NL8801856A - Deurrolluik van polycarbonaat met horizontale secties. - Google Patents

Description

P & c 4

W 6764-1 Ned.dB/LdB

«r

Korte aanduiding: Deurrolluik van polycarbonaat met horizontale secties.

De uitvinding betreft een deurrolluik van polycarbonaat met horizontale secties voor een deur- of vensteropening, voorzien van doorgaande scharnieren en rollen die zich verplaatsen in rolbanen, bevestigd aan de sponning van de opening.

5 Op dit moment kent men deurrolluiken bestaande uit horizontale panelen, die als secties scharnierend met elkaar verbonden zijn. Deze rolluiken zijn vervaardigd van gegalvaniseerd staalplaat of een ander metaal en de secties zijn versterkt door eindmontage-organen en dwarsverbindingen van staalplaat, die met klinknagels of andere soortgelijke 10 middelen bevestigd worden. Een bezwaar is, dat door de montage van de dwarsverbindingen en bepaalde andere elementen van staal aan het rolluik, door middel van klinknagels of andere elementen, in het verloop van de tijd een speling ontstaat, waardoor trillingen optreden, die o.a. het lawaai bij de bediening vergroten. Verder is de tijd nodig voor het 15 aanbrengen van deze elementen nadelig voor de fabricagekosten. Deze deurrolluiken met horizontale secties worden vertikaal gemonteerd en zwenken dan naar een horizontaal vlak door middel van de zijrails waarin de rollen lopen. Voor het vergemakkelijken van de bediening van de rolluiken worden deze geholpen door compensatieveren.

20 Een ander bezwaar is dat de scharnieren van deze bekende rolluiken zijn aangebracht aan elk einde van de secties, waardoor het geheel breekbaar wordt en bevestigd zijn door middel van klinknagels of soortgelijke elementen, waardoor het bovengenoemde bezwaar wordt versterkt.

Deze bekende rolluiken heben ook tussenscharnieren, waardoor 25 een te lange montagetijd ontstaat en die niet beschermen tegen uit elkaar schuiven, hetgeen steeds mogelijk blijft.

De onderhavige uitvinding beoogt het opheffen van deze bezwaren.

De uitvinding lost, zoals deze gekenmerkt is in de conclusies, 30 de problemen op en maakt het mogelijk een deurrolluik te vervaardigen met horizontale secties, dat geen lawaai maakt, door het opheffen van elke speling tussen de niet scharnierende elementen, waarbij de montage kan plaatsvinden in de werkplaats of op het werkterrein en zeer weinig tijd in beslag neemt. Verder belet de onderhavige uitvinding elke moge-35 lijkheid van uit elkaar schuiven van de doorgaande scharnieren van de continue panelen van het rolluik.

Het rolluik volgens de uitvinding is in eerste instantie gekenmerkt doordat elk paneel bestaat uit een vulelement met meervoudige .8801856 » ’ - 2 - wanden van polycarbonaatharg wat een hars is met vertraagde verbranding, welke horizontale panelen over de gehele lengte met elkaar in ingrijping zijn, door middel van mannelijke bovenprofielen en vrouwelijke onder- profielen, volgens een montagehoek van ongeveer 15 graden en met 5 elkaar vergrendeld zijn bij een rotatiehoek groter dan of gelijk aan 30 graden. De bovenprofielen en de onderprofielen van de panelen bestaan eveneens uit polycarbonaat. De mannelijke bovenprofielen van de panelen dragen verstijvingen aan het binnenvlak en elk van de einden van deze bovenprofielen draagt een rol die loopt in vertikale rails, bevestigd 10 aan de sponning van de deuropening.

Het rolluik volgens de uitvinding heeft in tweede instantie een grendel tegen uit elkaar schuiven, die het uit elkaar schuiven belet van de profielen wanneer de rotatiehoek kleiner wordt dan 30°, welke grendel in twee wanden van het vrouwelijke profiel wordt gedrukt 15 of gelijmd, welk profiel zich bevindt aan het onderste deel van elk paneel. Wanneer de as van de rol wordt gestoken in de uitsparing van de schouder aan de kop van de grendel tegen uit elkaar schuiven en dan wordt doorgedrukt in de uitsparing van de geleider, die een bus vormt, draagt deze grendel aan zijn kop een schouder met een uitsparing die bij de 20 montage komt te liggen tegenover de uitsparing in de steungeleider voor de rolas, zodat deze uitsparingen tegenover elkaar liggen. De geleider wordt met kracht geplaatst in de inwendige ruimte van het kogelscharnier van het mannelijke profiel, aangebracht aan het bovenste deel van elk paneel.

25 De mannelijke en vrouwelijke profielen, die het scharnier van de panelen vormen, kunnen niet meer uit elkaar schuiven.onafhankelijk van de rotatiehoek van het scharnier. Het gevaar van het uit elkaar schuiven was aanvankelijk aanwezig wanneer de rotatiehoek kleiner werd dan 30°, ongeveer overeenkomend met de montagehoek van 15°, tot de grendel_hoek 30 gelijk aan of groter dan 30°.

Bij een andere uitvoering kan het lichaam van de grendel tegen uit elkaar schuiven bestaan uit twee of meer staven, welke staven geplaatst kunnen worden in 1, 2 of meer schotten van het vronwelijke profiel van het scharnier.

35 De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening , waarin als voorbeeld een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.

Fig. 1 toont gedeeltelijk twee met hun profielen aan elkaar gemonteerde panelen.

40 Fig. 2 toont beknopt in doorsnede een rolluik aan een opening.

.88tt 1 85 6 «i - 3 -

Fig. 3 toont in doorsnede de naderingshoek van de mannelijke en vrouwelijke profielen.

Fig. 4 toont in doorsnede de montagehoek van de mannelijkeen vrouwelijke profielen.

5 Fig. 5 toont in doorsnede het profiel van het ondereinde van het rolluik.

Fig. 6 toont beknopt een rol op een rolbaan.

Fig. 7 toont in perspectief een rolgeleider.

Fig. 9 toont in perspectief een grendel tegen uit elkaar schuiven.

10 Fig.10 toont beknopt de plaats van de grendel tegen uit elkaar schuiven in een schot van het vrouwelijke profiel.

Zoals is weergegeven bestaat de inrichting uit een deurrolluik 1, aangebracht in een deuropening 2, in hoofdzaak bestaande uit een rolluik van panelen met horizontale secties, welke panelen resp. een vulelement 15 3 van polycarbonaat dragen, aan welk element een mannelijk bovenprofiel 4 en een vrouwelijk onderprofiel 5 zijn aangebracht, waardoor de panelen aan elkaar gemonteerd kunnen worden, waarbij het rolluik 1 wordt geleid door rollen 6, gedragen door de panelen, welke rollen 6 lopen over vertikale geleidingsrails 7, bevestigd aan de deuropening 2 en die door-20 lopen in horizontale rails 8 in het plafond. De bediening van hetrol-luik wordt vergemakkelijkt door middel van een compensatieveer 9, bevestigd aan de bovenzijde van de deuropening 2.

Volgens de uitvinding zijn de bovenprofielen 4 en de onderpro-fielen 5 van de panelen, waardoor de panelen in elkaar gemonteerd kunnen 25 worden, aangebracht over de gehele breedte van het rolluik, zodat zij een doorlopend scharnier vormen.

Het mannelijke bovenprofiel 4 van de panelen heeft een gedeelte bestaande uit loodrecht op elkaar staande wanden 10, die twee evenwijdigeopneemruimten 11 vormen voor het opnemen van het onderranden 30 12 van de vulelementen 3 van polycarbonaat, waarbij dit profieldeel tegenover de opneemruimten 11 verlengd is met een in hoofdzaak cilindrische vorm, die uitsteekt en een scharnierkogel 13 vormt. De kogel 13 wordt gesneden door een segment, dat een platte kant 14 vormt aan het einde van een uitsparing 15, die een grendelhoek vormt met het vrouwe-35 lijke onderprofiel 5.

Het vrouwelijke onderprofiel 5 bestaat uit een gedeelte dat twee opneemruimten 11' vormt voor het opnemen van de onderranden 12 van de vulelementen 3 van polycarbonaat, welk profiel aan de tegenovergestelde zijde is verlengd door een gebogen en cilindrische vorm, die 40 een vrouwelijk kogelscharnierdeel 16 vormt voor het omvatten van het <.880185 6 - 4 - kogelscharnier 13 van het mannelijke profiel aan de onderzijde in de uitsparing 15.

Voor de montage van de panelen wordt een vrouwelijk profiel geplaatst onder een hoek van ongeveer 15° ten opzichte van het 5 mannelijke profiel van het onderliggende paneel (zie fig. 3), daarna dit vrouwelijke profiel naar de horizontaal gezwenkt voor het omvatten van het kogelscharnier 13 van het mannelijke profiel (zie fig. 4) , vervolgens wordt dit vrouwelijke profiel in vertikale richting gezwenkt om het onderpaneel te dragen.

10 De vulelementen 3 bestaan uit polycarbonaat en hebben dubbele of drievoudige wanden, gescheiden door tussenschotten 17, waardoor holten worden gevormd die de warmte- en geluidscoëfficiënten van het rolluik vergroten.

De rollen 6 zijn resp. bevestigd op een rotatieas 18 met een 15 verdikking 19 die het indrukken van de as 18 in een geleider 20 begrenst. Deze geleiders 20 bestaan uit een stang, waarvan de inwendige vorm 21 cirkelvormig is en de omtrek een platte kant 22 heeft over de gehele lengteyin spiegelbeeld met het kogelscharnier 13 van het mannelijke profiel.

20 De .geleiders 20 worden met kracht gedrukt in de einden van de kogelscharnieren 13 in hun cilindrische deel, welke geleiders 20 aan hun buiteneinde resp. een aanslag 23 dragen, waardoor de einden aan weerszijden van de profielen geblokkeerd worden, welke de scharnieren vormen van de panelen over de gehele breedte van het rolluik.

25 De mannelijke profielen 4 hebben bij voorkeur aan de binnen zijde een opneemruimte 24 over de gehele lengte, waarin een verstijver 25 wordt bevestigd voor het vergroten van het gewicht van de panelen, die bestaan uit polycarbonaat. De basis van de verstijver 25 wordt met kracht in de uitsparing 24 gedrukt.

30 Het rolluik heeft aan zijn ondereinde een profiel, gevormd met twee opneemruimten 26, voor het opnemen van de onderranden 12 van de vulelementen 3 en daar tegenover twee andere opneemruimten 27 voor het opnemen van rubberprofielen 28 met lippen, voor de isolatie. Aan het profiel is eveneens een verstijver 29 gevormd over de gehele breedte van 35 het rolluik. Rubberprofielen met lippen 30 zijn eveneens aangebracht aan de rolbaan, geheel rond de deuropening, voor de warmteafdichting.

Het lichaam van de grendel 31 tegen uit elkaar schuiven wordt met kracht gedrukt in of gelijmd tussen twee schotten van het vrouwelijke profiel 5. Wanneer de beide kogelscharnieren 13 en 16 met elkaar verbonden 40 zijn, liggen de geleider 20 en de schouder van de grendel 31 tegen uit .1601856 is - 5 - elkaar schuiven boven elkaar, zodat hun openingen 21, resp. 32 in eikaars verlengde liggen.

Wanneer de as 18 van de rol 6 in de ruimte 32 van de schouder van de kop van de grendel 31 tegen uit elkaar schuiven gedrukt wordt en 5 in de uitsparing 21 van de geleider 20, kunnen de profielen 16 en 13 niet meer uit elkaar schuiven onafhankelijk van de rotatiehoek van het scharnier.

De inrichting volgens de uitvinding kan gebruikt worden voor deurrolluiken van polycarbonaat met horizontale secties in een deuropening 10 welk rolluik doorgaande scharnieren heeft en rollen die lopen over rolbanen, waarbij men wenst dat deze rolluiken een niet uit elkaar schuifbare montage van de scharnieren van de panelen hebben.

,8801858

Claims (9)

1. Rolluik voor een deur of venster, van polycarbonaat, met horizontale secties, bestaande uit door hun horizontale randen scharnierend met elkaar verbonden panelen, welk rolluik rollen (6) heeft aan zijn zijden, die lopen over vertikale rails (7), welke rails 5 verlengd zijn met horizontale rails (8), bevestigd aan de bovenzijde, waarbij de bediening van het rolluik wordt vergemakkelijkt door een corapensatieveer (9), met het kenmerk, dat elk paneèl gevormd wordt door een vulelement (3) met meervoudige wanden, van polycarbonaathars , aan welk element een horizontaal onderprofiel (5) en bovenprofiel (4) van 10 polycarbonaat zijn aangebracht, welke profielen in elkaar grijpen en daardoor doorgaande scharnieren vormen, waarbij de rollen (6) zijn aangebracht aan de einden van de bovenprofielen van elk kanaal, terwijl een grendel (31) tegen uit elkaar schuiven wordt ingedrukt of ingelijmd tussen een of meer schotten van het vrouwelijke onderprofiel (5).

2. Rolluik volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het boven— profiel (4) van elk paneel over een gedeelte twee opneemruimten (11) heeft en daar tegenover een uitstekend deel, dat cilindrisch is en een kogel-scharnier (13) vormt, aangebracht naast een uitsparing (15).

3. Rolluik volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het onder-20 profiel (5) van elk paneel over een gedeelte twee opneemruimten (11') heeft en aan de tegenovergestelde zijde een gebogen vorm heeft, die een cilindrisch kogelscharnierdeel (16) vormt.

4. Rolluik volgens conclusies 1 en 3, met het kenmerk, dat de horizontale panelen in elkaar steekbaar zijn onder een hoek van 15° en 25 vergrendeld zijn onder een rotatiehoek van 30°.

5. Rolluik volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bovenprofiel (4) van elk paneel over zijn gehele lengte een verstijver (25) draagt.

6. Rolluik volgens de conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat 30 dat de as (I8)van de rollen (6) ligt in een geleider (20), die met kracht wordt aangebracht in het kogelscharnier (13) van het mannelijke profiel(4).

7. Rolluik volgens conclusies 1 en 6, met het kenmerk, dat de geleiders (20) een aanslag hebben aan één einde en een platte kant over de lengte van het cilindrische deel.

8. Rolluik volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de grendel (31) tegen uit elkaar schuiven aan zijn kop een schouder een heeft met een uitsparing (32) die bij de montage komt te liggen tegenover de uitsparing (21) in de geleider (20), in eikaars verlengde. .8801856 3 - 7 -

9. Rolluik volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de as (18) van de rol (16) wordt gestoken in de uitsparing (32) van de grendel (31) tegen uit elkaar schuiven en vervolgens in de uitsparing (21) van de geleider (20). 5 . 880 1 856 ·