NL9000029A - Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten. - Google Patents

Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten. Download PDF

Info

Publication number
NL9000029A
NL9000029A NL9000029A NL9000029A NL9000029A NL 9000029 A NL9000029 A NL 9000029A NL 9000029 A NL9000029 A NL 9000029A NL 9000029 A NL9000029 A NL 9000029A NL 9000029 A NL9000029 A NL 9000029A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
frame
pivotable
machine
tool
stop
Prior art date
Application number
NL9000029A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194646C (nl
NL194646B (nl
Original Assignee
Plasser Bahnbaumasch Franz
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Plasser Bahnbaumasch Franz filed Critical Plasser Bahnbaumasch Franz
Publication of NL9000029A publication Critical patent/NL9000029A/nl
Publication of NL194646B publication Critical patent/NL194646B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194646C publication Critical patent/NL194646C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B27/00Placing, renewing, working, cleaning, or taking-up the ballast, with or without concurrent work on the track; Devices therefor; Packing sleepers
    • E01B27/12Packing sleepers, with or without concurrent work on the track; Compacting track-carrying ballast
    • E01B27/13Packing sleepers, with or without concurrent work on the track
    • E01B27/16Sleeper-tamping machines
    • E01B27/17Sleeper-tamping machines combined with means for lifting, levelling or slewing the track
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/10Track-lifting or-lining devices or methods
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/12Tamping devices
    • E01B2203/125Tamping devices adapted for switches or crossings

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Machines For Laying And Maintaining Railways (AREA)
  • Soil Working Implements (AREA)
  • Agricultural Machines (AREA)

Description

Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten
De uitvinding heeft betrekking op een rijdende spoorbaanonderstopmachine met een op rijstellen ondersteund ma-chineframe en een om een verticale as evenwijdig aan het spoorbaan-vlak zijdelings zwenkbaar gelagerd werktuigframe, alsmede met in dwars op de spoorbaan naast elkaar opgestelde en via aandrijvingen van elkaar onafhankelijk dwars en in de hoogte verstelbare onder-stopaggregaten, die via aandrijvingen bij stelbare en trilbare on-derstopwerktuigparen met in de ballast induwbare onderstophouwelen bezitten.
Een bekende rijdende spoorbaanonderstopmachine (volgens at-PS-303.795 van de onderhavige Aanvraagster respectievelijk Octrooihoudster) met de boven beschreven maatregelen, is voorzien in twee op een dergelijk zijwaarts zwenkbaar gelagerd en in de werkrichting vrij uitstekend werktuigframe opgestelde onderstop-werktuigdragers, die voor gelijktijdig onderstoppen van twee naburige dwarsliggers telkens twee in de langsrichting van de spoorbaan achter elkaar opgestelde onderstopaggregaten gemeenschappelijk met de correctie-inrichting dragen. Elk onderstopaggregaat is voorzien van via aandrijvingen in de hoogte en ten opzichte van elkaar instelbare alsmede trilbare onderstopwerktuigparen met in de ballast links en rechts van de ene respectievelijk de andere rails induwbare onderstophouwelen. De beide dragers zijn op het ten opzichte van het machineframe om een verticale as zijwaarts zwenkbare werktuigframe met aandrijvingen ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars verschuifbaar. Deze spoorbaanonderstopmachine met deze bij oudere machines gebruikelijke gedrongen bouwwijze met uitstekende opstelling van de onderstopaggregaten aan het machineframe respectievelijk op de zijdelings zwenkbare werktuigdrager is in het bijzonder ook voor het onderstoppen van spoorbaanwissels en dergelijke met de ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts zwenkbare afzonderlijke onderstopwerktuigen en een referentiesysteem als nivellerende spoorbaanonderstopmachine uitgevoerd.
Een andere bekende spoorbaanonderstopmachine (vol-genp/GB^PS-l.213.381) van de oudere gedrongen constructiewijze is voorzien, van een uitstekende opstelling van de stopaggregaten aan een ten Opzichte van het machineframe zijwaarts zwenkbaar werktuig-framet mat ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars verschuifbare opstelling van totaal twee elk bij een rails behorende, in de hoogte terslielbare onderstopaggregaten. Deze zijn op het over het voor-ste machinerijstel uitstekende, via aandrijvingen om een verticale draaiasjten opzichte van het machineframe zijwaarts zwenkbare en lar%wërfd.g uitgevoerde werktuigframe in een dwars verschuifbaan in de hoogte en dwars verstelbaar gelagerd, waardoor de onderstopwerktuigen :^eter aan de zich veranderende railafstanden bij wissels dienen lan te passen. Deze uitvoering is constructief kostbaar aangezien het zijwaarts zweiikbare werktuigframe tot over het totale machineframe naar achteren geleid wordt en daar hieraan via een glijlager voor de zwenkbeweging bevestigd respectievelijk ondersteund is. Bovendien is het nadeel van een onnauwkeurige centreermogelijkheid van de gemeenschappelijk zwenkbare stopwerktuigen boven de onder te stoppen dwarsligger gegeven, aangezien de draaias van het werktuigframe ten opzichte van het centrum van de dwarsverschuifbaan op afstand opgesteld is. In het bijzonder wordt het door deze opstelling op afstand bepaalde nadeel tot stand gebracht, dat door een dergelijke onnauwkeurige aanpassing de onderstopwerktuigen niet evenwijdig aan een scheef liggende dwarsligger komen te liggen en daarioor een nauwkeurige en duurzame onderstopping niet uitvoerbaar is»
Een verdere rijdbare spoorbaanonderstopmachine vol- ' v;i' '-(Pil·.: - - - ":' . · , gens AT"~PS-380.498 van dezelfde Aanvraagster respectievelijk Octrooihouders, Ie als spc^rbaanonderstop-, nivelleer- en riGhtma-chine vhn de zogenaamde ^orapacte bouwwijze uitgevoerd. Deze machines. hebben ten opzichte Van de machine met de boven beschreven uitstekende bouwwijze in de laatste twintig jaar als bijzonder bruik baar getoond, aangezien door de opstelling van de onderstopaggrega-ten en het spoorbaanhef-richtaggregaat tussen de twee ver van elkaar op afstand gelegen rijstellen een aanzienlijk nauwkeurige correctie van de ligging van de spoorbaan in de hoogte en zijwaarts uitvoerbaar is, waardoor extra ten gevolge van de betrekkelijk grote afstand van de rijstellen een zwakke buiglijn van de rails voor het vermijden van een ontoelaatbare buigbelasting bereikt wordt.
Bij deze spoorbaanonderstopmachine is voor elke railstreng een eigen, met zijn ene einde via een in de lengte veranderbare koppe-lingsinrichting scharnierend aan het machineframe aangebracht werk-tuigframe met telkens een onderstop-, hef- en richtaggregaat aanwezig, waarbij elk zijwaarts zwenkbaar werktuigframe aan zijn andere, tegenover de scharnierplaats gelegen einde voorzien is van een voor het berijden op een rails als een vrij scharnier rijstel uitgevoerd afzonderlijk steunend en leidend rijstel. De onderstop-, hef- en richtaggregaten zijn als zogenaamde wisselaggregaten met voor het bewerken van delen van spoorbaanwissels en dergelijke uitgevoerde, zijwaarts zwenkbare onderstopwerktuigen respectievelijk heftangen en richtende spoorkransrollen uitgevoerd.
De opgave van de uitvinding bestaat nu daarin, om een rijdende spoorbaanonderstopmachine van in de aanhef beschreven soort te verschaffen, die in het bijzonder in moeilijke spoorbaan-delen, bijvoorbeeld in wisseldelen of ook in spoorbanen met scheef liggende dwarsliggers respectievelijk met wikkels verschillende dwarsliggerafstanden inzetbaar is en waarmee een snelle, eenvoudige en nauwkeurige aanpassing van de onderstopwerktuigen bij het insteken in de ballast bereikbaar is.
Dit doel wordt met een rijdbare spoorbaanonderstopmachine van in de aanhef beschreven soort volgens de uitvinding opgelost doordat, voor het ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars verstellen en het lageren van twee met een in de hoogte verstelbare aandrijvingen voorziene onderstopaggregaten, twee aan het machineframe elk via een eigen aandrijving ten opzichte van elkaar onafhankelijk om een verticale as zijwaarts zwenkbare werktuigfra-mes uitgerust zijn.
Met de uitgevonden oplossing wordt een verrassend en toch robuuste/ in het bijzonder bij het toepassen in en zware spoorbaaninstallatiee optredende betrekkelijk hoge krachten stand houdende nieuwe basisconstructie verschaft, die verder ook vele verdere oonstructiewegen voor verschillende con-structievarianten overeenkomst!g de verschillende bekende onder-stopaggregaten voor wissels of ook voor spoorbaanstukken mogelijk maakt. Een dergelijke uitgevonden lagering van de onderstopaggrega-ten op twee ten opzichte van het machineframe ten opzichte van elkaar onafhankelijk evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan zijwaarts zwenkbare werktuigframes maakt daarom met eenvoudige constructieve inspanning een de zeer hoge en vooral stotend inwerkende krachten in het onderstopbedrijf goed standhoudende, in het bijzonder robuuste opstelling mogelijk, waarbij door de ten opzichte van elkaar onafhankelijke individuele dwarsverstelbaarheid (via de betrokken aandrijvingen) op zeer eenvoudige wijze op een snel en individueel nauwkeurig zwenken van elk onderstop aggregaat voor een van de hoofdspoorbaan afwijkende centrering, bijvoorbeeld over een wisseltong, het voerbaar is. Boven deze zeer voordelig toepassen bij moeilijke spoorbaanstukken, in het bijzonder wissels, zijn de elk met een zwenkbaar werktuigframe verbonden stopaggregatén echter ook zonder beperking toetsbaar bij spoorbanen, zodat op voordelige wij^e Q£sk langere spoorbanen met grote afstanden alsook wisselstuk-kep ondèa: verbetering vaö de economie met in hoofdzaak gelijke on-deEStop$waliteit doorgaand onderstopbaar zijn. Daarbij is van bij- ; : zcaidet tooriëel ..dat gelijktijdig met de zwenkbeweging van de onder- stqgaggE^egaten tezamen m®rt het zwenkbare werktuigframe om zijn ver- . : ; Y ' iV -:Υΐ:' Y- .-if. . YY:' " tioale »s voor het centreren ook een betrekkelijk eenvoudige aan- paling, van de pnderstop&ouwelen aan de scheve ligging van de in wis^elst^ikken aanwezige langsdwarsliggers mogelijk is.
->; j.; Een voormalige verdere ontwikkeling van de uitvin ding ontj^at dat de beide ivoor het onderstoppen van dwarsligges links eh rechts van de eüe of de andere rail elk met onderstopwerk-tuiejparSn uitgerust) ond©rstopaggregaten elk aan het einddeel van hun ^zweökbaar werktuigframe gelagerd zijn, waarbij elk van deze langwerpig uitgevoerde zwenkbare werktuigframes in het bij het on-derstopaggregaat aangrenzende deel op een horizontale glijbaan respectievelijke geleidingsbaan van het machineframe extra ondersteund is. De elk aan het einde opstellen van de onderstopaggregaten aan het zwenkbare werktuigframe heeft in het bijzonder het voordeel dat het gebied, waarbinnen de onderstopaggregaten zijwaarts verstelbaar zijn, van andere bouwdelen vrijgehouden is en dat de onderstopaggregaten ten gevolge van de slechts aan één zijde aanwezige verbinding met de beide zwenkbare werktuigframes voor de aan het vrije, tegenovergelegen einde zich bevindende bedieningspersoon vrij en in hoofdzaak ongehinderd aanschouwbaar respectievelijk inzienbaar zijn, waardoor verder een hogere en nauwkeurige werkprestatie bereikbaar is. Het langwerpige zwenkbare werktuigframe maakt ook een ver naar voren uitstekende opstelling mogelijk van de onderstopaggregaten voor een betrekkelijk groot totaal verstelgebied, zodat bijvoorbeeld afbuigende spoorbanen (in het gebied van wissels), die door lange dwarsliggers met de hoofdspoorbaan verbonden zijn, voor het bereiken van een duurzame en nauwkeurige correctie van de ligging gemeenschappelijk met de hoofdspoorbaan aanzienlijk beter dan tot nu toe onderstopbaar respectievelijk corrigeerbaar zijn. Door de glijbaan respectievelijk geleidingsbaan is in elke zwenkstand een gelijkmatige en vertrouwbare ondersteuning van de onderstopaggregaten aan het machineframe gewaarborgd.
Een bijzonder voordelige uitvoering volgens de uitvinding is gekenmerkt doordat elk van de beide in de werkrichting onmiddellijk voor een rijstel vrij vooruitstekende en langwerpig uitgevoerde zwenkbare werktuigframes met zijn onderstopaggregaat elk om een ongeveer boven de ene respectievelijk de andere rails verticaal verlopende as boven de ene respectievelijk de andere rails zijwaarts uitzwenkbaar aangebracht is. Deze bijzondere opstelling van de beide zwenkbare werktuigframes maakt de voordelige ondersteuning daarvan mogelijk op het na het onderstopaggregaat opgestelde rijstel, waarbij door de vrije voorwaarts uitstekende uitvoering een vrije en onverhinderd zijwaarts zwenken alsmede een de werking van de onderstopwerktuigen op geen enkele wijze hinderende opst>elli|tg bereikbaar is. Door de zwenkbaarheid om assen ongeveer in het gebied boven de rails is naast een robuuste en storingsvrije bevestiging van de beide werktuigfrantes zonder onderling hinderen in het bijzonder een voordelig middelste, op de betrokken rails instelbaar instelgebied voor een eenvoudige aanpassingsmogelijkheid voor de centrering van de onderstopaggregaten op de ligging van de elk in geringe mate verschillend scheef liggende dwarsliggers in het-wisaêlgebied bereikbaar.
v Volgens e£n verdere kenmerkende uitvoering van de ni ty.i ndtagg is elk van de beide in de richting van de langsas van de machine hf gestart respectievelijk hoekvormig uitgevoerde zwenkbare werkbuiφrams van zijn verticale as tot zijn onderetopaggregaat tenminste vier tot vijf meter respectievelijk ongeveer in de maat van het twee tot drie en een half voudige van de spoorbreedte lang (bij yp^keur voor een totale zwenkweg van het betrokken einde van het zwenkbare werktuigframe van ongeveer 1,7 meter) uitgevoerd.
Deze constructief langwerpige uitvoering van het zwenkbare werk-tuigframe maakt in verbinding met de doelmatige stuiking een zeer voordelige, voldoende grote totale zwenkweg mogelijk voor elk stop-aggregaat voor het aanpaseen aan de scheve ligging van de dwarsliggers in het wisselgedeelte. In het bijzonder is daardoor een voordelige maximale aanpassing van elk instel- en zwenkhoekgebied van elk werktuigframe op de spoorbaan karakteristiek, voor een in hoge mate zelfstandige aanpassing van de onderstopaggregaten (bij het zwenken of de scheefliggende dwarsliggers in het wisselgebied) bereikbaar, zodat bijvoorbeeld een dergelijk wisseldeel slechts door een enkele onderstopbewerking in zijn totale gebied van lange dwarsligger onderstopbaar is en daardoor ook in een veel nauwkeurige ligging vastlegbaar is.
Een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat verder dat de verticale as van elk zwenkbaar werktuigframe in de langgrichting van de spoorbaan achter de middelste as van het onmiddellijk op het onderetopaggregaat volgende rijstel respectievelijk achter het bij voèrkeur als draaistel middelste rijstel een scharnierend uitgevoerd aachineframe opgesteld is. Een op deze wijze uitgevoerde onderstopmachine maakt (onder in achtname van ook hoogste bij het onderstoppen en corrigeren optredende krachten) zowel een betrouwbare ondersteuning mogelijk via het middelste draai-stel-rijstel alsook een storingsvrije opstelling van de beide zwenkbare werktuigframes aan het machineframe, waarbij met een dergelijke opstelling de beide rijcabines op doelmatige wijze boven het eerste respectievelijk laatste rijstel van de onderstopmachine opgesteld zijn.
Een voordelige verdere uitvoering van de uitvinding is gekenmerkt doordat de beide onderstopaggregaten met hun in de hoogte verstellende aandrijvingen elk aan het einde van het vrij vooruitstekende zwenkbare werktuigframe om een verdere verticale as en met elk een aandrijving draaibaar gelagerd zijn respectievelijk tegen de spoorbaanas (bij voorkeur voor een totaal zijwaarts in-stelgebied van het onderstopaggregaat van ongeveer 2,0 m) zwenkbaar uitgevoerd zijn. Deze uitvoering verenigd op bijzonder voordelige wijze de eenvoudige en robuuste zijwaarts zwenkbare lagering van de onderstopaggregaten voor een ten opzichte van elkaar onafhankelijke dwarsverstelling met het voordeel van een snel en onafhankelijk van de dwarsverstelling altijd uitvoerbare nauwkeurige uitrichting van de onderstophouwelen in een ten opzichte van de langsrichting van de scheefliggende dwarsliggers evenwijdige ligging. Dit uitrichten is door de via de eigen aandrijving ten opzichte van elkaar onafhankelijk uitvoerbare zwenking van elk onderstopaggregaat om de extra verticale as bereikbaar. Daardoor zijn eerstmaals de door een aantal van spoorbaanhindernissen in verbinding met scheefliggende lange dwarsliggers bijzonder moeilijke wisselstukken (met praktisch via twee zwenkassen ten opzichte van elkaar onafhankelijk en zeer individueel instelbare en op eenvoudige en robuuste wijze met het machineframe verbonden onderstopaggregaten) onderstopbaar. Met het totale instelgebied van de onderstopaggregaten van ongeveer 2,0 m is via de vrij vooruitstekende zwenkbare werktuigframes een storingsvrije en betrekkelijk eenvoudige onderstopping uitvoerbaar van ook de buitenste, nog door lange dwarsliggers met elkaar verbonden wisseldelen.
Een bijzokder voordelige verdere uitvoering van de uitvinding omvat dat elk van de beide langwerpige zwenkbare werk-tuigfrazöès meervoudig, in het bijzonder in de langsrichting van het -frame,,t^Lescoopvormig verlengbaar uitgevoerd zijn en met een eigen .;.aanjjfcijjj^tng {voor het overlangs verstellen van het aan het einde van het jnerktuigframe gelagerde onderstopaggregaat) verbonden is. De2^; vo^delige eenvoudige telescoopvormige verlenging van het zwenkbare wqrktuigframe verzekert zonder benadelen van de reeds ge-, noefttdè ^ordelen de mogelijkheid van een snel en nauwkeurig aanpassen.,; respectievelijk onderling onafhankelijk overlangs verschuiven van^jde ^ide'„onderstopaggpregaten naar hun nauwkeurige centrering boven dh- onder te stoppen en eventueel scheef liggende dwarsligger.
4. Een verdere voordelige uitgevonden uitvoering omvat dat elk der beide langwerpige zwenkbare werktuigframes als bij voork^af telescoopvormig In de langsrichting van het frame verlengbare en iln dwarsdoorsnede verticaal reikende drager met in het bo-venste deel van de drager opgestelde hydraulische aandrijvingen uitgevoerd is. Deze constructief eenvoudige en robuuste uitvoering in het bijzonder met de in het bovenste dragerdeel opgestelde hydraulische aandrijvingen waarborgt in, elke zwenkstand een ten opzichte van elkaar onafhankelijk en storingsvrij verstellend respectievelijk overlangs verschuiven van de onderstopaggregaten.
De beide zwenkbare werktuigframes zijn volgens een verdere voordelige en doelmatige uitvoering van de uitvinding met hun verticale assen, hun instelaandrijvingen en instelgèbieden met betrekking tot <3e langs as van.de machine ten opzichte van elkaar in spiegelbeeld uitgevoerd. Daarmee is onder gelijktijdig vermijden van,. ee%‘bnderling storende invloed een in hoge mate symmetrische
Op de beide zwenkbare werktuigframes respectievelijk het'ltihdhinëframe bereikbaar.
-T’^V ’ : ··;
Volgens een voor het gebruik van een dergelijke machine:voor de praktijk bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn bij voorkeur alle onderstopwerktuigen van de beide zijwaarts ©n evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan zwehk-bare onderstopaggregaten, in het bijzonder met elk twee links en rechts van de rails indompelbare paren onderstopwerktuigen via eigen hydraulische enkelvoudige aandrijvingen op bekende wijze om telkens ten opzichte van de langsrichting van de machine evenwijdig reikende assen met hun bijbehorende onderstophouwelen ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts uitzwenkbaar. Deze zijwaarts zwenkbare uitvoeringsvorm van de onderstophouwelen maakt het in het bijzonder in verbinding met de door de zwenkbare zwenkwerktuigfra-mes bereikbare voordelen respectievelijk instelmogelijkheden van de onderstopaggregaten een nog verder verbeterd uitwijken respectievelijk neerlaten van de onderstopaggregaten ook in het gebied van spoorbaanhindernissen in de vorm van wielgeleiders/ wisseltongen en dergelijk mogelijk doordat de boven deze hindernis zich bevindende onderstophouwelen overeenkomstig omhoog respectievelijk zijwaarts gezwenkt worden.
Volgens een bijzonder de voorkeur verdienende en voordelige uitvoering van de uitvinding zijn de beide zijwaarts en evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan met hun betrokken zwenkbare werktuigframes uitzwenkbare respectievelijk verdraaibare stop-aggregaten (voor het vormen van een spoorbaannivelleer-onderstop en richt-compactmachine) onmiddellijk in de werkrichting achter een aan het machineframe aanwezig en voor het gebruik in wisselgebieden uitgevoerde spoorbaanhef- en richt-aggregaat en gemeenschappelijk hiermee tussen twee ver van elkaar gelegen, in het bijzonder als draaistellen uitgevoerde rijstellen opgesteld. Een combinatie van het uitgevonden zwenkbare werktuigframe met een zodanige compact-machine maakt het ook bij moeilijke wisselgebieden een kwalitatief goede en betrekkelijk snelle onderstopping mogelijk met nauwkeurige correctie van de spoorbaanligging in de hoogte en zijwaarts, waarbij verder ten gevolge van de betrekkelijk grote afstand van de rijgestellen een geleidelijke buiglijn van de rails voor het vermijden van een ontoelaatbare buigbelasting (in het bijzonder ook in wisselgebieden) bereikt wordt.
Tenslotte is volgens een voordelige en de voorkeur verdienende uitvoering van de uitvinding de beide, elk op hun ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts zwenkbare zwenkwerktuig framesgelagerde stopaggregaten een aan de spoorbaan hef- en richt-aggregaat in de werkrichting vooraf opgestelde en voor het naar keuze bewerken van het linker of rechter stuk nevenspoorbaan inzetbare respectievelijk extra zijwaarts zwenkbare hefinrichting toegevoegd. Met behulp van deze extra en aan de beide zwenkbare werk-tuigframes vooafgaand opgestelde hefinrichting is nu op bijzonder voordelige wijze ook het buiten het machinegébied gelegen en door lange dwarsliggers nog met de hoofdspoorbaan verbonden stuk nevenspoorbaan (voor een snelle en nauwkeurige onderstopping respectievelijk correctie van de spoorbaanligging door het zijwaarts met de betrokken zwenkbare werktuigframe uitgezwenkte onderstopaggregaat) in een nauwkeurige gewenste stand tilbaar, waardoor nu in dezelfde werkhandeling dergelijke wisselstukken op zeer economische en betrekkelijk eenvoudige wijze met een hoge nauwkeurigheid bewerkbaar zijn.
In het volgende wordt de uitvinding aan de hand van een in de tekening aangegeven uitvoeringsvoorbeeld nader beschreven.
Hierin tonen:
Fig. 1 een zijaanzicht van een volgens de uitvinding uitgevoerd spoorbaanonderstop-nivelleer- en richtmachine met op twee vooruit stekende en elk om een verticale as ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts zwenkbare werktuigframes gelagerde onderstopaggregaten,
Fig. 2 een bovenaanzicht op de in fig. 1 aangegeven spoorbaanonderstopmachine, waarbij een onderstopaggregaat tezamen met de betrokken zwenkbare werktuigframe voor het onderstoppen van een wisselstuk zijwaarts uitgezwenkt is# i -r Fig. 3 een vergrote doorsnede door de onderstopma- chtae vcdgens de lijn III-III in fig. 2 respectievelijk in fig. 5,
Fig. 4 esm vergroot gedeeltelijk zijaanzicht van de met het Zwenkbare werktuigframe verbonden onderstopaggregaat volgens fig. 1 en
Fig. 5 eau vergroot gedeeltelijk bovenaanzicht op de beide elk met een onderstopaggregaat verbonden en door een eigen aandrijving ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts zwenk-bare zwenk-werktuigframe volgens fig. 2.
Een in fig. 1 en 2 aangegeven spoorbaan onderstop--nivelleer- en richtmachine 1 met een machineframe 2 is via twee draaistel-rijstellen 3 en een afzonderlijk rijstel 4 op een uit dwarsliggers 5 en rails 6 en 7 gevormde spoorbaan rijdbaar. Voor het belasten van een rijaandrijving 8 alsmede de verschillende verdere aandrijvingen is een centrale energieverzorgingsinstallatie 9 aanwezig. De besturing van de verscheidene aandrijvingen heeft plaats via een in een werkcabine 10 zich bevindende centrale stuurinrichting 11. Voor het uitvoeren van een nauwkeurige correctie van de spoorbaanligging dient een uit tastrollen en spandraden gevormd nivelleer- en richtbetrekkingssysteem 12. De aan elk einde van een rijkabine 12 voorziene machineframe 2 is door een verticale as 14 scharnierend uitgevoerd.
Tussen de beide draaistel-rijstellen 3 is (voor het ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars verstellen en lageren van twee onderstopaggregaten 15, 16) twee aan het machineframe 2 elk via een eigen aandrijving 17, 18 ten opzichte van elkaar onafhankelijk om een verticale as 19, 20 zijwaarts zwenkbaar zwenk-werktuigframe 21, 22 aanwezig. De beide zijwaarts en evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan met hun betrokken zwenkbare werktuigfra-mes 21, 22 uitzwenkbare onderstopaggregaten 15, 16 zijn, voor het vormen van deze spoorbaan-onderstop-, nivelleer- en richtmachine 1 op compacte bouwwijze, onmiddellijk in de door een pijl 23 aangegeven werkrichting achter een aan het machineframe 2 aanwezig en voor het gebruik in wisselgebieden uitgevoerd spoorbaanhef- en richtag-gregaat 25 en tezamen hiermee tussen twee ver van elkaar gelegen en als draaistellen uitgevoerde rijstellen 3 opgesteld. Het via spoor-kransrollen 24 op de rails 6, 7 steunbare en via aandrijvingen 26, 27 in de hoogte respectievelijk zijwaarts verstelbare spoorbaanhef-en richtaggregaat 25 is in het bijzonder voor het gebruik in wis-selstukken voorzien van aan de railkop aanlegbare en zijwaarts zwenkbare hefrollen 28 alsmede in de hoogte en zijwaarts verstelbare grijphaken 29. Aan de beide zijwaarts uitzwenkbare onderstop- aggregaten 15, 16 is een aan het spoorbaanhef- en richtaggregaat 21 in de werkrichting onmiddellijk voorafgaand opgestelde en van de ene of de andere langszijde van de machine zijwaarts uitzwenkbare hefinrichting 30 toegevoegd. Zoals in het bijzonder blijkt uit fig. 2, is deze extra hefinrichting 30 voorzien van een draagraam 31 met dubbele spoorkransrollen en hefrollen wélke via een steunstang 32 scharnierend verbonden is met het machineframe 2. Deze hefinrichting 30 is in de tekening evenals het rechter onderstopaggregaat 15 op een afbuigspoorbaan 33 zijwaarts uitgezwenkt, terwijl de rij-stellen 3 en 4 van de machine 1 op een hoofdspoorbaan 34 staan.
Zoals in fig. 3 aangegeven, is elk van de beide on-derstopaggregaten 15, 16 voorzien van twee voor het links respectievelijk rechts van een rail 6 respectievelijk 7 indompelen bedoelde paren onderstopwerktuigen 35, 36 respectievelijk 37, 38.
Deze zijn elk voorzien van via aandrijvingen bijstelbare en tril-bare onderstopwerktuigen 39, 40 respectievelijk 41, 42. Alle onderstopwerktuigen 39 t$m 42 van de beide onderstopaggregaten 15, 16 zijn via. eigen hydraulische enkelvoudige aandrijvingen 43 respectievelijk 44 op bekende wijze om elk ten opzichte van de langsrich-ting va® de machine evenwijdig reikende assen 45 met een bijbehorende otejderstophouwelen 46, 47 ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts uitzwenkbaar. Elk onderstopaggregaat 15, 16 is via eigen ift de hoogte verstellingsaandrijvingen 48, 49 onafhankelijk van.elkaar aan het betrokken zwenkbare werktuigframe 21, 22 in de hoogte herstelbaar gelagerd. Zijdelijs naast de rails 6 zijn wiel-geleiders 50 met de dwarsliggers 5 verbonden. De extra hefinrichting 30 is voorzien van een, via een draaiaandrijving om een verticale as draaibare draagarm 51 alsmede een via een aandrijving 52 overlangs verschuifbare telescoopdrager 53. Een met het draagframe 31 yerbonden kabel 54 is.om een met de telescoopdrager 53 verbonden omkëerro! 55 geleid en voor het overdragen van de hefkrachten verbonden mét een hydraulische cilinder 56.
Zoals blijkt uit fig. 4 zijn de beide onderstopag-gregateïi 15, 16 elk in het eindgebied van een betrokken zwenkbare werktuigframe 21 respectievelijk 22 gelagerd. Daarbij is elk van deze langwerpig uitgevoerde zwenkbare werktuigframes 21, 22 in het aan het onderstopaggregaat 15, 16 aangrenzende gebied op een horizontale glij- respectievelijk geleidingsbaan 57 van het machine frame 2 extra ondersteund. Elk van de beide zwenkbare werktuigfra-mes 21, 22 is in de langsrichting van het frame telescoopachtig verlengbaar uitgevoerd en met een eigen aandrijvig 58, 59 voor het in de lengte verstellen van het aan het einde 60 van het werktuig-frame gelagerde onderstopaggregaat 15, 16 verbonden. Deze zijn met hun hoogte verstel-aandrijvingen 48, 49 elk aan het einde 60 van het vrij vooruitstekende zwenkbare werktuigframe 21, 22 om een verdere verticale as 61, 62 (zie ook fig. 4) en met elk een aandrijving 63, 64 draaibaar gelagerd respectievelijk naar de langsas 65 van de spoorbaan respectievelijk machine toe zwenkbaar uitgevoerd. De verticale as 19, 20 van elk zwenkbaar werktuigframe 21, 22 is in de langsrichting van de spoorbaan achter een middenas 66 van het onmiddellijk aan het onderstopaggregaat 15, 16 volgende, middelste draaistel-rijstel 3 van het scharnierend uitgevoerde machineframe 2 aangebracht. Met 67 zijn op de spoorbaan rolbare tastrollen van het nivelleer- en richtbetrekkingssysteem 12 aangeduid. Voor het uitschakelen van de vering van het rijstel zijn hydraulische aandrijvingen 68 met het draaistel-draagframe en het machineframe 2 verbonden.
Zoals in het bijzonder blijkt uit fig. 5, zijn de beide zwenkbare werktuigframes 21, 22 met hun verticale assen 19, 20 op een gemeenschappelijk, met het machineframe 2 verbonden la-gerblok 69 zwenkbaar gelagerd. Elk van de beide zwenkbare werktuig-frames 21, 22 is samengesteld uit een rechthoekvormig, met de verticale assen 19, 20 verbonden binnendrager 70 en een hierop schuifbare respectievelijk in de langsrichting van de drager verschuifbare buitendrager 71. De einden 60 van de vanaf de langsas 65 van de machine weg gestuikte respectievelijk hoekvormig uitgevoerde zwenkbare werktuigframe 21, 22 zijn in dit uitvoeringsvoorbeeld elk voorzien van een totaal zwenkgebied a van ongeveer 1,7 m, waarbij de binnenste, met stippellijnen aangeduide zwenkstand zich binnen de beide, de hoofdbaan 34 vormende rails 6, 7 bevindt. De totale lengt© vjjan elkzwenkbaar werktuigframe 21, 22 bedraagt van zijn verticale as 19, 20 tot zijn bijbehorende onderstopaggregaat 15,16 tenminste 4 tot 5 meter. De gehele, via de aandrijingen 17, 64 respectievelijk 18, 63 bereikbare zijwaartse verstelgebied van elk onderstopaggregaat 15, 16 bedraagt ongeveer 2 meter. De beide rails van de afbuigende spoorbaan 33 zijn met 72 en 73 en de hartpunt van de rails; met 74 aangeduid, ' . in het volgende wordt de werkingswijze van de vol- V \‘y·Λν'";- : - genh dejnitvindiBg geconstrueerde spoorbaanonderstop-, nivelleer-en KiohtSiachine j aan de hand van fig. 1 t/m 5 nader verduidelijkt.
Voor het pnderstoppen van een spoorbaanstük worden de heide’ zwenkbare werktujgfraiaes 21, 22 zodanig zijwaarts gezwenkt, dat de beide onderstopaggregaten 15, 16 centrisch boven de te ónde^toppen dwarsliggferdrager respectievelijk dwarsliggers tukken van de betrokken rails 6, 7 (zie ook de gestippelde rechter onderstopaggregaat 15 in fig. 3) komen te liggen. Daarbij wordt de hoofdspoorbaan 34 met behulp van het spoorbaanhef- en richtaggre-gaat 25 zonder toepassen van de extra hefinrichting 30 in de gewenste stand getild. Zodra het in de tekening, in het bijzonder in fig. 2, 3 en 5 aangegeven wisseistuk met de hoofdspoorbaan 34 en de afbuigende spoorbaan 33 bereikt is, heeft een zijwaarts zwenken van het rechter onderstopaggregaat 15 plaats dat deze boven de buitenste rails 73 van de afbuigende spoorbaan 33 gecentreerd is (fig. 2, 3 en 5). Extra bij de door de aandrijving 18 uitgévoerde zwenkbewe-ging kan door belasten van de aandrijving 58 een geringe overlangs verschuiven van het zwenkbare werktuigframe 21 samen met het onderstopaggregaat 15 plaats hebben tot de bijbehorende onderstopwerk-tuigparen 35, 36 met hun onderstophouwelen 46, 47 nauwkeurig boven het betrokken fcruizingspuaat van de lange dwarsliggers 5 met de rails-k<||iit te liggen (eventueel bij uitzwenken van de ene of de an— der$ bri^ersfeophouwelen 4f, 47) wegens aanwezige hindernissen, bij-voorbeeld de wielgeleider 50. Onder gelijktijdig belasten van de aandrij^ng 63 heeft ook een gering zwenken plaats van het gehele onderstèpaggregaat 15 om de verticale as 61 (fig. 5) tot de onder-staphouwfelen 46, 47 nauwkeurig evenwijdig aan de langsrichting van de onderstoppen en in dit wisselstuk scheefliggende dwarsligger 5 opgesteld is. Het tegenovergelegen onderstopaggregaat 16 respectievelijk het bijbehorende zwenkbare werktuigframe 22 blijft in de reeds voor de spoorbaan bedoelde stand voor het onderstoppen van de buitenste rail 6 van de hoofdspoorbaan 34. De beide hefhaken 29 worden eventueel in verbinding met de beide hefrollen 28 met de rails 6, 7 van de hoofdspoorbaan 34 in aangrijping gebracht.
Nadat ook de met het draagframe 31 verbonden hefrollen van de extra hefinrichting 30 met de buitenste rail 73 van de afbuigende spoorbaan 33 in verbinding gebracht zijn, heeft door gelijktijdig belasten van de aandrijvingen 26, 27 van het spoor-baanhef- en richtaggregaat 25 en van de hydraulische cilinder 56 van de hefinrichting 30 een gemeenschappelijke en in hoofdzaak gelijktijdige driepunts respectievelijk plaatselijk tillen plaats (zie de drie kleine verticale pijlen in fig. 3) tot dat de zodoende in de juiste gewenste stand getilde wissel met zijn dwarsliggers met behulp van de eerder boven de betrokken rails gecentreerde stopaggregaten 15, 16 in deze stand ondergestopt en vastgelegd wordt. Daarbij heeft voorafgaand aan het bedienen van de betrokken in de hoogte verstellende aandrijving 48, 49 een overeenkomstige aanpassing plaats van de onderstophouwelen 46, 47 in afhankelijkheid van de in het onderstop gebied aanwezige spoorbaanhindernissen, zoals bijvoorbeeld de wielgeleider 50, doordat door overeenkomstig belasten van de aandrijvingen 43, 44 de beide aan elkaar naburige onderstophouwelen 46 respectievelijk 47 ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts gezwenkt worden (fig. 3). Na uitgevoerde on-derstopping wordt het rechter en intussen opgetilde onderstopaggregaat 15 onder belasten van de aandrijving 18 tezamen met het bijbehorende zwenkbare werktuigframe 21 boven de hartpunt 74 gezwenkt (eventueel ook via de aandrijving 63) en hierboven gecentreerd. Na aanpassen van de onderstophouwelen 46, 47 aan de in dit gebied aan beide zijden aanwezige wielgeleiders 50 door zijwaarts zwenken met behulp van de aandrijving 43, 44 wordt het onderstopaggregaat 15 voor het onderstoppen van de dwarsliggers respectievelijk dwarslig-gerdragers in het gebied van de hartpunt 74 in de ballast neergela ten. Daarna heeft vooruitrijden van de onderstopmachine 1 plaats tot de volgende dwarsligger, waarbij het rechte ronders topa ggre gaat 15 onder belasten van de aandrijving 18 weer tezamen met het zwenk-bare werktuigframe 21 boven de buitenste rail 73 van de afbuigende spoorbaan 33 gezwenkt wordt. Daarna heeft een nieuwe onderstopcy-clus op de reeds beschreven wijze plaats.

Claims (12)

1. Rijdbare spoorbaanmonderstopmachine met een op rijstellen steunend machineframe en een om een verticale as evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan zijwaarts zwenkbaar gelagerd werktuigframe, alsmede met in de dwarsrichting van de spoorbaan naast elkaar opgestelde en via aandrijvingen ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars en in de hoogte verstelbare onderstopag-gregaten die via aandrijvingen bijstelbare en trilbare onderstop-werktuigparen met in de ballast induwbare onderstophouwelen bezitten, gekenmerkt doordat, voor het ten opzichte van elkaar onafhankelijk dwars verstellen en lageren van twee met hun hoogte verstellende aandrijvingen (48, 49) uitgeruste onderstopaggregaten (15, 16), twee aan het machineframe (2) elk via een eigen aandrijving (17, 18) van elkaar onafhankelijk om een verticale as (19, 20) zijwaarts zwenkbare werktuigframes (21, 22) aanwezig zijn.
2. Machine volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de beide, voor het onderstoppen van dwarsliggers links en rechts van de ene of de andere rail telkens met onderstopwerktuig-paren uitgeruste, onderstopaggregaten (15, 16) elk in het eindge-deelte van hun zwenkbare werktuigframe (21, 22) gelagerd zijn, waarbij elk van deze langwerpig uitgevoerde zwenkbare werktuigframes (21, 22) in het aan het onderstopaggregaat (15, 16) aangrenzende gebied op een horizontale glijdende- respectievelijk geleidende baan (57) van het machineframe (2) extra ondersteund.
3. Machine volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt doordat elk van de beide in de werkrichting onmiddelijk voorafgaand aan een rijstel (3) vrij naar voren uitsteken en langwerpig uitgevoerd zwenkbaar werktuigframe (21, 22) met zijn onderstopaggregaat (15, 16) elk om een ongeveer boven de ene respectievelijk andere rail (6, 7) verticaal verlopende as (19, 20) boven de ene respectievelijk andere rail zijwaarts uitzwenkbaar opgesteld is.
4. Machine volgens conclusie 1, 2 of 3, gekenmerkt doordat elke van de beide in de richting van de langsas van de fetohj&ie weggestuikte Respectievelijk hoekvormig uitgevoerde . zweseJ^je^e wsrktuigframe (21, 22) van zijn verticale as (19, 20) tot zijn onöerstopaggregaat (15, 16) tenminste 4 tot 5 meter respectievelijk ongeveer in de afmeting van het twee tot drie en een half-voudige spoorbreedte lang uitgevoerd is, bij voorkeur voor een totale zwenkweg van het betrokken einde (60) van het zwenkbare wèrk-tuigframe van ongeveer 1,7 meter.
5. Machine volgens een der conclusies 1 tot 4, gekenmerkt doordat de verticale as (19, 20) van elk zwenkbaar werktuigframe (21, 22) in de langsrichting van de spoorbaan achter de middenas (66) van het onmiddellijk op het onderstopaggregaat (15, 16) volgende rijstel respectievelijk achter de bij voorkeur als draaistel uitgevoerde middelste rijstel (3) een scharnierend uitgevoerd machineframe (2) opgesteld is.
6. Machine volgens een der conclusies 1 tot 5, gekenmerkt doordat de beide onderstopaggregaten (15, 16) met hun in de hoogte verstellende aandrijvingen (48, 49) telkens aan het einde (60) van het vrij vooruitstekende zwenkbare werktuigframe (21, 22) om een verdere yerticale as (61, 62) en met elk een aandrijving (63, 64) draaibaar gelagerd zijn respectievelijk naar de spoèrbaaénas '{65) toe zweifebaar uitgevoerd zijn, bij voorkeur voor ee^töt^Le zijwaarts verj^teltraject van het onderstopaggregaat (15, 16)ΐvarL;spngeveer 2,0 metgr. ' ;T
7. MachiÉe volgens een der conclusies 1-6, geken merkt döprd^t eik van de beide langwerpige zwenkbare werktuigfra-mes C21 jp 22) meerdelig, in het bijzonder in de langsrichting van het'franje tèlescoopvormif verlengbaar uitgevoerd is en met een eitjsn afdrijving (58, 5f) voor het overlangs verstellen van het aan het einde (60) van het werktuigframe gelagerde onderstopaggre-gaat (1|:, 10) verbonden is.
8. Machine volgens een der conclusies 1-7, gekenmerkt ctóordat elk van de beide langwerpige zwenkbare werktuigfra-mes. (21 * 22) als bij vooRkeur telescoopvormig in de langsrichting van het Rrame verlengbare en in dwarsdoorsnede verticaal reikende drager uitgevoerd is met in het bovenste dragergedeelte opgestelde hydraulische aandrijvingen (17, 18, 58, 59, 63, 64).
9. Machine volgens een der conclusies 1-8, gekenmerkt doordat de beide zwenkbare werktuigframes (21, 22) met hun verticale assen (19, 20), hun verstellende aandrijvingen (17, 18, 58, 59, 63, 64) en hun versteltrajecten (a) ten opzichte van de langsas (65) van de machine onderling in spiegelbeeld uitgevoerd zijn.
10. Machine volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat bij voorkeur alle onderstopwerktuigen (39-42) van de beide zijwaarts en evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan zwenkbare on-derstopaggregaten (15, 16), in het bijzonder met elk twee links en rechts van de rail indrukbare onderstopwerktuigparen (35, 36 respectievelijk 37, 38) via eigen hydraulische enkelvoudige aandrijvingen (43, 44) op bekende wijze om telkens ten opzichte van de langsrichting van de machine evenwijdig reikende assen (45) met hun bijbehorende onderstophouwelen (46, 47) ten opzichte van elkaar onafhankelijk zijwaarts uitzwenkbaar zijn.
11. Machine volgens een der conclusies 1 tot 10, gekenmerkt doordat de beide, zijwaarts en evenwijdig aan het vlak van de spoorbaan met hun betrokken zwenkbare werktuigframe (21, 22) uitzwenkbare respectievelijke draaibaar onderstopaggrega-ten (15, 16), voor het vormen van een spoorbaannivelleer-, onderstop- en richt-compact-machine (1), onmiddellijk in de werkrichting achter een aan het machineframe (2) aanwezig en voor het gebruik in wisselstukken uitgevoerde spoorbaanhef- en richtaggregaat (25) en gemeenschappelijk met deze tussen twee ver van elkaar gelegen, in het bijzonder als draaistellen uitgevoerde rijstellen (3) opgesteld zijn.
12. Machine volgens conclusie 11, gekenmerkt doordat aan beide, elk op hun onderling onafhankelijk zijwaarts uitzwenkbare zwenk-werktuigframes (21, 22) gelagerde onderstopag-gregaten (15, 16) een aan het spoorbaanhef- en richtaggregaat (25) in de werkrichting voorafgaand opgestelde en voor het naar keuzen bewerken van de linker of rechter stuk van een ondergeschikte spoorbaan inzetbare respectievelijk extra zijwaarts zwenkbare hef-inrichting (30) toegevoegd is.
NL9000029A 1989-04-18 1990-01-05 Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten. NL194646C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
AT92089 1989-04-18
AT920/89A AT392498B (de) 1989-04-18 1989-04-18 Fahrbare gleisstopfmaschine mit quer- und hoehenverstellbaren stopfaggregaten

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9000029A true NL9000029A (nl) 1990-11-16
NL194646B NL194646B (nl) 2002-06-03
NL194646C NL194646C (nl) 2002-10-04

Family

ID=3502873

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9000029A NL194646C (nl) 1989-04-18 1990-01-05 Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten.

Country Status (15)

Country Link
JP (1) JP2960944B2 (nl)
CN (1) CN1016625B (nl)
AT (1) AT392498B (nl)
CZ (1) CZ279364B6 (nl)
DD (1) DD293854A5 (nl)
DE (1) DE4001487C2 (nl)
ES (1) ES2024164A6 (nl)
FI (1) FI95066C (nl)
GB (1) GB2231076B (nl)
NL (1) NL194646C (nl)
SE (1) SE508418C2 (nl)
SK (1) SK278888B6 (nl)
SU (1) SU1762764A3 (nl)
UA (1) UA13384A (nl)
ZA (1) ZA902926B (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110373965A (zh) * 2019-01-25 2019-10-25 中国铁建高新装备股份有限公司 一种道岔捣固作业方法及捣固车
AT522456B1 (de) * 2019-10-08 2020-11-15 Plasser & Theurer Export Von Bahnbaumaschinen Gmbh Stopfaggregat zum Unterstopfen von Schwellen eines Gleises

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT380498B (de) * 1983-10-12 1986-05-26 Plasser Bahnbaumasch Franz Fahrbare gleisstopfmaschine, insbesondere gleis- stopf-, nivellier- und richtmaschine

Also Published As

Publication number Publication date
ZA902926B (en) 1991-02-27
GB2231076B (en) 1993-03-10
FI95066C (fi) 1995-12-11
DE4001487C2 (de) 1997-07-17
ES2024164A6 (es) 1992-02-16
CS9001905A2 (en) 1991-10-15
SE508418C2 (sv) 1998-10-05
GB9007978D0 (en) 1990-06-06
CZ279364B6 (cs) 1995-04-12
GB2231076A (en) 1990-11-07
NL194646C (nl) 2002-10-04
SE9001188L (sv) 1990-10-19
DE4001487A1 (de) 1990-10-25
DD293854A5 (de) 1991-09-12
ATA92089A (de) 1990-09-15
JP2960944B2 (ja) 1999-10-12
AT392498B (de) 1991-04-10
FI901935A0 (fi) 1990-04-17
JPH0369702A (ja) 1991-03-26
SE9001188D0 (sv) 1990-04-02
CN1046578A (zh) 1990-10-31
CN1016625B (zh) 1992-05-13
SK278888B6 (sk) 1998-04-08
UA13384A (uk) 1997-02-28
NL194646B (nl) 2002-06-03
SU1762764A3 (ru) 1992-09-15
FI95066B (fi) 1995-08-31

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5125345A (en) Tie exchange machine
NL193696C (nl) Rijdbare spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare onderstopaggregaten.
CS225809B2 (en) The mobile machine for the packing up the sleepers,the levelling and the straightening of the tracks
NL8301387A (nl) Werktuiginrichting voor het onderstoppen, waterpassen en zijdelings richten van een spoor.
SK278411B6 (en) The travelling rail tamper
US7383777B2 (en) Track tamping machine
US4248154A (en) Mobile track tamping machine with lifting and lining equipment
AU656480B2 (en) A track tamping machine for tamping switches and crossings of a track
PL155530B1 (en) Wheeled mobile unit for lifting, carrying and laying railway track sections
PL145257B1 (en) Mobile machine for tamping,leveling and straightening a track
SK590288A3 (en) Continually traveling machine for building of track
SE506866C2 (sv) Spårbyggnadsmaskin för kontrollerad nedsänkning av en räls
DK150580B (da) Apparat til slibning af udlagte jernbaneskinner
CZ278179B6 (en) Track packing machine being provided with packing units adjustable in the track transversal direction
US4066020A (en) Mobile track tamping and track position correction machine
AU627019B2 (en) Travelling track tamping machine comprising tamping units designed for transverse and vertical displacement
CZ355596A3 (en) Track tamping machine
US4152990A (en) Mobile track tie transport apparatus
PL161307B1 (pl) Sposób bocznego przesuwania toru zlozonego z szyn i podkladóworaz maszyna do bocznego przesuwania toru zlozonego z szyn i podkladów PL
NL9000029A (nl) Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten.
US4430945A (en) Mobile tamping, leveling and lining machine
CZ286462B6 (en) Track tamping unit
US4606273A (en) Railway carriage with set-off apparatus
CA2090397C (en) Track tamping machine having an auxiliary lifting and lining unit for a branch track
SK348488A3 (en) Ballast screening machine

Legal Events

Date Code Title Description
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20090801