NL8401597A

NL8401597A - SOIL TILLER, IN PARTICULAR FOR THE PREPARATION OF A SEEDBED.

Info

Publication number: NL8401597A
Application number: NL8401597A
Authority: NL
Original assignee: Lely Nv C Van Der
Priority date: 1984-05-18
Filing date: 1984-05-18
Publication date: 1985-12-16
Also published as: DE3516437C3; FR2564275A1; GB2158685B; GB8511659D0; DE3516437C2; GB2158685A; FR2564275B1; DE3516437A1

Description

C. van der Bely H.V., Maasland "Grondbewerkingsmachine in bet bijzonder voor de bereiding van een zaaibed"C. van der Bely H.V., Maasland "Soil cultivation machine in particular for the preparation of a seedbed"

De uitvinding beeft betrekking op een grondbewer-kingsmachine in bet bijzonder voor de bereiding van een zaaibed, voorzien van een aantal bewerkingsorganen die in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine 5 uitstrekkende rij zijn aangebracht en om opwaarts gerichte assen aandrijfbaar zijn en ten minste één met een buitenste bewerkingsorgaan samenwerkend plaatvormig orgaan aanwezig is, dat tijdens het bedrijf om een as verzwenkbaar is.The invention relates to a soil tillage machine, in particular for the preparation of a seed bed, comprising a number of working members which are arranged in a row extending transversely of the direction of movement of the machine 5 and which are drivable about upwardly directed axes one plate-shaped member co-operating with an outer processing member is pivotable about an axis during operation.

Bij grondbewerkingsmachines van deze soort heeft men 10 in de praktijk ten aanzien van de beoogde samenwerking tussen een plaatvormig orgaan en een buitenste bewerkingsorgaan zeer tevredenstellende resultaten verkregen. Echter is gebleken dat indien men op sterk uiteenlopende diepten werkt, de stand van het plaatvormig orgaan door verzwenking om de 15 as zich zodanig kan wijzigen dat de samenwerking tussen het plaatvormig orgaan en het buitenste bewerkingsorgaan minder effectief wordt.In soil cultivation machines of this kind, very satisfactory results have been obtained in practice with regard to the intended cooperation between a plate-shaped member and an outer cultivating member. However, it has been found that if one works at widely differing depths, the position of the plate-shaped member can change by pivoting about the axis such that the cooperation between the plate-shaped member and the outer processing member becomes less effective.

De uitvinding beoogt nu een voorziening te treffen, met behulp waarvan het mogelijk is om bij verandering van 20 werkdiepte van de machine de meest effectieve stand van een plaatvormig orgaan voor samenwerking met een buitenste bewerkingsorgaan te handhaven.The invention now has for its object to provide a provision by means of which it is possible to maintain the most effective position of a plate-shaped member for cooperation with an outer processing member when the working depth of the machine is changed.

Volgens de uitvinding wordt dit bereikt doordat de zwenkas in ten minste twee op verschillende hoogten gelegen 2'5 standen aanbrengbaar is. Hierdoor kan men - indien een werkdieptewijziging wordt doorgevoerd - de plaats van de zwenkas voor het plaatvormig orgaan zodanig kiezen, dat opnieuw een maximale samenwerking tussen het plaatvormig orgaan en een buitenste bewerkingsorgaan mogelijk wordt.According to the invention this is achieved in that the pivot axis can be arranged in at least two 2'5 positions situated at different heights. As a result, if a working depth change is carried out, the position of the pivot axis for the plate-shaped member can be chosen such that again maximum cooperation between the plate-shaped member and an outer processing member is possible.

30 Volgens een verder facet van de uitvinding kan een verend mechanisme aanwezig zijn, dat een naar buiten ver-zwenken van een plaatvormig orgaan tegenwerkt en in elke stand van de zwenkas althans nagenoeg dezelfde voorspanning heeft. Hierbij kan het verend mechanisme tevens dienstdoen 35 voor het aanbrengen van het plaatvormig orgaan. Met behulp van deze constructie kan men een snelle verstelling van de 8401597 2 ,» « zwenkas voor het plaatvormig orgaan verkrijgen, waarbij het verend mechanisme tegelijk met de zwenkas wordt verplaatst, zodat ook in de nieuwe stand van het plaatvormig orgaan dit orgaan door middel van dezelfde veerspanning wordt belast.According to a further aspect of the invention, a resilient mechanism can be provided which counteracts an outward pivoting of a plate-shaped member and has substantially the same pretension in each position of the pivot axis. The resilient mechanism can also serve here for mounting the plate-shaped member. With the aid of this construction, a quick adjustment of the pivot axis for the plate-shaped member can be obtained, whereby the resilient mechanism is displaced simultaneously with the pivot axis, so that in the new position of the plate-shaped member this member is also moved by means of the same spring tension is loaded.

5 Een verder facet van de uitvinding betreft een plaat vormig orgaan dat door verzwenking om zijn zwenkas in ten minste twee werkstanden brengbaar is. Op deze wijze kan men - indien een diepte-wijziging wordt doorgevoerd - de stand van het plaatvormig orgaan door het verzwenken om een as 10 zodanig wijzigen dat een nieuwe stand wordt verkregen waarin het plaatvormig orgaan opnieuw maximaal met een buitenste bewerkingsorgaan kan samenwerken. De term plaatvormig orgaan is gekozen om tot uiting te brengen dat organen bijv. gevormd door strippen of staven eveneens zijn inbegrepen.A further aspect of the invention relates to a plate-shaped member which can be brought into at least two working positions by pivoting about its pivot axis. In this way, if a depth change is made, the position of the plate-shaped member can be changed by pivoting about an axis 10 in such a way that a new position is obtained in which the plate-shaped member can again cooperate maximally with an outer processing member. The term plate-shaped member has been chosen to reflect that members, e.g. formed by stripping or rods, are also included.

1 5 J Aan de hand van een aantal in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden zal de uitvinding hieronder nader uiteen worden gezet.The invention will be explained in more detail below with reference to a number of exemplary embodiments shown in the drawing.

Fig. 1 geeft in bovenaanzicht een grondbewerkings-machine, in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed 20 weer, welke machine is voorzien van een constructie volgens de uitvinding,Fig. 1 is a plan view of a soil tillage machine, in particular for the preparation of a seedbed 20, which machine is provided with a construction according to the invention,

Fig. 2 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de pijl II in fig. 1Fig. 2 is a larger-scale view according to the arrow II in FIG. 1

Fig. 3 geeft een aanzicht weer volgens de lijn 25 III - III in fig. 2Fig. 3 is a view taken on the line III - III in FIG. 2

Fig. 4 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de pijl II in fig. 1 van een tweede uitvoeringsvoor-beeld volgens de uitvindingFig. 4 is a larger-scale view according to the arrow II in FIG. 1 of a second exemplary embodiment according to the invention

Fig. 5 geeft een aanzicht weer volgens de pijl V in 30 fig. 4Fig. 5 shows a view according to the arrow V in FIG. 4

Fig. 6 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de pijl II in fig. 1 van een derde uitvoeringsvoor-beeld volgens de uitvinding.Fig. 6 is a larger-scale view according to the arrow II in FIG. 1 of a third exemplary embodiment according to the invention.

Fig. 7 geeft een aanzicht weer volgens de pijl VII 35 in fig. 6Fig. 7 shows a view according to the arrow VII 35 in fig. 6

Fig, 8 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de pijl II in fig, 1 van een vierde uitvoerings-voorbeeld volgens de -uitvinding 8401597 3Fig. 8 is a larger-scale view according to the arrow II in Fig. 1 of a fourth exemplary embodiment according to the invention 8401597 3

Pig. 9 geeft een aanzicht weer volgens de pijl IXPig. 9 shows a view according to arrow IX

in fig. 8 terwijlin Fig. 8 while

Fig. 10 een aanzicht weergeeft volgens fig. 8 met 5 een tweede werkstand van het plaatvormig orgaan.Fig. 10 shows a view according to FIG. 8 with a second operating position of the plate-shaped member.

De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed.The device shown in the figures relates to a soil cultivation machine, in particular for the preparation of a seed bed.

De machine omvat een zich dwars op de voor Ι-ΙΟ bewegingsrichting A uitstrekkend kokervormig gesteldeel 1, waarin naast elkaar bewerkingsorganen 2 zijn ondersteund, welke bewerkingsorganen in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn opgesteld en om opwaartse, bij voorkeur, verticale assen 3 aandrijf baar zijn.The machine comprises a tubular frame part 1 extending transversely of the direction of movement A, in which supporting members 2 are supported next to each other, which machining members are arranged in a row extending transversely to the direction of advancement of the machine and in upward, preferably, vertical shafts 3 are drivable.

15 De afstand tussen de draaiingsassen van naast elkaar gelegen bewerkingsorganen 2 bedraagt bij voorkeur + 25 cm.The distance between the rotary axes of adjacent working members 2 is preferably + 25 cm.

Elk van de bewerkingsorganen 2 omvat een, op het onder uit het gesteldeel 1 uitstekende einde van een as 3 aangebrachte, althans nagenoeg horizontale drager 4, die nabij 20 de einden is voorzien van zich naar beneden uitstrekkende bewerkingselementen 5, in de vorm van tanden.Each of the machining members 2 comprises an at least substantially horizontal carrier 4, which is provided on the end of a shaft 3 projecting at the bottom of the frame part 1 and which is provided near the ends with machining elements 5 extending downwards, in the form of teeth.

De einden van het gesteldeel 1 zijn afgesloten door middel van zich in opwaartse richting en althans nagenoeg evenwijdig aan de voortbewegingsrichting A van de machine 25 uitstrekkende platen 6. De platen 6 zijn elk nabij de voorzijde voorzien van een pen 7 waarom een zich langs de plaat naar achteren uitstrekkende arm 8 verzwenkbaar is. Elk van de armen 8 is nabij de achterzijde van de plaat 6, door middel van een schroefspindel 9 in hoogterichting verstelbaar. Tussen 30 de achtereinden van de armen 8 is vrij draaibaar een rol 10 aangebracht, met behulp waarvan de machine tijdens het bedrijf op de grond mist en waarmede door middel van de armen 8 en de schroefspindels 9, de werkdiepte-instelling van de bewerkingsorganen 2 kan plaats vinden, habi j de einden van het koker-35 vormig gesteldeel 1 is aan de bovenzijde een plaatvormig orgaan 11 verzwenkbaar aangebracht. De platen 11, die tijdens het bedrijf de in fig. 1 en 2 weergegeven stand innemen werken ter verkruimeling van de aarde en ter verdeling van de verkruimelde aarde met een buitenste bewerkingsorgaan 2 samen.The ends of the frame part 1 are closed by means of plates 6 extending in the upward direction and at least substantially parallel to the direction of travel A of the machine 25. The plates 6 are each provided near the front side with a pin 7, which means that one extends along the plate. rearwardly extending arm 8 is pivotable. Each of the arms 8 is adjustable in height direction near the rear side of the plate 6 by means of a screw spindle 9. Between the rear ends of the arms 8 a freely rotatable roller 10 is provided, with the aid of which the machine misses on the ground during operation and with which, by means of the arms 8 and the screw spindles 9, the working depth of the working members 2 can be adjusted. When the ends of the tube-shaped frame part 1 are mounted, a plate-shaped member 11 is pivotally mounted at the top. The plates 11, which take the position shown in Figs. 1 and 2 during operation, cooperate with an outer cultivator 2 for crumbling the earth and distributing the crumbled earth.

84015978401597

If s 4If s 4

Elke plaat 11 is althans nagenoeg evenwijdig aan de voortbewegingsrichting A gelegen en neemt tijdens het bedrijf een althans nagenoeg verticale stand in. De platen 11 zijn aan de bovenzijde nabij de voorzijde voorzien van een arm 12 5 die zich schuin naar voren en naar boven en vervolgens dwars op de voortbewegingsrichting A uitstrekt (fig. 1).Each plate 11 is at least substantially parallel to the direction of travel A and occupies a substantially vertical position during operation. The plates 11 are provided at the top near the front side with an arm 125 which extends obliquely forward and upwards and then transversely to the direction of travel A (fig. 1).

Het dwarsgelegen gedeelte 13 van elke arm 12 strekt zich uit over een afstand die althans nagenoeg gelijk is aan anderhalf maal de afstand tussen de assen van twee naast 10 elkaar gelegen bewerkingsorganen 2. Het gedeelte 13 van elke arm 12 gaat via een haakse ombuiging over in een zich in de voortbewegingsrichting naar achteren uitstrekkend deel 14 dat vrij draaibaar is ondersteund. Voor de vrij draaibare ondersteuning van het deel 14 van elke arm 12 zijn nabij 15 de voor- en achterzijde op het gesteldeel 1 naar boven uitstrekkende steunen 15 en 16 aangebracht. De voorste steun 15 is U-vormig en zodanig aangebracht dat de benen zich naar voren uitstrekken (fig. 1 en 3). In elk van de steunen 15 en . 16 zijn drie op gelijke afstand boven elkaar gelegen cirkel-20 vormige gaten 17 aangebracht, een en ander zodanig dat door corresponderende gaten het deel 14 van een arm 12 kan worden gestoken. Nabij de overgang van het gedeelte 13 en het deel 14 is elke arm voorzien van een verend mechanisme 18, dat voor het aanbrengen van het deel 14 tussen de benen van de 25 steun 15 wordt geschoven waarna de achterzijde van het deel 14 door middel van een door een boring gevoerde borgpen 19 wordt geborgd. Het verend mechanisme 18 dat als een geheel met het als zwenkas dienst doende deel 14 van de arm 12 is uitgevoerd en tevens voor het aanbrengen van de arm 12 dienst 30 doet, omvat een pen 20, die aan een einde een afgeronde kop 21 heeft en aan het andere einde is voorzien van een dop 22 bestaande uit elastisch materiaal, bij voorkeur rubber.The transverse portion 13 of each arm 12 extends for a distance at least substantially one and a half times the distance between the axes of two adjacent working members 2. The portion 13 of each arm 12 merges into a right angle bend a rearwardly extending portion 14 in the direction of advancement which is rotatably supported. For freely rotatable support of the part 14 of each arm 12, upwardly extending supports 15 and 16 are provided near the front and rear side on the frame part 1. The front support 15 is U-shaped and arranged so that the legs extend forward (Figures 1 and 3). In each of the supports 15 and. 16, three equally spaced circular-20 shaped holes 17 are provided, such that the part 14 of an arm 12 can be inserted through corresponding holes. Near the transition of the part 13 and the part 14, each arm is provided with a resilient mechanism 18, which is slid between the legs of the support 15 for mounting the part 14, after which the rear side of the part 14 is provided by means of a locking pin 19 passed through a bore is secured. The resilient mechanism 18, which is formed as a whole with the part 14 of the arm 12 serving as a pivot axis and which also serves for mounting the arm 12, comprises a pin 20, which has a rounded head 21 at one end and at the other end is provided with a cap 22 consisting of elastic material, preferably rubber.

ïussen de kop 21 en een aanslag 23 is om de pen 20 een voorgespannen drukveer 24 aangebracht. De aanslag 21 35 is tesamen met een tegen de dop 22 rustende bus 25 tegen de druk van de veer 24 over de pen 20 verschuifbaar. De bus 25 is verbonden met een hefboom 26 die zich vanaf het onnder-steunde deel 14 naar boven uitstrekt. Voor het aanbrengen van de arm 12 wordt het verend mechanisme 18 door middel van 8401597 5 de pen 20 tussen de benen van de steun 15 gebracht. Hierbij rusten de kop 21 en de dop 22, doordat een geringe speling aanwezig is praktisch tegen de resp. benen van de steun. Op deze wijze wordt tevens een goede afscherming voor het verend 5 mechanisme verkregen.Between the head 21 and a stop 23 a pre-tensioned compression spring 24 is arranged around the pin 20. The stop 21, together with a sleeve 25 resting against the cap 22, is slidable over the pin 20 against the pressure of the spring 24. The sleeve 25 is connected to a lever 26 which extends upwardly from the supported portion 14. For mounting the arm 12, the resilient mechanism 18 is brought by the pin 20 between the legs of the support 15 by means of 8401597. The head 21 and the cap 22 herein rest practically against the resp. legs of the support. In this way a good shielding for the resilient mechanism is also obtained.

Binnen het gesteldeel 1 is op elk van de assen 3 een tandwiel 27 aangebracht, een en ander zodanig dat de tandwielen op naast elkaar gelegen assen met elkaar in aandrijvende verbinding staan. Kabij het midden is de as van een bewerkings— 10 orgaan 2 verlengd en reikt tot in een tandwielkast 28 waarbinnen deze verlenging via een aan de achterzijde aangebrachte toerenvariator 29 in aandrijvende verbinding staat met een zich in de voortbewegingsriehting A uitstrekkende as 30 die aan de voorzijde buiten de tandwielkast uitsteekt. Het 15 buiten de tandwielkast 28 uitstekende einde van de as 30 is via een tussenas 31 verbindbaar met de aftakas van een trekker. Habij de voorzijde van het gesteldeel 1 is een aan-koppelbok 32 aangebracht voor aankoppeling van de machine aan de driepuntshefinrichting van een trekker.Within the frame part 1, a gear wheel 27 is arranged on each of the shafts 3, such that the gears on adjacent shafts are in driving connection with each other. Near the center, the shaft of a working member 2 is extended and extends into a gearbox 28 within which this extension is in driving connection via a speed variator 29 arranged at the rear, with a shaft 30 extending in the direction of propulsion A extending at the front. protrudes from the gearbox. The end of the shaft 30 protruding outside the gearbox 28 is connectable via an intermediate shaft 31 to the power take-off shaft of a tractor. At the front of the frame part 1, a coupling head 32 is arranged for coupling the machine to the three-point lifting device of a tractor.

20 De werking van de in het voorgaande beschreven machine is als volgt:20 The operation of the machine described above is as follows:

Tijdens het bedrijf is de machine door middel van de bok 32 met de driepuntshefinrichting van de trekker gekoppeld en kan men vanaf de aftakas via de tussenas 31 en de in het 25 voorgaande beschreven aandrijving naast elkaar gelegen bewerkingsorganen 2 in tegengestelde zin aandrijven, waarbij zij met de zich naar beneden uitstrekkende bewerkings elementen 5 elkaar overlappende stroken grond bewerken.During operation, the machine is coupled by means of the trestle 32 to the three-point lifting device of the tractor and, from the power take-off shaft, adjacent working members 2 can be driven in opposite directions via the PTO shaft 31 and the drive described above, with the downwardly extending working elements 5 process overlapping strips of soil.

Zoals reeds vermeld kan de werkdiepte van de 30 bewerkings organen 2 worden ingesteld door middel van de rol 10 die met behulp van de armen 8 en de schroef spindels 9 in hoogterichting ten opzichte van het gesteldeel 1 kan worden versteld en vastgezet. Tijdens het bedrijf werken de buitenst e bewerkings organen 2 samen met de plaatvormige 35 organen 11 die de in de figuren weergegeven stand innemen. Hierbij wordt ook aan de buitenzijde de grond op doelmatige wijze verkruimeld en verdeeld, zodat een praktisch zelfde bewerking ontstaat als tussen twee met elkaar samenwerkende bewerkingsorganen 2.As already mentioned, the working depth of the working members 2 can be adjusted by means of the roller 10, which can be adjusted and fixed in height direction relative to the frame part 1 by means of the arms 8 and the screw spindles 9. During operation, the outer processing members 2 cooperate with the plate-shaped members 11 which occupy the position shown in the figures. The soil is also effectively crumbled and distributed on the outside, so that a practically the same operation occurs as between two cooperating working members 2.

8401597 68401597 6

Tijdens het bedrijf kan hef plaatvormig orgaan 11 tegen de werking van de voorgespannen veer 24 in om het zich in de voortbewegingsrichting uitstrekkende deel 14 van de arm 12, dat door corresponderende gaten 17 in de steunen 5 15 en 16 is gevoerd en een zwenkas vormt, naar buiten ver-zwenken, een en ander zodanig, dat het orgaan tijdens het bedrijf zijn meest gunstige stand voor een effectieve samenwerking met de bewerkingselementen van het buitenste bewer-kingsorgaan kan behouden en de gewenste verkruimeling van 10 de aarde en de verdeling kan worden verkregen. Indien de werkdiepte van de machine wordt gewijzigd kan men bij de in het voorgaande beschreven constructie het zwenkpunt voor een plaatvormig orgaan aan deze werkdiepte-wi jziging aanpassen en wel door het zich in de voortbewegingsrichting uitstrekkende, 15 als zwenkas dienstdoende, deel 14» na het verwijderen van de borgpen 19 tesamen met het verend mechanisme 18 d.m.v. de opening 17 in een in deze stand t.o.v. de steunen 15 en 16 aan te brengen en opnieuw door middel van het verend mechanisme 18 en de borgpen 19 te borgen. Op deze wijze, namelijk 20 door een hoogteverstelling van de zwenkas van de arm 12, kan worden bereikt dat bij iedere werkdiepte-verandering een praktisch verticale stand van een plaatvormig orgaan 11 kan worden gehandhaafd, waardoor de samenwerking tussen het plaatvormig orgaan en een buitenste bewerkings orgaan 2 25 maximaal kan zijn. In elk van de standen kan de plaat op de in het voorgaande beschreven wijze tegen de werking van de in dezelfde mate voorgespannen veer 24 van het verend mechanisme 18 uitwijken. Door de aanwezigheid van de voorgespannen veer 24 wordt een zodanige reactiekracht verkregen dat het 30 plaatvormig orgaan 11 voldoende resistentie heeft tegen een zijdelings uitwijken en de effectieve samenwerking tussen een bewerkings orgaan en de plaat niet ongunstig kan worden beïnvloed.During operation, the plate-shaped member 11 can act against the action of the pretensioned spring 24 about the portion 14 of the arm 12 extending in the direction of travel, which is passed through corresponding holes 17 in the supports 5 and 16 and forms a pivot axis, pivoting outwardly, such that during operation the member can maintain its most favorable position for effective cooperation with the working elements of the outer working member and the desired crumbling of the earth and the distribution can be obtained . If the working depth of the machine is changed, in the construction described above, the pivot point for a plate-shaped member can be adapted to this working depth change, namely by the part 15 extending in the direction of travel serving as a pivot axis after the remove the locking pin 19 together with the spring mechanism 18 by means of place the opening 17 in this position relative to the supports 15 and 16 and secure again by means of the resilient mechanism 18 and the locking pin 19. In this way, namely by height adjustment of the pivot axis of the arm 12, it can be achieved that with every change in working depth a practically vertical position of a plate-shaped member 11 can be maintained, whereby the cooperation between the plate-shaped member and an outer machining organ 2 25 can be maximal. In each of the positions, the plate can deflect in the manner described above against the action of the equally biased spring 24 of the resilient mechanism 18. The presence of the pretensioned spring 24 provides such a reaction force that the plate-shaped member 11 has sufficient resistance to lateral deflection and the effective cooperation between a processing member and the plate cannot be adversely affected.

Bij dit uitvoeringsvoorbeeld kan het plaatvormig or-35 gaan 11 in een transportstand worden gebracht, die in fig.In this exemplary embodiment, the plate-shaped member 11 can be brought into a transport position, which is shown in FIG.

2 met streeplijnen is aangegeven. Hiertoe kan het deel 14 na het verwijderen van de borgpen 19 samen met het verend mechanisme 18 worden losgenomen en na een verdraaiing over 180° opnieuw worden aangebracht. Hierbij komt het verend 8401597 7 mechanisme 18 onder het deel 14 te liggen. Een en ander is vanzelfsprekend alleen mogelijk indien men het deel 14 in een zodanig hooggelegen opening 17 van de respectieve steunen 15 en 16 aanbrengt, dat er voldoende ruimte overblijft voor 5 het tussen de benen van de steun 15 aanbrengen van het verend mechanisme 18.2 is indicated by dashed lines. For this purpose, after removing the locking pin 19, the part 14 can be detached together with the resilient mechanism 18 and be reassembled after a rotation through 180 °. The resilient 8401597 7 mechanism 18 hereby lies below the part 14. All this is of course only possible if the part 14 is arranged in an opening 17 of the respective supports 15 and 16, which is situated at such a height, that sufficient space remains for inserting the resilient mechanism 18 between the legs of the support 15.

Alhoewel niet nader weergegeven, kan voor de hoogte-verstelling van de zwenkas voor het plaatvormig orgaan 11 ook een voorziening zijn getroffen waarbij deze verstelling 10 continue kan plaatsvinden.Although not shown in more detail, provision can also be made for the height adjustment of the pivot axis for the plate-shaped member 11, whereby this adjustment 10 can take place continuously.

In de figuren 5 en 6 is een uitvoeringsvoorbeeld weergegeven waarbij een plaatvormig orgaan 11 aan de bovenzijde is voorzien van op afstand van elkaar gelegen armen 33, die vanaf hun bevestiging een zich naar boven uitstrekkend 15 deel hebben, dat overgaat in een zich dwars op de voort-bewegingsrichting van de machine uitstrekkend deel 34. De einden van de armen 33 zijn haaks omgebogen zodat in eikaars verlengde gelegen assen 34 en 36 zijn gevormd, die een zich in de voortbewegingsrichtingsrichting van de machine uit-20 strekkende zwenkas voor een plaatvormig orgaan vormen. De as 35 aan de voorzijde is hierbij langer dan de as 36 (fig. 5)· De assen 35 en 36 die elk zijn voorzien van een aanslag 37 zijn in corresponderende openingen 17 brengbaar van de steunen 15 en 16. De voorste as 35 is hierbij voorzien van een boring 25 voor een borgpen 19 en een verend mechanisme 18, dat op dezelfde wijze is uitgevoerd en op dezelfde wijze met de voorste steun kan samenwerken voor het aanbrengen van het plaatvormig orgaan 11.Figures 5 and 6 show an exemplary embodiment in which a plate-shaped member 11 is provided at the top with spaced-apart arms 33, which have an upwardly extending part from their attachment, which transitions into a transverse to the direction of advancement of the machine extending part 34. The ends of the arms 33 are bent at right angles so that axially extending axes 34 and 36 are formed, which form a pivot axis for a plate-shaped member extending in the direction of advancement of the machine . The front axle 35 is longer than the axle 36 (fig. 5). The shafts 35 and 36, each provided with a stop 37, can be brought into corresponding openings 17 of the supports 15 and 16. The front axle 35 is hereby provided with a bore 25 for a locking pin 19 and a resilient mechanism 18, which is designed in the same manner and can cooperate in the same manner with the front support for mounting the plate-shaped member 11.

Bij dit uitvoeringsvoorbeeld is de pen 20 van het 30 verend mechanisme 18 aan twee zijden voorzien van een uit elastisch materiaal gevormde dop 22. Het elastisch materiaal is ook hier bij voorkeur rubber.In this exemplary embodiment, the pin 20 of the resilient mechanism 18 is provided on two sides with a cap 22 formed of an elastic material. The elastic material is here also preferably rubber.

De werking van het op de in de figuren 4 en 5 weergegeven wijze aangebrachte plaatvormig orgaan 11 is 35 hetzelfde als bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld. Ook bij dit uitvoeringsvoorbeeld is de zwenkas voor het plaatvormig orgaan 11 op verschillende hoogten brengbaar waarbi j steeds een constante voorspanning van de veer 24 aanwezig is.The operation of the plate-shaped member 11 arranged in the manner shown in Figures 4 and 5 is the same as in the first exemplary embodiment. In this exemplary embodiment too, the pivot axis for the plate-shaped member 11 can be brought to different heights, whereby a constant pre-tension of the spring 24 is always present.

In de figuren 6 en 7 is een uitvoeringsvoorbeeld weergegeven 8401597An exemplary embodiment is shown in Figures 6 and 7 8401597

* V* V

8 waarbij met het uitvoeringsvoorbeeld volgens de figuren 1-3 overeenkomende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers zijn aangegeven. Bij dit uitvoeringsvoorbeeld zijn op de bovenzijde van het gesteldeel 1 op dezelfde plaats als bij 5 het eerste uitvoeringsvoorbeeld steunen 15A en 16 aangebracht, die elk zijn voorzien van drie boven elkaar gelegen op gelijke afstand van elkaar aangebrachte openingen 17 waardoor het deel 14 van de arm kan worden gevoerd. Het deel 14 van de arm 12 is bij dit uitvoeringsvoorbeeld nabij de voorzijde 10 voorzien van een naar beneden gerichte lip 38 die is bevestigd aan een bus 39. De bus 39 is aan de van het plaatvormig orgaan 11 afgekeerde zijde voorzien van een dop 40 bestaande uit elastisch materiaal, bij voorkeur rubber, een én ander zodanig, dat zoals in fig. 6 is afgebeeld, de 15 dop 40 kan rusten tegen een haaks naar voren omgezet, zich naar boven uitstrekkend deel van de steun 15A. Aan de onderzijde is een voor de bevestiging van de steun 15A aanwezige voet aan de van het plaatvormig orgaan 11 afgekeerde zijde voorzien van een pen 41, waarom een zich naar boven uitstrek-20 kende hefboom 42 verzwenkbaar is, welke hefboom door middel van een pen 43 en twee openingen 44 in een lip 45 nabij de bovenzijde van de steun 15A kan worden vastgezet. De onderzijde van de hefboom 42 is voorzien van een vorkachtig deel waarin door middel van een verstelbaar oog 46, een einde van 25 een trekveer 47 is aangebracht, welke trekveer met zijn andere einde is gehaakt in een gat in een lip 48 aan de onderzijde van het deel 14 van de arm 12. Bij dit uitvoeringsvoorbeeld wordt het plaatvormig orgaan 11 tijdens het bedrijf door middel van de trekveer 47 in zijn gewenste stand gehouden, 30 waarbij de dop 40 tegen de steun 15A rust (fig. 6). Ihdien in verband met een werkdiepte-wijziging de zwenkas voor het plaatvormig orgaan 11 dient te worden versteld, kan men de pen 45 waarmee de hefboom 42 is vastgezet verwijderen zodat deze hefboom om de pen 41 in de richting van het plaatvormig 35 orgaan 11 kan verzwenken, waarbij de veer 47 zich ontspant. Hierna kan men door het uitnemen van de borgpen 19 het de zwenkas vormende deel 14 van de arm 12 uit de gaten 17 nemen en vervolgens in daar boven of daar beneden gelegen corresponderende gaten 17 van de steunen 15A en 16 brengen. Na het 8401597 •J- * 9 inbrengen van het deel 14 kan men dan opnieuw de veer 47 zijn spanning teruggeven door de hefboom 42 door middel van de pen 43 vast te zetten. De spanning van de veer 47 kan men in verband met de uitgevoerde verstelling, wijzigen door de 5 hefboom door middel van het tweede gat 44 en de pen 43 in een tweede stand vast te zetten. Op deze wijze kan men ook in de nieuwe stand ongeveer dezelfde veerspanning verkrijgen.8, parts corresponding to the exemplary embodiment of Figures 1-3 being designated by the same reference numerals. In this exemplary embodiment, supports 15A and 16 are provided on the top side of the frame part 1 in the same place as in the first exemplary embodiment, each of which is provided with three openings 17 disposed one above the other at equal distances from each other, through which the part 14 of the arm can be fed. The part 14 of the arm 12 in this exemplary embodiment is provided near the front 10 with a downwardly directed lip 38 which is attached to a sleeve 39. The sleeve 39 is provided with a cap 40 on the side remote from the plate-shaped member 11. of elastic material, preferably rubber, one another such that, as shown in Fig. 6, the cap 40 can rest against an angled forwardly extending portion of the support 15A. On the underside, a base for securing the support 15A is provided on the side remote from the plate-shaped member 11 with a pin 41, why a lever 42 extending upwards can be pivoted, which lever is provided by means of a pin 43 and two openings 44 can be secured in a lip 45 near the top of the support 15A. The underside of the lever 42 is provided with a fork-like part in which, by means of an adjustable eye 46, an end of a tension spring 47 is arranged, which tension spring with its other end is hooked into a hole in a lip 48 at the bottom of the part 14 of the arm 12. In this exemplary embodiment, the plate-shaped member 11 is held in its desired position by means of the tension spring 47, the cap 40 resting against the support 15A (fig. 6). If, in connection with a change in working depth, the pivot axis for the plate-shaped member 11 has to be adjusted, the pin 45 with which the lever 42 is fixed can be removed so that this lever can pivot about the pin 41 in the direction of the plate-shaped member 11. the spring 47 releasing. After this, by taking out the locking pin 19, the pivot shaft-forming part 14 of the arm 12 can be taken out of the holes 17 and then inserted in corresponding holes 17 above or below of the supports 15A and 16. After insertion of the part 14, the spring 47 can then be re-tensioned by tightening the lever 42 by means of the pin 43. The tension of the spring 47 can be changed in connection with the adjustment carried out by securing the lever by means of the second hole 44 and the pin 43 in a second position. In this way, approximately the same spring tension can also be obtained in the new position.

Ook bij dit uitvoeringsvoorbeeld kan men dus door verstelling van de zwenkas voor het plaatvormig orgaan 11 10 een effectieve aanpassing aan de diepte-instelling van de machine verkrijgen, zodat de plaat ook bij een wijziging van de diepte zijn meest effectieve stand voor de samenwerking met een buitenste bewerkingsorgaan kan blijven innemen.In this embodiment as well, it is thus possible to obtain an effective adjustment to the depth setting of the machine by adjusting the pivot axis for the plate-shaped member 11, so that the plate can also be in its most effective position for cooperation with a depth when the depth is changed. outer processing unit can continue to occupy.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld dat is weergegeven in 15 de figuren 8 - 10 is een plaatvormig orgaan 11 aan de bovenzijde nabij de voorzijde voorzien van een zich naar boven uitstrekkende arm 48, die zich vanaf zijn bevestiging over enige afstand naar boven uitstrekt en vervolgens haaks naar voren is omgezet. Het voorste deel 48A van de arm 48 vormt 20 een zwenkas en is gevoerd door een stripvormige steun 49 en door middel van een borgpen 5QA.aan de voorzijde vastgezet.In the exemplary embodiment shown in Figs. 8-10, a plate-shaped member 11 is provided at the top near the front with an upwardly extending arm 48, which extends some distance upwards from its attachment and then at right angles to the front has been converted. The front part 48A of the arm 48 forms a pivot axis and is passed through a strip-shaped support 49 and secured to the front by means of a locking pin 5QA.

Aan de achterzijde is de zwenkas 4δΑ voorzien van een plaat 50 die zich vanaf de arm verbreedt en tegen de achterzijde van de stripvormige steun 49 is gelegen. De steun 49 is met zijn 25 andere einde bevestigd op een zich in de voortbewegingsrich-ting uitstrekkende as 51, die draaibaar is ondersteund in nabij de voor- en achterzijde van het gesteldeel 1 aangebrachte driehoekige steunen 52. Juist voor de voorste driehoekige steun 53 is de as 51 voorzien van een zich naar 30 boven uitstrekkende lip 53 die aan zijn einde is voorzien van een dop 54 bestaande uit elastisch materiaal, bij voorkeur rubber, een en ander zodanig dat bij een verzwenken van de steun 49 over + 180°, de dop 54 op de bovenzijde van het gesteldeel 1 komt te rusten.At the rear, the pivot axis 4δΑ is provided with a plate 50 which widens from the arm and is located against the rear of the strip-shaped support 49. The bracket 49 is mounted with its other end on a shaft 51 extending in the direction of travel, which is rotatably supported in triangular supports 52 arranged near the front and rear of the frame part 1. Just before the front triangular support 53 the shaft 51 is provided with an upwardly extending lip 53, which at its end is provided with a cap 54 consisting of elastic material, preferably rubber, such that when the support 49 is pivoted through + 180 °, the cap 54 rests on the top of the frame part 1.

35 Aan de voorzijde ter hoogte van de binnenste be grenzing van de plaat 50, is een steun 49 voorzien van een beugel 55 waarin een onder werking van een veer 55A staande, van een dwarsstuk voorziene pen 56 is ondersteund, welke pen reikt tot in een gat in de steun 49. De pen 56 is onder 8401597 * 10 werking van de veer 55A in een van twee "boven elkaar aan-gebrachte gaten 57 en 58 in de plaat 50 brenghaar. Boven de gaten is aan de bovenzijde van de plaat 50 een dakvormige aanslag 59 aangebracht, die kan samenwerken met een op de 5 bovenzijde van het gesteldeel 1 aangebrachte, uit kunststof, bij voorkeur rubber, gevormde dop 60. De onderzijde van de beugel 55 is voorzien van een haakvormig deel 61 voor de bevestiging van een einde van een trekveer 62, welke trekveer met zijn andere einde vast is aangebraeht aan een aan de 10 voorzijde van het gesteldeel 11 aanwezige, niet nader weergegeven steun. Met behulp van de onder veerwerking staande pen 56 en de gaten 57 en 58 in de plaat 50 kan het plaatvormig orgaan 11 door verzwenken om de door het deel 48 A van de arm 48 gevormde zwenkas, in twee verschillende standen 15 worden gebracht, een en ander zodanig dat hierdoor het plaatvormig orgaan bij verschillende werkdiepten van de machine zijn meest gewenste stand kan blijven innemen. De diepste stand van het plaatvormig orgaan 11 is in fig. 8 weergegeven. Hierbij bevindt de onder veerwerking staande pen 56 zich in 20 de bovenste opening 57 van de plaat 50 en rust tijdens het bedrijf de dakvormige aanslag 59 aan de achterzijde van de plaat op de uit elastisch materiaal gevormde dop 60 op de bovenzijde van het gesteldeel 1. Door middel van de trekveer 62 wordt er voor gezorgd dat het orgaan 11 een voldoende 25 resistentie heeft om een effectieve samenwerking met het buitenste bewerkingsorgaan mogelijk te maken. Ihdien men met de machine dieper wil werken kan men de pen 56 tegen de werking van de veer 55A in, naar voren trekken en vervolgens in het onderste gat 57 brengen. Hierbij verzwenkt de plaat 50 30 en daarmee het plaatvormig orgaan 11 om de zwenkas 48A en komt in een stand als in fig. 10 is weergegeven, waarbij het plaatvormig orgaan opnieuw een althans nagenoeg verticale stand, dat wil zeggen de meest gunstige stand ook bij de diepere grondbewerking, kan innemen. De onderste opening 57 35 in de plaat 50 heeft een zodanige diameter, dat de onder veerwerking staande pen 56 verder in de opening kan bewegen, waardoor deze pen kan dienst doen als aanslag en tijdens het bedrijf kan komen te rusten op de uit elastisch materiaal gevormde dop 60 aan de bovenzijde van het gesteldeel. Indien 8401597 Φ -¾ 11 men het plaatvormig orgaan 11 in de transportstand wil brengen, kan men het geheel verzwenken, tot de dop 54 tegen de bovenzijde van het gesteldeel komt te rusten en in deze stand onder werking van de trekveer 47 wordt gehouden.35 At the front at the inner boundary of the plate 50, a support 49 is provided with a bracket 55 in which a pin 56 provided under the action of a spring 55A is supported, which pin extends into a hole in the bracket 49. The pin 56 operates under the action of the spring 55A in one of two "superposed holes 57 and 58 in the plate 50. Bring hair above the holes at the top of the plate 50 provided with a roof-shaped stop 59, which can cooperate with a cap 60 of plastic, preferably rubber, formed on the top side of the frame part 1. The bottom side of the bracket 55 is provided with a hook-shaped part 61 for the attachment of a end of a tension spring 62, which tension spring with its other end is fixedly attached to a support (not shown in more detail) present at the front of the frame part 11. Using the spring-acting pin 56 and the holes 57 and 58 in the plate 50 can the plate-shaped member 11 can be brought into two different positions 15 by pivoting about the pivot axis formed by the part 48A of the arm 48, such that the plate-shaped member can continue to assume its most desired position at different working depths of the machine . The deepest position of the plate-shaped member 11 is shown in Fig. 8. Here, the spring-loaded pin 56 is located in the upper opening 57 of the plate 50 and during operation the roof-shaped stop 59 at the rear of the plate rests on the cap 60 formed of elastic material on the top of the frame part 1. By means of the tension spring 62 it is ensured that the member 11 has a sufficient resistance to enable effective cooperation with the outer processing member. If one wants to work deeper with the machine, the pin 56 can be pulled forward against the action of the spring 55A and then inserted into the bottom hole 57. The plate 50 and thereby the plate-shaped member 11 pivots about the pivot axis 48A and comes into a position as shown in Fig. 10, wherein the plate-shaped member again has a substantially vertical position, i.e. the most favorable position also at the deeper tillage, can take. The lower opening 57 in the plate 50 has a diameter such that the spring-loaded pin 56 can move further into the opening, whereby this pin can act as a stop and come to rest during operation on the elastic material formed cap 60 at the top of the frame. If it is desired to bring the plate-shaped member 11 into the transport position, the whole can be pivoted until the cap 54 rests against the top of the frame part and is held in this position under the action of the tension spring 47.

5 De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande, doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.The invention is not limited to the above, but also concerns all details of the figures, whether or not described.

Conclusies 3401597Conclusions 3401597

Claims

9 - 12 - Conclusies :9 - 12 - Conclusions:

1. Grondbewerkingsmachine, in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed, voorzien van een aantal bewerkings-organen die in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht en om op- 5 waarts gerichte assen aandrijfbaar zijn en ten minste één met een buitenste bewerkingsorgaan samenwerkend, plaatvormig orgaan aanwezig is, dat tijdens het bedrijf om een as ver-zwenkbaar is, met het kenmerk, dat de zwenkas in ten minste twee op verschillende hoogten gelegen standen aanbrengbaar 10 is.1. Soil cultivation machine, in particular for the preparation of a seed bed, comprising a number of cultivating members arranged in a row extending transversely to the direction of advancement of the machine and which can be driven about upwardly directed axes a plate-shaped member co-acting with an outer processing member and which is pivotable about an axis during operation, characterized in that the pivot axis can be arranged in at least two positions at different heights.

2. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het plaatvormig orgaan tegen veerwerking verzwenkbaar is en een verend mechanisme aanwezig is dat in elke stand van de zwenkas althans nagenoeg dezelfde voor-15 spanning heeft.2. Soil cultivation machine according to claim 1, characterized in that the plate-shaped member is pivotable against spring action and a resilient mechanism is present which has at least substantially the same pre-tension in each position of the pivot axis.

3. Grondbewerkingsmachine, in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed voorzien van een aantal bewer-kingsorganen die in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht en 20 om opwaarts gerichte assen aandrijfbaar zijn en ten minste één met een buitenste bewerkingsorgaan samenwerkend plaatvormig orgaan aanwezig is dat tijdens het bedrijf tegen veerwerking in om een as verzwenkbaar is, met het kenmerk, dat een verend mechanisme aanwezig is dat met het plaatvormig 25 orgaan een eenheid vormt, die losneembaar resp. aanbrengbaar is.3. Soil cultivation machine, in particular for the preparation of a seed bed provided with a number of working members which are arranged in a row extending transversely of the direction of advancement of the machine and which are drivable about upwardly directed axes and at least one with an outer there is provided a working member co-operating plate-shaped member which is pivotable about an axis during operation against spring action, characterized in that a resilient mechanism is present which forms a unit with the plate-shaped member, which can be detachably resp. is applicable.

4. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het verend mechanisme tevens dienst doet voor het aanbrengen van het plaatvormig orgaan.Soil cultivation machine according to claim 2 or 3, characterized in that the resilient mechanism also serves for mounting the plate-shaped member.

5. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de zwenkas zich althans nagenoeg in de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekt en hoger is gelegen dan een de bewerkingsorganen ondersteunend gesteldeel.Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that the pivot axis extends at least substantially in the direction of travel of the machine and is higher than a frame part supporting the cultivating members.

6. Grondbewerkingsmachine, in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed, voorzien van een aantal bewerkingsorganen die in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht en 8401597 z2 * - 13 - om opwaarts gerichte assen aandrijfbaar zijn en ten minste één met een buitenste bewerkingsorgaan samenwerkend plaatvormig orgaan aanwezig is, dat om een zich in de voortbewegings-richting van de machine uitstrekkende as verzwenkbaar is, 5 met het kenmerk, dat het plaatvormige orgaan door verzwen-king om de as in ten minste twee werkstanden brengbaar is.6. Tillage machine, in particular for the preparation of a seedbed, comprising a number of working members arranged in a row extending transversely to the direction of advancement of the machine and 8401597 z2 * - 13 - which can be driven on upwardly directed axes one plate-shaped member co-acting with an outer processing member is pivotable about an axis extending in the direction of advancement of the machine, characterized in that the plate-shaped member can be brought into at least two working positions by pivoting about the axis is.

7. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 1- 5, met het kenmerk, dat ten minste één steun aanwezig is ten opzichte waarvan de zwenkas in meerdere standen breng-10 baar en vastzetbaar is,Soil cultivation machine according to any one of claims 1 to 5, characterized in that at least one support is present with respect to which the pivot axis can be brought into several positions and secured,

8. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat op een gesteldeel dat de bewerkingsorganen ondersteunt, twee achter elkaar gelegen steunen aanwezig zijn die zijn voorzien van met elkaar corresponderende boven 15 elkaar gelegen openingen voor het opnemen van de zwenkas.8. Soil cultivation machine according to claim 7, characterized in that on a frame part which supports the cultivating members, two supporting supports are situated one behind the other and which are provided with mutually corresponding openings located above each other for receiving the pivot axis.

9. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2- 8, met het kenmerk, dat het verend mechanisme een geheel vormt met de zwenkas en met een steun kan samenwerken voor het aanbrengen van een plaatvormig orgaan.Soil cultivation machine according to any one of claims 2-8, characterized in that the resilient mechanism is integral with the pivot axis and can cooperate with a support for mounting a plate-shaped member.

10. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de voorste steun U-vormig is uitgevoerd met zich naar voren uitstrekkende benen waartussen het verend mechanisme met geringe speling aanbrengbaar is en de zwenkas aan de achterzijde door middel van een borgpen 25 ten opzichte van de achterste steun is geborgd.10. Soil cultivation machine according to claim 8 or 9, characterized in that the front support is U-shaped with legs extending forward, between which the spring mechanism can be fitted with little play and the pivot shaft at the rear by means of a locking pin. is secured relative to the rear support.

11. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het verend mechanisme een zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekkende pen omvat, die met geringe speling tussen de benen van de steun is gele-30 gerd en om de pen een veer is aangebracht tegen de werking waarvan een om de pen gelegen met een arm voor het plaatvormige orgaan verbonden bus verschuifbaar is.11. Soil cultivation machine according to claim 10, characterized in that the resilient mechanism comprises an at least substantially horizontally extending pin, which is mounted with little play between the legs of the support and a spring is arranged around the pin against the operation of which a sleeve located around the pin with an arm for the plate-shaped member is slidable.

12. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de verschuifbare bus zich aan de zijde 35 van het plaatvormig orgaan bevindt en de pen aan deze zijde is voorzien van elastisch materiaal.Soil cultivation machine according to claim 11, characterized in that the sliding sleeve is located on the side 35 of the plate-shaped member and the pin is provided on this side with elastic material.

13. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de zwenkas wordt gevormd door een zich in de voortbewegingsrichting uitstrekkend deel 34015 δ7 - 14 - van een arm voor het plaatvormig orgaan, welk deel overgaat in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkend deel dat in bovenaanzicht gezien voor het gestel-deel is gelegen..Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that the pivot axis is formed by a part 34015 δ7 - 14 - extending in the direction of advancement - of an arm for the plate-shaped member, which part passes into a direction transverse to the direction of travel of the machine-extending part, which is seen in plan view in front of the frame part.

14. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, voor zover afhankelijk van conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkas wordt gevormd door een zich in de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkend deel van een arm voor het plaatvormig orgaan, welk deel aan de voorzij- 10 de overgaat in een zich dwars op de voortbewegingsrichting uitstrekkend gedeelte dat door middel van een trekveer is verbonden met een verzwenkbare hefboom, die zich bij een aangebracht plaatvormig orgaan in een vergrendelde stand bevindt.Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, insofar as dependent on claim 1, characterized in that the pivot axis is formed by a part of an arm for the plate-shaped member extending in the direction of advancement of the machine, which part at the front side. 10 changes into a section extending transversely of the direction of travel, which is connected by means of a tension spring to a pivotable lever, which is in a locked position with an arranged plate-shaped member.

15. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de arm verzwenkbaar is om een zich in de voortbewegingsrichting uitstrekkende as, een en ander zodanig dat de verspanning kan worden weggenomen bij het verstellen van de zwenkas.Soil cultivation machine according to claim 14, characterized in that the arm is pivotable about an axis extending in the direction of movement, such that the tension can be removed when the pivot axis is adjusted.

16. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de zwenkas waarom het plaatvormig orgaan verzwenkbaar is, zich nabij een einde van een de bewer-kingsorganen dragend gesteldeel bevindt.Soil cultivation machine according to claim 15, characterized in that the pivot axis about which the plate-shaped member is pivotable is located near one end of a frame part carrying the cultivating members.

17. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 16, 25 met het kenmerk, dat de zwenkas is aangebracht aan een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende steun , die om een zich in de voortbewegingsrichting uitstrekkende as verzwenkbaar met de bovenzijde van het gesteldeel is verbonden.Soil cultivation machine according to claim 16, 25, characterized in that the pivot axis is arranged on a support extending transversely to the direction of travel of the machine, which is pivotally connected to the top side of the frame part about an axis extending in the direction of travel.

18. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat het plaatvormig orgaan is aangebracht aan een arm die ten opzichte van de steun verzwenkbaar is en in ten minste twee standen ten opzichte van de steun brengbaar en vastzetbaar is.Soil cultivation machine according to claim 17, characterized in that the plate-shaped member is arranged on an arm which is pivotable relative to the support and can be brought and secured in at least two positions relative to the support.

19. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de arm aan de voorzijde is voorzien van een langs de steun beweegbare plaat waarin openingen zijn aangebracht waardoor een pen brengbaar is die eveneens brengbaar is door een opening in de steun. 8401597 - 15 -Soil cultivation machine according to claim 18, characterized in that the arm at the front is provided with a plate movable along the support, in which openings are arranged, through which a pin can also be brought which can also be brought through an opening in the support. 8401597 - 15 -

20. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de onderste opening een grotere diameter heeft dan de bovenste, een en ander zodanig dat de pen verder door de onderste opening reikt en hierbij dienst 5 doet als aanslag ter begrenzing van een neerwaarts bewegen van het plaatvormige orgaan.20. Soil cultivation machine according to claim 19, characterized in that the bottom opening has a larger diameter than the top, all this in such a way that the pin extends further through the bottom opening and thereby serves as a stop limiting a downward movement of the plate-shaped member.

21. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de pen kan samenwerken met op de bovenzijde van het gesteldeel aanwezig elastisch materiaal.Soil cultivation machine according to claim 20, characterized in that the pin can cooperate with elastic material present on the top of the frame part.

22. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 17 - 21, met het kenmerk, dat de as waarom de steun verzwenk-baar is zich op een afstand van het einde van het gesteldeel bevindt die plusminus gelijk is aan de afstand tussen de rotatieassen van twee naast elkaar gelegen bewerkingsorganen. 15 23. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 17 - 22, met het kenmerk, dat tussen de steun en de arm voor het plaatvormig orgaan een trekveer aanwezig is.Soil cultivation machine according to any one of claims 17 to 21, characterized in that the axis about which the support can be pivoted is at a distance from the end of the frame part which is approximately equal to the distance between the rotation axes of two adjacent located processing organs. 23. Soil cultivation machine according to any one of claims 17-22, characterized in that a tension spring is present between the support and the arm for the plate-shaped member.

24. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de trekveer zich dwars op de voortbewe- 20 gingsrichting uitstrekt en lager is gelegen dan de zwenkas waarom het plaatvormig orgaan verstelbaar is.24. Soil cultivation machine according to claim 23, characterized in that the tension spring extends transversely of the direction of travel and is situated lower than the pivot axis around which the plate-shaped member is adjustable.

25. Grondbewerkingsmachine zoals beschreven in het voorgaande en weergegeven in de figuren. -o-o-o-o-o- 840159725. Tillage machine as described above and shown in the figures. -o-o-o-o-o- 8401597