NL1003393C2 - Connection box for a data network. - Google Patents

Description

Aansluitdoos voor een datanetwerk.Connection box for a data network.

De uitvinding heeft betrekking op een aansluitdoos voor een datanetwerk voorzien van: een huis en een daarin gelegerde schakelplatine, die tenminste één insteekbus 5 draagt? met een centrale plaat die is voorzien van een evenwijdig met een flensvlak lopend oplegvlak en die tenminste een deel van het huis in het gebied van het flensvlak overdekt en is voorzien van tenminste één insteekope-ning waardoor heen een stekker kan worden gestoken in de 10 daaronder liggende insteekopening van de door de centrale plaat overdekte insteekbus.The invention relates to a junction box for a data network comprising: a housing and a switch plate mounted therein, which carries at least one plug-in socket 5. with a central plate provided with a parallel surface running parallel to a flange surface and covering at least part of the housing in the area of the flange surface and provided with at least one plug-in opening through which a plug can be inserted in the 10 below horizontal insertion opening of the insertion sleeve covered by the central plate.

In DE 32 39 063 C2 is bijvoorbeeld een gebruikelijke aansluitdoos beschreven. De schakelplatine dient als drager voor tenminste één insteekbus en voor het elektrisch ver-15 binden daarvan met de leidingen. Van belang bij deze of soortgelijke constructies is de bedrijfsmatig starre verbinding van het huis van de doos en de schakelplatine. De centrale plaat - zo genoemd daar zij tenminste het centrale insteekgebied overdekt - kan zijn uitgevoerd als een meer 20 of minder groot plaatelement en met een meer of minder grote dikte en wel tot aan een kapvormig gewelfd deel. Soms wordt tussen het huis en de centrale plaat een aanvullende afdekplaat toegepast, zoals dit bijvoorbeeld is getoond in fig. 6 van DE 90 00 754 UI. Het gevolg is, dat de afstand 25 tussen de bovenzijde van de centrale plaat en de schakelplatine al naar deze variabelen ook verschillend uitvalt. Wanneer de insteekopening van de insteekbus haaks op het flensvlak staat dan kan uit de verschillende imbouwomstan-digheden een verschillende insteekdiepte van de stekker 30 resulteren. Wanneer de stekker mechanisch in de insteekbus moet worden gearreteerd dan kan bij een verkleinde insteekdiepte deze arretering niet meer zijn gewaarborgd. Daardoor kan dan de data-verbinding ongewild worden onderbroken. In veel gevallen maakt de insteekrichting een hoek met het 35 flensvlak. Wanneer hierbij de hoogte - dan wel dikte - van de centrale plaat of de stand hiervan ten opzichte van de schakelplatine niet nauwkeurig overeenkomstig de constructieve opgave kan worden aangehouden, dan ligt de insteek- 1003393 2 opening van de centrale plaat niet meer op de juiste wijze in lijn met de insteekopening van de insteekbus. Het is dan moeilijk, zo niet onmogelijk, de stekker op de juiste wijze in de insteekbus te steken.DE 32 39 063 C2, for example, describes a conventional junction box. The switching board serves as a support for at least one plug-in socket and for electrically connecting it to the lines. Important in these or similar constructions is the commercially rigid connection of the housing of the box and the switch board. The central plate - so called since it covers at least the central insertion area - can be designed as a plate element of more or less size and of a greater or lesser thickness, up to a cap-shaped curved part. Sometimes an additional cover plate is used between the housing and the central plate, as shown, for example, in Fig. 6 of DE 90 00 754 UI. As a result, the distance between the top side of the central plate and the switching board is also different depending on these variables. If the insertion opening of the insertion socket is perpendicular to the flange surface, a different insertion depth of the plug 30 may result from the different mounting conditions. If the plug has to be locked mechanically in the plug-in socket, this locking can no longer be guaranteed with a reduced plug-in depth. The data connection can then be interrupted unintentionally. In many cases the insertion direction makes an angle with the flange surface. If the height - or thickness - of the central plate or its position relative to the switching board cannot be accurately maintained in accordance with the constructional specification, the insertion opening of the central plate is no longer correctly positioned. in line with the insertion opening of the plug-in socket. It is then difficult, if not impossible, to insert the plug correctly into the socket.

5 Bijzonder veel variaties zijn mogelijk bij het afdek- programma in samenhang met geprofileerde kabelkanalen, die momenteel in twee standaard-doorsneden worden toegepast, maar naar de ruimte toe, in het flensvlak, door verschillende afdekplaten en afdeklijsten worden afgesloten. Daar 10 in dergelijke kabelkanalen zowel sterkstroomdozen, tele-foondozen als computer-aansluitdozen worden geïnstalleerd, wordt getracht hierbij zoveel mogelijk een uniform ontwerp aan te houden. Dit gebeurt dan van de zijde van de data-netwerk-aansluitdoos door middel van een systeem-afhanke-15 lijke afdekplaat onder de centrale plaat. De gebruikelijke uitvoering van de aansluitdozen beperkt de aanpassing en vereist kostbare variaties in de dozen.5 A great many variations are possible with the cover program in connection with profiled cable ducts, which are currently used in two standard cross sections, but are closed off to the room, in the flange surface, by different cover plates and cover strips. Since in such cable channels, high-current boxes, telephone boxes and computer connection boxes are installed, an attempt is made to maintain a uniform design as much as possible. This is then done from the side of the data network junction box by means of a system-dependent cover plate under the central plate. Conventional junction box design limits customization and requires costly variations in the boxes.

Het doel van de uitvinding is nu een aansluitdoos van het boven beschreven type te verschaffen die een eenvoudige 20 aanpassing op verschillende inbouw-omstandigheden waarborgt bij een betrouwbare insteekfunctie.The object of the invention is now to provide a junction box of the type described above which ensures a simple adaptation to different installation conditions with a reliable plug-in function.

Volgens de uitvinding wordt dit nu bereikt, doordat de centrale plaat mechanisch star verbonden is met de schakel-platine en beide gemeenschappelijk beweegbaar ten opzichte 25 van het huis en in een richting haaks op het flensvlak zijn gelegerd.According to the invention this is now achieved in that the central plate is mechanically rigidly connected to the switch board and both are movable jointly relative to the housing and are mounted in a direction perpendicular to the flange surface.

Doordat nu de centrale plaat onveranderlijk ten opzichte van de schakelplatine blijft gericht, wordt ook de richting van de insteekbus ten opzichte van de insteekope-30 ning niet beïnvloed door de verandering van de relatieve stand tussen het huis - dat vast in of op een wand wordt bevestigd - en de schakelplatine.Since the central plate now remains fixed invariably with respect to the switching board, the direction of the plug-in socket relative to the plug-in opening is also not affected by the change of the relative position between the housing - which becomes fixed in or on a wall attached - and the switchboard.

Daarbij kan de centrale plaat door een stelschroef aktief in de richting naar het huis toe worden vastgeklemd. 35 Dit levert een bevestiging van de centrale plaat op zoals deze tot nu toe gebruikelijk was en vereist dus geen omschakeling in het denken bij de montage. Ook is deze vast-klemming zeer stabiel.The central plate can be actively clamped in the direction towards the housing by means of an adjusting screw. 35 This provides a fixation of the central plate as it has been customary until now and therefore does not require any thinking change during assembly. This clamping is also very stable.

Aan het huis kan een pen worden aangebracht, die haaks 1003393 3 op het flensvlak staat en naar de centrale plaat is toe gericht en waarin een haaks op het flensvlak gerichte boring is aangebracht voor het opnemen van de schacht van de stelschroef, waarvan de schroefkop tegen de centrale plaat 5 aan kan liggen. Hierdoor wordt een gunstige plaatsing van de draadboring verkregen.A pin can be fitted to the housing, which is perpendicular to the flange surface 1003393 3 and which faces the central plate, and in which a bore directed perpendicular to the flange surface is provided for receiving the shank of the adjusting screw, the screw head of which the central plate 5 can be on. This provides a favorable placement of the threaded bore.

Hierbij kan verder de pen steken in een vanaf het oplegvlak haaks in de centrale plaat lopend verdiept deel, waarbij de pen haaks op het flensvlak glijdend in dit 10 verdiepte deel wordt geleid op de wijze van het cilinder-zuiger-principe. Hierdoor wordt gelijktijdig de stand van de centrale plaat ten opzichte van het huis verkregen. Deze geleiding neemt geen plaats in onder het flensvlak waar meestal weinig plaats beschikbaar is.The pin can further protrude into a recessed part running at right angles to the central plate, the pin being guided at right angles to the flange surface in this recessed part in the manner of the cylinder-piston principle. The position of the central plate relative to the housing is hereby simultaneously obtained. This guide does not take up any space under the flange surface where there is usually little space available.

15 Volgens een uitwerking van de uitvinding bezit het huis een naar het flensvlak toe open schacht, waarin de schakelplatine is aangebracht en staat het platinevlak van de schakelplatine haaks op het flensvlak. Hierdoor kan de kabel op gunstiger wijze worden aangesloten.According to an elaboration of the invention, the housing has a shaft open towards the flange surface, in which the circuit board is arranged and the platinum surface of the circuit board is perpendicular to the flange surface. This allows the cable to be connected more favorably.

20 De schakelplatine kan met een uit de schacht stekend deel in de kapvormig uitgevoerde centrale plaat steken en in de insteekstand ten opzichte van de centrale plaat worden gefixeerd. Hierdoor zal onder het flensvlak slechts weinig plaats in beslag worden genomen.The switching plate can be inserted into the central plate with a part protruding from the shaft into the cap-shaped central plate and fixed in the insertion position relative to the central plate. As a result, little space will be required under the flange surface.

25 Volgens een doelmatige uitvoeringsvorm kan de fixatie worden verkregen door middel van een snapverbinding.According to an effective embodiment, the fixation can be obtained by means of a snap connection.

Twee tegenover elkaar liggende onderling evenwijdig lopende randdelen van de schakelplatine kunnen worden geleid in haaks op het flensvlak lopende, tegenover elkaar 30 liggende geleidingsgroeven in de zijwanden van het huis die de schacht begrenzen. Door deze geleiding wordt een stabiele stand tegen kantelen verkregen en tevens een geleiding in het gebied van de normaler wijze kortere pen.Two opposing mutually parallel edge portions of the switch board may be guided in opposing guide grooves running perpendicular to the flange face in the side walls of the housing defining the shaft. This guide provides a stable position against tipping and also guides in the region of the normally shorter pin.

Een bijzonder overzichtelijke en eenvoudige samenbouw 35 wordt verkregen doordat twee tegenover elkaar liggende, onderling evenwijdig lopende, randdelen van het gebied glijdend zijn geleid in haaks op het flensvlak lopende, tegenover elkaar liggende geleidingsgroeven van een in-steekkanaal van de centrale plaat.A particularly clear and simple assembly 35 is obtained in that two opposite, mutually parallel, edge parts of the region are slidably guided in opposite guiding grooves of an insert channel of the central plate running at right angles to the flange plane.

1003393 41003393 4

Voor het verzekeren van de signaal-zekerheid en de overdrachts-kwaliteit kan er in worden voorzien, dat een eerste vlakke zijde van de schakelplatine is aangebracht op een geringe afstand van een nagenoeg evenwijdig er aan 5 lopende eerste binnenwand van de schacht van het metallische huis. Daarbij kan de metallische pen in het verlengde van de eerste binnenwand van de schacht zijn voorzien van een vlakke zijflank, die op geringe afstand van het, in de centrale plaat stekende deel van de eerste vlakke zijde van 10 de schakelplatine is aangebracht en een belangrijk deel van het vlak van dit deel afschermend overdekt.To ensure signal certainty and transmission quality, it may be provided that a first flat side of the switch board is provided a short distance from a substantially parallel first inner wall of the shaft of the metallic housing . In the extension of the first inner wall of the shaft, the metallic pin can herein be provided with a flat side flank, which is arranged at a small distance from the part of the first flat side of the switching plate inserting into the central plate and an important part shielded from the plane of this part.

De insteekbus kan ruimtelijk gunstig worden verankerd doordat deze vanaf de tweede vlakke zijde van het in de centrale plaat stekende deel van de schakelplatine afste-15 kend elektrisch met de geleidingsbanen van de schakelplatine is verbonden en elektrisch isolerend wordt omvat door de kapvormig daarover heen grijpende centrale plaat.The plug-in sleeve can be anchored in a spatially favorable manner because it is electrically connected to the guide tracks of the switching platform projecting from the second flat side of the part of the switching plate protruding into the central plate and is electrically insulating by the cap-like center-engaging over there plate.

De relatieve beweeglijkheid tussen het huis en de centrale plaat brengt met zich mee, dat delen van de schakel-20 platine meer of minder ver uit het afschermende huis kunnen steken. Hierbij kan een voldoende afscherming bij alle in aanmerking komende relatieve standen worden bereikt, doordat op de tweede vlakke zijde van de schakelplatine, direct in aansluiting op de insteekbus een metallische afscherm-25 beugel is aangebracht die de opening van de schacht bij alle bedrijfsmatige relatieve standen tussen de centrale plaat en het huis elektrisch afschermend sluit.The relative mobility between the housing and the central plate implies that parts of the switch board can protrude more or less far from the shielding housing. Sufficient shielding can be achieved here at all eligible relative positions, because a metallic shielding bracket is arranged on the second flat side of the switching platform, directly after the plug-in sleeve, which opening the shaft at all operating relative positions. electrically shielded between the central plate and the housing.

Een massaverbinding met het huis kan zonder extra kabelverbinding worden gewaarborgd doordat in het huis ten 30 minste één kontaktlamel is aangebracht die elektrisch geleidend met het huis is verbonden en tegen een, een elektrische massapotentiaal geleidende, geleidingsbaan van de schakelplatine aanligt voor het tot stand brengen van kontakt bij alle bedrijfsmatige relatieve standen tussen de 35 centrale plaat en het huis.A ground connection to the housing can be ensured without an additional cable connection, because at least one contact lamella is provided in the housing, which is electrically conductively connected to the housing and abuts against a conducting path of the switching circuit, which is electrically potential-conducting, in order to create contact at all commercial relative positions between the central plate and the housing.

Verder kan er in worden voorzien, dat het huis aan het van de aansluitflens afgekeerde gebied is voorzien van een uitsparing, waardoorheen een kabel kan worden geleid, waarbij de centrale hartlijn van het einddeel van de kabel, 1003393 5 haaks op het flensvlak gericht, vast ten opzichte van de schakelplatine is bevestigd. Hierdoor is een de kabel sparende ligging van de kabel mogelijk terwijl ook de mechanische belastingen op de kabel worden gereduceerd. Bij 5 een sterk afgebogen kabel zullen mechanische belastingen op de schakelplatine worden uitgeoefend. Deze aanbrenging van de kabel vermindert ook een kanteling van de ten opzichte van elkaar verschuifbare delen.Furthermore, it can be provided that the housing on the area remote from the connecting flange is provided with a recess through which a cable can be passed, wherein the central axis of the end part of the cable, oriented perpendicular to the flange surface, is fixed is attached to the switch board. This makes it possible for the cable to be spared in the cable position, while also reducing the mechanical loads on the cable. With a strongly bent cable, mechanical loads will be exerted on the switching board. This mounting of the cable also reduces tilting of the slidable parts.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand 10 van uitvoerings-voorbeelden getoond in de tekening, waarin:The invention is further elucidated on the basis of exemplary embodiments shown in the drawing, in which:

Fig. l een aanzicht toont op een aansluitdoos in een richting haaks op het flensvlak;Fig. 1 shows a view of a junction box in a direction perpendicular to the flange surface;

Fig. 2 een doorsnede toont volgens het vlak 2-2 van fig. 1; en 15 Fig. 3 een doorsnede toont overeenkomstig fig. 2 maar van een verdere variant.Fig. 2 shows a section according to plane 2-2 of FIG. 1; and FIG. 3 shows a section according to FIG. 2, but of a further variant.

Volgens de fig. 1 en 2 heeft een aansluitdoos een metallisch huis 11 met een in het algemeen cilindrische of rechthoekige vorm. Aan de bovenrand is volgens fig. 2 een 20 schijfvormige aansluitflens 12 aangebracht, waarvan het flensvlak 13 in de inbouwstand evenwijdig loopt aan een wandvlak 13, dat in fig. 2 wordt aangeduid door de met streeplijnen aangegeven onderkant van een afdekplaat 15. Bij dit wandvlak 14 kan het gaan om de wand van een gebouw 25 of om een aansluitwand van een geprofileerd kabelkanaal. De aansluitflens 12 kan zijn bevestigd op de buitenrand van een slechts schematisch aangeduide verzonken doos 16, in het inwendige waarvan het huis 11 steekt. Verdere details zijn niet getoond omdat het hierbij gaat om op zich bekende 30 onderdelen.According to Figures 1 and 2, a junction box has a metallic housing 11 of generally cylindrical or rectangular shape. According to Fig. 2, a disc-shaped connecting flange 12 is arranged at the top edge, the flange surface 13 of which, in the installation position, runs parallel to a wall surface 13, which is indicated in Fig. 2 by the underside of a cover plate 15, dotted lines. 14 it may be the wall of a building 25 or a connecting wall of a profiled cable duct. The connecting flange 12 can be mounted on the outer edge of a countersunk box 16, only schematically indicated, into the interior of which the housing 11 protrudes. Further details are not shown because these are parts known per se.

Het huis ll is op de wijze van een holle cilinder voorzien van een schacht 17, die naar het flensvlak 13 toe is voorzien van een opening 18 en bij het tegenover liggende einde van een kleine invoer-opening 19 waarvan het rand-35 deel is afgerond zodat een daar binnentredende kabel 20 bij het afbuigen niet wordt beschadigd. In de schacht 17 is een met zijn vlak haaks op het flensvlak 13 gerichte schakelplatine 21 verschuifbaar aangebracht. Daartoe zijn twee tegenover elkaar liggende, evenwijdig aan elkaar lopende 1003393 6 randdelen 22, 23 van de schakelplatine 21 met geringe speling glijdend opgenomen in haaks op het flensvlak 13 en tegenover elkaar staande geleidingsgroeven 24, 25 in de zijwanden 26, 27 van de schacht 17.The housing 11 is provided in the manner of a hollow cylinder with a shaft 17, which is provided with an opening 18 towards the flange surface 13 and at the opposite end of a small inlet opening 19 of which the edge-35 part is rounded. so that a cable 20 entering it is not damaged during deflection. In the shaft 17, a switching plate 21 with its plane at right angles to the flange surface 13 is slidably mounted. For this purpose, two opposite, parallel to each other 1003393 6 edge parts 22, 23 of the switching platform 21 are slidably received with a slight play in perpendicular to the flange face 13 and opposite guide grooves 24, 25 in the side walls 26, 27 of the shaft 17 .

5 Een deel - ongeveer een derde - van de schakelplatine 21 steekt uit de schacht 17 buiten het flensvlak 13 uit en steekt in een kapvormig uitgevoerde centrale plaat 28, waarvan in fig. 1, ter wille van de duidelijkheid slechts de omtrek is aangegeven. Daartoe heeft de centrale plaat 28 10 een haaks op het oplegvlak 29 gericht insteekkanaal 30, dat op niet in detail getoonde wijze tegenover elkaar liggende geleidingsgroeven bezit voor de tegenover elkaar liggende randdelen 31, 32 van dit deel van de schakelplatine 21. Zoals de stand van de randdelen 31, 3 2 in fig. 1 toont, is 15 het genoemde deel iets smaller dan het resterende deel van de schakelplatine 21. Ongeveer in het midden van het genoemde deel bevindt zich een uitsparing 33, waarin een, verend aan de centrale plaat 28 aangebracht, uitstekend deel 34 vergrendelend grijpt om daardoor de schakelplatine 20 21 onverschuifbaar aan de centrale plaat 28 vast te zetten. Het uitstekend deel 34 is aangebracht aan die zijde van een veertong 35, die ligt tegenover een haak 36. Door een sleuf 37 aan de bovenzijde van de centrale plaat 28 kan men een smalle pen achter de haak 36 brengen en daarmee de veertong 25 35 zo ver zijdelings weg buigen, dat de vergrendeling wordt opgeheven.A part - about a third - of the switching circuit 21 protrudes from the shaft 17 outside the flange surface 13 and protrudes into a cap-shaped central plate 28, of which in Fig. 1 only the circumference is shown for the sake of clarity. To this end, the central plate 28 10 has an insertion channel 30 oriented perpendicular to the bearing surface 29, which has opposing guide grooves for the opposite edge parts 31, 32 of this part of the switching platform 21, which are not shown in detail. the edge parts 31, 32 in Fig. 1, the said part is slightly narrower than the remaining part of the switching board 21. About in the middle of the said part is a recess 33, in which a resilient to the central plate 28, protruding part 34 lockingly engages so as to fix the switch plate 21 in an immovable manner to the central plate 28. The protruding part 34 is arranged on that side of a spring tongue 35, which is opposite a hook 36. Through a slot 37 at the top of the central plate 28, a narrow pin can be brought behind the hook 36 and thus the spring tongue 25 bend far to the side so that the lock is released.

In de figuren zijn, ter wille van de duidelijkheid, de aan de schakelplatine 21 aangebrachte elementen niet weergegeven. Het gaat hierbij om een aantal snijklemmen, via 30 welke de aders van de meeraderige kabel 20 met geleiders van de schakelplatine 21 worden verbonden. Deze lopen op hun beurt naar contact-laraellen van de insteekbus 38 waarvan in fig. 2 slechts de omtrekslijnen zijn aangegeven. Als insteekbus wordt bijvoorbeeld gebruik gemaakt van een 35 zogenaamde WESTERN-bus (van de firma Western-Electric) of van een IBM-bus. Meestal zijn twee van dergelijk insteek-bussen naast elkaar aangebracht. Een insteekbus 38 wordt naar buiten toe elektrisch isolerend door de uit kunststof bestaande centrale plaat 28 kapvormig omvat en slechts zijn 1003393 7 stekkeropening 39 is via een er mee in lijn liggende in-steekopening 41 in de voorwand 42 van de centrale plaat 28 toegankelijk.For the sake of clarity, the figures do not show the elements arranged on the switching platform 21. This concerns a number of cutting clamps, via 30 of which the cores of the multi-core cable 20 are connected to conductors of the switch board 21. These in turn run to contact plates of the insert bush 38, of which only the circumferential lines are shown in Fig. 2. As plug-in bus, a so-called WESTERN bus (from Western-Electric) or an IBM bus is used. Usually two such plug-in sockets are arranged side by side. A plug-in sleeve 38 is electrically insulating to the outside by the plastic central plate 28, which is hood-shaped, and only its plug opening 39 is accessible via an aligned plug-in opening 41 in the front wall 42 of the central plate 28.

Een eerste vlakke zijde 43 van de schakelplatine 21 is 5 op geringe afstand van een, er in hoofdzaak evenwijdig aan lopende, eerste binnenwand 44 van de schacht 17 aangebracht. Op de er tegenover liggende tweede vlakke zijde 45 bevinden zich de reeds genoemde onderdelen. Het huis 11 is voorzien van een pen 46, die haaks op het flensvlak 13 10 staat en loopt in de richting van de centrale plaat 28 en in een daar aangebracht verdiept deel 47 steekt. De pen 46 behoeft niet noodzakelijkerwijs in aanraking te zijn met de zijwand van het verdiepte deel 47. In de pen 46 bevindt zich een haaks op het flensvlak 13 staande draadboring 48, 15 waarin de draad 49 van een stelschroef 51 grijpt. De kop 52 van de schroef ligt aan tegen de centrale plaat 28 en is van buiten af toegankelijk.A first flat side 43 of the switching board 21 is arranged at a short distance from a first inner wall 44 of the shaft 17 running substantially parallel to it. The already mentioned parts are located on the opposite second flat side 45. The housing 11 is provided with a pin 46, which is perpendicular to the flange surface 10 and runs in the direction of the central plate 28 and protrudes into a recessed part 47 arranged there. The pin 46 need not necessarily be in contact with the side wall of the recessed portion 47. The pin 46 has a threaded bore 48, at right angles to the flange surface 13, into which the thread 49 of an adjusting screw 51 engages. The head 52 of the screw abuts the central plate 28 and is accessible from the outside.

De pen 46 heeft een vlakke zijflank 53, die als voortzetting van de eerste binnenwand 44 een aanmerkelijk deel 20 van het in de centrale plaat 28 stekende deel van de eerste vlakke zijde 43 van de schakelplatine 21 afschermend overdekt. Dit is gunstig daar de centrale plaat 28 zelf niet metallisch moet zijn. Een verder element voor de afscherming tegen elektromagnetische storende invloeden wordt 25 gevormd door een metallische afschermbeugel 54, die in fig. 1 niet is getoond en die zodanig op de schakelplatine 21 wordt geplaatst dat hij tezamen net de metallische inkapseling van de insteekbus 38 de opening 18 van de schacht 17 afschermend afsluit. Daarbij waarborgt een U-vormige kraag 30 55, die evenwijdig loopt aan de schachtwand, dat de opening 18 bij alle bedrijfsmatige relatieve standen tussen de centrale plaat 28 en het huis 11 elektrisch is afgeschermd.The pin 46 has a flat side flank 53, which, as a continuation of the first inner wall 44, covers a substantial part of the part of the first flat side 43 of the switching platform 21 projecting into the central plate 28. This is advantageous since the central plate 28 itself should not be metallic. A further element for shielding against electromagnetic interfering influences is formed by a metallic shielding bracket 54, which is not shown in Fig. 1, and which is placed on the switching platform 21 in such a way that together it forms the metallic encapsulation of the insert sleeve 38 of the shaft 17 in a shielding manner. A U-shaped collar 55, which runs parallel to the shaft wall, thereby ensures that the opening 18 is electrically shielded at all operating relative positions between the central plate 28 and the housing 11.

De kabel 20 wordt met zijn naar buiten omgeslagen afscherming tegen een op deze plaats vrijliggend afscherm-35 geleidingsvlak van de schakelplatine 21 vastgeklemd. In geval van een uit meer lagen bestaande schakelplatine bevinden de signaal-voerende geleiders zich tussen twee afscherm-geleidingsvlakken, waarvan het ene zich op de eerste vlakke zijde 43 bevindt. Daar wordt van een deel de 1003393 8 gebruikelijke beschermingslak verwijderd, zodat twee kon-takt-lamellen 56, 57, die elektrisch geleidend met het huis 11 zijn verbonden, onder het maken van kontakt tegen het afscb«Fift->g£<ifeidi<ngsvlak aanliggen bij alle bedrijfsmatige 5 Relatieve standen tusisèn de centrale plaat 28 en het huis 11. Er kan ook slechts één kontakt-lamel aanwezig zijn maar twee of meer lamellen vergroten de kans dat het huis 11 automatisch een elektrische massapotentiaal bezit.The cable 20 is clamped with its outwardly folded shield against a shielding guide surface of the switching platform 21 which is exposed at this location. In the case of a multilayer switching board, the signal carrying conductors are located between two shielding guide surfaces, one of which is on the first flat side 43. There, part of the 1003393 8 conventional protective varnish is removed, so that two contact lamellae 56, 57, which are electrically conductively connected to the housing 11, make contact with the scraper «Fift-> g £ <ifeidi < The contact surface must be in all operational positions between the central plate 28 and the housing 11. Only one contact plate can be present, but two or more plates increase the chance that the house 11 automatically has an electrical ground potential.

De montage wordt Óp die wijze voorbereid, dat het huis 10 11 in de wand of in het kabelkanaal wordt geïnstalleerd, waarbij ook de kabel 20 met de schakelplatine 21 elektrisch wordt verbonden. Daarbij wordt de schakelplatine 21 nog zonder centrale plaat 28 iets in de schacht 17 geschoven. Daarna vindt de zicht-afsluiting plaats. Zo wordt bijvoor-15 beeld de in fig. 2 aangegeven afdekplaat 15 los opgezet. Dan wordt de centrale plaat 28 op het naar buiten toe stekende deel van de schakelplatine 21 gestoken waarbij de snapvergrendeling insnapt. Daarop wordt de stelschroef 51 aangedraaid waardoor het oplegvlak 29 van de centrale plaat 20 28 tegen de bovenzijde van de afdekplaat 15 drukt en tenslotte de afdekplaat 15, tegen het wandvlak 14 aanliggend, vastklemt.The assembly is prepared in such a way that the housing 10 11 is installed in the wall or in the cable duct, the cable 20 also being electrically connected to the switching platform 21. The switching board 21 is then slid slightly into the shaft 17 without the central plate 28. Then the visual closure takes place. For example, the cover plate 15 shown in Fig. 2 is loosely mounted. Then, the central plate 28 is pushed onto the outwardly projecting part of the switch board 21, whereby the snap lock snaps in. The adjusting screw 51 is then tightened, so that the support surface 29 of the central plate 20 presses against the top side of the cover plate 15 and finally clamps the cover plate 15 against the wall surface 14.

Er kan echter ook tussen de centrale plaat 28 en de afdekplaat 15 nog een aanvullende afdekplaat 59 worden 25 aangebracht, zoals dit in fig. 2 met streeplijnen is aangegeven. In dit geval ligt het oplegvlak 29' in de eindstand op grotere afstand van het flensvlak 13. Gebleken is dat dergelijke afdek- en bedekkingssystemen goed kunnen worden beheerst wanneer het instelgebied ongeveer 5 mm bedraagt.However, an additional cover plate 59 can also be arranged between the central plate 28 and the cover plate 15, as indicated by dashed lines in Fig. 2. In this case, the bearing surface 29 'in the end position is at a greater distance from the flange surface 13. It has been found that such covering and covering systems can be well controlled when the adjustment area is approximately 5 mm.

30 Het uitvoerings-voorbeeld van fig. 3 maakt duidelijk, dat ook variaties mogelijk zijn. Bij dit voorbeeld loopt het vlak van de schakelplatine 61 evenwijdig aan het flensvlak 13. Dienovereenkomstig is de bevestiging van de schakelplatine 61 aan de centrale plaat 28 anders uitgevoerd, 35 bijvoorbeeld door middel van zijdelings omvattende snap-lijsten 63, 64. Daar hier de schakelplatine 61 niet als geleidings-element ter beschikking staat, glijdt de pen 65 op de wijze van het cilinder-zuiger-principe in het passend nauwer gemaakte verdiepte deel 66. Bij deze variant neemt 1003393 9 het huis 67 weliswaar minder hoogte in beslag maar wel meer breedte.The exemplary embodiment of Fig. 3 makes it clear that variations are also possible. In this example, the plane of the switching plate 61 runs parallel to the flange surface 13. Accordingly, the mounting of the switching plate 61 to the central plate 28 is different, for example by means of snap strips 63, 64 comprising laterally. Since here the switching plate 61 is not available as a guiding element, the pin 65 slides in the suitably narrowed recessed part 66 in the manner of the cylinder-piston principle. In this variant, 1003393 9 the housing 67 takes up less height but more width.

Wanneer in het voorgaande gesproken wordt over "haaks op het flensvlak" dan zal duidelijk zijn dat dit gezien 5 moet worden in het kader van de gebruikelijke toleranties. Ook kan het als uitgangsvlak dienende flensvlak zelf iets hellend staan ten opzichte van de wand van een ruimte.When talking about "perpendicular to the flange plane" in the foregoing, it will be clear that this must be seen in the context of the usual tolerances. Also, the flange surface serving as the starting surface may itself be slightly inclined with respect to the wall of a room.

Zoals getoond in fig. 2 wordt het einddeel van de kabel 20 haaks op het flensvlak 13 gericht aan de schakel-10 platine 21 bevestigd, wat in het bijzonder wordt vergemakkelijkt door de haakse stand van de schakelplatine 21. Daardoor bevindt dit deel zich in een "neutrale richting" ten opzichte van een afgeknikte verdere loop van de kabel 20. Dit wil zeggen dat bij een zijwaarts afbuigen naar 15 links of rechts, als gezien in fig. 2, of naar voren of achteren, haaks op het vlak van tekening van fig. 2, de kabel 20 steeds even sterk wordt gebogen. Hierbij wordt overbelasting bij bepaalde inbouw-omstandigheden voorkomen.As shown in Fig. 2, the end part of the cable 20 is fixed perpendicularly to the flange surface 13 to the switch plate 21, which is facilitated in particular by the angle of the switch plate 21. As a result, this part is in a "neutral direction" with respect to a kinked further course of the cable 20. This means that with a sideward bend to the left or right, as seen in fig. 2, or to the front or back, perpendicular to the plane of the drawing. Fig. 2, the cable 20 is always bent to the same degree. This prevents overloading under certain installation conditions.

conclusies 1003393claims 1003393

Claims (15)

1. Aansluitdoos voor een datanetwerk voorzien van: een huis en een daarin gelegerde schakelplatine, die tenminste één insteekbus draagt; met een centrale plaat die is voor-5 zien van een evenwijdig met een flensvlak lopend oplegvlak en die tenminste een deel van het huis in het gebied van het flensvlak overdekt en is voorzien van tenminste één insteekopening waardoor heen een stekker kan worden gestoken in de daaronder liggende insteekopening van de door de 10 centrale plaat overdekte insteekbus, met het kenmerk, dat de centrale plaat (28,62) mechanisch star verbonden is met de schakelplatine (21,61) en beide gemeenschappelijk beweegbaar ten opzichte van het huis (11,67) en in een richting haaks op het flensvlak (13) zijn gelegerd.1. Junction box for a data network comprising: a housing and a switch plate mounted therein, which carries at least one plug-in socket; with a central plate which is provided with a bearing surface running parallel to a flange surface and which covers at least part of the housing in the area of the flange surface and is provided with at least one insertion opening through which a plug can be inserted horizontal insertion opening of the insertion sleeve covered by the central plate, characterized in that the central plate (28,62) is mechanically rigidly connected to the switching platform (21,61) and both movable jointly relative to the housing (11,67 ) and are supported in a direction perpendicular to the flange surface (13). 2. Aansluitdoos volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de centrale plaat (28,62) door een stelschroef (51) aktief in de richting naar het huis (11,67) toe wordt vastgeklemd.Junction box according to claim 1, characterized in that the central plate (28,62) is actively clamped in the direction towards the housing (11,67) by a set screw (51). 3. Aansluitdoos volgens conclusie l of 2, met het kenmerk, dat aan het huis (11,67) een pen (46,65) is aange- 20 bracht, die haaks op het flensvlak (130 staat en naar de centrale plaat (28,62) is toe gericht en waarin een haaks op het flensvlak gerichte boring (48) is aangebracht voor het opnemen van de schacht (49) van de stelschroef (51), waarvan de schroefkop (52) tegen de centrale plaat (28,62) 25 aan kan liggen.Junction box according to claim 1 or 2, characterized in that a pin (46,65) is arranged on the housing (11,67), which is perpendicular to the flange surface (130 and to the central plate (28). 62) is oriented and in which a bore (48) directed perpendicular to the flange surface is provided for receiving the shaft (49) of the adjusting screw (51), the screw head (52) of which rests against the central plate (28,62 ) 25. 4. Aansluitdoos volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de pen (65) steekt in een vanaf het oplegvlak haaks in de centrale plaat (62) lopend verdiept deel (66), waarbij de pen haaks op het flensvlak (13) glijdend in dit verdiepte 30 deel wordt geleid op de wijze van het cilinder-zuiger-prin-cipe.Junction box according to Claim 3, characterized in that the pin (65) protrudes into a recessed part (66) running at right angles to the central plate (62), the pin sliding at right angles to the flange surface (13). this recessed portion is guided in the manner of the cylinder-piston-principle. 5. Aansluitdoos volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het huis (11) een naar het flensvlak (13) toe open schacht bezit, waarin de schakelplatine (21) 35 is aangebracht terwijl het platinevlak van de schakelplatine (21) haaks op het flensvlak (13) staat.Junction box according to any one of the preceding claims, characterized in that the housing (11) has a shaft open towards the flange surface (13), in which the switching board (21) 35 is arranged while the platinum surface of the switching board (21) is at right angles. on the flange surface (13). 6. Aansluitdoos volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de schakelplatine (21) met een uit de schacht (17) stekend 1 0 0 3 393 deel in de kapvormig uitgevoerde centrale plaat (28) steekt en in de insteekstand ten opzichte van de centrale plaat kan worden gefixeerd.Junction box according to claim 5, characterized in that the switching plate (21) with a part protruding from the shaft (17) protrudes into the cap-shaped central plate (28) and in the insertion position relative to the central plate can be fixed. 7. Aansluitdoos volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat 5 de fixatie wordt verkregen door middel van een snapverbin- ding (33,34).7. Junction box according to claim 6, characterized in that the fixation is obtained by means of a snap connection (33,34). 8. Aansluitdoos volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat twee tegenover elkaar liggende onderling evenwijdig lopende randdelen (31,32) van de schakelplatine glijdend kunnen worden geleid in haaks op het flensvlak 13) lopende, tegenover elkaar liggende geleidingsgroeven (24,25) in de, de schacht (17) begrenzende, zijwanden (26,27) van het huis (11).Junction box according to claim 5, characterized in that two opposite mutually parallel edge parts (31, 32) of the switching platform can be guided slidingly in opposite guide grooves (24, 25) running at right angles to the flange surface 13). in the side walls (26, 27) of the housing (11) delimiting the shaft (17). 9. Aansluitdoos volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat twee tegenover elkaar liggende, onderling evenwijdig lopende, randdelen (31,32) van het gebied glijdend zijn geleid in haaks op het flensvlak (13) lopende, tegenover elkaar liggende geleidingsgroeven van een insteekkanaal (30) van de centrale plaat (28).Junction box according to claim 6, characterized in that two opposite, mutually parallel, edge parts (31, 32) of the region are guided slidingly in opposite guide grooves of an insertion channel running at right angles to the flange surface (13). (30) from the central plate (28). 10. Aansluitdoos volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat een eerste vlakke zijde (43) van de schakelplatine (21) is aangebracht op een geringe afstand van een nagenoeg evenwijdig er aan lopende eerste binnenwand (44) van de schacht (17) van het metallische huis (11).Junction box according to claim 5, characterized in that a first flat side (43) of the switching board (21) is arranged at a small distance from a substantially parallel first inner wall (44) of the shaft (17) running therefrom. the metallic house (11). 11. Aansluitdoos volgens conclusie 3, 6 en 10, met het kenmerk, dat de metallische pen (46) in het verlengde ligt van de eerste binnenwand (44) van de schacht (17) en is voorzien van een vlakke zijflank (53), die op geringe afstand van het, in de centrale plaat (28) stekende deel van de eerste vlakke zijde (43) van de schakelplatine (21) is aangebracht en een belangrijk deel van het vlak van dit deel afschermend overdekt.Junction box according to claims 3, 6 and 10, characterized in that the metallic pin (46) is in line with the first inner wall (44) of the shaft (17) and is provided with a flat side flank (53), which is arranged at a small distance from the part of the first flat side (43) of the switching plate (21) which protrudes into the central plate (28) and covers a significant part of the surface of this part. 12. Aansluitdoos volgens conclusie 6 en 10, met het kenmerk, dat de insteekbus (38) vanaf de tweede vlakke zijde (45) van het in de centrale plaat (28) stekende deel van de schakelplatine (21) afstekend elektrisch met de geleidings-banen van de schakelplatine (21) is verbonden en elektrisch isolerend wordt omvat door de kapvormig daarover heen grijpende centrale plaat (28). 1003393Junction box according to Claims 6 and 10, characterized in that the plug-in socket (38) electrically protrudes from the second flat side (45) of the part of the switching platform (21) projecting into the central plate (28) with the guide webs of the switching board (21) are connected and electrically insulating is contained by the cap-shaped overlying central plate (28). 1003393 13. Aansluitdoos volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat op de tweede vlakke zijde (45) van de schakelplatine (21), direct in aansluiting op de insteekbus (38) een metallische afschermbeugel (54,55) is aangebracht die de opening (18) van de schacht (17) bij alle bedrijfsmatige relatieve standen tussen de centrale plaat (28) en het huis (11) elektrisch afschermend afsluit.Junction box according to claim 12, characterized in that a metallic shielding bracket (54, 55) is provided on the second flat side (45) of the switch board (21), directly after the plug-in socket (38), which opening (5) 18) electrically shield the shaft (17) at all operating relative positions between the central plate (28) and the housing (11). 14. Aansluitdoos volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat in het huis (11) tenminste één kontaktlamel (56,57) is aangebracht die elektrisch geleidend met het huis (11) is verbonden en tegen een, een elektrische massapotentiaal geleidende, geleidingsbaan van de schakelplatine (21) aanligt voor het tot stand brengen van kontakt bij alle bedrijfsmatige relatieve standen tussen de centrale plaat (28) en het huis (11).Junction box according to claim 10, characterized in that at least one contact lamella (56, 57) is arranged in the housing (11) and is electrically conductively connected to the housing (11) and against a conducting path of an electrically potential-conducting mass the circuit board (21) abuts to establish contact at all operating relative positions between the center plate (28) and the housing (11). 15. Aansluitdoos volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het huis (11) aan het van de aansluit-flens (12) afgekeerde gebied is voorzien van een uitsparing (19), waardoorheen een kabel (20) kan worden geleid, waarbij de centrale hartlijn van het einddeel van de kabel (20) haaks op het flensvlak (13) is gericht en vast ten opzichte van de schakelplatine (21) is bevestigd. 1003393Junction box according to one of the preceding claims, characterized in that the housing (11) is provided on the area remote from the connection flange (12) with a recess (19) through which a cable (20) can be passed, wherein the central axis of the end portion of the cable (20) is oriented at right angles to the flange face (13) and is fixed with respect to the switch board (21). 1003393