NL8201676A - Werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren en aldus vervaardigde connectoren. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren en aldus vervaardigde connectoren. Download PDF

Info

Publication number
NL8201676A
NL8201676A NL8201676A NL8201676A NL8201676A NL 8201676 A NL8201676 A NL 8201676A NL 8201676 A NL8201676 A NL 8201676A NL 8201676 A NL8201676 A NL 8201676A NL 8201676 A NL8201676 A NL 8201676A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plug
mold
metal
rod
diameter
Prior art date
Application number
NL8201676A
Other languages
English (en)
Other versions
NL186039C (nl
NL186039B (nl
Original Assignee
Nippon Telegraph & Telephone
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from JP5966081A external-priority patent/JPS6022329B2/ja
Priority claimed from JP9373181A external-priority patent/JPS6032163B2/ja
Application filed by Nippon Telegraph & Telephone filed Critical Nippon Telegraph & Telephone
Publication of NL8201676A publication Critical patent/NL8201676A/nl
Publication of NL186039B publication Critical patent/NL186039B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL186039C publication Critical patent/NL186039C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G02OPTICS
    • G02BOPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
    • G02B6/00Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
    • G02B6/24Coupling light guides
    • G02B6/36Mechanical coupling means
    • G02B6/40Mechanical coupling means having fibre bundle mating means
    • GPHYSICS
    • G02OPTICS
    • G02BOPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
    • G02B6/00Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
    • G02B6/24Coupling light guides
    • G02B6/36Mechanical coupling means
    • G02B6/38Mechanical coupling means having fibre to fibre mating means
    • G02B6/3807Dismountable connectors, i.e. comprising plugs
    • G02B6/3833Details of mounting fibres in ferrules; Assembly methods; Manufacture
    • G02B6/3865Details of mounting fibres in ferrules; Assembly methods; Manufacture fabricated by using moulding techniques
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C25ELECTROLYTIC OR ELECTROPHORETIC PROCESSES; APPARATUS THEREFOR
    • C25DPROCESSES FOR THE ELECTROLYTIC OR ELECTROPHORETIC PRODUCTION OF COATINGS; ELECTROFORMING; APPARATUS THEREFOR
    • C25D1/00Electroforming
    • C25D1/10Moulds; Masks; Masterforms
    • GPHYSICS
    • G02OPTICS
    • G02BOPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
    • G02B6/00Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
    • G02B6/24Coupling light guides
    • G02B6/36Mechanical coupling means
    • G02B6/38Mechanical coupling means having fibre to fibre mating means
    • G02B6/3807Dismountable connectors, i.e. comprising plugs
    • G02B6/3833Details of mounting fibres in ferrules; Assembly methods; Manufacture
    • G02B6/3854Ferrules characterised by materials

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Optics & Photonics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Electrochemistry (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Metallurgy (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Mechanical Coupling Of Light Guides (AREA)
  • Moulds For Moulding Plastics Or The Like (AREA)

Description

V * * N.0. 31014 1
Werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren en aldus vervaardigde connectoren.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren en heeft meer in het bijzonder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een in een plug samengevoegde plugbus of pijp, die in combinatie met een adaptor een uit 5 kunststof gemaakte optische vezelconnector vormt en op een werkwijze voor het vervaardigen van een in een adaptor samengevoegde mantel die in combinatie met een plug een uit kunststof gemaakte optische vezelconnector vormt.
In optische transmissiestelsels is zonder meer apparatuur nodig om 10 optische vezels of optische vezelconnectoren onderling te verbinden.
Met het oog op de in de nabije toekomst optredende en toenemend grotere vraag naar optische vezelconnectoren is het nodig om een optische vezelconnector te ontwikkelen die minder weegt en die gemakkelijk samen te voegen is en waarvan de produktiekosten minder hoog zijn.
15 Onder de voor een optische vezelconnector vereiste belangrijke functies is die welke een nauwkeurige aanloopopstelling mogelijk maakt voor de uiteinden van onderling te verbinden optische vezels tussen de uiteinden van de kernen daarvan, die gewoonlijk een diameter hebben van verschillende tienden micrometer, en die welke onder alle omgevingsom-20 standigheden een nauwkeurige aanloopstand gemakkelijk behoudt. Met andere woorden, het is essentieel om de twee onderling te verbinden optische vezels binnen een radiale tolerantie van verscheidene micrometers nauwkeurig aan te brengen. Daarom is het gedrag van een plugbus waarmede de optische vezels gepositioneerd worden, een parameter van belang 25 die het gedrag van de optische vezelconnector bepaalt. In het bijzonder zijn de kwaliteit van het materiaal, waarvan de plugbus wordt gemaakt en de dimensienauwkeurigheid of tolerantie waarmede de plugbus wordt vervaardigd, van belang om de plugflensbus aan bovengenoemde eisen te laten voldoen.
30 Een bekende werkwijze als voorbeeld voor het vervaardigen van een dergelijke plugbus is in de ter inzage gelegde Japanse octrooiaanvrage 55-67714 weergegeven. Een plugbus welke volgens de bekende en beschikbare werkwijze vervaardigd wordt, is voorzien van een capilair met een klein gat, waarvan de diameter een weinig groter is dan de diameter van 35 de onderling te verbinden optische vezels, en welke in het midden daarvan geboord wordt, waarbij de capilair in een holle metalen kraag wordt opgenomen nadat hij in de metalen kraag is ingevoerd. De capilair die 8201676 2 * i een cilindervorm heeft, wordt verkregen door het inwendige en het uitwendige oppervlak van een uit een gesinterd materiaal, bijvoorbeeld sommige keramische materialen, gemaakte cilinder machinaal te bewerken nadat een middengat in de cilinder is geboord. De metalen kraag wordt 5 door middel van een machinale precisie bewerking vervaardigd. Daarna wordt de capilair in een gat van de metalen kraag opgenomen. Het uitwendige oppervlak van de metalen kraag wordt machinaal bewerkt terwijl de metalen kraag gedraaid wordt en gecentreerd is om het smalle gat van de capilair. De bovengenoemde werkwijze maakt het mogelijk een plugbus 10 te vervaardigen die een nauwkeurige uitwendige diameter heeft en die minder excentriciteit van het smalle gat ten opzichte van het uitwendige oppervlak van de plugbus heeft. De bovengenoemde in de bekende techniek beschikbare werkwijze heeft echter onvermijdelijk het nadeel dat een zeer verfijnde machinale bewerkingstechniek nodig is waarvoor een 15 buitengewoon kostbare machine vereist wordt daar de machinebewerking van hoge precisie die toegepast wordt op het harde materiaal, zoals sommige van de gesinterde materialen of keramische materialen, van wezenlijk belang is voor de werkwijze. Verder heeft de bekende werkwijze het nadeel dat de produktiviteit lager is en dat de produktiekosten ho~ 20 ger zijn.
Verschillende pogingen zijn gedaan om werkwijzen te ontwikkelen voor het vervaardigen van een plugbus die toegepast kan worden voor een optische vezelconnector, waarin kunststof als het materiaal wordt toegepast voor het uiteindelijke doel om de produktiekosten van de plugbus 25 of ferrule te doen verminderen.
De Amerikaanse octrooischriften 4.107.242 of 4.173.389 beschrijven bijvoorbeeld een werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus van kunststof die gebaseerd is op het idee om een metaalvorm toe te passen die gebruikt kan worden voor een invoer vormingsproces en een mal. De 30 werkwijze omvat namelijk de stap van het plaatsen van een optische vezel in een metaalvorm en de stap van het injecteren van een bepaalde hoeveelheid van epoxyhars in de vorm teneinde een massa te vormen die de optische vezel en de plugbus in één lichaam bevat. Ongelukkig genoeg is deze werkwijze niet vrij van het nadeel dat de plugbus voor de ver-35 zending of verscheping verbonden moet worden met een optische vezel daar de eerder genoemde werkwijze eerder alleen in een fabriek dan onder veldomstandigheden kan worden toegepast. Verder kan redelijkerwijs worden aangenomen dat de bovengenoemde werkwijze niet geschikt is voor massaproduktie daar het proces voor het vormen van een massa die een 40 optische vezel en een plugbus in één lichaam bevat volgens de bovenge- 8201676 l 3 V * noemde werkwijze vrij gecompliceerd is.
De uitvinding beoogt derhalve een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een uit kunststof gemaakte, optische vezelconnec-tor waarin verbeteringen zijn aangebracht om de produktiekosten daarvan 5 te doen verminderen, om een nauwkeurige gerede dimensie daarvoor mogelijk te maken en om het voordeel van massaproduktie te verkrijgen.
De uitvinding beoogt eveneens een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een plugbus die voor een optische vezelconnector van kunststof gebruikt kan worden, waarin verbeteringen zijn aange-10 bracht om een nauwkeurige gerede dimensie van de uitwendige diameter daarvan te realiseren en om de mate van excentriciteit van het ronde gat, waarin een optische vezel wordt ingevoerd, ten opzichte van het uitwendige oppervlak van de plugbus te doen verminderen.
Verder beoogt de uitvinding een werkwijze te verschaffen voor het 15 vervaardigen van een mantel van een adaptor die voor een optische vezelconnector van kunststof gebruikt kan worden, waarbij een nauwkeurige gerede dimensie daarvan wordt gerealiseerd.
Teneinde aan bovengenoemde doeleinden te voldoen omvat de werkwijze voor het vervaardigen van een optische vezelconnector volgens de 20 uitvinding de stap van het vervaardigen van een metaalvorm die gebruikt wordt voor het maken van een plugbus volgens de uitvinding teneinde het mogelijk te maken dat de plugbus nauwkeurig vervaardigd wordt.
De eerder genoemde stap van het vervaardigen van een metaalvorm die gebruikt wordt voor het vervaardigen van de plugbus omvat (1) de 25 stap van het boren van een buitengewoon klein gat, waarvan de diameter bij benadering identiek is aan de diameter van de blanke vezel van de onderling met elkaar te verbinden optische vezels, in het midden van een uiteinde van een staaf, waarvan de uitwendige diameter bij benadering identiek is aan de diameter van de te vervaardigen plugbus, (2) de 30 stap van het invoeren van een pen in het bovengenoemde buitengewoon kleine gat teneinde een hoofdvorm te verkrijgen, (3) de stap van het uitvieren van een elektro vormingsproces op de bovengenoemde hoofdvorm teneinde een cilindervormige metalen massa met een vooraf bepaalde dikte op de hoofdvorm te plateren, (4) de stap van het wegnemen van de 35 staaf van de hoofdvorm van de bij de eerder genoemde stap onder toepassing van een elektro-vormingsproces vervaardigde cilindervormige metalen massa, waarbij de eerder genoemde pen in de cilindervormige metalen massa achterblijft teneinde een metalen vorm (waarnaar hierna met de elektro-gevormde vorm wordt verwezen) te vervaardigen die gebruikt zal 40 worden voor de vervaardiging van een voor de vervaardiging van een 8201676 V · 4 plugbus toe te passen metalen vorm, en (5) de stap van het samenvoegen van de eerder genoemde elektro gevormde vorm, een uitwendige metalen vorm en een pijp om de voor de vervaardiging van een plugbus te gebruiken metalen vorm te maken.
5 De werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus volgens de uit vinding omvat de stap van het injecteren van gesmolten hars of kunststof in de eerder genoemde, voor de produktie van een plugbus te gebruiken, metalen vorm. De werkwijze maakt de vervaardiging mogelijk van een plugbus die een nauwkeurige kopie is van de hoofdvorm, waarbij de 10 nauwkeurigheid (de mate van excentriciteit) van de diameter en de positionering van een buitengewoon klein gat, waarin de blanke vezel van een optische vezel ingevoerd wordt en die in een uiteinde van de plugbus wordt geboord, wordt bepaald door de overeenkomstige nauwkeurigheid van de hoofdvorm. Dat wil zeggen dat, wanneer eenmaal een hoofdvorm met 15 grote nauwkeurigheid is vervaardigd, het mogelijk is om elke gewenste hoeveelheid van elektro gevormde vorm en in massa te vervaardigen die een uitstekende mate van nauwkeurigheid hebben gelijk aan die van de hoofdvorm, waardoor massa produktie van plugbussen met een uitstekende waarde van dimensienauwkeurigheid mogelijk wordt* 20 Een metalen vorm, waarin een staaf met een uitwendige diameter een weinig kleiner dan de uitwendige diameter van de hoofdvorm, die toegepast wordt voor het vervaardigen van de eerder genoemde elektro-gevorm-de vorm, samengevoegd wordt, wordt toegepast voor het vervaardigen van een gat van een mantel van een voor een optische connector van kunst-25 stof te gebruiken adaptor, in welk gat de plugbus opgenomen wordt met hoge mate van dimensienauwkeurigheid.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van verschillende uitvoeringsvormen met verwijzing naar de tekeningen, waarin: 30 figuur 1 een gedeeltelijk open gesneden perspectivisch aanzicht geeft van een plugbus die in een optische vezelconnector samengevoegd is welke vervaardigd is onder toepassing van de werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij een langs de lengte-as van de plugbus aange-35 brachte insnijding is aangegeven; figuur 2 een stel schematische perspectivische aanzichten geeft van de opvolgende stappen voor het vervaardigen van een elektro gevormde vorm die een onderdeel is van een metalen vorm die gebruikt wordt voor de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus volgens een 40 uitvoeringsvorm van de uitvinding; 8201676 5 V « figuur 3 een lengte doorsnede aanzicht geeft van een metalen vorm die gebruikt wordt voor de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding (waarbij het aan-spuitgietkanaal, de runner en de poort niet zijn aangegeven); 5 figuur 4 een doorsnede aanzicht geeft van de top van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij de stand is aangegeven nadat hij uit een metalen vorm is gehaald voor vervaardiging van de plugbus; 10 figuur 5 een lengtedoorsnede aanzicht geeft van een plug, waarin de plugbus, vervaardigd volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, is samengevoegd; figuur 6 een lengtedoorsnede aanzicht geeft van een adaptor waar— 13 mede de in figuur 5 aangegeven plug wordt verbonden; figuur 7A een lengtedoorsnede aanzicht geeft van een cilindervormige mantel, als onderdeel van de adaptor; figuur 7B een dwarsdoorsnede aanzicht geeft van de cilindervormige mantel, waarvan het lengte doosnede aanzicht in figuur 7A is aangege-20 ven; figuur 8 een dwarsdoorsnede aanzicht geeft van een mantel voorzien van een sleuf in lengteasrichting; figuur 9 een lengtedoorsnede aanzicht geeft van een metalen vorm die toegepast wordt voor het vervaardigen van de mantel; 25 figuur 10 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van de uitwendige diameter van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 11 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van 30 de onrondheid van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 12 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van de excentriciteit van een middengat ten opzichte van het uitwendige op-35 pervlak van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 13 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van de optische-vezelverbindingsverliezen van een optische vezelconnector, 40 waarin een plugbus is samengevoegd welke vervaardigd is volgens de 8201676 « * 6 werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 14 een grafiek geeft van de hoeveelheid van optische-vezel-verbindingsverliezen bepaald tijdens intervallen tussen herhaalde be-. 5 werkingen om een optische vezelconnector samen te voegen en uit elkaar te halen, in welke vezelconnector een plugbus is samengevoegd welke vervaardigd is volgens de. werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 15 een grafiek geeft ter vergelijking van de grootte van de 10 optische-vezelverbindingsverliezen voor en na 1000 bewerkingen om een optische vezelconnector samen te voegen en uit elkaar te halen, in welke vezelconnector een plugbus is samengevoegd die vervaardigd is volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding; 15 figuur 16 een grafiek geeft ter vergelijking van de grootte van de optische-vezelverbindingsverliezen voor en na toepassing van een ver-warmingscyclus tussen -20°C en +60°C; figuur 17 een stel schematische perspectivische aanzichten geeft van de opvolgende stappen voor het vervaardigen van een elektro gevorm— 20 de vorm, die gebruikt wordt voor het vervaardigen van een plugbus met een flens overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 18 een lengtedoorsnede aanzicht geeft van een metalen vorm die gebruikt wordt voor het vervaardigen van een plugbus en die verkregen is onder toepassing van de elektro gevormde vorm verkregen door de 25 werkwijze met de in figuur 17 aangegeven opvolgende stappen; figuur 19 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van de uitwendige diameter van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding; 30 figuur 20 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van de onrondheid van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 21 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van 35 de excentriciteit van het smalle gat ten opzichte van het uitwendige oppervlak van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding; en figuur 22 een histogram geeft van een verdeling als voorbeeld van 40 de hoekfouten in de richting van de lichtbundel afgegeven vanuit het 8201676 7 kleine gat van een plugbus vervaardigd volgens de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Figuur 1 geeft een gedeeltelijk open gesneden perspectivisch aan-5 zicht van een plug (flens) bus die samengevoegd is in een optische ve-zelconnector welke verkregen wordt onder toepassing van de werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij in langsrichting volgens de as van de plugbus een insnijding is aangegeven. Met verwijzing naar de teke-10 ning is aangegeven dat de plugbus 20 een in één lichaam gevormde kunststof massa is bestaande uit een cilinder 20A waarin een optische vezel wordt ingevoerd, en een flens 20B die in één lichaam met de cilinder 20A is gevormd om het uitwendige oppervlak van het middendeel van de cilinder 20A te omringen. De diameter van de inwendige holle ruimte 21 15 van de cilinder 20A neemt aan een uiteinde daarvan af zodat een rond gat 22 ontstaat waarin de blanke vezel van een optische vezel wordt in gevoerd. Een sleuf of inkeping 23 is in het uitwendige oppervlak van de flens 20B in langsrichting van de plugbus 20 aangebracht. De functie van deze sleuf of inkeping 23 is om te verhinderen dat de plugbus 20 in 20 een plug gaat draaien hetgeen later toegelicht zal worden.
Met verwijzing naar de figuren 2 en 3 zal de werkwijze hieronder worden toegelicht voor het vervaardigen van een plugbus 20 waarvan de schematische struktuur in figuur 1 is aangegeven.
Met verwijzing naar figuur 2a wordt toegelicht dat de eerste stap 25 de vervaardiging is van een cilindervormige staaf 25 gemaakt van een metaal, een keramisch materiaal of een mengselmateriaal, samengesteld uit de eerder genoemde materialen. Deze staaf 25 heeft een glad cilindervormig oppervlak met een diameter identiek aan de diameter van de eerder genoemde cilinder 20A, en heeft in het midden van een uiteinde 30 daarvan een rond gat 26. Het ronde gat 26 heeft een diameter die bij benadering identiek is aan die van de blanke vezel van een optische vezel, en is precies in het midden van een uiteinde van de staaf 25 aangebracht met zo klein mogelijke mate van excentriciteit. Een rechte pen 27 wordt tot vooraf bepaalde diepte in het ronde gat 26 ingevoerd. De 35 rechte pen 27 heeft een diameter die bij benadering identiek is aan die van de blanke vezel van een optische vezel en is gemaakt van een materiaal met een grote waarde voor de stijfheidmodulus, bijvoorbeeld gehard staal, een tungsten legering, en dergelijke. Figuur 2b toont de staaf 25 in de bovengenoemde positie. Verder is de rechte pen 27 voor-40 zien van een kop met een diameter die aan het andere einde daarvan gro- 8201676 8 χ 1 * ter is· Oe kop 28 heeft als functie te verhinderen dat de rechte pen 27 verwijderd wordt uit een elektro-gevormde vorm, wanneer de staaf 25 uit deze elektro-gevormde vorm wordt weggetrokken hetgeen later zal worden toegelicht, nadat het elektro vormingsproces beëindigd is. In het geval 5 dat de staaf 25 van metaal is gemaakt kan deze staaf 25 voorzien van de in het ronde gat 26 ingevoerde rechte pen 27, toegepast worden als hoofdvorm welke verder gebruikt wordt voor een nikkel plateringsproces dat in een in figuur 2c aangegeven nikkel plateerbad 29 wordt uitgevoerd .
10 In het geval dat de staaf 25 van keramisch materiaal is gemaakt, wordt deze staaf 25 geplateerd met een chroom-goudlaag onder toepassing van een verdampingsproces voordat de staaf in een nikkel plateerbad 29 voor vervaardiging van een elektro gevormde vorm wordt ondergedompeld.
De met de verwijzingen 30 en 31 aangegeven onderdelen zijn respectieve-15 lijk een elektrische voedingsbron en een nikkel elektrode voor het elektro-vormingsproces..
Nadat een elektro-gevormd lichaam 32 rond de bovengenoemde staaf 25 met de daarin gevoerde rechte pen 27 is gegroeid tot op vooraf bepaalde dikte, wordt deze staaf 25 met het daarop aangegroeide elektro-20 gevormde lichaam 32 uit het nikkel plateerbad 29 genomen voordat de staaf 25 uit het elektro-gevormde lichaam 32 wordt getrokken waardoor uiteindelijk een elektro-gevormde vorm 33 wordt verkregen met een ci-lindervormige holle ruimte 34, waarbij het uitwendige oppervlak machinaal wordt bewerkt teneinde het zoals in figuur 2d is aangegeven rond 25 te maken. Als eerder toegelicht houdt de kop 28 de rechte pen 27 vast in de elektro-gevormde vorm 33. Het rechte uiteinde van de in het ronde gat 26 van de staaf 25 ingevoerde rechte pen 27 vormt een uitsteeksel 27a dat in de cilindervormige holle ruimte 34 van de elektro gevormde vorm 33 insteekt. Dit uitsteeksel 27a is nodig om het ronde gat 22 in 30 de in figuur 1 aangegeven plugbus 20 te vervaardigen. De cilindervormige holle ruimte 34 heeft een diameter die identiek is aan de uitwendige diameter van de staaf 25 en het uitsteeksel 27a is juist in het midden van de cilindervormige holle ruimte 34 geplaatst met zo min mogelijk excentriciteit.
35 Met verwijzing naar figuur 3 wordt toegelicht dat een metalen vorm 35, die gebruikt moet worden voor het vervaardigen van de plugbus, verkregen wordt door de eerder genoemde elektro-gevormde vorm 33, een paar boven en onder stempels 35A en 35B, en een pijp 40 samen te voegen. De bovenstempel 35A heeft een ringvormige uitdieping 37 (een deel van een 40 holte 36) welke nodig is voor de vervaardiging van de flens 20B, en een 8201676 iaata. ............
9 cilindervormige holle ruimte, die nodig ia voor de vervaardiging van het andere deel van de cilinder 20A van de te vervaardigen plugbus 20. De onderstempel 35B heeft een grote cilindervormige holle ruimte 38 die de eerder genoemde elektro-gevormde vorm 33 opneemt. Een uitsteeksel 5 39, dat in een deel in de in de bovenstempel 35A aangebrachte ringvor mige uitdieping 37 is aangebracht, heeft als functie de vervaardiging van de sleuf of inkeping 23 waarvan de functie is te verhinderen dat de plugbus tijdens het vormingsproces in de plug gaat draaien. Een pijp 40 is in de holte 36 aangebracht waarbij een smalle spleet overblijft tus-10 sen het bodemeinde van de pijp 40 en het uitsteeksel 27a van de rechte pen 27. De functie van de langs de as van de holte 36 aangebrachte pijp 40 is om als kern te fungeren tijdens het vormingsproces. Het doel van de smalle spleet tussen het bodemeinde van de pijp 40 en het uitsteeksel 27a van de rechte pen 27 is het verschaffen van een doorgang voor 15 het te spuien gas en voor overmaat aan tijdens het vormingsproces af te voeren gesmolten hars. Alhoewel voor de kleine spleet een willekeurige afmeting kan worden gekozen, heeft een te kleine afmeting tot gevolg dat het bodemeinde van de pijp 40 het bovenuiteinde van de rechte pen 27 aanraakt, en heeft een te grote afmeting tot gevolg dat moeilijkhe-20 den ontstaan bij het boren van een gat dat de inwendige holle ruimte 21 en het ronde gat 22 van de te vervaardigen plugbus 20 onderling verbindt. De bepaalde geschikte afmeting van de kleine spleet ligt in het gebied van 1-2 mm.
De metalen bovenvorm 35A is voorzien van een (niet aangegeven) 25 aanvoergietkanaal, een runner en een poort in een willekeurige plaats teneinde gesmolten hars, bijvoorbeeld fenolhars dat korte glasvezels bevat, door hen te voeren voor injectie in de holte 36.
Nadat het hars gehard is, wordt de gevormde massa uit de metalen vorm 35 genomen. Het doorsnede aanzicht van de top van de gevormde mas-30 sa of een half gerede plugbus is in figuur 4 aangegeven. Het andere woorden, de in figuur 1 aangegeven inwendige holle ruimte 133 of 21 en het in figuur 1 aangegeven ronde gat 134 of 22 zijn door een dunne wand 154 gescheiden die gemaakt is als gevolg van de noodzaak om tijdens het vormingsproces gas te spuien. Wanneer de dunne wand 154 door drillen 35 verwijderd is en een gat uiteindelijk geboord is, is de gevormde massa in een in figuur 1 weergegeven plugbus 20 omgezet.
Wanneer een uitvoeringsvoorbeeld vervaardigd wordt, worden een keramische staaf 25 met een diameter van 2,499 mm en een lengte van 15 mm, met een rond gat 26 waarvan de diameter 0,125 mm en de diepte 1 mm 40 bedraagt en waarvan de mate van afwijking van het ronde gat 26 ten op- 8201676 10 zlchte van het uitwendige oppervlak van de keramische staaf +0,5 micrometer bedraagt, en een geharde stalen pen 27 met een diameter van 0,124 mm en welke in het ronde gat 26 is ingevoerd, toegepast. Nadat de keramische staaf 25 voorzien is van de in het ronde gat 26 daarvan inge-5 voerde, geharde stalen pen 27 wordt een verdampingsproces uitgevoerd om een chroom-goudplaat daarop te plateren, en wordt daarop een elektro-vormingsproces uitgeoefend om een elektrode-gevormde vorm 33 van een nikkel massa te verkrijgen dafr aan een metalen vorm 35 wordt samengevoegd welke toegepast wordt voor het vervaardigen van de plugbus 20 van 10 fenolhars dat korte glazen vezels bevat. De plugbus 20 is voorzien van een cilionder 20A waarvan de uitwndige diameter 2,488 mm bedraagt en van een rond gat 22 waarvan de diameter 0,125 mm bedraagt, waarbij de onrondheid 1 micrometer en de excentriciteit daarvan 2 micrometer bedraagt .
15 Figuur 5 geeft een lengtedoorsnede aanzicht van een plug, waarin een plugbus 20 is samengevoegd welke verkregen is volgens de werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. De plug 45 bestaat uit (1) een plugbus 20, (2) een spoelveer 46 welke langs het uitwendige oppervlak van een uiteinde van 20 de plugbus is aangebracht en welke een vooraf bepaalde druk uitoefent in het geval dat een paar van de bovengenoemde plugbussen in een later toe te lichten adaptor zijn aangebracht zodanig dat de uiteinden van een paar blanke vezels van onderling te verbinden optische vezels tegen elkaar zijn gedrukt, (3) een geleidingspijp 49 waarin de eerder genoem-25 de plugbus 20 en de spoelveer 46 worden ingevoerd en die een op het uitwendige oppervlak daarvan aangebracht, uitwendig uitsteeksel 47 en een op het inwendige oppervlak daarvan aangebracht, inwendig uitsteeksel 48 heeft, welke beide uitsteeksels als functie hebben te verhinderen dat de plugbus 20 in de plug 45 gaat draaien, (4) een beker 50 die 30 langs het uitwendige oppervlak van de eerder genoemde geleidingspijp 49 is aangebracht, en (5) een steun 51 waarvan een uiteinde langs het inwendige oppervlak van de eerder genoemde geleidingspijp 49 is aangebracht teneinde een begrenzing ten aanzien van de afstand op te leggen waarover de plugbus 20 kan bewegen en om te verhinderen dat de eerder 35 genoemde beker 50 van het uitwendige oppervlak van de geleidingspijp 49 verwijderd wordt, en welke een in een optische vezel aangebracht (niet aangegeven) spanningsorgaan moet bevestigen aan de plug 45, (6) een koppeling 52 die langs het uitwendige oppervlak van de eerder genoemde steun 51 is aangebracht en die de bevestiging (door middel van een 40 hechtmiddel) van het eerder genoemde spanningsorgaan moet veilig stel- 8201676
Eièi^s-S.iaiaiètof-.r_______________ 11 len, en (7) een beschermingsring 53 die van elastisch materiaal Is gemaakt en die langs het uitwendige oppervlak van de eerder genoemde koppeling 52 is aangebracht en die als functie heeft de reduktie van de mate van buigingsverliezen voor een optische vezel. Het langs het in-5 wendige oppervlak van de eerder genoemde geleidingspijp 49 aangebrachte uitsteeksel 48 wordt in de inkeping 23 aangebracht waarvan de functie is te verhinderen dat de plugbus 20 in de plug 45 gaat draaien. Een op-neemschroef 54 is langs het inwendige oppervlak van een deel van de eerder genoemde beker 50 aangebracht welk deel tegenover een adaptor 10 ligt dat verderop zal worden toegelicht. De spoelveer 46 is gemaakt van roestvrij staaldraad met een diameter van 0,4 mm. De beschermingsrlng 53 is van urethaan elastomeer gemaakt. De eerder genoemde geleidingspijp 49, de beker 50, de steun 51, en de koppeling 52, alle van kunststof gemaakt, en de eerder genoemde spoelveer 46 zijn onderdelen van 15 een houder voor de plugbus 20.
Figuur 6 geeft een lengtedoorsnede aanzicht van een adaptor waarmede de eerder genoemde plug wordt verbonden. De adaptor 55 bestaat uit een mantel 56 en een paar mantelhouders 57, die onderling in vorm identiek zijn en die passend met het uitwendige oppervlak van de mantel 56 20 in een lichaam zijn gemaakt. Een insteekschroef 58 die moet aangrijpen met de eerder genoemde opneemschroef 54 van de beker 50 wordt langs het uitwendige oppervlak van de mantelhouder 57 aangebracht. Een inkeping 59 in samenwerking met het uitsteeksel 47 van de geleidingspijp 49 is aangebracht langs het uitwendige oppervlak van de mantelhouder 57.
25 De precisie van de inwendige diameter van de mantel 56 is van groot belang. Daarom wordt in het geval van een cilindervormige mantel 56, zoals aangegeven in de figuren 7A en 7B, een staaf met een uitwendige diameter gelijk aan die van de staaf 25 (met verwijzing naar figuur 2), die gebruikt wordt voor vervaardiging van de elektro-gevormde 30 vorm 33 die toegepast moet worden voor vervaardiging van de plugbus, gebruikt zodat de plugbus 20 ingevoerd kan worden zonder dat er een spleet rondom overblijft en wanneer nodig weggenomen kan worden.
Figuur 9 geeft een lengtedoorsnede aanzicht van een voorbeeld van een metalen vorm 60 die gebruikt kan worden voor vervaardiging van een 35 mantel waarbij de staaf 25 wordt toegepast. De metalen vorm 60 wordt verkregen bij produktie wanneer een niet aangegeven aanspuitgietkanaal, een runner en een poort worden aangebracht aan de metalen vorm zelf welke in figuur 9 is aangegeven. Een in de figuren 7A en 7B aangegeven mantel 56 die een gat 61 heeft waardoor de plugbus 20 ingevoerd kan 40 worden zonder dat een spleet daartussen achterblijft, kan gemaakt wor- 8201676 12 den wanneer een gesmolten hars, Identiek aan het materiaal van de plug-bus 20, in de metalen vorm 60 wordt geïnjecteerd.
Aan de andere kant wordt in het geval van een sleufmantel 56A, zoals aangegeven in figuur 8, deze sleufmantel vervaardigd wanneer (1) 5 een staaf met een uitwendige diameter een weinig kleiner dan de uitwendige diameter van de staaf, toegepast voor vervaardiging van de plug-bus, in de metalen vorm 60 wordt samengevoegd, (2) een cilindervormige mantel wordt gevormd onder toepassing van de bij de eerder genoemde staaf samengevoegde metalen vorm 60, en (3) een snijorgaan wordt toege-10 past voor vervaardiging van een sleuf 62 in de cilindervormige mantel.
Wanneer een staaf met een uitwendige diameter van 2,487 mm wordt gebruikt, wordt een sleufmantel 56A met een inwendige diameter van 2,478 mm verkregen. Een draaibaar snijorgaan van diamant met een bladdikte van 0,2 mm wordt toegepast om een sleuf 62 in de eerder genoemde mantel 15 te verkrijgen.
De adaptor 55 met de eerder genoemde struktuur wordt verbonden met een paar pluggen 45. Door deze stap worden de in de beide pluggen 45 samengevoegde plugbussen 20 ingevoerd in het gat 61 van de mantel 56, en de einden van de beide plugbussen 20 worden in aanraking met elkaar 20 gebracht. Als gevolg hiervan is de beker 50 door middel van schroefdraad met de mantelhouder 57 verbonden.
Daar er ten aanzien van de afmeting van de plugbushouder, samengevoegd in de plugbus 45 en de mantelhouder 57, geen precisie nodig is, worden de geleidingspijp 49, de beker 50, de steun 51, en koppeling 52 25 en de mantelhouder 57 vervaardigd door het ABS hars in de metalen vormen, die elk.door machinebewerking verkregen worden, vervaardigd. Het is onnodig te benadrukken dat voor elk van deze componenten vereist is dat ze betrouwbaar zijn en een struktuur hebben die een gemakkelijke samenvoeging en uit elkaar halen mogelijk maakt.
30 Teneinde het verbindingsgedrag van een optische vezelconnector volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding te bepalen wordt een optische vezelkabel bestaande uit een blanke vezel die een gegradeerde indexvezel van kwarts is met een kerndiameter van 50 micrometer en een buitendiameter van 125 micrometer, een spanningsorgaan van polyamideve-35 zei, en een uitwendig omhulsel van polyvinylchloride toegepast. In dit geval wordt om een vezel te verbinden met een vezelbus, een met een huls beklede vezel waarvan de blanke vezel over een afstand van bij benadering 3 mm gestript is, ingevoerd in de inwendige holle ruimte 21 van de plugbus 20 voordat de blanke vezel van de optische vezel uitge-40 voerd wordt met de plugbus 20, terwijl het uiteinde van de blanke vezel 8201676 __ . _ 13 uit het ronde gat 22 steekt. Daarna wordt een snijorgaan van diamant toegepast om het einde van de blanke vezel dat uit het ronde gat 22 steekt, af te snijden, waarbij een polijstproces onder toepassing van een blad van amarylpapier met een korrelgrootte van nr. 600 wordt toe-5 gepast voor het afgesneden einde van de blanke vezel en een verder polijstproces onder toepassing van aluminiumpoeder wordt uitgeoefend op het gepolijste uiteinde van de blanke vezel teneinde het oppervlak van dat uiteinde van de blanke vezel zo nauwkeurig en glad mogelijk te maken. Een snel hardend hechtmiddel wordt gebruikt om de plug 45 aan de 10 adaptor 55 te koppelen.
Van de verbindingsverliezen werd bepaald dat deze 0,56 dB waren toen een meting uitgevoerd werd onder toepassing van een LED-lichtbron met een golflengte van 0,85 micrometer en een mode scrambler van 1 km. Een periode van bij benadering 30 minuten was nodig voor de samenvoe-15 ging. De plug 45 had een gewicht van 1,5 gram en de adaptor een gewicht van 1 gram. De adaptor 55 met twee pluggen 45 die aan de beide einden daarvan aangebracht waren, had een lengte van 70 mm en een diameter van 10 mm. De periode voor vervaardiging van de plugbus 20, de mantel 56, de houder van de plug 45 en de houder van de adaptor 55 bedroegen res-20 pectievelijk 5 minuten, 5 minuten, 4 minuten en 4 minuten.
De resultaten van metingen ten aanzien van de dimensienauwkeurig— heid van een plugbus vervaardigd onder toepassing van de met verwijzing naar de figuren 2 en 3 toegelichte werkwijze zal hierna gegeven worden. Als een groep van testmonsters werden 72 stukken van plugbussen 20 on-25 der dezelfde omstandigheden vervaardigd.
Figuur 10 toont de verdeling van de uitwendige diameter bepaald voor de 72 stukken van de plugbus 20. Met verwijzing naar het histogram bedraagt de bepaalde gemiddelde uitwendige diameter 2,4884 mm van 70 stukken met een 2 mierometerbereik tussen 2,4875 mm en 2,4895 mm. Dat 30 wil zeggen dat 97% van de produkten binnen een nauwkeurigheidsgebied van 1 micrometer boven of onder de gemiddelde waarde ligt.
Een willekeurige bemonsteringsmethode werd toegepast om uit de 72 stukken nu 52 stukken plugbus 20 te kiezen voordat de onrondheidmeting op de gekozen 52 stukken werd uitgevoerd. Voor deze meting werd een on-35 rondheidtester toegepast.
Figuur 11 toont de verdeling van de onrondheid zoals bepaald voor de genoemde 52 stukken van de plugbus 20. Met verwijzing naar het histogram lagen 39 stukken binnen een onrondheidgebied van 1 micrometer en lagen 50 stukken binnen een onrondheidgebied van 2,5 micrometer.
40 Een onrondheidtester werd opnieuw toegepast om de excentriciteit 8201676 14 te bepalen van de genoemde 72 stukken van de plugbus 20 vervaardigd onder toepassing van een werkwijze volgens de uitvinding.
Figuur 12 toont de verdeling van de excentriciteit zoals bepaald voor de 72 stukken van de plugbus 20. Zoals uit het histogram blijkt 5 bedraagt de bepaalde gemiddelde excentriciteit 2,8 micrometer waarvan gezegd kan worden dat deze inderdaad een marginale waarde is. Daarenboven werd bepaald dat de richting waarin de excentriciteit werd gedetecteerd voor alle produkten in dezelfde zin was gelegen.
Van de genoemde 72 stukken van de plugbussen 20 werden 10 stukken 10 door middel van willekeurige bemonstering gekozen teneinde tien stukken van in figuur 5 aangegeven pluggen samen te stellen, die elk daarin een optische vezel bevatten. Daarna werden deze pluggen 45 en daarin samengevoegde adaptoren 55 met sleufmantels (aangegeven in figuur 8) gebruikt voor de verbinding van optische vezels voordat een meting werd 15 uitgevoerd om de verbindingsverliezen daarvan te bepalen.
Figuur 13 toont de verdeling van de voor de tien optische vezel-connectoren bepaalde verbindingsverliezen. Zoals uit het histogram blijkt is de bepaalde gemiddelde waarde van het verbindingsverlies gelijk aan 0,53 dB hetgeen vanzelfsprekend een buitengewoon kleine waarde 20 is.
Van de genoemde tien stukken van optische vezelconnectoren, verkregen door samenvoeging van de pluggen 45 en de adaptor 55, werden vijf stukken gekozen teneinde de potentiële nadelige invloed van herhaalde bewerkingen van samenvoeging en ontkoppeling van de optische ve-25 zelconnectoren te bepalen. Nadat elke connector van de vijf connectoren respectievelijk een nummer had gekregen, werd elke connector tien maal samengevoegd en uit elkaar gehaald. Na elke bewerking bestaande uit het samenvoegen en uit elkaar halen daarvan, werd aan elke connector een meting uitgevoerd ten aanzien van de verbindingsverliezen.
30 Figuur 14 toont de gemiddelde, maximale en minimale waarden van de voor elk van de vijf connectoren bepaalde optische-vezelverbindingsver-liezen. Zoals uit figuur 14 blijkt overschrijdt de afwijking tussen de maximale en minimale waarden niet de 0,05 dB boven en onder de gemiddelde waarde, hetgeen bewijst dat de herhaalde bewerkingen van het sa-35 menvoegen en uit elkaar halen van de optische-vezelconnectoren geen invloed heeft op de verbindingsverliezen.
Verder werd een van de eerder genoemde optische-vezelconnectoren, die boven vermeld onderzoek ondergingen, met name de met nr. 3 genummerde vezelconnector, een groot aantal malen onderworpen aan de bewer-40 king van samenvoeging en uit elkaar halen teneinde de waarde van de re- 8201676 15 duktie te bepalen In de door de eerder genoemde bewerkingen van het samenvoegen en uit elkaar halen van de optische-vezelconnector veroorzaakte verbindingsverliezen. Eerst werd de bepaalde optische-vezelconnector tien maal onderworpen aan een dergelijke herhaalde bewerking, 5 gedurende welk de maximale, de gemiddelde en de minimale waarde van het verbindingsverlies gemeten werd. Ten tweede werd dezelfde bepaalde optische-vezelconnector 1000 maal onderworpen aan een dergelijk herhaalde bewerking. Ten derde werd dezelfde optische-vezelconnector tien maal onderworpen aan een dergelijke herhaalde bewerking gedurende welk de 10 maximale, de gemiddelde en de minimale waarde van het verbindingsverlies gemeten werd.
In figuur 15 zijn de maximale, de gemiddelde en de minimale waarden van het verbindingsverlies, gemeten voor en na de 1000 maal herhaalde bewerkingen van het samenvoegen en uit elkaar halen van de con-15 nector, vergeleken. Zoals uit figuur 15 blijkt bedraagt de bepaalde re-duktie in de gemiddelde waarde van het verbindingsverlies bij benadering 0,05 dB en liggen de overeenkomstige waarden voor de maximale en minimale waarden binnen 0,1 dB.
Daarenboven werd een van de eerder genoemde optische-vezelconnec— 20 toren, met name de met nr. 1 genummerde vezelconnector, onderworpen aan een verwarmingscyclustest. Het kriterium van de verwarmingscyclustest was dat de temperatuur binnen een cyclustijd van 12 uur afwisselend heen en weer in het gebied van -20°C en +60°C werd veranderd. In figuur 16 zijn de maximale, de gemiddelde en de minimale waarden van de voor 25 en na de verwarmingscyclustest gemeten verbindingsverliezen vergeleken. Zoals uit figuur 16 blijkt bedraagt de bepaalde reduktie in de gemiddelde waarde van het verbindingsverlies bij benadering 0,05 dB en liggen de overeenkomstige waarden voor de maximale en minimale waarden binnen 0,1 dB.
30 Met verwijzing naar de figuren 17 en 18 zal een werkwijze voor vervaardiging van een voor een optische-vezelconnector toe te passen plugbus volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding nu toegelicht worden. Deze uitvoeringsvorm maakt een verbetering mogelijk van de werkwijze voor vervaardiging van een plugbus welke eerder met ver-35 wijzing naar de figuren 2 en 3 toegelicht is. Het kenmerk van deze uitvoeringsvorm is dat een elektro-gevormde vorm met een, met de flens 20B van de plugbus 20 overeenkomstige holte wordt toegepast. Met andere woorden, er wordt door het elektro-vormingsproces eerder een dergelijke elektro-gevormde vorm met een gestapte vorm dan een eenvoudige cilin-40 dervormige vorm vervaardigd.
8201676 16
Met verwijzing naar figuur 17a wordt toegelicht dat de eerste stap de vervaardiging is van een cilindervormige staaf 76 die uit metaal, een keramisch materiaal of een mengmateriaal, samengesteld uit de eerder genoemde materialen, gemaakt is. Deze staaf 76 heeft een glad 5 cilindervormig oppervlak met een diameter identiek aan de diameter van de cilinder 20A, en heeft een doorgaand gat of een penetrerend gat 77 in het midden daarvan waardoor de staaf 76 een pijp voorstelt. Het doorgaande gat 77 heeft een diameter die bij benadering identiek is aan die van de blanke vezel van een optische vezel. Bovenop een schacht 75 10 wordt een vorm of mal 75A met een vorm gelijk aan de flens 20B van de plugbus 20 gemaakt. In het midden bovenin de vorm 75A is een uitdieping aanwezig waarin een uiteinde van de staaf 76 kan worden ingevoerd. Zoals figuur 17b aangeeft wordt een uiteinde 78 van een rechte pen 79 tot op vooraf bepaalde diepte in het boveneinde van het doorgaande gat 77 15 van de staaf 76 ingevoerd. Het uiteinde 78 van de rechte pen 79 heeft een diameter die bij benadering gelijk is aan die van de blanke vezel van een optische vezel en welke is gemaakt van een materiaal met een grote stijfheidmodulus, bijvoorbeeld gehard staal, tungsten legering, en dergelijke. De vervaardiging van de hoofdvorm 80 is gereed wanneer 20 het onderuiteinde van de staaf 76 ingevoerd is tot de uitdieping van de aan het boveneinde van de schacht 75 verkregen vorm 75A. De hoofdvorm 80 wordt geplateerd met een chroom-goudplaat onder toepassing van een verdampingsproces voordat de vorm in een nikkel plateerbad 82 wordt gedompeld voor vervaardiging van een elektro-gevormde vorm 83 (met ver-25 wijzing naar figuur 17c).
Nadat een elektro-gevormd lichaam 81 rond de eerder genoemde staaf 76, de rechte pen 79 en het bovendeel van de schacht 75 tot op een vooraf bepaalde dikte is aangegroeid, wordt het elektro-gevormde lichaam 81 uit het nikkel plateerbad 82 genomen, waarna het uitwendige op-30 pervlak van het elektro-gevormde lichaam 81 machinaal bewerkt wordt en de hoofdvorm 80 uit het elektro-gevormde lichaam 81 getrokken wordt waardoor uiteindelijk een elektro-gevormde vorm 83 verkregen wordt met een gestapte cilindervormige holle ruimte 83A die overeenkomt met de combinatie van de cilinder 20A en flens 20B van de plugbus 20, een en 35 ander zoals aangegeven in figuur 17d.
Met verwijzing naar figuur 18 wordt toegelicht dat een metalen vorm, die voor vervaardiging van de plugbus gebruikt moet worden, verkregen wordt door de eerder genoemde elektro-gevormde vorm 83, een paar boven en onder stempels 86 en 85 en een pijp 87 samen te voegen. De bo-40 venstempel 86 heeft een uitdieping 88 die nodig is voor vervaardiging _____ 8201676 17 van een cilindervormig deel 24 van een plugbus 20.
De metalen bovenvorm 86 Is voorzien van een aanspuitgietkanaal 90 en een rlngpoort 91, terwijl de metalen ondervorm 85 is voorzien van een runner 93 en een rlngpoort 92 op een willekeurige plek teneinde het 5 mogelijk te maken dat een gesmolten hars, bijvoorbeeld fenolhars dat korte glasvezels bevat, in de holte 89 geïnjecteerd kan worden. Daar de rlngpoort 92 een ringvorm heeft, is het bijzonder effectief om de gesmolten hars op uniforme wijze in de holte 89 in te voeren. De pijp 87 heeft als functie om tijdens het vormingsproces gas te spuien en de 10 overmaat aan gesmolten hars af te voeren. Nadat het hars gehard is, wordt de gevormde massa uit de metalen vorm- genomen. In het geval dat fenolhars dat korte glasvezels bevat, wordt gebruikt zijn geschikte waarden van de vormingstemperatuur en van de overdrachtsdruk respectievelijk 170°C +2°C en 250 kg/cm^+10kg/cm^.
15 De figuren 19 tot 22 tonen de resultaten van metingen die uitge voerd zijn op de plugbussen verkregen onder toepassing van de bovenbeschreven werkwijze. Deze resultaten zijn beter dan de overeenkomstige resultaten voor de met verwijzing naar de figuren 10 tot 12 beschreven andere uitvoeringsvorm. Dat wil zeggen dat een aanzienlijke verbetering 20 is verkregen bij de bovengenoemde tweede uitvoeringsvorm in vergelijking met de eerste uitvoeringsvorm. Deze verbetering werd verkregen in de periode nadat de metingen, waarvan de resultaten in de figuren 12 tot 16 zijn weergegeven, uitgevoerd werden met name uit realistisch oogpunt, voor wat betreft de struktuur van een poort voor een vorm.
25 Alhoewel de onderhavige uitvinding toegelicht is met verwijzing naar voorkeursuitvoeringen van toepassing voor de vervaardiging van op-tische-vezelconnectoren met enkelvoudige kern is het duidelijk dat de uitvinding ook toegepast kan worden voor de vervaardiging van optische-vezelconnectoren met meervoudige kern. Het is bijvoorbeeld mogelijk om 30 metalen vormen van hoge precisie in massa te produceren die gebruikt kunnen worden voor de vervaardiging van plugbussen die op zich toegepast worden voor optische-vezelconnectoren met meervoudige kern wanneer als hoofdvorm een elektro-gevormde vorm wordt gebruikt die een aantal staven bevat welke evenwijzig aan elkaar worden aangebracht en die elk 35 een in het gat daarvan ingevoerde pen hebben. Als gevolg hiervan is het zonder meer mogelijk om voor optische-vezelconnectoren met meervoudige kern te gebruiken plugbussen van hoge precisie in massa te produceren.
Alhoewel de onderhavige uitvinding toegelicht is met verwijzing naar bepaalde uitvoeringsvormen is het duidelijk dat wijzigingen en 40 aanvullingen mogelijk zijn binnen het kader van de uitvinding.
8201676

Claims (5)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus samen te voegen in een plug die, in combinatie met een adaptor, een uit kunststof gemaakte optische-vezelconnector vormt bestaande uit de stap van het ver- 5 vaardigen van een rond gat in het midden van een uiteinde van een staaf, die gemaakt is uit materiaal gekozen uit de groep van metalen, keramische en mengmaterialen, samengesteld uit tenminste een soort metaal en tenminste een soort keramisch materiaal, welk ronde gat een diameter heeft bij benadering gelijk aan de diameter van een blanke ve-10 zei van onderling te verbinden optische vezels, de stap van het invoeren van een pen in het ronde gat teneinde een hoofdvorm te verkrijgen, de stap van het toepassen van een elektro-vormingsproces teneinde een metaallaag met een vooraf bepaalde dikte op het uitwendige oppervlak van de hoofdvorm te plateren en om een elektro-gevormde massa die de 15 hoofdvorm omringt te vervaardigen, de stap van het trekken van de hoofdvorm uit de elektro-gevormde massa, waarbij de pen in de elektro-gevormde massa achterblijft teneinde een elektro gevormde vorm te verkrijgen, de stap van het vervaardigen van een metalen vorm door de elektro-gevormde vorm, een pijp en een paar metalen boven en onder-20 stempels samen te voegen, en de stap van het vullen van de holte van de metalen vorm met gesmolten hars om een plugbus van kunststof te maken samengevoegd in een plug die, in combinatie met een adaptor, een optische-vezelconnector vormt.
2. Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus samengevoegd in 25 een plug die, in combinatie met een adaptor, een van kunstof gemaakte optische-vezelconnector vormt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hoofdvorm verkregen wordt door samen te voegen (1) een staaf die gemaakt wordt van materiaal gekozen uit de groep van metalen, keramische materialen en mengmaterialen samengesteld tenminste uit een soort me-30 taal en tenminste een soort keramisch materiaal, welke staaf een glad cilindervormig uitwendig oppervlak heeft met een uniforme diameter en een rond gat heeft met een diameter bij benadering gelijk aan de diameter van een blanke vezel van onderling te verbinden optische vezels, welk ronde gat ten opzichte van het uitwendige oppervlak van de staaf 35 een kleinste excentriciteit heeft; en (2) een pen gemaakt van materiaal dat een grote stijfheidsmodulus heeft, welke pen gemaakt is van materiaal gekozen uit de groep van gehard staal en tungsten legering, en welke pen in het ronde gat is ingevoerd.
3. Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus samengevoegd in 40 een plug die, in combinatie met een adaptor, een van kunststof gemaakte i _________ 8201676 optische-vezelconnector vormt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ene metaalstempel van het paar metalen boven en onder stempels voorzien is van een grote cilindervormige holle ruimte, waarin de elektro-gevormde vorm is opgenomen en dat de andere metalen stempel van het 5 paar metalen boven en onder stempels is voorzien van een cilindervormige holle ruimte, waarin het ene cilindervormige deel van de plugbus gevormd is en van een ringvormige uitdieping die is voorzien van een uitsteeksel op een vooraf bepaald deel van de ringvormige uitdieping langs de as daarvan waarin het andere cilindervormige deel en een flens van 10 de plugbus gevormd worden.
4. Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus samengevoegd in een plug die, in combinatie met een adaptor, een uit kunststof gemaakte optische-vezelconnector vormt, omvattende de stap van het invoeren van een pen, die een diameter heeft bij benadering gelijk aan de diameter 15 van een blanke vezel van onderling te verbinden optische vezels en die aan het andere uiteinde daarvan een kop heeft, in een gat dat een staaf langs de as daarvan penetreert, welke staaf uit een materiaal gemaakt is gekozen uit. de groep van metalen, keramische materialen en mengmate-rialen, bestaande uit tenminste een soort metaal en tenminste een soort 20 keramisch materiaal, welk gat een diameter heeft bij benadering gelijk aan de diameter van een blanke vezel van onderling te verbinden optische vezels, de stap van het invoeren van een uiteinde van de staaf welke niet voorzien is van de in het doorgaande gat daarvan ingevoerde pen, in de uitdieping van een schacht teneinde een hoofdvorm te ver-25 krijgen, de stap van het toepassen van een elektro vormingsproces om een metaallaag met een vooraf bepaalde dikte te plateren op het uitwendige oppervlak van de hoofdvorm en om een elektro gevormde massa te verkrijgen die de hoofdvorm omringt, de stap van het trekken van de hoofdvorm uit de elektro-gevormde massa, waarbij de pen in de elektro-30 gevormde massa achterblijft, om een elektro-gevormde vorm te verkrijgen, de stap van het maken van een metalen vorm door de elektro-gevormde vorm, een pijp en een paar boven en onderstempels samen te voegen, welke bovenstempel is voorzien van een cilindervormige holle ruimte met een diameter bij benadering gelijk aan de diameter van de staaf en wel-35 ke onderstempel voorzien is van een grote cilindervormige holle ruimte om de elektro-gevormde vorm op te nemen, waarbij de pijp aangebracht is in de holte van de elektro-gevormde vorm zodanig dat een smalle spleet overblijft tussen de uiteinden van de pijp en de in de elektro-gevormde massa achtergebleven pen teneinde een weg te verschaffen waardoor gas 40 gespuid kan worden, de stap van het vullen van gesmolten hars in de 8201676 holte van de metalen vorm teneinde een kunststof plugbus samengevoegd in een plug te verkrijgen die, in combinatie met een adaptor, een opti-sche-vezelcotmector vormt.
5. Werkwijze voor het vervaardigen van een mantel samengevoegd in 5 een adaptor die, in combinatie met een paar pluggen, die elk een bus hebben, een van kunststof gemaakte optische-vezelconnector vormt omvattende de stap van het maken van een metalen vorm door een staaf met een uitwendige diameter een weinig kleiner dan de uitwendige diameter van de bus, en een paar boven- en onderstempels samen te voegen, welk bo-10 venstempel een holte heeft en welk onderstempel een holte heeft en een opening aan het ondereinde daarvan om de staaf daardoor te laten gaan en om de staaf in het midden van de holte van de metalen vorm bestaan uit de boven- en onderstempels vast te houden, en de stap van het vullen van gesmolten hars in de holte van de metalen vorm teneinde een ge-15 vormde massa te verkrijgen, en de stap van het maken van een sleuf langs de as van de gevormde massa van het ene uiteinde naar het andere. *********** % 8201676
NLAANVRAGE8201676,A 1981-04-22 1982-04-22 Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus, samen te voegen in een plug die met een adapter een optische-vezelconnector vormt en een mantel voor een dergelijke plug. NL186039C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP5966081A JPS6022329B2 (ja) 1981-04-22 1981-04-22 プラスチツク光コネクタの製造方法
JP5966081 1981-04-22
JP9373181A JPS6032163B2 (ja) 1981-06-19 1981-06-19 プラスチツク光コネクタ用プラグにおける中子の製造方法
JP9373181 1981-06-19

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8201676A true NL8201676A (nl) 1982-11-16
NL186039B NL186039B (nl) 1990-04-02
NL186039C NL186039C (nl) 1990-09-03

Family

ID=26400721

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8201676,A NL186039C (nl) 1981-04-22 1982-04-22 Werkwijze voor het vervaardigen van een plugbus, samen te voegen in een plug die met een adapter een optische-vezelconnector vormt en een mantel voor een dergelijke plug.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US4479910A (nl)
KR (1) KR850001619B1 (nl)
CA (1) CA1187274A (nl)
DE (1) DE3215090C2 (nl)
FR (1) FR2504692A1 (nl)
GB (1) GB2097021B (nl)
HK (1) HK12485A (nl)
NL (1) NL186039C (nl)
SG (1) SG82384G (nl)

Families Citing this family (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4711752A (en) * 1984-06-22 1987-12-08 Itt Corporation Method and apparatus for molding fiber optic connector ferrule
US4705352A (en) * 1985-12-30 1987-11-10 Amphenol Corporation Fiber optic connector
US4793953A (en) * 1987-10-16 1988-12-27 Galic/Maus Ventures Mold for optical thermoplastic high-pressure molding
US4938558A (en) * 1989-03-09 1990-07-03 Amp Incorporated Fused connector for optical fiber
US4911518A (en) * 1989-03-09 1990-03-27 Amp Incorporated Threaded front end connector for optical fiber and method of making same
FR2689253B1 (fr) * 1992-03-24 1997-01-24 Souriau & Cie Dispositif de moulage comportant une contre-piece de guidage de broches pour le moulage de viroles de connecteurs de fibres optiques, et virole moulee au moyen d'un tel dispositif.
JPH07253521A (ja) * 1993-09-27 1995-10-03 Toto Ltd 光ファイバコネクタ用キャピラリ及びその製造方法
US5389312A (en) * 1993-10-26 1995-02-14 Motorola, Inc. Method of fabricating molded optical waveguides
WO2000031574A1 (fr) * 1998-11-26 2000-06-02 Nippon Ferrule Co., Ltd. Connecteur de fibres optiques et ferrule utilisee pour ledit connecteur, et procede de production de ladite ferrule
US6447173B1 (en) * 1998-11-27 2002-09-10 Murata Manufacturing Co., Ltd. Ferrule for optical connector, metal article having a through-hole and manufacturing method therefor
JP2001215358A (ja) * 2000-01-31 2001-08-10 Molex Inc 光ファイバ用フェルール及びその製造方法
US6754953B2 (en) * 2001-07-02 2004-06-29 Takahiko Mukouda Method and device for manufacturing metal ferrules used for optical fibers
JP2003131076A (ja) * 2001-10-23 2003-05-08 Akutowan:Kk 樹脂製フェルール及び樹脂製フェルールの成形方法
US6688780B2 (en) 2002-02-07 2004-02-10 Amphenol Corporation Cantilevered shutter for optical adapter
CN101808795B (zh) * 2007-10-05 2013-08-14 日本碍子株式会社 成型模具及成型方法
CN101598820A (zh) * 2008-06-04 2009-12-09 鸿富锦精密工业(深圳)有限公司 组合镜片及其制造设备、制造方法
US8977093B2 (en) * 2013-06-14 2015-03-10 Sumitomo Electric Industries, Ltd. Multimode optical fiber
TW201500166A (zh) * 2013-06-28 2015-01-01 Hon Hai Prec Ind Co Ltd 入子固定裝置及模具
RU2707383C1 (ru) * 2019-04-10 2019-11-26 Федеральное государственное бюджетное учреждение науки Научный центр волоконной оптики Российской академии наук (НЦВО РАН) Способ изготовления устройства ввода-вывода для многосердцевинного оптического волокна
CN110509490B (zh) * 2019-09-05 2021-03-02 江苏中科光电有限公司 一种二次成型高精度陶瓷插芯的生产工艺

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2351181A (en) * 1942-12-21 1944-06-13 Micro Switch Corp Electric switch construction
US2879209A (en) * 1955-08-02 1959-03-24 Camin Lab Inc Electroforming system
US3238287A (en) * 1962-04-27 1966-03-01 Illinois Tool Works Method for encapsulating a headed member with a molten material
US3263520A (en) * 1963-07-26 1966-08-02 Teleflex Inc Flexible conduit with molded end fitting
US3330004A (en) * 1963-11-04 1967-07-11 Nosco Plastics Hypodermic syringe
US3474999A (en) * 1967-06-28 1969-10-28 United States Pipe Foundry Apparatus for forming hollow plastic articles
US4040597A (en) * 1975-07-25 1977-08-09 M&T Mfg. Co. Core holding structure for molds
CA1094369A (en) * 1975-11-11 1981-01-27 Peter K. Runge Optical fiber connector and method of making
US4173389A (en) * 1977-09-28 1979-11-06 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Molded optical fiber connector
US4303304A (en) * 1979-11-30 1981-12-01 Amp Incorporated Universal optical waveguide alignment ferrule
JPS5689709A (en) * 1979-12-21 1981-07-21 Nec Corp Plastic plug for optical fiber and connector using it
GB2087585B (en) * 1980-11-14 1984-03-21 Standard Telephones Cables Ltd Replacing optical fibre sheathing after fusion splicing

Also Published As

Publication number Publication date
KR850001619B1 (ko) 1985-10-24
DE3215090A1 (de) 1982-11-25
SG82384G (en) 1985-04-26
DE3215090C2 (de) 1986-12-11
NL186039C (nl) 1990-09-03
US4479910A (en) 1984-10-30
GB2097021B (en) 1984-02-22
KR830010389A (ko) 1983-12-30
FR2504692B1 (nl) 1985-04-19
GB2097021A (en) 1982-10-27
FR2504692A1 (fr) 1982-10-29
NL186039B (nl) 1990-04-02
HK12485A (en) 1985-02-19
CA1187274A (en) 1985-05-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8201676A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van optische vezelconnectoren en aldus vervaardigde connectoren.
JPS6029083B2 (ja) シ−スされた光繊維の終端及びその製造方法
DE2648652B2 (de) Verbindungselement für optische Fasern
DE69311137T2 (de) Spritzgegossener optischer steckerstift sowie vorrichtung und herstellungsverfahren dafür
DE60119424T2 (de) Methode zur Herstellung einer faseroptischen Steckerferrule
EP1010998A3 (en) Alignment sleeves for interconnecting optical ferrules of dissimilar size, and methods for making same
DE69827531T2 (de) Verfahren zur Herstellung eines Steckerstifts aus Kunststoff für eine optische Steckverbindung
US6709167B2 (en) Composite ferrule of connector for optical fibers, and method of manufacturing the same
WO2019234968A1 (ja) 光コネクタフェルールの製造方法、及び光コネクタフェルール
US5028112A (en) Precision multi-channel fiber optic interface and method
KR950000707Y1 (ko) 광파이버 커넥터
JPS6012519A (ja) 光導波体プラグ用精密部品
US6533469B1 (en) Ferrule for connecting optical fibers, method of producing the same and optical fiber connector using the same
JPS6256906A (ja) 光コネクタ及びその製造方法
JPS6135530B2 (nl)
JP3062147B2 (ja) 多心光コネクタとその製造用金型と多心光コネクタの製造方法
JP3574620B2 (ja) 光ファイバ接続用mtコネクタのフェルールおよびこれを用いた光ファイバ接続用コネクタ
JPS6038685B2 (ja) 光コネクタの端子部材成形用金型の製作方法
JPS61137110A (ja) 多心光フアイバコネクタ
JP4350360B2 (ja) 多芯フェルール及び多芯フェルールの製造装置
JP3395131B2 (ja) 光コネクタフェルール用射出成形金型
DE69611866T2 (de) Vorrichtung und Verfahren zum Präzisionsformen von Kupplungen für optische Fasern aus Kunststoff
JPH06226793A (ja) 多心光コネクタ用フェルール製造用金型及びその製造方法
JPS5816085A (ja) ノズル成形用金型の製造方法
JP3426221B2 (ja) 光ファイバコネクタ用フェルールの製造に用いるセラミックブランク

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: NIPPON TELEGRAPH AND TELEPHONE CORPORATION

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 19951101