NL8204120A

NL8204120A - Document met een waarborgmerkteken en werkwijze voor het onderzoeken van de echtheid van het document.

Info

Publication number: NL8204120A
Application number: NL8204120A
Authority: NL
Original assignee: Landis & Gyr Ag
Priority date: 1981-10-27
Filing date: 1982-10-26
Publication date: 1983-05-16
Also published as: DE3233197A1; FR2515396B1; ATA378082A; JPS5882371A; AT386158B; DE3233197C2; JPS6230673B2; GB2108428B; DK159692C; US4501439A; DK472582A; GB2108428A; CH653161A5; FR2515396A1; NL186623C; DK159692B

Description

pp'· _ * £ * ' N/31.129-dV/kvn

Document met een waarborgmerkteken en werkwijze voor het όη-derzoeken van de echtheid van het document

De uitvinding heeft betrekking op een document, dat bestaat uit een substraat, een thermoplastische indruklaag met tenminste <§£n machinaal leesbaar waarborgmerkteken in de \ vorm van een optische microstructuur en een transparante be-5 schermingsiaag, waarbij de brekingsindex van de indruklaag en die van de beschermingslaag een verschillende grootte heb-ben en de microstructuur zodanig is, dat deze een karakteris-tieke bulging van invallend licht veroorzaakt, alsmede op een werkwijze voor het onderzoeken van de echtheid van een derge-10 lijk document, waarvan de microstructuur zodanig is uitgevoerd, dat bij het aftasten hiervan door een gerichte lichtstraal in tenminste edn voorafbepaalde richting in een voorafbepaalde tijdvolgorde buigingsmaxima verschijnen als het document met een voorafbepaalde snelheid translatorisch of roterend wordt 15 bewogen.

De meeste van de tegenwoordig gebruikelijke documen-ten, zoals bijvoorbeeld bankbiljetten, kredietkaarten, identi-teitskaarten, plaatsbewijzen, cheques en dergelijke,kunnen met de moderne reproduktietechnieken met niet al te veel moeite 20 worden vervalst. Er zijn talrijke voorstellen bekend, die tot doel hebben op dergelijke documenten machinaal leesbare waar-borgmerktekens aan te brengen, welke de voor een succesvolle vervalsing noodzakelijke inspanningen en bijgevolg de waar-borg tegen vervalsing verhogen. Een grotere waarborg tegen ver-25 valsing wordt bereikt, wanneer de waarborgmerktekens in de vorm van optische microstrueturen,die invallend licht op karakteris-tieke wijze buigen, worden aangebracht in het document. Dergelijke microstucturen, zoals bijvoorbeeld holografisch opge-wekte structuren, fasebuigingsroosters,"kinoforms", kunnen 30 slechts met hoge technische kosten worden vervaardigd.

Bij documenten met een substraat uit thermoplastisch materiaal worden de microstructuren direct in het substraat gedrukt (Zwitsers octrooischrift 574.144). Papieren documenten worden voor het indrukken van de microstructuren bekleed met 35 een dunne thermoplastische laag (Duits octrooischrift 25 55 214). Door middel van een beschermingslaag in de vorm van een door 8204120 '4 » - 2 - lamineren aangebrachte folie (Zwitsers octrooischrift 588.358) of in de vorm van een laklaag (Zwitserse octrooiaanvrage 6382/80-9) kan de microstructuur worden beschermd tegen mecha-nische beschadiging. De beschermingslaag kan ondoorlatend zijn 5 voor zichtbaar licht om de microstructuur voor het menselijk oog te verbergen (Zwitsers octrooischrift 588.358); een der-gelijke zwarte beschermingslaag is echter in vele gevallen ongewenst en wel enerzijds uit esthetische overwegingen en anderzijds omdat deze zwarte laag op opvallende wijze duidt 10 op het aanwezig zijn van verborgen. waarborgelementen. Voorts is een document van de bovengenoemde soort bekend, waarbij de beschermingslaag een andere brekingsindex bezit dan de thermo-plastische indruklaag (Duits octrooischrift 25 55 214).

Bij het machinale echtheidsonderzoek van dergelijke 15 documenten wordt de microstructuur belicht met een gerichte lichtstraal, die een voorafbepaalde golflengte bezit of een voorafbepaald nauw golflengtebereik omvat. Door middel van een lichtvoeler-inrichting worden ££n of meer componenten van een door de microstructuur gebogen lichtstraal ontvangen, 20 waarbij door middel van een elektronische verwerkingsinrichting wordt onderzocht of de intensiteit respectievelijk de inten-siteitsverhouding van deze componenten binnen de te verwachten grenswaarden ligt (Zwitsers octrooischrift 589.897). Uit het Duitse octrooischrift 27 31 726 is het bekend om een bepaalde 25 volgorde van verschillende microstructuren in een document aan te brengen en bij het echtheidsonderzoek te bepalen of de op het document vastgelegde volgorde overeenkomt met een in het leesapparaat vastgelegde gewenste volgorde.

De uitvinding beoogt een document van de in de aan-30 hef genoemde soort te verschaffen,in het bijzonder een document met een optisch niet ideaal substraat, waarbij het waarborg-merkteken niet alleen onzichtbaar is, maar tevens op onopval-lende wijze is verborgen in het document.

Hiertoe heeft het document volgens de uitvinding 35 het kenmerk, dat het naar de indruklaag toegekeerde substraat-oppervlak in het gebied van de microstructuur een diffuse reflec-tiekarakteristiek bezit, waarbij de indruklaag transparant is en enerzijds het brekingsindexverschil zodanig klein en anderzijds het diffuse reflectievermogen van het substraatoppervlak 8204120 V f * - 3 - zodanig groot is, dat de buigingsverschijnselen van de micro-structuur niet zichtbaar zijn met het blote oog.

Voorts beoogt de uitvinding een werkwijze van de boven aangeduide soort te verschaffen, waarmee dergelijke 5 waarborgmerktekens nochtansmet een grotere betrouwbaarheid kunnen worden aangetoond.

Hiertoe heeft de werkwijze volgens de uitvinding het kenmerk, dat de buigingsmaxima worden gedetecteed door tenminste £§n lichtvoeler en de tijdvolgorde van de elektrische 10 signalen van de lichtvoeler door een elektronische verwerkings-inrichting wordt vergeleken met een gewenste volgorde, terwijl de door de buigingsmaxima bepaalde, met de gewenste volgorde overeenkomende bruikbare componenten worden opgeteld en de niet met de gewenste volgorde overeenkomende storingscompo-15 nenten worden onderdrukt.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld is weer-gegeven.

Fig. 1 is een doorsnede van een uitvoeringsvoorbeeld 20 van het document volgens de uitvinding zonder beschermingslaag.

Fig. 2 is een doorsnede van het document volgens fig. 1 met een beschermingslaag.

Fig. 3-5 geven bovenaanzichten van v'erschillende documenten weer.

25 Fig. 6 is een perspectivisch aanzicht van een docu ment en een dit document aftastende lichtvoeler.

Fig. 7-9 geven schematisch verschillende onderzoekings-inrichtingen weer.

Fig. 10 en 11 tonen details van.een onderzoekings-30 inrichting.

In de niet op schaal weergegeven figuren 1 en 2 is een document 1 weergegeven, dat bijvoorbeeld een bankbiljet, een kredietkaart, een identiteitskaart, een plaatsbewijs, een cheque of dergelijke kan zijn. Het document bestaat uit een 35 substraat 2, een thermoplastische transparante indruklaag 3 en een transparante beschermingslaag 4. De indruklaag 3 bedekt tenminste een gedeelte van een oppervlak 5 van het substraat 2. De indruklaag 3 kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een smalle strook, een ring of een cirkel. In de indruklaag 3 is 8204120 v - 4 -

'< V

J

een optische microstructuur 6 gedrukt, welke een karakteris-tieke bulging van invallend licht veroorzaakt en een waarborg-merkteken van het document 1 vormt. De microstructuur 6 kan bijvoorbeeld worden gevormd door of meer in een vooraf-5 bepaalde volgorde aangebrachte hologrammen, buigingsroosters of "kinoforms". De be schemingslaag 4 wordt na het indrukken van de microstructuur 6 op de indruklaag 3 aangebracht en kan bijvoorbeeld bestaan uit een laklaag. Het ene oppervlak hiervan past zich aan aan de microstructuur 6 in de indruklaag 3, ter-10 wijl het andere, buitenwaartsgekeerde oppervlak 7 glad of licht gegolfd is. De typische dikte van de indruklaag 3 be-draagt ongeveer 10 en die van de beschermingslaag 4 ongeveer 3/u.

De microstructuur 6 wordt, aangezien zowel de indruk-15 laag 3 als de beschermingslaag 4 transparant zijn, bepaald door de grenslaag van twee dielektrica. Opdat de microstructuur optisch werkzaam is, hebben de brekingsindex n^ van de beschermingslaag 4 en de brekingsindex n2 van de indruklaag 3 een verschillende grootte. Het naar de indruklaag 3 toegekeerde 20 oppervlak 5 van het substraat 1 bezit althans in het gebied van de microstructuur 6 een diffuse reflectiekarakteristiek met een hoog reflectievermogen, d.w.z. de beide genoemde dielektrica zijn aangebracht op een heldere, ruwe ondergrond.

Als op de nog niet met de beschermingslaag 4 bedekte 25 microstructuur 6 een lichtstraal 8 wordt gericht, zoals in fig. 1 is weergegeven, welke lichtstraal bijvoorbeeld lood-recht invalt, dan verschijnt in tenminste §£n voorafbepaalde richting een uitgesproken buigingsmaximum 9 resp. 10. Bij be-lichting met wit licht zijn de buigingsverschijnselen zicht-30 baar voor het menselijk oog, bijvoorbeeld door een uitgesproken regenboogeffect, dat weliswaar door de diffuse strooiing aan het substraatoppervlak 5 enigszins wordt verstoord, doch nochtans goedzichtbaar is.

Teneinde het door de microstructuur 6 bepaalde 35 waarborgmerkteken te verbergen voor het menselijk oog, is. ener-zijds het brekingsindexverschil n^ - n zodanig klein en ander-zijds het diffuse reflectievermogen van het substraatopper·-vlak 5 zodanig groot, dat de buigingsverschijnselen van de microstructuur 6 niet meer zichtbaar zijn met het blote oog.

8204120 w « - 5 -

Hierdoor wordt de intensiteit van de buigingsverschijnselen tot onder de zichtbaarheidsgrens verkleind en het oog herkent nog slechts het door het substraatoppervlak 5 gereflecteerde diffuse licht 11 (fig. 2), dat als een zodanig sterk stoor-5 signaal op de voorgrond treedt, dat het door de bulgingsmaxima 9, 10 (fig. 1) bepaalde bruikbare signaal voor het oog verzinkt in het stoorsignaal. Bovendien gaat ook het gereflecteerde diffuse licht 11 gepaard met lokale variaties (bijvoorbeeld wan-neer het. substraat 2 uit papier bestaat), welke de buigings-10 verschijnselen van de microstructuur 6 extra maskeren. Aange-zien de indruklaag 3 en de beschermingslaag 4 zeer dun en transparent zijn, vallen zij de waarnemer niet op en wekken zij geen argwaan, dat hiertussen een onzichtbaar waarborgmerkteken is verborgen.

15 Als het diffuse reflexvermogen van het substraat oppervlak 5 tenminste 80% bedraagt, dan liggen de buigingsverschijnselen beneden de zichtbaarheidsgrens, wanneer het brekingsindexverschil n2 - n^ ten hoogste 0,2 bedraagt. Door een verdere verkleining van het brekingsindexverschil - bij-20 voorbeeld tot de waarde 0,1 - kan ervoor worden gezorgd, dat de buigingsverschijnselen ver beneden de zichtbaarheidsgrens liggen en het machinaal aantonen van het waarborgmerkteken nog slechts volgens speciale, hierna nader beschreven methoden betrouwbaar kan plaatsvinden.

25 Het is van voordeel als het substraat 2 uit papier bestaat, dat in het gebied van de microstructuur 6 wit en in hoofdzaak niet bedrukt is en waarvan de natuurlijke oppervlak-tekwaliteit de vereiste reflectiekarakteristiek vertoont.

Voorts kan als substraat 2 een kunststof met een mat gemeta-30 liseerd oppervlak dienen.

Een verdere maskering van het waarborgmerkteken kan worden bereikt, doordat de beschermingslaag 4 een licht . golvend, lichtstralen verruimend oppervlak 7 bezit, zodat dit als partible diffusor werkt. Het gegolfde oppervlak 7 is 35 enerzijds zowel bij het binnentreden van de lichtstraal 8 als bij het uittreden van de gebogen stralen werkzaam. Anderzijds verbreedt het oppervlak de ruimtehoek, waarbinnen aan het oppervlak 7 glansreflecties optreden.

Een verdere maskering van het waarborgmerkteken 8204120 ' ‘ - 6 - v kan worden gerealiseerd, doordat het substraatoppervlak 5 in het gebied van de microstructuur 6 een zonegewijs vari§rende matheidsgraad vertoont..

Bij voorkeur is de microstructuur 6 zodanig uitge-5 voerd, dat bij het aftasten. hiervan door de gerichte licht-straal 8 gelijktijdig in meerdere voorafbepaalde richtingen buigingsmaxima 9, 10 verschijnen, die bijvoorbeeld om de op-tische as zijn gegroepeerd. Hierdoor kan een verdere maskering van het waarborgmerkteken worden bereikt, aangezien hoogstens 10 €£n van de verzwakte deelsignalen op het oog van een waarnemer kan vallen, terwijl door middel van een overeenkomstig aantal in de voorafbepaalde richtingen vast gemonteerde lichtvoelers alle deelsignalen ontvangen en door middel van een elektrisch optelorgaan deze deelsignalen kunnen· worden opgeteld tot het 15 totale signaal.

Een verdere maskering van het waarborgmerkteken kan worden bereikt, wanneer de microstructuur bestaat uit een groot aantal afzonderlijke fasebuigingsvelden (bijvoorbeeld fase-roosters of hologrammen) , waarbi'j elk fasebuigingsveld in 20 tenminste ££n dimensie zodanig klein is gekozen, dat de af-zonderlijke velden niet meer met het blote oog kunnen worden waargenomen. Dit kan worden bereikt, indien de afmetingen van de velden in tenminste e€n dimensie ten hoogste 0,1 mm bedra-gen. De velden dienen anderzijds voldoende groot te zijn, zo-25 dat nog geen te sterke verbreding van de buigingsmaxima op-treeedt. Een faserooster dient bijvoorbeeld uit tenminste . vijf roosterstrepen te bestaan.

Wanneer de buigingsverschijnselen ver beneden de zichtbaarheidsgrens liggen, kunnen de informatiedragende 30 buigingssignalen in aanwezigheid van de sterke, geen informatiedragende diffuse reflectiesignalen zodanig zwak zijn dat een afzonderlijk buigingsmaximum ook machinaal niet met zekerheid kan worden gedetecteerd. De microstructuur 6 is daarom bij voorkeur zodanig uitgevoerd, dat bij het aftasten hiervan door 35 de gerichte lichtstraal in tenminste ££n voorafbepaalde richting buigingsmaxima in een voorafbepaalde tijdvolgorde verschijnen,wanneer het document 1 met een voorafbepaalde snelheid translatorisch of roterend wordt bewogen. Bij het echtheidsonderzoek van een dergelijk document in een automatisch 8204120 * · - 7 - werkend leesapparaat kunnen de buigingsmaxima door middel van tenminste ££n lichtvoeler worden gedetecteerd, waarbij door middel van een elektronische verwerkingsinrichting de tijd-volgorde van de elektrische signalen van de lichtvoeler wordt 5 vergeleken met een gewenste volgorde en waarbij de door buigingsmaxima bepaalde, met de gewenste volgorde overeenkomende bruikbare componenten worden opgeteld, terwijl de door diffuse reflecties bepaalde, niet met de gewenste volgorde overeenkomende storingscomponenten worden onderdrukt. Dit wordt hierna nader 10 toegelicht.

In fig. 3 is een document 1a weergegeven,, waarvan de microstructuur 6 bestaat uit een groot aantal gelijke hologram-men 12, welke op regelmatige afstanden in een reeks zijn ge-rangschikt. De microstructuur 6 van het in fig. 4 getoonde 15 document 1b wordt gevormd door twee verschillende soorten ho-logrammen 13 en 14, die elkaar afwisselend opvolgen. Bij het document 1c uit fig. 5 bestaat de microstructuur 6 uit een groot aantal hologrammen 15 van dezelfde soort, die echter verschillende lengten bezitten en met verschillende tussen-20 afstanden in een reeks zijn gerangschikt. Bij het aftasten van de microstructuur 6 van deze documenten 1a, 1b en 1c door een gerichte leesstraal, verschijnen in tenminste §£n voorafbe-paalde richting buigingsmaxima in een voorafbepaalde tijdvolg-orde , wanneer het document met een voorafbepaalde snelheid 25 translatorisch in de richting van de hologramreeks wordt be-wogen. Bij de documenten 1a en 1b is deze volgorde periodiek, bij het document 1c is zij a-periodiek.

In fig. 6 is een document 1d weergegeven, waarvan de microstructuur 6 de vorm van een cirkelvlak bezit en kan 30 worden gevormd door een enkel hologram 16, dat de loodrecht invallende lichtstraal 8 door buiging in meerdere deelstralen 17-20 splitst, welke bijvoorbeeld in een kegelmantelvlak lig-gen. Bij het roterend bewegen van het document 1d om de as van het hologram 16, welke samenvalt met de as van de licht-35 straal 8 worden door een lichtvoeler 21 achtereenvolgens de deelstralen 17, 18, 19, 20 gedetecteerd. Ook in dit geval verschijnen derhalve in tenminste <§<§n voorafbepaalde richting buigingsmaxima in een voorafbepaalde tijdvolgorde.

In het geval van een periodieke volgorde maar onbe- 8204120 - 8 - kende fasepositie van de selectief te detecteren bruikbare componenten van de elektrische signalen van de lichtvoeler vindt de vergelijking van de tijdvolgorde van de elektrische signalen met de gewenste volgorde bij voorkeur plaats door 5 middel van een smalbandig frequentiefilter, dat in fig. 7 met 22 is aangeduid. Een lichtbron 23 werpt bij het leesapparaat volgens fig. 7 de lichtstraal 8, welke een kleine dwarsdoor-snede en een voorafbepaalde golflengte bezit, op een deelvlak van de microstructuur 6 van het document 1. Tenminste <§<5n licht-10 voeler 24 is onder een bepaalde ruimtehoek aangebracht, welke overeenkomt met een mogelijke buigingshoek. Transportrollen 25 van een transportinrichting 26 verplaatsen het document 1 dwars ten opzichte van de lichtstraal 8, zodat de microstructuur 6 continu wordt afgetast. Bij voorkeur bestuurt de transportin-15 richting 26 het frequentiefilter 22 zodanig, dat de midden-frequentie van de doorlaatband hiervan automatisch evenredig met de momentele aftastsnelheid wordt ingesteld, waardoor de invloed van variaties van de transportsnelheid wordt geSliird-neerd. De lichtvoeler 24 is aangesloten op een detectiekanaal, 20 dat bestaat uit een versterker 27, het frequentiefilter 22 en een comparator 28.

De elektrische signalen van de lichtvoeler 24, die uit zeer zwakke bruikbare componenten en sterke storingscom-ponenten bestaan, worden in de versterker 27 versterkt en wor-25 den geleverd aan het frequentiefilter 22. Op de uitgang van het frequentiefilter 22 bouwt zich een spanning op, wanneer de frequentie van de bruikbare componenten overeenkomt met de doorlaatfrequentie van het frequentiefilter 22 en de bruikbare componenten bij elkaar worden opgeteld. De storingscomponenten 30 leveren daarentegen geen noemenswaardige bijdrage aan de uit-gangsspanning van het frequentiefilter 22, aangezien deze over-wegend andere frequenties bezitten. De comparator 28 geeft een ja-signaal af, wanneer de uitgangsspanning van het frequentie-filter 22 een voorafbepaalde drempelwaarde overschrijdt.

35 Wanneer de tijdvolgorde van de te detecteren bruik bare componenten periodiek is en ook de fasepositie bekend is, dan vindt de vergelijking met de gewenste volgorde bij voorkeur plaats door middel van een zogenaamde fasegevoelige "lock-in-versterker" (bijvoorbeeld bekend uit het tijdschrift 8204120 -5 ί» » - 9 - Τ351-15M-8/75-CP van de Princeton Applied Research Corporation), welke in fig. 8 met 29 is aangeduid. In fig. 8 duiden dezelf-de verwijzingscijfers als in fig. 7 dezelfde onderdelen aan.

De signaalingang van de lock-in-versterker 29 is aangesloten 5 op de lichtvoeler 24 en een besturingsingang hiervan op een positiegever 30. De uitgang van de versterker 29 is verbon-den met de comparator 28. De positiegever 30 levert bestu-ringssignalen, die overeenkomen met de gewenste volgorde en nauwkeurig zijn gesynchroniseerd met de ogenblikkelijke po-10 sitie van het document 1 onder de lichtstraal 8. In de teke-ning is deze synchronisatie aangeduid door een verbinding tussen de transportinrichting 26 en de positiegever 30. Zij kan bijvoorbeeld plaatsvinden door het aftasten van de voorste rand van het document 1 of door het aftasten van op het docu-15 ment aangebrachte s.ynchronisatiemerktekens.

De door de lichtvoeler 24 afgegeven elektrische signalen worden door de lock-in-versterker 29 eerst als wis-selstroom versterkt en vervolgens in polariteit nauwkeurig in het ritme van de gewenste volgorde telkens- zodaning om-20 geschakeld, dat elke afzonderlijke positieve of negatieve bruikbare signaaltop bijvoorbeeld een positieve bijdrage levert tot het uitgangssignaal van de versterker 29, terwijl de stoorsignalen niet in een vaste fasebedekking staan tot het. omschakelritme en bijgevolg binnen een toereikend lang 25 tijdinterval evenveel positieve als negatieve bijdragen tot de uitgangsspanning leveren en derhalve in het tijdgemiddelde verdwijnen. De uitgangsspanning vormt een maat voor de cor-relatie tussen de holografisch vastgelegde volgorde en de gewenste volgorde.

30 Indien tenslotte de tijdvolgorde van de te detec- teren bruikbare componenten a-periodiek is, dan vindt de vergelijking met de gewenste volgorde bij voorkeur plaats door middel van een elektronische correlator 31, waarvan . de eerste ingang bij het leesapparaat volgens fig. 9 is aan-35 gesloten op de uitgang van de versterker 27 en waarvan de tweede ingang is aangesloten op een geheugen 32. De gewenste volgorde is vastgelegd in het geheugen 32, welke klokimpulsen ontvangt van de positiegever 30 en een vergelijkingssignaal levert aan de correlator 31, dat overeenkomt met de gewenste 8204120 S,· V- - 10 - volgorde en weer nauwkeurig is gesynchroniseerd met de ogen-blikkelijke positie van het document 1 onder de lichtstraal 8. De uitgang van de correlator. 31 is verbonden met de ingang van de comparator 28.

5 Evenals bij de lock-in-versterker 29 (*fig. 8) worden in de correlator 31 de bruikbare componenten van het door de lichtvoeler 24 opgewekte elektrische signaal, die overeenkomen met de gewenste volgorde, versterkt, terwijl de storingscom-ponenten worden onderdrukt.

10 Als de microstructuur 6 zodanig is, dat onder meer- dere ruimtehoeken buigingsmaxima optreden, dan kan in elk van deze ruimtehoeken een lichtvoeler worden aangebracht, waarvan het elektrische signaal op de aan de hand van de fig. 7-9 be-schreven wijze in een detectiekanaal wordt geanalyseerd en 15 waarbij uitgangssignalen van de verschillende detectiekanalen in een logische schakeling zodanig worden gecombineerd, dat het document als echt wordt geaccepteerd, wanneer meerdere van de detectiekanalen een ja-signaal afgeven.

Het is ook mogelijk de signalen van verschillende 20 lichtvoelers met elkaar te combineren en pas dan aan een detectiekanaal te leveren. In de fig. 10 en 11 zijn hiervoor voor-beelden weergegeven. Bij de uitvoering volgens fig. 10 is de lichtvoeler 24 weer onder een ruimtehoek aangebracht, welke overeenkomt met een mogelijk buigingsmaximum. Een verdere 25 lichtvoeler 33 ontvangt het door het document 1 verstrooide licht onder een ruimtehoek, waaronder geen buigingsmaxima wordt verwacht. Een verschilversterker 34 vormt het verschil tussen de elektrische signalen van de lichtvoelers 24 en 33.

De uitgang van de verschilversterker 34 wordt gekoppeld met 30 het detectiekanaal volgens fig. 7, 8 of 9. Bevat het te onder-zoeken document geen echte microstructuur, maar bijvoorbeeld absorberende macroscopische periodieke kleurmonsters, welke reflectievariaties met dezelfde volgorde opwekken als een echte microstructuur, dan wordt het document niettemin afgewezen, 35 omdat de elektrische signalen van de beide lichtvoelers 24, 33 ten gevolge van de verschilvorming gemiddeld in de tijd elkaar grotendeels opheffen.

Bij de uitvoering volgens fig. 11, welke bijvoorbeeld is bestemd voor het echtheidsonderzoek van het document 1b met 8204120 * ·/ >· - 11 - twee verschillende hologrammen 13, 14 volgens fig. 4, zijn vier lichtvoelers 35-38 aangebracht, die zijn aangesloten op een reken-versterker 39. De uitgang van de rekenversterker 39 wordt weer gekoppeld met het detectiekanaal volgens fig. 7,. 8 of 9. De 5 lichtvoeler 35 is bijvoorbeeld in de normale buigingsrichting van het hologram 13, de lichtvoeler 36 in de geconjugeerde buigingsrichting van het hologram 13, de lichtvoeler 37 in de normale buigingsrichting van het hologram 14 en de lichtvoeler 38 in de geconjugeerde buigingsrichting van het hologram 14 10 aangebracht. De elektrische signalen van de lichtvoelers 35-38 zijn aangeduid met S.-S,.. De rekenversterker 39 vormt uit deze

’ C j.C

signalen een signaal S = (S„ + S.J - (S, + SJ of S = 1 2 ' z J 4 c +e · S3 S4 waarvan de volgorde overeenkomt met de volgorde van de afwis-selende hologrammen 13, 14. Door de verschilvorming resp. de 15 quotigntvorming worden ook in dit geval foutsignalen, die wor-den veroorzaakt door niet door buiging bepaalde kleurmonster-volgorde, in verregaande mate onderdrukt.

8204120

Claims

1. Document, dat bestaat uit een substraat, een thermoplastische indruklaag met tenminste een machinaal lees-baar waarborgmerkteken in de vorm van een optische microstruc-tuur en een transparante beschermingslaag, waarbij de brekings- 5 index van de indruklaag en die van de beschermingslaag een verschillende grootte hebben en de microstructuur zodanig is, dat deze een karakteristieke bulging van invallend. licht ver-oorzaakt, met het kenmerk, dat het naar de indruklaag (3) toegekeerde substraatoppervlakte (5) in het gebied 10 van de microstructuur (6) een diffuse reflectiekarakteristiek bezit, waarbij de indruklaag (3) transparant is en enerzijds het brekingsindexverschil zodanig klein en anderzijds het diffuse reflectievermogen van het substraatoppervlak (5) zodanig groot is, dat de buigingsverschijnselen van de microstructuur 15 (6) niet zichtbaar zijn met het blote oog.

2. Document volgens conclusie 1, m e t het kenmerk , dat het substraatoppervlak (5) in het gebied van de microstructuur (6) een diffuus reflectievermogen van tenminste 80% bezit en dat het brekingsindexverschil ten hoog- 20 ste 0,2 bedraagt.

3. Document volgens conclusie 1 of 2, waarvan het substraat uit papier bestaat, met het kenmerk, dat het substraatoppervlak (5) in het gebied van de microstructuur (6) wit is.

4. Document volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat het substraatoppervlak (5) in het gebied van de microstructuur (6) een zonegewijs varierende matheids-graad bezit.

5. Document volgens edn der conclusies 1-4, m e t 30 het kenmerk, dat de beschermingslaag (4) een gegolfd, lichtstralenverbredend oppervlak (7) bezit.

6. Document volgens den der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de microstructuur (6) bestaat uit een groot aantal afzonderlijke fasebuigingsvelden en dat elk 35 fasebuigingsveld in tenminste edn dimensie zodanig klein is, dat het met het blote oog niet meer kan worden waargenomen.

7. Werkwijze voor het onderzoeken van de echtheid van het document volgens ddn der conclusies 1-6, waarvan de 8204120 V : ' microstruetuur zodanig is uitgevoerd, dat bij het aftasten hiervan door een gerichte lichtstraal in tenminste §Sn voorafbepaalde richting buigingsmaxima in een voorafbepaalde tijd-volgorde verschijnen als het document met een voorafbepaalde 5 snelheid translatorisch of roterend wordt bewogen, met het k e n m e r k, dat de buigingsmaxima (9, 10) worden gedetec-teerd door tenminste §£n lichtvoeler (21;.24; 33; 35-38) en de tijdvolgorde van de elektrische signalen van de lichtvoeler (21; 24; 33; 35-38) door een elektronische verwerkingsinrich-10 ting (27, 22, 28; 29, 30, 28; 31, 30, 32, 28) wordt vergeleken met een gewenste volgorde terwijl de door de buigingsmaxima (9; 10) bepaalde, met de gewenste volgorde overeenkomende bruikbare componenten worden opgeteld en de niet met de gewenste volgorde overeenkomende storingseomponenten worden on-15 derdrukt.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, m e t het k e n m e r k, dat de gewenste volgorde periodiek is en dat de tijdvolgorde van de elektrische signalen door middel van een smalbandig freguentiefliter (22) wordt vergeleken met de 20 gewenste volgorde.

9. Werkwijze volgens conclusie 7, m e t het k e n m e r k, dat de vastgelegde volgorde periodiek is en dat de tijdvolgorde van de elektrische signalen door middel van een fasegevoelige lock-in-versterker (29) wordt vergeleken 25 met de gewenste volgorde.

10. Werkwijze volgens conclusie 7, m e t het k e n m e r k , dat de vastgelegde volgorde a-periodiek is en dat de tijdvolgorde van de elektrische signalen door middel van een elektronische correlator (31) wordt vergeleken met de 30 gewenste volgorde.

11. Werkwijze volgens ££n der conclusies 7-10, met het kenmerk, dat de elektrische signalen van tenminste twee lichtvoelers (24; 33; 35-38) van elkaar worden afgetrok-ken of wordeh gedeeld.

12. Werkwijze volgens conclusie 7 voor het onderzoe- ken van de echtheid van een document, waarvan de microstruetuur zodanig is uitgevoerd, dat bij het aftasten hiervan door de gerichte lichtstraal gelijktijdig in meerdere voorafbepaalde richtingen buigingsmaxima verschijnen, met het ken- 8204120 t - 14 - m e r k, dat in elk van deze richtingen een lichtvoeler (21; 24) wordt aangebracht en dat de elektrische signalen van deze lichtvoelers (21; 24) worden opgeteld. r 8204120