NL8301044A - Grondbewerkingsmachine. - Google Patents

Grondbewerkingsmachine. Download PDF

Info

Publication number
NL8301044A
NL8301044A NL8301044A NL8301044A NL8301044A NL 8301044 A NL8301044 A NL 8301044A NL 8301044 A NL8301044 A NL 8301044A NL 8301044 A NL8301044 A NL 8301044A NL 8301044 A NL8301044 A NL 8301044A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
longitudinal element
machine according
soil cultivation
cultivation machine
working
Prior art date
Application number
NL8301044A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Lely Nv C Van Der
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Lely Nv C Van Der filed Critical Lely Nv C Van Der
Priority to NL8301044A priority Critical patent/NL8301044A/nl
Priority to GB08406927A priority patent/GB2136662B/en
Priority to CH1423/84A priority patent/CH665523A5/de
Priority to DE19843410453 priority patent/DE3410453A1/de
Priority to FR8404548A priority patent/FR2542966B1/fr
Priority to IT20208/84A priority patent/IT1173467B/it
Publication of NL8301044A publication Critical patent/NL8301044A/nl
Priority to GB08506778A priority patent/GB2155295B/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B33/00Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
    • A01B33/06Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs with tools on vertical or steeply-inclined shaft
    • A01B33/065Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs with tools on vertical or steeply-inclined shaft comprising a plurality of rotors carried by an elongate, substantially closed transmission casing, transversely connectable to a tractor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B33/00Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
    • A01B33/08Tools; Details, e.g. adaptations of transmissions or gearings
    • A01B33/12Arrangement of the tools; Screening of the tools
    • A01B33/125Arrangement of the tools; Screening of the tools screening of tools rotating about a vertical shaft

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Soil Working Implements (AREA)

Description

* ...... i \ ö, van der Lely ÏT.V., Weverskade 10, Maasland.
"Crrondbewerkingsmachine,r
De uitvinding heeft betrekking op een grondbe-werkingsmachine voorzien van een aantal bewerkingsorganen, die in een zich dwars op de voortbewegingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht en om althans 5 nagenoeg verticale assen motorisch aandrijfbaar in een gesteldeel zijn ondersteund en de bewerkingsorganen ten minste één aan de drager aangebracht, zich naar beneden uitstrekkend bewerkings element omvatten en vóór de bewer-kingsorganen een langselement is aangebracht dat zich in 10 de werkstand ter hoogte van de dragers over althans nagenoeg de gehele werkbreedte van de machine uitstrekt, waarbij middelen aanwezig zijn met behulp waarvan het langselement tijdens het bedrijf vanuit zijn werkstand kan uitwijken.
Machines van de bovengenoemde soort zijn in 15 het bijzonder geschikt voor de bereiding van een zaaibed waarbij tijdens het bedrijf een zodanig»samenwerking tussen het langselement en de bewerkingsorganen ontstaat dat een optimale verkruimeling van de aarde en een homogene verdeling van deze verkruimelde aarde mogelijk wordt. Bovendien 20 kan men met behulp van het langselement tijdens het bedrijf naar boven gestuwde harde voorwerpen, zoals stenen, opvangen en in neerwaartse richting in de door de bewerkingsorganen ! reeds enigszins losgemaakte aarde geleiden. Hierdoor kan worden voorkomen dat de harde voorwerpen de tandbevestiging 25 beschadigen en/of tussen de dragers van naast elkaar gelegen bewerkingsorganen klemraken waardoor aanzienlijke schade aan de machine kan ontstaan.
Doordat een langselement vanuit zijn werkstand in hoofdzaak naar voren kan uitwijken, kan tevens worden 30 voorkomen dat tussen de achterzijde van het langselement en een drager van een bewerkingsorgaan een hard voorwerp zoals een steen klemraakt. Het naar voren kunnen uitwijken van het langselement bij de bekende constructie kan onder bepaalde omstandigheden, indien een diepere grondbewerking wordt toe-35 gepast, door de opgestuwde aarde hinder ondervinden, hetgeen vooral indien veel harde voorwerpen in de grond aanwezig 8301044 * « -¾ - 2 - zijn minder gewenst is.
De uitvinding beoogt nu het langselement een uitwijkmogelijkheid te geven, die zodanig is dat ook onder de geschetste omstandigheden steeds het gewenste resultaat kan worden verkregen. Volgens de uitvinding wordt dit be-5 reikt doordat geleidingsmiddelen aanwezig zijn met behulp waarvan het langselement vanuit zijn werkstand in hoofdzaak in opwaartse richting beweegbaar is. Bij toepassing van deze constructie vindt het uitwijken van het langselement niet in de opgestuwde grond plaats.
10 Een verder facet van de uitvinding voorziet in een langselement dat aan de achterzijde elastisch is uitgevoerd. Met behulp van deze constructie kan het achterste deel van het langselement, indien een hard voorwerp tussen de achterzijde van dit langselement en een drager van het 15 bewerkingsorgaan dreigt klem te raken, zodanig uitwijken dat het harde voorwerp kan worden gelost.
Aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden zal de uitvinding .hieronder nader uiteen worden gezet.
Figuur 1 geeft in bovenaanzicht een grondbewer-20 kingsmachine weer, in het bijzonder geschikt voor het bereiden van een zaaibed, welke machine is voorzien van een constructie volgens de uitvinding.
Fig.2 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de lijn II - II in figuur 1.
25 . Fig. 3 geeft een aanzicht weer volgens fig. 2 van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een constructie volgens de uitvinding, terwijl
Figuur 4 een aanzicht volgens figuur 2 weergeeft van een derde uitvoeringsvoorbeeld van een constructie vol-30 gens de uitvinding.
De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine, in het bijzonder bestemd voor het bereiden van een zaaibed.
De machine omvat een zich dwars op de voortbewe-35 gingsrichting A uitstrekkend kokervormig gesteldeel 1 waarin op gelijke afstand van bijvoorkeur + 25 cm van elkaar, zich in opwaartse, bijvoorkeur verticale richting uitstrekkende assen 2 zijn gelegerd van bewerkingsorganen 3· Elk van de 8301044 # . £> * - 3 - bewerkingsorganen 3 omvat een zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekkende drager 4, die op het aan de onderzijde van het gesteldeel 1 uitstekende einde van een as 2 is aangebracht en nabij de einden is voorzien van zich naar 5 beneden uitstrekkende bewerkings elementen 5 in de vorm van tanden.
De einden van het kokervormig gesteldeel 1 zijn afgesloten door middel van zich in opwaartse richting uitstrekkende platen 6. ïïabij de voorzijde is elk van de platen 10 6 voorzien van een zich dwars op de voortbewegingsrichting A uitstrekkende tap 7, waarom een zich langs de binnenzijde van de platen naar achteren uitstrekkende arm 8 verzwenkbaar is. Tussen de achtereinden van de armen 8 is vrij draaibaar een rol 9 aangebracht, die kan zijn voorzien 15 van aan de omtrek gelegen, niet nader weergegeven langsele-menten in de vorm van staven. De achterzijde van elk van de platen 6 is voorzien van een aantal boven elkaar aangebrachte openingen, waardoor een bout 10 gebracht kan worden, die eveneens kan worden gestoken door een overeenkomstige opening 20 in een aim 8, een en ander zodanig dat de armen in meerdere standen ten opzichte van het gesteldeel brengbaar en vast-zetbaar zijn en aldus door middel van de rol de werkdiepte van de bewerkingsorganen 3 instelbaar is. Ter hoogte van het midden tussen een, gerekend vanaf het einde van het 25 gesteldeel, tweede en derde bewerkingsorgaan is de voorzijde · van het kokervormig gesteldeel 1 voorzien van steunen 11 die zich tot vóór het gesteldeel uitstrekken. Aan het zich vóór het gesteldeel uitstrekkende deel van elk van de steunen 11 is een naar beneden gerichte, althans nagenoeg verticaal ver-30 lopende geleiding 12 aangebracht. In de geleiding 12, die een U-vormige dwarsdoorsnede heeft en zodanig is bevestigd dat de benen van de U naar binnen zijn gericht, is een glij-stuk 13 aangebracht, een en ander zodanig dat dit glijstuk gemakkelijk in de geleiding heen en weer kan bewegen, doch 35 niet uit deze geleiding kan vrijkomen. Het glijstuk 13 is naar onderen verlengd en vormt een drager voor een zich over de gehele werkbreedte van de machine uitstrekkend langsele-ment 14, dat ter hoogte van de dragers 4 van de bewerkings- 8301044 ............................ .....4 - organen 3 is gelegen.
Binnen de geleiding 12 is om een pen 15 tussen het glijstuk 13 en een aanslag 16 aan de bovenzijde een drukveer 17 aangebracht, een en ander zodanig dat het glij-5 stuk 13 in een stand wordt gehouden waarbij het langselement zich tijdens het bedrijf ter hoogte van de dragers 4 van de bewerkingsorganen 3 bevindt (fig. 2). De bovenzijde van de pen 15 heeft een schroefdraad waarop een moer is gedraaid waarmee eventueel de spanning van de veer 17 instelbaar is.
10 Het langselement 14 wordt gevormd door een pro- fielbalk, die een hoekige, bijvoorkeur vierkante dwarsdoorsnede heeft en zodanig is opgesteld dat een verbindingslijn tussen twee tegenover elkaar gelegen hoekpunten althans nagenoeg verticaal verloopt, terwijl de andere verbindings-15 lijn zich nabij -de bovenzijde van de dragers 4 bevindt.
Aan de voorzijde van het gesteldeel 1 is nabij het midden een bok 18 aangebracht, met behulp waarvan de machine met de driepuntshefinrichting van een trekker koppel-baar is. Binnen het gesteldeel 1 is op elk van de assen 2 20 een tandwiel 19 met rechte vertanding aangebracht, een en ander zodanig dat de tandwielen van naast elkaar gelegen bewerkingsorganen met elkaar in aandrijvende verbinding staan. Nabij het midden is de as 2 van een bewerkingsorgaan 3 naar boven verlengd en reikt tot in een tandwielkast 20 25 waarbinnen deze as via een conische tandwieloverbrenging en een zich aan de achterzijde van de tandwielkast bevindende toerenvariator 21 in aandrijvende verbindingstaat met een zich in de voortbewegingsrichting A uitstrekkende as, die aan de voorzijde buiten de tandwielkast uitsteekt. Het buiten de 30 tandwielkast 20 uitstekende einde van de as is via een tussenas met de aftakas van een trekker koppelbaar.
De werking van de in het voorgaande beschreven machine is als volgt:
Tijdens het bedrijf wordt de machine, die met 35 behulp van de bok 18 met de driepuntshefinrichting van de trekker is gekoppeld, voortbewogen in een richting'volgens pijl A, waarbij vanaf de aftakas van de trekker via de tussenas en de in het voorgaande beschreven overbrenging, naast elkaar gelegen bewerkingsorganen 3 in. tegengestelde zin 8301044 ......... - 5 -
A
ï . * worden aangedreven, waarbij de tanden 5 van deze bewerkingsorganen tenminste aan elkaar grenzende stroken grond bewerken.
Tijdens het bedrijf ontstaat door de rotatie van de respectieve bewerkingsorganen en de beweging van hun tanden 5 door de grond, een gerichte grondstroming, die daar waar aan naar elkaar toegekeerde zijden de bewerkingsorganen naar voren bewegen naar voren is gericht en daar waar de bewerkingsorganen aan de naar elkaar toegekeerde zijdennaar achteren bewegen, naar achteren is gericht. Hierbij wordt in een strook vóór de j 10 bewerkingsorganen, welke strook tot onder het langselement 14 j reikt, de samenhang in de aarde reeds enigszins verbroken en i bouwt zich een aardwal op die tot de onderzijde van het langs- j element kan reiken. Aan deze aardwal wordt continue aarde toe- j gevoerd en onttrokken, een en ander zodanig dat het totale vo- j 15 lume van de aardwal praktisch constant blijft. Op deze wijze j ontstaat een samenwerking tussen het langselement en de daar j achter gelegen bewerkingsorganen, hetgeen tot een verbetering | van de verkruimeling van de grond en een homogenere verdeling j 20 van de verkruimelde aarde leidt. Bovendien wordt bereikt dat door de tanden van de respectieve bewerkingsorganen naar boven gestuwde harde voorwerpen, zoals stenen, door de voorzijde van het langselement worden opgevangen en in de daaronder reeds losgemaakte aarde geleid, waardoor wordt voorkomen dat de harde 25 voorwerpen de bevestiging van de tanden beschadigen en/of klem-raken tussen de dragers van naast elkaar gelegen rotors, waardoor aanzienlijke schade aan de machine kan ontstaan. Mocht desondanks een hard voorwerp tijdens bedrijf tussen de achterzijde van het langselement en een drager van een bewerkingsor-30 gaan dreigen klem te raken, dan wordt hierbij op het zich schuin naar voren en naar beneden verlopende gedeelte aan de achterzijde van het langselement, van welk gedeelte de bovenzijde zich althans nagenoeg ter hoogte van de bovenzijde van een drager bevindt, een kracht uitgeoefend die een component omvat ge-35 richt in opwaartse richting, waardoor het glijstuk 13 in de respectieve geleidingen 12 tegen de werking van de drukveren 17 in vanuit de werkstand rechtstandig naar boven tracht te bewegen. Op deze wijze wordt voorkomen dat beschadigingen optreden door een vastraken van een hard voorwerp tussen de 40 achterzijde van het langselement en een drager van een bewer- kingsorgaan. 8301044 ' .......... -6-..........
In fig. 3 is sen uitvoeringsvoorbeeld van een constructie volgens de uitvinding weergegeven, waarbij het langselement 14» dat dezelfde uitvoering kan hebben, ondersteund is door middel van twee zich in althans nagenoeg ver-5 ticale richting uitstrekkende parallellogrameonstrueties 23· .
De parallellogrameonstrueties 23 zijn op dezelfde plaatsen aangebracht als de steunen 11. Elk van de parallellogramcon-structies omvat twee boven elkaar gelegen armen 24, die in de werkstand van het langselement 14 zich althans nagenoeg in 10 horizontale richting uitstrekken. Aan de zijde van het gestel-deel 1 zijn de armen 24 in recht boven elkaar gelegen punten verzwenkbaar aangebracht aan een opwaarts gerichte steun 25, die op de bovenzijde van het gesteldeel is bevestigd, De vooreinden van de armen 24 zijn in twee recht boven elkaar gele-15 gen punten verzwenkbaar aangebracht aan een zich naar beneden uitstrekkende drager 26, waaraan aan de -onderzijde het langselement 14 is bevestigd. De drager 26 heeft een aanslag 27> die door middel van een trekveer 28, aangebracht tussen de bovenste arm 24 en het gesteldeel 1,. tegen de bovenzijde van 20 het gesteldeel wordt gedrukt en hierbij de werkstand van het langselement bepaalt. Indien bij toepassing van deze constructie een hard voorwerp, zoals een steen, tussen een drager 4 van een bewerkingsorgaan 3 en de achterzijde van het langselement 14 dreigt klem te raken, kan ook hier via het 25 schuin naar beneden en haar voren verlopende gedeelte aan de achterzijde van het langselement een opwaartse druk op het langselement worden uitgeoefend, waardoor de parallellogram- : men tegen de werking van de veer 28 in naar boven uitwijken en het langselement evenwijdig aan zichzelf in opwaartse 30 richting wordt bewogen. Alhoewel niet weergegeven, kan het langselement eveneens een althans nagenoeg ronde dwarsdoorsnede hebben. Ook dan is een schuin naar voren en beneden verlopend gedeelte aan de achterzijde van het langselement aanwezig, waarvan de bovenzijde ter hoogte van de bovenzijde 35 van een drager 4 is gelegen.
In figuur 4 is een uitvoering weergegeven waarbij een langselement 29 door middel van dragers 30 star ten opzichte van steunen 11A aan de voorzijde van het kokervormig gesteldeel 1 is aangebracht. Het langselement 29 is 8301044 - 7 - * 1 gevormd door een hoekijzer dat aan de achterzijde is voorzien van een uit elastisch materiaal 31 gevormd kussen.
Be naar de bewerkingsorganen 3 gekeerde zijde van het materiaal heeft een convex verloop.
5 Indien een hard voorwerp, zoals een steen, tussen de achterzijde van het langselement 29 en een drager 4 van een bewerkingsorgaan 3 dreigt klem te raken, kan schade worden voorkomen doordat het elastisch materiaal 31 aan de achterzijde van het langselement wordt ingedrukt en het 10 harde voorwerp, alsvorens schade te veroorzaken, kan worden gelost. Dit lossen wordt vergemakkelijkt door het convexe verloop van de actieve zijde van het materiaal. Vanzelfsprekend kan binnen het kader van de uitvindingsgedachte het langselement volgens figuur 4 ook bij de uitvoeringsvoorbeel-15 den volgens de figuren 1-3 worden toegepast.
De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande, doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.
-Conclusies- 8301044

Claims (19)

1. Grondbewerkingsmachine voorzien van een aantal bewerkingsorganen, die in een zich. dwars op de voortbewe-gingsrichting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht en om althans nagenoeg verticale assen motorisch 5 aandrijfbaar in een gesteldeel zijn ondersteund en de be-werkingsorganen ten minste één aan de drager aangebracht, zich naar beneden uitstrekkend bewerkingselement omvatten, en vóór de bewerkingsorganen een langselement is aangebracht dat zich in de werkstand ter hoogte van de dragers over 10 althans nagenoeg de gehele werkbreedte van de machine uitstrekt, waarbij middelen aanwezig zijn met behulp waarvan het langselement tijdens het bedrijf vanuit zijn werkstand kan uitwijken, met het kenmerk, dat geleidingsmiddelen aanwezig zijn met behulp waarvan het langselement vanuit 15 zijn werkstand in hoofdzaak in opwaartse richting beweegbaar is.
2. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het langselement vanuit zijn werkstand in hoofdzaak ih vertikale richting beweegbaar is.
3. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het langselement tegen veerwerking in verplaatsbaar is.
4. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen 25 een geleiding omvatten ten opzichte waarvan een met het langselement verbonden glijstuk tegen veerwerking in opwaartse richting kan bewegen.
5. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat een drukveer aanwezig is, die tussen een 30 aanslag op de geleiding en het glijstuk is gelegen.
6. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 5» met het kenmerk, dat de drukveer op de bovenzijde van het glijstuk inwerkt,
7. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclu-35 sies 1-3, met het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen tenminste een parallellogramconstructie omvatten waarvan de boven elkaar gelegen armen in de werkstand van het langselement zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekken. 8301044 ·* —- V* - - 9 -
8. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de amen van de parallellogramconstruc-tie door middel van een veer en een aanslag in de althans nagenoeg horizontale stand worden gehouden. 5
9· Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 7. of 8, met het kenmerk, dat twee op afstand van elkaar gelegen parallellogramconstructies aanwezig zijn.
10. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de achterzijde van het 10 langselement zodanig is uitgevoerd dat bij het uitoefenen van krachten op deze achterzijde het langselement de neiging heeft naar boven te bewegen.
11. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de achterzijde van het langselement een 15 zich schuin naar beneden en naar voren uitstrekken! gedeelte omvat.
12. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 11, met j het kenmerk, dat de bovenzijde van het betreffende gedeelte zich j in de werkstand van het langselement ter hoogte van de 20 bovenzijde van de drager van een bewerkingsorgaan bevindt.
13. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het langselement wordt gevormd door een profielbalk met een rechthoekige dwarsdoorsnede, waarbij een verbindingslijn tussen de hoek- 25 punten zich althans nagenoeg in verticale richting uitstrekt en de verbindingsli jn tussen de andere hoekpunten althans nagenoeg tér hoogte van de bovenzijde van de. drager van een bewerkingsorgaan is gelegen.
14. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaan-30 de conclusies, met het kenmerk, dat het langselement aan de achterzijde elastisch is uitgevoerd.
15. Grondbewerkingsmachine voorzien van een aantal bewerkingsorganen die in een zich dwars op de voortbewegings-richting van de machine uitstrekkende rij zijn aangebracht 35 en om althans nagenoeg verticale assen motorisch aandrijf-baar in een gesteldeel zijn ondersteund en een bewerkings-orgaan een zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekkende drager en ten minste één aan de drager aangebracht, zich naar beneden uitstrekkend bewerkingselement 8 3 0 1 Ö 4 4 _ i >»'- *· - 10 - omvat, waarbij vóór de bewerkingsorganen ter hoogte van de dragers een langselement is aangebracht, dat zich althans nagenoeg over de gehele werkbreedte van de machine uitstrekt, met het kenmerk, dat de achterzijde van het langs-5 element elastisch is uitgevoerd.
16. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 14 of 15» niet het kenmerk, dat aan de achterzijde van het langselement elastisch materiaal is aangebracht.
17. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 16, met 10 het kenmerk, dat het elastisch materiaal aan de naar de dragers toegekeerde zijde convex verloopt. ;
18. G-rondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 14 - 17» met het kenmerk, dat het langselement wordt gevormd έ door een hoekijzer, waarbij de ruimte tussen de benen van ; 15 het hoekijzer is opgevuld met het elastisch materiaal.
19. Grondbewerkingsmachine zoals beschreven in het voorgaande en weergegeven in de figuren. * -o-o-o-o-o- l 8341044
NL8301044A 1983-03-24 1983-03-24 Grondbewerkingsmachine. NL8301044A (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8301044A NL8301044A (nl) 1983-03-24 1983-03-24 Grondbewerkingsmachine.
GB08406927A GB2136662B (en) 1983-03-24 1984-03-16 Soil cultivating implements
CH1423/84A CH665523A5 (de) 1983-03-24 1984-03-21 Kreiselegge.
DE19843410453 DE3410453A1 (de) 1983-03-24 1984-03-22 Bodenbearbeitungsmaschine
FR8404548A FR2542966B1 (fr) 1983-03-24 1984-03-23 Herse rotative munie d'un element vertical cooperant avec les rotors
IT20208/84A IT1173467B (it) 1983-03-24 1984-03-23 Attrezzo per la coltivazione del terreno a rotori con assi verticali con elemento orizzontale longitudinale mobile verticalmente posto davanti ai sostegni dei denti dei rotori
GB08506778A GB2155295B (en) 1983-03-24 1985-03-15 Soil cultivating implements

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8301044A NL8301044A (nl) 1983-03-24 1983-03-24 Grondbewerkingsmachine.
NL8301044 1983-03-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8301044A true NL8301044A (nl) 1984-10-16

Family

ID=19841594

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301044A NL8301044A (nl) 1983-03-24 1983-03-24 Grondbewerkingsmachine.

Country Status (6)

Country Link
CH (1) CH665523A5 (nl)
DE (1) DE3410453A1 (nl)
FR (1) FR2542966B1 (nl)
GB (1) GB2136662B (nl)
IT (1) IT1173467B (nl)
NL (1) NL8301044A (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2155295B (en) * 1983-03-24 1986-12-17 Lely Nv C Van Der Soil cultivating implements

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4057110A (en) * 1972-01-07 1977-11-08 Lely Cornelis V D Rotary harrows
NL7402788A (nl) * 1974-03-01 1975-09-03 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
NL7600141A (nl) * 1976-01-08 1977-07-12 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
NL7511052A (nl) * 1975-09-19 1977-03-22 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
NL7513962A (nl) * 1975-12-01 1977-06-03 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
NL7513961A (nl) * 1975-12-01 1977-06-03 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
FR2354036A1 (fr) * 1976-06-11 1978-01-06 Kuhn Sa Attache souple pour deflecteur lateral de machine destinee au travail du sol
NL7710637A (nl) * 1977-09-29 1979-04-02 Patent Concern Nv Grondbewerkingsmachine.
NL7907081A (nl) * 1979-09-24 1981-03-26 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.

Also Published As

Publication number Publication date
DE3410453A1 (de) 1984-10-04
GB2136662B (en) 1986-12-17
FR2542966A1 (fr) 1984-09-28
IT8420208A0 (it) 1984-03-23
FR2542966B1 (fr) 1987-07-03
GB2136662A (en) 1984-09-26
GB8406927D0 (en) 1984-04-18
CH665523A5 (de) 1988-05-31
IT1173467B (it) 1987-06-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0359741B1 (de) Gerätesystem für die landwirtschaftliche bodenbearbeitung
NL7906631A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8301044A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8601048A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8403460A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL7907081A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8403369A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8203748A (nl) Ploeg.
HU205524B (en) Tiller particularly deep tiller for machine combination driven from stub axle with tiller arranged behind same
NL7806897A (nl) Rijengrondfrees met aanaarder.
NL9300659A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL9200243A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8006603A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8402020A (nl) Grondbewerkingsmachine, in het bijzonder geschikt voor de bereiding van een zaaibed.
NL8101312A (nl) Grondbewerkingsmachine.
EP0305601A1 (en) A soil cultivating machine
NL8304356A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8100119A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8402753A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8701010A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8105197A (nl) Grondbewerkingsmachine.
BE1005570A5 (fr) Equipement pour tracteur destine au labourage.
NL8602211A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8700952A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL7906820A (nl) Gecombineerde inrichting voor het losmaken van grond en voor het bereiden van een zaadbed.

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed