijl ze zijn opgenomen in de schaaldragers.

Bij voorkeur zijn de vulmiddelen van het vulstation ingericht voor het zodanig invoeren van voedingsproducten dat van ieder geplaatst vleesproduct de positie in de schaal bekend is. Dit kan bijvoorbeeld door producten te stapelen of naast elkaar in een rij te leggen. Het 15 systeem kan dan voor elk product vastleggen op welke positie het in de verpakkingsschaal is geplaatst. Dit kan bijvoorbeeld door de producten een nummer toe te kennen.

Bijvoorbeeld, via de transportmiddelen worden 12 kippenpoten aangevoerd aan het vulstation. In het geheugen van het besturingssysteem van het verwerkingsysteem is voor iedere kippenpoot opgeslagen van welke boerderij de kip afkomstig was. Bij het vullen van 20 de verpakkingschaal worden de kippenpoten een voor een in de verpakkingschaal geplaatst, in twee rijen van zes kippenpoten. In het geheugen van het verwerkingsysteem wordt vervolgens in combinatie met een identificatie van de schaal opgeslagen welke kippenpoot op welke van de twaalf posities in de verpakkingsschaal is geplaatst. Doordat van iedere kippenpoot niet alleen bekend is in welke verpakkingsschaal deze is geplaatst, maar ook op 25 welke positie in de verpakkingsschaal, kan de productinformatie van iedere kippenpoot ook worden achterhaald nadat deze in de verpakkingsschaal is geplaatst. Normaal gesproken gaat individuele productinformatie verloren doordat de meerdere producten willekeurig in een verpakkingsschaal worden geplaatst.

De producten kunnen in een vulstation met de hand worden ingepakt. Bij voorkeur 30 worden de producten op volgorde een voor een aan een inpakker aangeboden zodat deze de producten overeenkomstig de aangeboden volgorde inpakt. In een voorkeursuitvoering worden de producten mechanisch in de verpakkingsschalen geplaatst. Dit kan bijvoorbeeld door een inpakrobot die de aangeboden producten in vaste volgorde en een vast patroon in de verpakking plaatst.

35 Door de producten op ten opzichte van elkaar in vaste posities in een schaal te plaatsen, blijft de positie van ieder product in het transportsysteem bekend. Met behulp van 48 een dergelijk vulstation kan de productinformatie die in het systeem bekend is herleid worden op de individuele producten, ook nadat deze in de schaal zijn geplaatst.

In een verdere uitvoering van een verwerkingssysteem volgens de uitvinding is voorzien van meerdere vulstations voor het plaatsen van verschillende voedingsproducten in 5 een verpakkingsschaal. Het systeem is op deze wijze bijvoorbeeld geschikt voor het samenstellen van een verpakking met meerdere producten bijvoorbeeld een bbq-pakket omvattende meerdere type vleesproducten of een roerbakpakket omvattende meerdere type groenten.

Een verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten volgens de 10 uitvinding is bij voorkeur voorzien van productdragers en/of een transportsysteem zoals hiervoor in deze tekst beschreven. Bij voorkeur is het transportsysteem ingericht voor het in transporteren van de verpakkingsschalen in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie, en voor het in hoofdzaak in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie in en uit schaaldragers voeren van de verpakkingsschalen. Voorts is het transportysteem bij 15 voorkeur voorzien van invoermiddelen en/of uitvoermiddelen ingericht voor het actief en gecontroleerd, en bij voorkeur met een beheerste snelheid in een gewenste richting uit de drager te duwen. In een dergelijk transportsysteem is de kans dat de producten tijdens transport door elkaar worden geschud en van plaats veranderen, waardoor de individuele productinformatie verloren zou gaan, minimaal.

20 In een transportsysteem of een verwerkingssysteem volgens de uitvinding kan de keten schaaldragers zijn opgebouwd uit een enkel type schaaldrager, of uit twee of meer verschillende typen schaaldragers. Zo kan een deel van de schaaldragers zijn ingericht voor het dragen van lage verpakkingsschalen op een ondersteuningsplatform, terwijl een ander deel van de schaaldragers is ingericht voor het via een flens ondersteunen van hoge 25 verpakkingsschalen.

Figuur 25 toont een perspectivisch aanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van een voorkeursuitvoering van een transportbaan 400 voorzien van een trolley 413 en een daarmee verbonden schaaldrager 407. De transportbaan 400 is voorzien van een, in dwarsdoorsnede, T-vormige rail 405 waarvaan het verticale been zich naar boven toe 30 uitstrekt. Het gedeelte van de trolley 416 dat aangrijpt op de rail 405 is bij voorkeur uitgevoerd als een U-vorm 420 waarbij de twee benen aan de naar elkaar toegekeerde zijde zijn voorzien van een wiel 421. De wielen 421 steunen af op de horizontale delen van de rail 405 en aan weerskanten van het verticale deel. De schaaldrager 407 is via een verbindingselement 422 verbonden met het U-frame 420 van de trolley 413. Bij voorkeur is 35 het verbindingselement 422 ingericht voor het scharnierbaar, draaibaar of in verticale richting verplaatsbaar verbinden van de schaaldrager met de trolley.

49

Een schaaldrager kan scharnierbaar zijn verbonden met de trolley zodanig dat de schaaldrager bijvoorbeeld kan kantelen om een as dwars op de transportrichting. Een dergelijke uitvoering is bijzonder geschikt voor in een horizontale positie transporteren van verpakkingsschalen langs transportbanen die een, gedeeltelijk, diagonaal verloop hebben.

5 Bijvoorbeeld, figuur 24 toont een trolleys die worden voortbewogen langs een rail die, gezien in de transportrichting, een hoek maakt met de horizontaal. Doordat de trolleys scharnieren met de schaaldrager zijn verbonden behouden de laatsten hun horizontale oriëntatie.

Het verbindingselement is bij voorkeur ingericht voor samenwerking met geleiderails langs de transportbaan voor het extra ondersteunen van de trolley zodanig dat de trolley, in 10 het bijzonder de schaaldrager, niet of slechts in beperkte mate schommelt tijdens het transport. In figuur 25 is de transportbaan aan weerszijde voorzien van geleiderails 423 die samenwerken met een, gedeelte, van het verbindingselement 422. Bijvoorbeeld wanneer er een bewerking wordt uitgevoerd op een verpakkingsschaal in de schaaldrager of wanneer de transportbaan een scherpe bocht maakt wordt de trolley bij voorkeur in zijwaartse richting 15 ondersteund om te voorkomen dat de schaaldrager scheef aan de rail komt te hangen. Ook kunnen de geleiderails bijvoorbeeld worden gebruikt voor het, tijdelijk, in een vaste positie positioneren van een schaaldrager die draaibaar om een verticale as met de trolley is verbonden.

Bij voorkeur is een schaaldrager volgens de uitvinding draaibaar om een verticale as 20 verbonden met een trolley, en is het transportsysteem voorzien van draaimiddelen voor het verdraaien van een schaaldrager.

Figuur 26 toont een schaaldrager voorzien van een verbindingselement voor het verdraaibaar om een verticale as ophangen van een schaaldrager.

In een voorkeursuitvoering is het draaielement uitgevoerd als een Maltezer kruis voor 25 het samenwerken met nokken langs de transportbaan. Een schaaldrager voorzien van een dergelijk draaielement kan worden verdraaid dooreen nok in de baan van de schaaldrager, in het bijzonder in de baan van het draaielement, te bewegen, zodanig dat de nok aangrijpt op het draaielement en de schaaldrager in het voorbijgaan aan de nok bijvoorbeeld een kwartslag draait om de verticale as. Het verdraaien en positioneren van objecten met behulp 30 van een Maltezer kruis is een eenvoudige en algemeen bekende techniek en zal daarom niet uitgebreid worden toegelicht.

Een alternatief draaielement kan bestaan uit een samenstel van armen. De armen van het samenstel werken samen met nokken langs de transportbaan op vergelijkbare wijze als het Maltezer kruis.

35 Een ander alternatief draaielement kan bestaan uit een samenstel van excentrische, ten opzichte van elkaar verdraaide schijven. Deze schijven kunnen worden bediend door een geleidingen langs de transportbaan in het pad van een van de schijven te brengen. De 50 geleiding drukt dan de betreffende excentrische schijf in de richting van de transportbaan waardoor de schaaldrager verdraait.

Bij voorkeur is het besturingssysteem van het transportsysteem of van een autonoom bewerkingsstation ingericht voor het in of uit de baan van het draaielement bewegen van de 5 nok of de geleiding. Het besturingssysteem kan daarmee de schaaldragers selectief verdraaien.Zo kunnen de schaaldrager gepositioneerd worden in een geschikte positie voor bijvoorbeeld het invoeren of uitvoeren van een verpakkingsschaal of voor het aanbieden van de inhoud van een verpakkingschaal aan een bewerkingsinrichting. Alternatief kunnen de schaaldragers zodanig gepositioneerd worden dat ze juist geen interactie hebben met 10 bijvoorbeeld een invoer-, uitvoer- of bewerkingsstationstation dat langs de transportbaan is opgesteld.

Een verdraaibaar om een verticale as opgehangen schaaldrager kan in een vaste positie worden gehouden door bijvoorbeeld het draaielement te vergrendelen, of bijvoorbeeld doorgeleiderails 423 zoals getoond in figuur 25. In een dergelijke uitvoering strekken de 15 geleiderails zich uit langs de transportbaan en grijpen aan op een deel van een langs de geleiderails voortbewogen schaaldrager zodanig dat deze in een vaste positie ten opzichte van de geleiderails wordt gehouden.

In een verdere uitvoering van een transportsysteem volgens de uitvinding zijn de schaaldragers niet hangend aan de trolley onder de transportbaan bevestigd, maar steunend 20 op de trolley aan de bovenzijde van de transportbaan. Dit heeft als voordeel dat de schaaldrager zodanig kan worden ontworpen dat de een op het transportplatform geplaatste verpakkingsschaal van bovenaf volledig vrij toegankelijk is. In een dergelijke uitvoeringsvorm wordt het steunvlak van boven niet afgeschermd door de transportbaan.

In de context van deze aanvrage wordt onder een verpakkingsschaal verstaan: een 25 schaal die onderdeel uitmaakt van de uiteindelijke verpakking van het in de schaal geplaatste voedingsproduct, in het bijzonder de verpakking waarin het product door een consument wordt aangeschaft. Wanneer wordt gesproken over een gevulde verpakkingschaal kan dit tevens betrekking hebben op een gedeeltelijk gevulde verpakkingsschaal.

30 Bij voorkeur is de schaal ten minste gedeeltelijk vervaardigd uit kunststof, metaal of karton, of uit een combinatie, bijvoorbeeld een laminaat, van deze materialen. Een verpakkingsschaal omvat bij voorkeur een kunststof uit de selectief: polystyreen, polypropyleen, polyester, polyethyleen, polyvinylchloride.

De verpakkingsschaal omvat een bodem en een omtrekswand, en is aan de 35 bovenzijde open voor het plaatsen van producten. Bij voorkeur wordt de schaal afgesloten door het aanbrengen van een folie over de opening van de schaal. De folie wordt bij voorkeur gekleefd aan de schaal, bijvoorbeeld aan een rand langs de opening.

51

Een transportsysteem volgens de uitvinding is bij voorkeur geschikt voor het transporteren van verpakkingschalen die een breedte hebben van 100 tot en met 400 mm, bij voorkeur van 130 tot en met 185 mm, een lengte hebben van 100 tot en met 400 mm, bij 5 voorkeur van 130 tot en met 285 mm, en een hoogte hebben van 10 tot 200 mm, bij voorkeur van 30 tot 120 mm.

Claims

1. Transportsysteem ingericht voor het transporteren van verpakkingsschalen, voor bijvoorbeeld voedingsproducten, van een of meer invoerstations naar een of meer 5 uitvoerstations, omvattende: - een eindeloze transportbaan omvattende een rail; - een veelvoud aan trolleys, die beweegbaar zijn verbonden met de rail en bij voorkeur onderling zijn verbonden, bijvoorbeeld via ketenelementen, -een veelvoud aan schaaldragers, die ieder via ten minste een trolley zijn gekoppeld 10 aan de rail voor het vormen van een keten van schaaldragers, waarbij elke schaaldrager is voorzien van een ondersteuningsorgaan, bij voorkeur een ondersteuningsplatform, ingericht voor het ondersteunen van ten minste een verpakkingsschaal; - aandrijfmiddelen ingericht voor het in een transportrichting langs de transportbaan verplaatsen van de keten van schaaldragers; 15. ten minste een invoerstation, ingericht voor het, bij voorkeur selectief, invoeren van de verpakkingsschalen in de schaaldragers; en - ten minste een uitvoerstation, ingericht voor het, bij voorkeur selectief, uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers.

2. Transportsysteem volgens conclusie 1, waarbij ten minste een uitvoerstation een uitvoerinrichting omvat voor het bij voorkeur in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers.

3. Transportsysteem volgens conclusie 2, verder omvattende uitvoermiddelen die zijn 25 ingericht voor het aangrijpen op een door een ondersteuningsorgaan van een schaaldrager ondersteunde verpakkingsschaal, en voor het uitoefenen van een uitvoerkracht, bijvoorbeeld een duwkracht, op die verpakkingsschaal voor het gecontroleerd uit de drager uitvoeren van die verpakkingsschaal bij een uitvoerstation.

4. Transportsysteem volgens conclusie 3, waarbij een uitvoerstation is voorzien van uitvoermiddelen en de schaaldragers vrij zijn van uitvoermiddelen.

5. Transportsysteem volgens een van de conclusies 2-4, waarbij de uitvoerinrichting een uitvoerbaan, bijvoorbeeld een transportband of een uitvoerplatform, omvat, die zich ten 35 minste gedeeltelijk parallel aan een deel van de eindeloze transportbaan uitstrekt en/of die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze transportbaan zodanig dat een verpakkingsschaal in een positie met een bij voorkeur in hoofdzaak horizontale oriëntatie kan worden uitgevoerd naar de uitvoerbaan vanuit een schaaldrager.

6. Transportsysteem volgens conclusies 5, waarbij de uitvoerbaan zich ten minste 5 gedeeltelijk uitstrekt op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager, zodanig dat een verpakkingsschaal in een in hoofdzaak horizontale richting kan worden verplaatst van een positie op het ondersteuningsorgaan van die schaaldrager naar een positie op de uitvoerbaan.

7. Transportsysteem volgens conclusie 5, waarbij ten minste een deel van de uitvoerbaan samenvalt met de transportbaan, en waarbij dat deel van de uitvoerbaan zich in de transportrichting uitstrekt van een niveau enigszins onder het niveau van het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager naar een niveau enigszins boven het niveau van het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager, en waarbij het ondersteuningsorgaan is 15 gevormd voor samenwerking met de uitvoerbaan voor het uitvoeren van een verpakkingsschaal zodanig dat wanneer de schaaldrager het uitvoerplatform passeert het uitvoerplatform aangrijpt op de verpakkingsschaal op het ondersteuningsorgaan van die schaaldrager en de ondersteuning van de verpakkingsschaal overneemt van het ondersteuningsorgaan. 20

8. Transportsysteem volgens conclusie 5, waarbij het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager is ingericht voor het ondersteunen van een verpakkingsschaal onder een deel van de verpakkingsschaal gepositioneerd boven de bodem van de verpakkingsschaal, bijvoorbeeld onder een flens langs de opening van de verpakkingsschaal, en waarbij de 25 uitvoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uitstrekt op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van de bodem van de verpakkingschaal die wordt ondersteund door het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager.

9. Transportsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste 30 een invoerstation een invoerinrichting omvat voor het bij voorkeur in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie invoeren van de verpakkingsschalen in de schaaldragers.

10. Transportsysteem volgens conclusie 9, verder omvattende invoermiddelen die zijn ingericht voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal in het ten minste ene invoerstation, 35 en het uitoefen van een invoerkracht, bijvoorbeeld een duwkracht, op die verpakkingsschaal voor het gecontroleerd invoeren van die verpakkingsschaal in een schaaldrager die wordt voortbewogen naast of boven het invoerstation.

11. Transportsysteem volgens conclusie 10, waarbij het ten minste ene invoerstation is voorzien van invoermiddelen en de schaaldragers vrij zijn van invoermiddelen.

12. Transportsysteem volgens een van de conclusies 9-11, waarbij de invoerinrichting een invoerbaan, bijvoorbeeld een transportband of een invoerplatform, omvat, die zich ten minste gedeeltelijk parallel aan een deel van de eindeloze transportbaan uitstrekt en/of die ten minste gedeeltelijk samenvalt met de eindeloze transportbaan zodanig dat een verpakkingsschaal in een positie met een bij voorkeur in hoofdzaak horizontale oriëntatie kan 10 worden ingevoerd van de invoerbaan naar een schaaldrager.

13. Transportsysteem volgens conclusie 12, waarbij de invoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uitstrekt op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager, zodanig dat een verpakkingsschaal in een in 15 hoofdzaak horizontale richting kan worden verplaatst van een positie op de invoerbaan naar een positie op het ondersteuningsorgaan van die schaaldrager.

14. Transportsysteem volgens conclusie 12, waarbij het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager is ingericht voor het ondersteunen van een verpakkingsschaal onder een deel 20 van de verpakkingsschaal gepositioneerd boven de bodem van de verpakkingsschaal, bijvoorbeeld onder een flens langs de opening van de verpakkingsschaal, en waarbij de invoerbaan zich ten minste gedeeltelijk uitstrekt op een niveau in hoofdzaak gelijk aan het niveau van de bodem van de verpakkingsschaal die wordt ondersteund door het ondersteuningsorgaan van de schaaldrager. 25

15. Transportsysteem volgens een van de conclusies 12-14, waarbij de invoerbaan omvat: -een transportband voorzien van een aandrijving, voor het voortbewegen van de transportband op een eerste snelheid, en 30 -positioneringelementen die zich in hoofdzaak uitstrekken dwars op de voortbewegingsrichting van de transportband voor het positioneren van verpakkingsschalen in lijn met de schaaldragers.

16. Transportsysteem volgens conclusie 15, waarbij is voorzien in een aandrijving voor 35 het voortbewegen van de positioneringelementen op een tweede snelheid, die in hoofdzaak gelijk is aan de snelheid van de schaaldragers, voor het positioneren van op de transportband geplaatste verpakkingsschalen in lijn met de schaaldragers.

17. Transportsysteem volgens conclusie 15 of 16, waarbij de positioneringelementen zijn voorzien van invoermiddelen in de vorm van langs de positioneringelementen beweegbare invoerorganen voor het verplaatsen van een tegen het positioneringelement gepositioneerde verpakkingsschaal langs dat positioneringelement in een richting dwars op de 5 voortbewegingsrichting van de invoerbaan.

18. Transportsysteem volgens een van de conclusies 12-16, waarbij de invoerinrichting is voorzien van invoermiddelen in de vorm van een geleiding die zich uitstrekt boven de invoerbaan voor het geleiden van een op de invoerbaan voortbewogen verpakkingsschaal in 10 een richting dwars op de voortbewegingsrichting van de transportbaan.

19. Transportsysteem volgens een van de conclusies 12-16, waarbij het invoerstation is voorzien van invoermiddelen met een om een in hoofdzaak verticale as draaibaar opgehangen wiel, dat is voorzien van daaraan bevestigde invoerorganen, waarbij door 15 rotatie van het wiel de invoerorganen tegelijkertijd met een verpakkingsschaal op de invoerbaan worden meebewogen in de transportrichting en in een richting dwars op de transportrichting, voor het verschuiven van een verpakkingsschaal van de invoerbaan in een schaaldrager.

20. Transportsysteem volgens conclusie 19, waarin de invoerorganen zijn voorzien van een duwvlak voor het aangrijpen op een verpakkingsschaal, en waarbij de invoerorganen draaibaar om een verticale as zijn opgehangen zodanig dat het duwvlak zich continu uitstrekt loodrecht op de invoerrichting van de verpakkingsschalen.

21. Transportsysteem volgens een van de conclusies 12-20, waarbij het ten minste ene invoerstation een buffer omvat voor het bufferen van verpakkingsschalen; en waarbij de buffer is ingericht voor het selectief afgeven van verpakkingsschalen aan de invoerbaan, zodanig dat iedere schaal wordt afgegeven aan een specifieke schaaldrager in de transportbaan. 30

22. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de invoerstations en/of de uitvoerstations zijn uitgevoerd als autonome invoerstations respectievelijk uitvoerstations, ieder omvattende detectiemiddelen voor het detecteren van passerende schaaldragers en/of verpakkingschalen in die schaaldragers en/of de inhoud van 35 die verpakkingsschalen, en een besturingssysteem voor het op basis van die informatie aansturen van de invoermiddelen respectievelijk uitvoermiddelen voor het selectief invoeren respectievelijk uitvoeren van verpakkingsschalen.

23. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, voorzien van een besturingssysteem omvattende: - ketenpositiebepalingsmiddelen voor het bepalen van de positie van de keten van schaaldragers ten opzichte van een vast punt langs de eindeloze transportbaan, bijvoorbeeld 5 een invoerstation, een uitvoerstation, of een bewerkingstation; - ontvangstmiddelen voor het ontvangen van informatie over schaaldragers en/of productinformatie met betrekking op de verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, welke informatie wordt ontvangen van bijvoorbeeld een invoerstation, een uitvoerstation, een bewerkingsstations of een verwerkingsysteem; en 10. elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke verpakkingsschaal in het transportsysteem ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opnemen van ten minste één gegeven dat is gerelateerd aan de verpakkingsschaal en/of inhoud van de verpakkingsschaal, en ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opslaan van een variabele die representatief is voor de schaaldrager waarin de 15 verpakkingsschaal bij een invoerstation geplaatst is.

24. Transportsysteem volgens conclusie 23, waarbij de ketenpositiebepalingsmiddelen omvatten: ten minste een enkel referentie-ketenelement voorzien van een herkenningsteken, 20 welk referentie-ketenelement onderdeel uitmaakt van de keten van trolleys en schaaldragers; een herkenningssensor, opgesteld langs de transportbaan, voor het waarnemen van het referentie-ketenelement; en een telinrichting voor het tellen van de schaaldragers die passeren na de passage van het referentie-ketenelement. 25

25. Transportsysteem volgens conclusie 23 of 24, waarbij is voorzien in schaaldrager-identificatiemiddelen die behoren bij ten minste een schaaldrager in de keten van schaaldragers, bijvoorbeeld een identificatiecode geschikt voor contactloze detectie, bijvoorbeeld magnetische, inductieve, optische of radiografische detectie. 30

26. Transportsysteem volgens een van de conclusies 23-25, waarbij het transportsysteem is ingericht voor het aan de verpakkingsschalen toevoegen van schaal-identificatiemiddelen, bijvoorbeeld door het printen van een code op de verpakkingsschaal, het plakken van een identificatiesticker op de verpakkingsschaal, of het toevoegen van een inlegobject, 35 bijvoorbeeld een (vochtabsorberend) inlegvel, voorzien van een identificatiecode aan de verpakkingsschaal.

27. Transportsysteem volgens een van de conclusies 23-26, waarbij het transportsysteem is voorzien van twee of meer invoerstations, waarbij per invoerstation een specifiek type voedingsproduct en/of verpakkingsschaal wordt ingevoerd, en waarbij het besturingssysteem is ingericht voor het in geheugenmiddelen opslaan uit welk invoerstation iedere 5 verpakkingsschaal afkomstig is.

28. Transportsysteem volgens een van de conclusies 23-27, voorzien van een besturingssysteem omvattende verzendmiddelen voor het verzenden van informatie over schaaldragers en/of verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, naar 10 bijvoorbeeld een bewerkingsstation, een uitvoerstation of een printer van een verpakkingstation.

29. Transportsysteem volgens een van de conclusies 23-28, omvattende een besturingssysteem ingericht als distributiebesturingssysteem voor het aansturen van twee of 15 meer uitvoerstations, voor het distribueren van verpakkingsschalen over meerdere uitvoerstations.

30. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers zodanig zijn ingericht dat het ondersteuningsorgaan een vaste, bij 20 voorkeur in hoofdzaak horizontale oriëntatie heeft voor het in een positie met een in hoofdzaak horizontale oriëntatie transporteren van een verpakkingsschaal.

31. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij er verder in is voorzien dat de schaaldragers steunen op de trolleys, zodanig dat het 25 ondersteuningsorgaan van een schaaldrager hoger dan de rail is gepositioneerd, en een op dat ondersteuningsorgaan geplaatste verpakkingsschaal bovenlangs de rail worden getransporteerd.

32. Transportsysteem volgens een of meer van de conclusies 1-30, waarbij er verder in is 30 voorzien dat een of meer schaaldragers hangend zijn gekoppeld aan een of meer trolleys, zodanig dat het ondersteuningsorgaan van een schaaldrager lager dan de rail is gepositioneerd, en een op dat ondersteuningsorgaan geplaatste verpakkingsschaal onderlangs de rail worden getransporteerd.

33. Transportsysteem volgens ten minste conclusie 3, waarbij de uitvoermiddelen aan de schaaldragers zijn aangebracht.

34. Transportsysteem volgens conclusie 33, waarbij de uitvoermiddelen zijn ingericht voor het samenwerken met bijbehorende activeringsmiddelen van een uitvoerstation.

35. Transportsysteem volgens conclusie 33 of 34, waarbij de schaaldrager is voorzien 5 van ten minste een beweegbaar uitvoerorgaan, bijvoorbeeld een duwlichaam, voor het uit de schaaldrager uitvoeren van een verpakkingsschaal bij een uitvoerstation.

36. Transportsysteem volgens conclusie 35, waarbij het ten minste ene beweegbare uitvoerorgaan tevens beweegbaar is, bijvoorbeeld verdraaibaar, tussen een actieve stand, 10 waarin het uitvoerorgaan kan aangrijpen op de verpakkingsschaal, en een inactieve stand, bijvoorbeeld een teruggetrokken stand.

37. Transportsysteem volgens conclusie 35 of 36, waarbij de schaaldrager is voorzien van een geleiding, bijvoorbeeld een geleiderail, die werkzaam is in een richting in hoofdzaak 15 dwars op de transportrichting van de keten van schaaldragers, voor het geleiden van ten minste een uitvoerorgaan, bijvoorbeeld zodanig dat het uitvoerorgaan verplaatsbaar is langs de lengteas van de geleiderail en niet verdraaibaar is om de lengteas van de geleiderail.

38. Transportsysteem volgens conclusie 37, waarbij de schaaldrager een 20 ondersteuningsorgaan heeft en de geleiderail zich uitstrekt onder het ondersteuningsorgaan en waarbij het ondersteuningsorgaan is voorzien van een gleuf, zodanig dat het uitvoerorgaan, bijvoorbeeld het duwlichaam, zich in de actieve positie uitstrekt tot boven het ondersteuningsorgaan en in die positie langs de geleidingsrail kan worden bewogen.

39. Transportsysteem volgens conclusie 38, waarbij de geleiderail ten minste gedeeltelijk in een richting loodrecht op het ondersteuningsorgaan beweegbaar is voor het verplaatsen van het uitvoerorgaan tussen de actieve positie, waarin het uitvoerorgaan zich via de gleuf uitstrekt tot boven het orgaan, en de inactieve positie, waarin het uitvoerorgaan zich bevindt onder het ondersteuningsorgaan. 30

40. Transportsysteem volgens conclusies 39, waarbij de geleiderail draaibaar om haar lengtas is opgehangen, zodanig dat de geleiderail kan worden verdraaid tussen een actieve positie waarin het uitvoerorgaan zich via de gleuf uitstrekt tot boven het ondersteuningsorgaan, en een inactieve positie waarin het uitvoerorgaan zich bevindt onder 35 het ondersteuningsorgaan.

41. Transportsysteem volgens conclusie 40, waarbij de geleiderail een eerste en een tweede uitvoerorgaan ondersteund, die zich beide in een radiale richting ten opzichte van de lengteas van de geleiderail uistrekken, en waarbij het eerste en het tweede uitvoerorgaan , gezien in een richting langs de lengteas van de geleiderail, ten opzichte van elkaar 5 versprongen zijn aangebracht, zodanig dat de geleiderail kan worden verdraaid tussen een eerste positie waarin het eerste uitvoerorgaan zich via de gleuf uitstrekt tot boven het ondersteuningsorgaan, en een tweede positie waarin het tweede uitvoerorgaan zich via de gleuf uitstrekt tot boven het ondersteuningsorgaan.

42. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers zijn ingericht voor het ten opzichte van de voortbewegingsrichting van de keten van schaaldragers in hoofdzaak zijwaartse richting opnemen en afgeven van schalen, bij voorkeur aan beide zijden van de transportbaan.

43. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers zijn voorzien van positioneringsmiddelen voor het positioneren van een verpakkingsschaal op het ondersteuningsorgaan, bijvoorbeeld een geleiding of positioneringrib die aangrijpt op de zijkant van de verpakkingsschaal wanneer deze in de schaaldrager wordt geschoven voor het geleiden van een verpakkingsschaal naar een 20 gewenste positie terwijl die verpakkingsschaal in de schaaldrager wordt ingevoerd.

44. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers zijn voorzien van fixatiemiddelen voor het fixeren van een verpakkingsschaal ten opzichte van het ondersteuningsorgaan zodanig dat de 25 verpakkingsschaal niet verschuift ten opzichte van het ondersteuningsorgaan, bijvoorbeeld wanneer er op de verpakkingsschaal en/of de inhoud daarvan een bewerking wordt uitgevoerd.

45. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of 30 meer schaaldragers zijn voorzien van een afscherming, bijvoorbeeld een zijwand dwars op de transportrichting en/of eventueel een bovenwand, voor het afschermen van een verpakkingsschaal en/of de inhoud daarvan ten opzichte van de omgeving, bijvoorbeeld tegen omgevingsinvloeden, bijvoorbeeld bij het aanbrengen van een conserveringsmiddel of een marinade op een voedingsproduct in de schaal ondersteund door een naastgelegen 35 schaaldrager.

46. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers, bij voorkeur al de schaaldragers, zodanig zijn ingericht dat een in de schaaldrager geplaatste verpakkingsschaal toegankelijk is voor bewerkingsmiddelen van een langs de transportbaan opgestelde bewerkingsinrichting, voor het uitvoeren van een 5 bewerking op de verpakkingsschaal en/of de inhoud daarvan, bijvoorbeeld bewerkingsmiddelen voor het aanbrengen van een conserveringsmiddel of een marinade op een voedingsproduct, of voor het printen van een code op de verpakkingsschaal.

47. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of 10 meer schaaldragers zijn voorzien van een beweegbaar ondersteuningsorgaan voor aangrijpen op een verpakkingsschaal en voor het dragen van die verpakkingsschaal.

48. Transportsysteem volgens conclusie 47, waarbij de een of meer schaaldragers zijn ingericht voor het aan de onderkant opnemen en/of afgeven van verpakkingsschalen. 15

49. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij een of meer schaaldragers zijn voorzien van een of meerondersteuningsorganen, bijvoorbeeld ondersteuningsplatformen op verschillende hoogtes, die ieder geschikt zijn voor het ondersteunen van een of meer verpakkingsschalen. 20

50. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het transportsysteem, is ingericht voor het ten minste langs een deel van het transportbaan transporteren van een verpakkingsschaal in open toestand, zodat een of meer voedingsproducten in de schaal kunnen worden geplaatst en/of er bewerking op de in de 25 schaal geplaatste producten kunnen worden uitgevoerd.

51. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, verder voorzien van een of meer langs de transportbaan opgestelde bewerkingsstations, elk omvattende een bewerkingsinrichting voor het verrichten van bijvoorbeeld een of meer van de onderstaande 30 bewerkingen op een of meer van de passerende verpakkingsschalen en/of de voedingsproducten in die verpakkingsschalen: -het wegen van de schalen -het sealen van de schaal met een folie -aanbrengen van een code op de schaal, 35 -het toevoegen van een eetbaar additief, bijvoorbeeld een vloeibaar additief zoals een marinade -het toevoegen van een object, bijvoorbeeld een inlegvel, - het vullen van schalen met voedingsproducten, -het toevoegen van een voedingsproduct, -het scannen van de schalen.

52. Transportsysteem volgens conclusies 46 en 51, waarbij het bewerkingsstation in lijn met de transportbaan is opgesteld, en is ingericht voor het verrichten van de handeling op een in een schaaldrager geplaatste schaal en/of de in de schaal geplaatste voedingsproducten.

53. Transportsysteem volgens conclusie 51, waarbij een bewerkingsstation parallel aan de transportbaan is opgesteld tussen een invoerstation en een uitvoerstation, en is ingericht voor het via het uitvoerstation uit de schaaldragers uitvoeren van de verpakkingsschalen voorafgaand aan de bewerking en het via het invoerstation in de schaaldragers invoeren van verpakkingsschalen aan de schaaldragers na afloop van de bewerking. 15

54. Transportsysteem volgens een van de conclusies 51-53, waarbij een bewerkingsstation wordt aangestuurd door een besturingssysteem dat is ingericht voor het selectief uit de schaaldragers uitvoeren en het selectief in de schaaldrager invoeren van de verpakkingsschalen, en waarbij het uitvoeren van de verpakkingschaal uit de transportbaan, 20 en/of de bewerking, afhankelijk is van de in het geheugen van het besturingssysteem beschikbare informatie over de schaal en/of de inhoud van de schaal.

55. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het transportsysteem is ingericht voor het transporteren van in verpakkingsschalen geplaatste 25 voedingsproducten, en waarbij de verpakkingsschalen onderdeel uitmaken van de uiteindelijke consumentenverpakking.

56. Transportsysteem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, ingericht voor gebruik in de voedingsproducten verwerkende industrie, bijvoorbeeld de vleesverwerkende 30 industrie, bijvoorbeeld de gevogelteverwerkende industrie.

57. Verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten, bij voorkeur vleesproducten, welke systeem omvat: - een verwerkingsinrichting ingericht voor het verwerken van voedingsproducten; 35. ten minste een vulstation ingericht voor het vullen van verpakkingsschalen met uit de verwerkingsinrichting aangevoerde voedingsproducten; - een transportsysteem ingericht voor het transporteren van verpakkingsschalen van een of meer invoerstations naar een of meer uitvoerstations, omvattende: - eindeloze transportbaan omvattende een rail; - een veelvoud aan trolleys en schaaldragers, welke schaaldragers ieder via ten 5 minste een trolley zijn gekoppeld aan de rail voor het vormen van een keten van schaaldragers, waarbij elke schaaldrager is voorzien van een ondersteuningsorgaan, bij voorkeur een ondersteuningsplatform, ingericht voor het ondersteunen van ten minste een verpakkingsschaal; - aandrijfmiddelen ingericht voor het in een transportrichting langs de transportbaan 10 verplaatsen van de keten van schaaldragers; - ten minste een invoerstation, ingericht voor het, bij voorkeur selectief, invoeren van de verpakkingsschalen in de schaaldragers; - ten minste een uitvoerstation, ingericht voor het selectief uitvoeren van de verpakkingsschalen uit de schaaldragers; en 15. een besturingssysteem voor het aansturen van het transportsysteem, ingericht voor het bepalen van de positie van elke schaal in het transportsysteem, welk besturingssysteem omvat: - ketenpositiebepalingsmiddelen voor het bepalen van de positie van de keten van schaaldragers ten opzichte van een vast punt langs de transportbaan, bijvoorbeeld een 20 uitvoerstation; en - ontvangstmiddelen voor het ontvangen van informatie over schaaldragers en/of productinformatie met betrekking op de verpakkingsschalen en/of de inhoud van verpakkingsschalen, welke informatie wordt ontvangen van bijvoorbeeld een invoerstation, een uitvoerstation, een bewerkingsstations of een verwerkingsysteem; en 25. elektronische geheugenmiddelen met een geheugentabel waarin voor elke verpakkingsschaal in het transportsysteem ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opnemen van ten minste één gegeven dat is gerelateerd aan de verpakkingsschaal en/of inhoud van de verpakkingsschaal, en ten minste een geheugenveld aanwezig is voor het opslaan van de schaaldrager waarin de verpakkingsschaal bij een invoerstation geplaatst is. 30

58. Verwerkingssysteem volgens een van de conclusies 57, waarbij het besturingssysteem is ingericht als distributiebesturingssysteem voor het aansturen van twee of meer uitvoerstations, voor het distribueren van verpakkingsschalen over meerdere uitvoerstations. 35

59. Verwerkingssysteem volgens conclusie 57 of 58, waarbij het vulstation is ingericht om de voedingsproducten op basis van productinformatie, bijvoorbeeld gewicht, te verdelen over de verpakkingsschalen.

60. Verwerkingssysteem volgens een van de conclusies 57-59, waarbij het ten minste ene vulstation is voorzien van vulmiddelen voor het systematisch op een bepaalde plaats en/οΐ in een bepaalde volgorde in de schaal plaatsen van de voedingsproducten, zodanig dat van ieder geplaatst voedingsproduct de positie in de verpakkingsschaal bekend is.

61. Verwerkingssysteem volgens conclusie 60, waarbij het ten minste ene vulstation is ingericht voor het vullen van verpakkingsschalen buiten de schaaldragers, en waarbij het vulstation omvat: -transportmiddelen voor het aanvoeren van voedingsproducten; - transportmiddelen, bijvoorbeeld een transportband, voor het aanvoeren van een 15 schaal in een vulpositie; -transportmiddelen voor het afvoeren van een gevulde schaal uit de vulpositie naar een invoerstation voor het invoeren van de gevulde schaal in een schaaldrager; en waarbij de vulmiddelen zijn ingericht voor het in een in de vulpositie geplaatste schaal plaatsen van een of meer voedingsproducten; en 20

62. Verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten volgens conclusies 57-61, voorzien van schaaldragers zoals beschreven in conclusies 29-48.

64. Verwerkingssysteem voor het verwerken van voedingsproducten volgens conclusies 25 57-62, voorzien van een transportsysteem zoals beschreven in conclusies 1-56.

65. Werkwijze waarbij met voedingsproducten gevulde verpakkingsschalen worden getransporteerd met behulp van een systeem volgens een of meer van de voorgaande conclusies. 30

66. Slachterijbedrijf, bij voorkeur een gevogelteslachterij, voorzien van een systeemvolgens een of meer van de conclusies 1-64.