NL1005886C2 - Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage. - Google Patents
Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1005886C2 NL1005886C2 NL1005886A NL1005886A NL1005886C2 NL 1005886 C2 NL1005886 C2 NL 1005886C2 NL 1005886 A NL1005886 A NL 1005886A NL 1005886 A NL1005886 A NL 1005886A NL 1005886 C2 NL1005886 C2 NL 1005886C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- base plate
- carrier
- installation device
- electrical installation
- locking elements
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02G—INSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
- H02G3/00—Installations of electric cables or lines or protective tubing therefor in or on buildings, equivalent structures or vehicles
- H02G3/02—Details
- H02G3/08—Distribution boxes; Connection or junction boxes
- H02G3/10—Distribution boxes; Connection or junction boxes for surface mounting on a wall
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01H—ELECTRIC SWITCHES; RELAYS; SELECTORS; EMERGENCY PROTECTIVE DEVICES
- H01H9/00—Details of switching devices, not covered by groups H01H1/00 - H01H7/00
- H01H9/02—Bases, casings, or covers
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02B—BOARDS, SUBSTATIONS OR SWITCHING ARRANGEMENTS FOR THE SUPPLY OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02B1/00—Frameworks, boards, panels, desks, casings; Details of substations or switching arrangements
- H02B1/015—Boards, panels, desks; Parts thereof or accessories therefor
- H02B1/04—Mounting thereon of switches or of other devices in general, the switch or device having, or being without, casing
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02G—INSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
- H02G3/00—Installations of electric cables or lines or protective tubing therefor in or on buildings, equivalent structures or vehicles
- H02G3/02—Details
- H02G3/08—Distribution boxes; Connection or junction boxes
- H02G3/16—Distribution boxes; Connection or junction boxes structurally associated with support for line-connecting terminals within the box
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01R—ELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
- H01R13/00—Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
- H01R13/46—Bases; Cases
- H01R13/502—Bases; Cases composed of different pieces
- H01R13/506—Bases; Cases composed of different pieces assembled by snap action of the parts
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Power Engineering (AREA)
- Switch Cases, Indication, And Locking (AREA)
Description
Korte aanduiding: Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage, met een basisplaat en een met de basisplaat verbindbare drager voor elektrische contactdelen, alsmede een met de basisplaat en/of de drager verbindbare afdekkap, waarbij de drager via een door zijn vorm en/of onder kracht sluitende snapverbinding met de basisplaat kan worden bevestigd, waarbij 10 de basisplaat voor het vormen van de door zijn vorm en/of onder kracht sluitende snapverbinding paarsgewijze in hun snaprichtingen onderling tegenoverliggende verende arreteerelementen bezit die bij het arreteren in hun respectieve snaprichtingen tegengesteld ten opzichte van elkaar bewegen en dat op de drager complementaire arreteerelementen zijn 15 gerangschikt.
Soortgelijke elektrische installatie-apparaten worden in het bijzonder gebruikt als schakelapparaten voor het sluiten en/of verbinden, openen en/of scheiden van elektrische stroomkringen en kunnen in de laagspanningstechniek bijvoorbeeld als schakelaar, zoals wipschake-20 laar, draai schakel aar, hefboomschakelaar, schuifschakelaar, trekschakelaar, sleutel schakel aar enz. of als contactdoos zijn uitgevoerd. Het door "opbouwmontage" gekenmerkte toepassingsgebied van dergelijke apparaten dient hierbij in ruime zin te worden geïnterpreteerd, het omvat ook de mogelijkheid van installatie op stroomrails, -geleiders, behuizingsdelen 25 en ander elektrische inrichtingen of dergelijke. De basisplaat van het elektrisch installatie-apparaat wordt bij opbouwmontage met de wand verbonden, waarbij de drager voor de elektrische contactdelen bij bekende apparaten tot nu toe gebruikelijk op de basisplaat wordt geschroefd en waarbij met de basisplaat en/of de drager ter beveiliging de afdekkap wordt 30 verbonden.
Een veelzijdig toepasbaar elektrisch installatie-apparaat van dit type, dat overeenkomstig een van zijn uitvoeringsvormen ook voor inbouwmontage kan worden verschaft, wordt geopenbaard door DE 41 35 208 C2.
35 Elektrische installatie-apparaten van het in de aanhef genoemde type zijn beschreven in DE 29 43 112 Al en in DE 43 32 702 Al.
10058 86 2
Bij DE 43 32 702 Al betreft het bijvoorbeeld een installatiedoos voor elektrische installatie-apparaten, zoals wandcontactdozen, schakelaars of dergelijke. De installatiedoos bestaat uit een doosbodemdeel en een afdekking. In de installatiedoos zijn vasthoudmiddelen voor de elektrische 5 installatie-apparaten voorhanden. In het bijzonder betreft het een installatiedoos voor montage aan van haakvormige uitsteeksels voorziene montagewanden, die op hun beurt onderdeel vormen van een kabel kanaal, in het binnenste waarvan de installatiedoos met aan de haakvormige uitsteeksel bevestigbare, de bodem van de doos aan de onderzijde overlappende houders 10 bevestigbaar is. Om bij de installatie-apparaten de, in het algemeen voorhandenzijnde draagring weg te kunnen laten en om bij de installatiedo-zen de apparaatbevestigingsschroeven weg te laten, wordt voorgesteld om de vasthoudmiddelen voor de installatie-apparaten als een aan de binnenwanden van het bodemdeel van de installatiedoos gevormd arreteerele-15 ment uit te voeren, dat met een contra-arretering van het installatie-apparaat een slechts door gereedschap losmaakbare verbinding vormt. Bij de voorkeursuitvoeringsvorm is het arreteerelement op het binnenvlak van de bodem van het bodemdeel van de installatiedoos gevormd.
Aan de onderhavige uitvinding ligt de opgave ten 20 grondslag een oplossing aan te bieden voor een eenvoudige, snelle en in het bijzonder veilige montage van een elektrisch installatie-apparaat van het in de aanhef beschreven type.
Volgens de uitvinding wordt dit daardoor bereikt, dat de arreteerelementen op de basisplaat zodanig zijn uitgevoerd, dat bij 25 geplaatste afdekkap een beveiliging van de arreteerelementen tegen beweging tegengesteld aan hun snaprichting plaatsvindt.
De voor opbouwmontage van het elektrische instal 1 atie-apparaat volgens de uitvinding benodigde tijd is op deze wijze enerzijds zeer kort, anderzijds ontstaat bij eenvoudige uitvoerbaarheid van de 30 montage een verbinding die voldoende stabiel is om een veilig gebruik van het apparaat te garanderen en die op verschillende manieren kan worden uitgevoerd. Door de telkens paarsgewijze rangschikking van de arreteerelementen en hun onderlinge snapbeweging ontstaat een zeer gunstige, vaste snapverbinding. Deze verbinding kan door uitwendige kracht invloeden, zoals 35 deze regelmatig bij het bedienen van het apparaat optreden of die ook door toevallige omgevingsinvloeden kunnen optreden (druk op delen van het 1 005886 3 installatie-apparaat, trek, trillingen, enz.) gegarandeerd niet losraken, omdat de aangebrachte afdekkap een beveiliging van de arreteerelementen tegen losraken bewerkstelligt. Desondanks is de montage van het install-atie-apparaat volgens de uitvinding eenvoudig en weinig tijdrovend.
5 De beveiliging van de arreteerelementen tegen een beweging tegengesteld aan hun snaprichting kan gedetailleerd constructief met voordeel in het bijzonder daardoor worden gerealiseerd, dat de arreteerelementen respectievelijk op de van hun respectieve snaprichting afgekeerde en een naar de wand van de afdekkap toegekeerde zijde een 10 aanzetstuk bezitten dat bij het plaatsen van de afdekkap tegen de wand van de afdekkap tot aanslag komt.
Bovendien is het voor een eenvoudige en veilige montage van voordeel wanneer de, zich op de basisplaat bevindende verende arreteerel ementen naar elkaar toe gekeerde arreteerneuzen bezitten, waarbij 15 telkens een op de arreteerelementen van de basisplaat gevormd aanligvlak in de snapverbinding tegen een aanligvlak op het complementaire, op de drager aangebrachte arreteerelement ligt. De drager hoeft hierdoor bij de montage alleen nog maar op de goed op de basisplaat zichtbare arreteerelementen te worden gedrukt. De paarsgewijze gerangschikte 20 arreteerelementen veren daarbij in eerste instantie in respectieve tegengestelde richting naar buiten en dan in hun snaprichting weer terug naar binnen, waarbij het op de arreteerneus gevormde aanligvlak tegen het op de drager aangebrachte complementaire arreteerel ement tot aanslag komt.
In principe is de uitvoeringsvorm van de complementaire 25 arreteerelementen van de drager binnen het kader van de gebruikelijke uitvoeringsvormen verregaand willekeurig. Het kan gaan om lippen, arreteerkanalen, verdere arreteerneuzen en dergelijke. In de zin van een eenvoudige uitvoeringsvorm van de verbinding en een goede bereikbaarheid, ook ten aanzien van een eventuele latere demontage, is het van bijzonder 30 voordeel gebleken wanneer de arreteerel ementen van de drager uitstekende delen zijn, die zich aan ten minste twee tegenoverliggende zijden van de drager bevinden. Deze uitstekende delen kunnen bijvoorbeeld door stapvorming in de dragerwand of door meegevormde arreteerstukken worden gevormd.
1005886 4
Verdere voordelige uitvoeringskenmerken van de uitvinding zijn in de onderconclusies alsmede in de navolgende beschrijving vervat.
Aan de hand van een op de tekening weergegeven, 5 vorkeursuitvoeringsvoorbeeld wordt de uitvinding in het navolgende nader verklaard. Hierbij tonen:
Fig. 1 een perspectivische weergave met uiteengenomen delen van de belangri jkste afzonderl i jke delen van een uitvoeringsvoorbeeld van een elektrisch installatie-apparaat volgens de uitvinding, 10 Fig. 2 op vergrote schaal een perspectivische weergave van de gemonteerde, in fig. 1 weergegeven afzonderlijke delen van een elektrisch installatie-apparaat volgens de uitvinding, gedeeltelijk in doorsnede,
Fig. 3a en 3b in ten opzichte van fig. 2 op verder 15 vergrote schaal en telkens uit een andere kijkrichting, een perspectivische weergave van een arreteerelememt op de basisplaat van een elektrisch installatie-apparaat volgens de uitvinding.
In de verschillende figuren van de tekening zijn dezelfde delen van dezelfde verwijzingscijfers voorzien, zodat zij 20 doorgaans ook telkens maar één keer worden beschreven.
Zoals volgt uit de figuren van de tekeningen die de afzonderlijke delen van het installatie-apparaat volgens de uitvinding voor opbouwmontage en het geassembleerde installatie-apparaat tonen, bestaat dit uit een basisplaat 1, een met de basisplaat 1 verbindbare 25 drager 2 voor elektrische contactdelen en een met de basisplaat 1 en/of de drager 2 verbindbare afdekkap 3. Deze delen zijn afzonderlijk in fig. 1 te zien.
De drager 2 kan via een door zijn vorm sluitende snapverbinding 4, 6; 5, 7 met de basisplaat 1 worden bevestigd. De weergave 30 in fig. 2 toont dat in gemonteerde toestand van het installatie-apparaat de drager 2 met de basisplaat 1 is bevestigd. Binnen het kader van de uitvinding valt ook het onder kracht sluitend uitvoeren van de snapverbinding 4, 6; 5, 7 tussen de basisplaat 1 en de drager 2, zowel voor wat betreft het geheel alsook voor een gedeelte van de, aan de verbinding 35 deelnemende arreteerelementen 4, 5, 6, 7. In dat geval zou de drager 2 1 005886 5 bij toepassing van een geschikte trekkracht geheel of gedeeltelijk van de basisplaat 1 kunnen worden losgemaakt.
De basisplaat 1 bezit voor het vormen van de door zijn vorm sluitende snapverbinding 4, 6; 5, 7 paarsgewijze onderling in hun 5 snaprichtingen A, B tegenoverliggende verende arreteerelementen 4, 5. Deze arreteerelementen 4, 5 zijn in wezen in het midden aan twee zijden van de basisplaat 1 gerangschikt en bewegen zich bij het arreteren in hun respectieve snaprichtingen A, B onderling tegengesteld. Op de drager 2 zijn complementaire arreteerelementen 6, 7 aangebracht.
10 De, op de basisplaat 1 aanwezige verende arreteerelemen ten 4, 5 bezitten arreteerneuzen 8, 9 die paarsgewijze naar elkaar zijn toegekeerd. De arreteerneuzen 8, 9 van de onderling tegenoverliggende arreteerelementen 4, 5 bewegen zich bij het arreteren onderling tegengesteld: direct vóór het arreteren bewegen zij zich weg van elkaar 15 naar buiten en bij het arreteren in hun respectieve snaprichtingen A, B naar elkaar toe en grijpen in deze richtingen aan op de complementaire arreteerelementen 6, 7 op de drager 2. Hierdoor ontstaat een bijzonder vasthoudende snapverbinding 4, 6; 5, 7. Op de arreteerneuzen 8, 9 van de arreteerelementen 4, 5 is telkens een aanligvlak 10 gevormd dat in de 20 snapverbinding 4, 6; 5, 7 telkens tegen een aanligvlak 13 op het telkens complementaire, op de drager 2 gerangschikte arreteerelement 6, 7 ligt.
De arreteerelementen 4, 5 staan bij voorkeur loodrecht op de basisplaat 1. De aanligvlakken 10 van de arreteerneuzen 8, 9 verlopen onder een rechte hoek met de loodrecht op de basisplaat 1 staande 25 langsassen van de arreteerelementen 4, 5 en bijgevolg evenwijdig aan de basisplaat 1. Bij een onder kracht sluitende snapverbinding 4, 6; 5, 7 en met dezelfde uitvoeringsvorm van de arreteerelementen 4, 5 zouden de aanligvlakken onder een stompe hoek met de basisplaat 1 lopen.
De arreteerelementen 6, 7 van de drager 2 zijn zijwaarts 30 gerichte, uitstekende delen waarmee telkens een op de arreteerelementen 6, 7 aangebracht aanligvlak 13 in de snapverbinding 4, 6; 5, 7 tegen het complementaire, op de basisplaat 1 aangebrachte arreteerelement 4, 5 ligt. De arreteerelementen 6, 7 bevinden zich aan tegenoverliggende zijden 16, 17 van de drager 2. Het, van het verwijzingscijfer 7 voorziene arreteer-35 element van de drager 2, dat in het middengedeelte van fig. 1 in de perspectivische weergave van de drager 2 op de achterste zijde 17 ligt, 1 005886 6 is niet zichtbaar. Het bezit dezelfde vorm als het in de weergave aan de voorste zijde 16 liggende zichtbare arreteerelement 6.
Op de drager 2 kunnen ook verschillende paren onderling tegenoverliggende arreteerelementen 6, 7 zijn verschaft, die ook aan de 5 aangrenzende zijden 14, 15 kunnen zijn gerangschikt. In dit geval dienen ook op de basisplaat 1 corresponderende paren arreteerelementen 4, 5 te worden aangebracht. Op deze wijze kan de drager 2 beveiligd tegen draaien met de basisplaat 1 worden verbonden en wordt deze na het tot stand brengen van de snapverbinding 4, 6; 5, 7 tussen de onderling tegenover!iggende 10 arreteerelementen 4, 5 van de basisplaat 1 gehouden.
Voor de basisplaat 1 en de drager 2 zijn verschuivings-beveiligingen voorzien, die bij een met de basisplaat 1 verbonden drager 2 een onderlinge zijdelingse beweging van de basisplaat 1 en de drager 2 door hun vorm verhinderen. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld 15 fungeren als dergelijke verschuivingsbeveiligingen reeds de dwars op de zijden 16, 17 van de drager 2 waarop zich telkens de arreteerelementen 6, 7 bevinden, onderling gearreteerde arreteerelementen 4, 6; 5, 7. De hierdoor ontstane verbinding 4, 6; 5, 7 laat echter nog een zijdelingse verschuiving langs de zijden 16, 17 toe waarop zich de arreteerelementen 20 6, 7 op de drager 2 bevinden, respectievelijk dwars op de snaprichtingen A, B van de zich op de basisplaat 1 bevindende arreteerelementen 4, 5.
Het installatie-apparaat volgens de uitvinding bezit bijgevolg overeenkomstig het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld bij voorkeur twee verdere, anders dan de snapverbindingen 4, 6; 5, 7 uitgevoerde, 25 verschuivingsbeveil igingen 18, 19, die bij een met de basisplaat 1 verbonden drager 2 een zijdelingse onderlinge beweging verhinderen van de basisplaat 1 en de drager 2 evenwijdig aan de zijden 16, 17, waarop zich de arreteerelementen 6, 7 van de drager 2 bevinden.
Deze verschuivingsbeveiligingen 18, 19 worden op de 30 basisplaat 1 respectievelijk door de zijvlakken 18 van de arreteerelementen 4, 5 en op de drager 2 door respectievelijk twee loodrecht van de zijden 16, 17 gelegen wanden 19 gevormd, waarbij bij een met de basisplaat 1 verbonden drager 2 (fig. 2) de zijvlakken 18 van de arreteerelementen 4, 5 tussen de wanden 19 aangrijpen en hier tot aanslag komen. Een zijdelingse 35 onderlinge beweging van de basisplaat 1 en de drager 2 in de beide tegengestelde zijdelingse richtingen dwars op de snaprichtingen (pijlen 1005886 7 A, B in fig. 1) respectievelijk evenwijdig aan de zijden 16, 17 waarop zich de arreteerelementen 6, 7 op de drager 2 bevinden, wordt hiermee voorkomen. Wanneer de drager 2 op deze wijze met de grondplaat 1 qua vorm sluitend is verbonden, kan deze noch in een zijdelingse richting 5 verschoven, noch verdraaid, noch loodrecht ten opzichte van de basisplaat 1 worden weggetrokken.
Fig. 2 toont in doorsnede de weergave van het gemonteerde elektrische installatie-apparaat volgens de uitvinding, dat uit de in fig. 1 afzonderlijk weergegeven delen 1, 2, 3 bestaat, in het 10 bijzonder toont fig. 2 ook de afdekkap 3 die op de, met de drager 2 verbonden basisplaat 1 is geplaatst. De afdekkap 3 kan door middel van schroef- en/of snapverbindingen op de basisplaat 1 en/of de drager 2 zijn bevestigd. Op de tekening zijn geen handgrepen weergegeven, voor het positioneren en bevestigen waarvan de afdekkap 3, zoals in het bijzonder 15 uit het bovenste deel van fig. 1 blijkt, inwendige consolevormige draagelementen 20 bezit.
De drager 2 voor de elektrische contactdelen kan verschillende vormen hebben. In het beschreven uitvoeringsvoorbeeld betreft het een drager 2 die omwille van een universele toepasbaarheid in een niet 20 weergegeven voetdeel en in het weergegeven, het voetdeel omsluitende en met het voetdeel losneembaar verbindbaar bovendeel is gegroepeerd. De arreteerelementen 6, 7 voor het verbinden van de drager 2 met de basisplaat 1 bevinden zich hierbij op het bovendeel, dat bijgevolg in het uitvoeringsvoorbeeld - zonder een tot nu toe nadere differentiëring - als representa-25 tief voor de gehele drager 2 geldt. De afzonderlijke, op de tekening weergegeven elementen van het bovendeel, zoals houdbeugels en losmaakorga-nen voor het voetdeel, opneemboringen voor schakel bruggen of dergelijke, openingen voor het toevoeren van leidingen enz. die als geheel tot nu toe eenvoudig samenvattend als elektrische contactdelen zijn aangeduid, worden 30 hier niet nader beschreven omdat voor het elektrische installatie-apparaat volgens de uitvinding principieel ook andere binnen het beschermingsgebied van de uitvinding vallende uitvoeringsvormen, zoals bijvoorbeeld met stekercontactinrichtingen mogelijk zijn, op grond waarvan een desbetreffende andere configuratie van de elektrische contactdelen op de drager 2 35 ontstaat.
1005886 8
De basisplaat 1 bezit in het midden een ronde opening 21 voor kabel voering en telkens in de hoekgebieden langsgaten 22 voor wandbevestiging. Zijdelings van deze vier langsgaten 22 en in wezen evenwijdig met de langsrichting hiervan, zijn in de richting naar de rand 5 van de basisplaat 1 toe gelegen uitstekende delen 23 verschaft, die voor het positioneren en het centreren van de afdekkap 3 dienen. Vier verdere uitstekende delen 24 bevinden zich - telkens diametraal tegenoverliggend -rond de opening 21 voor kabel voering. Deze uitstekende delen 24 dienen voor het positioneren en het centreren van een voetdeel van de drager 2, 10 dat speciaal voor een contactdoos is uitgevoerd. Vier nog verdere uitstekende delen 25, die eveneens - telkens diametraal tegenover elkaar liggend - rond de opening 21 voor kabel voering gerangschikt, echter hoger dan de uitstekende delen 24 voor een contactdoos-voetdeel van de drager zijn uitgevoerd, dienen als steun voor een schakelaar-voetdeel van de 15 drager 2. Op deze uitstekende delen 25 komt een voetdeel van de drager 2 voor een schakelaar tot aanslag, waardoor zijdelings tuimelen of kantelen van het voetdeel wordt verhinderd.
Fig. 2 toont verder dat de arreteerelementen 4, 5 op de basisplaat 1 een bijzondere uitvoeringsvorm bezitten, welke het mogelijk 20 maakt om zodanig met de afdekkap 3 samen te werken, dat bij geplaatste afdekkap 3 een aanvullende fixatie van de arreteerelementen 4, 5 optreedt. De arreteerelementen 4, 5 bezitten respectievelijk op de van hun respectieve snaprichting A, B afgekeerde zijde, die telkens naar een wand 26 van de afdekkap 3 is toegekeerd, een aanzetstuk 27. Dit aanzetstuk 27 25 komt bij het plaatsen van de afdekkap 3 tot aanslag met de wand 26 van de afdekkap 3. Hierdoor is voor de arreteerelementen 4, 5 na het plaatsen van de afdekkap 3 geen ten opzichte van de snaprichtingen A, B tegengestelde beweging meer mogelijk, op grond waarvan de snapverbinding 4, 6; 5, 7 zou kunnen worden verbroken. Dit type fixatie laat zeer hoge houdkrachten 30 toe hetgeen in het bijzonder dan van belang is, wanneer het elektrische installatie-apparaat volgens de uitvinding als contactdoos is uitgevoerd. Bij het trekken van een, in een dergelijke doos gestoken steker kunnen op deze wijze aanzienlijke trekkrachten worden opgenomen.
Sterk vergrote weergaven van een arreteerelement 4 35 (respectievelijk 5) tonen de figuren 3a en 3b. De boven beschreven opbouw van de arreteerelementen 4, 5 met de arreteerneuzen 8, 9, de aanligvlakken
S U o ^ O O
9 10 voor de snapverbinding 4, 6; 5, 7 met de drager 2, met de zijvlakken 18, die samen met de zich op de drager 2 bevindende wanden 19 als verschuivingsbeveiliging werken, en met de aanslag 7 voor het aanvullend fixeren van de snapverbinding 4, 6; 5, 7 door middel van de afdekkap 3 5 zijn hieruit duidelijk te zien. De arreteerelementen 4, 5 zijn daarbij als geheel met de basisplaat 1 verbonden.
Verder kan worden gezien dat de arreteerelementen 4, 5 een opbouw bezitten, die vervaardigingstechnisch optimaal overeenkomt met een, met de basisplaat 1 geïntegreerde vervaardiging als één 10 kunststofvormdeel. De arreteerneuzen 8, 9 van de arreteerelementen 4, 5 en het aanzetstuk 27 bevinden zich op een brugstuk 28, dat een in de basisplaat 1 aangebrachte opening 29 aan beide zijden overbrugt. Onder het brugstuk 28 bezitten de arreteerelementen 4, 5 eveneens een opening 30 die evenwijdig met de basisplaat 1 loopt. Het brugstuk 28 is aan beide 15 zijden van de respectieve opening 30 van de arreteerelementen 4, 5 ter versteviging van verstijvingsribben 31 voorzien. Deze verstijvingsribben 31 lopen in de montagetoestand van het elektrisch installatie-apparaat volgens de uitvinding in de richting naar de wand 26 van de afdekkap 3. Twee verdere verstijvingsribben 32 lopen bij het brugdeel 28 onder een 20 rechte hoek ten opzichte van de versti jvingsribben 20 - in montagetoestand evenwijdig aan de wand 30 van de afdekkap 3. Alle verstijvingsribben 31, 32 nemen qua breedte vanaf de basisplaat 1 naar de punt toe continu af. Deze opbouw van de arreteerelementen 4, 5 garandeert enerzijds een goede malvormbaarheid bij de vervaardiging en anderzijds een hoge stabiliteit 25 en elasticiteit van de verend uitgevoerde arreteerelementen 4, 5.
De uitvinding is niet beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar omvat ook alle in de zin van de uitvinding op dezelfde wijze werkende uitvoeringsvormen, bijvoorbeeld uitvoeringsvormen zoals beschreven in het Duitse Gebruiksmodelschrift DE 296 10 554 UI. Er 30 kunnen bijvoorbeeld ook arreteerelementen met arreteerneuzen op de drager 2 en de bijbehorende complementen op de basisplaat 1 worden verschaft. Eveneens kunnen de beschreven verdraaiingsbeveiligingen 18, 19 op andere wijze, bijvoorbeeld als uitstekende delen op de basisplaat 1 en met in de drager 2 aanwezige corresponderende openingen zijn uitgevoerd.
35 Verder kan de vakman aanvullend maatregelen voor een voordelige uitvoeringsvorm van het elektrische installatie-apparaat !Üw 10 aanbrengen. Zo kunnen er, zoals de figuren 1 en 2 tonen, op de drager 2 in de telkens twee loodrecht van de zijden 16, 17 gelegen wanden 19 arreteeruitsparingen 33 voor arreteermiddelen gevormd zijn, die in het gebied van een in het inwendige van de afdekkap 3 aan de wanden 26 5 uitstekende flens 34 zijn gerangschikt. Via deze arreteermiddelen en arreteeruitsparingen 33 kunnen de drager 2 en de afdekkap 3 onderling worden gearreteerd.
Anderzijds maakt een respectievel ijk in de arreteerneu-zen 8, 9 van de arreteerelementen 4, 5 aangebrachte uitsparing 35 (fig. 10 3b) het gemakkelijk toepassen van schroeven toe, die in ringvormige schijfvormige uitsparingen 36 van de basisplaat 1 kunnen worden bevestigd.
Verwiizinqsciifers 1 Basisplaat 15 2 Drager (bovendeel) 3 Afdekkap 4 Arreteerelement op 1 5 Arreteerelement op 1 6 Arreteerelement op 2 20 7 Arreteerelement op 2 8 Arreteerneus van 4 9 Arreteerneus van 5 10 Aanligvlakken van 4, 5 13 Aanligvlakken van 6, 7 25 14 Zijde van 2 15 Zijde van 2, tegenoverliggend aan 14 16 Zijde van 2, aangrenzende zijde van 14, 15 17 Zijde van 2, tegenoverliggend aan 16 18 Zijvlakken van 4, 5 30 19 Wanden op 16, 17 20 Draagelement van 3 21 Opening in 1 voor kabelvoering 22 Langsgat in 1 voor wandbevestiging 23 Uitstekende delen op 1 voor het positioneren 35 van 3 i 1005886 11 24 Uitstekende delen op 1 voor het positioneren van 2 (contactdoos) 25 Uitstekende delen op 1 voor het steunen van 2 (schakelaar) 5 26 Wand van 3 27 Aanzetstuk op 4, 5 28 Brugdeel van 4, 5 29 Opening in 1 30 Opening in 4, 5 10 31 Verstijvingsribben van 4, 5 32 Verstijvingsribben van 4, 5 33 Arreteeruitsparing in 19 34 Flens bij 26 in het inwendige van 3 35 Uitsparing in 8, 9 15 36 Schroefopname op 1 A Snaprichting van 4 B Snaprichting van 5 100·.· .
Claims (17)
1. Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage, met een basisplaat en een met de basisplaat verbindbare 5 drager voor elektrische contactdelen, alsmede een met de basisplaat en/of de drager verbindbare afdekkap, waarbij de drager via een door zijn vorm en/of onder kracht sluitende snapverbinding met de basisplaat kan worden bevestigd, waarbij de basisplaat voor het vormen van de door zijn vorm en/of onder kracht sluitende snapverbinding paarsgewijze in hun 10 snaprichtingen onderl ing tegenoverliggende verende arreteerelementen bezit die bij het arreteren in hun respectieve snaprichtingen tegengesteld ten opzichte van elkaar bewegen en dat op de drager complementaire arreteerelementen zijn gerangschikt, met het kenmerk, dat de arreteerelementen (4, 5. op de basisplaat (1) zodanig zijn uitgevoerd, dat bij geplaatste 15 afdekkap (3) een beveiliging van de arreteerelementen (4, 5) tegen beweging tegengesteld aan hun snaprichting (A, B) plaatsvindt.
2. Elektrisch installatie-apparaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de arreteerelementen (4, 5) respectievelijk op de van hun respectieve snaprichting (A, B) afgekeerde en een naar de wand 20 (26) van de afdekkap (3) toegekeerde zijde een aanzetstuk (27) bezitten dat bij het plaatsen van de afdekkap (3) tegen de wand (26) van de afdekkap (3) tot aanslag komt.
3. Elektrisch installatie-apparaat volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de zich op de basisplaat (1) bevindende 25 arreteerelementen (4, 5) naar elkaar toegekeerde arreteerneuzen (8, 9) bezitten, waarbij telkens een op de arreteerneuzen (8, 9) van de basisplaat (1) gevormd aanligvlak (10) in de snaprichting (4, 6; 5, 7) tegen een aanligvlak (13) op het complementaire, op de drager (2) gerangschikte arreteerelement (6, 7) ligt.
4. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 3, met het kenmerk, dat de arreteerelementen (6, 7) van de drager (2) uitstekende delen zijn, welke zich aan ten minste twee telkens tegenoverliggende zijden (16, 17) van de drager (2) bevinden.
5. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer 35 van de conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk, dat de zich op de 1005886 basisplaat (1) bevindende arreteerelementen (4, 5) loodrecht op de basisplaat (1) staan.
6. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 3 tot en met 5, met het kenmerk, dat het aanligvlak (10) 5 van een arreteerelement (4, 5) van de basisplaat (1) zich in wezen haaks op zijn langsas uitstrekt.
7. Elektrisch instal 1atie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 6, met het kenmerk, dat op de drager (2) een paar onderling tegenoverliggende arreteerelementen (6, 7) is verschaft, 10 dat in het midden is gerangschikt.
8. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 7, met het kenmerk, dat voor de basisplaat (1) en de drager (2) ten minste één verschuivingsbeveiliging (4, 6; 5, 7; 18, 19) is verschaft, die bij een met de basisplaat (1) verbonden drager 15 (2) een zijdelingse onderlinge beweging van de basisplaat (1) en de drager (2) door zijn vorm verhindert.
9. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 8, met het kenmerk, dat ten minste één verschuivingsbeveil iging (18, 19) die bij een met de basisplaat (1) 20 verbonden drager (2) een zijdelingse onderlinge beweging van de basisplaat (1) en de drager (2) door zijn vorm verhindert, door zijvlakken (18) van de arreteerelementen (4, 5) en door telkens twee verticaal van zijden (16, 17) van de drager (2) gelegen wanden (19) is gevormd, waarbij bij een met de basisplaat (1) verbonden drager (2) de zijvlakken (18) van de 25 arreteerelementen (4, 5) tegen de wanden (19) van de drager (2) liggen.
10. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 9, met het kenmerk, dat de drager (2) voor de elektrische contactdelen in een voetdeel en in een het voetdeel omvattend, met het voetdeel losneembaar verbindbaar bovendeel is 30 gerangschikt, waarbij de arreteerelementen (6, 7) voor het verbinden van de drager (2) met de basisplaat (1) zich op het bovendeel bevinden.
11. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 10, met het kenmerk, dat de basisplaat (1) bij voorkeur in het midden een ronde opening (21) voor kabel voering en/of 35 respectievelijk bij voorkeur in het hoekgebied (4) langsgaten (22) voor wandbevestiging bezit. 1005886
12. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 11, met het kenmerk, dat de basisplaat (1) bij voorkeur vier, bij voorkeur aan de randen in het hoekgebied aangebrachte uitstekende delen (23) voor het positioneren en het centreren 5 van de afdekkap (3) bezit.
13. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 12, met het kenmerk, dat de basisplaat (1) bij voorkeur vier, bij voorkeur telkens onderling diametraal tegenoverliggend rondom de opening (21) voor kabelvoering gerangschikte uitstekende 10 delen (24) voor het positioneren en het centreren van een voetdeel van een drager (2) bezit, dat speciaal voor een contactdoos is uitgevoerd.
14. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 13, met het kenmerk, dat de basisplaat (1) bij voorkeur vier, bij voorkeur telkens onderling diametraal tegenoverlig- 15 gend rondom de opening (21) voor kabelvoering gerangschikte uitstekende delen (25) voor het steunen van een voetdeel van een drager (2) bezit, dat speciaal voor een schakelaar is uitgevoerd.
15. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 14, met het kenmerk, dat de arreteerelemen- 20 ten (4, 5) met de basisplaat (1) als een geïntegreerd kunststofvormdeel zijn uitgevoerd.
16. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 15, met het kenmerk, dat de arreteerneuzen (8, 9) en/of het aanzetstuk (27) van de arreteerelementen (4, 5) op een 25 brugdeel (28) zijn geplaatst, dat een zich in de basisplaat (1) bevindende opening (29) en een in het onderste gebied van de arreteerelementen (4, 5. bevindende opening (30) aan beide zijden overbrugt.
17. Elektrisch installatie-apparaat volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 16, met het kenmerk, dat de arreteerelemen- 30 ten (4, 5) zijdelings verstijvingsribben (31, 32) bezitten. 1005886
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE29607386 | 1996-04-24 | ||
DE29607386 | 1996-04-24 | ||
DE29610554 | 1996-06-15 | ||
DE29610554U DE29610554U1 (de) | 1996-04-24 | 1996-06-15 | Elektrisches Installationsgerät insbesondere zur Aufputz-Montage |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1005886A1 NL1005886A1 (nl) | 1997-10-28 |
NL1005886C2 true NL1005886C2 (nl) | 1998-12-16 |
Family
ID=26058898
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1005886A NL1005886C2 (nl) | 1996-04-24 | 1997-04-23 | Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
DE (1) | DE19716906A1 (nl) |
NL (1) | NL1005886C2 (nl) |
Families Citing this family (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
IT1302272B1 (it) * | 1998-09-25 | 2000-09-05 | Vimar Srl | Sistema di aggancio di frutti elettrici in un telaio di supporto |
EP1422800B1 (de) * | 2002-11-25 | 2008-04-16 | Agro Ag | Geräteträger zur Befestigung von Geräten auf eine aussen oder innen isolierte Gebäudefassade oder Gebäudemauer |
ITMI20030540U1 (it) * | 2003-11-20 | 2005-05-21 | Canalplast S P A | Dispositivo di supporto particolarmente per dispositivi elettrici quali interuttori e simili |
EP2067223B1 (en) * | 2006-09-29 | 2017-06-21 | GEWISS S.p.A. | Modular electrical device, particularly for switches, sockets and other electrical components to be applied to a wall |
FR2917907B1 (fr) * | 2007-06-20 | 2009-11-27 | Legrand France | Appareillage electrique resistant aux chocs en face avant |
DE102007029247B3 (de) * | 2007-06-25 | 2009-01-08 | Abb Ag | Gerätesockel eines Installationsgerätes zur Aufnahme von elektrischen Kontaktteilen |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2943112A1 (de) * | 1979-10-25 | 1981-05-07 | Brown, Boveri & Cie Ag, 6800 Mannheim | Befestigungssockel zur befestigung eines elektrischen schaltgeraetes oder dergleichen auf einer montageflaeche |
DE4332702A1 (de) * | 1993-09-25 | 1995-03-30 | Spelsberg Guenther Gmbh Co Kg | Installationsdose für elektrische Installationsgeräte |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE8708124U1 (de) * | 1987-06-09 | 1987-08-06 | BTR Blumberger Telefon- und Relaisbau Albert Metz, 78176 Blumberg | Anschlußdose für eine Fernsprecheinrichtung |
DE9113317U1 (de) * | 1991-10-26 | 1992-01-02 | Quante AG, 5600 Wuppertal | Anschlußdose für elektrische Leiter von Kabeln und/oder Schnüren der Telekommunikationstechnik |
-
1997
- 1997-04-22 DE DE19716906A patent/DE19716906A1/de not_active Withdrawn
- 1997-04-23 NL NL1005886A patent/NL1005886C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2943112A1 (de) * | 1979-10-25 | 1981-05-07 | Brown, Boveri & Cie Ag, 6800 Mannheim | Befestigungssockel zur befestigung eines elektrischen schaltgeraetes oder dergleichen auf einer montageflaeche |
DE4332702A1 (de) * | 1993-09-25 | 1995-03-30 | Spelsberg Guenther Gmbh Co Kg | Installationsdose für elektrische Installationsgeräte |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL1005886A1 (nl) | 1997-10-28 |
DE19716906A1 (de) | 1997-12-11 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US6384336B1 (en) | Device bracket | |
EP1596471A1 (en) | Terminal arrangement of electrical apparatus | |
KR101148123B1 (ko) | 베이스 플레이트 및 고정부재로 구성된 조립체 유닛을구비한 버스 바 시스템 | |
JP6258894B2 (ja) | 電子部品ユニット | |
NL1005886C2 (nl) | Elektrisch installatie-apparaat in het bijzonder voor opbouwmontage. | |
JP6004189B2 (ja) | 電気接続箱 | |
US6410851B1 (en) | Mounting system for electrical wiring boxes | |
US11575226B2 (en) | Pass-through plug | |
US5006076A (en) | Bladed meter socket cover | |
US8092237B2 (en) | Electrical connection bar and adapted connection device | |
RU2754816C2 (ru) | Накладной элемент и накладная пластина для настенных модульных электрических приборов | |
CN110959237B (zh) | 用于壁装模块化电气设备的盖板和部件组 | |
CN112186676B (zh) | 具有盲装特征的配电箱组件 | |
AU677737B2 (en) | Multisocket module for socket outlets | |
CN105810525A (zh) | 脱扣器空程调节装置 | |
JPH11330717A (ja) | 箱型電装部品の取付構造 | |
US10003181B2 (en) | Modular cover plates | |
US20220285878A1 (en) | Plug connector housing for two contact carriers | |
JP3580784B2 (ja) | 固定ねじアップ端子台 | |
JP3566160B2 (ja) | 配線ダクトと配線器具収容体との取付構造 | |
KR100371074B1 (ko) | 전자 장치 및 설비 수납체 | |
JP3951161B2 (ja) | 電磁接触器の充電部保護カバー | |
KR200209709Y1 (ko) | 휴즈홀더 고정대 | |
KR200248263Y1 (ko) | 배전함용 계량기 고정판의 고정구조 | |
GB2264815A (en) | Mounting electrical or other accessories |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
AD1A | A request for search or an international type search has been filed | ||
RD2N | Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report) |
Effective date: 19980818 |
|
RD2N | Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report) |
Effective date: 19980925 |
|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20031101 |