NL8802580A - Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig met een cabine voor uitrusting. - Google Patents

Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig met een cabine voor uitrusting. Download PDF

Info

Publication number
NL8802580A
NL8802580A NL8802580A NL8802580A NL8802580A NL 8802580 A NL8802580 A NL 8802580A NL 8802580 A NL8802580 A NL 8802580A NL 8802580 A NL8802580 A NL 8802580A NL 8802580 A NL8802580 A NL 8802580A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
equipment
vehicle according
auxiliary vehicle
modules
cabin
Prior art date
Application number
NL8802580A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Rosenbauer Int Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rosenbauer Int Gmbh filed Critical Rosenbauer Int Gmbh
Publication of NL8802580A publication Critical patent/NL8802580A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62CFIRE-FIGHTING
    • A62C27/00Fire-fighting land vehicles

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Fire-Extinguishing By Fire Departments, And Fire-Extinguishing Equipment And Control Thereof (AREA)
  • Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
  • Vehicle Body Suspensions (AREA)

Description

T-8 \
HULPVOERTUIG/ IN HET BIJZONDER BRANDWEERVOERTUIG MET EEN CABINE VOOR UITRUSTING
De uitvinding heeft betrekking op een hulpvoertuig/ in het bijzonder een brandweervoertuig/ roet een op een chas-sisraam aangebrachte cabine voor uitrusting/ voor het opnemen van toestellen en respectievelijk of brandblusmiddelen en der-5 gelijke/ en een bestuurderscabine en met uitrustingsmodulen voor het opnemen van toestellen en respectievelijk of blusmiddelen/ die ten opzichte van de uitrusting-cabine en respectievelijk of de bestuurderscabine en respectievelijk of het chassis verstelbaar zijn/ volgens de Oostenrijkse octrooiaanvrage 10 A 1645/84.
De op dit moment bekende hulpvoertuigen hebben een uitrusting-cabine die meestal uitgevoerd is als een vakwerk-raam en waarin de ondersteuningsvlakken voor de verschillende uitrustingsstukken/ bijvoorbeeld planken met vakken/ laden en 15 dergelijke op geschikte plaatsen worden ingebouwd. In dit verband is het ook bekend op bepaalde inrichtingsstukken/ zoals bijvoorbeeld brandbluspompen/ te bevestigen op het zwenkbare inschuifelement/ om deze bij behoefte snel van de laadvlak-hoogte van het hulpvaartuig tot op de rijbaan te kunnen bren-20 gen. Verschillende voertuigen voor verschillende uitrustingen vereisen meestal voor elk van de te produceren hulpvoertuigen een detailconstructie van de uitrusting-cabine. Dit vereist een aanzienlijke inspanning aan constructiewerk en kosten.
Verder zijn reeds hulpvoertuigen bekend die bestaan 25 uit normale vrachtwagens/ waarop al naar gelang de behoefte als modulen uitgevoerde uitrusting-containers worden opgeladen. Dergelijke voertuigen zijn door aanvraagster onder de aanduiding "Universalfahrzeug Kobra" gebouwd en in de handel gebracht.
30 Verder is door aanvraagster bekend geworden/ zoals blijkt uit het Duitse octrooischrift 2.510.685/ om op gebrui- .8802580 * 2 kelijke wijze opgebouwde hulp- respectievelijk brandweervoertuigen te voorzien van een kraan/ een container met volledige uitrustingen voor speciale gevallen/ bijvoorbeeld voor olie-branden/ voor het gebruik van schuimmiddelen/ bij bosbrand/ 5 aardbevingen en dergelijke. De aldus voorbereide containers worden al naar gelang de gevraagde hulp door middel van een kraan op het voertuig geladen en meegenomen naar de plek waar deze gebruikt moet worden. Wanneer hulp verleend moet worden op van de weg afliggende plaatsen/ kunnen deze containers ook 10 door middel van luchtvoertuigen/ in het bijzonder helicopters/ naar de gewenste plek worden gebracht. Deze bekende hulpvoertuigen hebben zich op zichzelf in de praktijk bewezen. Echter kon tot nu toe niet in alle gevallen een oplossing worden aangeboden die aan de betreffende eisen voldeed.
15 Uit de Duitse octrooiaanvrage 3.517.290 van aanvraag ster is reeds bekend uitrustingsmodules voor het opnemen van toestellen en respectievelijk of blusmiddelen toe te passen/ welke ten opzichte van het hulpvoertuig verstelbaar zijn. Echter is gebleken dat de verbinding van de uitrustingsmodules 20 met de deurinrichtingen niet in alle gewenste toepassingsge-vallen voldoet.
Het doel van de onderhavige uitvinding is een hulpvoertuig/ in het bijzonder een brandweervoertuig te verschaffen/ dat voorzien kan worden van een standaard opbouw voor 25 wat betreft de bestuurderscabine en de uitrusting-cabine en dat snel en economisch met de voor de verschillende hulpvoertuigen noodzakelijke uitrustingsstukken kan worden uitgerust.
Dit doel van de uitvinding wordt bereikt/ doordat de uitrustingsmodule binnen een door een deurinrichting gesloten 30 uitrusting-cabine is aangebracht en verbonden is met een zich loodrecht op een grondvlak uitstrekkende zwenkas verdraaibaar is gelagerd en bij voorkeur slechts een vakbodeni/ respectievelijk een draagraam of dergelijke omvat. Door een dergelijke uitvoering van de uitrustingsmodulen is het nu mogelijk om in 35 uitrusting-cabines nu die delen op uitrusting-modules te lage-ren/ die anders slechts moeilijk uit het inwendige van het brandweervoertuig waren te nemen. Daardoor kunnen zowel de kosten als ook het gewicht van het brandweervoertuig aange- .8802580 3 past worden aan de telkens noodzakelijke uitrusting en in het bijzonder worden gereduceerd. Doordat de deurinrichting nu onafhankelijk van de uitrustingsmodules is aangebracht/ is een vrije opstelling van de uitrustingsmodules in de uitrusting-^ cabine respectievelijk het uitrusting—huis mogelijk.
Volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt voorzien dat de zwenkas van de lagerinrichting nabij een van de beide# de deurinrichting begrenzende# in de rijrichting op een afstand van elkaar aangebrachte en zich lood-10 recht op het frontvlak uitstrekkende zijwanden of kolommen is aangebracht. Door de uitvoering van de zwenkinrichting en de ligging van de zwenkas daarvan nabij de kolommen van de deurinrichting is het nu mogelijk de uitrustingsmodulen uit zijn ruststand in het voertuig over maximaal 180° naar buiten te 1^ zwenken. Dit opent ook de mogelijkheid om de uitrustingsmodulen zo te verlengen# dat deze in de naar binnen gezwenkte toestand uitsteekt in zich naast de deuropening bevindende zones# waarbij deze modulzones na het naar buiten zwenken over bij benadering 180°/ eveneens vrij toegankelijk zijn# zoals 20 de zich nabij de deuropening bevindende gedeelten van de uitrust ingsmodulen .
Verder is het echter ook mogelijk dat in een uitrus-ting-cabine verscheidene uitrustingsmodules telkens om hun eigen zwenkas verdraaibaar gelagerd zijn# waardoor de bewegings-25 baan van elke afzonderlijke uitrustingsmodule telkens op zichzelf kan worden bepaald en de belasting van de afzonderlijke zwenkassen ook wanneer op de uitrustingsmodules zware voorwerpen zijn gelagerd# binnen bepaalde grenzen gehouden kunnen worden.
30 Het is echter ook voordelig wanneer aan elke uitrus tingsmodule een grendelinrichting is toegevoegd# aangezien daardoor op eenvoudige wijze wordt verzekerd dat telkens alleen de gewenste uitrustingsmodule kan worden versteld.
Volgens een andere uitvoeringsvariant is voorzien dat 35 verscheidene uitrustingsmodules in de uitrusting-cabine boven elkaar worden aangebracht en van van elkaar onafhankelijke grendelinrichtingen zijn voorzien# waardoor ondanks de opstelling van verscheidene uitrustingsmodules boven elkaar eventu- . 8802580 > « 4 eel zelfs volgens een van deze gemeenschappelijke zwenkassen een onafhankelijke verplaatsing van elk van de afzonderlijke uitrustingsmodules wordt bereikt.
Het is echter ook gunstig wanneer de zwenkassen van 2 boven elkaar aangebrachte uitrustingsmodules afwisselend nabij een van de beide zich dwars op de rijrichting op een afstand van elkaar bevindende zijwanden van de uitrusting-kast zijn aangebracht/ aangezien daardoor de toegankelijkheid naar de afzonderlijke uitrustingsmodules in zoverre nog kan worden 10 vergemakkelijkt/ dat elk van deze uitrustingsmodules ten opzichte van de deuropening naar een andere zijde naar buiten gezwenkt kan worden en elk van de uitrustingsmodules daardoor van beneden af zonder belemmering door de andere uitrustings-module toegankelijk is.
12 Verder is het ook mogelijk dat verscheidene uitrus- ting-kasten in een uitrusting-cabine in de langsrichting van het voertuigchassis achter elkaar zijn aangebracht. Daardoor kan het hulpvoertuig in verscheidene kleinere opneemeenheden voor de uitrusting worden verdeeld/ waardoor met eenvoudige 20 gevormde en meer economische deuropstellingen het uitladen kan geschieden.
Hierbij is het met voordeel mogelijk wanneer in elke uitrusting-kast op de zwenkas van de lagerinrichting boven elkaar verscheidene uitrustingmodules onafhankelijk van elkaar 25 zwenkbaar zijn gelagerd/ aangezien daardoor ook in de afzonderlijke uitrustings-kasten de toegankelijkheid van de zich boven elkaar bevindende uitrusting-stukken aanzienlijk kan worden verbeterd.
Volgens een andere uitvoeringsvorm wordt voorzien dat 20 de lagerinrichting voor de uitrustingmodules verbonden is met een hoogte verstelinrichting/ waardoor de toegankelijkheid ook nog wordt vergemakkelijkt/ doordat de uitrustingsmodulen op de telkens gewenste uitlaathoogte kan worden gesteld.
Hierbij is het voordelig wanneer de zwenkassen van 22 verscheidene boven elkaar aangebrachte uitrustingsmodules onderling zijdelings verschoven zijn aangebracht/ aangezien door de toepassing van telkens eigen zwenkassen voor de uitrustingsmodules deze tegelijkertijd ook voor de hoogtever-# .8802580 * 5 stelling van de afzonderlijke uitrustingsmodules kunnen worden gebruikt. Hierbij is het gunstig wanneer een hefhoogte van de hoogteverstelinrichting ongeveer overeen komt met de afstand tussen het grondvlak en de zich in de ruststand bevin-5 dende uitrustingsmodules aangezien daardoor/ wanneer dit gewenst is/ op de uitrustingsmodulen aangebrachte voorwerpen tot op het grondvlak waarop de wielen staan/ kunnen worden neergelaten. Zo kunnen bijvoorbeeld uitrustingsstukken die voorzien zijn van looprollen op het grondvlak worden neerge-10 laten en vrij over de grond worden verplaatst.
Volgens een uitvoeringsvariant kan de hoogteverstelinrichting een in hoofdzaak verticale geleidingsbaan omvatten/ waarin de lagerinrichting wordt geleid/ welke gekoppeld is met een hoogteverstelinrichting en de zwenkaslager/ waar-15 door een star bevestigde spelingvrije geleiding voor uitrustingsmodules die zware voorwerpen opnemen/ kan worden bereikt en desondanks de mogelijkheid van het verzwenken van de uitrustingsmodules wordt gehandhaafd.
Volgens een andere uitvoeringsvorm worden in één uit-20 rusting-kast verscheidene uitrustingsmodules aangebracht en is de uitrusting-kast voorzien van een hoogteverstelinrichting/ waardoor de kosten van de hoogteverstelling voor de uitrustingsmodules in zoverre kan worden gereduceerd/ doordat met een hoogteverstelinrichting tegelijkertijd verscheidene 25 uitrustingsmodules op een gunstige uitlaathoogte kunnen worden gebracht.
Verder is het echter ook mogelijk dat de hoogteverstelinrichting in een/ zich ongeveer loodrecht op het grondvlak uitstrekkend vlak aangebrachte zwenkhefbomen van deze 50 parallellogram hefboominrichting omvat/ waardoor de belasting ter plekke van de zwenkassen van de uitrustingsmodules wordt verminderd en bij benadering een rechtlijnige beweging van de uitrustingsmodules kan worden bereikt.
Verder is het gunstig wanneer de lagerplaats van de 55 zwenkhefboom ongeveer in langsrichting gezien in het midden van een zich in de ruststand bevindende uitrustingsmodule is aangebracht/ aangezien daardoor ook zijdelings naast de deuropening aanwezige gebieden voor het opslaan van uitrustings- .8802580 φ « 6 stukken kunnen worden benut.
Tenslotte is het ook gunstig wanneer de lagerinrich-ting van de uitrustingsmodule door een zich in een evenwijdig aan het grondvlak uitstrekkend vlak aangebrachte parallello-5 gram-hefboominrichting wordt gevormd, aangezien daardoor de uitrustingsmodule over het gehele zwenkgebied horizontaal kan worden gehouden.
Voor een beter begrip van de uitvinding wordt deze hierna aan de hand van de in de tekeningen weergegeven uitvoe-10 ringsvoorbeelden nader verduidelijkt.
Pig. 1 toont een hulpvoertuig met een uitrusting-ca-bine waarin overeenkomstig de uitvinding uitgevoerde uitrus-tingsmodules zijn aangebracht, in zijaanzicht.
Fig. 2 toont een uitrusting-kast van de uitrusting-15 cabine in zijaanzicht.
Fig. 3 toont de uitrusting-kast bij naar buiten gezwenkte uitrustingsmodulen in vooraanzicht, en doorgesneden volgens de lijn III-III in fig. 2;
Fig. 4 toont een uitvoeringsvariant van een uitrus-20 ting-cabine met verscheidene daarin aangebrachte uitrusting-modules in zijaanzicht en vereenvoudigde schematische voorstelling ;
Fig. 5 toont de. uitrusting-cabine volgens fig. 4 in bovenaanzicht, doorgesneden volgens de lijn V-V in fig. 4; 25 Fig· 6 toont de uitrusting-cabine volgens fig. 4 en 5 in vooraanzicht en met schematisch aangegeven verschillende hoogtestanden ten opzichte van het grondvlak.
Fig. 7 toont de grendelinrichting van de uitrustingsmodule volgens fig. 2 en 3 in doorsnede volgens de lijn 30 VII-VII in fig. 3;
Fig. 8 toont een uitrusting-cabine met verscheidene ten opzichte hiervan in hoogte verstelbare toestelkasten, in zijaanzicht en vereenvoudigde schematische voorstelling.
In fig. 1 is een brandweervoertuig 1 weergegeven dat 35 een voertuigchassis 2 omvat dat door middel van wielen op een grondvlak 4 rust. Het voertuigchassis 2 draagt een bestuur-derscabine 5 waaronder zich een motor 6 bevindt, en een uitrusting-cabine 7. Op het van de bestuurderscabine 5 afgekeer- .8802580 % 7 de einde van het voertuigchassis 2 kan/ zoals bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld, een kraan 8 zijn gemonteerd. De uitrusting-cabine 7 omvat verscheidene uitrusting-kasten 9, 10 en 11. De uitrusting-kasten 9-11 zijn telkens voorzien van 5 een deurinrichting 12 bijvoorbeeld zoals bij de uitrusting-kast 10 te zien is, vanaf rolluik 13, waarmee deuropeningen 14 die door kolommen 15, 16 zijn begrensd, kunnen worden afgesloten. Binnenin de uitrusting-kasten 9 t/m 11 zijn uitrustingsstukken zoals schuimmiddelhouders 17, een schuimbuis 18, 10 een kabeltrommel 19 evenals andere toestellen 20 opgenomen.
In de uitrusting-kast 9, 11 is verder een toestel 21 voor stroomopwekking en een toestel 22 met een hydraulische aandrijving voor spreider en schaar ondergebracht. Beide toestellen 21 en 22 zijn gelagerd op uitrustingmodules 23, 24, 15 In fig. 2 en 3 is een uitrusting-kast 25 getoond, waarin het toestel 21 voor de stroomopwekking aangebracht is op de uitrustingsmodule 23. Deze uitrustingsmodule omvat een vakwerkbodem 26 welke beweegbaar verbonden is met een lagerin-richting 27. In het gebied van deze lagerinrichting 27 is de 20 vakwerkbodem verdraaibaar gelagerd om een zwenkas 28. Daartoe is in een draagplaat 29 en in een draagarm 30 een lagerpen 31 aangebracht. De lagerinrichting 27 omvat een boring 32 die een binnendiameter heeft welke in hoofdzaak overeenkomt met een buitendiameter van de lagerpen 31. In een ligger 33 van 25 de vakwerkbodem 26 is een grendelinrichting 34 aangebracht.
Van deze is een bedieningshefboom 35 evenals een grendelpen 36 te zien. De functie van de grendelinrichting wordt aan de hand van fig. 7 nader verduidelijkt.
De draagplaat 29 is in de uitrusting-kast 25 respec-30 tievelijk in de uitrusting-cabine 7 bevestigd. Hetzelfde geldt voor de draagarm 30. Verder is de draagplaat 29 voorzien van plaatdelen 37, 38 met omgezetter randen, welke een aanslag vormen voor de ligger 33 respectievelijk de grendelpen 36.
35 Zoals beter te zien is in fig. 3 kan de bodem 26 uit de met streeplijnen getoonde stand, door zwenken om de zwenkas 28, in de in getrokken lijnen getekende stand buiten een zijwand 39 van het voertuig worden gezwenkt. Dit geschiedt .8802580 8 *» doordat de grendelpen 36 met de bedieningshefboom 35 -fig.
2- in de richting naar de zwenkas 28 zover wordt teruggetrokken, dat deze achter het plaatdeel 38 valt, waarna de bodem 26 in de in getrokken lijnen getoonde stand kan worden ge-5 zwenkt, waarna de ligger 33 aanligt tegen een plaatdeel 40, en ten opzichte van een plaatdeel 41 met de grendel 36 in de uitgezwenkte stand kan worden vergrendeld. Daardoor wordt het op gebruikelijke wijze zware toestel 21 voor de stroomopwekking met de uitrustingsmodule 23 in een voor het uitladen gun-10 stige positie gesteld, zodat dit aan beide kopzijden door de hulpkrachten kan worden vastgegrepen en op het grondvlak worden neergezet.
In fig. 4 t/m 6 is een andere uitvoeringsvariant van de uitrustingsmodulen 42 t/m 44 getoond. Deze zijn aange-15 bracht in een uitrusting-kast 45 van een uitrusting-cabine 7 van een brandweerwagen 1. Elk van de uitrustingsmodules 42 t/m 44 bestaat uit een vakwerkbodem 26. De uitrustingsmodulen 44 is door middel van een eigen lagerinrichting 27 gelagerd in de uitrusting-kast 45. De uitrustingsmodules 42, 43 20 zijn telkens door middel van eigen lagerinrichtingen 27 verbonden met de uitrusting-kast 45. Zoals het beste te zien is in de figuren 5 en 6 zijn zwenkassen 46 t/m 48 voor de uitrustingsmodulen 42 t/m 44 zowel dwars op de langsrichting van het voertuig als ook evenwijdig daarmee verschoven ten opzich-25 te van elkaar aangebracht. Zo zijn de zwenkassen 47, 48 nabij een zijwand 49 van de uitrüsting-kast 45 aangebracht, terwijl de zwenkas 46 nabij de tegenover deze liggende zijwand 50 is aangebracht. Bovendien zijn de zwenkassen 46, 47 dwars op de langsrichting van het voertuig verschoven aangebracht om de 20 ter beschikking staande binnenruimte van de uitrusting-kast 45 volledig te kunnen benutten voor het onderbrengen toestellen 20 t/m 22. De verschuiving van de zwenkas 48 tot dichter bij een binnenwand 52 van de uitrusting-kast 45 zorgt daarentegen ervoor dat op de bodem 26 van de uitrusting-module 42 25 <3e toestellen 22 hoger opgebouwd kunnen worden en desondanks in de daarachter liggende ruimte bijvoorbeeld een kettingzaag 53 en kunststofhouders 54 op de bodem 26 van de middelste uitrustingsmodule 43 kunnen worden aangebracht. Op de vakwerkbodem 26 van de bovenste uitrustingsmodule 44 zijn waterarmatu- .8802580 κ * 9 ren 55 aangebracht.
Zoals het beste uit fig. 5 blijkt kunnen door de verschoven ligging van de zwenkas 46 t/m 48 de afzonderlijke uit-rustingsmodules 42 t/m 44 zonder wederzijdse hinder in een 5 stand worden gebracht/ waarin het uitnemen van voorwerpen uit alle bodems 26 van de verschillende uitrustingsmodules 42 t/m 44 mogelijk is. Zoals te zien is worden daarbij op gebruikelijke wijze op de het dichtstbij de bodem 4 liggende uitrus-tingsmodule de uitrustingsstukken respectievelijk toestellen 10 20 t/m 22 met hoog gewicht en in de daarboven liggende uitrus tingsmodules die met een geringer gewicht aangebracht.
Verder is in fig. 4 t/m 6 getoond dat de gehele uitrusting-kast 45 door middel van een hoogte verstelinrichting 56 op de in fig. 6 getoonde/ zich aan het chassis 2 bevindende rust-15 stand in de met streeplijnen aangegeven werkstand in de richting naar het grondvlak 4 kan worden neergelaten. De hoogte-verstelinrichting 56 omvat hiertoe zwenkhefbomen 57/ 58 waarvan een einde gelagerd is in de lagerpunten 59 aan het voer-tuigchassis 2 en waarvan het andere einde zwenkbaar gelagerd 20 is in lagerpunten 60 aan de uitrusting-kast 45. De zwenkhef-boom 57 is bovendien scharnierend verbonden met een zwenkaan-drijving 61/ die zelf weer scharnierend ondersteund is ten opzichte van het voertuigchassis 2. Door het verstellen van de zwenkaandrijving 61 is het door de zwenkbeweging van de zwenk-25 hefbomen 57/ 58 mogelijk om de uitrusting-kast 45 van het chassis 2 in de met streeplijnen aangegeven positie/ dichterbij het grondvlak 4/ neer te zetten. Daardoor wordt bovendien het voordeel bereikt dat naast de betere toegankelijkheid door het naar buiten zwenken van de toestellen 20 t/m 22 uit 30 de uitrustingskast 45 ook de wijze van uitnemen aangepast kan worden aan de wensen van de verschillende hulporganisaties/ zoals bijvoorbeeld de brandweer. Aangezien de uitrusting-kas-ten 45 op gebruikelijke wijze op een afstand van circa 1200 mm tot het grondvlak 4 zijn aangebracht/ en de hoogte voor 35 het optillen van zware toestellen bij voorkeur tussen 500 en 700 mm ligt/ is het met deze hoogte verstelinrichting 56 mogelijk tenminste de zware toestellen 20/21 voor het opwekken van stroom respectievelijk hydraulische aggregaten op deze .8802580 10 gunstige uitlaathoogte te brengen.
In fig. 7 is de grendelinrichting 34 op grotere schaal weergegeven. De vergrendelinrichting 34 is in het inwendige van de ligger 33 aangebracht. De grendelpen 36 strekt 5 zich evenwijdig aan de langsrichting van de ligger 33 uit en is ter plaatse van zijn naar de bedieningshefboom 35 toegekeerde einde vastgelast aan een steunplaat 62. Op deze steun-plaat 62 steunt een veer 63/ waarvan het tegenoverliggende einde tegen een geleidingsbuis 64 van de lagerinrichting 27 10 steunt. De steunplaat 62 is beweegbaar verbonden met een over-brengingsstang 65. De overbrengingsstang 65 is voorzien van een uitsteeksel 66 dat aangrijpt in een uitsparing 67 van de om een as 68 verzwenkbare bedieningshefbooom 35. Door de veer 63 wordt de grendelpen 36 en de bedieningshefboom 35 nu vast-15 gehouden in de met getrokken lijnen getoonde stand. In deze stand fixeert de grendelpen 36 de ligger 33 tussen het als aanslag voor de ligger 33 werkende plaatdeel 40 en als aanslag voor de grendelpen 36 dienende plaatdeel 41. Voor het ontgrendelen wordt de bedieningshefboom. Voor het ontgrende-20 len wordt de bedieningshefboom 35 uit de in getrokken lijnen getoonde stand in de met streeplijnen aangegeven stand gezwenkt/ waardoor de grendelpen 36 eveneens uit de in getrokken lijnen naar de met streeplijnen aangegeven stand binnen de ligger 33 wordt teruggetrokken en daarmee de beweging van de 25 ii gger 33 en van de uitrustingsmodulen 42 voor het zwenken om de zwenkas 28 in de richting van de pijl 69 vrijgegeven. De massieve en toch plaatsbesparende uitvoering van de grendelinrichting 34 maakt het dus mogelijk ook toestellen met een hoog gewicht in de ui trusting-kasten 45 op geschikte wijze 30 veilig te verankeren.
In fig. 8 is een uitvoeringsvariant van een uitrus-ting-cabine 70 getoond. Bij deze uitvoeringsvorm zijn uitrus-tingsmodules 71/ 72 aangebracht. Deze uitrustingsmodules 71/ 72 zijn voorzien van een vakwerkbodem 26 respectievelijk een 35 draagraam 73 en beweegbaar verbonden met een lagerinrichting 74/ 75. De lagerinrichting 74/ 75 is langs een/ bijvoorbeeld door geleidingskolommen gevormde geleidingsbaan 76 verschuifbaar gelagerd. De lagerinrichting 74 respectievelijk 75 is # .8802580
II
A
telkens gekoppeld met een eigen hoogte verstelinrichting 77/ 78. De lagerinrichting 74 omvat verder een verticale zwenkas 79/ waaromheen de vakwerkbodem 26 respectievelijk het draag-raam 73 verzwenkbaar is. Door het zwenken om de zwenkas 79 5 kan het draagraam 73 respectievelijk de vakwerkbodem 26 uit het inwendige van de uitrusting-kast 45 in de met getrokken lijnen getoonde stand worden gezwenkt/ waarna deze met de hoogte verstelinrichting 77/ 78 uit de in getrokken lijnen getoonde stand naar de met streep-stippellijnen respectieve-10 lijk streeplijnen getekende standen in de richting naar het grondvlak 4 kunnen worden neergelaten. Daardoor wordt het uitladen uit de uitrusting-kast 45 van uitrustingsstukken vergemakkelijkt .
Bij een geschikte uitvoering van de ui trustingsmodu-15 len 72 respectievelijk het draagraam 73 is het verder mogelijk alleen het draagraam 73 van de uitrustingsmodulen 72 neer te laten/ waarbij na het van dit draagraam 73 afnemen van de gereedschappen dit als opstap kan dienen/ om de op de vakwerkbodem 26 van de uitgezwenkte uitrustingsmodulen 71 20 liggende uitrustingsstukken gemakkelijker te kunnen pakken.
Vanzelfsprekend is het binnen het kader van de uitvinding mogelijk dat de deurinrichtingen 12/ die voor de verschillende uitrustingsmodules 23/ 24; 42-44;71/72 zijn aangebracht/ door rolluiken/ zoals bijvoorbeeld in fig. 1 wordt 25 getoond/ zwenkdeuren 80/ zoals bijvoorbeeld in fig. 8 wordt getoond/ of vanzelfsprekend ook schuifdeuren/ klapdeuren of dergelijke kunnen worden gevormd.
Verder is het ook mogelijk om in één uitrusting-cabi-ne zonder zich dwars op de langsrichting van het chassis uit-30 strekkende scheidingswanden verscheidene op verschillende hoogten en van op verschillende afstanden dwars op de langsas van het chassis aangebrachte zwenkassen voorziene uitrustingsmodules aan te brengen.
Daarbij is het ook mogelijk dat/ zoals bijvoorbeeld 35 in fig. 5 aan de hand van de uitrustingsmodule 44 wordt getoond/ deze over een hoek van 135° te verzwenken. Bij het gebruik van gebogen draagarmen is het onder bepaalde omstandigheden ook mogelijk de zwenkhoek tot ongeveer 180° te vergro- .8802580 -» * 12 ten. De arretering bij deze verdere zwenkstand van de uitrustingsmodule 44 kan geschieden door middel van de schematisch aangegeven plaatdelen 40/ 41 en de tussen deze in te schuiven grendelpen 36. Voor het positioneren van de uitrustingsmodule 5 44 in de 90°-zwenkstand - getekend met getrokken lijnen - dienen eveneens plaatdelen 81/ waartussen de grendelpen 36 aangrijpt. De uitrustingsmodule 44 kan daardoor in tenminste drie standen worden vastgezet/ zodat het uitnemen van toestellen respectievelijk uitrustingsstukken in een geborgde stand 10 van de uitrustingsmodulen mogelijk is.
. 880258 0

Claims (16)

13 i
1. Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig/ met een op een voertuigchassis aangebrachte uitrusting-cabine voor het opnemen van toestellen en respectievelijk of brand- blusmiddelen en dergelijke/ en een bestuurderscabine en met 5 uitrustmgsmodules voor het opnemen van toestellen en respectievelijk of blusmiddelen, welke ten opzichte van de uitrus-tings-cabine en respectievelijk of de bestuurderscabine en respectievelijk of het chassis verstelbaar zijn, met het kenmerk, dat de uitrustingsmodulen (23,24;42-44 ;71,72) 10 binnen een door een deurinrichting 12 afgesloten uitrusting-cabine (7,70) is aangebracht, en verbonden is met een lagerin-richting (27) en met deze om zich loodrecht op een grondvlak (4) uitstrekkende zwenkas (28j46—48;79) draaibaar is gelagerd en bij voorkeur slechts één vakwerkbodem (26) respectievelijk 15 een draagraam (73) of dergelijke omvat.
2. Hulpvoertuig volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkassen (28;46-48;79) van de lagerinrich-ting (27;74,75) nabij een van de beide de deurinrichting (12) begrenzende, in de rijrichting op een afstand van elkaar aan- 20 gebrachte en zich loodrecht op het grondvlak uitstrekkende zijwanden (39,49,50) of kolommen (15,16) is aangebracht.
3. Hulpvoertuig volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in een uitrusting-cabine (7,70) verscheidene uitrustingmodules (23,24;42-44ï71,72) telkens volgens 25 een eigen zwenkas (28;46-48;79) verdraaibaar zijn gelagerd.
4. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat aan elke uitrustingsmodule (23,24;42-44;71,72) een grendelinrichting (34) is toegevoegd.
5. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-4, 30 met het kenmerk, dat verscheidene uitrustingmodules (23,24r42-44;71,72) in de uitrusting-cabine (7;70) boven elkaar zijn aangebracht en voorzien zijn van van elkaar onafhankelijke grendelinrichtingen (34). .8802580 * ·
6. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-5/ met het kenmerk/ dat de zwenkassen (28;46-48 ;79) van boven elkaar aangebrachte uitrustingmodules (23/24; 42-44; 71/72) afwisselend nabij een van de beide dwars op de rijrich- 5 ting op een afstand van elkaar liggende zijwanden (39/49/50) van de uitrusting-kast (9-ll;25;45) zijn aangebracht.
7. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-6/ met het kenmerk/ dat verscheidene uitrusting-kasten (9-ll;25;45) in een uitrusting-cabine (7;70 in de langsrich- 10 ting van het voertuig-chassis (2) achter elkaar zijn aangebracht.
8. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-7/ met het k e n m e r k7 dat in elke uitrusting-kast (9-11;-25;45) op de zwenkas (28;46-48;79) van de lagerinrichting 15 (27;74/75) boven elkaar verscheidene uitrustingsmodules onaf hankelijk van elkaar zwenkbaar zijn gelagerd.
9. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-8/ met het kenmerk/ dat de lagerinrichting (74/75) voor de uitrustingmodules (71/72) verbonden is met een hoogtever- 20 stelinrichting (77/78).
10. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-9/ met het kenmerk/ dat de zwenkassen (46-48) van verscheidene boven elkaar aangebrachte uitrustingsmodules (42/43/44) onderling zijdelings verschoven zijn aangebracht. 25 11, Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-10/ met het kenmerk/ dat een hefhoogte van de hoogtever-stelinrichting (77/78) ongeveer overeenkomt met een afstand tussen het grondvlak (4) en de zich in de restant bevindende uitrustingsmodulen (71).
12. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-11/ met het kenmerk/ dat de hoogteverstelinrichting (77/ 78) een in hoofdzaak verticale geleidingsbaan (76) omvat/ waarin de lagerinrichting (74/75) is geleid/ en welke gekoppeld is met een hoogteverstelinrichting (77/78) en de zwenkas 35 (79) lagert.
13. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-12/ met het kenmerk/ dat in één uitrustings-kast (9-11/25/45) verscheidene uitrustingmodules (23/24;42“44;71/ .8802580 15 5 72. zijn aangebracht en aan de uitrusting-kast (9-ll;25/45) een hoogteverstelinrichting (56) is toegevoegd.
14. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-13/ met het kenmerk/ dat de hoogteverstelinrichting (56) 5 een in een in hoofdzaak loodrecht op het grondvlak (4) liggend vlak aangebrachte zwenkhefbomen (57/58) van deze paral-lellogram-hefboominrichting omvat.
15. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-14/ met het kenmerk/ dat het lagerpunt (59/60) van de 10 zwenkhefboom (57/58) ongeveer in langsrichting in het midden van een zich in de ruststand bevindende uitrustingsmodule (23/24;42-44;71/72) is aangebracht.
16. Hulpvoertuig volgens een van de conclusies 1-15/ met het kenmerk/ dat de lagerinrichting (27) van de 15 uitrustingsmodule (23/24;42-44;71/72) gevormd wordt door een in een zich evenwijdig aan het grondvlak (4) uitstrekkend vlak aangebrachte parallellogramhefboominrichting. .8802580
NL8802580A 1987-11-06 1988-10-19 Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig met een cabine voor uitrusting. NL8802580A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
AT0294387A AT394138B (de) 1987-11-06 1987-11-06 Feuerwehrfahrzeug mit einer ausruestungskabine
AT294387 1987-11-06

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8802580A true NL8802580A (nl) 1989-06-01

Family

ID=3542791

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8802580A NL8802580A (nl) 1987-11-06 1988-10-19 Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig met een cabine voor uitrusting.

Country Status (11)

Country Link
JP (1) JPH01155872A (nl)
AT (1) AT394138B (nl)
BE (1) BE1002695A5 (nl)
CH (1) CH677322A5 (nl)
DE (2) DE8816910U1 (nl)
FR (1) FR2622809B1 (nl)
GB (1) GB2212115B (nl)
IT (2) IT8820514V0 (nl)
NL (1) NL8802580A (nl)
NO (1) NO884884L (nl)
SE (1) SE8803872A0 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1230297B (it) * 1989-07-05 1991-10-18 Carmelo Lo Duca Siringa utilizzabile una sola volta.
FR2662943B1 (fr) * 1990-06-12 1992-08-07 Camiva Vehicule de lutte contre l'incendie et de secours.
DE29816367U1 (de) * 1998-09-11 1999-10-21 JT Elektronik GmbH, 88131 Lindau Kanal-Inspektions- und Sanierungsfahrzeug
GR1003776B (el) * 2000-05-03 2002-01-24 Οχημα πυροσβεσης-διασωσης και μεταφορας τραυματιων.
EP1284791A1 (en) 2000-05-03 2003-02-26 George Sioutis Multi-functional vehicle equipped with fire fighting equipment and equipment for freeing, rescuing and transporting injured entrapped persons
WO2004087261A1 (es) * 2003-04-02 2004-10-14 ARETXABALETA AYO, Mª, Josefa Camión para emergencias.
ES2546220T5 (es) 2011-10-17 2020-05-07 Iveco Magirus Compartimento de vehículo que comprende una plataforma de soporte para recibir equipo de un vehículo de rescate

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3807788A (en) * 1972-03-31 1974-04-30 Ready Metal Mfg Co Combination service truck and dispensing equipment
DE2510685C3 (de) * 1975-03-12 1981-04-09 Konrad Rosenbauer KG, Leonding Feuerwehrfahrzeug, insbesondere für den technischen Einsatz
CH623482A5 (en) * 1977-03-28 1981-06-15 Samuel Mueller Small-sized fire engine
US4221529A (en) * 1978-04-28 1980-09-09 Deshano Al Delivery trailer
ATE23804T1 (de) * 1983-04-12 1986-12-15 Josef Hoetzl Kastenwagen-tankloeschfahrzeug.
US4593855A (en) * 1984-01-24 1986-06-10 Vehicle Systems Development Corporation Vehicle-mountable fire fighting apparatus
ATA164484A (de) * 1984-05-18 1987-11-15 Rosenbauer Kg Konrad Einsatzfahrzeug
AT385900B (de) * 1984-05-18 1988-05-25 Rosenbauer Kg Konrad Einsatzfahrzeug, insbesondere feuerwehrfahrzeug
IT8536239V0 (it) * 1985-10-10 1985-10-10 Enea Unita' mobile di primo intervento in aree contaminate

Also Published As

Publication number Publication date
SE8803872A0 (sv) 1989-05-07
IT1216639B (it) 1990-03-08
SE8803872D0 (sv) 1988-10-28
GB2212115B (en) 1992-01-02
FR2622809B1 (fr) 1992-04-30
NO884884L (no) 1989-05-08
DE8816910U1 (de) 1991-05-23
IT8819212A0 (it) 1988-01-26
IT8820514V0 (it) 1988-01-26
JPH01155872A (ja) 1989-06-19
BE1002695A5 (fr) 1991-05-07
AT394138B (de) 1992-02-10
ATA294387A (de) 1991-08-15
GB2212115A (en) 1989-07-19
FR2622809A1 (fr) 1989-05-12
DE3802187A1 (de) 1989-05-18
GB8825593D0 (en) 1988-12-07
CH677322A5 (nl) 1991-05-15
NO884884D0 (no) 1988-11-02
DE3802187C2 (nl) 1991-11-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JPS6111063A (ja) 作業車、特に消防車
US5649731A (en) Workbench on vehicle mounted tracks
EP1470037B1 (en) Interlocking deck support system
NL8802580A (nl) Hulpvoertuig, in het bijzonder brandweervoertuig met een cabine voor uitrusting.
GB2052416A (en) A railway goods truck for transporting heavy rolls and bales
CA2274118A1 (en) Truck frame for railway rolling stock
USRE23814E (en) Drop end gondola car
US4348963A (en) Retractable bulkheads for railroad flat cars
BE903386A (nl) Vrachtwagen met meerdelige cabine
AU582544B2 (en) A support assembly
SU486499A3 (ru) Железнодорожный вагон
EP0941195A1 (en) Stanchion for vehicle load platform
GB2228453A (en) Stowable bulkhead for vehicle body
PL126372B1 (en) Method of preparing mobil crane for a travel and mobile crane
CA2211082C (en) Articulated bunk for logging trucks
EP0665132B1 (en) Vehicle, in particular for rescue services or the like
CN221233751U (zh) 一种轨道车连接固定装置及轨道车
JP3066058B2 (ja) 電動グローブボックス
RU2094252C1 (ru) Транспортное средство для перевозки штучных грузов
CN211001317U (zh) 一种综合型司机室
US402743A (en) Street-railway car
US3457878A (en) Tilting dump car door hinge
JPS58101834A (ja) ダンプカ−における荷箱落下防止装置
SU1164176A1 (ru) Устройство дл выгрузки насыпных грузов из крытых вагонов
NL8902375A (nl) Liftinstallatie voor het via een deuropening in een motorvoertuig, zoals een trein, in en uit dat motorvoertuig brengen van een transportmiddel, zoals een rolstoel.

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed