NL9101324A - Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers. - Google Patents

Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers. Download PDF

Info

Publication number
NL9101324A
NL9101324A NL9101324A NL9101324A NL9101324A NL 9101324 A NL9101324 A NL 9101324A NL 9101324 A NL9101324 A NL 9101324A NL 9101324 A NL9101324 A NL 9101324A NL 9101324 A NL9101324 A NL 9101324A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
carrier
depositing
sheets
sheet
carriers
Prior art date
Application number
NL9101324A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Oce Nederland Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oce Nederland Bv filed Critical Oce Nederland Bv
Priority to NL9101324A priority Critical patent/NL9101324A/nl
Priority to DE69204607T priority patent/DE69204607T2/de
Priority to EP92202240A priority patent/EP0532069B1/en
Priority to US07/917,965 priority patent/US5284339A/en
Priority to JP20577492A priority patent/JP3414772B2/ja
Publication of NL9101324A publication Critical patent/NL9101324A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H31/00Pile receivers
    • B65H31/24Pile receivers multiple or compartmented, e.d. for alternate, programmed, or selective filling
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2801/00Application field
    • B65H2801/03Image reproduction devices
    • B65H2801/06Office-type machines, e.g. photocopiers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2801/00Application field
    • B65H2801/24Post -processing devices
    • B65H2801/27Devices located downstream of office-type machines

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Pile Receivers (AREA)
  • Collation Of Sheets And Webs (AREA)

Description

Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers, omvattende positioneermiddelen voor het selectief in een aflegstand plaatsen van de dragers en een vellenaflegorgaan voor het afleggen van een vel op een in de aflegstand geplaatste drager of op een op die drager liggende stapel vellen.
Een dergelijke inrichting is bekend uit het Research Disclosure Bulletin van April 1983, bladzijde 146, nummer 22802. Daarin wordt een inrichting beschreven waarin de dragers, op vaste afstanden boven elkaar, zijn opgenomen in een kast die omhoog en omlaag beweegbaar is om elke drager in een aflegstand te kunnen plaatsen. Zo'n inrichting is toegepast in een door Océ-van der Grinten N. V. onder de naam Océ-2500 op de markt gebracht kopieerapparaat. In deze bekende toepassing vormen de dragers een aantal aflegvakken in elk waarvan in het kopieerapparaat gemaakte sets kopievellen op elkaar kunnen worden afgelegd. Wanneer de kast geen vellen bevat, dan wordt de lege kast met zijn onderste drager ter hoogte van een als vellenaflegorgaan fungerend uitvoerrollenpaar gebracht en steekt de kast met de overige dragers boven het uitvoerrollenpaar uit over een afstand die vrijwel overeenkomt met de totale hoogte van de kast. Tijdens het vullen van de aflegvakken met sets kopievellen beweegt de kast omlaag. Wanneer de opeenvolgende aflegvakken achtereenvolgens zijn gevuld met sets kopievellen is de kast omlaag bewogen over een afstand die vrijwel overeenkomt met de totale hoogte van de kast. Wanneer nog volgende sets kopievellen moeten worden afgelegd, dan wordt de kast eerst leeggemaakt en dan omhoog bewogen totdat de onderste drager weer ter hoogte van het uitvoerrollenpaar is gekomen. Het afleggen van sets kopievellen kan vervolgens hervat worden.
Een vellenafleginrichting van dit bekende type is aantrekkelijk vanwege het gemeenschappelijke, korte traject dat vellen slechts hoeven af te leggen om elk van de aflegvakken te bereiken, waardoor de kans op het optreden van storingen tijdens het transport van kopievellen klein is.
Een bezwaar van deze bekende vellenafleginrichting is echter dat veel ruimte nodig is om de aflegvakkenkast omhoog en omlaag te laten bewegen, namelijk bijna het dubbele van het volume van de aflegvakkenkast.
De uitvinding stelt zich tot doel een inrichting van het in de aanhef bedoelde type te verschaffen dat aan het bezwaar tegemoet komt.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat bij een inrichting volgens de aanhef een eerste drager in een stand plaatsbaar is waarin de afstand tot een naasthogere drager kleiner is dan de maximale dikte van een op de eerste drager te vormen stapel vellen.
Hierdoor wordt bereikt dat de benodigde ruimte voor het op en neer bewegen van de dragers aanmerkelijk kleiner is dan het dubbele van het volume dat afgelegde vellen innemen. Wanneer de eerste drager tot vlak onder de naasthogere, tweede drager plaatsbaar is omvat deze volumeverkleining het volume van de maximaal op de eerste drager vormbare stapel vellen.
Bij voorkeur is de maximale dikte van de op de eerste drager vormbare stapel vellen groter dan de maximale dikte van de op de tweede drager vormbare stapel vellen. Hierdoor wordt bereikt dat bij directe overgang van het afleggen van vellen op een hoger gelegen drager naar het afleggen op een lager gelegen drager een korte tijd verloopt, omdat bij de voor die overgang noodzakelijke opwaartse beweging van de hoger gelegen drager over een afstand die correspondeert met de dikte van de op de hoger gelegen drager gevormde stapel, slechts deze afstand overbrugt hoeft te worden.
Ook in het geval dat het aantal dragers beperkt is tot twee, kan het afleggen van vellen zonder onderbreking continue worden voortgezet wanneer op een van beide dragers afgelegde vellen telkens worden verwijderd wanneer het afleggen van vellen op de andere drager plaatsvindt.
Andere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen verduidelijkt worden aan de hand van bijgaande tekeningen, waarin:
Fig. 1 een vooraanzicht is van een inrichting volgens de uitvinding,
Fig. 2 een bovenaanzicht is van de in Fig. 1 weergegeven inrichting,
Fig. 3 een blokschema is van een besturingssysteem voor de in Fign. 1 en 2 weergegeven inrichting,
Fig. 4 een beslissingsschema is voor de werking van de inrichting in een eerste mode, de selected tray mode,
Fig. 5 een beslissingsschema is voor de werking van de inrichting in een tweede mode, de mixed mode, en
Fig. 6 een beslissingsschema is voor de werking van de inrichting in een derde mode, de continuous mode.
De in Fign. 1 en 2 weergegeven vellenafleginrichting 1 is gesitueerd naast het kopievellenuitvoergedeelte 2 van een kopieerapparaat, bijvoorbeeld een laserprinter.
Het uitvoergedeelte 2 steekt boven het kopieergedeelte 3 van het kopieerapparaat uit en heeft aan een zijkant 4 die een hoek van 90° insluit met een vrij bovenvlak 5 van het kopieergedeelte 3, een kopievellenuitvoeropening 6. De vellenafleginrichting 1 bevat twee vellenaflegtafels 8 en 9 voor het daarop afleggen van uit het kopieerapparaat gevoerde kopievellen en bevindt zich in de ruimte begrensd door de zijkant 4 van het uitvoergedeelte 2 en het bovenvlak 5 van het kopieergedeelte 3.
Het uitvoergedeelte 2 is van het in het Amerikaanse octrooischrift 4 750 853 weergegeven type, ingericht voor het verzamelen en nieten van in het kopieergedeelte 3 bedrukte vellen en voor het uitvoeren van deze verzamelde vellen (of van losse vellen) door de vellenuitvoeropening 6, met behulp van een op een vaste plaats opgesteld transportrollenpaar 10.
De vellenafleginrichting 1 is zwenkbaar bevestigd aan het vellenuitvoergedeelte 2 middels een in Fig. 2 weergegeven as 11 die zich in verticale richting uitstrekt aan de tegenover de bedieningszijde van het kopieerapparaat liggende achterzijde. Door het zwenken van de vellenafleginrichting 1 van het vellenuitvoergedeelte 2 af, worden de vellenuitvoeropening 6 en het onder de vellenafleginrichting 1 gelegen kopieergedeelte 3 toegankelijk, bijvoorbeeld voor het wegnemen van daarin vastgelopen kopievellen.
De zwenkbaar aan het vellenuitvoergedeelte 2 bevestigde vellenafleginrichting 1 omvat een gestel met delen 12 en 13 die, in horizontale richting gezien, een L vormen. Gesteldeel 12, dat de zwenkas 11 draagt, bevindt zich aan de van de bedieningszijde afgekeerde achterzijde van het kopieerapparaat en herbergt bevestigings- en aandrijfmiddelen van de vellenaflegtafels 8 en 9. Gesteldeel 13 bevindt zich aan de van de uitvoeropening 6 afgekeerde zijde voor de vellenaflegtafels 8 en 9 en herbergt positionieermiddelen 15 voor het positioneren van uit het kopieerapparaat komende vellen op de aflegtafels 8 en 9.
De bevestigings- en aandrijfmiddelen in gesteldeel 12 omvatten een verticale kolom 16 waaraan een tandheugel 17 en rechtgeleidingen 18 en 19 zijn bevestigd.
In het gesteldeel 12 zijn verder twee strippen 21 en 22 bevestigd die elk een U-vormige doorsnede hebben met uitsparingen in de benen van de U. De strippen 21 en 22 hebben een functie bij het verplaatsen en positioneren van de vellenaflegtafels 8 en 9 in verticale richting, zoals hierna bij de beschrijving van de werking van de vellenafleginrichting nader zal worden toegelicht.
De mechanismen voor het geleiden en verplaatsen van de vellenaflegtafels 8 en 9 zijn vrijwel identiek zodat volstaan wordt met een beschrijving van het daarvoor bestemde mechanisme van de vellenaflegtafel 8.
In Fig. 1 is de vellenafleginrichting 1 weergegeven in een stand waarbij de onderste vellenaflegtafel 9 is weergegeven in een aflegstand, met een stapel vellen 23 op die tafel, en waarbij de bovenste vellenaflegtafel 8 is weergegeven in een met A aangeduide parkeerstand, in welke stand uit het vellenuitvoergedeelte 2 komende vellen niet op de vellenaflegtafel 8 kunnen worden afgelegd.
Vellenaflegtafel 8 omvat een sub-frame met draagarmen 25 en 26 voor die tafel. Aan de draagarmen 25 en 26 zijn acht vrij draaibare rollen 27 bevestigd die samenwerken met rechtgeleidingen 18 en 19 voor het in verticale richting geleiden van de vellenaflegtafel 8.
Twee van de rollen 27 zijn voorzien van kragen die naast de betreffende rechtgeleiding grijpen voor het in zijdelingse richting opsluiten van het tafelframe.
Aan het subframe van tafel 8 is verder een rondsel 28 bevestigd dat in aangrijping is met tandheugel 17. Rondsel 28 is via een zelfremmende wormwieloverbrenging gekoppeld met een eveneens aan het subframe van tafel 8 bevestigde motor 29. Motor 29 kan met omkeerbare draairichting worden aangedreven. In het rondsel 28 is een éénrichtingslager ingebouwd, waardoor de tafel 8 met de hand omhoog bewogen kan worden. Bij activering van motor 29 in de gewenste draairichting wordt tafel 8 langs de rechtgeleidingen 18 en 19 omlaag of omhoog bewogen, zoals hierna bij de beschrijving van de werking van de afleginrichting zal worden uiteengezet. Bij de neergaande beweging wordt de belasting niet hoger dan het gewicht van de tafel met zijn aandrijving en de daarop aanwezige stapel. Deze belasting is kleiner dan een maximaal toelaatbare belasting van 150 N. Aldus wordt voorkomen dat de bedienaar met zijn hand bekneld kan raken tussen de tafels onderling of tussen de onderste tafel 9 en het bovenvlak 5.
Om het beknellingsrisico bij omhooggaande beweging van aflegtafel 8 te vermijden is de aflegtafel verder voorzien van een beveiliging die verhindert dat deze tafel tot boven zijn parkeerstand A kan worden aangedreven.
Motor 29 voor de aandrijving van tafel 8 via rondsel 28 en de overeenkomstige motor 31 voor aandrijving van tafel 9 via rondsel 30 zijn naast elkaar geplaatst, waarbij motor 29 voor tafel 8 zich vanaf die tafel naar beneden uitstrekt en motor 31 voor tafel 9 zich vanaf die tafel naar boven uitstrekt. Aldus wordt enerzijds voorkomen dat de motoren 29 en 31 elkaar in de weg staan wanneer de tafels 8 en 9 dicht bij elkaar komen en wordt anderzijds voorkomen dat de motoren 29 en 31 boven, respectievelijk onder de afleginrichting 1 uitsteken wanneer de tafels 8 en 9 ver uit elkaar staan.
Aan de draagarmen 25 en 26 is een geleidebus 32, respectievelijk 33, bevestigd, zoals in het bijzonder weergegeven in Fig. 2. De geleidebus 32, respectievelijk 33, werkt samen met een aan de vellenaflegtafel 8 bevestigde geleidestang 34, respectievelijk 35. Aan de vellenaflegtafel 8 is verder een as 36 bevestigd die kan samenwerken met koppelarm 37. Koppelarm 37, en de overeenkomstige koppelarm 38 voortafel 9, strekken zich naast draagarm 25, respectievelijk draagarm 26, uit tot in hetgesteldeel 12, waar ze elk zijn voorzien van een in verticale richting verlopende sleuf die samenwerkt met een pen 39 die excentrisch is bevestigd op de as van een aandrijfmotor 40, respectievelijk 41. Bij activering van motor 40, of de desbetreffende motor 41 voortafel 9, kan de tafel aldus in horizontale richting bewogen worden tussen twee uiterste standen waarbij de tafel ten opzichte van de uitvoeropening 6 in dwarsrichting over een korte afstand, bijvoorbeeld van 25 mm, is verschoven. De onderste vellenaflegtafel tafel 9 is verder voorzien van een met de hand te bedienen grendel 42 waarmee de koppelarm 38 kan worden losgekoppeld van de as 36. Tafel 9 kan daarna met de hand verder naar voren worden getrokken zoals in Fig. 2 is weergegeven met onderbroken lijnen, om het afnemen van vellen van de tafel te vergemakkelijken. Om het uitnemen nog verder te vergemakkelijken zijn beide tafels voorzien van een uitsparing 43 voor het eenvoudig kunnen beetpakken en uitnemen van een stapel vellen. Voor het gemakkelijk kunnen uitnemen van een grote stapel vellen zijn in tafel 9 extra uitsparingen 44 en 45 gevormd voor het met de hand ondersteunen van de zijkanten van deze dikke stapel vellen.
Het tegenover de uitvoeropening 6 gelegen bekledingsvlak van gesteldeel 13 is voorzien van verticale rillen 46 die als aanslag voor de door het rollenpaar 10 uitgevoerde vellen dienst doen. Door het kleine contactvlak tussen de afgelegde vellen en de rillen 46 ondervindt de gevormde stapel weinig hinder van dwarsverplaatsingen van tafel 8 en 9. Het gevaar dat een gevormde stapel verschuift ten opzichte van zijn drager kan nog verder gereduceerd worden door de rillen uit te voeren als rollen die vrij-draaibaar zijn om een verticale as en die bij dwarsverplaatsing van een drager met de daarop liggende stapel meebewegen.
De in gesteldeel 13 aangebrachte positioneermiddelen 15 omvatten een positioneerschoen 47 die is opgesteld ter hoogte van de uitvoeropening 6. Positioneerschoen 47 is beweegbaar tussen een in Fig. 1 met getrokken lijn weergegeven werkstand en een metondérbroken lijn weergegeven parkeerstand. In de met getrokken lijn weergegeven werkstand drukt een horizontaal vlak 48 van de schoen enkel door zijn gewicht op de stapel 23 en doet een aansluitend onder een hoek van 45° omhooglopend vlak 49 dienst als geleiding voor het geleiden van door transportrollen 10 uitgevoerde vellen tot op de stapel 23. In de met onderbroken lijn weergegeven parkeerstand ligt de positioneerschoen 47 geheel aan de van de uitvoeropening 10 afgelegen zijde van de rillen 46. Positioneerschoen 47 is in verticale richting beweegbaar over een stangetje 50, tussen een stand waarin de schoen 47 op een op het stangetje gevormde kraag 51 rust en een hoger gelegen stand. Geleidestang 50 is draaibaar om een as 52 en wordt door een niet weergegeven veer in de met onderbroken lijn weergegeven parkeerstand gehouden, in welke stand met name aflegtafel 8 langs de positioneerschoen kan bewegen. Met behulp van een elektromagneet 53 kan de positioneerschoen 47 in de met getrokken lijn weergegeven werkstand worden gezet, in welke stand de positioneerschoen door de zich in de aflegstand bevindende tafel, of door de daarop liggende stapel, van kraag 51 wordt gelicht.
Aan de tegenover positioneerschoen 47 liggende zijde van de aflegtafels is onder rollenpaar 10 een klopper 55 opgesteld die met behulp van een elektromagneet 57 beweegbaar is tussen een met getrokken lijn weergegeven parkeerstand waarbij de klopper 55, gezien in de uitvoerrichting, op een grotere afstand van de rillen 46 ligt dan de afmeting van te stapelen vellen in die richting en een met onderbroken lijn weergegeven stand waarbij de klopper 55 op een afstand van de rillen 46 ligt die gelijk is aan de velafmeting in de uitvoerrichting. De stand die de klopper 55 in de met onderbroken lijn weergegeven stand inneemt kan door verstelling van een aanslag 56 voor de klopper 55 worden aangepast aan de afmeting van de vellen in de uitvoerrichting.
Bij elke aflegcyclus wordt eerst de positioneerschoen 47 door elektromagneet 53 in de met getrokken lijn weergegeven werkstand gezet. Tijdens de daaropvolgende uitvoer van vellen door rollenpaar 10 worden de vellen door geleidevlak 49 van de positioneerschoen naar de stapel geleid en daar onder vlak 48 van de positioneerschoen geschoven, teneinde de vellen af te remmen alvorens ze tegen de rillen 46 stuiten. Na de uitvoerbeweging wordt klopper 55 door elektromagneet 57 kort na elkaar twee keer tegen de stapel gedrukt om de afgelegde vellen recht tegen de aanslagrillen 46 te drukken. Tot besluit van elke aflegcyclus wordt de tafel waarop de afleg heeft plaatsgevonden in dwarsrichting over een korte afstand verschoven door activering van motor 40, respectievelijk 41, om aldus de volgende vellen verschoven ten opzichte van daarvoor afgelegde vellen te kunnen afleggen, zoals aangegeven in Fig. 2.
De weergegeven afleginrichting 1 is ingericht voor het opnemen van een stapel van circa 1700 vellen van 80 g/m2 op tafel 9 en voor het opnemen van een stapel van circa 500 vellen van 80 g/m2 op tafel 8. Tafel 8 is speciaal ingericht voor het daarop afleggen van geniete vellen. Vanwege het ontstaan van een scheve stapel bij afleg van in een hoek geniete vellen wordt een stapel van 500 vellen als het maximaal haalbaar geacht. Om die reden wordt het aantal vellen dat bij instelling op nieten op tafel 9 kan worden afgelegd ook begrensd op 500 vellen zoals verderop zal worden toegelicht.
De afleginrichting 1 is met name inzetbaar bij kopieerapparaten, zoals laserprinters, voor het maken van grote oplagen van korte kopieeropdrachten, bijvoorbeeld direct mailing, en voor het maken van een enkele kopie van een lange kopieeropdracht, bijvoorbeeld het afdrukken van computerformulieren.
De in Fign. 1 en 2 weergegeven afleginrichting 1 is voorzien van een in Fig. 3 weergegeven besturingssysteem 60. Het besturingssysteem 60 werkt samen met in de inrichting 1 geplaatste opnemers: - een reflectieopnemer 61 geplaatst op de afleghoogte van de in werkstand zijnde tafel, welke opnemer een signaal afgeeft wanneer de in werkstand zijnde tafel respectievelijk een daarop liggende stapel vellen tot beneden die opnemer zakt, - een opnemer 62 die op korte afstand onder opnemer 61 is geplaatst en die eveneens een signaal afgeeft wanneer de gevormde stapel tot beneden die opnemer 62 zakt, - mechanische opnemers 63 en 64 die respectievelijk in de tafels 8 en 9 zijn opgenomen - en die een signaal afgeven wanneer zich géén vellen op de betreffende tafel bevinden, - opnemers 65 en 66 die zijn bevestigd op tafel 8 en samenwerken met de benen van strippen 22 en die een signaal afgeven bij het waarnemen van het begin en het einde van in de benen van strip 22 aangebrachte uitsparingen, - opnemers 67 en 68 die zijn bevestigd op tafel 9 en samenwerken met de benen van strip 21 en die een signaal afgeven bij het begin en het einde van in de benen van strip 21 gevormde uistparingen, en - een eveneens op tafel 9 bevestigde opnemer 69 die samenwerkt met een van de benen van strip 22 en die een signaal afgeeft bij het begin en/of het einde van een uitsparing gevormd in strip 22.
Opnemers 63 en 64 fungeren als leegdetectie van de betreffende tafels.
Opnemers 61 en 62 doen dienst om het aflegniveau van de in de aflegstand zijnde tafel te handhaven. Daartoe wordt de motor voor het laten zakken van de betreffende tafel zo gestuurd dat het aflegniveau tussen de opnemers 61 en 62 blijft. Samen met signalering middels opnemer 66 respectievelijk 67 dat de betreffende tafel de laagste stand heeft bereikt, fungeert opnemer 61 tevens als bijna vol-detectie en fungeert opnemer 62 tevens als vol-detectie.
Opnemer 65 reageert wanneer tafel 8 op het aflegniveau komt. Opnemer 68 reageert wanneer tafel 9 op het aflegniveau komt en wanneer tafel 9 in parkeerstand B komt. Opnemer 66 reageert wanneer tafel 8 op een afstand beneden het aflegniveau komt die correspondeert met 500 vel en wanneer tafel 8 in zijn parkeerstand A komt. Opnemer 67 reageert wanneer tafel 9 op een afstand beneden het aflegniveau komt die correspondeert met 1700 vel.
De werking van de inrichting zal nu worden toegelicht, mede aan de hand van in Fig. 3 weergegeven blokschema van een besturingsinrichting 60 die werkt in afhankelijkheid van de mode (M1, M2 of M3) waarop het besturingssysteem 60 is ingesteld en aan de hand van de in Fign. 4, 5 en 6 weergegeven beslissingsschema's van die modes. Aan het besturingssysteem kan verder een signaal 70 worden toegevoegd dat de instelling van het vellenuitvoergedeelte 2 op nieten representeert.
In de mode M1, de selected tray mode, waarvan Fig. 4 het beslissingsschema weergeeft kan tafel 8 of 9 voor gebruik geselecteerd worden. Afleg kan alleen op de geselecteerde tafel plaatsvinden. Is de betreffende tafel vol dan stopt het kopieerproces en daarmee de afleg van de volgende kopievellen. Nadat de vellen van de betreffende tafel zijn verwijderd kan het kopieerproces weer gestart worden en de afleg hervat worden. Het tafel-vol signaal is afhankelijk van de geselecteerde tafel en de aanwezigheid van een signaal 70. Bij afwezigheid van signaal 70 vindt de vol-detectie voor tafel 9 plaats bij 1700 vel en voor tafel 8 bij 500 vel. Bij aanwezigheid van signaal 70 vindt vol-detectie voor beide tafels plaats bij 500 vel.
In de M2, de mixed mode, waarvan het beslissingsschema is weergegeven in Fig.
5, worden geniete vellen, dus bij aanwezigheid van signaal 70, automatisch afgelegd op tafel 8 en ongeniete vellen, dus bij afwezigheid van signaal 70, automatisch afgelegd op tafel 9. Bij overgang van instelling op nieten naar een instelling op niet-nieten, of omgekeerd, wordt automatisch de andere tafel in de aflegstand geplaatst. Het kopieerproces en daarmee de uitvoer en afleg van vellen stopt wanneer volgende vellen niet meer afgelegd kunnen worden, ofwel omdat de volgende vellen geniet moeten worden en de tafel 8 vol is, ofwel omdat de volgende vellen ongeniet moeten blijven en de tafel 9 vol is.
In de M3-mode, de continuous mode, waarvan het beslissingsschema is weergegeven in Fig. 6, start de afleg van vellen met een lege tafel 9 in de aflegstand. Wanneer het maximaal aantal vellen is afgelegd op tafel 9 (circa 1700 vel bij instelling op niet-nieten en 500 vel bij instelling op nieten), wordt tafel 9 automatisch verder omlaag bewogen tot in de parkeerstand B, en wordt tafel 8, mits die leeg is, automatisch omlaag bewogen van zijn parkeerstand A tot in de aflegstand en wordt het afleggen voortgezet met afleg op tafel 8. Bij normaal gebruikelijke kopieersnelheden duurt het ruim 10 minuten totdat tafel 8 vol is. Zijn in die periode alle vellen van tafel 9 verwijderd, dan zal bij het volraken van tafel 8 het afleggen worden voortgezet met afleg op tafel 9. Als niet alle vellen zijn verwijderd dan stopt de vellenafleg. Daarmee wordt voorkomen dat de volgorde waarin vellen worden afgelegd verstoord raakt. Aldus kan het kopieerproces continue worden voortgezet, zonder dat het hoeft te worden onderbroken voor het verwijderen van vellen uit de afleginrichting 1.

Claims (11)

1. Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers (8, 9), omvattende - positioneermiddelen voor het selectief in een aflegstand plaatsen van de dragers (8, 9) en - een vellenaflegorgaan (10) voor het afleggen van een vel op een in de aflegstand geplaatste drager (8 of 9) op die drager of op een op die drager liggende stapel vellen, met het kenmerk, - dat een eerste drager (9) in een stand plaatsbaar is waarin de afstand tot een naasthogere drager (8) kleiner is dan de maximale dikte van een op de eerste drager (9) te vormen stapel vellen (23).
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de maximale dikte van de op de eerste drager te vormen stapel vellen (23) groter is dan de maximale dikte van de op de naasthogere drager te vormen stapel vellen.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het aantal dragers twee is.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, - dat de eerste drager (9) beweegbaar is tussen een aflegstand waarin de afstand tussen de eerste drager (9) en het op een vaste plaats opgestelde vellenaflegorgaan (10) correspondeert met de dikte van de op de eerste drager (9) te vormen stapel en een par keerstand (B) waarin de eerste drager (9) op een afstand beneden het vellenaflegorgaan (10) ligt die correspondeert met de som van de maximale dikten van de op de eerste drager (9) en naasthogere drager (8) vormbare stapels en - dat de naasthogere drager (8) beweegbaar is tussen een aflegstand waarin de afstand tussen deze drager en het vellenaflegorgaan (10) correspondeert met de dikte van de op deze drager (8) te vormen stapel en een parkeerstand (A) waarin deze drager (8) op een afstand boven het vellenaflegorgaan (10) ligt die correspondeert met de dikte van deze drager (8).
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat besturingsmiddelen (60) aanwezig zijn die eerste detectiemiddelen (61, 67, 69) omvatten voor het in de aflegstand van elke drager opwekken van een eerste detectiesignaal bij aanwezigheid van een stapel vellen van maximale dikte, en dat de besturingsmiddelen (60) in reactie op dat eerste detectiesignaal de betreffende drager van de aflegstand in zijn parkeerstand (A; B) plaatsen.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de besturingsmiddelen (60) tweede detectiemiddelen (63; 64) bij elke drager (8; 9) omvatten voor het opwekken van een tweede detectiesignaal bij afwezigheid van vellen op de betreffende drager (8; 9) en dat de besturingsmiddelen (60) in reactie op dat tweede detectiesignaal de betreffende drager van zijn parkeerstand (A, B) in de aflegstand plaatsen.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de besturingsmiddelen (60) met een eerste instelsignaal instelbaar zijn op een mode waarin uitsluitend de eerste drager (9) in de aflegstand zetbaar is en met een tweede instelsignaal instelbaar zijn op een mode waarin uitsluitend de naasthogere drager (8) in de aflegstand zetbaar is.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het eerste instelsignaal correspondeert met een eerste eigenschap van af te leggen vellen en het tweede instelsignaal correspondeert met een tweede, van de eerste afwijkende eigenschap van af te leggen vellen.
9. Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat ter hoogte van het vellenaflegorgaan (10) en aan de van dat orgaan (10) afgekeerde zijde van de dragers (9, 8) een vellengeleidingsorgaan (47) is opgesteld dat beweegbaar is tussen een werkzame stand waarin het vellengeleidingsorgaan (47) zich boven de zich in de aflegstand bevindende drager (9; 8)uitstrekt voor het geleiden van een af te leggen vel naar zijn aflegplaats op die drager (9; 8) en een niet-werkzame stand waarin het vellengeleidingsorgaan (47) zich geheel buiten de verplaatsingsbaan van de dragers (9; 8) bevindt.
10. Inrichting volgens conclusie 7,met het kenmerk, dat aan de zijde van de dragers waar zich het vellenaflegorgaan (10) bevindt, een vellenaandrukorgaan (55) is opgesteld dat beweegbaar is tussen een stand waarin het vellenaandrukorgaan (55) een afgelegd vel in de richting van het vellengeleidingsorgaan (47) drukt tegen een aanslag (46) die zich langs de dragers (8, 9) uitstrekt en een teruggetrokken stand waarin het vellenaandrukorgaan (55) vrij is van afgelegde vellen.
11. Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke drager (8; 9) is voorzien van een door een motor (29; 31) aandrijfbaar tandwiel (28; 30), welke tandwielen (28, 30) samenwerken met een tandheugel (17) die zich naast de dragers uitstrekt in de verticale verplaatsingsrichting van de dragers.
NL9101324A 1991-08-01 1991-08-01 Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers. NL9101324A (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101324A NL9101324A (nl) 1991-08-01 1991-08-01 Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.
DE69204607T DE69204607T2 (de) 1991-08-01 1992-07-22 Vorrichtung zum Stapeln von Bogen auf übereinander angeordneten Trägern.
EP92202240A EP0532069B1 (en) 1991-08-01 1992-07-22 A device for depositing sheets on supports situated one above the other
US07/917,965 US5284339A (en) 1991-08-01 1992-07-24 Sheet deposition system
JP20577492A JP3414772B2 (ja) 1991-08-01 1992-07-31 相互に上下に配置された支持体上にシートを堆積するための装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101324 1991-08-01
NL9101324A NL9101324A (nl) 1991-08-01 1991-08-01 Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9101324A true NL9101324A (nl) 1993-03-01

Family

ID=19859569

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9101324A NL9101324A (nl) 1991-08-01 1991-08-01 Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US5284339A (nl)
EP (1) EP0532069B1 (nl)
JP (1) JP3414772B2 (nl)
DE (1) DE69204607T2 (nl)
NL (1) NL9101324A (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1000855C2 (nl) * 1995-07-20 1997-01-21 Oce Nederland Bv Inrichting voor het verzamelen van gevouwen en ongevouwen kopievellen.
NL1006471C2 (nl) 1997-07-04 1999-01-05 Oce Tech Bv Afdrukinrichting met selectieve afleg van bedrukte vellen op in hoogte verstelbare dragers.
JP3600032B2 (ja) * 1998-06-17 2004-12-08 株式会社リコー 用紙後処理装置
US6231045B1 (en) * 1998-06-12 2001-05-15 Ricoh Company, Ltd. Finisher for an image forming apparatus
US6227539B1 (en) * 1998-10-21 2001-05-08 Xerox Corporation Printer mailboxing system with automatic variable capacity bins
NL1012924C2 (nl) * 1999-08-27 2001-02-28 Ocu Technologies B V Werkwijze en inrichting voor het selectief afleggen van bedrukte vellen op boven elkaar gelegen dragers.
NL1012923C2 (nl) * 1999-08-27 2001-02-28 Ocu Technologies B V Vellenafleginrichting voor het selectief afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.
US6666450B2 (en) * 2002-01-31 2003-12-23 Lockheed Martin Corporation Swing gate
JP5213683B2 (ja) * 2008-12-17 2013-06-19 キヤノン株式会社 シート処理装置、シート処理装置の制御方法、及びプログラム
JP5679678B2 (ja) * 2010-02-26 2015-03-04 キヤノン株式会社 印刷制御装置、方法及びプログラム
JP5954038B2 (ja) * 2012-08-09 2016-07-20 沖電気工業株式会社 紙幣処理装置、及び紙幣処理方法

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS57141353A (en) * 1981-02-27 1982-09-01 Fuji Xerox Co Ltd Issue tray devide for copying paper
US4466609A (en) * 1982-04-19 1984-08-21 Gradco Systems, Inc. Compact sheet sorter
JPS59223658A (ja) * 1983-05-30 1984-12-15 Sharp Corp 用紙区分け装置
JPS62282988A (ja) * 1986-05-31 1987-12-08 株式会社リコー 用紙丁合装置
JPH0784299B2 (ja) * 1989-05-25 1995-09-13 キヤノン株式会社 シート分類装置
JP2507680B2 (ja) * 1990-07-02 1996-06-12 三田工業株式会社 ソ―タ―制御装置

Also Published As

Publication number Publication date
EP0532069B1 (en) 1995-09-06
JP3414772B2 (ja) 2003-06-09
DE69204607T2 (de) 1996-03-21
JPH05193817A (ja) 1993-08-03
US5284339A (en) 1994-02-08
DE69204607D1 (de) 1995-10-12
EP0532069A1 (en) 1993-03-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP3043401B2 (ja) 乱雑化防止装置を有する文書出力装置
CN1268438A (zh) 打印机的送纸机构
NL9101324A (nl) Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.
GB2079259A (en) Apparatus and method for the continuous collection and discharge of sheets
JPS61261096A (ja) 用紙ステープラ装置を備えた複写機
JPH05213462A (ja) 枚葉状記録媒体をさばく方法および装置
AU643610B2 (en) Removable dual bin envelope feed tray for an image reproduction machine such as a printer or copier
JPH04338035A (ja) イメージ再生機械に用紙を送給する装置
EP0916517B1 (en) Sheet postprocessing device
EP0021397B1 (en) Sheet feed device
JP2000211793A (ja) スタッカ―用汎用用紙受取り装置
JPH05229714A (ja) シート積重ね装置
US5810348A (en) Delivery unit of a copying apparatus
US5836576A (en) Apparatus for removing copies and/or documents from a machine
US3476381A (en) Duplicating machines
NL1001156C2 (nl) Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid.
CN1329266C (zh) 纸张后处理装置和具有此装置的图象形成装置
JP3217148B2 (ja) 給紙装置
EP0005042A1 (en) Bin receiver mechanism for a continuous paper sorting machine
JP2001097628A (ja) 重なり合った支持体にシートを選択的に堆積させるシート堆積装置
JPH0240059Y2 (nl)
EP0801018B1 (en) Sheet delivery apparatus for a printer
CA1223287A (en) Large capacity paper tray and feeder for photocopy machine
JPH04169292A (ja) 記録紙後処理装置
EP0005040B1 (en) Continuous paper sorting machine

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed