NL7901558A - THROW BODY. - Google Patents

THROW BODY. Download PDF

Info

Publication number
NL7901558A
NL7901558A NL7901558A NL7901558A NL7901558A NL 7901558 A NL7901558 A NL 7901558A NL 7901558 A NL7901558 A NL 7901558A NL 7901558 A NL7901558 A NL 7901558A NL 7901558 A NL7901558 A NL 7901558A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
throwing
body according
reservoir
ignition
agent reservoir
Prior art date
Application number
NL7901558A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Buck Chem Tech Werke
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from DE2811016A external-priority patent/DE2811016C1/en
Application filed by Buck Chem Tech Werke filed Critical Buck Chem Tech Werke
Publication of NL7901558A publication Critical patent/NL7901558A/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B5/00Cartridge ammunition, e.g. separately-loaded propellant charges
    • F42B5/02Cartridges, i.e. cases with charge and missile
    • F42B5/145Cartridges, i.e. cases with charge and missile for dispensing gases, vapours, powders, particles or chemically-reactive substances
    • F42B5/15Cartridges, i.e. cases with charge and missile for dispensing gases, vapours, powders, particles or chemically-reactive substances for creating a screening or decoy effect, e.g. using radar chaff or infrared material
    • F42B5/155Smoke-pot projectors, e.g. arranged on vehicles
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B12/00Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material
    • F42B12/02Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect
    • F42B12/36Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information
    • F42B12/46Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information for dispensing gases, vapours, powders or chemically-reactive substances
    • F42B12/48Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information for dispensing gases, vapours, powders or chemically-reactive substances smoke-producing, e.g. infrared clouds
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B12/00Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material
    • F42B12/02Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect
    • F42B12/36Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information
    • F42B12/56Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information for dispensing discrete solid bodies
    • F42B12/70Projectiles, missiles or mines characterised by the warhead, the intended effect, or the material characterised by the warhead or the intended effect for dispensing materials; for producing chemical or physical reaction; for signalling ; for transmitting information for dispensing discrete solid bodies for dispensing radar chaff or infrared material
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B4/00Fireworks, i.e. pyrotechnic devices for amusement, display, illumination or signal purposes
    • F42B4/06Aerial display rockets

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Radar, Positioning & Navigation (AREA)
  • Remote Sensing (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Air Bags (AREA)

Description

► - . , VO 7287► -. , VO 7287

Buck Chemisch-Technische Werke GmbH & Co.Buck Chemisch-Technische Werke GmbH & Co.

Bad Reich.enh.all, Bondsrepubliek Duitsland.Bad Reich.enh.all, Federal Republic of Germany.

Herplichaam.Herp body.

De uitvinding heeft betrekking op een werplichaam, voorzien van een contactkop en een daarop aangebracht, eventueel door een deksel afgesloten werpmiddelreservoir, waarbij aan de buitenmantel van de contactkop contact-5 ringen zijn aangebracht, die via ontsteekleidingen met een met een doosvormige ladingskamer voor het opnemen van een uitstootlading in de contactkop ondergebrachte ontsteek-pil zijn verbonden, de ladingskamer aan het bodemgedeelte van de contactkop door een schroefdeksel en bij de doorla-lOt ten voor de ontsteekleidingen door een afdichtmiddel prak tisch gasdicht ten opzichte van de buitenlucht is afgesloten, in het kopgedeelte van de contactkop of in de bodem van het werpmiddelreservoir als verbinding tussen de la- . ______dingskamer en het werpmiddelreservoir ten opzichte van de X.5' buitenlucht gasdicht een ontsteekvertragingssas is ondergebracht, dat met een in het werpmiddelreservoir aanwezige ontsteekverdeeleenheid met een ontsteekverdeellading voor het ontsteken van een werpmiddel en het verdelen van de wand van het werpmiddelreservoir bf met een uitdrijfladings-ZQ kamer met een uitdrijflading voor het uitdrijven van het werpmiddel onder het wegscheuren van het zich aan de kop van het werpmiddelreservoir bevindende deksel in verbinding staat, waarbij de contactkop en het werpmiddelreservoir door schroeven stevig met elkaar zijn verbonden.The invention relates to a throwing body, provided with a contact head and a throwing agent reservoir, optionally closed by a lid, arranged thereon, wherein contact rings are arranged on the outer jacket of the contact head, which are inserted via ignition lines with a box-shaped loading chamber for receiving of the ignition pill housed in the contact head, the ignition pill is connected to the charge chamber at the bottom part of the contact head by a screw cap and is sealed gastight to the outside air by the sealant for the ignition lines by means of a sealant. head part of the contact head or in the bottom of the throwing agent reservoir as a connection between the la. ______ chamber and the ejection agent reservoir are gas-tight with respect to the X.5 'outside air, an ignition retardant shaft which is provided with an ignition distribution unit in the ejection agent reservoir with an ignition distribution charge for igniting an ejection agent and distributing the wall of the ejection agent reservoir bf with an ejection charge ZQ chamber communicates with an expulsion charge for expelling the throwing agent while tearing away the lid located at the head of the throwing agent reservoir, the contact head and the throwing agent reservoir being tightly joined together.

25 üferplichamen, die in wezen uit een werpmiddelreser voir, dat met een bepaald werpmiddel, bijvoorbeeld een ne-velsas, is gevuld en een daarmede via een ontsteekvertra-gingssas in verbinding staande contactkop bestaan, waarin een elektrisch te ontsteken uitstootlading voor het uit-JQ stoten van het totale werplichaam uit een geschutbeker-.en 790155825 bodies, consisting essentially of an ejection agent reservoir filled with a particular ejection agent, for example a mist shaft, and a contact head connected thereto via an ignition retardant shaft, in which an electrically ignited ejection charge for the off-JQ ejection of the total throwing body from a gun cup and 7901558

> A> A

2 •zsêêksssêê^ voor het ontsteken van het ontsteekvertragingssas of een ♦ met de hand te bedienen afscheurontsteekinrichting voor het ontsteken van het ontsteekvertragingssas zijn ondergebracht, zijn reeds bekend. Hiertoe wordt bijvoorbeeld gewezen op 5 de Duitse octrooischriften 1.185.510 en 1.428.657·2 • zsêêksssêê ^ for igniting the ignition delay shaft or a manually operated tear-off detonator for igniting the ignition delay shaft are already known. To this end reference is made, for example, to German patents 1,185,510 and 1,428,657

Verder zijn ook reeds werplichamen bekend, die als * ..Furthermore, throwing bodies are already known which are *.

werpmiddel stoorstroken of infraroodf akkels bevatten en in het algemeen vanaf een schip worden afgeschoten om deze schepen hierdoor te beveiligen tegen vijandelijke, vliegen-1® de lichamen.throwing means contain interference strips or infrared flares and are generally fired from a ship in order to protect these ships against enemy, flying-1® bodies.

De stoorstrookwerplichamen zijn daarbij zodanig gedimensioneerd, dat zij in een zo kort mogelijke tijd, bijvoorbeeld binnen slechts vijf seconden, op een bepaalde hoogte boven de zeespiegel, bijvoorbeeld op een hoogte van 15 4o - 60 meter een stoorstrookwolk met groot oppervlak, 2 bijvoorbeeld met een oppervlak van ongeveer 300 m , vormen, die een radarreflectie-oppervlak en derhalve een echovlak voorstelt, dat een mislëidingsmiddel voor vijandelijke doelzoekinrichtingen vormt.The jamming objects are dimensioned in such a way that in as short a time as possible, for example within only five seconds, at a certain height above sea level, for example at an altitude of 15 4o - 60 meters, a disturbing strip cloud with a large surface area, 2 with a about 300 m, representing a radar reflecting surface, and therefore an echo plane, which is a misleading means for enemy target searchers.

20 De infrarode-fakkelwerplichamen bevatten als mislei- dingsmiddel of lokmiddel een infrarode fakkel, die na het uitwerpen van de fakkel via een fakkelontsteekinrichting wordt ontstoken en aan een parachuut zweeft. De infrarode fakkel zendt daarbij thermische energie uit, die norma-25 liter boven de door het te beveiligen object uitgezonden energie is gelegen. Hierdoor worden bijvoorbeeld op infrarode straling aansprekende vliegende lichamen aangelokt en misleid. De hiertoe geschikte infrarode fakkels of een der-? gelijke infrarode straling uitzendende lichamen dienen een 30 zo lang mogelijke brandtijd, bijvoorbeeld een minimale brandtijd van 40 sec. te hebben en verder zo langzaam mogelijk te dalen, bijvoorbeeld een daalsnelheid van minder dan 2 m. per sec. te bezitten.The infrared flare-throwing bodies contain an infra-red flare, which is ignited by a flare-igniter and floats on a parachute after the flare has been ejected. The infrared torch thereby emits thermal energy, which is normally 25 liters above the energy emitted by the object to be protected. As a result, flying bodies appealing to infrared radiation are attracted and misled. The suitable infrared torches or a third one? equal infrared radiation emitting bodies serve the longest possible burn time, for example a minimum burn time of 40 sec. and continue to descend as slowly as possible, for example a descent speed of less than 2 m. per sec. to own.

1 Er zijn verder ook reeds combinaties van stoorstrook- 35 werplichamen en infrarode-fakkelwerplichamen bekend, waar- __________ 7901558 V ί bij een infrarode fakkel in een wolk van stoorstroken zweeft. Dergelijke combinaties veroorzaken natuurlijk een gelijktijdige radarstoring en infrarood storing.1 Furthermore, combinations of interference strip throwing bodies and infrared flare throwing bodies are already known, in which case an infrared flare floats in a cloud of interference strips. Such combinations naturally cause simultaneous radar interference and infrared interference.

Inrichtingen van het bovenbeschreven type vindt men 5 bijvoorbeeld in Wehtechnik 5, 1975» pag, 217, Internationale Vehrrevue 2, 1976, pag. 217 - 220 en Internationale Wehr-revue 3, 1977, Pag. 500. In het Amerikaanse octrooischrift 3.67^»17^ is bij wijze van voorbeeld een speciale inrichting voor het verdelen van pyrotechnische blaadjes, rook-10 bussen of radar-reflecterende materialen beschreven.Devices of the type described above are found, for example, in Wehtechnik 5, 1975, page 217, Internationale Vehrrevue 2, 1976, pp. 217-220 and International Wehr Revue 3, 1977, p. 500. For example, U.S. Pat. No. 3,667,17-1 describes a special device for distributing pyrotechnic leaves, smoke cans, or radar reflective materials.

De bekende werplichamen, die uit bekervormige werp· inrichtingen worden afgeschoten, bezitten evenwel een reeks bezwaren, welke veroorzaken, dat deze lichamen slechts begrensd toepasbaar zijn.However, the known throwing bodies which are fired from cup-shaped throwing devices have a series of drawbacks which cause these bodies to be applicable only to a limited extent.

13 Een van deze bezwaren is daarin gelegen, dat het werp- middelreservoir van deze werplichamen gewoonlijk bestaat uit een uit metaalplaat vervaardigde doos, die van een omgekraalde langsrand is voorzien en waarvan de bodem op een soortgelijke wijze door omkralen moet zijn aangebracht.One of these drawbacks lies in the fact that the throwing agent reservoir of these throwing bodies usually consists of a box made of sheet metal, which has a curved longitudinal edge and the bottom of which must be similarly beaded.

20 Door de zijdelingse omkraling verkrijgt men echter geen juiste aanpassing van het werpmiddelreservoir aan de betreffende bekervormige werpinrichting en hetzelfde geldt ook voor de eveneens omgekraalde bodem, waarin bij deze bodem bovendien nog een afzonderlijke bevestigingsplaats no-25 dig is, door middel waarvan het werpmiddelreservoir stevig met de contactkop kan worden verbonden en waarin de verdere vereiste inrichtingen, bijvoorbeeld steun- of beves-tigingsorganen voor ladingen, kunnen zijn aangebracht. De vervaardiging van een dergelijk werpmiddelreservoir is der-30 halve niet slechts moeilijk, doch gaat ook gepaard met verdere bezwaren. De door de zijdelingse omkraling veroorzaakte ontbrekende juiste en derhalve ook steeds variërende pasnauwkeurigheid van het werpmiddelreservoir in de bekervormige werpinrichting vereist n.1. steeds een nooit nauw-35 keurig reproduceerbare bepaalde ringvormige spleet ttissen 790 1 5 58 ► t de buitenzijde van de mantel van bet werpmiddelreservoir en de binnenmantel van de beker, zodat bij het afschieten van een dergelijk werpmiddelreservoir steeds een bepaalde en in verband met variaties in de afmetingen van de 5 ringvormige spleet bovendien een niet-regelbare hoeveelheid verbrandingsgas ontwijkt, dat bij het ontsteken van de zich in de ladingskamer van de contactkop bevindende uitstootlading voor het uitstoten van het werpmiddelreservoir uit de beker dient. Door de door de constructie 10 vereiste ringvormige spleet verkrijgt men een verlies aan uitstootenergie. De eveneens door de constructie vereiste onnauwkeurige instelbaarheid van deze ringvormige spleet brengt echter ook nog het veel belangrijkere bezwaar met zich mede, dat de schiethoogte voor de afzonderlijke werp-15 middelreservoirs ringspleetafhankelijk en derhalve niet steeds nauwkeurig reproduceerbaar is. De verschillende werpraiddelreservoirs leiden derhalve onder overigens volledig gelijke omstandigheden tot verschillende schiethoog-ten.However, due to the lateral curvature, a correct adaptation of the throwing agent reservoir to the respective cup-shaped throwing device is not obtained, and the same also applies to the likewise beaded bottom, in which a separate fastening point is additionally required for this bottom, by means of which the throwing agent reservoir is firmly can be connected to the contact head and in which the further required devices, for example load support or securing means, can be provided. The manufacture of such a throwing agent reservoir is therefore not only difficult, but also involves further drawbacks. The missing correct and therefore also ever-varying fitting accuracy of the throwing agent reservoir in the cup-shaped throwing device caused by the lateral curvature requires n.1. always an accurately reproducible certain annular gap 790 1 5 58 ► t the outside of the jacket of the throwing agent reservoir and the inner jacket of the beaker, so that when firing such a throwing agent reservoir, a certain and in connection with variations in the dimensions of the annular gap additionally evade an uncontrollable amount of combustion gas which, when igniting the ejection charge contained in the charge chamber of the contact head, serves to eject the throwing agent reservoir from the cup. Due to the annular gap required by the construction 10, a loss of ejection energy is obtained. However, the inaccurate adjustability of this annular gap, also required by the construction, also entails the much more important drawback that the firing height for the individual throwing means reservoirs is annular gap-dependent and therefore not always accurately reproducible. The different throwing hopper reservoirs therefore lead to different shooting heights under otherwise completely identical conditions.

20 Bijzondere bezwaren van de bekende werplichamen doen zich echter ook voor door de daaraan eigen constructie van de contactkop. Zo zijn bijvoorbeeld de contactringen niet voldoende oxydatiebestendig, waarbij de verbindingsleidingen tussen deze contactringen en de zich in het inwendige van 25 de contactkop bevindende en met de ladingskamer voor de uitstootlading in verbinding staande ontsteekmiddel bovendien geen juiste afsluiting ten opzichte van de buitenlucht mogelijk maken. Derhalve treden hierdoor dikwijls uitvallen op door het falen van het ontsteekmechanisme bij 30 een bovendien slechts begrensde opslagbestendigheid van het werplichaam als zodanig of in de betreffende beker.However, special drawbacks of the known throwing bodies also arise because of the inherent construction of the contact head. For example, the contact rings are not sufficiently oxidation-resistant, whereby the connecting lines between these contact rings and the ignition medium located in the interior of the contact head and which communicate with the charge chamber for the ejection charge moreover do not allow proper sealing against the outside air. Consequently, failures often occur as a result of the failure of the ignition mechanism in addition to a limited storage resistance of the throwing body as such or in the relevant cup.

Een ander belangrijk bezwaar van de werplichamen van bekend type is een gevolg van het feit, dat hierbij de ladingskamer uit het bodemgedeelte van de contactkop uit-35 steekt en verder ook nog niet-centraal is opgesteld. Dit is * .7 9 0 1 5 5 8 -β·θκ 5 * een gevolg van het feit, dat de gebruikelijke werplichamen in het bodemgedeelte van de contactkop in de regel ook nog een eveneens tiitstekende afscheurontsteekinrichting voor ontsteking met de hand bevatten. Deze beide elementen kun-5 nen tezamen derhalve slechts niet-centraal worden onge steld. Xn het vrijblijvende centrale gebied van het bodemgedeelte van een dergelijke contactkop moet daarbij het zich op de bodem van de beker bevindende afstandsorgaan kunnen rusten, dat de steeds nauwkeurige opstelling van de 10 contactringen tegen de veercontacten van de beker waarborgt.Another important drawback of the throwing bodies of known type is a result of the fact that the loading chamber protrudes from the bottom part of the contact head and is furthermore also arranged non-centrally. This is * .7 9 0 1 5 5 8 -β · θκ 5 * as a result of the fact that the usual throwing bodies in the bottom part of the contact head usually also contain an equally good tear-off ignition device for manual ignition. Together, these two elements can therefore only be made non-centrally. In the non-binding central region of the bottom part of such a contact head, the spacer located on the bottom of the cup must be able to rest, which ensures the always accurate arrangement of the contact rings against the spring contacts of the cup.

Deze functie kan bij de bekende inrichtingen noch door de uitstekende ladingskamer, noch door de afscheurontsteekin-richting worden vervuld. De niet-centrale opstelling van de ladingskamer voor de uitstootlading in de contactkop 15 leidt verder tot het bezwaar, dat de verbrandingsgassen niet direkt in het midden van de beker kunnen aangrijpen, doch slechts zijdelings ten opzichte daarvan, hetgeen leidt tot wervelen en daardoor verschillende schietafstanden van het werpmiddelreservoir. Een centrale opstelling van de la-20 dingskamer in de contactkop zou echter, indien men de af- scheurontsteekinrichting bij dergelijke inrichtingen geheel zou weglaten, in verband met de tot nu toe gevolgde speciale constructie van deze kamers niet mogelijk zijn. De niet-centrale opstelling van de ladingskamer voert bovendien 25 nog tot het bezwaar, dat in het werpmiddelreservoir slechts door kostbare constructies inrichtingen kunnen worden ingebouwd, die via het ontsteekvertragingssas met de ladingskamer in verbinding moeten staan.In the known devices, this function cannot be fulfilled by either the protruding charge chamber or the tear-off igniter. The non-central arrangement of the charge chamber for the ejection charge in the contact head 15 further leads to the drawback that the combustion gases cannot engage directly in the center of the cup, but only laterally with respect thereto, which leads to swirling and therefore different firing distances. of the throwing agent container. However, a central arrangement of the charging chamber in the contact head would be impossible if the tear-off device was completely omitted from such devices because of the special construction of these chambers hitherto followed. The non-central arrangement of the loading chamber also leads to the drawback that devices can only be built into the throwing agent reservoir through expensive constructions which must communicate with the loading chamber via the ignition delay shaft.

De configuratie van een volkomen anderstype van de 30 bekende werplichamen, meer in het bijzonder wat betreft het werpmiddelreservoir en de contactkop, brengt met zich mede, dat deze werplichamen voor het afschieten van brandbare, dunne blaadjes (flares) of van stoorstroken (dunne metaaldraden) niet geschikt zijn. Men moet hiertoe derhal-35 ve teruggrijpen op relatief dure constructies. Ook kan men 790 1 5 58 V * 6 geen volledig bevredigende juiste en werkzame vorming van misleidingswolken verkrijgen.The configuration of a completely different type of the known throwing bodies, more particularly as regards the throwing agent reservoir and the contact head, implies that these throwing bodies for firing flammable, thin leaves (flares) or jamming strips (thin metal wires) are not suitable. To this end, one has to fall back on relatively expensive constructions. Also, one cannot obtain completely satisfactory correct and effective deception clouds 790 1 5 58 V * 6.

Alle bekende, eenvoudige werplichamen hebben op grond van de bovengenoemde constructieve tekortkomingen bovendien 5 nog het bezwaar, dat zij niet in de vereiste mate bestendig zijn tegen de invloed van zeewater en de hierdoor veroorzaakte meer extreme atmosferische invloeden.All known simple throwing bodies furthermore have the drawback because of the above-mentioned structural shortcomings that they are not sufficiently resistant to the influence of sea water and the more extreme atmospheric influences caused thereby.

De genoemde bezwaren begrenzen de toepassingsmoge-lijkheden van de bekende werplichamen zeer sterk en de 10 uitvinding stelt zich derhalve ten doel een nieuw werp-lichaam te verschaffen, dat deze bezwaren niet vertoont.The stated drawbacks limit the application possibilities of the known throwing bodies very strongly and the object of the invention is therefore to provide a new throwing body which does not show these drawbacks.

Daartoe is een werplichaam volgens de uitvinding daarin gekenmerkt, dat de ladingskamer centraal in de contact-kop is aangebracht en van een gasdicht afsluitend en aan 15 de massieve dekselrand daarvan van een schroefdraad voor-, zien schroefdeksel, dat tenminste in het centrale gebied daarvan tot een massief contraleger voor een afstandsorgaan van een schietbeker is uitgevoerd, waarbij de zich tussen de dekselrand en het contraleger bevindende dekseldelen 20 als vensterachtige vereiste breukplaatsen voor het uittre den van de uitstootgassen zijn uitgevoerd.To this end, a throwing body according to the invention is characterized in that the charge chamber is arranged centrally in the contact head and is provided with a screw-tight sealing and provided with a screw-thread on its massive lid edge, which screw-on at least in the central region thereof a solid firearm spacer counter bearing, the lid parts 20 located between the lid edge and the counter bearing, being designed as window-like required fracture points for the exit of the exhaust gases.

De contactkop en het zich daarin bevindende schroefdeksel bestaan bij voorkeur uit geschikt gevormde lichamen, die bij voorkeur door spuitgieten van hiertoe geschikte 25 kunststoffen, zoals polystyreen, kunnen worden vervaardigd.The contact head and the screw cap located therein preferably consist of suitably shaped bodies, which can preferably be manufactured by injection molding of suitable plastics, such as polystyrene.

Het zich in het schroefdeksel voor de ladingskamer van de contactkop bevindende contraleger is bij voorketir als zich van dekselrand-tot-dekselrand uitstrekkend ribbevormig uitgevoerd. De hierdoor gevormde ribbe vormt een 30 massief contraleger voor het afstandsorgaan van de beker en tegelijkertijd ook een greep voor het inschroeVen van het schroefdeksel in de centraal in de bodem van de contactkop aangebrachte ladingskamer. Om een massieve dekselrand van het schroefdeksel is bij voorkeur een afdichtring aan-35 gebracht, door middel waarvan men een gasdichte afsluiting 7901558 van de ladingskamer verkrijgt.The counter-bearing, which is located in the screw cap for the charge chamber of the contact head, is designed as a rib in the form of ribs extending from cover edge to cover edge. The rib formed thereby forms a solid counter-bearing for the spacer of the cup and at the same time also a handle for screwing the screw cover into the charge chamber centrally located in the bottom of the contact head. A sealing ring is preferably arranged around a solid lid edge of the screw lid, by means of which a gastight seal 7901558 of the loading chamber is obtained.

Tenminste het zich bij de contactringen bevindende deel van de ontsteekleidingen bestaat bij voorkeur verder uit tenminste door de bviitenmantel van de contactkop in 5 het inwendige tussen de buitenmantel van de contactkop en de mantel van de ladingskamer reikende verbindingspennen, die aan de binnenzijde van de contactringen zijn gesoldeerd. Bij voorkeur is daarbij tenminste een deel van de verbindingspennen tezamen met de naar de buitenmantel van de con-]_q tactkop gekeerde delen van de contac tringen in de buiten mantel van de contactkop ingegoten. Het, de verbindingspennen ondersteunende deel van de buitenmantel van de contactkop is daarbij in de ruimte tussen de buitenmantel van de contactkop en de mantel van de ladingskamer verder bij 15 voorkeur tenminste gedeeltelijk als een ribbe uitgevoerd.At least the part of the ignition lines located at the contact rings preferably further consists of at least through the special jacket of the contact head in the interior connecting pins extending between the outer jacket of the contact head and the jacket of the loading chamber, which are on the inside of the contact rings soldered. Preferably, at least a part of the connecting pins, together with the parts of the contact rings facing the outer jacket of the contact head, are cast in the outer jacket of the contact head. The part of the outer jacket of the contact head supporting the connecting pins is further preferably at least partly formed as a rib in the space between the outer jacket of the contact head and the jacket of the loading chamber.

Het oppervlak van de verbindingspennen is bij voorkeur gekarteld en de verbindingspennen zelf zijn bij voorkeur geprofileerd, waarbij deze bij voorkeur een vierkant profiel bezitten, waardoor een bijzonder goede en dichte zitting 20 van de verbindingspennen in het materiaal van de contactkop wordt gewaarborgd. Het gebruik van contactringen met reeds aangesoldeerde verbindingspennen bij het spuitgieten van het basislichaam van de contactkop leidt tot hetzelfde voordeel, n.1. een juiste en dichtsluitende passing van de-25 ze onderdelen in de contactkop. De verbindingspennen reiken bij voorkeur slechts in de ruimte tussen de buitenmantel van de contactkop en de buitenmantel van de ladingskamer en zijn dan via in doorlaten in de mantel van de ladingskamer aangebrachte draadgeleiders met de zich in de ladings-30 kamer bevindende ontsteekpil verbonden, waarbij de ladings kamer ten opzichte van het inwendige van de contactkop bij de betreffende doorlaten met een afdichtingsmiddel gasdicht is afgesloten. De, de verbindingspennen in de ruimte tussen de buitenmantel van de contactkop en de mantel van de la-35 dingskamer omvattende ribbe is zodanig uitgevoerd, dat deze 79 0 1 5 58 -Η * 8 in deze ruimte tenminste één zijde van de verbindingspennen vrijlaat, waaraan de betreffende draadgeleiders naar de zich in de ladingskamer bevindende ontsteekpil kunnen worden gesoldeerd. Aan de buitenomtrek van de contactkop zijn 5 derhalve geen soldeer- of verbindingspunten aanwezig, wel ke door de omgevingsatmosfeer kunnen worden aangetast, De verbindingspennen en de zich daarbij bevindende contact-ringen zijn bij voorkeur uit messing vervaardigd. Als beveiliging tegen corrosie zijn deze onderdelen verder bij 10 voorkeur verguld.The surface of the connecting pins is preferably serrated and the connecting pins themselves are preferably profiled, preferably having a square profile, thereby ensuring a particularly good and tight seating of the connecting pins in the material of the contact head. The use of contact rings with already soldered connection pins in the injection molding of the base body of the contact head leads to the same advantage, n.1. a correct and snug fit of these parts in the contact head. The connecting pins preferably extend only in the space between the outer jacket of the contact head and the outer jacket of the cargo chamber and are then connected to the ignition pill located in the cargo chamber via wire guides arranged in passages in the jacket of the cargo chamber. charge chamber is gastight with respect to the interior of the contact head at the respective passages with a sealant. The rib comprising the connecting pins in the space between the outer jacket of the contact head and the jacket of the loading chamber is designed in such a way that it leaves at least one side of the connecting pins in this space, 79 0 1 5 58 -Η * 8, to which the respective wire guides can be soldered to the ignition pill located in the charge chamber. There are therefore no soldering or connecting points on the outer circumference of the contact head, which can be affected by the ambient atmosphere. The connecting pins and the associated contact rings are preferably made of brass. As a protection against corrosion, these parts are further preferably gold-plated.

In het kopdeel van de contactkop is centraal een ont-steekvertragingssas aangebracht, dat de verbinding tiissen de ladingskamer in het bodemdeel van de contactkop en de bodem van het werpmiddelreservoir en derhalve een zich · 15 daarin bevindende ontsteekdeeleenheid of tiitdrijfladings kamer verschaft. Het ontsteekvertragingssas is bij voorkeur in het kopdeel van de contactkop geschroefd en hiertoe bevindt zich in de contactkop centraal bij voorkeur ook nog een geschikte, van schroefdraad voorziene huls. Verder 20 zijn in de contactkop om de ladingskamer tenminste twee boringen voor het opnemen van de schroeven voor het verbinden van de contactkop met het werpmiddelreservoir aanwezig, die bij voorkeur zodanig zijn uitgevoerd, dat daarin de schroefkoppen volledig verzinken en met het bodemdeel van 25 de contactkop in één vlak door een geschikt deksel kunnen worden afgesloten. Bij de hiertoe gebruikte deksels kan het normale polyetheen deksels betreffen. De voor het opnemen van de schroeven in de contactkop aanwezige boringen worden bij voorkeur eveneens weer gelijktijdig met het vor-30 men van de contactkop gevormd. Het bovenste deel van de buitenmantel van de contactkop is overigens bij voorkeiir zodanig uitgevoerd, dat dit in combinatie met de bodem van het werpmiddelreservoir en een zich daartussen bevindende afdichting een goede afdichting tussen de beide onderdelen 35 mogelijk maakt. Het onderdeel is hiertoe bij voorkeur ge- 7 9 0 1 5 5 8 * 9 jmÊÊÉÉÊÊE* ribbeld uitgevoerd. Tussen de mantel van de centraal in de contactkop aangebrachte ladingskamer en de buitenmantel van ' de contactkop zijn voor een wederzijdse stabilisatie bij voorkeur verbindingsribben aanwezig.In the head portion of the contact head, a firing delay shaft is centrally disposed, which provides the connection between the charge chamber in the bottom portion of the contact head and the bottom of the ejection agent reservoir and therefore a firing part unit or propulsion charge chamber located therein. The ignition delay shaft is preferably screwed into the head part of the contact head and for this purpose there is preferably also a suitable threaded sleeve in the center of the contact head. In addition, at least two bores for accommodating the screws for connecting the contact head to the throwing agent reservoir are provided in the contact head around the loading chamber, which are preferably designed such that the screw heads fully sink therein and with the bottom part of the contact head can be closed in one plane by a suitable lid. The lids used for this purpose can be normal polyethylene lids. The bores present in the contact head for receiving the screws are preferably again formed simultaneously with the formation of the contact head. The upper part of the outer jacket of the contact head is, moreover, preferably designed in such a way that, in combination with the bottom of the throwing agent reservoir and a seal located therebetween, this enables a good seal between the two parts. To this end, the part is preferably 7 9 0 1 5 5 8 * 9 ym jÉÉÊÊE * ribbed. Connecting ribs are preferably provided between the jacket of the charge chamber centrally located in the contact head and the outer jacket of the contact head for mutual stabilization.

5 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van een werplichaam volgens de uitvinding heeft de zich tussen de contactkop en het werpmiddelreservoir bevindende afdichting de vorm van een uitstekende afdichtschijf, waarvan de buitendiame- i ter tenminste overeenkomt met de binnendiameter van de ge-10 schutbeker. Deze afdichtingsschijf veroorzaakt enerzijds een dichte afsluiting van de contactkop in de beker en verhindert anderzijds, dat de bij het ontsteken van de zich in de contactkop bevindende uitstootlading gevormde verbrandingsgassen via de, eventueel ook slechts minimale 15 ringvormige spleet tussen de wand van het werpmiddelreservoir en de binnenmantel van de beker kunnen ontwijken. Bovendien worden door de flexibiliteit van de afdichtingsschijf toleranties tussen de beker en het werpmiddelreservoir gecompenseerd. Op deze wijze wordt voor een steeds 20 zelfde blokkering van de uitstootlading en derhalve reproduceerbare schootsafstanden gezorgd. De afdichtingsschijf is bij voorkeur vervaardigd uit voor olie bestendig nitriel-ribber.In a preferred embodiment of a throwing body according to the invention, the sealing located between the contact head and the throwing agent reservoir is in the form of a protruding sealing disc, the outer diameter of which corresponds at least to the inner diameter of the protective cup. On the one hand, this sealing disc causes a tight seal of the contact head in the cup and, on the other hand, prevents the combustion gases formed during ignition of the ejection charge contained in the contact head via the, possibly also only minimal, annular gap between the wall of the throwing agent reservoir and the avoid the inner jacket of the cup. In addition, the flexibility of the sealing disc compensates for tolerances between the cup and the throwing agent reservoir. In this way, the same blocking of the ejection charge and thus reproducible firing distances are always ensured. The sealing disc is preferably made of oil-resistant nitrile rib.

Jn de bodem van het werpmiddelreservoir is verder bij 25 voorkeur een bevestigingsplaat aangebracht door middel waarvan het werpmiddelreservoir stevig aan de contactkop kan worden geschroefd, waarbij deze plaat eventueel ook nog door een geschikte verdere uitvoering andere fimcties kan vervullen, die voorde werking van een dergelijk werplichaam 30 nodig zijn. Zo kan men op deze bevestigingsplaat bijvoorbeeld ontsteekverdeeleenheden of uitdrijfladingskamers aanbrengen. Bij een voorkeursuitvoeringsvorm is de bodem van het werpmiddelreservoir echter verdikt als bevestigingsplaat uitgevoerd, zodat een afzonderlijke bevestigings-35 plaat kan worden geëlimineerd. Wanneer men gebruik maakt 79 0 1 5 58 -β·ΒΡ> -» * · · van een werpmiddelreservoir met afzonderlijke bevestigings-piaat aan de bodem van het reservoir dan wordt tussen deze bevestigingsplaat en de eigenlijke bodem van het werpmiddelreservoir bij voorkeur nog een afdichting, bijvoorbeeld een 5 afdichtring, aangebracht, die voor een gasdichte verbinding van de beide onderdelen dient. Deze verdikte uitvoering van de bodem van het werpmiddelreservoir als bevestigingsplaat wordt mogelijk gemaakt, doordat het werpmiddelreservoir bij een voorkeursuitvoeringsvorm uit een dunwan-10 dige, getrokken aluminium doos bestaat, bij de vervaardiging waarvan door trekken de bodem van het werpmiddelreservoir zonder meer reeds verdikt als bevestigingsplaat kan worden uitgevoerd. Juist het gebruik van aluminium als materiaal voor het vormen van het werpmiddelreservoir maakt 15 de met bijzondere voordelen gepaard gaande volledig naadloze uitvoering van een dergelijk reservoir mogelijk. De betreffende dikte van de wand van het werpmiddelreservoir wordt aan de steeds beoogde, speciale functie aangepast.In the bottom of the throwing agent reservoir, a mounting plate is preferably further provided by means of which the throwing agent reservoir can be screwed firmly to the contact head, this plate possibly also fulfilling other functions by means of a suitable further embodiment, which for the action of such a throwing body 30 are needed. For example, ignition distribution units or propulsion charge chambers can be arranged on this mounting plate. In a preferred embodiment, however, the bottom of the throwing agent reservoir is thickened as a mounting plate, so that a separate mounting plate can be eliminated. If one uses 79 0 1 5 58 -β ΒΡ - - * van wer · wer wer wer wer wer wer met met met met met met met met met met met van van van van van van van 79 79 79 79 , for example a sealing ring, which serves for a gas-tight connection of the two parts. This thickened design of the bottom of the throwing agent reservoir as a mounting plate is made possible because the throwing agent reservoir in a preferred embodiment consists of a thin-walled, drawn aluminum box, in the manufacture of which the bottom of the throwing agent reservoir is already thickened as a mounting plate by pulling. can be performed. It is precisely the use of aluminum as a material for forming the throwing agent reservoir that permits the completely seamless design of such a reservoir, accompanied by special advantages. The respective thickness of the wall of the throwing agent container is adapted to the intended special function.

Hetr werpmiddelreservoir is aan de kop daarvan normaliter 20 afgesloten door een deksel, dat bij voorkeur eveneens uit aluminium bestaat en met de kop van de aluminiumdoos door omkralen is verbonden. Afhankelijk van de beoogde toepassing van het werplichaam is de wanddikte van de aluminiumdoos zodanig gekozen, dat de mantel na het ontsteken van een 25 zich in het werpmiddelreservoir bevindende lading of zonder afstoten van het omgekraalde deksel scheurt, zodat de wand .van het werpmiddelreservoir wordt verdeeld, zoals men dit bijvoorbeeld verlangt bij een werpmiddel van brandbare, dunne blaadjes (flares), waarbij in het werpmiddelreser-30 voir dan centraal een ontsteekverdeeleenheid uit een met een ontsteekyerdeellading gevulde huls is aangebracht, 6f de wand van de als werpmiddelreservoir dienende aluminiumdoos kan ook zo dik zijn, dat de mantel bij het ontsteken van een zich in het werpmiddelreservoir bevindende lading 35 niet scherut, doch slechts het zich aan de kop bevindende 7 8 0 1 5 58 SB·*» deksel wordt weggescheurd, zodat het werpmiddel via de kop van het werpmiddelreservoir wordt afgevoerd. Xn het laatstgenoemde geval is in de bodem van het werpmiddelreservoir een uit drijfladingskamer met een geschikte uitdrijflading 5 aanwezig, die er in combinatie met geschikte inrichtingen voor zorgt, dat het werpmiddel, dat dan bij voorkeur uit stoorstroken bestaat, onder het wegscheuren van het deksel van het werpmiddelreservoir via de kop van het reservoir wordt afgevoerd. Door geschikte maatregelen kan men voor 10 de beide doeleinden echter ook gebruik maken van een alu minium doos, waarvan de dikte steeds even groot is en bijvoorbeeld 0,25 aim. bedraagt. Men werkt derhalve steeds met een aluminium doosr die voor de vereiste, bepaalde blokkering dient.The throwing agent reservoir is normally closed at the head thereof by a lid, which preferably also consists of aluminum and is connected to the head of the aluminum box by beading. Depending on the intended application of the throwing body, the wall thickness of the aluminum box is chosen such that the jacket tears after igniting a load contained in the throwing agent reservoir or without repelling the beaded lid, so that the wall of the throwing agent reservoir is distributed. as is desired, for example, with a throwing agent of flammable thin leaves (flares), in which a firing distributor from a sleeve filled with a firing part container is then centrally arranged in the throwing agent container, 6f the wall of the aluminum box serving as a throwing agent reservoir can also be so thick that upon igniting a load 35 contained in the throwing agent reservoir, the jacket is not torn, but only the lid located at the head is torn off, so that the throwing agent is thrown through the head from the throwing agent container. In the latter case, a propellant chamber with a suitable propellant charge 5 is present in the bottom of the ejection agent reservoir, which, in combination with suitable devices, ensures that the ejection agent, which then preferably consists of interference strips, while tearing away the lid of the throwing agent reservoir is discharged through the head of the reservoir. By suitable measures, however, an aluminum box can also be used for both purposes, the thickness of which is always the same size and, for example, 0.25 aim. amounts. Therefore, one always works with an aluminum box which serves for the required, certain blocking.

15 Afhankelijk van de beoogde functie van het werplichaam kan men derhalve twee verdere voorkeursuitvoeringsvormen van dit lichaam verkrijgen.Depending on the intended function of the throwing body, two further preferred embodiments of this body can therefore be obtained.

Bij de eerste hiervan omvat het werpmiddelreservoir een ontsteekverdeeleenheid met een ontsteekverdeellading 20 voor het ontsteken van het zich in het werpmiddelreservoir bevindende werpmiddel en/of het verdelen van de wand van het werpmiddelreservoir, waarbij deze ontsteekverdeella-ding via het ontsteekvertragingssas steeds met de zich in de ladingskamer bevindende uitstootlading in contact staat 25 en door deze laatste via het ontsteekvertragingssas wordt ontstoken. De ontsteekverdeeleenheid bestaat bij voorkeur uit een met een ontsteekverdeellading gevulde huls, die centraal in de bevestigingsplaat of de als bevestigings-plaat uitgevoerde bodem van het werpmiddelreservoir is 30 aangebracht. Bij voorkeur reikt deze ontsteekverdeeleen- eind praktisch tot het deksel van het werpmiddelreservoir,In the first of these, the ejection reservoir comprises an ignition distributor with an ignition distribution charge 20 for igniting the ejection agent contained in the ejection agent reservoir and / or distributing the wall of the ejection agent reservoir, this ignition distribution via the ignition delay shaft always being in the charge chamber in the charge chamber is in contact 25 and is ignited by the latter via the ignition delay shaft. The ignition distribution unit preferably consists of a sleeve filled with an ignition distribution charge, which is arranged centrally in the mounting plate or the bottom of the throwing agent reservoir designed as a mounting plate. Preferably, this ignition distributor end extends practically to the lid of the throwing agent reservoir,

De huls van de ontsteekverdeeleenheid bestaan daarbij evenals het werpmiddelreservoir bij voorkeur eveneens uit aluminium en bezit bijvoorbeeld een wanddikte van 0,25 mm.The sleeve of the ignition distributor unit, like the casting agent reservoir, preferably also consists of aluminum and has, for example, a wall thickness of 0.25 mm.

35 Het gebruik van aluminium als materiaal voor de huls van 7 90 1 5 58 •w * de ontsteekverdeeleenheid en het werpmiddelreservoir, evenals het deksel van het werpmiddelreservoir brengt naast het voordeel van de gemakkelijke vervaardiging van dergelijke voorwerpen nog het voordeel met zich mede, dat deze 5 materialen de bij dergelijke inrichtingen gewenste corro- siebestendigheid en verdraagzaamheid met de meeste pyro-technische sassen vertonen, zodat een speciale corrosie-bescherming kan worden geëlimineerd. Tegelijkertijd kan het als materiaal hiervoor gebruikte aluminium tezamen met 10 de betreffende lading verbranden. Verder vertonen derge lijke getrokken bussen ten gevolge van het ontbreken van naden over de totale omtrek daarvan dezelfde vastheids-eigenschappen, hetgeen tot een bijzonder goed reprodticeer-bare functie van het betreffende werplichaam leidt, terwijl 15 dergelijke hulzen tenslotte ook met nauwkeurig reprodviceerbare binnen- en buitendiameters kunnen worden vervaardigd.35 The use of aluminum as the material for the sleeve of 7 90 1 5 58 • w * the ignition distributor and the throwing agent reservoir, as well as the lid of the throwing agent reservoir, provides in addition to the advantage of the easy manufacture of such articles, that These materials exhibit the corrosion resistance and compatibility with most pyro-technical welds desired in such devices, so that special corrosion protection can be eliminated. At the same time, the aluminum used as material for this can burn together with the respective charge. Furthermore, as a result of the absence of seams over the entire circumference, such drawn sleeves exhibit the same firmness properties, which leads to a particularly well reproducible function of the respective throwing body, while such sleeves finally also have accurately reproducible inner and outer diameters can be manufactured.

De met de ontsteekverdeellading gevuldè-Jftuls van de ontsteekverdeeleenheid is natuurlijk op een geschikte wij- ze dichtsluitend in de bodem van het werpmiddelreservoir 20 en derhalve in de bevestigingsplaat ingepast en met het ontsteekvertragingssas verbonden. Dit wordt bij voorketir verkregen doordat het met het ontsteekvertragingssas in verbinding staande open uiteinde van de huls van de ontsteekverdeeleenheid is voorzien van een omgekraalde rand 25 via welke rand de huls van onderen in het werpmiddelreservoir en de bevestigingsplaat bf in de als bevestigingsplaat uit gevoerde bodem van het werpmiddelreservoir gasdicht is geschroefd. Het open uiteinde van de huls is hierbij bij voorkeur door omkralen met een afdekschijf verbonden en 30 via deze door middel van een schroef tezamen met een ring-afdichting van onderen in het werpmiddelreservoir en de beves tigingsplaat of in de als bevestigingsplaat uitgevoerde bodem van het werpmiddelreservoir gasdicht geschroefd. De gewenste gasdichte verbinding wordt verkregen door middel 35 van een ringafdichting, die bij het aanschroeven van de 7901558 « 13 drie verschillende onderdelen wordt aangedrukt, n.1. tegen de bevestigingsplaat of de als bevestigingsplaat uitgevoerde bodem van het werpmiddelreservoir, tegen de afdek-schijf en tegen de huls. De zich in de afdekschijf bevin-ej dende boring is bij voorkeur door een folie, bij voorkeur een tinfolie, door plakken vastdicht afgesloten.The sleeve of the ignition distributor filled with the ignition distribution charge is, of course, suitably tightly sealed in the bottom of the throwing agent reservoir 20 and thus fitted into the mounting plate and connected to the ignition delay shaft. This is achieved in the case that the open end of the sleeve of the ignition distributor connected to the ignition retarding shaft is provided with a beaded edge 25 via which edge the sleeve from below in the casting agent reservoir and the mounting plate bf in the bottom plate of the ignition medium. the throwing agent container is screwed gastight. The open end of the sleeve is herein preferably connected to a cover disc by beading and via this screw together with a ring seal from below in the casting agent reservoir and the mounting plate or in the bottom of the casting agent reservoir designed as a mounting plate. screwed gastight. The desired gastight connection is obtained by means of a ring seal, which is pressed on when screwing the 7901558 «13 three different parts, n.1. against the mounting plate or the bottom of the throwing agent reservoir designed as a mounting plate, against the cover disc and against the sleeve. The bore located in the cover disk is preferably sealed by means of a foil, preferably a tin foil.

Een werplichaam met de bovenstaande uitvoering van het inwendige van het werpmiddelreservoir is meer in het bijzonder geschikt voor het vullen met een werpmiddel, uit 10 brandbare, dunne blaadjes (flares) of het vullen met een werpmiddel uit een enkel perslichaam van een reactie in staat zijnd materiaal, in het bijzonder een door het persen van lichamen uit een nevelsas op basis van rode fosfor en een granulaat uit een nevelsas op basis van rode fosfor 15 verkregen perslichaam.A throwing body with the above embodiment of the interior of the throwing agent reservoir is more particularly suitable for filling with a throwing agent, from flammable thin leaves (flares) or filling with a throwing agent from a single press body capable of reaction material, in particular a press body obtained by pressing bodies from a red phosphorus spray ash and a granulate from a red phosphorus spray ash.

De voorkeur wordt gegeven aan een vulling van het inwendige van het werpmiddelreservoir met een combinatie van brandbare dunne blaadjes en een afzonderlijk perslichaam als werpmiddel, zodat een bepaald deel van het werpmiddel-20 reservoir met brandbare dunne blaadjes is gevuld en het resterende deel hiervan met een afzonderlijk perslichaam, bij voorkeur een perslichaam van het bovenbeschreven type, is voorzien.Preference is given to filling the interior of the throwing agent reservoir with a combination of flammable thin leaves and a separate pressing body as the throwing means, so that a certain part of the throwing agent reservoir is filled with flammable thin leaves and the remainder thereof with a a separate press body, preferably a press body of the type described above, is provided.

Bij de voor het vullen met een werpmiddel gebruikte 25 brandbare, dunne blaadjes betreft het bij voorkeur cirkelsectorvormige blaadjes, die meer in het bijzonder de vorm van een cirkelsector met een hoek van ongeveer 120° hebben. Juist deze configuratie van de cirkelsectorvormige blaadjes zorgt ervoor, dat de blaadjes na het ontsteken en uitstoten 30 daarvan uit het werpmiddelreservoir tot een juist verdeelde materiaalwolk met een geringe en regelmatige daalsnelheid leiden. Verder kunnen dergelijke blaadjes op een geschikte wijze in doosvormige werpmiddelreservoirs worden verpakt.The flammable thin leaves used for filling with a throwing agent are preferably circular sector-shaped leaves, which more particularly have the shape of a circular sector with an angle of approximately 120 °. Precisely this configuration of the circular sector-shaped leaves ensures that the leaves, after igniting and ejecting them from the throwing agent reservoir, lead to a correctly distributed material cloud with a small and regular rate of descent. Furthermore, such leaves can be suitably packaged in box-shaped throwing agent reservoirs.

35 De cirkelsectorvormige blaadjes zijn, alleen reeds op 7901558 grond van hun speciale vorm, in het werpmiddelreservoir radiaal om de ontsteekverdeeleenheid aangebracht. Zij bestaan uit een geschikt steunmateriaal met een tenminste aan één zijde aangebrachte langzaam afbrandende brandlaag, be-5 staande uit een brandpasta, waarbij zij deze brandlaag xiit brandpasta bij voorkeur echter aan beide zijden bezitten.The circular sector-shaped leaves are arranged radially around the ignition distributor in the throwing agent reservoir alone on the basis of their special shape. They consist of a suitable support material with a slow-burning fire layer applied at least on one side, consisting of a fire paste, but they preferably have this fire layer on both sides.

Het voor de vervaardiging van de brandbare, dunne blaadjes gebruikte steunmateriaal kan bijvoorbeeld uit papier, een metaalfolie, zoals aluminium folie, een kunststof 10 folie of een van een metaallaag voorziene kunststof folie bestaan. Het oppervlaktegewicht van dergelijke steunma- . /2 terialen kan tot ongeveer 60 g/m bedragen. Aan het gebruik van normaal papier of steunmateriaal voor het vervaardigen van de brandbare,, dunne blaadjes wordt de voor-15 keur gegeven aangezien dit materiaal gemakkelijk van de vereiste brandlaag uit brandpasta en dergelijke materialen kan worden voorzien, gemakkelijk kan worden verwerkt en tenslotte ook goedkoop is.. Papier met een oppervlaktege- 2 wicht van 30 - 35 g/m verdient hiertoe meer in het bij-20 zonder de voorkeur.The support material used for the production of the flammable thin leaves can consist of, for example, paper, a metal foil, such as aluminum foil, a plastic foil or a plastic foil provided with a metal layer. The surface weight of such support. / 2 materials can be up to about 60 g / m. The use of plain paper or support material for the manufacture of the flammable, thin sheets is preferred, since this material can be easily provided with the required fire layer from fuel paste and the like, can be easily processed and finally also inexpensively is .. Paper with a surface weight of 30 - 35 g / m is more particularly preferred for this purpose.

De op de dunne blaadjes, respectievelijk de eigenlijke steunmaterialen aanwezige-brandlaag uit brandpasta dient in het algemeen relatief gemakkelijk ontsteekbaar te zijn, hetgeen plaats vindt via de in het werpmiddelreservoir 25 centraal opgestelde ontsteekverdeeleenheid, doch dient weer niet te snel af te branden, opdat de gewenste en vereiste langer aanhoudende infrarode straling optreedt. Als laag-massa's voor het aanbrengen van de betreffende brandlaag uit brandpasta op de dvinne steunmaterialen zijn in de prak-3'G tijk alle ontsteekbare en verbrandbare pastad, geschikt, die aan deze eisen voldoen.The fire layer of fire paste present on the thin sheets or the actual supporting materials should generally be relatively easy to ignite, which takes place via the ignition distribution unit centrally arranged in the throwing agent reservoir 25, but again it should not burn too quickly, so that the desired and required longer-lasting infrared radiation occurs. In practice, all ignitable and combustible pastes which meet these requirements are suitable as layer masses for applying the respective fire layer of fire paste to the dvinne support materials.

Voor het vormen van brandlagen uit brandpasta blijken in de eerste plaats rode fosfor en in het bijzonder boor, geschikt te zijn. Omdat fosfor en boor zich echter, wat be-35 treft de ontsteekbaarheid en het afbranden daarvan op grond van verschillende activiteiten, waarbij fosfor, zoals bekend, actiever is dan boor, zich verschillend gedragen, vereisen de beide materialen bij het gebruik daarvan voor het vormen van de brandlaag uit brandpasta op de dunne 5 blaadjes, respectievelijk steunmaterialen de volgende ex tra maatregelen.In the first place, red phosphorus and in particular boron appear to be suitable for forming fire layers from fire paste. However, because phosphorus and boron behave differently as regards ignitability and combustion due to different activities, phosphorus, as is known, being more active than boron, behave differently when using both materials to form the following additional measures of the fire layer of fuel paste on the thin sheets or supporting materials.

Dunne blaadjes met een brandlaag op basis van fosfor: bij dergelijke blaadjes bestaat de brandlaag uit brandpasta, bij voorkeur uit rode fosfor en een kunststof in een 10 gewichtsverhouding van 70 : 30 tot 85 : 15* Ia verband met de relatief grote activiteit van een dergelijke brandlaag dient een dergelijke brandlaag ter vermijding van een te snel verlopend afbranden tenminste gedeeltelijk te zijn voorzien van een passiveringsoppervlaktelaag. Deze passive-15 ringslaag bestaat bij voorkeur eveneens weer uit rode fos for en een kunststof, waarbij de gewichtsverhouding van deze beide essentiële componenten bij de passiveringslaag echter 5 s 95 tot 30 : 70 bedraagt. Als kunststof wordt in de beide gevallen bij voorkeur in wezen polyvinylchloride 20 gebruikt. Zowel de eigenlijke brandlaag als de passiverings laag verschillen derhalve praktisch slechts wat betreft hun procentuele samenstelling van elkaar.Thin leaves with a burn layer based on phosphorus: in such leaves, the burn layer consists of burn paste, preferably of red phosphorus and a plastic in a weight ratio of 70: 30 to 85: 15 * Ia, due to the relatively large activity of such fire layer, such a fire layer should be at least partly provided with a passivation surface layer in order to avoid burning too fast. This passivation layer preferably again consists of red phosphorus and a plastic, the weight ratio of these two essential components in the passivation layer however being 5 to 95:30. In both cases, preferably polyvinyl chloride 20 is preferably used as plastic. Both the actual fire layer and the passivation layer therefore differ practically only in terms of their percentage composition.

In het algemeen bestaat de als laag gebruikte brandpasta op basis van fosfor uit een combinatie van kunststof-25 pasta, bij voorkeur een pasta uit tot een paste te verwer ken polyvinylchloride, een weekmaker voor polyvinylchloride, bij voorkeur diocttlfthalaat en/of difenyloctylfosfaat, een geschikt dispergeermiddel, bij voorkeur benzine met een kookgebied van l4? - 180° C en de eigenlijke brandstof, 30 bij voorkeur rode fosfor of meer in het bijzonder boor.In general, the phosphor-based fuel paste used as a layer consists of a combination of plastic paste, preferably a paste of polyvinyl chloride to be processed into a paste, a plasticizer for polyvinyl chloride, preferably dioctl phthalate and / or diphenyloctyl phosphate, a suitable dispersant, preferably gasoline with a boiling range of 14? 180 ° C and the actual fuel, preferably red phosphorus or more particularly boron.

Bovendien kan ook uit een licht metaal bestaand poeder mede te worden gebruikt, zoals magnesiumpoeder, aluminiumpoeder of poeder van een lichte metaallegering. De brandbaarheid van dergelijke brandpasta*s kan eventueel door het toevoe-35 gen van oxydatiemiddelen, zoals anorganische nitraten of 7 9 0 1 5 58 16 metaaloxyden of gemakkelijk te ontsteken metaalpoeders , zoals mangaanpoeder, zirkoonpoeder, ceriumpoeder of boor-legeringspoeder nog verder worden verbeterd. Voor het verkrijgen van een gewenste langzaam voortschrijdende brand 5 moeten echter de kunststofpasta, de' eigenlijke brandstof en het oxydatiemiddel of dergelijke middelen in een bepaalde verhouding tot elkaar staan. De voorkeur wordt gegeven aan strijkmassa's met kunststofpasta-aandeel van 15 - 30$» een eigenlijk brandstofgehalte van 60 - 80$ en een gehalte 10 aan oxydatiemiddelen van 0 - 4o$. Het grootste gedeelte van een voor het vervaardigen van de brandlaag uit brandpasta op een blaadje geschikte laagmassa bestaat derhalve uit de eigenlijke brandstof.In addition, a light metal powder can also be used, such as magnesium powder, aluminum powder or light metal alloy powder. The flammability of such fuel pastes can optionally be further improved by the addition of oxidizing agents such as inorganic nitrates or metal oxides or easily ignited metal powders such as manganese powder, zircon powder, cerium powder or boron alloy powder . However, in order to obtain a desired slow-progressing fire 5, the plastic paste, the actual fuel and the oxidizing agent or the like must be in a certain relationship to each other. Preference is given to coating compositions with a plastic paste content of $ 15-30, an actual fuel content of $ 60- $ 80 and an oxidation content of $ 0-400. The major part of a layer mass suitable for manufacturing the fire layer from fuel paste on a leaf therefore consists of the actual fuel.

Bij de flares op basis van fosfor kan de als passive-15 ringslaag gebruikte laagmassa, zoals reeds is vermeld, wat inhoud betreft, op dezelfde wijze zijn samengesteld als de laagmassa voor het vormen van de brandlaag uit brandpasta, doch eerstgenoemde bevat aanmerkelijk minder eigenlijke brandstof, waarbij het bij voorkeur weer rode fosfor be-20 treft. Voor het vormen van een dergelijke passiveringslaag wordt derhalve eveneens weer de voorkeur gegeven aan een laag massa, waarbij de kunststof in wezen uit polyvinylchloride bestaat en de eigenlijke brandstof op rood fosfor is gebaseerd. In tegenstelling met de laagmassa voor de 25 brandlaag uit brandpasta bevat de laagmassa voor de passi veringslaag echter een geringer gehalte aan eigenlijke brandstof. De passiveringslaag bestaat derhalve bij voorkeur uit rode fosfor en een kunststof, meer in het bijzonder polyvinylchloride, in een gewichtsverhouding van 30 50 : 95 tot 30 : 70.In the case of the phosphor-based flares, the layer mass used as a passivation layer can, as has already been mentioned, be composed in terms of content, in the same way as the layer mass for forming the burn layer from fuel paste, but the former contains considerably less actual fuel. preferably again involving red phosphorus. To form such a passivation layer, therefore, again a preference is given to a layer of mass, wherein the plastic consists essentially of polyvinyl chloride and the actual fuel is based on red phosphorus. However, in contrast to the layer mass for the burntable layer of fuel paste, the layer mass for the passivation layer contains a lower amount of actual fuel. The passivation layer therefore preferably consists of red phosphorus and a plastic, more in particular polyvinyl chloride, in a weight ratio of from 50:95 to 30:70.

Een voor het vormen van de brandlaag uit brandpasta op basisan rode fosfor, meer in het bijzonder met papier als stetxnmateriaal, voorkeurslaagmassa wordt bijvoorbeeld als volgt verkregen : 35 Men brengt steeds 25 delen van een weekmaker voor polyvinylchloride op basis van dioctylfthalaat en een weekmaker voor polyvinylchloride op basis van difenyloctylfos-faat in een geschikt vat en onderwerpt het geheel dan onder roeren met een intensief roerorgaan gedurende een periode 5 van ongeveer 0,25 uur aan een behandeling van 100 delen van een in een pastavorm te brengen polyvinylchloride, waarbij men bij voorkeur voor Het afvoeren van de bij het roeren optredende warmte voor een geschikte koeling zorgt.A preferred layer mass for forming the burn layer from red phosphorus base paste, more particularly with paper as a material, is obtained, for example, as follows: 25 parts of a plasticizer for polyvinyl chloride based on dioctyl phthalate and a plasticizer for polyvinyl chloride are always introduced. based on diphenyloctylphosphate in a suitable vessel and then, while stirring with an intensive stirrer for a period of about 0.25 hours, subject the whole to a treatment of 100 parts of a polyvinyl chloride to be pasted, preferably using for Dissipating the heat that occurs during stirring ensures suitable cooling.

Gescheiden van de bovenbeschreven bereiding van de 10 polyvinylchloridegrondpasta brengt men twaalf delen ben zine met een kookgebied van 1^7 - 180° C. eveneens in een geschikt vat en mengt hierop portiesgewijs onder constant voorzichtig doormengen 37»5 delen rode fosfor bij. Hierbij dient er goed op gelet te worden, dat zich geen klonten van 15 onbevochtigde rode fosfor vormen.Separated from the above-described preparation of the polyvinyl chloride primer, twelve parts of gasoline having a boiling range of from 1 to 7 DEG-180 DEG C. are also added to a suitable vessel and 37.5 parts of red phosphorus are mixed portionwise with constant gentle mixing. Care should be taken to ensure that no clumps of non-wetted red phosphorus form.

De polyvinylchloride grondpasta en de fosforbrij worden dan met elkaar gemengd, waarbij de hierbij gebruikte mengverhouding zich richt naar de steeds gewenste concentratie aan rode fosfor in de gereed zijnde pasta, 20 De op de bovenbeschreven wijze verkregen laagmassa voor het vormen van de brandlaag uit brandpasta op de dunne blaadjes brengt men dan onder gebruik van een rakel op geschikte banen van papier met een oppervlaktegewicht van 3D “ 35 s/m * waarop men de gevormde laag bij een tempera-25 tuur van maximaal 180° C. laat geleren. Voor het vormen van een materiaal met aan beide zijden een laag laat men het op de bovenbeschreven wijze verkregen van een laag voorziene papier onder het opbrengen van een tweede laag opnieuw door de rakel lopen.The polyvinyl chloride primer and the phosphor slurry are then mixed with each other, the mixing ratio used here being oriented to the always desired concentration of red phosphorus in the ready paste. The layer mass obtained in the manner described above for forming the burn layer from burnt paste on the thin leaves are then applied, using a squeegee, to suitable paper webs with a surface weight of 3D 35 s / m * on which the formed layer is allowed to gel at a temperature of up to 180 ° C. To form a material with a layer on both sides, the coated paper obtained in the above-described manner is again passed through the squeegee while applying a second layer.

30 In. aansluiting daarop kan men, onder bepaald.e omstan digheden, op het aan één. zijde of aan twee zijden van een laag voorziene materiaal een geschikte passiveringslaag brengen.30 In. connection to this one can, under certain circumstances, be linked to one. Apply a suitable passivation layer on one side or on both sides of the coated material.

De bovengenoemde waarden in delen hebben betrekking op 35 gewichtsdelen.The above values in parts refer to 35 parts by weight.

1818

Opdat de met de relatief actieve brandlaag uit brand-pasta op basis van fosfor en de hierdoor vereiste daarop aangebrachte passiveringslaag voorziene dunne blaadjes op de gewenste wijze goed en snel ontsteken, dienen dergelijke 5 aan één zijde of aan beide zijden van een brandlaag uit brandpasta en een passiveringslaag voorziene cirkelsectorvormige dunne blaadjes of aan hun naar de ontsteekverdeel-heid toegekeerde binnenste cirkelrand of aan één van de beenzijden daarvan te zijn voorzien van een niet van een ^ passiveringslaag voorziene ontsteekstroom. De voorkeur wordt gegeven aan cirkelsectorvormige blaadjes, die zowel aan de binnenste cirkelrand daarvan, n.1. de cirkelsectorvormige uitsparing voor het opnemen van de ontsteekdeeleenheid, alsook aan tenminste één van de beenzijden daarvan zijn 15 voorzien van niet van een passiveringslaag voorziene ont- steekstroken»In order that the thin leaves provided with the relatively active fire layer of phosphorus-based fire paste and the passivation layer applied thereto, ignite properly and quickly in the desired manner, such 5 should serve on one side or on both sides of a fire layer of fire paste and circular sector-shaped thin leaves provided with a passivation layer or provided with an ignition current not provided with a passivation layer on their inner circle edge facing the ignition section or on one of the leg sides thereof. Preference is given to circular sector-shaped leaves, both on the inner circle edge thereof, n.1. the circular sector-shaped recess for receiving the ignition part unit, and on at least one of the leg sides thereof are provided with ignition strips not provided with a passivation layer »

De op deze wijze gevormde ontsteekstroken zorgen ervoor, dat de blaadjes bij uitstoten uit het werpmiddelre-servoir via de ontsteekdeeleenheid relatief snel en een-20 voudig kunnen worden ontstoken, terwijl zij dan op grond van de zich op het hoofdoppervlak daarvan bevindende passiveringslaag of een meer passieve laag dan bij de ontsteek-stroken op de gewenste wijze langzamer afbranden.The igniting strips formed in this way ensure that the leaves can be ignited relatively quickly and simply via the ignition part unit when they are ejected from the casting agent reservoir, while they are then ignited on account of the passivation layer on the main surface thereof or a more passive layer than burning with the ignition strips in the desired manner more slowly.

De voor het gebruik gereed zijnde blaadjes, d.w.z.The ready-to-use leaves, i.e.

2.5 de van een brandlaag uit brandpasta en eventuele passive ringslaag voorziene blaadjes hebben bij voorkeur een opper- 2 vlaktegewicht van maximaal ongeveer 400 g pro m . Bij blaadjes uit papier als steunmateriaal ligt dit oppervlak- tegewicht bij voorkeur tussen 135 en ^00 g pr° ni . Bij 30 blaadjes uit aluminium als steunmateriaal bedraagt het op- pervlaktegewicht in de voor het gebruik gereed zijnde t-oe- stand bij voorkeur eveneens 135 * ^00 g pro m . Voor het gebruik gereedzijnde blaadjes uit kunststof of van een me- tallaag voorziene kimststof als steunmateriaal hebben op- 2 35 pervlaktegewichten van bij voorkeur 130 - 200 g pro m .2.5. The leaves provided with a fire layer of fire paste and optional passivation layer preferably have a surface weight of at most approximately 400 g pro m. With sheets of paper as a supporting material, this surface weight is preferably between 135 and 00 g pr ° ni. With 30 sheets of aluminum as support material, the surface weight in the ready-to-use state is preferably also 135 * 00 g pro m. Ready-to-use sheets of plastic or multilayer bilge material as support material have surface weights of preferably 130-200 g pro m.

-u 79 0 1 5 58-u 79 0 1 5 58

Als steunmateriaal voor het vervaardigen van "blaadjes uit kunststof* of* van een me taallaag voorziene kunststof kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van polyimidefolies, waarop eventueel een metaal is opgedampt.As a support material for the production of "leaves from plastic * or * metal-coated plastic, use can be made, for example, of polyimide films on which a metal has possibly been vapor-deposited.

5 Dunne blaadjes met een brandlaag op basis van boor :5 thin leaves with a fire layer based on boron:

Bij dergelijke blaadjes bestaat de brandlaag uit brand-pasta, bij voorkeur uit boor en/of een boorlegering met een boorgehalte van tenminste 90 gew$ en uit een kunststof met een gewichtsverhouding met een waarde, welke eveneens is 10 gelegen tussen 70 i 30 tot 85 ï 15» De kunststof is ook hier bij voorkeur in wezen polyvinylchloride. De brandpasta kan naast de bovenstaande bestanddelen nog verdere toeslagen bevatten, bijvoorbeeld maximaal 40 gew$ zuurstofdrager en/of actief metaalpoeder en/of actief metaallegeringspoe-15 der. Als een zuurstofdrager is meer in het bijzonder lood- dioxyde geschikt, terwijl als actief metaalpoeder en/of actief metaallegeringspoeder in de eerste plaats mangaan-poeder, zirkoonpoeder, ceriumpoeder en/of boorlegerings--poeder in aanmerking komen.With such blades, the burn layer consists of fire paste, preferably of boron and / or a boron alloy with a boron content of at least 90 wt.% And of a plastic with a weight ratio with a value, which is also between 70 and 30 to 85 Here, too, the plastic is preferably essentially polyvinyl chloride. The fuel paste may contain further additives in addition to the above ingredients, for example up to 40 wt. Oxygen carrier and / or active metal powder and / or active metal alloy powder. Lead oxygen is more particularly suitable as an oxygen carrier, while the active metal powder and / or active metal alloy powder are primarily manganese powder, zirconium powder, cerium powder and / or boron alloy powder.

20 Aangezien echter brandlagen op basis van boor norma liter minder actief zijn dan die op basis van fosfor, is bij dunne blaadjes met dergelijke brandlagen in het algemeen geen afzonderlijke passiveringslaag nodig. In tegenstelling met de brandlaag op basis van fosfor kan een brand-25 laag op basis van boor echter niet zonder meer via een ont- steekdeeleenheid worden ontstoken. Op grond hiervan moeten dergelijke blaadjes met een brandlaag op basis van boor weer worden voorzien van geschikte ontsteekstroken, die echter in tegenstelling met de ontsteekstroken bij de 30 blaadjes op basis van fosfor niet uit de eigenlijke brand laag, n.1. een brandlaag op basis van boor, kunnen bestaan, doch uit een daarover ter plaatse van de ontsteekstroken aangebrachte speciale ontsteeklaag bestaan, die gemakkelijk kan worden ontstoken en brandt totdat de ontsteekenergie 35 daarvan naar de zich daaronder bevindende brandlaag op basis 1 0 1 5 58 4^·» van boor is overgedragen. Voor het vormen van de ontsteek-stroken bij de cirkelsectorvormige blaadjes met een brand-laag uit brandpasta uit boor en/of boorlegeringen en uit een kunststof is derhalve elke massa geschikt, die aan de 5 bovenstaande voorwaarden voldoet. Bij voorkeur worden de ze ontsteekstroken bij de blaadjes op basis van boor echter onder gebruik van dezelfde brandpasta als bij de blaadjes op basis van fosfor gevormd, n.1. door het aanbrengen van een brandpasta, die uit rode fosfor en een kunststof in een 10 gewichtsverhouding van 70 i 30 tot 85 : 15 bestaat, op de brandlaag uit brandpasta op basis van boor bij de steeds als ontsteekstroken gedachte randen van de cirkelsectorvormige blaadjes.However, since boron-based burn layers are less active than those based on phosphorus, thin sheets with such burn layers generally do not require a separate passivation layer. In contrast to the phosphor-based fire layer, however, a boron-based fire layer cannot simply be ignited via a ignition unit. For this reason, such sheets with a boron-based fire layer must again be provided with suitable ignition strips, which, however, unlike the ignition strips in the 30 phosphor-based leaves, do not form the actual fire layer, n.1. a boron-based fire layer, but may consist of a special ignition layer disposed thereon at the ignition strips, which can be easily ignited and burns until its ignition energy 35 to its underlying fire layer 1 0 1 5 58 4 ^ · »From drill has been transferred. Any mass which meets the above conditions is therefore suitable for forming the ignition strips on the circular sector-shaped leaves with a fire layer of boron and / or boron alloy fuel paste and of a plastic. Preferably, these firing strips are formed on the boron-based leaves using the same fuel paste as the phosphor-based leaves, n.1. by applying a fuel paste, which consists of red phosphorus and a plastic in a weight ratio of 70 to 30: 85: 15, on the fire layer of boron-based fuel paste at the edges of the circular sector-shaped leaves which are always thought of as ignition strips.

De voor deze blaadjes op basis van boor vereiste laag 15 pasta's kunnen op dezelfde wijze worden bereid als dit reeds is beschreven voor de laag pasta's op basis van fosfor,The layer of pastes required for these boron-based sheets can be prepared in the same manner as has already been described for the phosphor-based layer of pastes,

De voor de vervaardiging van de blaadjes met een brandlaag op basis van boor gebruikte steunmaterialen en de ge-20 gevens daarvan, zoals de oppervlaktegewichten van de voor het gebruik gereed zijnde blaadjes, komen overigens overeen met de dienovereenkomstige gegeven bij de blaadjes met een brandlaag op basis van fosfor.The supporting materials used for the production of the sheets with a boron-based burn layer and the data thereof, such as the surface weights of the sheets ready for use, correspond to the corresponding data for the sheets with a burn layer on base of phosphorus.

Naast een vulling volgens de uitvinding van het inwen-25 dige van de bovengenoemde eerste uitvoeringsvorm van het werpmiddelreservoir met brandbare dunne blaadjes als werp-middel kan in plaats daarvan het werpmiddel ook een willekeurig ander bekend werpmiddel zijn, bijvoorbeeld een normale nevelsas in of los gestorte öf min of meer sterk ver-30 dichte vorm. Tot dergelijke sassen behoren ook de z.g. pyro- technische nevelsassen, waartoe ondermeer ook nevelsaasen op basis van rode fosfor behoren. Dergelijke sassen zijn bijvoorbeeld beschreven in TECHNIK UNB VERSORGUNG 1970, pag. 63 - 68 en meer in het bijzonder op de pag. 66 en 67 35 daarvan. Op het gebruik van briketvormige (trapeziumvormige) r lichamen uit bevel- en vlamopwekkende massa's is reeds gewezen iir-het Duitse octrooischrift 1.913-790.In addition to a filling according to the invention of the interior of the above-mentioned first embodiment of the throwing agent reservoir with flammable thin leaves as throwing means, the throwing means can instead also be any other known throwing means, for instance a normal mist ash in or loosely poured or more or less strongly dense form. Such welds also include the so-called pyro-technical mist shafts, including mist aces based on red phosphorus. Such seals are described, for example, in TECHNIK UNB VERSORGUNG 1970, p. 63 - 68 and more particularly on p. 66 and 67 35 thereof. The use of briquette (trapezoidal) bodies of command and flame-generating masses has already been pointed out in German Pat. No. 1,913-790.

De gebruikelijke vormen, waarin pyrotechnische nevel-sassen worden toegepast, hebben echter het bezwaar, dat zij 5 èf te snel afbranden, zodat de gewenste nevelwand niet lang blijft bestaan, te langzaam afbranden, zodat de gewenste nevelwand niet de vereiste dichtheid heeft, bf puntvormig afbranden, zodat in het geheel geen dichte en gesloten nevelwand ontstaat, respectievelijk het ontstaan daarvan een 10 te lange tijd in beslag neemt.The usual forms, in which pyrotechnic mist welds are used, have the drawback that they burn too quickly, so that the desired mist wall does not last long, burn too slowly, so that the desired mist wall does not have the required density, e.g. burn-off, so that no dense and closed spray wall is formed at all, or the formation thereof takes too long.

De uitvinding stelt zich derhalve ten doel de zich bij als werpmiddel gebruikte bekende nevelsassen voordoende bezwaren te elimineren en een nevelwerplichaam te verschaffen, dat binnen enige seconden na het afschieten een dichte ne-15 velwand opwekt, die door een groot aantal neveldeeltjes vanaf de grond af verder wordt gevoed.The object of the invention is therefore to eliminate the drawbacks encountered in the known mist shafts used as a throwing agent and to provide a mist throwing body which, within a few seconds after firing, generates a dense mist wall which is emitted from the ground by a large number of mist particles. is further fed.

Daartoe is bij de genoemde eerste uitvoeringsvorm van het werpmiddelreservoir van het werplichaam volgens de uitvinding het werpmiddel een in het inwendige van het werp-20 middelreservoir gedeeltelijk of geheel vullend afzonderlijk perslichaam, dat door samenpersen van lichamen uit een ne-velsas op basis van rode fosfor en een granulaat uit een nevelsas op basis van rode fosfor onder een sterk onderhouden van de integriteit van het lichaam en vorming van een, 25 de afzonderlijke lichamen bevattende poreuze struktuur uit het granulaat is vervaardigd.For this purpose, in the said first embodiment of the throwing agent reservoir of the throwing body according to the invention, the throwing means is a separate press body partially or wholly filling in the interior of the throwing means reservoir, which is compressed by means of red phosphor-based bodies of a mist axis and a red phosphorus mist ash granulate having been manufactured to maintain the integrity of the body and forming a porous structure containing the individual bodies, from the granulate.

Het bovenstaande werpmiddel vormt bij voorkeur een perslichaam, dat het inwendige van het werpmiddelreservoir geheel vult. Het betreffende perslichaam komt derhalve sterk 30 overeen met de configuratie van het betreffende werpmiddel reservoir incltxsief het deksel en de bodem daarvan, waarbij in het centrum slechts een uitsparing voor het opnemen van de staafvormige ontsteekdeeleenheid aanwezig is, welke holte bij het persen van het betreffende perslichaam tegelijker-35 tijd mede wordt gevormd.The above throwing agent preferably forms a press body which completely fills the interior of the throwing agent reservoir. The respective pressing body therefore strongly corresponds to the configuration of the respective casting agent reservoir including the lid and the bottom thereof, wherein in the center there is only a recess for receiving the rod-shaped ignition part unit, which cavity is pressed during pressing of the respective pressing body co-formed at the same time.

790 1 5 58 * * 22790 1 5 58 * * 22

Een verdere, onder bepaalde omstandigheden gunstige uitvoeringsvorm van een dergelijk werplichaam bestaat daarin, dat het werpmiddel een, het inwendige van het werpmid-delreservoir slechts gedeeltelijk vullend perslichaam is 5 en het resterende deel van het inwendige van het werpmiddel-reservoir bestaat uit brandbare, dunne blaadjes van het reeds bovenbeschreven type als werpmiddel* Een dergelijk werplichaam maakt bijvoorbeeld het verkrijgen van een com-binatie-effect uit een perslichaam op basis van fosfor en 10 brandbare dunne blaadjes mogelijk.A further embodiment of such a throwing body which is favorable under certain circumstances consists in that the throwing means is a press body which only partially fills the interior of the throwing agent reservoir and the remaining part of the interior of the throwing agent reservoir consists of flammable, thin leaves of the type already described above as a throwing means * Such a throwing body makes it possible, for example, to obtain a combination effect from a press body based on phosphorus and flammable thin leaves.

De in het bovengenoemde perslichaam volgens de uitvinding aanwezige bolletjes hebben bij voorkeur een diameter van ongeveer 11 mm., een hoogte van 6 mm. en een gewicht van ongeveer 1 g. De lichamen bestaan gewoonlijk 15 uit rode fosfor, koperoxydepoeder, magnesiumpoeder en een bindmiddel. Ook het in het perslichaam aanwezige granulaat bestaat gewoonlijk uit rode fosfor, koperoxydepoeder, magnesiumpoeder en bindmiddel. De in het perslichaam aanwezige lichamen beschikken normaliter over een hoger bindmid-20 delaandeel dan het daarin aanwezige granulaat, aangezien in dit geval het granulaat meer plastisch is en gemakkelijker met de lichamen kan worden geperst,The spheres present in the above-mentioned press body according to the invention preferably have a diameter of about 11 mm, a height of 6 mm. and a weight of about 1 g. The bodies usually consist of red phosphorus, copper oxide powder, magnesium powder and a binder. The granulate present in the press body also usually consists of red phosphorus, copper oxide powder, magnesium powder and binder. The bodies present in the press body normally have a higher proportion of binder than the granulate contained therein, since in this case the granulate is more plastic and can be pressed more easily with the bodies,

De in het perslichaam aanwezige lichamen bestaan bij voorkeur uit ongeveer 65 - 75 rode fosfor, ongeveer 25 5 - 20 gew$ koperoxydepoeder, ongeveer 3-5 gew$ magne siumpoeder en ongeveer 3 - 10 gew$ bindmiddel.The bodies contained in the press body preferably consist of about 65-75 red phosphorus, about 5-20 wt. Copper powder, about 3-5 wt. Magnesium powder and about 3-10 wt. Binder.

Het in het perslichaam aanwezige granulaat bestaat bij voorkeur uit ongeveer 60 - 70 gew$ rode fosfor, ongeveer 5-20 gew^ koperoxydepoeder, ongeveer 3-8 gew$ mag-30 nesiumpoeder en ongeveer 5-15 gew$ bindmiddel. Het bind middel is steeds bij voorkeur een elastomeer.The granulate present in the press body preferably consists of about 60-70 wt. Red phosphorus, about 5-20 wt. Copper oxide powder, about 3-8 wt. Magnesium powder and about 5-15 wt. Binder. The binder is always preferably an elastomer.

De gewichtsverhouding tussen de lichamen en het granulaat in het als werpmiddel gebruikte perslichaam is bij voorkeur 8 : 2 tot 7 t 3· 35 Het essentiële en overwegende bestanddeel van de be- 79 0 1 5 58 23 treffende nevelsassen voor het vervaardigen van de lichamen en het granulaat is rode fosfor. Bij het branden van rode fosfor ontstaat echter fosforzuur, dat voor een gering gedeelte reeds op het oppervlak van de nog niet ver-3 brande fosfor als condensaat neerslaat. Daardoor wordt de toevoer van zuurstof uit de lucht belemmerd en wordt de nevelsas gedoofd. Aan de rode fosfor moet derhalve een hoeveelheid zuurstofdragers, meestal metaaloxyden, of me-taalpoeder, welke exotherm met rode fosfor reageert, worden 10 toegevoegd, opdat de gewenste reactie onderhouden blijft.The weight ratio between the bodies and the granulate in the pressing body used as a throwing agent is preferably 8: 2 to 7 t 3 · 35 The essential and predominant component of the relevant mist shafts for manufacturing the bodies and the granulate is red phosphorus. When red phosphorus is burned, however, phosphoric acid is formed, which to a small extent already precipitates as condensate on the surface of the as yet unburned phosphorus. This hinders the supply of oxygen from the air and extinguishes the mist ash. Therefore, an amount of oxygen carriers, usually metal oxides, or metal powder which reacts exothermically with red phosphorus must be added to the red phosphorus in order to maintain the desired reaction.

Als zuurstofdragers worden daarbij bij voorkeur koperoxyde, mangaandioxyde of nitraten gebruikt, terwijl als metaal-poeder bij voorkeur magnesiumpoeder wordt toegepast. De hier te gebruiken nevelsassen kunnen derhalve in wezen 15 slechts uit fasfor en magnesiumpoeder en/of koperoxyde bestaan, waarbij nattiurlijk een bepaald bindmiddelgehalte nodig is.Copper oxygen, manganese dioxide or nitrates are preferably used as oxygen carriers, while magnesium powder is preferably used as metal powder. The mist shafts to be used here can therefore essentially consist of only phosphorus and magnesium powder and / or copper oxide, which naturally requires a certain binder content.

Als bindmiddel wordt zowel bij de vervaardiging van de lichamen alsook bij de vervaardiging van het granulaat 20 een elastomeer gebruikt, bij voorkeur op basis van chloor-rubber. Het bindmiddelaandeel van het voor de bereiding van het granulaat gebruikte nevelsas is in de regel groter dan het bindmiddelaandeel van het voor het bereiden van de lichamen gebruikte nevelsas. Wezenlijk is daarbij, 25 dat het bindmiddel een grote vastheid bij grote elasticiteit van het lichaam waarborgt, zodat dit bij het samenpersen met het granulaat tot een bepaalde grens vervormbaar is, zonder daarbij echter te breken.An elastomer is used as a binder both in the manufacture of the bodies and in the manufacture of the granulate 20, preferably on the basis of chlorine rubber. The binder proportion of the mist ash used to prepare the granulate is generally greater than the binder proportion of the mist ash used to prepare the bodies. It is essential here that the binder ensures a high strength with high elasticity of the body, so that it can be deformed to a certain limit when compressed with the granulate, without however breaking it.

De tweede boven kort genoemde en bijzonder gunstige 30 uitvoeringsvorm van een werplichaam volgens de uitvinding bestaat daarin, dat in of op de bij de bodem van het werp-middelreservoir aanwezige bevestigingsplaat of de als be-vestigingsplaat uitgevoerde bodem van het werpmiddelre-servoir een uitdrijfladingskamer voor een uitririjflading 35 voor het uitdrijven van een zich in het werpmiddelreser- 7 9 0 1 5 5 8 2k voir bevindend werpmiddel onder ischeuren van het zich aan de bovenzijde van het reservoir bevindende deksel aanwezig is, die natuurlijk ook met het ontsteekvertragingssas in verbinding staat. Door geschikte maatregelen wordt bij deze 5 uitvoeringsvorm ervoor gezorgd, dat de hiertoe vereiste uitdrijfladi'ngskamer niet in direkt contact staat met de betreffende delen van de wand van het werpmiddelreservoir, zodat de bij het ontsteken van de zich in de uitdrijfla-dingskamer bevindende uitdrijflading optredende kracht in 10 wezen als schuifkracht in de richting van het deksel van het reservoir werkzaam is, waardoor het in het reservoir aanwezige en op een draagschotel aangebrachte werpmiddel, tezamen met de schotel praktisch buiten de kop van het reservoir wordt uitgestoten,.The second embodiment, briefly mentioned above and particularly favorable, of a throwing body according to the invention consists in that in or on the mounting plate present at the bottom of the throwing agent reservoir or the bottom of the throwing agent reservoir designed as a mounting plate, an expulsion loading chamber for a jetting charge 35 for expelling a casting agent contained in the casting agent reservoir is present under cracking of the lid located at the top of the reservoir, which of course also communicates with the ignition retardant shaft. In this embodiment, suitable measures ensure that the expulsion charge chamber required for this purpose is not in direct contact with the relevant parts of the wall of the throwing agent reservoir, so that the expulsion charge occurring in the expulsion charge chamber occurring during ignition force acts essentially as shear in the direction of the lid of the reservoir, whereby the ejecting agent present in the reservoir and mounted on a carrier tray, together with the tray, is practically ejected outside the head of the reservoir.

15 De hiertoe vereiste uitdrijfladingskamer is hiertoe bij voorkeur in de bovenzijde van de bevestigingsplaat of de als bevestigingsplaat uitgevoerde bodem van het reservoir naar het inwendige van het reservoir toe open uitgevoerd, De bovenzijde van de bevestigingsplaat of de als 20 bevestigingsplaat uitgevoerde bodem is derhalve eenvoudig op de wijze van een vlakke zuiger verdiept uitgevoerd.For this purpose the expulsion loading chamber required for this purpose is preferably open in the top of the mounting plate or the bottom of the reservoir designed as a mounting plate towards the interior of the reservoir. The top side of the mounting plate or the bottom designed as a mounting plate is therefore simply the manner of a flat piston is deepened.

De rand van de hierdoor gevormde zuiger zorgt ervoor, dat de ria het ontsteken van de uitdrijflading optredende krachten niet direkt de wand van het reservoir kunnen beïnvloe-25 den.The rim of the piston formed by this ensures that the forces cannot directly influence the ignition of the propellant charge on the wall of the reservoir.

Het werpmiddel is bij de bovenstaande voorkeursuit-voerlngsvorm van het werplichaam volgens de uitvinding op een werpmiddelsteun uit tenminste een werpmiddelsteun-schotel boven de uitdrijfladingskamer aangebracht, waarbij 30 deze werpmiddelsteun in het reservoir in de praktijk zonder verkanting wordt geleid. De werpmiddelsteunschotel en de bevestigingsplaat of de als bevestigingsplaat uitgevoerde bodem van het werpmiddelreservoir zijn hierbij bij voorkeur zodanig uitgevoerd, dat de uitdrijfladingskamer, 35 zoals reeds is vermeld, geen direkt contact maakt met de 25 ~ » « omgevende wand van het werpmlddelreservoir. De bovengenoemde verkantingsvrije geleiding van de werpmiddelsteun en derhalve ook van de werpmiddelsteunschotel in het werp-middelreservoir en de noodzaak tot het vermijden van een 5 direkt contact tussen de uitdrijfladingskamer en de omge vende wand van het werpmiddelreservoir kan men door verschillende maatregelen of een combinatie van dergelijke maatregelen bereiken- De schotel bevat hiertoe aan de buitenrand daarvan bij voorkeur tenminste een tegen de wand van 10 het reservoir gasdicht sluitende afdichtring en omvat meer in het bijzonder twee van dergelijke afdichtingsringen. Het materiaal voor deze afdichtingsringen kan weer nitriel-rubber zijn. De werpmiddelsteun heeft derhalve bij voorkeur de vorm van een naar de bodem van het reservoir toe open 15 vlakker*zuiger, waarbij de onderste buitenrand van de scho tel het best in de bovenste buitenrand van de bevestigings-plaat of de als bevestigingsplaat uitgevoerde bodem van het reservoir grijpt. Door deze combinatie verkrijgt men een goede afsluiting van de uitdrijfladingskamer ten op-20 zichte van de omgevende wand van het reservoir. De in de buitenrand van de schotel aanwezige afdichtringen zorgen voor een gasdichte afsluiting van de ladingskamer ten opzichte van de, het werpmiddel bevattende ruimte van het reservoir, maken een verkantingsvrije geleiding van de scho-25 tel in het reservoir mogelijk en zorgen verder voor een to lerant iecompensatie tussen de schotel en de wand van het reservoir. Zonder deze maatregelen zou het reservoir na het ontsteken van de uitdrijflading zijdelings kunnen worden opengescheurd, zodat niet de gewenste, juiste uitstoring 30 van het werpmiddel via de kop van het reservoir zou optre den.In the above preferred embodiment of the throwing body according to the invention, the throwing means is arranged on a throwing means support from at least one throwing means support tray above the expulsion loading chamber, this throwing means support being guided in the reservoir in practice without canting. The throwing agent support tray and the mounting plate or the bottom of the throwing agent reservoir designed as a mounting plate are preferably designed in such a way that the expulsion loading chamber, as already mentioned, does not make direct contact with the surrounding wall of the throwing spout container. The above-mentioned cant-free guidance of the throwing agent support and therefore also of the throwing agent support tray in the throwing agent reservoir and the need to avoid direct contact between the expulsion loading chamber and the surrounding wall of the throwing agent reservoir can be achieved by various measures or a combination of the like To achieve measures, the dish preferably comprises at its outer edge at least one sealing ring gas-tightly sealing against the wall of the reservoir and more particularly comprises two such sealing rings. The material for these sealing rings can again be nitrile rubber. The throwing means support is therefore preferably in the form of a flatter * piston open towards the bottom of the reservoir, the lower outer edge of the tray being best in the upper outer edge of the mounting plate or the bottom of the mounting plate designed as an mounting plate. reservoir engages. This combination provides a good seal of the expulsion charge chamber from the surrounding wall of the reservoir. The sealing rings present in the outer edge of the tray ensure a gas-tight closure of the loading chamber with respect to the space containing the throwing agent of the reservoir, enable a cant-free guiding of the dish into the reservoir and further ensure a Lerant compensation between the dish and the wall of the reservoir. Without these measures, after igniting the propellant charge, the reservoir could be torn open laterally, so that the desired, correct ejection of the throwing agent through the head of the reservoir would not occur.

De werpmiddelstexm bestaat bij de zojuist beschreven voorkeursuitvoeringsvorm van het werplichaam volgens de uitvinding uit de schotel, een daarop aangebrachte en praktisch 35 op het deksel van het reservoir reikende centrale zuil en 790 1 5 58 26 een aan de binnendiameter van het reservoir aangepaste en ' zich aan het bovenste uiteinde van de zuil bevindende dekplaat.In the preferred embodiment of the throwing body according to the invention just described, the throwing means consists of the tray, a central column mounted thereon and practically on the lid of the reservoir and 790 1 5 58 26 adapted to the inner diameter of the reservoir. cover plate at the top end of the column.

De dekplaat van de steun bezit in het gebied van de 5 buitenste rand daarvan bij voorkeur een rondgaande krans van boringen, die bij het vliegen van de met werpmiddel gevulde werpmiddelsteun voor een juiste stabilisatie zorgt en tegelijkertijd ervoor dient, dat het werpmiddel hierdoor praktisch uit de steun wordt geblazen en derhalve op de 10 juiste wijze wordt verdeeld.The cover plate of the support preferably has a circumferential ring of bores in the region of the outer edge thereof, which ensures correct stabilization when flying the throwing medium-filled throwing agent support and at the same time ensures that the throwing means is practically out of the support is blown and therefore distributed appropriately.

Als werpmiddel zijn bij de zojuist beschreven voorkeursuitvoeringsvorm van het werplichaam volgens de uitvinding op de steun evenwijdig aan de lengte-as van het reservoir bij voorkeur stoorstroken aangebracht. Bij voorkeur is daar-15 bij op de steun een aantal pakketten van stoorstroken boven elkaar opgesteld, waarbij de afzonderlijke pakketten steeds door loodrecht op de centrale as van het reservoir staande scheidingsschijven van elkaar zijn gescheiden. In plaats van gehele scheidingsschijven kan deze frinctie ook worden 20 vervuld door zich steeds tot een gehele schijf aanvullende schijfsegmenten. De scheidingsschijven kunnen bijvoorbeeld uit karton of een dergelijk geschikt materiaal bestaan.In the just described preferred embodiment of the throwing body according to the invention, as a throwing means, interference strips are preferably arranged on the support parallel to the longitudinal axis of the reservoir. Preferably, a number of packages of interference strips are arranged one above the other on the support, the individual packages always being separated from each other by separating discs perpendicular to the central axis of the reservoir. Instead of whole separating discs, this frinction can also be fulfilled by always additional disc segments forming a whole disc. The separating discs can for instance consist of cardboard or a similar suitable material.

De afzonderlijke stoorstrookpakketten hebben de vorm van cirkelvormige schijven, waarvan de buitendiameter over-25 eenkomt met de binnendiameter van het reservoir. Centraal •in deze pakketten bevindt zich een huls van karton of aluminium, omdat de pakketten gemakkelijk en op de juiste wijze op de zuil van de steun kunnen worden geplaatst. De stoorstrookpakketten zijn gewoonlijk omgeven door een fo-30 lie, welke men bij het inbrengen van de afzonderlijke pak ketten in het reservoir ih tenminste drie gelijkmatig over de omtrek verdeelde punten scheidt, zodat de Ontmanteling bij het uitdrijven van de stoorstroken wegvalt.The individual jam strip packages are in the form of circular discs, the outer diameter of which corresponds to the inner diameter of the reservoir. Central to these packages is a sleeve made of cardboard or aluminum, because the packages can easily and correctly be placed on the column of the support. The jam strip packages are usually surrounded by a foil, which is separated at least three points evenly distributed around the circumference when the individual packages are introduced into the reservoir, so that the Dismantling is removed when the jam strips are driven out.

De werking van dit werplichaam is als volgt : 35 De in de contactkop aanwezige üitstootlading wordt via 7 9 0 1 5 5 8 27 - , de contactringen en de ontsteekpil ontstoken, waardoor het werplichaam onder gelijktijdig ontsteken van het ontsteek-vertragingssas uit de beker wordt gedreven. Het ontsteek-vertragingssas ontsteekt dan na verloop van de vereiste 5 vertragingstijd de zich in het reservoir bevindende ont- steekverdeellading of de uitdrijflading. Hierdoor wordt dan öf de wand van het reservoir door de ontsteekverdeella-ding onder een gelijktijdig ontsteken van het werpmiddel opengescheurd öf wordt het in het reservoir zich op een 10 steun bevindende werpmiddel onder afscheuren van het deksel van het reservoir uit de kop van het reservoir afgevoerd. Bij beide processen verkrijgt men steeds een juiste en gelijkvormige verdeling van het werpmiddel in de gewenste mate en op de gewenste hoogte.The action of this throwing body is as follows: 35 The exhaust charge present in the contact head is ignited via 7 9 0 1 5 5 8 27 -, the contact rings and the ignition pill, so that the throwing body is ignited from the cup while simultaneously igniting the ignition delay shaft. driven. The ignition delay shaft then ignites after the required delay time the ignition distribution charge contained in the reservoir or the expulsion charge. As a result, either the wall of the reservoir is torn open by the ignition distribution charge while simultaneously igniting the throwing agent, or the throwing agent contained in the reservoir on a support is discharged from the head of the reservoir while the lid of the reservoir is torn off. . In both processes, a correct and uniform distribution of the throwing agent is always obtained to the desired extent and at the desired height.

15 De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont : fig. 1 een vertikale doorsnede van een werplichaam volgens de uitvinding zonder speciale uitvoering van het inwendige van het werpmiddelreservoir; 20 fig. 2 een vertikale doorsnede van een werplichaam volgens fig. 1, waarbij deze doorsnede ten opzichte van de doorsnede van fig. 1 over 90° is geroteerd en het inwendige van het werpmiddelreservoir met dubbe, cirkelsectorvormige blaadjes als werpmiddel is gevuld en van een 25 ontsteekverdeeleenheid is voorzien; fig. 3 een bovenaanzicht van een volgens fig. 2 gebruikt cirkelsectorvormig blaadje in de vorm van een cir-kelsector met een hoek van 120°; fig. k een radiale doorsnede van een cirkelsectorvor-30 mig blaadje volgens fig. 3i fig. 5 een vertikale doorsnede van een werplichaam volgens de uitvinding, waarbij in het inwendige van het werpmiddelreservoir dunne, cirkelsectorvormige blaadjes als werpmiddel en verder een perslichaam uit lichamen en 35 granulaat op basis van een normale fosfornevelsas als werp- 7 9 0 1 5 rg ·* *. ... 4 28 * Η» — middel aanwezig zijn; en fig. 6 een vertikale doorsnede van een werplichaam volgens fig. 1» waarbij deze doorsnede ten opzichte van de doorsnede van fig. 1 over 90° is geroteerd en het in-5 wendige van het werpmiddelreservoir zodanig is uitgevoerd, dat dit een uitdrijfladingskamer en een werpmiddelsteun, bestaande uit werpmiddelsteunschotel, centrale zuil en dekplaat met boringen bevat, waarbij tussen scheidings-schijven steeds pakketten van stoorstroken aanwezig zijn.The invention will be explained in more detail below with reference to the drawing. In these drawings: Fig. 1 shows a vertical section of a throwing body according to the invention without special design of the interior of the throwing agent reservoir; Fig. 2 is a vertical cross-section of a throwing body according to Fig. 1, this section being rotated by 90 ° relative to the cross-section of Fig. 1 and the interior of the throwing agent reservoir being filled with double, circular sector-shaped leaves as throwing means and of a 25 ignition distribution unit is provided; FIG. 3 is a plan view of a circular sector-shaped leaf used in accordance with FIG. 2 in the form of a circular sector with an angle of 120 °; Fig. k is a radial cross-section of a circular sector-shaped blade according to Fig. 3i, Fig. 5 is a vertical cross-section of a throwing body according to the invention, in the interior of the throwing agent reservoir as thin means of throwing circular reservoirs as a throwing means and further a press body of bodies and 35 granulate based on a normal phosphor spray ash as a casting 7 9 0 1 5 rg * * *. ... 4 28 * Η »means are present; and FIG. 6 is a vertical sectional view of a throwing body according to FIG. 1, said section being rotated through 90 ° relative to the cross section of FIG. 1 and the interior of the throwing agent reservoir being configured to have an expulsion loading chamber and a throwing medium support, consisting of a throwing medium support plate, central column and cover plate with bores, in which packages of interference strips are always present between separating discs.

10 De constructie van het werplichaam volgens fig. 1, fig. 2, fig, 5 .en fig. 6 is derhalve wat de essentiële onderdelen daarvan betreft, n.1, het werpmiddelreservoir en de daarmede via een elastische afdichtingsschijf verbonden contactkop steeds dezelfde.The construction of the throwing body according to Fig. 1, Fig. 2, Fig. 5 and Fig. 6 is therefore always the same as regards the essential parts thereof, n.1, the throwing agent reservoir and the contact head connected thereto via an elastic sealing disc.

15 Meer in het bijzonder toont fig. 1 een contactkop 1 met een ladingskamer 13, waarin zich in voor het bedrijf gereedzijnde toestand een uitstootlading 15 bevindt, waarin een ontsteekpil 17 is ingebed. De ladingskamer 13 is aan het bodemdeel 19 van de contactkop 1 door een schroef-20 deksel 21 afgesloten. Aan de dekselrand k7 van het schroefdeksel 21 bevindt zich een schroefdraad k9· In de bodem van het schroefdeksel 21 zijn vensterachtige, vereiste breekpunten 57 aanwezig. Het schroefdeksel 21 is voorzien van een ribvormig uitgevoerd contraleder 51 voor een af-25 standsorgaan 53 van een geschutbeker 55* Op de dekselrand k7 van het schroefdeksel 21 bevindt zich een afdichtings-ring 105 voor dit schroefdeksel 21. In het kopdeel 27 van de contactkop 1 is een ontsteekvertragingssas 31 aanwezig, welke de ladingskamer 13 met het inwendige van een werp-30 middelreservoir 3 verbindt. Het sas 31 is via een van schroefdraad voorziene huls 107 in het kopdeel 27 van de contactkop 1 geschroefd. In de mantel 6l van de ladingskamer 13 zijn doorlaten 23 aanwezig, die de ontsteekpil 17 via draadgeleiders 67i welke met een afdichtingsmiddel 35 25 zijn afgedicht, en via verbindingspennen 63, die in een * jr ribbe 65 zijn aangebracht, welke zich in het inwendige 59 tussen de mantel 61 van de ladingskamer 13 en een buitenmantel 57 van de contactkop 1 bevindt, met in de buiten-mantel 7 van de contactkop 1 aangebrachte contactringen 9 5 verbinden. De verbindingspennen 53 vormen derhalve tezamen met de leidingen 67 ontsteekleidingen 11 tussen de contactringen 9 en de ontsteekpil 17. De contactkop 1 is tezamen met het schroefdeksel 21, rekening houdende met andere onderdelen daarvan, door spuitgieten uit polysty-10 reen vervaardigd.More particularly, Fig. 1 shows a contact head 1 with a charge chamber 13, in which an ejection charge 15, in which an ignition pill 17 is embedded, is in ready-for-use condition. The loading chamber 13 is closed at the bottom part 19 of the contact head 1 by a screw-cover 21. At the cover edge k7 of the screw cover 21 there is a screw thread k9 · In the bottom of the screw cover 21 there are window-like, required break points 57. The screw cover 21 is provided with a rib-shaped counter leather 51 for a distance member 53 of a gun cup 55 * On the cover edge k7 of the screw cover 21 there is a sealing ring 105 for this screw cover 21. In the head part 27 of the contact head 1, a firing delay shaft 31 is provided which connects the loading chamber 13 to the interior of a throwing medium reservoir 3. The lock 31 is screwed into the head portion 27 of the contact head 1 via a threaded sleeve 107. In the jacket 6l of the charge chamber 13, passages 23 are provided, the ignition pill 17 via thread guides 67i which are sealed with a sealing means 35, and via connecting pins 63, which are arranged in a rib 65, which are located in the interior 59 between the jacket 61 of the charge chamber 13 and an outer jacket 57 of the contact head 1, connect to contact rings 9 5 arranged in the outer jacket 7 of the contact head 1. The connecting pins 53 therefore together with the lines 67 form ignition lines 11 between the contact rings 9 and the ignition pill 17. The contact head 1, together with the screw cap 21, taking into account other parts thereof, are injection molded from polystyrene.

Tussen het kopdeel 27 en de bodem 29 van het werp-middelreservoir 3 bevindt zich een elastische afdicht-schijf 69 (in het hier beschouwde geval bestaande uit ni-trielrubber). De elastische schijf 69 zorgt voor een dich-15 te afsluiting van het werplichaam in de beker 55· In de bodem 29 van het reservoir 3 is verder een bevestigings-plaat (niet weergegeven) aangebracht öf de bodem 29 van het reservoir 3 is verdikt als bevestigingsplaat (eveneens niet weergegeven) uitgevoerd. Verder zijn in de con-20 tactkop 1 geschikte, niet-afgeheelde boringen aanwezig, door middel waarvan de bodem van het reservoir 29 via niet-aangegeven schroeven stevig met de contactkop 1 kan worden verbonden. De betreffende boringen voor de schroeven zijn aan het bodemdeel 19 van de contactkop 1 door geschikte 25 afdekkappen van kunststof (niet weergegeven) afgesloten.Between the head part 27 and the bottom 29 of the throwing agent reservoir 3 there is an elastic sealing disc 69 (in the case considered here consisting of nitrile rubber). The elastic disc 69 provides a tight sealing of the throwing body in the beaker 55 · In the bottom 29 of the reservoir 3 a mounting plate (not shown) is further arranged or the bottom 29 of the reservoir 3 is thickened as mounting plate (also not shown). Furthermore, in the contact head 1 there are suitable, unheated bores, by means of which the bottom of the reservoir 29 can be firmly connected to the contact head 1 via screws not indicated. The respective bores for the screws are closed at the bottom part 19 of the contact head 1 by suitable plastic cover caps (not shown).

De zoeven genoemde onderdelen zorgen voor een goede verbinding van de contactkop 1 met het reservoir 3-The parts just mentioned ensure a good connection of the contact head 1 with the reservoir 3-

Aan de kop van het reservoir 3 is via een geschikte omkraling een deksel 5 aangebracht. Het werplichaam is 30 via een afdekkap 111 dicht afsluitend in de beker 55 in gepast. Hierbij betreft het een afdekkap van normaal type.A cover 5 is arranged at the head of the reservoir 3 via a suitable bead. The throwing body is fitted tightly into the cup 55 via a cover cap 111. This concerns a cover of normal type.

Het reservoir 3 en het deksel 5 van dit reservoir 3 bestaan tezamen met de niet-aangegeven bevestigingsplaat of de eveneens niet aangegeven als bevestigingsplaat ver-35 dikt uitgevoerde bodem, uit het genoemde voorkeursmateriaal, 79 0 1 5 58 n.1. aluminium. De wanddikte van het reservoir 3 en het deksel 5 liggen bijvoorbeeld bij ongeveer 0,25 mm.The reservoir 3 and the lid 5 of this reservoir 3, together with the mounting plate (not shown) or the bottom, which is also not shown as a thickened mounting plate, consist of the said preferred material, 79 0 1 5 58 n.1. aluminium. For example, the wall thickness of the reservoir 3 and the lid 5 are approximately 0.25 mm.

Fig. 2 toont meer gedetailleerd dezelfde onderdelen als die volgens fig. 1, die ook van dezelfde verwijzingen 5 zijn voorzien, doch toont op grond van de ten opzichte van fig. 1 over 90° geroteerde doorsnede andere onderdelen Zichtbaar en toont in het reservoir 3 verder ook nog onderdelen, die in fig. 1 niet zijn aangegeven of aanwezig zijn. Derhalve wordt afgezien van een afzonderlijke toelichting 10 op de voor de beide figuren gemeenschappelijke onderdelen.Fig. 2 shows in more detail the same parts as those according to fig. 1, which are also provided with the same references 5, but shows other parts on the basis of the cross-section rotated through 90 ° relative to fig. 1 and also shows in the reservoir 3 also parts not shown or present in fig. 1. Therefore, a separate explanation 10 of the components common to the two figures is omitted.

In de contactkop 1 volgens fig. 2 bevinden zich schroeven 45, waarvan de boringen door afdekkappen 111 in het bodem-deel 19 van de contactkop 1 in één vlak liggend zijn afgesloten. De schroeven 45 leiden in een in de bodem 29 van 15 het reservoir 3 aangebrachte bevestigingsplaat 71 en verbinden op deze wijze het reservoir 3 stevig met de contactkop 1. De bevestigingsplaat 71 is via een 0-ring 113 dicht sluitend in de bodem 29 van het reservoir 3 aangebracht.The contact head 1 according to Fig. 2 contains screws 45, the bores of which are closed in one plane by cover caps 111 in the bottom part 19 of the contact head 1. The screws 45 lead into a mounting plate 71 arranged in the bottom 29 of the reservoir 3 and in this way firmly connect the reservoir 3 to the contact head 1. The mounting plate 71 is closed tightly in the bottom 29 of the body via an O-ring 113. reservoir 3 fitted.

In het inwendige van het reservoir 3 bevindt zich in-20 gezet in de bevestigingsplaat 71 eer* ontsteekdeeleenheid 33· Deze eenheid 33 bestaat uit een huls 75, welke een ont-steekdeellading 35 bevat en aan het zich in de bevestigings-plaat 71 bevindende uiteinde daarvan een naar binnen omge— kraalde rand 77 bezit, die in een dekschijf 79 grijpt, via 25 welke de huls 75 door middel van een schroef 81 en een ringvormige afdichting 115 dicht afsluitend in de bevestigingsplaat 71 bij de bodem 29 van het reservoir 3 is bevestigd. De boring in de schijf 79 is met een opgeplakte folie 119, bij voorkeur een tinfolie, afgedekt en deze 30 sluit hierdoor het ontsteekverdeelsas 35 ten opzichte van het ontsteekvertragingssas 31 af. Vanuit de huls 75 van de eenheid 33 tot de rand 4.1 van het reservoir 33 strekt zich in het inwendige van het reservoir 3 een werpmiddel 73 uit, waarbij het cirkelsectorvormige blaadjes in de 35 vorm van een cirkelsector met een hoek van 120° betreft.In the interior of the reservoir 3 is inserted into the mounting plate 71 before * ignition part unit 33 · This unit 33 consists of a sleeve 75, which contains an ignition part charge 35 and at the end located in the mounting plate 71 thereof has an inwardly beaded rim 77, which engages in a cover disk 79, via which the sleeve 75 is closed tightly in the mounting plate 71 at the bottom 29 of the reservoir 3 by means of a screw 81 and an annular seal 115 confirmed. The bore in the disk 79 is covered with a glued-on foil 119, preferably a tin foil, and this thereby seals the ignition distribution shaft 35 with respect to the ignition delay shaft 31. From the sleeve 75 of the unit 33 to the edge 4.1 of the reservoir 33, a throwing means 73 extends into the interior of the reservoir 3, the circular sector-shaped leaves being in the form of a circular sector with an angle of 120 °.

7 901 5 5 8 31 ^ -, - .7 901 5 5 8 31 ^ -, -.

Deze cirkelsectorvormige blaadjes 83 zijn in het inwendige van het reservoir 3 derhalve om de huls 75 van de eenheid 33 laagvormig opgesteld, De huls 75 van de eenheid 33 bestaat bij de aangegeven uitvoeringsvorm, evenals het reser-5 voir 3 en het deksel 5 daarvan en de bevestigingsplaat 71 uit het bovengenoemde voorkeursmateriaal, n,l, aluminium.In the interior of the reservoir 3, these circular sector-shaped leaves 83 are therefore arranged layer-wise around the sleeve 75 of the unit 33. The sleeve 75 of the unit 33 exists in the embodiment shown, as does the reservoir 3 and the lid 5 thereof, and the mounting plate 71 of the above preferred material, n, 1, aluminum.

De huls 75, het reservoir 3 en het deksel 5 hebben steeds een wanddikte van ongeveer 0,25 mm. Fig. 2 toont derhalve een van de voorkeurswerplichamen volgens de uitvinding, n.1. 10 een werplichaam voor brandbare, dunne blaadjes als werpmid-del, dat in de eerste plaats geschikt is voor het vormen van een infraroodstralende misleidingswolk voor infrarood-bestuurde doelzoekende lichamen.The sleeve 75, the reservoir 3 and the lid 5 always have a wall thickness of approximately 0.25 mm. Fig. 2 therefore shows one of the preferred throwing bodies according to the invention, n.1. 10 is a flammable thin-leaf throwing body as a throwing means, which is primarily suitable for forming an infrared radiating deception cloud for infrared controlled target-seeking bodies.

Fig. 3 toont een cirkelsectorvormig blaadje 83, dat 15 de vorm van een cirkelsector met een hoek van 120° heeft.Fig. 3 shows a circular sector-shaped leaf 83, which has the shape of a circular sector with an angle of 120 °.

Met 87 zijn ontsteekstroken aangeduid, welke zijn voorzien van een brandlaag 85 uit brandpasta. Deze brandlaag 85 uit brandpasta strekt zich over het totale oppervlak van de blaadjes 83 uit. Op deze brandlaag 85 uit brandpasta is 20 onder uitsparing van de ontsteekstroken 87 een passiverings-laag 86 aangebracht.87 indicates ignition strips, which are provided with a fire layer 85 made of fuel paste. This fire paste burn layer 85 extends over the entire surface of the leaves 83. A passivation layer 86 is provided on this fire layer 85 of fire paste under recess of the ignition strips 87.

fig. k toont in detail een radiale doorsnede van een blaadje 83 volgens fig. 3, waarbij het steunmateriaal 88 voor dit blaadje met de brandlaag 85 uit brandpasta en de 25 zich daarop bevindende passiveringslaag 86 steeds aan beide zijden van een laag is voorzien. De bij een reeds gemonteerd werplichaam aan de huls 75van de eenheid 3 liggende Ontsteekstrook, welke een cirkelsectorvormige uitsparing vormt, is aangeduid met 87.Fig. k shows in detail a radial cross-section of a leaf 83 according to Fig. 3, wherein the support material 88 for this leaf with the burning layer 85 of fire paste and the passivation layer 86 on it is always coated on both sides. The ignition strip, which forms a circular sector-shaped recess, which is located on the sleeve 75 of the unit 3 with an ejection body already mounted, is indicated by 87.

30 Bij de in fig. 3 en b afgebeelde cirkelsectorvormige blaadjes 83 is de brandlaag 85 uit brandpasta bij voorkeur gebaseerd op fosfor en hetzelfde geldt voor de hierbij in de praktijk vereiste passiveringslaag 86. De ontsteekstroken 87 worden derhalve hier automatisch door de eigenlijke 35 en voldoend actieve brandlaag 86 uit brandpasta op basis 790 1 5 58 van fosfor door het niet aanbrengen van de passiverings-laag 86 gevormd.In the case of the circular sector-shaped leaves 83 shown in Figs. 3 and b, the burning layer 85 of burning paste is preferably based on phosphorus, and the same applies to the passivation layer 86 required in practice. The ignition strips 87 are therefore automatically produced here by the actual 35 and sufficiently active fire layer 86 formed from fuel paste based on phosphor base 790 1 5 58 by not applying the passivation layer 86.

De cirkelseetorvormige blaadjes, waarvan de brandlaag 85 uit brandpasta, meer in het bijzonder op boor is geba-5 seerd onderscheiden zich van de in fig. 3 en ^ afgebeelde blaadjes door de brandlaag 85 van een ander type, het ontbreken van de passiveringslaag 86 en het feit, dat daarbij * de ontsteekstroken 87 worden gevormd door een op ‘de brandlaag 85 uit brandpasta op basis van boor aangebrachte, 10 speciale brandlaag (ontsteeklaag), die de zich daaronder bevindende brandlaag 85 op basis van boor kan ontsteken en bij voorkeur op dezelfde wijze is opgebouwd als de brandlaag uit brandpasta op basis van fosfor.The circular-shaped leaves, the fire layer 85 of which is based on fuel paste, in particular boron, are distinguished from the leaves shown in Figs. 3 and 1 by the fire layer 85 of a different type, the absence of the passivation layer 86 and the fact that the ignition strips 87 are formed by a special fire layer (ignition layer) applied to the fire layer 85 from boron-based fuel paste, which can ignite the boron-based fire layer 85 and preferably on is constructed in the same way as the burn layer of phosphorus-based fuel paste.

Het in fig. 5 afgebeelde werplichaam komt tot de moge-15 lijke extra aanwezigheid van een z.g. afstandscompensatie-schijf tussen de elastische afdichtschijf bij de contact-kop en het reservoir overeen met de vulling van een ander type van het inwendige van het reservoir, n.1. een slechts gedeeltelijke vulling met cirkelsectorvormige blaadjes en 20 een vulling met het perslichaam volgens de uitvinding, bestaande uit lichaampjes en een granulaat, dat steeds tilt een nevelsas op basis van rode fosfor bestaat, en de extra aanwezigheid van een gewelfd gevormd deksel en een afdek- -kap voor het werplichaam in de beker volgens fig. 2, waar-25 bij overeenkomstige onderdelen van dezelfde verwijzingen zijn voorzien. Verder is bij fig. 5 ook nog een geschutbe-ker aanwezig, welke overeenkomt met die volgens fig. 1 en derhalve van dezelfde verwijzing is voorzien.The throwing body shown in Fig. 5 corresponds to the possible additional presence of a so-called distance compensation disc between the elastic sealing disc at the contact head and the reservoir with the filling of another type of the interior of the reservoir, n .1. a only partial filling with circular sector-shaped leaves and a filling with the press body according to the invention, consisting of bodies and a granulate, which always consists of a mist axis based on red phosphorus, and the additional presence of a domed shaped cover and a cover. -cap for the throwing body in the cup according to fig. 2, where corresponding parts are provided with the same references. In addition, in FIG. 5 there is also an artillery cup which corresponds to that of FIG. 1 and is therefore provided with the same reference.

Tussen het kopdeel 27 van het reservoir 3 en de zich 30 aan het kopdeel 27 van de contactkop 1 bevindende elastische afdichtschijf 69 (in het hier beschouwde geval bestaande uit nitrlelrubber) is ten opzichte van fig. 1 en fig. 2 nog een massieve afstandscompensatieschijf 121 aanwezig, waarvan de bui tendiameter kleiner is dan de btiiten-35 diameter van de elastische afdichtschijf 69 en zo groot 33 --.,..Between the head part 27 of the reservoir 3 and the elastic sealing disc 69 located on the head part 27 of the contact head 1 (in the case considered here consisting of nitrile rubber) there is still a massive distance compensation disc 121 compared to Fig. 1 and Fig. 2. present, the outer diameter of which is less than the diameter of the elastic sealing disk 69 and as large as 33 -., ..

* is, dat hierdoor een omkraling van de elastische afdicht-schijf 59 inde ringvormige spleet tussen de wand 4l van het reservoir 3 en de binnenmantel van de beker 55 wordt geëlimineerd. De elastische afdichtschijf 69 zorgt teza-5 men met de massieve afstandscompensatieschijf 121 voor een dichte afsluiting van het werplichaam 3 in de beker 55. Aan de kop 43 van het reservoir 3 is via een geschikte Omkraling weer een deksel 5 aangebracht, dat in het hier beschouwde geval voor een beter benutten van de ruimte ge-10 welfd is uitgevoerd. Vanuit de huls 75 van de eenheid 33 tot de wand 4l van het reservoir 3 strekt zich in het inwendige van het reservoir 3 in het bodemdeel daarvan een werpmiddel uit brandbare, dunne blaadjes 83 uit, waarbij het bij voorkeur cirkelsectorvormige blaadjes betreft, die 15 de vorm van een cirkelsector met een hoek van ongeveer 120^ hebben.* is that this eliminates a bead from the elastic sealing disk 59 in the annular gap between the wall 41 of the reservoir 3 and the inner jacket of the cup 55. The elastic sealing disc 69 together with the solid distance compensation disc 121 ensures a tight sealing of the throwing body 3 in the beaker 55. At the head 43 of the reservoir 3, a cover 5 is again arranged, which in this case case considered for better utilization of the space is curved. From the sleeve 75 of the unit 33 to the wall 41 of the reservoir 3 extends into the interior of the reservoir 3 in the bottom part thereof a throwing means of flammable thin leaves 83, which are preferably circular sector-shaped leaves circular sector with an angle of about 120 ^.

In het inwendige van het reservoir 3 volgens fig. 5 bevindt zich verder het wezenlijk te beschouwen afzonder-1 ijke perslichaam 123, dat door persen van lichamen 125 20 uit een nevelsas op basis van rode fosfor en een granulaat I27 uit een nevelsas op basis van rode fosfor is vervaardigd, waarbij de integriteit van lichamen 125 ia sterke mate wordt onderhouden en een, de afzonderlijke lichamen 125 omvattende poreuze structuur uit het granulaat 127 25 wordt verschaft.In the interior of the reservoir 3 according to Fig. 5 there is furthermore considered the substantially separate press body 123, which by pressing bodies 125 from a mist ash based on red phosphorus and a granulate I27 from a mist axis based on red phosphorus has been produced, maintaining the integrity of bodies 125 to a great extent and providing a porous structure comprising the individual bodies 125 from the granulate 127.

Het kenmerkende van deze eerste variant van het betreffende werplichaam bestaat derhalve in de speciale opbouw van het perslichaam 123 uit de lichamen 125 en het granulaat 127.The characteristic of this first variant of the respective throwing body therefore consists in the special construction of the pressing body 123 of the bodies 125 and the granulate 127.

Bij het afschieten van het werplichaam wordt naast een ont-30 steking en verdeling van de zich eventueel daarin bevindende brandbare blaadjes 83 via de eenheid 33 ook het perslichaam 123 ontstoken en verdeeld, waarbij tegelijkertijd ook de wand 4l van het reservoir 3 wordt verdeeld. Het granulaat wordt bij het verdelen van het perslichaam ver-35 stoven en direkt ontstoken. Door de zich daarbij voordoen- 79015 58 34 de vuurstoot verkrijgt men een juiste en duurzame ontsteking van de lichamen. Tegelijkertijd ontstaat daarbij een zeer dichte nevelwolk boven het te beveiligen object, welke wolk dit object tegen een eventuele aanvaller uit de lucht 5 afdekt. De naar beneden vallende, brandende lichamen vormen een nevelgordijn, dat door een verder afbranden vanaf de bodem wordt gevoed. Juist de speciale opbottw van het per-lichaam 123 uit de lichamen 125 en het granulaat 127 zorgt er derhalve voor, dat direkt na het afschieten een dicht 10 en lang aanhoudend nevelgordijn wordt gevormd, dat door de langzaam uitbrandende lichamen gedtirende een lange tijd wordt onderhouden.When the throwing body is fired, in addition to ignition and distribution of the possibly flammable leaves 83 therein, the press body 123 is also ignited and distributed via the unit 33, at the same time also distributing the wall 41 of the reservoir 3. The granulate is atomized during distribution of the press body and immediately ignited. Due to the fire burst that occurs, a correct and durable ignition of the bodies is obtained. At the same time, a very dense cloud of cloud is formed above the object to be protected, which cloud covers this object from a possible attacker from the air. The falling, burning bodies form a mist curtain, which is fed from the bottom by further burning. Precisely the special bottling of the per-body 123 from the bodies 125 and the granulate 127 therefore ensures that immediately after firing a dense and long-lasting spray curtain is formed, which is maintained for a long time by the slowly burning bodies. .

Het gebruik van het hier beschouwde perslichaam is natuurlijk niet beperkt tot een speciaal werplichaam van 15 het bovenbeschreven type.. Het perslichaam kan veeleer overal-'worden toegepast waar door geschikte maatregelen voor een jxiiste verdeling van het perslichaam onder een gelijktijdig ontsteken van de bestanddelen daarvan wordt gezorgd.The use of the press body considered here is, of course, not limited to a special throwing body of the type described above. The press body can rather be used wherever suitable measures for a correct distribution of the press body while simultaneously igniting the components thereof can be used. is taken care of.

Voor het vervaardigen van een perslichaam volgens de 20 uitvinding, zoals aangegevenin fig. 5, gaat men bijvoorbeeld als volgt te werk:For the production of a press body according to the invention, as indicated in fig. 5, one proceeds, for example, as follows:

Voor het vervaardigen van lichamen mengt men 69,8 gew# rode fosfor, 19,4 gew$» koperoxyde, 4,8 gew# magnesium-poeder en 6,0 gew$ van een in een oplosmiddel tot een deeg 25 gekneed elastomeer bindmiddel op basis van chloorrubber innig met'elkaar, waarop men het yerkregen mengeel op normale wijze tot lichamen met een gewicht van ongeveer 1 g. en een diameter van 11 mm. en een hoogte van 6 mm. perst.69.8 wt.% Red phosphorus, 19.4 wt.% Copper oxide, 4.8 wt.% Magnesium powder and 6.0 wt.% Of an elastomeric binder kneaded in a solvent are mixed to make bodies. base of chlorinated rubber intimately with one another, on which the yolk is mixed in a normal manner to form bodies weighing about 1 g. and a diameter of 11 mm. and a height of 6 mm. squeezes.

Voor het verkrijgen van het vereiste grantilaat worden 30 65,7 gew$ rode fosfor, 18,2 gewf£ koperoxyde, 4,5 gew< mag- nesiumpoeder en 11,6 gew$ van een in een oplosmiddel tot een deel gekneed elastomeer bindmiddel op basis van chloorrubber op de normale wijze tot een granulaat met een gemiddelde korrelgrootte van ongeveer 0,5 - 2 mm. gegarnu-35 leerd, 35 420 gewichtsdelen van het verkregen lichaam en l60 delen van het verkregen granulaat worden hierna met elkaar gemengd en dan onder een druk, waarbij de integriteit van het lichaam niet wordt verstoord, en welke tot een pers-5 lichaam voert, waarin de lichamen in een poreuze matrix uit het nevelsas zijn ingebed, in een vormwerktuig, dat nauwkeurig overeenkomt met het inwendige van het reservoir, tot een perslichaam samengeperst.To obtain the required grantilate, 65.7 wt.% Red phosphorus, 18.2 wt.% Copper oxide, 4.5 wt.% Magnesium powder and 11.6 wt.% Of an elastomeric binder kneaded in a solvent are added. base of chlorinated rubber in a normal manner to a granulate with an average grain size of about 0.5 - 2 mm. garnished, 35 420 parts by weight of the obtained body and 160 parts of the obtained granulate are then mixed together and then under a pressure, which does not disturb the integrity of the body, and which leads to a press body, in which the bodies are embedded in a porous matrix from the nebula, compressed into a press body in a molding tool that closely matches the interior of the reservoir.

Pig. 6 toont de tweede voorketirsuitvoeringsvorm van 10 een werplichaam volgens de uitvinding, n.1. een werplichaam dat bijzonder goed geschikt is voor het afschieten van stoors troken.Pig. 6 shows the second pre-ket embodiment of a throwing body according to the invention, n.1. a throwing body that is particularly well suited for firing interfering lines.

Voor onderdelen, zoals deze reeds voorkomen in fig. 1 en 2 zijn weer dezelfde verwijzingen gebruikt, Evenals in 15 fig. 2 is ook fig. 6 een ten opzichte van fig. 1 over 90° geroteerde vertikale doorsnede volgens fig. 1. De doorsne-derichting van deze fig. 6 komt derhalve overeen met de doorsnederichting van fig. 2. De contactkop volgens fig.The same references are again used for parts such as these already appear in Figs. 1 and 2. As in Fig. 2, Fig. 6 is also a vertical section rotated through 90 ° relative to Fig. 1 according to Fig. 1. The cross-section The direction of this fig. 6 therefore corresponds to the cross-sectional direction of fig. 2. The contact head according to fig.

6 is derhalve volledig identiek aan de contactkop volgens 20 fig. 1 en volgens fig. 2. Derhalve zal deze contactkop niet gedetailleerd nader worden toegelicht. Hetzelfde geldt ook voor het reservoir 3 en het zich daarop bevindende deksel 5· Ten opzichte van fig. 1 en 2 wijkt slechts de be-vestigingsplaat 71 in de bodem 29 van het reservoir 3 af.6 is therefore completely identical to the contact head according to FIG. 1 and according to FIG. 2. Therefore, this contact head will not be explained in more detail. The same also applies to the reservoir 3 and the lid 5 thereon. Compared to Figures 1 and 2, only the mounting plate 71 in the bottom 29 deviates from the reservoir 3.

25 Verder is natuurlijk ook de inhoud van het reservoir zelf op grond van de andere functie van het werplichaam volgens fig. 6 anders uitgevoerd dan bij het werplichaam volgens fig. 2.Furthermore, due to the different function of the throwing body according to Fig. 6, the content of the reservoir itself is of course also different from that of the throwing body according to Fig. 2.

De in de bodem 29 van het reservoir 3 aanwezige be-30 vestigingsplaat 71 is aan de bovenzijde daarvan naar het inwendige van het reservoir 3 toe open, als uitdrijfladings-kamer 37 uitgevoerd, in welke kamer zich in de voor het gebruik gereed zijnde toestand een uitdrijflading 39 bevindt. De bevestigingsplaat 71 heeft derhalve naar het-inwendige 35 van het reservoir 3 toe de vorm van een open, vlakke zui- 7 9 0 1 5 5 δ ger. De zich in de uitdrijfXadingskamer 37 bevindende uitdrijf lading 39 staat in verbinding met het ontsteekvertra-gingssas 31. De buitenste en naar de wand k\ van het reservoir 3 toegekeerde bovenste rand van de bevestigings-5 plaat 71 is voorzien van een ringvormige gleuf 117.The mounting plate 71 present in the bottom 29 of the reservoir 3 is open at the top thereof towards the interior of the reservoir 3, in the form of an expulsion charge chamber 37, in which chamber a ready-to-use state expulsion charge 39. The mounting plate 71 is therefore in the form of an open, flat piston towards the interior 35 of the reservoir 3. The expulsion charge 39 located in the expulsion loading chamber 37 communicates with the ignition retarding shaft 31. The outermost edge of the mounting plate 71 facing the wall 3 of the reservoir 3 is provided with an annular slot 117.

In het inwendige van het reservoir 3 is boven de uitdrijf ladingskamer 37 van de bevestigingsplaat 71 een werp-middelsteun 89 aangebracht. De steun 89 bestaat uit een werpmiddelsteunschotel 91> die door middel van afdichtringen 3.0 93 in het reservoir 3 wordt geleid. Deze afdichtringen be staan bij voorkeur weer uit nitrielrubber. De schotel 91 is via een centrale zuil 95 met een dekplaat 97 verbonden, waarin zich een krans van boringen 99 bevindt. De steun 89 bestaat bij de weergegeven uitvoeringsvorm der-15 halve uit deze drie genoemde onderdelen. Langs de centrale zuil 95 van de steun 89 zijn zich over de totale dwarsdoorsnede van het reservoir 3 uitstrekkende scheidingsschijven 103 aangebracht, door middel waarvan de afzonderlijke bundels van stoorstroken 101 van elkaar gescheiden worden 20 vastgehouden. De stoorstroken 101 zijn daarbij in de door de scheidingsschijven 103 steeds gevormde ruimten bundels-gewijs en evenwijdig aan de lengte-as van het werplichaam en derhalve evenwijdig aan de centrale zuil 95 verlopend aangebracht. De stoorstroken kunnen uit gemetalliseerde 25 kunststofdraden, glasdraden of metaaldraden bestaan.In the interior of the reservoir 3, above the expulsion charge chamber 37 of the mounting plate 71, a throwing means support 89 is arranged. The support 89 consists of an ejection medium support tray 91> which is guided into the reservoir 3 by means of sealing rings 3.0 93. These sealing rings preferably again consist of nitrile rubber. The tray 91 is connected via a central column 95 to a cover plate 97, in which there is a ring of bores 99. The support 89 in the illustrated embodiment therefore consists of these three mentioned parts. Separating discs 103 extending over the entire cross-section of the reservoir 3 are arranged along the central column 95 of the support 89, by means of which the individual bundles of interference strips 101 are held separated from one another. The interference strips 101 are thereby arranged in bundles in the spaces always formed by the separating discs 103 and parallel to the longitudinal axis of the throwing body and therefore extending parallel to the central column 95. The interference strips may consist of metallized plastic wires, glass wires or metal wires.

Bij het ontsteken van de zich in de kamer 37 bevindende uitdrijflading 39 via het sas 31 wordt de met stoorstroken gevulde steun 89 door het afscheuren van het zich aan de kop ^3 van het reservoir 3 bevindende deksel 5 uit 30 het reservoir 3 uitgedreven, waarbij de op de steun 89 aanwezige dekplaat 97 tezamen met de daarin aanwezige boringen 99 voor een goede stabilisatie en een juiste verdeling van de zich in de steun bevindende stoorstroken zorgt. De op de schijven 103 aanwezige stoorstrooklagen 35 fladderen hierdoor in zijdelingse richting uit de steun 89.When the propellant charge 39 located in the chamber 37 is ignited via the spindle 31, the jam-filled support 89 is driven out of the reservoir 3 by tearing off the cover 5 located on the head 3 of the reservoir 3, the reservoir 3 being closed, the cover plate 97 present on the support 89, together with the bores 99 therein, ensures good stabilization and a correct distribution of the interference strips located in the support. As a result, the interference strip layers 35 present on the discs 103 flutter out of the support 89 in the lateral direction.

.7 90 1 5 5 8.7 90 1 5 5 8

Het voorkeursmateriaal voor het reservoir 3 is bij de in fig. 6 weergegeven inrichting eveneens weer aluminium. Hetzelfde geldt ook voor het deksel van het reservoir 3 en voor de bevestigingsplaat 71* De wanddikte van het reservoir 5 3 en het deksel 5 van dit reservoir 3 bedraagt ook hier weer ongeveer 0,25 mm. Ook de steun is met de onderdelen daarvan bij voorkeur uit aluminium vervaardigd.In the device shown in Fig. 6, the preferred material for the reservoir 3 is again aluminum. The same also applies to the lid of the reservoir 3 and to the mounting plate 71 * The wall thickness of the reservoir 5 3 and the lid 5 of this reservoir 3 is again approximately 0.25 mm. The support, with its parts, is preferably also made of aluminum.

De in fig. 2 (inclusief fig. 3 en b), in fig, 5 en in fig, 6 afgeheelde werplichamen zijn, zoals reeds is vermeld, 10 meer in het bijzonder geschikt voor het afschieten van dunne blaadjes (flares), brand- en nevelmassa's op basis van rode fosfor, eventueel in combinatie met dunne blaadjes, of stoorstroken (fijne metaaldraden). De betreffende werplichamen kunnen in plaats daarvan echter evengoed ook met 15 andere werpmiddelen worden gevuld en voor dit doel kan men dan reeds het in fig. 1 in zijn basisconceptie afgebeelde werplichaam onder een geschikte aanpassing van de inwendige configuratie van het werpmiddelreservoir aan de betreffende omstandigheden met evengoed resultaat gebruiken. On-20 afhankelijk daarvan kan men in plaats van de hier gebruikte contactkop ook gebruik maken van een andere contactkop, zodat het werpmiddelreservoir volgens de uitvinding zamen met de inwendige configuratie daarvan en het betreffende werpmiddel ook met normale contactkoppen kan worden gecom-25 bineerd.The throwing bodies distributed in fig. 2 (including fig. 3 and b), in fig. 5 and in fig. 6 are, as already mentioned, more particularly suitable for firing thin leaves (flares), fire and fog masses based on red phosphorus, possibly in combination with thin leaves, or interference strips (fine metal wires). However, the respective throwing bodies can also be filled with other throwing means instead, and for this purpose the throwing body shown in its basic conception in Fig. 1 can already be adapted with an appropriate adaptation of the internal configuration of the throwing agent reservoir to the respective circumstances. use result as well. Irrespective of this, instead of the contact head used here, it is also possible to use a different contact head, so that the throwing agent reservoir according to the invention can be combined with normal contacting heads together with the internal configuration thereof and the respective throwing means.

7 9 o 1; s g .7 9 o 1; s g.

Claims (51)

38 SJSmSS CONCLUSIES :38 SJSmSS CONCLUSIONS: 1. Werplichaam bestaande uit een contactkop en een daaraan aangebracht, eventueel door een deksel afgesloten werp-middelreservoir, waarbij aan de buitenmantel van de con- « tactkop contactringen zijn aangebracht, die via ontsteek-5 geleiders met een in een doosvormige ladingskamer voor het opnemen van een uitstootlading in de contactkop aangebrachte ontsteekpil zijn verbonden, de ladingskamer aan het bo— demdeel van de contactkop door een schroefdeksel en bij de doorlaten voor de ontsteekgeleiders door een afdichtings-10 middel praktisch gasdicht ten opzichte van de buitenlucht is afgesloten, in het kopdeel van de contactkop of in de bodem van het werpmiddelreservoir als verbinding tussen de ladingskamer en het werpmiddelreservoir gasdicht ten opzichte van de buitenlucht een ontsteekvertragingssas is 15 aangebracht, dat met een zich in het werpmiddelreservoir bevindende ontsteekverdeeleenheid met een ontsteekverdeel-lading voor het ontsteken van een werpmiddel en het verdelen van de wand van het werpmiddelreservoir of met een uitdrijfladingskamer met een uitdrijflading vaor het uit-20 drijven van het werpmiddel onder afscheuren van het zich aan de kop van het werpmiddelreservoir bevindende deksel in verbinding staat en waarbij de contactkop evenals het werpmiddelreservoir door schroeven stevig met elkaar zijn verbonden met het kenmerk, dat de ladingskamer (13) in de 25 contactkop (l) centraal is opgesteld en voorzien is van een gasdicht afsluitend en aan de massieve dekselrand (47) daarvan van een schroefdraad (4?) voorzien schroefdeksel (21),' dat tenminste in het centrale gebied daarvan als een massief contraleger (51) voor een afstandsorgaan (53) 30 van een geschutbeker (55) is uitgevoerd, waarbij de zich tussen de dekselrand (47) en het contraleger (51) bevindende dekseldelen als vensterachtige vereiste breïikplaatsen (57) voor het uittreden van de uitstootgassen zijn uitgevoerd. 7 9 0 1 5 5 81. Throwing body consisting of a contact head and a repellant reservoir, possibly closed by a lid, arranged thereon, wherein contact rings are arranged on the outer jacket of the contact head, which are inserted via ignition conductors with a box-shaped loading chamber for receiving of the ignition pill arranged in an ejection charge in the contact head are connected, the charge chamber at the bottom part of the contact head is closed by a screw cap and at the passages for the ignition conductors by a sealing means in a substantially gastight manner with respect to the outside air, in the head part of the contact head or in the bottom of the ejection agent reservoir as a connection between the loading chamber and the ejection agent reservoir is arranged gastight with respect to the outside air, an ignition retardant shaft is provided, which with an ignition distribution unit located in the ejection agent reservoir with an ignition distribution charge for igniting an ejection agent and dividing the wall of the throwing agent reservoir or with an expulsion loading chamber having an expelling charge for expelling the throwing agent while tearing off the lid located at the head of the throwing agent reservoir and wherein the contact head and the throwing agent reservoir are firmly joined together characterized in that the charge chamber (13) is centrally disposed in the contact head (1) and is provided with a gas-tight sealing and a screw cap (21) provided on its massive lid edge (47), at least in the central region thereof designed as a solid counter bearing (51) for a spacer (53) of a gun cup (55), the lid parts located between the cover edge (47) and the counter bearing (51) as a window-like requirement knitting places (57) for the discharge of the exhaust gases have been made. 7 9 0 1 5 5 8 2. Ferplichaam volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat in het kopdeel (27) van de contactkop (l) centraal een ont-steekvertragingssas (3l) aanwezig is.Ferrule body according to claim 1, characterized in that an ignition delay shaft (3l) is centrally located in the head part (27) of the contact head (1). 3. Ferplichaam volgens een der voorgaande conclusies met 5 het kenmerk, dat in de bodem (29) van het werpmiddelreser- voir (3) een bevestigingsplaat (71) is aangebracht.Ferrule body according to any one of the preceding claims, characterized in that a mounting plate (71) is arranged in the bottom (29) of the casting agent reservoir (3). 4. Ferplichaam volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat de bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) verdikt als bevestigingsplaat (71) is uitgevoerd. 10 5» Ferplichaam volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat het werpmiddelreservoir (3) aan de kop (43) daarvan door een deksel (5) is afgesloten. 6,. Ferplichaam volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat het werpmiddelreservoir (3) uit een getrok-15 ken, aluminiumdoos (3) bestaat.Ferrule body according to claim 3, characterized in that the bottom (29) of the casting agent reservoir (3) is thickened as a mounting plate (71). Ferp body according to any one of the preceding claims, characterized in that the throwing agent reservoir (3) is closed at the head (43) thereof by a lid (5). 6 ,. Ferrule according to any one of the preceding claims, characterized in that the casting agent reservoir (3) consists of a drawn aluminum box (3). 7. Ferplichaam volgens conclusie 6 met het kenmerk, dat de aluminiumdoos (3) aan de kop (43) daarvan door omkralen met een aluminium deksel (5) is afgesloten.Ferrule body according to claim 6, characterized in that the aluminum box (3) is closed at the head (43) thereof by overcutting with an aluminum lid (5). 8. Ferplichaam volgens conclusie 1 - 7 met het kenmerk, 20 dat het werpmiddelreservoir (3) èen ontsteekverdeeleenheid (33) met een ontsteekverdeellading (35) voor het ontsteken van het zich in het werpmiddelreservoir (3) bevindende werpmiddel (73) en/of het verdelen van de wand (4l) van het werpmiddelreservoir (3) bevat, welke met het ontsteek-25 vertragingssas (31) id contact staat.Ferp body according to claims 1 - 7, characterized in that the ejection agent reservoir (3) has an ignition distributor (33) with an ignition distributor charge (35) for igniting the ejection agent (73) located in the ejection agent reservoir (3) and / or dividing the wall (4l) of the casting agent reservoir (3) which contacts the ignition delay shaft (31) id. 9. Ferplichaam volgens conclusie 8 met het kenmerk, dat de ontsteekverdeeleenheid (33) bestaat uit een met een ont-steekverdeellading (35) gevulde huls (75)» die centraal in de bevestigingsplaat (7i) of de als bevestigingsplaat (71) uit gevoerde bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) is aangebracht.Ferrule body according to claim 8, characterized in that the ignition distribution unit (33) consists of a sleeve (75) filled with an ignition distribution charge (35), which is centrally arranged in the mounting plate (7i) or the mounting plate (71). bottom (29) of the throwing agent container (3) is fitted. 10. Ferplichaam volgens concltisie 8-9 met het kenmerk, dat de ontsteekverdeeleenheid (33) praktisch tot het deksel (5) van het werpmiddelreservoir (3) reikt. 35 _,Ferrule according to claim 8-9, characterized in that the ignition distribution unit (33) extends practically to the lid (5) of the throwing agent reservoir (3). 35 _, 11. Ferplichaam volgens conclusie 8-10 met het kenmerk, 2 9 0 1 5 5 6 mÊÊÊK* dat de huls (75) van de ontsteekverdeeleenheid (33) uit aluminium bestaat.Ferrule body according to claims 8-10, characterized in that the sleeve (75) of the ignition distributor (33) consists of aluminum. 12. Verplichaam volgens conclusie 8-11 met het kenmerk, dat het met het ontsteekvertragingssas (31) in verbinding 5 staande open uiteinde van de huls (75) van de ontsteekver deeleenheid (33) is voorzien van een omgekraalde rand (77)> via welke de huls (75) van onderen in het werpmiddelreser-voir 3 en de bevestigingsplaat(7I) of in de als bevesti-gingsplaat (71) uitgevoerde bodem (29) van het werpmiddel-10 reservoir (3) gasdicht is ingeschroefd.Nursing body according to claims 8-11, characterized in that the open end of the sleeve (75) of the ignition distributor (33) which is connected to the ignition delay shaft (31) is provided with a curved edge (77) via which the sleeve (75) is screwed gastight from below into the throwing agent reservoir 3 and the mounting plate (7I) or into the bottom (29) of the throwing agent reservoir (3) configured as an attachment plate (71). 13. Verplichaam volgens conclusie 12 met het kenmerk, dat het open uiteinde van de huls (75) door omkralen met een dekschijf (79) is verbonden en via deze schijf door middel van een schroef (81) tezamen met een ringvormige afdichting 15 (115) van onderen in het werpmiddelreservoir (3) en ie be- vestigingsplaat (7l) of in de als bevestigingsplaat (71) uitgevoerde bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) gasdicht is ingeschroefd.Nursing body according to claim 12, characterized in that the open end of the sleeve (75) is connected to a cover disk (79) by beading and via this disk by means of a screw (81) together with an annular seal 15 (115). ) is screwed from below into the throwing agent container (3) and the fastening plate (7l) or into the bottom (29) of the throwing agent container (3) configured as fastening plate (71). 14. Verplichaam volgens conclusie 8 - 13 met het kenmerk, 20 dat het werpmiddel (73) uit brandbare, dunne plaatjes (83) bestaat.Nursing body according to claims 8-13, characterized in that the throwing means (73) consists of flammable thin plates (83). 15. Verplichaam volgens conclusie Ik met het kenmerk,dat de blaadjes cirkelsectorvormige blaadjes (83) zijn.Nursing body according to claim I, characterized in that the leaves are circular sector-shaped leaves (83). 16. Verplichaam volgens conclusie 15 met het kenmerk, dat 25 de cirkelsectorvormige blaadjes (83) de vorm van een cirkel- sector met een hoek>.van ongeveer 120° hebben.Nursing body according to claim 15, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are in the form of a circular sector with an angle of> 120 °. 17. Verplichaam volgens conclusie 15 of 16 met het kenmerk, dat de cirkelsectorvormige blaadjes (83) in het werpmiddelreservoir (3) radiaal om de ontsteekverdeeleenheid 30 (33) zijn opgesteld.Nursing body according to claim 15 or 16, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) in the throwing agent reservoir (3) are arranged radially around the ignition distributor 30 (33). 18. Verplichaam volgens conclusie 1^ - 17 mei het kenmerk, dat de plaatjes (83) uit een steunmateriaal (88) met een tenminste aan één zijde aangebrachte, langzaam afbrandende brandlaag (85) uit een brandpasta bestaan.Nursing body according to claim 1 to 17, characterized in that the plates (83) consist of a support material (88) with a slow-burning fire layer (85) of at least one side of a fire paste. 19. Verplichaam volgens conclusie 14 - 17 met het keniaerk, 790 1 5 58 40··* dat de blaadjes (83) uit een steumnateriaal (88) met aan beide zijden aangebrachte brandlagen (85) uit brandpasta bestaan.A body according to claims 14-17, characterized in that the leaves (83) consist of a support material (88) with fire layers (85) applied on both sides of fire paste. 20. Werplichaam volgens conclusie k4 - 19 met het kenmerk, 5 dat de blaadjes (83) uit papier als steumnateriaal (88) bestaan.Throw body according to claims k4-19, characterized in that the leaves (83) consist of paper as a support material (88). 21. Verpliöxaaii volgens conclusie 14 - 19 met het kenmerk, dat de blaadjes (83) uit een metaalfolie als steunmate-riaal (88) bestaan. 10 22, Werplichaam volgens conclusie 21 met het kenmerk, dat de blaadjes (83) pit een aluminiumfolie als steumnateriaal (88) bestaan.Folding material according to Claims 14 to 19, characterized in that the leaves (83) consist of a metal foil as supporting material (88). 22. Throw body according to claim 21, characterized in that the leaflets (83) consist of an aluminum foil as support material (88). 23. Werplichaam volgens conclusie 14 - 19 met het kenmerk, dat de blaadjes (83) uit een kunststoffolie of een van een 15 metaallaag voorziene kunststoffolie als steumnateriaal (88) bestaan,Throwing body according to Claims 14 to 19, characterized in that the leaves (83) consist of a plastic foil or a metal foil provided with a metal layer as a support material (88), 24. Werplichaam volgens conclusie 20 - 23 met het kenmerk, dat het voor de blaadjes (83) gebruikte steunmateriaal (88) een oppervlaktegefcicht van maximaal ongeveer 60 g/m heeft.The throwing body according to claims 20 to 23, characterized in that the supporting material (88) used for the leaves (83) has a surface density of at most about 60 g / m. 25. Werplichaam volgens conclusie l4 - 24 met het kenmerk, dat de zich op de blaadjes (83) bevindende brandlaag (85) uit brandpasta uit rode fosfor en een kunststof in een gewichtsverhouding van 70 : 30 tot 85 : 15 bestaat.Throwing body according to Claims 14 to 24, characterized in that the fire layer (85) on the leaves (83) consists of a red phosphorus and plastic resin in a weight ratio of 70:30 to 85:15. 26. Werplichaam volgens conclusie 14 - 25 met het kenmerk, 25 dat de zich op de blaadjes (83) bevindende brandlaag (85) uit brandpasta tenminste gedeeltelijk van een zich aan het oppervlak bevindende passiveringslaag (86) is voorzien. 27♦ Werplichaam volgens conclusie 26 met het kenmerk, dat de passiveringslaag (86) uit rode fosfor en een kunststof 30 in een gewichtsverhouding van 5 : 95 tot 30 : 70 bestaat.Throw body according to claims 14 to 25, characterized in that the fire layer (85) of fire paste on the leaves (83) is provided at least in part with a surface passivation layer (86). Throw body according to claim 26, characterized in that the passivation layer (86) consists of red phosphorus and a plastic material 30 in a weight ratio of 5:95 to 30:70. 28, Werplichaam volgens conclusie 25 of 27 met het kenmerk, dat de kunststof in wezen polyvinylchloride is.Throwing body according to claim 25 or 27, characterized in that the plastic is essentially polyvinyl chloride. 29· Werplichaam volgens conclusie 15 - 28 met het kenmerk, dat de. cirkelaectorvormige blaadjes (83) aan de 35 naar de ontsteekverdeeleenheid (33) gekeerde binnenste 7 9 0 1 5 δ S ^M . cirkelrand daarvan zijn voorzien van een niet van een pas-siveringslaag (86) voorziene ontsteekstrook (87).Throwing body according to claims 15-28, characterized in that the. circle-shaped leaves (83) on the inner side 7 9 0 1 5 δ S ^ M facing the ignition ignition unit (33). circle edge thereof are provided with an ignition strip (87) not provided with a passivation layer (86). 30. Werplichaam volgens conclusie 15 - 28 met het kenmerk, dat de cirkelsectorvormige blaadjes (83) aan één van de 5 beenzijden daarvan zijn voorzien van een niet van een passi- veringslaag (86) voorziene ontsteekstrook (87),Throw body according to Claims 15 to 28, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are provided on one of the 5 leg sides thereof with an ignition strip (87) not provided with a passivation layer (86), 31. Werplichaam volgens conclusie 15 - 28 met het kenmerk, dat de cirkelsectorvormige blaadjes (83) zowel aan de binnenste cirkelrand daarvan alsook aan een van de beenzijden 10 daarvan niet van een passiveringslaag (86) voorziene ontsteekstrook (87) zijn voorzien,·Throw body according to claims 15 to 28, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are provided with an ignition strip (87) not provided with a passivation layer (86) both on the inner circular edge thereof and on one of the leg sides 10 thereof, 32. Werplichaam volgens conclusie l4 - 31 met het kenmerk, dat de voor het gebruik gereed zijnde blaadjes (83) een op-pervlaktegewicht van maximaal ongeveer 400 g/m hebben, 15 33· Werplichaam volgens conclusie 14 - 24 met het kenmerk, dat de zich op de blaadjes (83) bevindende brandlaag (85) uit brandpasta uit boor en/of b00rlegeringen met een boor-gehalte van tenminste 90 gew$ en uit een kunststof in een gewichtsverhouding van 70 : 30 tot 85 : 15 bestaat, 20 34, Werplichaam volgens conclusie 33 met het kenmerk, dat de kunststof in wezen polyvinylchloride is.Throw body according to claims 14 to 31, characterized in that the leaves (83) ready for use have a surface weight of up to approximately 400 g / m, 33. Throw body according to claims 14 - 24, characterized in that the fire layer (85) on the blades (83) consisting of boron and / or boron alloys with a drill content of at least 90% by weight and of a plastic material in a weight ratio of 70:30 to 85:15, 20 34 Throwing body according to claim 33, characterized in that the plastic is essentially polyvinyl chloride. 35. Werplichaam volgens co-nclusie 33 of 34 met het kenmerk, dat de brandpasta uit boor en/of boorlegeringen en uit een kunststof verder tot 40 gew$ zuurstofdrager en/of 25 actief metaalpoeder en/of actief metaallegeringspoeder bevat,Throw body according to claim 33 or 34, characterized in that the boron and / or boron and plastic resin fuel paste further contains up to 40% oxygen carrier and / or active metal powder and / or active metal alloy powder, 36. Werplichaam volgens conclusie 35 met het kenmerk, dat de brandpasta uit boor en een kunststof als zuurstofdrager looddioxyde bevat. 30 37, Werplichaam volgens conclusie 35 met het kenmerk, dat de brandpasta uit boor en een kunststof als actief metaalpoeder en/of actief metaallegeringspoeder, mangaanpoèder, zirkoonpoeder, ceriumpoeder en/of boorlegeringspoeder bevat. 38, Werplichaam volgens conclusie 33 - 37 met het kenmerk, 35 dat de cirkelsectorvormige blaadjes (83) aan de naar de 7 9 0 1 5 58 U3 ontsteekverdeeleenheid toegekeerde binnenste cirkelrand daarvan zijn voorzien van een ontsteekstrook (87)*Throw body according to claim 35, characterized in that the boron fuel and a plastic oxygen carrier contain lead dioxide. 37. Throw body according to claim 35, characterized in that the boron fuel and a plastics material comprise as active metal powder and / or active metal alloy powder, manganese powder, zircon powder, cerium powder and / or boron alloy powder. 38. Throwing body according to claims 33 - 37, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are provided with an ignition strip (87) * on the inner circle edge of which faces the 7 9 0 1 5 58 U3 ignition distributor. 39. Tferplichaam volgens conclusie 33 ~ 37 niet het kenmerk, dat cfe cirkelsectorvormige blaadjes (83) aan één van de 5 beenzijden daarvan zijn voorzien van een ontsteekstrook (87). 4θ. Tferplichaam volgens conclusie 33 - 37 met het kenmerk, dat de cirkelsectorvormige blaadjes (83) zowel aan de bin-• nenste cirkelrand daarvan alsook aan één van de beenzijden 10 daarvan zijn voorzien van ontssteekstreken (87)* 4l. Tferplichaam volgens conclusie 33 ~ 4o met het kenmerk, dat de ontsteekstrook (87) uit een op de brandlaag (85) volgens conclusie 33 - 37 aangebrachte brandlaag uit een brandpasta uit rode fosfor en een kunststof in een gewichts-15 verhouding van 70 : 30 tot 85 : 15 bestaat. h2. Tferplichaam volgens conclusie hl met het kenmerk, dat de kunststof in %ezen een polyvinylchloride is. h3, Tferplichaam volgens conclusie 8 - 13 met het kenmerk, dat het werpmiddel een, het inwendige van het werpmiddel-20 reservoir (3) gedeeltelijk of geheel vullend, afzonderlijk perslichaam (123) is, dat door het persen van lichamen (125) uit een nevelsas op basis van rode fosfor en een granulaat (127) uit een nevelsas op basis van rode fosfor is vervaardigd, waarbij de integriteit van de lichamen (125) in 25 sterke mate wordt onderhouden en een , de afzonderlijke lichamen (125) omvattende poreuze structuur uit het granulaat (127) wordt gevormd. hh, Verplichaam volgens conclusie 43 met het kenmerk, dat het werpmiddel een, het inwendige van het werpmiddelreser-J voir (3) nauwkeurig opvullend perslichaam (123) is.39. Body according to claim 33 ~ 37, not characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are provided on one of the 5 leg sides thereof with an ignition strip (87). 4θ. Tiffle body according to claims 33 - 37, characterized in that the circular sector-shaped leaves (83) are provided with ignition zones (87) * 4l on both the inner circle edge thereof and on one of the leg sides thereof. Tiffle body according to claim 33 ~ 40, characterized in that the ignition strip (87) consists of a fire layer of a red phosphorus and plastic resin in a weight-ratio of 70:30 applied to the fire layer (85) according to claims 33 - 37. until 85:15. h2. Tiffle body according to claim hl, characterized in that the plastic in% is a polyvinyl chloride. h3, Tferp body according to claims 8-13, characterized in that the throwing means is a separate press body (123), partially or wholly filling the interior of the throwing means reservoir (3), which is pressed out by pressing bodies (125) a red phosphorus mist ash and a granulate (127) are made from a red phosphorus mist ash, maintaining the integrity of the bodies (125) to a high degree and a porous element comprising the individual bodies (125) structure is formed from the granulate (127). hh. Nursing body according to claim 43, characterized in that the throwing means is a press body (123) which accurately fills up the interior of the throwing means reservoir (3). 45. Verplichaam volgens conclusie 43 met het kenmerk, dat het werpmiddel een, het inwendige van het werpmiddelreser-voir (3) gedeeltelijk vullend perslichaam (123) is en het resterende deel van het inwendige van het werpmiddelreser-35 Voir (3) uit brandbare dunne blaadjes (83) volgens de con- 2 9 0 1 5 5 8 ΐ • * clusies l4 - bZ als werpmiddel bestaat.The nursing body according to claim 43, characterized in that the throwing means is a press body (123) partially filling the interior of the throwing agent reservoir (3) and the remainder of the interior of the throwing agent reservoir (3) of flammable thin leaves (83) according to claims 2 9 0 1 5 5 8 ΐ • * clauses l4 - bZ exist as a throwing agent. 46. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 45 met het kenmerk, dat de in het perslichaam (123) aanwezige lichamen (125) een diameter van ongeveer 11 mm., een hoog- ^ te van ongeveer 6 mm. en een gewicht van ongeveer 1 g. hebben.46. Nursing body according to any one of claims 43 to 45, characterized in that the bodies (125) present in the pressing body (123) have a diameter of approximately 11 mm, a height of approximately 6 mm. and a weight of about 1 g. to have. 47. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 46 met het kenmerk, dat de in het perslichaam (123) aanwezige lichamen (125) uit rode fosfor, koperoxydepoeder, magneto siumpoeder en een bindmiddel bestaan.A nursing body according to any one of claims 43 to 46, characterized in that the bodies (125) present in the pressing body (123) consist of red phosphorus, copper oxide powder, magnetosium powder and a binder. 48. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 47 met het kenmerk, dat het in het perslichaam (123) aanwezige granulaat (127) uit rode fosfor, koperoxydepoeder, magnesiumpoeder en een bindmiddel bestaat.The nursing body according to any one of claims 43 to 47, characterized in that the granulate (127) present in the pressing body (123) consists of red phosphorus, copper oxide powder, magnesium powder and a binder. 49. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 48 met het kenmerk, dat de in het perslichaam (123) aanwezige lichamen (125) over een groter bindmiddelaandeel beschikken dan het daarin aanwezige granulaat (127).The nursing body according to any one of claims 43 to 48, characterized in that the bodies (125) present in the pressing body (123) have a larger proportion of binder than the granulate (127) present therein. 50. Verplichaam volgens conclusie 49 met het kenmerk, dat 20 de in het perslichaam (123) aanwezige lichamen (125) uit ongeveer 65 - 75 gew$ rode fosfor, ongeveer 5 - 20 gew$ koperoxydepoeder, ongeveer 3-8 gew$ magnesiumpoeder en ongeveer 3 - 10 gew^b bindmiddel bestaan.50. A nursing body according to claim 49, characterized in that the bodies (125) present in the pressing body (123) consist of about 65 - 75 wt.% Red phosphorus, about 5 - 20 wt.% Copper oxide powder, about 3-8 wt.% Magnesium powder and about 3-10 wt. binder exist. 51. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 46 met 25 het kenmerk, dat het in het perslichaam (123) aanwezige granulaat (127) uit ongeveer 60 - 70 gew$ rode fosfor, ongeveer 5-20 gew$ koperoxydepoeder, ongeveer 3-8 gew$ magnesiumpoeder en ongeveer 5-15 gewfi bindmiddel bestaat.51. Nursing body according to any one of claims 43 to 46, characterized in that the granulate (127) present in the pressing body (123) consists of about 60 - 70 wt.% Red phosphorus, about 5-20 wt.% Copper oxide powder, about 3-8. wt. magnesium powder and about 5-15 wt. binder. 52. Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 51 met het kenmerk, dat het verplichaam als bindmiddel een elastomeer bevat.52. Nursing body according to any one of claims 43 - 51, characterized in that the nursing body contains an elastomer as binder. 53· Verplichaam volgens een der conclusies 43 - 52 met het kenmerk, dat de gewichtsverhouding van de lichamen 35 (125) en het granulaat (127) in het als werpmiddel gebruik- / 45 * te perslichaam (123) ongeveer 3 J 1 tot 2 : 1 is. 5^·. Werplichaam volgens conclusie 1-7 met het kenmerk, dat in of op de zich in de bodem (29) van het werpmiddel-reservoir (3) bevindende bevestigingsplaat (71) of de als 5 bevestigingsplaat (71) uitgevoerde bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) een uitdrijfladingskamer (37) voor een uitdrijflading (39) voor het uitdrijven van een zich in het werpmiddelreservoir (3) bevindend werpmiddel (73) onder afschetiren van het bij de kop (43) van het 10 werpmiddelreservoir (3) aanwezige deksel (5) is aange bracht, die met het ontsteekvertragingssas (31) in verbinding staat.Nursing body according to one of Claims 43 to 52, characterized in that the weight ratio of the bodies 35 (125) and the granulate (127) in the pressing body (123) to be used as throwing agent (123) is about 3 J 1 to 2 : 1 is. 5 ^ ·. Throwing body according to Claims 1 to 7, characterized in that in or on the mounting plate (71) located in the bottom (29) of the throwing agent reservoir (3) or the bottom (29) of the mounting medium (71) designed as a mounting plate (71). ejection reservoir (3) an ejection charge chamber (37) for an ejection charge (39) for ejecting an ejection agent (73) contained in the ejection agent reservoir (3) while skimming the one present at the head (43) of the ejection agent reservoir (3) cover (5) which is connected to the ignition retarding shaft (31). 55· Werplichaam volgens conclusie 54 met het kenmerk, dat de uitdrijfladingskamer (37) in de bovenzijde van de 15 bevestigingsplaat (71) of de als bevestigingsplaat (71) uitgevoerde bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) naar het inwendige van het werpmiddelreservoir (3) toe Open is aangebracht.Throw body according to claim 54, characterized in that the expulsion loading chamber (37) in the top of the mounting plate (71) or the bottom (29) configured as the mounting plate (71) of the throwing agent reservoir (3) towards the interior of the throwing agent reservoir. (3) Toe Open is fitted. 56. Werplichaam volgens conclusie 54 of 55 met het ken-20 merk, dat het werpmiddel (73) op een werpmiddelsteun (89) uit tenminste een werpmiddelsteunschotel (91) boven de uitdrijfladingskamer (37) is opgesteld, die verkantings-vrij in het werpmiddelreservoir (3) wordt geleid.The throwing body according to claim 54 or 55, characterized in that the throwing means (73) on a throwing means support (89) is disposed from at least one throwing means support tray (91) above the expulsion loading chamber (37), which is cant-free in the throwing means reservoir. (3) is guided. 57· Werplichaam volgens conclusie 54 - 56 met het kenmerk, 25 dat de werpmiddelsteunschotel (91) sn de bevestigingsplaat (71) bf de als bevestigingsplaat (71) uitgevoerde bodem- (29) van het werpmiddelreservoir (3) zodanig zijn uitgevoerd, dat de uitdrijfladingskamer (37) geen direkt contact maakt met de omgevende wand (4l) van het werpmiddel-30 reservoir (3).57. The throwing body according to claim 54 - 56, characterized in that the throwing medium support plate (91) and the mounting plate (71) or the bottom (29) configured as the mounting plate (71) of the throwing agent reservoir (3) are designed such that the expulsion loading chamber (37) does not make direct contact with the surrounding wall (4l) of the throwing agent reservoir (3). 58· Werplichaam volgens conclusie 57 met het kenmerk, dat de werpmiddelsteunschotel (91) aan de buitenrand daarvan tenminste een ten opzichte van de wand (4l) van het werpmiddelreservoir (3) gasdicht afsluitende afdicht-35 ring (93) bezit. .7 90 1 5 58 - -y / *6 _____The throwing body according to claim 57, characterized in that the throwing medium support disc (91) has at its outer edge at least one sealing ring (93) which is gas-tightly sealing relative to the wall (4l) of the throwing medium reservoir (3). .7 90 1 5 58 - -y / * 6 _____ 59, Werplichaam volgens conclusie 58 met het kenmerk, dat de werpmiddelsteunschotel (91) is voorzien van twee afdichtringen (93)·The throwing body according to claim 58, characterized in that the throwing means support disc (91) is provided with two sealing rings (93) 60. Werplichaam volgens conclusie 58 - 59 met het kenmerk, 5 dat de werpmiddelsteunschotel (9I) de vorm van een naar de bodem van het werpmiddelreservoir (3) toe open vlakke ztii-ger heeft.60. The throwing body according to claims 58 to 59, characterized in that the throwing medium support tray (9I) has the form of a flat surface open towards the bottom of the throwing medium reservoir (3). 61. Werplichaam volgens conclusie 55 - 60 met het kenmerk, dat de onderste buitenrand van de werpmiddelsteun- 10 schotel (91) in de bovenste, buitenrand van de bevesti-gingsplaat (71) of de als bevestigingsplaat (71) uitgevoerde bodem (29) van het werpmiddelreservoir (3) grijpt.61. Throwing body according to claims 55-60, characterized in that the lower outer edge of the throwing medium support dish (91) in the upper, outer edge of the mounting plate (71) or the bottom (29) designed as mounting plate (71). of the throwing agent container (3). 62, Werplichaam volgens conclusie 55 “ 6l met het kenmerk, dat de werpmiddelsteun (89) uit de werpmiddelsteunschotel 15 (91), een daarop aangebrachte en praktisch tot het deksel (5) van het werpmiddelreservoir (3) reikende centrale zuil (95) en een aan de binnendiameter van het werpmiddelreser---voir-(3) aangepaste en zich aan het bovenste uiteinde van de centrale zuil (95) bevindende dekplaat (97) bestaat. 20 63· Werplichaam volgens conclusie 62 met het kenmerk, dat de dekplaat (97) van de werpmiddelsteun (89) is voorzien van een rondgaande krans van boringen (99)·62. The throwing body according to claim 55-6, characterized in that the throwing means support (89) consists of the throwing means support tray 15 (91), a central column (95) arranged thereon and practically reaching the cover (5) of the throwing means reservoir (3) and a cover plate (97) adapted to the inner diameter of the throwing agent container --- voir- (3) and located at the upper end of the central column (95). Throwing body according to claim 62, characterized in that the cover plate (97) of the throwing means support (89) is provided with a circular crown of bores (99) 64. Werplichaam volgens conclusie 54 - 63 met het kenmerk, dat op de werpmiddelsteun (89) evenwijdig aan de lengte— 25 as van het werpmiddelreservoir (3) stoorstroken (101) zijn aangebracht. 65« Werplichaam volgens conclusie 64 met het kenmerk, dat op de werpmiddelsteun (89) een aantal pakketten van stoor— stroken (lQl) boven elkaar is aangebracht.64. The throwing body according to claims 54 to 63, characterized in that interference strips (101) are arranged on the throwing means support (89) parallel to the longitudinal axis of the throwing means reservoir (3). Throw body according to claim 64, characterized in that a number of jamming strips (100) are arranged one above the other on the throwing means support (89). 66. Werplichaam volgens conclusie 65 met het kenmerk,dat de afzonderlijke pakketten van stoorstroken (lOl) steeds door loodrecht op de centrale as van het werpmiddelreser— voir (3) staande scheidingsschijven (103) van elkaar zijn gescheiden.The throwing body according to claim 65, characterized in that the individual packets of jamming strips (101) are always separated from each other by separating discs (103) perpendicular to the central axis of the throwing agent container (3).
NL7901558A 1978-03-14 1979-02-27 THROW BODY. NL7901558A (en)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE2811016A DE2811016C1 (en) 1978-03-14 1978-03-14 Throwing body
DE2811016 1978-03-14
DE19782819863 DE2819863A1 (en) 1978-03-14 1978-05-05 THROWING BODY
DE2819863 1978-05-05

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7901558A true NL7901558A (en) 1985-11-01

Family

ID=25774052

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7901558A NL7901558A (en) 1978-03-14 1979-02-27 THROW BODY.

Country Status (6)

Country Link
BE (1) BE874835A (en)
DE (1) DE2819863A1 (en)
FR (1) FR2568679B1 (en)
GB (1) GB2162621B (en)
IT (1) IT1164670B (en)
NL (1) NL7901558A (en)

Families Citing this family (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NO142928C (en) * 1978-03-08 1980-11-12 Raufoss Ammunisjonsfabrikker ROEYKHAANDGRANAT.
DE3617888A1 (en) * 1986-05-28 1987-12-03 Dynamit Nobel Ag CARTRIDGE OR THROWING BODY
DE3632854C1 (en) * 1986-09-26 1988-03-31 Buck Chem Tech Werke Contact head for projectiles which can be fired out of electrically operable projection containers
FR2610085B1 (en) * 1987-01-26 1989-05-12 Matra Manurhin Defense INFRARED TRANSMITTER, IN PARTICULAR FOR LURE USE, AND INFRARED LURE LAUNCHER CARTRIDGE FOR ITS IMPLEMENTATION
CH674742A5 (en) * 1987-12-24 1990-07-13 Eidgenoess Munitionsfab Thun
DE3800599A1 (en) * 1988-01-12 1989-07-27 Feistel Pyrotech Fab CONTACT HEAD FOR QUICK MIST SHOOTING BODIES
DE3828234C2 (en) * 1988-08-19 1997-05-22 Nico Pyrotechnik Ammunition from a shot cup and an active body
DE4023443A1 (en) * 1990-07-24 1992-01-30 Diehl Gmbh & Co Shell contg. electronic assembly - has casing hermetically sealed by solder strips
DE4101392C2 (en) * 1991-01-18 1994-05-19 Buck Chem Tech Werke Mortar shell
DE4121887C2 (en) * 1991-07-02 1994-01-05 Buck Chem Tech Werke Adapter for throwing bodies
GB9120803D0 (en) * 1991-10-01 1995-03-08 Secr Defence Pyrotechnic decoy flare
DE4328581A1 (en) * 1993-08-25 1995-03-02 Nico Pyrotechnik Smoke missile
DE19548436C1 (en) * 1995-12-22 1997-06-26 Buck Chem Tech Werke Rapid smoke grenade
GB9612655D0 (en) 1996-06-17 2003-05-28 Secr Defence Infra-red emitting decoy flare
FR2763120B1 (en) * 1997-05-09 2001-12-28 Buck Chem Tech Werke SUBMUNITION BODY FOR THE PRODUCTION OF FOG
DE19914095A1 (en) 1999-03-27 2000-09-28 Piepenbrock Pyrotechnik Gmbh Pyrotechnic mist set for generating an aerosol that is impenetrable in the visible, infrared and millimeter-wave range
DE10065816B4 (en) * 2000-12-27 2009-04-23 Buck Neue Technologien Gmbh Ammunition for generating a fog
EP1570875A1 (en) * 2004-03-04 2005-09-07 Roche Diagnostics GmbH Pyrotechnically driven needle-free liquid jet injection device with low-cost components and production
US7469640B2 (en) 2006-09-28 2008-12-30 Alliant Techsystems Inc. Flares including reactive foil for igniting a combustible grain thereof and methods of fabricating and igniting such flares
DE102017122351A1 (en) * 2017-09-26 2019-03-28 Rheinmetall Waffe Munition Gmbh mist body
US11988173B2 (en) 2020-10-21 2024-05-21 Raytheon Company Multi-pulse propulsion system with passive initiation

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE297973C (en) * 1915-09-28
US2120246A (en) * 1935-11-27 1938-06-14 Max W Fischer Pyrotechnic device
US2180667A (en) * 1938-04-13 1939-11-21 Triumph Explosives Inc Parachute signal
US2785632A (en) * 1952-07-29 1957-03-19 Kilgore Inc Pyrotechnic device
GB729372A (en) * 1953-04-10 1955-05-04 Schermuly Pistol Rocket App Improvements in or relating to electrically ignited cartridges
US2913983A (en) * 1954-11-29 1959-11-24 Ardell L Lytle Rocket motor
GB863477A (en) * 1958-11-27 1961-03-22 Schermuly Pistol Rocket App Improvements in pyrotechnic devices, and electrical dischargers for use therewith
NL122448C (en) * 1960-02-26
GB1138192A (en) * 1965-01-18 1968-12-27 Pains Wessex Ltd Improvements in and relating to pyrotechnic devices
CH460584A (en) * 1966-07-20 1968-07-31 Oerlikon Buehrle Holding Ag Luminous bullet
US3712232A (en) * 1968-10-23 1973-01-23 Us Navy Variable delay fuse for aircraft parachute flare
GB1245488A (en) * 1968-12-09 1971-09-08 Raufoss Ammunisjonsfabrikker Rocket for dispersing material
DE2155787A1 (en) * 1971-11-10 1973-05-17 Messerschmitt Boelkow Blohm COMPRESSED GAS STORAGE OR GENERATING DEVICE
US3967552A (en) * 1974-12-17 1976-07-06 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Army Percussion ignition system for a smokeless, flashless, low noise cartridge
DE2530057A1 (en) * 1975-07-05 1977-01-27 Dynamit Nobel Ag Aerial flare with balloon brake - uses burning of propulsive medium for visible and/or infra red light emission
DE2811016C1 (en) * 1978-03-14 1986-07-17 Buck Chemisch-Technische Werke Gmbh & Co, 8230 Bad Reichenhall Throwing body

Also Published As

Publication number Publication date
DE2819863A1 (en) 1986-07-24
GB2162621B (en) 1986-09-03
BE874835A (en) 1985-11-18
GB2162621A (en) 1986-02-05
IT7948324A0 (en) 1979-03-13
FR2568679B1 (en) 1987-01-23
IT1164670B (en) 1987-04-15
DE2819863C2 (en) 1988-04-07
FR2568679A1 (en) 1986-02-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7901558A (en) THROW BODY.
US5499582A (en) Projectile
US4860657A (en) Projectile
US4624186A (en) Infrared radiation-emitting decoy projectile
CA1276835C (en) Device for producing a decoy cloud, in particular an infrared decoy cloud
US4838167A (en) Method and device for protection of targets against approaching projectiles, which projectiles are provided with infrared-sensitive target finders
US8776691B2 (en) Launched smoke grenade
US5129326A (en) Ordnance device with explosion protection
US5052304A (en) Propelling charge container
US3148620A (en) Wear reduction additives
US5700971A (en) Rapid-release smoke hand grenade
GB2370625A (en) A piece of ammunition for generating a fog
US4227460A (en) Practice war head device
US9062941B2 (en) Encapsulated effect body for an infrared decoy
US10775140B2 (en) Controlled payload release mechanism for multiple stacks of pyrophoric foils to be contained in a single decoy device cartridge
US20110285088A1 (en) Pyrotechnic cassette
AU2003242677B2 (en) Smoke projectile
NO150374B (en) SMOKE BOX OR PROJECTILE
US2353934A (en) Cartridge
US727419A (en) Flying target.
US2935948A (en) Rocket igniter pellets
GB1577901A (en) Infra-red radiation device supply arrangement
CA1267037A (en) Smoke discharger grenade
CN110553552B (en) Gaseous emission type firework
GB2160625A (en) A propelling charge for large-calibre weapons

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed