NL1012070C2 - Hose coupling system for shore discharge pipe. - Google Patents

Description

Slangkoppelsysteem ten behoeve van walpersleiding.Hose coupling system for shore discharge pipe.

De uitvinding heeft betrekking op een slangkoppelsysteem voor het tot stand brengen van de verbinding tussen een op een vaartuig, zoals een baggervaartuig, aanwezige leiding 5 en een op het water drijvende leiding waarbij is voorzien in een tweedelige koppeling, die een buisvormig opneem-element omvat dat is verbonden met de ene leiding en een contraele-ment dat is verbonden met de andere leiding, waarbij het contra-element een flensrand bezit waaronder steundelen van 10 opsluitorganen kunnen worden gebracht, welke laatste ver-zwenkbaar met het opneem-element zijn verbonden.The invention relates to a hose coupling system for establishing the connection between a pipe 5 present on a vessel, such as a dredging vessel, and a water-floating pipe, wherein a two-part coupling is provided, which comprises a tubular receiving element which is connected to one conduit and a counter element which is connected to the other conduit, the counter element having a flange edge under which supporting parts of 10 retaining members can be placed, the latter being pivotally connected to the receiving element.

Daarbij kan de ene leiding een afvoerleiding zijn, die kan dienen om baggerspecie vanuit het vaartuig naar een bepaalde plaats af te voeren. Het zal duidelijk zijn dat ook 15 andere toepassingen mogelijk zijn.One pipe can be a discharge pipe, which can serve to discharge dredged material from the vessel to a specific location. It will be clear that 15 other applications are also possible.

Het is bekend om de verbinding tussen de delen van de koppeling tot stand te brengen door kabels te verbinden met het contra-element van de op het water drijvende afvoerleiding. Met behulp van de kabels kan dit contra-element dan in 20 het opneem-element worden getrokken, dat is verbonden met de op het vaartuig aanwezige leiding. Daarna wordt het contra-element in het opneem-element opgesloten doordat de steundelen van de opsluitorganen onder de flensrand van het contra-element worden gezwenkt.It is known to establish the connection between the parts of the coupling by connecting cables to the counter element of the water-floating drain pipe. With the aid of the cables, this counter-element can then be pulled into the receiving element, which is connected to the pipe present on the vessel. Thereafter, the counter element is enclosed in the receiving element by pivoting the supporting parts of the retaining members under the flange edge of the counter element.

25 Bij een bekend slangkoppelsysteem worden de opsluitor ganen gevormd door twee half-cirkelvormige armen die ver-zwenkbaar zijn in een vlak dat haaks op de hartlijn van de elementen staat.In a known hose coupling system, the retaining channels are formed by two semicircular arms which are pivotable in a plane perpendicular to the centerline of the elements.

Daarbij doet zich het bezwaar voor dat door vuil, dat 30 zich tussen de verschillende onderdelen af kan zetten en het optreden van corrosie het systeem na enige tijd vaak moeilijk te demonteren is. De plaatsen waar vuil terecht kan komen zijn ook niet van buiten af bereikbaar.The drawback here is that the system is often difficult to disassemble after some time due to dirt which can deposit between the various parts and the occurrence of corrosion. The places where dirt can end up are also not accessible from the outside.

De uitvinding beoogt nu deze bezwaren op te heffen en 35 verschaft daartoe een slangkoppelsysteem dat daardoor is gekenmerkt, dat op de buitenzijde van het opneem-element, op axiale afstand van het einde waar het contra-element er in kan worden opgenomen, scharnierpunten zijn aangebracht die 101 2070 2 zich in hoofdzaak in een radiaal vlak uitstrekken en dienen voor het draaibaar ondersteunen van tenminste twee opsluit-organen, die zich vanaf de scharnierpunten naar het einde van het opneem-element toe uitstrekken en zijn voorzien van 5 de steundelen voor het ondersteunen van de flensrand van het contra-element.The object of the invention is now to eliminate these drawbacks and to that end provides a hose coupling system, characterized in that pivot points are arranged on the outside of the receiving element, axial distance from the end where the counter element can be received therein. said 101 2070 2 extend substantially in a radial plane and serve to rotatably support at least two retaining members which extend from the hinge points to the end of the receiving element and are provided with the supporting parts for supporting of the flange edge of the counter element.

De opsluitorganen vormen dus als het ware grijpers die bij het gebruik van het koppelsysteem in vertikale vlakken verzwenkt worden, zoals bijvoorbeeld door middel van hy-10 draulische cilinders.The retaining members thus form, as it were, grippers which are pivoted in vertical planes when using the coupling system, such as, for example, by means of hydraulic cylinders.

In het bijzonder kan er in worden voorzien, dat twee opsluitorganen worden toegepast die beide draaibaar zijn op twee gemeenschappelijke, zich in dezelfde radiale richting en ter weerszijden van het opneem-element uitstrekkende, 15 scharnierassen waarbij de steundelen van de opsluitorganen zich over een hoek van minder dan 180°, zoals over 100°, uitstrekken.In particular, provision can be made for using two retaining members which are both rotatable on two common pivot axes extending in the same radial direction and on either side of the receiving element, the supporting parts of the retaining members extending at an angle of extend less than 180 °, such as over 100 °.

Er behoeven dan dus slechts twee opsluitorganen te worden vervaardigd en slechts twee scharnierassen op het op-20 neem-element te worden aangebracht zodat het aantal onderdelen zo gering mogelijk wordt gehouden. Ook kan worden volstaan met twee hydraulische cilinders, die slechts een relatief geringe slag behoeven te maken, doordat de steundelen van de opsluitorganen zich over een beperkte hoek uitstrek-25 ken. Reeds bij een geringe verzwenking van de opsluitorganen zullen de steundelen ervan vrij komen van de flensrand van het contra-element.Thus, only two retaining members need to be manufactured and only two pivot shafts are to be arranged on the receiving element so that the number of parts is kept as small as possible. It is also sufficient to use two hydraulic cylinders, which only have to make a relatively small stroke, because the supporting parts of the retaining members extend over a limited angle. Even with a slight pivoting of the retaining members, the supporting parts thereof will become free from the flange edge of the counter element.

Evenals bij het bekende slangkoppelsysteem zal het contra-element rusten op een drijf lichaam, dat is voorzien van 30 middelen voor het omhoog trekken ervan.As with the known hose coupling system, the counter element will rest on a floating body, which is provided with means for pulling it up.

Daarbij zal volgens de uitvinding het opneem-element worden voorzien van een rondom lopend centreer-orgaan dat in de eindstand van de elementen vrij ligt van het drijfli-chaam.According to the invention, the receiving element will thereby be provided with an all-round centering member which is free from the floating body in the end position of the elements.

35 Tijdens het koppelen zal het drijflichaam, zoals door golfbewegingen van het water waardoor ook het vaartuig bewegingen uitvoert, niet zuiver vertikaal naar boven toe bewegen. Bij het omhoog trekken van het drijflichaam zal dit en dus ook het contra-element bewegingen uitvoeren ten opzichte 1012070 3 van het opneem-element. Door de aanwezigheid van het cen-treer-orgaan zal het contra-element toch op zijn juiste plaats in het opneem-element terecht kunnen komen.During coupling, the floating body will not move upwards vertically, such as due to wave movements of the water, as a result of which the vessel also performs movements. When the floating body is pulled upwards, this and thus also the counter element will carry out movements relative to 1012070 3 of the pick-up element. Due to the presence of the centering element, the counter element will still be able to end up in the receiving element in its correct position.

Daarbij kan het centreer-orgaan worden gevormd door een 5 rondom lopend aanslagorgaan dat door middel van enkele ver-bindings-platen met het opneem-element is verbonden en wel op enige afstand van het ondereinde van het opneem-element.The centering member can herein be formed by an all-round stop member which is connected to the receiving element by means of a number of connecting plates, at a distance from the lower end of the receiving element.

De verbindings-platen en de opsluitorganen zullen zodanig worden uitgevoerd en aangebracht dat de opsluitorganen 10 vrij kunnen bewegen.The connecting plates and the retaining members will be designed and arranged such that the retaining members 10 can move freely.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoerings-voorbeeld, getoond in de tekening, waarin:The invention is further elucidated on the basis of an exemplary embodiment, shown in the drawing, in which:

Fig. l schematisch een vertikale doorsnede toont over slangkoppelsysteem volgens de onderhavige uitvinding? 15 Fig. 2 een vertikale doorsnede toont volgens de lijn II—II van fig. 1 maar met weglating van het contra-element van het systeem? enFig. 1 schematically shows a vertical cross-section about hose coupling system according to the present invention? FIG. 2 shows a vertical section along line II-II of FIG. 1, but omitting the counter element of the system? and

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont van het op-neem-element van het systeem.Fig. 3 shows a perspective view of the pick-up element of the system.

20 Figuur 1 toont een slangkoppelsysteem volgens de uit vinding waarbij gebruik wordt gemaakt van een tweedelige koppeling. Het eerste deel van de koppeling wordt gevormd door een buisvormig opneem-element 1, bestaande uit een cilindrisch deel 2 en een kegelvormig deel 3, dat overgaat 25 in een cilindrisch deel 4. Het cilindrische deel 2 kan, op niet nader aangegeven wijze, worden verbonden met een op een vaartuig, zoals een baggervaartuig, aanwezige leiding.Figure 1 shows a hose coupling system according to the invention using a two-part coupling. The first part of the coupling is formed by a tubular receiving element 1, consisting of a cylindrical part 2 and a conical part 3, which merges into a cylindrical part 4. The cylindrical part 2 can be formed in an unspecified manner. connected to a line present on a vessel, such as a dredging vessel.

Het tweede deel van de koppeling wordt gevormd door het contra-element 5 dat is verbonden met een, niet getoonde, in 30 het water drijvende, in het algemeen flexibele, leiding. Het contra-element wordt gevormd door een cilindrisch deel 6 en een enigszins kegelvormig deel 7 dat is voorzien van een deel 8 dat deel uitmaakt van een bol. Het deel 8 is opgenomen in een holle klemring 9 zodat het daarin een zekere 35 beweging uit kan voeren. Tussen het deel 8 en de klemring 9 kan eventueel een flexibele afdichting worden aangebracht.The second part of the coupling is formed by the counter element 5 which is connected to a generally flexible pipe floating in the water, not shown. The counter element is formed by a cylindrical part 6 and a slightly conical part 7, which is provided with a part 8 which forms part of a sphere. The part 8 is received in a hollow clamping ring 9 so that it can perform a certain movement therein. A flexible seal can optionally be arranged between the part 8 and the clamping ring 9.

Het contra-element 5 wordt ondersteund door het drijf-lichaam 10, dat daartoe is voorzien van de opstaande rand 11, die aan kan liggen tegen een steunrand 12 van de klem- 1012070 4 ring 9 van het contra-element 5. Voor het optillen van het drijflichaam 10 en daarmee van het contra-element 5 dienen beugels 13, waarmee hijskabels kunnen worden verbonden.The counter element 5 is supported by the floating body 10, which is provided for this purpose with the upright edge 11, which can abut against a supporting edge 12 of the clamp 1012070 4 ring 9 of the counter element 5. For lifting of the floating body 10 and hence of the counter element 5, brackets 13 are to be used, with which hoisting ropes can be connected.

Om het contra-element 5, bij het ophijsen ervan, in het 5 opneem-element 1 te brengen is aan het cilindrische deel 4, door middel van verbindingsplaten 14, een rondom lopend centreer-orgaan in de vorm van een buis 15 aangebracht. De buis 15 bevindt zich op enige afstand onder de eindrand 16 van het deel 4. In de stand waarbij het contra-element 5 10 geheel in het opneem-element 1 is opgenomen zal de buis 15 zich nog op enige afstand van het drijflichaam 10 bevinden. De afdichting tussen het contra-element 5 en het opneem-element 1 wordt verkregen door een afdichtring 17, die ligt tussen de klemring 9 en het cilindrische deel 4 van het op-15 neem-element 1.In order to bring the counter-element 5, when lifting it, into the receiving element 1, a cylindrical part 4 in the form of a tube 15 is arranged on the cylindrical part 4 by means of connecting plates 14. The tube 15 is located some distance below the end edge 16 of the part 4. In the position in which the counter element 5 is completely received in the receiving element 1, the tube 15 will still be some distance away from the floating body 10 . The sealing between the counter-element 5 and the receiving element 1 is obtained by a sealing ring 17, which lies between the clamping ring 9 and the cylindrical part 4 of the receiving element 1.

Om het contra-element 5 in het opneem-element vast te houden is het laatste voorzien van twee opsluitorganen 18, die zijn voorzien van ogen 19 waarmee zij draaibaar zijn aangebracht op twee assen 20. De assen 20 lopen, ter weers-20 zijden van het deel 2 van het opneem-element 1 in eikaars verlengde en zijn opgenomen in met het opneem-element 1 verbonden ogen 21. De ogen 19 van de beide opsluitorganen 18 bevinden zich dus naast elkaar op de assen 20. De opsluitorganen 18 zijn voorzien van steundelen 22 en de klemring 9 25 van het contra-element 5 is voorzien van een flensrand 23 waaronder de steundelen 22 van de opsluitorganen 18 kunnen worden gebracht. De steundelen 22 strekken zich niet over de omtrek van elk van de opsluitorganen 18 uit maar slechts over een deel daarvan, bijvoorbeeld over 100°, zoals met 30 streeplijnen aangegeven in figuur 1.In order to hold the counter-element 5 in the receiving element, the latter is provided with two retaining members 18, which are provided with eyelets 19 with which they are rotatably mounted on two shafts 20. The shafts 20 run on both sides of the part 2 of the receiving element 1 extended in each other and are received in eyes 21 connected to the receiving element 1. The eyes 19 of the two retaining members 18 are thus arranged next to each other on the shafts 20. The retaining members 18 are provided with support parts 22 and the clamping ring 9 of the counter element 5 is provided with a flange edge 23 under which the support parts 22 of the retaining members 18 can be placed. The supporting parts 22 do not extend over the circumference of each of the retaining members 18 but only over a part thereof, for example over 100 °, as indicated by 30 dashed lines in figure 1.

Voor het draaien van de opsluitorganen 18 dienen hydraulische cilinders 24, die enerzijds door consoles 25 zijn verbonden met het deel 2 van het opneem-element 1 en anderzijds door consoles 26 met de opsluitorganen 18. De consoles 35 25 pnd^pling nog met elkaar zijn verbonden door een nieé ha$j^ aaïigeduide plaat met ondersteuningen.For rotating the retaining members 18, hydraulic cylinders 24 serve, which are connected on the one hand by consoles 25 to the part 2 of the receiving element 1 and on the other hand by consoles 26 with the retaining members 18. The consoles 35 are still together. connected by a new, clear-cut plate with supports.

Zoa^|| het bijzonder blijkt uit fig. 3 zijn de consoles 26 zodanig uitgpvoerd, dat zij elk om een verbindings-plaat 14 heen kum^ yallen, welke platen 14 dienen voor het 1012070 5 ondersteunen van de buis 15. Verder zullen de opsluitorganen 18 zodanig zijn uitgevoerd, dat zij aan kunnen komen te liggen tegen de andere verbindingsplaten 14.Zoa ^ || In particular, as shown in FIG. 3, the brackets 26 are designed in such a way that they each form around a connecting plate 14, which plates 14 serve to support the tube 15. Furthermore, the retaining members 18 will be designed in such a way that they can abut against the other connecting plates 14.

De opsluitorganen 18 kunnen worden gevormd door twee 5 delen 27 en 28, waarbij het deel 27 is verbonden met de ogen 19, terwijl het deel 28 is voorzien van openingen 29, zoals in het bijzonder blijkt uit figuur 3. Via de openingen 29 is de plaats bereikbaar waar de flensrand 23 van de klemring 9 rust op de steundelen 22 van de opsluitorganen 18. Wanneer 10 zich daar ter plaatse eventueel vuil heeft verzameld kan dat via de openingen worden verwijderd. Uiteraard kunnen in de delen 27 en 28 meer openingen worden aangebracht wanneer dit uit constructief oogpunt mogelijk is.The retaining members 18 can be formed by two parts 27 and 28, the part 27 being connected to the eyes 19, while the part 28 is provided with openings 29, as can be seen in particular from figure 3. Via the openings 29 accessible to the place where the flange edge 23 of the clamping ring 9 rests on the supporting parts 22 of the retaining members 18. When 10 has collected dirt there, it can be removed via the openings. Of course, more openings can be made in parts 27 and 28 if this is possible from a constructional point of view.

Zoals aangegeven in de figuren 1 en 3 kan op het op-15 neem-element 1 nog een beugel 30 worden aangebracht, dienende voor het geleiden van de met de beugels 13 van het drijf-lichaam 10 verbonden hijskabel.As shown in Figures 1 and 3, a further bracket 30 can be mounted on the pick-up element 1, which serves to guide the hoisting cable connected to the brackets 13 of the floating body 10.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een mogelijke uitvoeringsvorm van een slangkoppelsysteem volgens de uitvin-20 ding in de tekening is Weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-gedachte te vallen, zoals deze in bijgaande conclusies is aangegeven.It will be understood that only one possible embodiment of a hose coupling system according to the invention is shown in the drawing and described above and that many changes can be made without departing from the inventive idea, as stated in the appended claims .

conclusies TO120 7 0claims TO120 7 0

Claims (4)

1. Slangkoppelsysteem voor het tot stand brengen van de verbinding tussen een op een vaartuig, zoals een baggervaar-tuig, aanwezige leiding en een op het water drijvende lei- 5 ding waarbij is voorzien in een tweedelige koppeling, die een buisvormig opneem-element (1) omvat dat is verbonden met de ene leiding en een contra-element (5) dat is verbonden met de andere leiding, waarbij het contra-element een flens-rand bezit waaronder steundelen (22) van opsluitorganen (18) 10 kunnen worden gebracht, welke laatste verzwenkbaar met het opneem-element (1) zijn verbonden, met het kenmerk, dat op de buitenzijde van het opneem-element (1), op axiale afstand van het einde (16) waar het contra-element (5) er in kan worden opgenomen, scharnierpunten (20) zijn aangebracht die 15 zich in hoofdzaak in een radiaal vlak uitstrekken en dienen voor het draaibaar ondersteunen van tenminste twee opsluitorganen (18), die zich vanaf de scharnierpunten (20) naar het einde (16) van het opneem-element (1) toe uitstrekken en zijn voorzien van de steundelen (22) voor het ondersteunen 20 van de flensrand (23) van het contra-element (5).1. Hose coupling system for establishing the connection between a pipe present on a vessel, such as a dredging vessel, and a water-floating pipe, provided with a two-part coupling, which comprises a tubular receiving element ( 1) comprising connected to one conduit and a counter element (5) connected to the other conduit, the counter element having a flange edge under which support members (22) of retaining members (18) 10 can be placed the latter being pivotally connected to the receiving element (1), characterized in that on the outside of the receiving element (1), at an axial distance from the end (16) where the counter element (5) is pivot points (20) are provided which extend substantially in a radial plane and serve to rotatably support at least two retaining members (18) extending from the pivot points (20) to the end (16) of the pick-up element (1) and are provided with the support parts (22) for supporting the flange edge (23) of the counter element (5). 2. Slangkoppelsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat twee opsluitorganen (18) worden toegepast die beide draaibaar zijn op twee gemeenschappelijke, zich in dezelfde radiale richting en ter weerszijden van het opneem- 25 element (1) uitstrekkende, scharnierassen (20) waarbij de steundelen (22) van de opsluitorganen (18) zich over een hoek van minder dan 180°, zoals over 100°, uitstrekken.Hose coupling system according to claim 1, characterized in that two retaining members (18) are used, which are both rotatable on two common pivot axes (20) extending in the same radial direction and on both sides of the receiving element (1). the support members (22) of the retaining members (18) extending at an angle of less than 180 °, such as 100 °. 3. Slangkoppelsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het contra-element (5) rust op een drijflichaam 30 (10) en dat het opneem-element (1) is voorzien van een rondom lopend centreer-orgaan (15) ddt in de eindstand van de elementen (1,5) vrij ligt van het drijflichaam (10).Hose coupling system according to claim 1 or 2, characterized in that the counter-element (5) rests on a floating body 30 (10) and that the receiving element (1) is provided with an all-round centering member (15) ddt is free from the floating body (10) in the end position of the elements (1,5). 4. Koppelsysteem volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het centreer-orgaan wordt gevormd door een rondom lopend 35 aanslag-orgaan (15) dat door miiddel van enkele verbindings-platen (14) met het opneeih-élémeht (1) is verbonden en wel op enige afstand van het ondereinde (16) van hêt opneem-element (1). 101 20 70Coupling system according to claim 3, characterized in that the centering member is formed by an all-round stop member (15) which is connected to the mounting piece (1) by means of a few connecting plates (14). namely at some distance from the bottom end (16) of the receiving element (1). 101 20 70