NL2029112B1 - Water tank, water installation and use of water tank - Google Patents

Water tank, water installation and use of water tank Download PDF

Info

Publication number
NL2029112B1
NL2029112B1 NL2029112A NL2029112A NL2029112B1 NL 2029112 B1 NL2029112 B1 NL 2029112B1 NL 2029112 A NL2029112 A NL 2029112A NL 2029112 A NL2029112 A NL 2029112A NL 2029112 B1 NL2029112 B1 NL 2029112B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
water
buffer zone
water tank
bfi
permeable
Prior art date
Application number
NL2029112A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL2029112A (en
Inventor
Vandebeek Luc
Original Assignee
Ecobeton Water Tech Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ecobeton Water Tech Nv filed Critical Ecobeton Water Tech Nv
Publication of NL2029112A publication Critical patent/NL2029112A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2029112B1 publication Critical patent/NL2029112B1/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F1/00Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water
    • E03F1/002Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water with disposal into the ground, e.g. via dry wells
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F1/00Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water
    • E03F1/002Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water with disposal into the ground, e.g. via dry wells
    • E03F1/005Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water with disposal into the ground, e.g. via dry wells via box-shaped elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • E03F5/105Accessories, e.g. flow regulators or cleaning devices
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • E03F5/105Accessories, e.g. flow regulators or cleaning devices
    • E03F5/106Passive flow control devices, i.e. not moving during flow regulation
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/14Devices for separating liquid or solid substances from sewage, e.g. sand or sludge traps, rakes or grates

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Sewage (AREA)
  • Connection Of Motors, Electrical Generators, Mechanical Devices, And The Like (AREA)
  • Underground Structures, Protecting, Testing And Restoring Foundations (AREA)
  • Catching Or Destruction (AREA)
  • Electrical Discharge Machining, Electrochemical Machining, And Combined Machining (AREA)
  • Massaging Devices (AREA)
  • Forklifts And Lifting Vehicles (AREA)

Abstract

Watertank (WT) met twee aparte bufferzones, waarbij de eerste bufferzone (BFI) voorzien is van een bodem infiltratiesysteem, terwijl de 5 tweede bufferzone (BF2) van een waterafvoer remsysteem (15) voorzien is. [Fig 2]Water tank (WT) with two separate buffer zones, where the first buffer zone (BFI) is equipped with a soil infiltration system, while the second buffer zone (BF2) is equipped with a water discharge braking system (15). [Fig 2]

Description

Korte aanduiging: Watertank, waterinstallatie en gebruik van watertank De uitvinding heeft betrekking op een eenvoudige bufferwatertank waarin op een efficiënte wijze, een eerste deel van het water in de grond kan infiltreren, terwijl een ander deel van het water in een beek of gracht kan uitlopen.Short description: Water tank, water installation and use of water tank The invention relates to a simple buffer water tank in which a first part of the water can infiltrate into the ground in an efficient manner, while another part of the water can run out into a stream or ditch. .

Meer en meer huizen en andere gebouwen zijn voorzien van watertanken om regenwater op te slaan. In geval van onvoldoende watergebruik, blijven de watertanken vrijwel vol van water, waarbij in geval van hevige regen, zij geen oplossing bieden tegen te hoge waterafvoer naar waterlopen.More and more houses and other buildings are equipped with water tanks to store rainwater. In case of insufficient water consumption, the water tanks remain almost full of water, whereby in case of heavy rain, they do not offer a solution against excessive water discharge to watercourses.

Om problemen met stormwater te verhelpen, kent men een systeem datkunststof modulen samenvoegt met behulp van een poreus textielmateriaal.To solve problems with storm water, a system is known that combines plastic modules using a porous textile material.

Het bouwen van zo een systeem vergt ondergrondswerken om voldoende grond stabiliteit te bekomen. Ook zou een top laag nuttig zijn om erop te kunnen rijden.Building such a system requires underground work to obtain sufficient ground stability. Also a top layer would be useful to be able to ride on it.

Watertanken die ook als drainerende systemen kunnen gebruikt worden zijn bijvoorbeeld in WO95/16833 beschreven. In het draineersysteem volgens dit document gebruikt men geperforeerde wanden en poreus textielmateriaal om een opslagvolume te definieren, waarbij water door de wanden en het poreus textielmateriaal doorvloeit om water te laten infiltreren in de ondergrond.Water tanks that can also be used as draining systems are described, for example, in WO95/16833. In the drainage system according to this document, perforated walls and porous textile material are used to define a storage volume, whereby water flows through the walls and the porous textile material to allow water to infiltrate into the subsoil.

Zo een systeem vereist veel grondwerken om zeker te zijn dat er een poreus grondlaag ligt rondom de wanden met het poreus textielmateriaal. Bovendien, in geval van natte gronden, zijn dergelijke systemen totaal inefficient. Inderdaad, zal er grondwater vloeien door de poreus zijwanden in de tank, waardoor de ruimte voor het opvangen van regenwater beperkt wordt.Such a system requires a lot of earthworks to ensure that there is a porous soil layer around the walls with the porous textile material. Moreover, in case of wet soils, such systems are totally inefficient. Indeed, groundwater will flow through the porous side walls into the tank, limiting the space for collecting rainwater.

Het gebruik van poreus betonnen lagen is gekend voor opritten, wegenissen en parking. Het poreus beton heeft een zeer grote doorlaatbaarheid en is bestemd water om naar een onder gelegen grondlaag te voeren. Zodra die grondlaag nat is, zal de efficientie van het poreus beton verkleinen.The use of porous concrete layers is known for driveways, roads and parking. The porous concrete has a very high permeability and is intended to carry water to an underlying layer of soil. As soon as that base layer is wet, the efficiency of the porous concrete will decrease.

DE9412053U1 beschrijft een watertank die voorzien is van een filterelement en van een uitloopopening die op een peil ligt dat zich boven het filterelement bevindt. Het filterelement werkt dus niet als middel om het afvoeren van regenwater te controleren.DE9412053U1 describes a water tank provided with a filter element and with an outlet opening at a level above the filter element. The filter element therefore does not function as a means of controlling the drainage of rainwater.

US2012/0111428 beschrijft een in HDPE vervaardigde watertank voor het opvangen van regenwater, waarbij de watertank voorzien is van een filterstructuur met een filterfolie, om vaste deeltjes met een grootte vanaf 20um op te vangen. Zo een filter werkt niet als middel om het afvoeren van regenwater te controleren.US2012/0111428 describes a water tank manufactured in HDPE for collecting rainwater, in which the water tank is provided with a filter structure with a filter foil to collect solid particles with a size of 20 µm or more. Such a filter does not work as a means to control the drainage of rainwater.

DE10231241 beschrijft een filterelement uit poreus beton. Het water vloeit van onder naar boven door het poreus beton. Bovendien, vanzodra er te veel regenwater 1s, deponeren vaste deeltjes op het horizontale filterelement, waardoor het afvoeren van regenwater niet kan worden gecontroleerd.DE10231241 describes a filter element made of porous concrete. The water flows from bottom to top through the porous concrete. In addition, as soon as there is too much rainwater, solid particles deposit on the horizontal filter element, so that the drainage of rainwater cannot be controlled.

DE4338085 beschrijft een filterinstallatie met horizontale filterelementen om het regenwater te filteren. Zo een installatie werkt ook niet als middel om het afvoeren van regenwater uit de tank te controleren.DE4338085 describes a filter installation with horizontal filter elements to filter the rainwater. Such an installation also does not work as a means to control the drainage of rainwater from the tank.

Al deze bekende systemen bieden geen efficiente oplossingen om regenwater te bufferen, om het afvoeren van regenwater naar beken of rivieren te controleren gedurende een regenperiode en na een regenperiode, bijvoorbeeld in geval de grond al te nat is, alsook het afvoeren van water in de grond als de grond tamelijk droog is. Het afvoeren van water langs de bodem van een bufferzone van de tank volgens de uitvinding werkt als middel om de bodemvocht te controleren in de omgeving van van de watertank. Dit is voordelig om ondergrondsbeweging te vermijden wegens droogte, bijvoorbeeld in kleilagen waarin de watertank gelegen is. Bovendien heeft men opgemerkt dat met de watertank volgens de uitvinding, deel van het naast de watertank neerkomende regenwater beter kan infiltreren in de grond, en/of door naast de watertank gelegen planten beter opgenomen worden.All these known systems do not offer efficient solutions to buffer rainwater, to control the drainage of rainwater to streams or rivers during a rainy period and after a rainy period, for example in case the ground is too wet, as well as the drainage of water into the ground. when the soil is fairly dry. Discharging water along the bottom of a buffer zone of the tank according to the invention acts as a means of controlling the soil moisture in the vicinity of the water tank. This is advantageous to avoid underground movement due to drought, for example in clay layers in which the water tank is located. It has moreover been noted that with the water tank according to the invention, part of the rainwater falling next to the water tank can better infiltrate into the ground and/or be better absorbed by plants located next to the water tank.

De uitvinding heeft betrekking op een watertank (WT) die geschikt is om ten minste gedeeltelijk in de grond aangelegd (bv in een grond uitgraving) te worden, en die ten minste geschikt is voor het behandelen/bufferen van vervuild water of regenwater (WI) of deel ervan dat vrijwel vrij is van vaste deeltjes met een dichtheid groter dan 1,1 kg/liter,waarbij de watertank (WT) ten minste voorzien is van:The invention relates to a water tank (WT) which is suitable to be installed at least partly in the ground (e.g. in a ground excavation), and which is at least suitable for treating/buffering polluted water or rainwater (WI) or part thereof substantially free of solid particles with a density greater than 1.1 kg/litre, where the water tank (WT) is provided with at least:

- een kuip (1) met een bodem (10) die bestemd is om in contact te zijn met een grondlaag, en met ten minste een zijwand (11a, 11b, llc, 11d), die bestemd is om ten minste gedeeltelijk in contact te zijn met een grondlaag,- a tub (1) with a bottom (10) intended to be in contact with a soil layer and with at least one side wall (11a, 11b, 11c, 11d) intended to be at least partially in contact are with a base layer,

- een eerste tussenwand (20) die de watertank (WT) verdeeld ten minste in een eerste bufferzone (BFI) met een eerste water buffervolume van ten minste 500 liters, en in een tweede bufferzone (BF2) met een een tweede water buffervolume van ten minste 500 liters, waarbij de eertse bufferzone (BFI) voorzien is van een inlaatsysteem (2) waardoor het vervuilde water of regenwater in die eerste bufferzone (BFI) kan vloeien boven een minimaal inlaatpeil (PO), waarbij de eerste tussenwand (20) voorzien is van een eerste uitloopsysteem (21) waardoor water van de eerste bufferzone (BFI) naar de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het uitloopsysteem (21) op een eerste uitloopspeil (PI) gelegen is onder het inlaatpeil (PO) van de eerste bufferzone (BFI),- a first partition (20) dividing the water tank (WT) at least into a first buffer zone (BFI) with a first water buffer volume of at least 500 litres, and in a second buffer zone (BF2) with a second water buffer volume of at least at least 500 litres, in which the first buffer zone (BFI) is provided with an inlet system (2) through which the polluted water or rainwater can flow into the first buffer zone (BFI) above a minimum inlet level (PO), in which the first intermediate wall (20) is provided is of a first outlet system (21) through which water can flow from the first buffer zone (BFI) to the second buffer zone (BF2), the outlet system (21) being at a first outlet level (PI) below the inlet level (PO) of the first buffer zone (BFI),

waarbij de tweede bufferzone (BF2) voorzien is van een tweede uitloopsysteem (3) waardoor water van de tweede bufferzone (BF2) buiten de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het tweede uitloopsysteem (3) op een tweede uitloopspeil (P2) gelegen is, dat onder het eerste uitloopspeil (P1)wherein the second buffer zone (BF2) is provided with a second outlet system (3) through which water from the second buffer zone (BF2) can flow outside the second buffer zone (BF2), wherein the second outlet system (3) is located at a second outlet level (P2) is that below the first outlet level (P1)

gelegen is,is located,

waarbij de bodem (10) van de watertank (WT) die gelegen is in de eerste bufferzone (BF1) verdeeld wordt (a) in een eerste niet waterdoorlaatbaar betonnen deel (12) met een eerste niet poreuze betonnen bovenoppervlak (12A) dat gericht is naar de eerste bufferzone (BFI), waarbij water van de eerste bufferzone (BFI) niet kan vloeien door het eerste niet waterdoorlaatbaar betonnen deel (12) naar de grond, en (b) in een tweede waterdoorlaatend poreuze betonnen deel (13) dat geschikt is voor het doorvloeien van water van de eerste bufferzone (BFI) naar de grond, waarbij het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) een poreuze betonnen bovenzijde (13A) bezit die gericht is naar de eerste bufferzone (BF1) en die ten minste 10cm boven het eerste betonnen niet poreuze bovenoppervlak (12) gelegen is, waarbij het poreuze betonnen bovenzijde (13A) van het tweede deel (13) een naar de eerste buffervolume gerichte oppervlakte bezit van ten minste 200cm?, waarbij de tweede bufferzone (BF2) voorzien is langs zijn bodem van een waterafvoer remsysteem (15) dat bevat en/of voorzien is van een ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) dat een binnenkamer (17) definieert om water van de tweede bufferzone (BF2) op te vangen, waarbij het doorgangsysteem (16) een uitloopsysteem of middel (18) omvat voor het afvoeren van water dat in de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16) vloeit, waarbij het ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) een uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) omvat met een poreus beton bovenoppervlak van minstens 100cm? dat minstens 100cm (H) onder het tweede uilooppeil (P2) gelegen is, waarbij ten minste het uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) van het doorgangsysteem (16) uit een verharde poreus waterdraineerend beton vervaardigd is dat vervaardigd wordt door het laten verharden van een mengsel van minstens cement, aggregaten met een deeltjesgrootte van 6mm t/m l4mm, en water om een openporiënvolume van 8 t/m 12% te bekomen in het verharde poreus waterdrainerend beton, waarbij het verharde poreus waterdraineerend beton een waterdoorlatendheid bezit van 0,05 liter/m?/s tot en met 5 liter/m?/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m?/s tot en met 3 liter/m?/s, liefst tussen 1,1 en 1 liter/m?/s, waarbij die waterdoorlatendheid gemeten wordt door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte ervan (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).wherein the bottom (10) of the water tank (WT) located in the first buffer zone (BF1) is divided (a) into a first water-impermeable concrete part (12) with a first non-porous concrete top surface (12A) facing to the first buffer zone (BFI), where water from the first buffer zone (BFI) cannot flow through the first impermeable concrete part (12) to the ground, and (b) into a second water-permeable porous concrete part (13) that is suitably is for the flow of water from the first buffer zone (BFI) to the ground, the second water-permeable porous concrete part (13) having a porous concrete top (13A) facing the first buffer zone (BF1) and extending at least 10cm is located above the first concrete non-porous upper surface (12), the porous concrete upper side (13A) of the second part (13) having a surface facing the first buffer volume of at least 200cm2, the second buffer zone (BF2) being full is provided along its bottom with a water drainage braking system (15) containing and/or provided with a passage system (16) at least made of porous concrete, defining an inner chamber (17) to receive water from the second buffer zone (BF2) wherein the passage system (16) comprises an outlet system or means (18) for discharging water flowing into the inner chamber (17) of the passage system (16), wherein the passage system (16) at least made of porous concrete comprises a porous concrete constructed upper part (16A) with a porous concrete upper surface of at least 100cm? that is located at least 100cm (H) below the second outlet level (P2), whereby at least the upper part (16A) of the passage system (16) made of porous concrete is made of a hardened porous water-draining concrete that is manufactured by allowing it to harden of a mixture of at least cement, aggregates with a particle size of 6mm to 14mm inclusive, and water to obtain an open pore volume of 8 to 12% in the hardened porous water-draining concrete, whereby the hardened porous water-draining concrete has a water permeability of 0 .05 litre/m2/s to 5 litre/m2/s, preferably from 0.1 litre/m2/s to 3 litre/m2/s, preferably between 1.1 and 1 liter /m?/s, where said water permeability is measured by filling the second buffer zone (BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water passing through the passage system made of porous concrete (16) and its upper part (16A) flows through in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16).

De watertank volgens de uitvinding bezit twee aparte bufferzones (BF1 en BF2), die vrijwel een aparte werking en functie hebben. De eerste bufferzone vormt een eerste buffervolume. Deel van het water van de eerste bufferzone BF1 kan via de bodem van de eerste bufferzone in de grond infiltreren op controle wijze, terwijl zodra het waterpeil in de eerste bufferzone boven een uitlooppeil ligt, water van de eerste bufferzone in de tweede bufferzone vloeit, via een uitloopopening.The water tank according to the invention has two separate buffer zones (BF1 and BF2), which have virtually a separate operation and function. The first buffer zone forms a first buffer volume. Part of the water from the first buffer zone BF1 can infiltrate into the soil through the bottom of the first buffer zone in a controlled manner, while as soon as the water level in the first buffer zone is above an outlet level, water from the first buffer zone flows into the second buffer zone, via an outlet opening.

Water van de tweede bufferzone vloeit op een controle wijze buiten de tweede bufferzone via een doorgang systeem, naar een beek of gracht.Water from the second buffer zone flows in a controlled manner outside the second buffer zone via a passage system, to a stream or canal.

5 Door het gebruik van de watertank volgens de uitvinding, kan een grote watervolume gebufferd worden, en kan eventueel gepompd worden, bijvoorbeeld om water aan de tuin te geven.By using the water tank according to the invention, a large volume of water can be buffered and, if necessary, pumped, for example to water the garden.

Water van de eerste bufferzone BFI wordt eerst gebruikt om water in de grond (naast de tank) te laten infiltreren, wat voordelig is om een minimale grondvocht te behouden. In geval van regen, is dan ook de infiltratie van regenwater verbeterd, ten opzichte van de infiltratie van regenwater in een droge grondlaag.Water from the first buffer zone BFI is first used to infiltrate water into the soil (next to the tank), which is beneficial to maintain minimal soil moisture. In case of rain, the infiltration of rainwater is therefore improved, compared to the infiltration of rainwater in a dry soil layer.

Water van de tweede bufferzone (dat ook gepompd kan worden om water te geven aan planten) vloeit op controle wijze naar een gracht of beek, wat voordelig is voor het grachtleven en voor de planten die langs de bodem van de gracht of beek groeien. De aanwezigheid van die planten is dan ook voordelig voor de waterinfiltratie langs de bodem van de gracht en beek.Water from the second buffer zone (which can also be pumped to water plants) flows in a controlled manner to a canal or stream, which is beneficial for canal life and for the plants that grow along the bottom of the canal or stream. The presence of these plants is therefore beneficial for water infiltration along the bottom of the canal and stream.

In de omgeving van de watertank volgens de uitvinding, is de regenwaterinfiltratie in de omgeving van de watertank verhoogd, wat voordelig is voor de aanpalende tuinplanten gedurende lange droogperiode, en wat ook voordelig is voor het behouden van een minimale grondwaterpeil in de omgeving van de watertank.In the vicinity of the water tank according to the invention, the rainwater infiltration in the vicinity of the water tank is increased, which is advantageous for the adjacent garden plants during a long drying period, and which is also advantageous for maintaining a minimum groundwater level in the vicinity of the water tank .

De watertank volgens de uitvinding heeft bij voorkeur, één of meerdere van de volgende kenmerken: * Het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) bezit een waterdoorlatendheid van 1 liter/m?/s tot en met 10 liter/m?/s, bij voorkeur van 2 liter/m?/s tot en met 8 liter/m?/s, liefst tussen 3 en 6 liter/m?/s, waarbij die waterdoorlatendheid gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BFI) met water tot het eerste uitlooppeil (PI) met een lege opvangkamer (LO) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de opvangkamer (LO).The water tank according to the invention preferably has one or more of the following characteristics: * The second water-permeable porous concrete part (13) has a water permeability of 1 litre/m2/s up to and including 10 litres/m2/s, at preferably from 2 litres/m2/s to 8 litres/m2/s, preferably between 3 and 6 litres/m2/s, whereby the water permeability is measured by filling the first buffer zone (BFI) with water up to the first outlet level (PI) with an empty collection chamber (LO) under the second part (13), and then by determining the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the collection chamber (LO).

* de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) is groter dan de totale waterdoorlatendheid van het bovenste gedeelte (16A) van het doorgangsysteem (16), waarbij de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BFI) gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BFI) met water tot het eerste uitlooppeil (PI) met een lege onderopvangkamer (LO) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de onderopvangkamer (LO), terwijl de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) gemeten wordt door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte ervan (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).* the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is greater than the total water permeability of the upper part (16A) of the passage system (16), with the total water permeability of the second part ( 13) of the first buffer zone (BFI) is measured by filling the first buffer zone (BFI) with water to the first outlet level (PI) with an empty sub-collection chamber (LO) under the second part (13), and then by determining of the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the sub-collection chamber (LO), while the total water permeability of the passage system (16) is measured by filling the second buffer zone (BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water flowing through the passage system (16) made of porous concrete and its upper part (16A) it in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16).

* de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) is ten minste twee keer groter dan de totale waterdoorlantendheid van het doorgangsysteem (16).* the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is at least two times greater than the total water permeability of the passage system (16).

* de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) is tussen 3 en 10 keer groter dan de totale waterdoorlantendheid van het doorgangsysteem (16).* the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is between 3 and 10 times greater than the total water permeability of the passage system (16).

* het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BF1) vormt een uitsteeksel (13U) ten opzichte van het bovenopppervlak (12A) van het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI).* the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BF1) forms a projection (13U) with respect to the upper surface (12A) of the first part (12) of the bottom of the first buffer zone (BFI).

* het uitsteeksel (13U) bezit een langwerpige vorm met een vrijwel horizontale as (13X) en met een rechthoekige of trapezoïdale doorsnede in een vlak dat loodrecht is ten opzichte van de vrijwel horizontale as (13X).* the projection (13U) has an elongated shape with an almost horizontal axis (13X) and with a rectangular or trapezoidal section in a plane perpendicular to the almost horizontal axis (13X).

* het uitsteeksel (13U) bezit een trapezoïdale doorsnede in een vlak dat loodrecht is ten opzichte van de vrijwel horizontale as (13X). * ten opzichte van een horizontaal vlak voor het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI), bezit het uitsteeksel (13U) twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) en een vrijwel horizontaal bovenoppervlak (13A) dat zich tussen de bovenste randen (13H,13I) van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G), waarbij de helling van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) zodanig is dat langs een ten opzichte van de vrijwel horizontale as loodrechte verticale doorsnede, de breedte (B1) van de trapezoidale doorsnede langs het vrijwel horizontaal oppervlak (13A) van het uitsteeksel (13U) kleiner is dan de breedte (B2) van de trapezoidale doorsnede langs het horizontale vlak van het bovenoppervlak (12A) van het eerste deel (12).* the projection (13U) has a trapezoidal section in a plane perpendicular to the substantially horizontal axis (13X). * relative to a horizontal plane in front of the first part (12) of the bottom of the first buffer zone (BFI), the protrusion (13U) has two inclined side surfaces (13F,13G) and a nearly horizontal upper surface (13A) that is between the upper edges (13H,13I) of the two inclined side surfaces (13F,13G), the inclination of the two inclined side surfaces (13F,13G) being such that along a vertical section perpendicular to the substantially horizontal axis, the width (B1) of the trapezoidal section along the substantially horizontal surface (13A) of the projection (13U) is less than the width (B2) of the trapezoidal section along the horizontal plane of the upper surface (12A) of the first part (12) .

* de eerste tussenwand (20) bezit een waterdoorlatend deel (20D) dat ten minste gedeeltelijk uit waterdoorlatend beton vervaardigd wordt, waarbij water kan vloeien tussen de eerste bufferzone (BFI) en de tweede bufferzone (BF2) door dit waterdoorlatende deel (20D) van de tussenwand (20), waarbij dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) ten minste gedeeltelijk onder het tweede uitlooppeil (P2) ligt, waarbij dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) een totale waterdoorlatendheid bezit die tussen de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) en de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BFI), waarbij de totale waterdoorlatendheid van het waterdoorlatend deel (20D) van de eerste tussenwand (20) gemeten wordt na het afdichten van het doorgangsysteem (16) en het invullen van de tweede bufferzone (BF2) tot het tweede uitlooppeil (P2), met een lege eerste bufferzone (BFI), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tussenwand (20) vloeit in 30 seconden van de tweede bufferzone (BF2) naar de eerste bufferzone (BF1).* the first partition (20) has a water-permeable part (20D) that is at least partly made of water-permeable concrete, whereby water can flow between the first buffer zone (BFI) and the second buffer zone (BF2) through this water-permeable part (20D) of the intermediate wall (20), wherein this water-permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) is at least partially below the second outlet level (P2), wherein this water-permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) has a total water permeability that between the total water permeability of the passage system (16) and the total water permeability of the second part (13) of the first buffer zone (BFI), the total water permeability of the water-permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) being measured after sealing the passage system (16) and filling the second buffer zone (BF2) to the second run-out level (P2), with an empty first buffer zone (BFI), and then by determining the n the amount of water that flows through the partition (20) in 30 seconds from the second buffer zone (BF2) to the first buffer zone (BF1).

* het doorgangsysteem (16) omvat een pijp (18) die in verbinding is met de binnenkamer (17) en die door een buitenwand (11d) van de watertank* the passage system (16) includes a pipe (18) communicating with the inner chamber (17) and passing through an outer wall (11d) of the water tank

(WT) loopt, waardoor water van de binnen kamer (17) buiten de watertank (WT) kan vloeien. * de watertank (WT) bezit een tweede tussenwand (30) om in de watertank (WT) een bezinkingzone (BZ) te definieren, waarbij de watertank (WT) een inlaat (31) bezit om het vervuilde water of het regenwater te laten vloeien in de bezinkingzone (BZ), waarbij de tweede tussenwand (30) een overloopsysteem (32) bezit die het inlaatsysteem (2) vormt voor de eerste bufferzone (BFI).(WT) runs, allowing water from the inner chamber (17) to flow outside the water tank (WT). * the water tank (WT) has a second partition (30) to define a settling zone (BZ) in the water tank (WT), the water tank (WT) having an inlet (31) to allow the polluted water or rainwater to flow in the settling zone (BZ), the second partition (30) having an overflow system (32) which forms the inlet system (2) for the first buffer zone (BFI).

* de bezinkingzone (BZ) omvat een soepele waterdoorlatend filtercontainer (40), die uitneembaar gemonteerd is in de bezinkingzone (BZ). * de soepele waterdoorlatend filtercontainer (40) bezit een bodem (40B) en ten minste een zijwand (40C) met een vrije bovenrand (40D) bezit, waarbij de zijwand een bovendeel (40C1) omvat langs de bovenrand (40D), waarbij dit bovendeel (40C1) van de ten minste een zijwand (40C) een waterdoolatendheid bezit die groter is dan de waterdoolantendheid van de bodem (40B) en van een onderdeel (40C2) van de ten minste een zijwand (40C) dat naast de bodem (40B) gelegen is.* the settling zone (BZ) comprises a flexible water-permeable filter container (40), which is removably mounted in the settling zone (BZ). * the flexible water-permeable filter container (40) has a bottom (40B) and has at least one side wall (40C) with a free upper edge (40D), the side wall comprising an upper part (40C1) along the upper edge (40D), this upper part (40C1) of the at least one side wall (40C) has a water permeability greater than the water permeability of the bottom (40B) and of a part (40C2) of the at least one side wall (40C) adjacent to the bottom (40B) is located.

* de bovenrand van de ten minste een zijwand van de filter container ligt op een peil dat hoger is dan het inlaatpeil (PO).* the top edge of at least one side wall of the filter container is at a level higher than the inlet level (PO).

* de watertank is voorzien van een verplaatsbare deksel (50) met ten minste een mangat (51,52,53).* the water tank is provided with a movable lid (50) with at least one manhole (51,52,53).

* combinaties van minstens twee van die kenmerken.* combinations of at least two of those characteristics.

De uitvinding heeft ook betrekking op een waterinstallatie die omvat (a) een watertank volgens de uitvinding, en (b) bezinkingstank (BZT) die voorzien is van een inlaat (60) om water op te vangen en een uitlooppijp (61) om water van de bezinkingstank (BZT) te laten uitlopen in de eerste buffer zone (BF1) van de watertank via het inlaatsysteem (2).The invention also relates to a water installation comprising (a) a water tank according to the invention, and (b) settling tank (BZT) provided with an inlet (60) to collect water and an outlet pipe (61) to remove water from let the settling tank (BZT) drain into the first buffer zone (BF1) of the water tank via the inlet system (2).

De uitvinding heeft nog betrekking op het gebruik van een watertank volgens de uitvinding langs een waterbeek of rioolering of gracht of rivier, om vervuild water of regenwater te bufferen alvorens dit water gedeeltelijk naar de waterbeek of rioolering of gracht of rivier gevoerd wordt, waarbij water in de eerste bufferzone (BF1) opgevangen wordt, alvorens gedeeltelijk naar de tweede bufferzone te vloeien, waarbij water van de eerste bufferzone (BFI) via het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) van de bodem (12) kan vloeien in de grondlaag onder de bodem van de watertank, terwijl water dat in de tweede bufferzone (BF2) vloeit gedraineerd wordt via het doorgangsysteem (16) in de waterbeek of rioolering of gracht of rivier. Uitvoeringsvormen van een tank volgens de uitvinding zullen nu beschreven worden mits verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen.The invention also relates to the use of a water tank according to the invention along a water stream or sewage system or canal or river, in order to buffer polluted water or rainwater before this water is partially fed to the water stream or sewage system or canal or river, whereby water is the first buffer zone (BF1) is collected before partially flowing to the second buffer zone, whereby water from the first buffer zone (BFI) can flow via the second water-permeable porous concrete part (13) of the bottom (12) into the soil layer under the bottom of the water tank, while water flowing into the second buffer zone (BF2) is drained through the passage system (16) into the water stream or sewerage or canal or river. Embodiments of a tank according to the invention will now be described with reference to the accompanying drawings.

In die tekeningen tonen: - Fig 1 een bovenaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding zonder de deksel met mangat; - Fig 2 een aanzicht in doorsnede van de watertank van Fig 1, langs de lijn II-II; -Fig3 een aanzicht in doorsnede langs de lijn III-1II van de watertank van Fig 1; - Fig 4 een aanzicht in doorsnede langs de lijn IV-IV van de watertank van Fig 1; - Fig 5 een aanzicht in perspectief van de watertank van fig 1; - Fig 6A t/m 6F aanzichten van behandelingstappen voor het water dat in de watertank van Fig 2 vloeit; - Fig 7 een aanzicht in doorsnede van een tweede uitvoeringsvorm die gelijkaardig is aan de uitvoeringsvorm van Fig 2; - Fig 8 een aanzicht van de tweede uitvoeringsvorm van Fig 7 langs de lijn VIII- VIII; - Fig 9 een bovenaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding die gelijkaardig is aan de uitvoeringsvorm van Fig 1; en - Fig 10 een aanzicht in doorsnede van de watertank van Fig 9 langs de lijn X-X.In those drawings: Fig. 1 shows a top view of a first embodiment of a water tank according to the invention without the cover with manhole; - Fig 2 shows a sectional view of the water tank of Fig 1, along the line II-II; Fig 3 shows a sectional view along the line III-III of the water tank of Fig 1; - Fig 4 shows a sectional view along the line IV-IV of the water tank of Fig 1; - Fig. 5 shows a perspective view of the water tank of Fig. 1; Fig 6A to 6F are views of treatment steps for the water flowing into the water tank of Fig 2; Fig 7 shows a sectional view of a second embodiment similar to the embodiment of Fig 2; - Fig 8 shows a view of the second embodiment of Fig 7 along the line VIII-VIII; Fig. 9 shows a top view of a third embodiment of a water tank according to the invention, which is similar to the embodiment of Fig. 1; and - Fig 10 shows a sectional view of the water tank of Fig 9 along the line X-X.

Fig | toont een eerste uitvoeringsvorm (bovenaanzicht, zonder de deksel 50) van watertank volgens de uitvinding met twee aparte bufferzones (BFI, BF2).Fig| shows a first embodiment (top view, without the lid 50) of a water tank according to the invention with two separate buffer zones (BFI, BF2).

De watertank (WT) volgens Fig 1 dient om water te bufferen, alsook om water (WI) te behandelen, om een deel ervan (W2) te laten infiltreren (in de eerste bufferzone BFI, langs de bodem ervan) en om een ander deel ervan (W3) (in de tweede bufferzone BF2) te laten vloeien naar een beek of gracht of rivier, via een afvoer remsysteem (15).The water tank (WT) according to Fig 1 serves to buffer water, as well as to treat water (WI), to allow a part of it (W2) to infiltrate (into the first buffer zone BFI, along its bottom) and to store another part of it (W3) (in the second buffer zone BF2) to flow to a stream or canal or river, via a discharge braking system (15).

Het water WI is bij voorkeur regenwater of vervuild water of regenwater (WI) of deel ervan dat vrijwel vrij is van vaste deeltjes met een dichtheid groter dan 1,1 kg/liter. Dit water kan water van een bezinkingstank zijn, waarin zware vaste deeltjes verwijderd kunnen worden.The water WI is preferably rainwater or polluted water or rainwater (WI) or part thereof substantially free of solid particles with a density greater than 1.1 kg/litre. This water can be water from a settling tank, in which heavy solid particles can be removed.

De watertank (WT) is ten minste voorzien van: - een kuip (1) met een bodem (10) en met vier verticale zijwanden (11a, 11b, Ile, 11d), - een eerste tussenwand (20) die de watertank (WT) verdeeld ten minste in een eerste bufferzone (BF1) met een eerste water buffervolume van ten minste 500 liters (bijvoorbeeld met een buffervolume van 1 t/m Sm?) en in een tweede bufferzone (BF2) met een een tweede water buffervolume van ten minste 500 liters (bijvoorbeeld met een buffervolume vab 1 t/m 5m?), waarbij de eertse bufferzone (BFI) voorzien is van een inlaatsysteem (2) waardoor het vervuilde water of regenwater in die eerste bufferzone (BFI) kan vloeien boven een minimaal peil of vrijwel tot een maximaal inlaatpeil (PO), waarbij de eerste tussenwand (20) voorzien is van een eerste uitloopsysteem (21) waardoor water van de eerste bufferzone (BFI) naar de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het eerste uitloopsysteem (21) op een eerste uitloopspeil (Pl) gelegen is onder het maximale inlaatpeil (PO) van de eerste bufferzone (BFI).The water tank (WT) is provided with at least: - a tub (1) with a bottom (10) and with four vertical side walls (11a, 11b, Ile, 11d), - a first intermediate wall (20) that contains the water tank (WT ) divided at least into a first buffer zone (BF1) with a first water buffer volume of at least 500 liters (for example with a buffer volume of 1 to Sm?) and in a second buffer zone (BF2) with a second water buffer volume of at least at least 500 liters (for example with a buffer volume of 1 to 5m?), whereby the first buffer zone (BFI) is equipped with an inlet system (2) through which the polluted water or rainwater can flow into the first buffer zone (BFI) above a minimum level or almost to a maximum inlet level (PO), the first intermediate wall (20) being provided with a first outlet system (21) through which water can flow from the first buffer zone (BFI) to the second buffer zone (BF2), the first outlet system (21) is at a first run-out level (Pl) below the maximum inla atlevel (PO) of the first buffer zone (BFI).

De tweede bufferzone (BF2) is voorzien is van een tweede uitloopsysteem (3) waardoor water van de tweede bufferzone (BF2) buiten de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het tweede uitloopsysteem (3) op een tweede uitloopspeil (P2) gelegen is, dat onder het eerste uitloopspeil (P1) gelegen is.The second buffer zone (BF2) is provided with a second outlet system (3) through which water from the second buffer zone (BF2) can flow outside the second buffer zone (BF2), the second outlet system (3) being located at a second outlet level (P2) that is below the first outlet level (P1).

De bodem (10) van de watertank (WT) die gelegen is in de eerste bufferzone (BF1) wordt verdeeld (a) in een eerste niet waterdoorlaatbaar of niet waterdoorlatend betonnen deel (12) met een eerste niet poreuze betonnen bovenoppervlak (12A) dat gericht is naar de eerste bufferzone (BFI), en (b) in een tweede waterdoorlaatend poreuze betonnen deel (13), met een poreuze betonnen bovenzijde (13A) dat gericht is naar de eerste bufferzone (BFI) en dat ten minste 10cm (AH) boven het eerste betonnen niet poreuze bovenoppervlak (12A) gelegen is. Het poreuze betonnen bovenzijde (13A) van het tweede deel (13) bezit een naar de eerste buffervolume gerichte oppervlakte van ten minste 200cm2.The bottom (10) of the water tank (WT) located in the first buffer zone (BF1) is divided (a) into a first water-impermeable or water-impermeable concrete part (12) with a first non-porous concrete top surface (12A) which faces the first buffer zone (BFI), and (b) in a second water-permeable porous concrete part (13), with a porous concrete top (13A) facing the first buffer zone (BFI) and at least 10cm (AH ) is located above the first concrete non-porous top surface (12A). The porous concrete top (13A) of the second part (13) has a surface area of at least 200cm2 facing the first buffer volume.

De tweede bufferzone (BF2) is voorzien langs zijn bodem (10) van een waterafvoer remsysteem (15) dat bevat en/of voorzien is van een ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) dat een binnenkamer (17) definieert om water van de tweede bufferzone (BF2) op te vangen, waarbij het doorgangsysteem (16) een uitloopsysteem of middel (pijp 18) bevat voor het afvoeren van water dat in de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16) vloeit.The second buffer zone (BF2) is provided along its bottom (10) with a water drainage braking system (15) containing and/or provided with a passage system (16) at least made of porous concrete, defining an inner chamber (17) to remove water from to receive the second buffer zone (BF2), the passageway system (16) including an outflow system or means (pipe 18) for discharging water flowing into the inner chamber (17) of the passageway system (16).

Het ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) bevat een uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) met een poreus beton bovenoppervlak van minstens 100cm? dat minstens 100cm (AHL) onder het tweede uilooppeil (P2) gelegen is. Ten minste het uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) van het doorgangsysteem (16) is uit een verharde poreus waterdraineerend beton vervaardigd, dat vervaardigd wordt door het laten verharden van een mengsel van minstens cement, aggregaten met een deeltjesgrootte van 6mm t/m 14mm, en water om een openporiënvolume van 8 t/m 12% te bekomen in het verharde poreus waterdrainerend beton, waarbij het verharde poreus waterdraineerend beton een waterdoorlatendheid bezit van 0,05 liter/m?/s tot en met 5 liter/m?/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m2?/s tot en met 3 liter/m2?/s, liefst tussen 1,1 en 1 liter/m?/s. Die waterdoorlatendheid wordt gemeten door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die ten minste door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte ervan (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).The at least porous concrete passage system (16) comprises an upper part (16A) made of porous concrete with a porous concrete top surface of at least 100 cm? that is at least 100cm (AHL) below the second outlet level (P2). At least the upper part (16A) of the passage system (16) made of porous concrete is made of a hardened porous water-draining concrete, which is manufactured by allowing a mixture of at least cement, aggregates with a particle size of 6 mm to harden. 14mm, and water to obtain an open pore volume of 8 to 12% in the hardened porous water-draining concrete, whereby the hardened porous water-draining concrete has a water permeability of 0.05 litres/m?/s to 5 litres/m? /s, preferably from 0.1 litres/m2/s to 3 litres/m2/s, most preferably between 1.1 and 1 litres/m2/s. This water permeability is measured by filling the second buffer zone (BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water that has passed through at least the passage system (16) made of porous concrete and its upper part (16A) flows through in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16).

De watertank van Fig | bezit twee aparte bufferzones (BF1 en BF2), die vrijwel een aparte werking hebben. De eerste bufferzone vormt een eerste buffervolume. Deel van het water van de eerste bufferzone BFI kan via de bodem van de eerste bufferzone in de grond infiltreren op controle wijze, terwijl zodra het waterpeil in de eerste bufferzone BF1 boven een uitlooppeil (P1) ligt, water van de eerste bufferzone in de tweede bufferzone BF2 vloeit, via een uitloopopening (21).The water tank of Fig | has two separate buffer zones (BF1 and BF2), which operate almost separately. The first buffer zone forms a first buffer volume. Part of the water from the first buffer zone BFI can infiltrate into the soil through the bottom of the first buffer zone in a controlled manner, while as soon as the water level in the first buffer zone BF1 is above an outlet level (P1), water from the first buffer zone enters the second buffer zone BF2 flows through an outlet opening (21).

Water van de tweede bufferzone vloeit op een controle wijze buiten de tweede bufferzone (BF2) via een doorgang systeem (16), naar een beek of gracht.Water from the second buffer zone flows in a controlled manner outside the second buffer zone (BF2) via a passage system (16), to a stream or ditch.

Door het gebruik van de watertank van Fig I, kan een grote watervolume gebufferd worden, en kan eventueel gepompd worden, bijvoorbeeld om water aan de tuin te geven.By using the water tank of Fig I, a large volume of water can be buffered and pumped if necessary, for example to water the garden.

Water van de eerste bufferzone BF1 wordt eerst gebruikt om water in de grond (naast de tank) te laten infiltreren, wat voordelig is om een minimale grondvocht te behouden. In geval van regen, is dan ook de infiltratie van regenwater verbeterd, ten opzichte van de infiltratie van regenwater in een droge grondlaag.Water from the first buffer zone BF1 is first used to infiltrate water into the soil (next to the tank), which is beneficial to maintain minimal soil moisture. In case of rain, the infiltration of rainwater is therefore improved, compared to the infiltration of rainwater in a dry soil layer.

Water van de tweede bufferzone (BF2) (dat ook gepompd kan worden om water te geven aan planten) vloeit op controle wijze naar een gracht of beek, wat voordelig is voor het leven van dieren in de gracht/beek en voor de planten die langs de bodem van de gracht of beek groeien. De aanwezigheid van die planten is dan ook voordelig voor de waterinfiltratie langs de bodem van de gracht en beek.Water from the second buffer zone (BF2) (which can also be pumped to water plants) flows in a controlled manner to a canal or stream, which is beneficial for the life of animals in the canal/stream and for the plants along it. grow at the bottom of the canal or stream. The presence of these plants is therefore beneficial for water infiltration along the bottom of the canal and stream.

In de omgeving van de watertank volgens de uitvinding, is de regenwaterinfiltratie in de omgeving van de watertank verhoogd, wat voordelig is voor de aanpalende tuinplanten gedurende lange droogperiode, en wat ook voordelig is voor het behouden van een minimale grondwaterpeil in de omgeving van de watertank.In the vicinity of the water tank according to the invention, the rainwater infiltration in the vicinity of the water tank is increased, which is advantageous for the adjacent garden plants during a long drying period, and which is also advantageous for maintaining a minimum groundwater level in the vicinity of the water tank .

De watertank volgens Fig 1 heeft de volgende kenmerken: Het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) bezit een waterdoorlatendheid van 1 liter/m?/s tot en met 10 liter/m?/s, bij voorkeur van 2 liter/m?/s tot en met 8 liter/m?2/s, liefst tussen 3 en 6 liter/m?/s, waarbij die waterdoorlatendheid gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BFI) met water tot het eerste uitlooppeil (P1) met een lege opvangkamer (LO - zie Figuur 3) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de opvangkamer (LO).The water tank according to Fig. 1 has the following characteristics: The second water-permeable porous concrete part (13) has a water permeability of 1 litre/m 2 /s to 10 litres/m 2 /s, preferably 2 litres/m 2 /s s to 8 litres/m2/s, preferably between 3 and 6 litres/m2/s, where the water permeability is measured by filling the first buffer zone (BFI) with water up to the first outlet level (P1) with an empty collection chamber (LO - see Figure 3) under the second part (13), and then by determining the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the collection chamber (LO).

De totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) is groter dan de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte (16A) van het doorgangsysteem (16), waarbij de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BFI) gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BF1) met water tot het eerste uitlooppeil (21 - P1) met een lege onderopvangkamer (LO) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de onderopvangkamer (LO), terwijl de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) gemeten wordt door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).The total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is greater than the total water permeability of the passage system (16) and the upper part (16A) of the passage system (16), whereby the total water permeability of the second part (13) of the first buffer zone (BFI) is measured by filling the first buffer zone (BF1) with water up to the first outlet level (21 - P1) with an empty sub-collection chamber (LO) under the second part (13 ), and then by determining the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the sub-collection chamber (LO), while measuring the total water permeability of the passage system (16) by filling the second buffer zone ( BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water flowing through the passage system (16) made of porous concrete and the upper The portion (16A) flows through in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16).

De totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) is tussen 5 en 10 keer groter dan de totale waterdoorlantendheid van het doorgangsysteem (16).The total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is between 5 and 10 times greater than the total water permeability of the passage system (16).

Het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) vormt een uitsteeksel (13U) ten opzichte van het bovenopppervlak (12A) van het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI).The second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) forms a projection (13U) with respect to the top surface (12A) of the first part (12) of the bottom of the first buffer zone (BFI).

Het uitsteeksel (13U) bezit een langwerpige vorm met een vrijwel horizontale as (13X) en met een trapezoïdale doorsnede in een vlak dat loodrecht is ten opzichte van de vrijwel horizontale as (13X).The projection (13U) has an elongated shape with a substantially horizontal axis (13X) and with a trapezoidal cross-section in a plane perpendicular to the substantially horizontal axis (13X).

Ten opzichte van een horizontaal vlak voor het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI), bezit het uitsteeksel (13U) twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) en een vrijwel horizontaal bovenoppervlak (13A) dat zich tussen de bovenste randen (13H,13]) van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G), waarbij de helling van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) zodanig is dat langs een ten opzichte van de vrijwel horizontale as loodrechte verticale doorsnede, de breedte (B1) van de trapezoidale doorsnede langs het vrijwel horizontaal oppervlak (13A) van het uitsteeksel (13U) kleiner is dan de breedte (B2) van de trapezoidale doorsnede langs het horizontale vlak van het bovenoppervlak (12A) van het eerste deel (12).Relative to a horizontal plane in front of the first part (12) of the bottom of the first buffer zone (BFI), the protrusion (13U) has two inclined side surfaces (13F,13G) and a substantially horizontal upper surface (13A) located between the upper edges (13H,13]) of the two inclined side surfaces (13F,13G), the inclination of the two inclined side surfaces (13F,13G) being such that along a vertical section perpendicular to the substantially horizontal axis, the width (B1) of the trapezoidal section along the substantially horizontal surface (13A) of the projection (13U) is less than the width (B2) of the trapezoidal section along the horizontal plane of the upper surface (12A) of the first part (12) .

Het doorgangsysteem (16) bevat een pijp (18) die in verbinding is met de binnenkamer (17) en die door een buitenwand (11d) van de watertank (WT) loopt, waardoor water van de binnen kamer (17) buiten de watertank (WT) kan vloeien.The passage system (16) includes a pipe (18) communicating with the inner chamber (17) and passing through an outer wall (11d) of the water tank (WT), forcing water from the inner chamber (17) outside the water tank ( WT) can flow.

Onder het uitsteeksel 13U bevat het tweede deel (3) een poreus gedeelte 13Z in de bodem 10. De watertank is voorzien van een verplaatsbare deksel (50) met een eerste mangat (51) voor de eerste bufferzone (BFI) en een tweede mangat (52) voor de tweede bufferzone (BF2). Werkingsstappen van de watertank van Fig 2 zijn de volgende : Fig 6A : vloeien van regenwater W1 door het inlaatsysteem 2 in de eerste bufferzone BFI, en gedeeltelijke afvoer ervan (W2) door het poreuse deelBelow the projection 13U, the second part (3) contains a porous portion 13Z in the bottom 10. The water tank is provided with a movable cover (50) with a first manhole (51) for the first buffer zone (BFI) and a second manhole ( 52) for the second buffer zone (BF2). Operational steps of the water tank of Fig 2 are as follows: Fig 6A : flow of rainwater W1 through the inlet system 2 into the first buffer zone BFI, and its partial drainage (W2) through the porous part

13 (om water te laten infiltreren in de grondlaag onder de tank). Het waterpeil in de eerste bufferzone BFI stijgt tot het uitlooppeil PI. (zie Fig 6B) Als er bijkomende regenwater in de eerste bufferzone BF1 vloeit, vloeit een deel ervan (W4) door de uitloopopening 21 in de tweede bufferzone BF2. (zie Fig 6C).13 (to allow water to infiltrate into the soil layer under the tank). The water level in the first buffer zone BFI rises to the outlet level PI. (see Fig 6B) If additional rainwater flows into the first buffer zone BF1, part of it (W4) flows through the outlet opening 21 into the second buffer zone BF2. (see Fig 6C).

Door het vloeien van bijkomende regenwater in BFI, stijgt dan ook het waterpeil in de tweede bufferzone BF2. Een deel van het water (W3) van de tweede bufferzone is afgevoerd via het waterafvoer remsysteem (15) naar een beek. (Fig 6D) Het waterpeil kan stijgen in de tweede bufferzone BF2 tot de uitloopopening 3. Deel van het ragenwater (W5) kan dan uitlopen via de opening (3) naar de beek (Zie Figuur 6E).Due to the flow of additional rainwater into BFI, the water level in the second buffer zone BF2 also rises. Part of the water (W3) of the second buffer zone was drained via the water discharge braking system (15) to a stream. (Fig 6D) The water level can rise in the second buffer zone BF2 up to the outlet opening 3. Part of the ragenwater (W5) can then flow out via the opening (3) to the stream (See Figure 6E).

Zodra het vloeien van verse regenwater (WI) in de eerste bufferzone BF1 gestopt wordt, vloeit geen water meer door de uitloopopening 21 en door de uitloopopening 3. Water wordt dan gebufferd in de bufferzones BF1 en BF2 en kan gepompd worden voor verschillende doeleinden, zoals water geven aan planten, gebruik van water voor WC, wasmachine, enz.As soon as the flow of fresh rainwater (WI) is stopped in the first buffer zone BF1, water no longer flows through the outlet opening 21 and through the outlet opening 3. Water is then buffered in the buffer zones BF1 and BF2 and can be pumped for various purposes, such as watering plants, using water for toilet, washing machine, etc.

Het waterpeil in de bufferzones zal ook langzaam dalen, via grond infiltratie W2 (via het poreuse element 13) en via waterafvoer W3 naar de beek (via het doorgangsysteem 16).The water level in the buffer zones will also slowly drop, via soil infiltration W2 (via the porous element 13) and via water discharge W3 to the stream (via the passage system 16).

De tank volgens de uitvinding kan op een effectieve wijze de afvoer van regenwater afremmen, wat voordelig is om overstromingsproblemen te verhelpen. Gedurende droge periode, kan water van beide bufferzones BF1,BF2 afgevoerd worden, waardoor het waterpeil in die bufferzone langzaam kan zakken. Een vrij buffervolume om toekomstige regenwater (bv storm regenwater) op te vangen wordt op die manier gevormd. (Fig 6F) Fig 7 een aanzicht in doorsnede van een tweede uitvoeringsvorm die gelijkaardig is aan de uitvoeringsvorm van Fig | en 2. In de tweede uitvoeringsvorm, bezit de eerste tussenwand (20) een waterdoorlatend deel (20D) dat ten minste gedeeltelijk uit waterdoorlatend beton vervaardigd wordt, waarbij water kan vloeien tussen de eerste bufferzone (BFI) en de tweede bufferzone (BF2) door dit waterdoorlatende deel (20D) van de tussenwand (20), waarbij dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) ten minste gedeeltelijk onder het tweede uitlooppeil (P2) ligt (bijvoorbeeld op een peil dat hoger is dan het peil van het bovenoppervlak 13A van het waterdoorlatende deel 13 van de eerste bufferzone BFI).The tank according to the invention can effectively slow down the discharge of rainwater, which is advantageous for solving flooding problems. During a dry period, water can be drained from both buffer zones BF1,BF2, so that the water level in that buffer zone can slowly drop. A free buffer volume to collect future rainwater (eg storm rainwater) is formed in this way. (Fig 6F) Fig 7 shows a sectional view of a second embodiment similar to the embodiment of Fig | and 2. In the second embodiment, the first partition (20) has a water-permeable part (20D) at least partly made of water-permeable concrete, whereby water can flow between the first buffer zone (BFI) and the second buffer zone (BF2) through this water-permeable part (20D) of the partition (20), wherein this water-permeable part (20D) of the first partition (20) is at least partially below the second outlet level (P2) (for example at a level higher than the level of the upper surface 13A of the water-permeable portion 13 of the first buffer zone BFI).

Dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) bezit een totale waterdoorlatendheid die tussen de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) en de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BF1).This water-permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) has a total water permeability that is between the total water permeability of the passage system (16) and the total water permeability of the second part (13) of the first buffer zone (BF1).

De totale waterdoorlatendheid van het waterdoorlatend deel (20D) van de eerste tussenwand (20) wordt gemeten na het afdichten van het doorgangsysteem (16) en het invullen van de tweede bufferzone (BF2) tot het tweede uitlooppeil (P2), met een lege eerste bufferzone (BFI), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tussenwand (20) vloeit in 30 seconden van de tweede bufferzone (BF2) naar de eerste bufferzone (BFI).The total water permeability of the water-permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) is measured after sealing the passage system (16) and filling in the second buffer zone (BF2) to the second outlet level (P2), with an empty first buffer zone (BFI), and then by determining the amount of water flowing through the partition (20) in 30 seconds from the second buffer zone (BF2) to the first buffer zone (BFI).

In die tweede uitvoeringsvorm, vloeit water van de eerste bufferzone (BFI) gedeeltelijk door het waterdoorlatende deel van de tussenwand (20) bij een waterpeil onder het waterpeil P1 van de uitloopopening 21.In the second embodiment, water from the first buffer zone (BFI) partially flows through the water-permeable part of the intermediate wall (20) at a water level below the water level P1 of the outlet opening 21.

Fig 9 is een bovenaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding die gelijkaardig is aan de uitvoeringsvorm van Fig 1 en van Fig 7.Fig 9 is a plan view of a third embodiment of a water tank according to the invention which is similar to the embodiment of Fig 1 and Fig 7.

In die derde uitvoeringsvorm bezit de watertank (WT) een tweede tussenwand (30) om in de watertank (WT) een bezinkingzone (BZ) te definieren, waarbij de watertank (WT) een inlaat (31) bezit om het vervuilde water of het regenwater te laten vloeien in de bezinkingzone (BZ), waarbij de tweede tussenwand (30) een overloopsysteem (32) bezit die het inlaatsysteem (2) vormt voor de eerste bufferzone (BF1).In the third embodiment, the water tank (WT) has a second intermediate wall (30) to define a settling zone (BZ) in the water tank (WT), the water tank (WT) having an inlet (31) to receive the polluted water or the rainwater. to flow into the settling zone (BZ), the second intermediate wall (30) having an overflow system (32) which forms the inlet system (2) for the first buffer zone (BF1).

De bezinkingzone (BZ) bevat een soepele waterdoorlatend filtercontainer (40), die uitneembaar gemonteerd is in de bezinkingzone (BZ).The settling zone (BZ) contains a flexible water-permeable filter container (40), which is removably mounted in the settling zone (BZ).

De soepele waterdoorlatend filtercontainer (40) bezit een bodem (40B) en ten minste een zijwand (40C) met een vrije bovenrand (40D) bezit, waarbij de zijwand een bovendeel (40C1) bevat langs de bovenrand (40D), waarbij dit bovendeel (40C1) van de ten minste een zijwand (40C) een waterdoolatendheid bezit die groter is dan de waterdoolantendheid van de bodem (40B) en van een onderdeel (40C2) van de ten minste een zijwand (40C) dat naast de bodem (40B) gelegen is.The flexible water-permeable filter container (40) has a bottom (40B) and at least one side wall (40C) with a free top edge (40D), the side wall including an upper portion (40C1) along the upper edge (40D), said upper portion (40D). 40C1) of the at least one side wall (40C) has a water permeability greater than the water permeability of the bottom (40B) and of a part (40C2) of the at least one side wall (40C) adjacent to the bottom (40B) is.

De bovenrand 40D van de ten minste een zijwand van de filtercontainer ligt op een peil (P3) dat hoger is dan het inlaatpeil (PO).The top edge 40D of the at least one side wall of the filter container is at a level (P3) higher than the inlet level (P0).

De bezinkingszone BZ vormt een derde bufferzone voor de watertank. De filtercontainer 40 kan voorzien zijn van van een deksel of vlotter 40F om te vermijden dat vloeistoffen of deeltjes met een dichtheid van minder dan Ikg/liter kan vloeien boven de bovenrand 40D van de container. De container kan steunen op een rooster 41, zodat de bodem 40B van de container 40 verwijderd is van de bodem 10 van de tank.The settling zone BZ forms a third buffer zone for the water tank. The filter container 40 may be provided with a lid or float 40F to prevent liquids or particles with a density of less than 1 kg/liter from flowing above the top edge 40D of the container. The container may rest on a grid 41 so that the bottom 40B of the container 40 is spaced from the bottom 10 of the tank.

De uitvinding heeft ook betrekking op een waterinstallatie die bevat (a) een watertank volgens de uitvinding, en (b) bezinkingstank die voorzien is van een inlaat (60) om water op te vangen en een uitlooppijp (61) om water van de bezinkingstank te laten uitlopen in de eerste buffer zone (BFI) van de watertank via het inlaatsysteem (2).The invention also relates to a water installation comprising (a) a water tank according to the invention, and (b) settling tank provided with an inlet (60) to collect water and an outlet pipe (61) to remove water from the settling tank. discharge into the first buffer zone (BFI) of the water tank via the inlet system (2).

De uitvinding heeft nog betrekking op het gebruik van een watertank volgens de uitvinding langs een waterbeek of rioolering of gracht of rivier, om vervuild water of regenwater te bufferen alvorens dit water gedeeltelijk naar de waterbeek of rioolering of gracht of rivier gevoerd wordt, waarbij water in de eerste bufferzone (BFI) opgevangen wordt, alvorens gedeeltelijk naar de tweede bufferzone te vloeien, waarbij water van de eerste bufferzone (BFI) via het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) van de bodem (10) kan vloeien in de grondlaag onder de bodem van de watertank, terwijl water dat in de tweede bufferzone (BF2) vloeit gedraineerd wordt via het doorgangsysteem (16) in de waterbeek of rioolering of gracht of rivier.The invention also relates to the use of a water tank according to the invention along a water stream or sewage system or canal or river, in order to buffer polluted water or rainwater before this water is partially fed to the water stream or sewage system or canal or river, whereby water is the first buffer zone (BFI) is collected before partially flowing to the second buffer zone, whereby water from the first buffer zone (BFI) can flow via the second water-permeable porous concrete part (13) of the bottom (10) into the soil layer under the bottom of the water tank, while water flowing into the second buffer zone (BF2) is drained through the passage system (16) into the water stream or sewerage or canal or river.

In de derde uitvoeringsvorm, bevat het waterdoorlaatbaar filteringssysteem (40) ten minste: - een ten minste gedeeltelijk soepele waterdoorlaatbare container (40) die uitneembaar gemonteerd is in de kuip (1), waarbij die container (40) ten minste een bovenopening (400) bevat, alsook een ten minste gedeeltelijk waterdoorlaatbare bodem (40B) en een ten minste gedeeltelijk waterdoorlaatbare zijwand (40C) om een binnenvolume (BV) te definiëren voor het opvangen van vaste deeltjes (D) met een grootte van Imm of meer, waarbij de waterdoorlaatbaarheid van de ten minste gedeeltelijk waterdoorlaatbare bodem (40B) en van de ten minste gedeeltelijk waterdoorlaatbare zijwand (40C) aangepast is om het doorgaan van vaste deeltjes (D) met een grootte van Imm of meer te verhinderen.In the third embodiment, the water-permeable filtration system (40) comprises at least: - an at least partially flexible water-permeable container (40) removably mounted in the tub (1), said container (40) having at least one top opening (400) as well as an at least partially water-permeable bottom (40B) and an at least partially water-permeable side wall (40C) to define an interior volume (BV) for collecting solid particles (D) with a size of Imm or more, where the water permeability of the at least partially water-permeable bottom (40B) and of the at least partially water-permeable side wall (40C) is adapted to prevent the passage of solid particles (D) having a size of Imm or more.

De kuip (1) van de watertank volgens de uitvinding is van een draagsysteem (80) voorzien voor de ten minste gedeeltelijk soepele waterdoorlaatbare container (40), waardoor de bodem (40B) van de ten minste gedeeltelijk soepele waterdoorlaatbare container (40) verwijderd is van de bodem (90) van de bezinkingzone BZ, om een vrije zone (50) te vormen tussen de bodem (10) van de bezinkingzone en de bodem (40B) van de ten minste gedeeltelijk soepele waterdoorlaatbare container (40) om ten minste een deel van het gefilterd water (WF) op te vangen. Het draagsysteem van de container 40 bevat bijvoorbeeld een steunrooster 41 en steunpoten 42.The tub (1) of the water tank according to the invention is provided with a support system (80) for the at least partially flexible water-permeable container (40), whereby the bottom (40B) of the at least partially flexible water-permeable container (40) is removed. of the bottom (90) of the settling zone BZ, to form a clearance zone (50) between the bottom (10) of the settling zone and the bottom (40B) of the at least partially flexible water-permeable container (40) to provide at least one part of the filtered water (WF). The support system of the container 40 includes, for example, a support grid 41 and support legs 42.

De watertank volgens de derde uitoeringsvorm is eenvoudig ontworpen, zodat het gebruik ervan eenvoudig is, en zodat de kunststofdeeltjes ook gemakkelijk verwijderd kunnen worden in een verplaatsbare container, zonder verliesrisico van kunststofdeeltjes die in de container opgevangen worden.The water tank according to the third embodiment is simply designed, so that its use is simple, and so that the plastic particles can also be easily removed in a movable container, without the risk of loss of plastic particles collected in the container.

De watertank (WT) is met een deksel (50) (bv. Betonnen deksel) voorzien dat voorzien is van ten minste een mangat (53) waarvan de grootte aangepast is om het verticaal opheffen van de ten minste gedeeltelijk soepele waterdoorlaatbare container (40) van buiten de kuip toe te laten. Men kan op die manier een container (40) met afvaldeeltjes (D) eenvoudige vervangen door een lege container. Er is dus geen tijdverlies in het waterbehandeling.The water tank (WT) is provided with a cover (50) (e.g. concrete cover) provided with at least one manhole (53) the size of which is adapted to allow the vertical lifting of the at least partially flexible water-permeable container (40) from outside the cockpit. In this way, a container (40) with waste particles (D) can simply be replaced by an empty container. So there is no loss of time in water treatment.

De ten minste gedeeltelijk soepel waterdoorlaatbare container (40) 1s bijvoorbeeld een zak (bag), zoals een zandzak of een "big bag" van Im? of meer (bijvoorbeeld een zak die normaal bestemd is om zand te vervoeren), waarvan het binnenvolume (BV) een vrijwel vierkante doorsnede bezit.The at least partially flexible water-permeable container (40) is, for example, a bag, such as a sandbag or a "big bag" from Im? or more (e.g. a bag normally intended to carry sand), the internal volume (BV) of which has a substantially square cross-section.

De zak of "big bag" (40) bezit een vrijwel vierkante bovenopening (400), waarbij de bovenopening (400) geassocieerd wordt met ten minste twee banden, waarbij elke band zich uitstrekt tussen twee hoeken van de vrijwel vierkante opening (400). Elk band kan dus een verbinding verwezenlijken tussen twee hoeken van de bovenopening 400.The bag or "big bag" (40) has a substantially square top opening (400), the top opening (400) being associated with at least two bands, each band extending between two corners of the substantially square opening (400). Each band can thus establish a connection between two corners of the top opening 400.

De water tank (WT) kan aangelegd worden in grachten en beken om de waterstroom in grachten en beken te controleren, terwijl de doorgang van voertuigen, mensen en fietsen op de deksel van de water tank mogelijk zijn.The water tank (WT) can be installed in canals and streams to control the water flow in canals and streams, while allowing the passage of vehicles, people and bicycles on the lid of the water tank.

Claims (18)

ConclusiesConclusions 1. Watertank (WT) die geschikt is om ten minste gedeeltelijk in de grond aangelegd te worden, en die ten minste geschikt is voor het behandelen en/of bufferen van vervuild water of regenwater (WI) dat vrijwel vrij is van vaste deeltjes met een dichtheid groter dan 1,1 kg/liter, waarbij de watertank (WT) ten minste voorzien is van: - een kuip (1) met een bodem (10) die bestemd is in contact te zijn met een grondlaag, en met ten minste een zijwand (11a, 11b, llc, 11d) die bestemd is ten minste gedeeltelijk in contact te zijn met een grondlaag, - een eerste tussenwand (20) die de watertank (WT) verdeeld ten minste in een eerste bufferzone (BFI) met een eerste water buffervolume van ten minste 500 liters, en in een tweede bufferzone (BF2) met een tweede water buffervolume van ten minste 500 liters, waarbij de eerste bufferzone (BFI) voorzien is van een inlaatsysteem (2) waardoor het vervuilde water of regenwater in die eerste bufferzone (BFI) kan vloeien boven een minimaal inlaatpeil (PO), waarbij de eerste tussenwand (20) voorzien is van een eerste uitloopsysteem (21) waardoor water van de eerste bufferzone (BF1) naar de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het uitloopsysteem (21) op een eerste uitloopspeil (P1) gelegen is onder het inlaatpeil (PO) van de eerste bufferzone (BF1), waarbij de tweede bufferzone (BF2) voorzien is van een tweede uitloopsysteem (3) waardoor water van de tweede bufferzone (BF2) buiten de tweede bufferzone (BF2) kan vloeien, waarbij het tweede uitloopsysteem (3) op een tweede uitloopspeil (P2) gelegen 1s, dat onder het eerste uitloopspeil (P1) gelegen is, waarbij de bodem (10) van de watertank (WT) die gelegen is in de eerste bufferzone (BFI) verdeeld wordt a) in een eerste niet waterdoorlaatbaar betonnen deel (12) met een eerste niet poreuze betonnen bovenoppervlak (12A) dat gericht is naar de eerste bufferzone (BFI), waarbij water van de eerste bufferzone (BFI) niet kan vloeien door het eerste niet waterdoorlaatbaar betonnen deel (12) naar de grond, en b) in een tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) dat geschikt is voor het vloeien van water van de eerste bufferzone (BF1) naar de grond, waarbij het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) een poreuze betonnen bovenzijde (13A) bezit die gericht is naar de eerste bufferzone (BFI) en die ten minste 10cm boven het eerste betonnen niet poreuze bovenoppervlak (12) gelegen is, waarbij het poreuze betonnen bovenzijde (13A) van het tweede deel (13) een naar de eerste buffervolume gerichte oppervlakte bezit van ten minste 200cm?2, waarbij de tweede bufferzone (BF2) voorzien is langs zijn bodem van een waterafvoer remsysteem (15) dat omvat en/of voorzien is van een ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) dat een binnenkamer (17) definieert om water van de tweede bufferzone (BF2) op te vangen, waarbij het doorgangsysteem (16) een uitloopsysteem of middel (18) omvat voor het afvoeren van water dat in de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16) vloeit, waarbij het ten minste uit poreus beton vervaardigd doorgangsysteem (16) een uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) omvat met een poreus beton bovenoppervlak van minstens 100cm? dat minstens 100cm (H) onder het tweede uiloopspeil (P2) gelegen 1s, waarbij ten minste het uit poreus beton vervaardigd bovenste gedeelte (16A) van het doorgangsysteem (16) uit een verharde poreus waterdraineerend beton vervaardigd is dat vervaardigd wordt door het laten verharden van een mengsel van minstens cement, aggregaten met een deeltjesgrootte van 6mm t/m 14mm, en water om een openporiënvolume van 8 t/m 12% te bekomen in het verharde poreus waterdrainerend beton, waarbij het verharde poreus waterdrainerend beton een waterdoorlatendheid bezit van 0,05 liter/m?/s tot en met 5 liter/m?/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m?/s tot en met 3 liter/m?/s, liefst tussen 1,1 en 1 liter/m?/s, waarbij die waterdoorlatendheid gemeten wordt door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte ervan (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).1. Water tank (WT) that is suitable to be installed at least partly in the ground, and that is at least suitable for treating and/or buffering polluted water or rainwater (WI) that is virtually free of solid particles with a density greater than 1.1 kg/litre, whereby the water tank (WT) is at least provided with: - a tub (1) with a bottom (10) intended to be in contact with a layer of soil, and with at least a side wall (11a, 11b, 11c, 11d) intended to be at least partially in contact with a soil layer, - a first intermediate wall (20) dividing the water tank (WT) at least into a first buffer zone (BFI) with a first water buffer volume of at least 500 litres, and in a second buffer zone (BF2) with a second water buffer volume of at least 500 litres, the first buffer zone (BFI) being fitted with an inlet system (2) through which the polluted water or rainwater in that first buffer zone (BFI) can flow above a minimum inlet level (PO), wherein the first partition (20) is provided with a first outlet system (21) through which water can flow from the first buffer zone (BF1) to the second buffer zone (BF2), wherein the outlet system (21) is located at a first outlet level (P1) below the inlet level (PO) of the first buffer zone (BF1), the second buffer zone (BF2) being provided with a second outlet system (3) through which water from the second buffer zone (BF2) can flow outside the second buffer zone (BF2), whereby the second outlet system (3) located at a second outlet level (P2) 1s, which is below the first outlet level (P1), the bottom (10) of the water tank (WT) located in the first buffer zone (BFI) being divided is a) in a first impermeable concrete part (12) with a first non-porous concrete top surface (12A) facing the first buffer zone (BFI), where water from the first buffer zone (BFI) cannot flow through the first non water-permeable concrete part (12 ) to the ground, and b) in a second water-permeable porous concrete part (13) suitable for the flow of water from the first buffer zone (BF1) to the ground, the second water-permeable porous concrete part (13) being a porous concrete top (13A) facing the first buffer zone (BFI) and located at least 10cm above the first concrete non-porous top surface (12), the porous concrete top (13A) of the second part (13) having a forward the first buffer volume-oriented surface has at least 200cm?2, the second buffer zone (BF2) being provided along its bottom with a water drainage braking system (15) which comprises and/or is provided with a passage system (16) at least made of porous concrete ) defining an inner chamber (17) to receive water from the second buffer zone (BF2), the passageway system (16) comprising an outflow system or means (18) for draining water that has entered the inner chamber (17) of the passageway g system (16) flows, wherein the at least porous concrete passage system (16) comprises an upper part (16A) made of porous concrete with a porous concrete top surface of at least 100 cm? that is located at least 100cm (H) below the second outlet level (P2), whereby at least the upper part (16A) of the passage system (16) made of porous concrete is made of a hardened porous water-draining concrete that is made by allowing it to harden of a mixture of at least cement, aggregates with a particle size of 6mm to 14mm, and water to obtain an open pore volume of 8 to 12% in the hardened porous water-draining concrete, whereby the hardened porous water-draining concrete has a water permeability of 0 .05 litre/m2/s to 5 litre/m2/s, preferably from 0.1 litre/m2/s to 3 litre/m2/s, preferably between 1.1 and 1 liter /m?/s, where said water permeability is measured by filling the second buffer zone (BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water passing through the passage system made of porous concrete (16) and its upper part (16A) flows through in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16). 2. Watertank volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) een waterdoorlatendheid bezit van 1 liter/m?/s tot en met 10 liter/m?/s, bij voorkeur van 2 liter/m?/ís tot en met 8 liter/m?/s, liefst tussen 3 en 6 liter/m?/s, waarbij die waterdoorlatendheid gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BF1) met water tot het eerste uitlooppeil (P1) met een lege opvangkamer (LO) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de opvangkamer (LO).Water tank according to claim 1, characterized in that the second water-permeable porous concrete part (13) has a water permeability of 1 litre/m 2 /s to 10 litres/m 2 /s, preferably 2 litres/m 2 /s. /is up to and including 8 litres/m?/s, preferably between 3 and 6 litres/m?/s, whereby the water permeability is measured by filling the first buffer zone (BF1) with water up to the first outlet level (P1) with an empty collection chamber (LO) under the second part (13), and then by determining the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the collection chamber (LO). 3. Watertank volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) groter is dan de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16), waarbij de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BF1) gemeten wordt door het vullen van de eerste bufferzone (BFI) met water tot het eerste uitlooppeil (21) met een lege onderopvangkamer (LO) onder het tweede deel (13), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het tweede deel (13) doorvloeit in 30 seconden binnen de onderopvangkamer (LO), terwijl de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) gemeten wordt door het vullen van de tweede bufferzone (BF2) met water tot het tweede uitlooppeil (P2) met een lege binnenkamer (17) voor het doorgangsysteem (16), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door het uit poreus beton vervaardigde doorgangsysteem (16) en het bovenste gedeelte ervan (16A) doorvloeit in 30 seconden binnen de binnenkamer (17) van het doorgangsysteem (16).Water tank according to claim 1 or 2, characterized in that the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is greater than the total water permeability of the passage system (16), the total water permeability of the second part (13) of the first buffer zone (BF1) is measured by filling the first buffer zone (BFI) with water up to the first outlet level (21) with an empty sub-collection chamber (LO) under the second part (13), and then by determining the amount of water flowing through the second part (13) in 30 seconds within the sub-collection chamber (LO), while measuring the total water permeability of the passage system (16) by filling the second buffer zone (BF2) with water up to the second outlet level (P2) with an empty inner chamber (17) for the passage system (16), and then by determining the amount of water flowing through the passage system (16) made of porous concrete and the upper part part of it (16A) flows in 30 seconds within the inner chamber (17) of the passage system (16). 4. Watertank volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) ten minste twee keer groter is dan de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16).Water tank according to claim 3, characterized in that the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is at least two times greater than the total water permeability of the passage system (16). 5. Watertank volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) tussen 3 en 10 keer groter is dan de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16).Water tank according to claim 4, characterized in that the total water permeability of the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) is between 3 and 10 times greater than the total water permeability of the passage system (16). 6. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het tweede deel (13) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI) een uitsteeksel (13U) vormt ten opzichte van het bovenoppervlak (12A) van het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI).Water tank according to any one of the preceding claims, characterized in that the second part (13) of the bottom of the first buffer zone (BFI) forms a protrusion (13U) with respect to the top surface (12A) of the first part (12) from the bottom of the first buffer zone (BFI). 7. Watertank volgens conclusie 6, met het kenmerk dat het uitsteeksel (13U) een langwerpige vorm bezit met een vrijwel horizontale as (13X) en met een rechthoekige of trapezoide doorsnede in een vlak dat loodrecht is ten opzichte van de vrijwel horizontale as (13X).Water tank according to claim 6, characterized in that the projection (13U) has an elongated shape with an almost horizontal axis (13X) and a rectangular or trapezoidal cross-section in a plane perpendicular to the almost horizontal axis (13X). ). 8. Watertank volgens conclusie 7, met het kenmerk dat het uitsteeksel (13U) een trapezoide doorsnede bezit in een vlak dat loodrecht is ten opzichte van de vrijwel horizontale as (13X).Water tank according to claim 7, characterized in that the projection (13U) has a trapezoidal cross-section in a plane perpendicular to the substantially horizontal axis (13X). 9. Watertank volgens conclusie 8, met het kenmerk dat ten opzichte van een horizontaal vlak voor het eerste deel (12) van de bodem van de eerste bufferzone (BFI), het uitsteeksel (13U) twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) bezit en een vrijwel horizontaal bovenoppervlak (13A) dat zich tussen de bovenste randen (13H,13I) van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G), waarbij de helling van de twee hellende zijoppervlakken (13F,13G) zodanig is dat langs een ten opzichte van de vrijwel horizontale as loodrechte verticale doorsnede, de breedte (B1) van de trapezoïde doorsnede langs het vrijwel horizontaal oppervlak (13A) van het uitsteeksel (13U) kleiner is dan de breedte (B2) van de trapezoide doorsnede langs het horizontale vlak van het bovenoppervlak (12A) van het eerste deel (12).A water tank according to claim 8, characterized in that with respect to a horizontal plane in front of the first part (12) of the bottom of the first buffer zone (BFI), the projection (13U) has two inclined side surfaces (13F,13G) and a substantially horizontal upper surface (13A) located between the upper edges (13H,13I) of the two inclined side surfaces (13F,13G), the inclination of the two inclined side surfaces (13F,13G) being such that along a the nearly horizontal axis is perpendicular to the vertical section, the width (B1) of the trapezoidal section along the almost horizontal surface (13A) of the projection (13U) is less than the width (B2) of the trapezoidal section along the horizontal plane of the upper surface (12A) of the first part (12). 10. Watertank volgens één der conclusies 3-9, met het kenmerk dat de eerste tussenwand (20) een waterdoorlatend deel (20D) bezit dat ten minste gedeeltelijk uit waterdoorlatend beton vervaardigd wordt, waarbij water kan vloeien tussen de eerste bufferzone (BFI) en de tweede bufferzone (BF2) door dit waterdoorlatende deel (20D) van de tussenwand (20), waarbij dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) ten minste gedeeltelijk onder het tweede uitlooppeil (P2) ligt, waarbij dit waterdoorlatende deel (20D) van de eerste tussenwand (20) een totale waterdoorlatendheid bezit die tussen de totale waterdoorlatendheid van het doorgangsysteem (16) en de totale waterdoorlatendheid van het tweede deel (13) van de eerste bufferzone (BFI), waarbij de totale waterdoorlatendheid van het waterdoorlatend deel (20D) van de eerste tussenwand (20) gemeten wordt na het afdichten van het doorgangsysteem (16) en het invullen van de tweede bufferzone (BF2) tot het tweede uitlooppeil (P2), met een lege eerste bufferzone (BFI), en daarna door het bepalen van de hoeveelheid water die door de tussenwand (20) vloeit in 30 seconden van de tweede bufferzone (BF2) naar de eerste bufferzone (BF1).A water tank according to any one of claims 3-9, characterized in that the first intermediate wall (20) has a water-permeable part (20D) made at least partly from water-permeable concrete, whereby water can flow between the first buffer zone (BFI) and the second buffer zone (BF2) through this water-permeable part (20D) of the partition (20), wherein this water-permeable part (20D) of the first partition (20) is at least partially below the second outlet level (P2), wherein this water-permeable part (20D) of the first partition (20) has a total water permeability that is between the total water permeability of the passage system (16) and the total water permeability of the second part (13) of the first buffer zone (BFI), the total water permeability of the permeable part (20D) of the first intermediate wall (20) is measured after sealing the passage system (16) and filling in the second buffer zone (BF2) to the second outlet level (P2), with an empty first buffer zone (BFI), and then by determining the amount of water flowing through the partition (20) in 30 seconds from the second buffer zone (BF2) to the first buffer zone (BF1). 11. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het doorgangsysteem (16) een pijp (18) omvat die in verbinding is met de binnenkamer (17) en die door een buitenwand (11d) van de watertank (WT) loopt, waardoor water van de binnen kamer (17) buiten de watertank (WT) of buiten de tweede bufferzone kan vloeien.A water tank according to any one of the preceding claims, characterized in that the passage system (16) comprises a pipe (18) communicating with the inner chamber (17) and passing through an outer wall (11d) of the water tank (WT), allowing water from the inner chamber (17) to flow outside the water tank (WT) or outside the second buffer zone. 12. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de watertank (WT) een tweede tussenwand (30) bezit om in de watertank (WT) een bezinkingzone (BZ) te definiëren, waarbij de watertank (WT) een inlaat (31) bezit om het vervuilde water of het regenwater te laten vloeien in de bezinkingzone (BZ), waarbij de tweede tussenwand (30) een overloopsysteem (32) bezit die het inlaatsysteem (2) vormt voor de eerste bufferzone (BFI).Water tank according to any one of the preceding claims, characterized in that the water tank (WT) has a second intermediate wall (30) for defining a settling zone (BZ) in the water tank (WT), the water tank (WT) having an inlet (31 ) to allow the polluted water or rainwater to flow into the settling zone (BZ), the second partition (30) having an overflow system (32) which forms the inlet system (2) for the first buffer zone (BFI). 13. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de bezinkingzone (BZ) een soepele waterdoorlatende filtercontainer (40) omvat, die uitneembaar gemonteerd is in de bezinkingzone (BZ).Water tank according to the preceding claim, characterized in that the settling zone (BZ) comprises a flexible water-permeable filter container (40) which is removably mounted in the settling zone (BZ). 14. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de soepele waterdoorlatend filtercontainer (40) een bodem (40B) en ten minste een zijwand (40C) met een vrije bovenrand (40D) bezit, waarbij de zijwand (40C) een bovendeel (40C1) omvat langs de vrije bovenrand (40D), waarbij dit bovendeel (40C1) van de ten minste een zijwand (40C) een waterdoorlatendheid bezit die groter is dan de waterdoorlatendheid van de bodem (40B) en van een onderdeel (40C2) van de ten minste een zijwand (40C) dat naast de bodem (40B) gelegen is.Water tank according to the preceding claim, characterized in that the flexible water-permeable filter container (40) has a bottom (40B) and at least one side wall (40C) with a free upper edge (40D), the side wall (40C) having an upper part ( 40C1) along the free upper edge (40D), this upper part (40C1) of the at least one side wall (40C) having a water permeability greater than the water permeability of the bottom (40B) and of a part (40C2) of the at least one side wall (40C) adjacent to the bottom (40B). 15. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de vrije bovenrand (40D) van de ten minste een zijwand (40C) op een peil ligt dat hoger is dan het inlaatpeil (PO).Water tank according to the preceding claim, characterized in that the free upper edge (40D) of the at least one side wall (40C) is at a level higher than the inlet level (P0). 16. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de watertank voorzien is van een verplaatsbaar deksel (50) met ten minste een mangat (51,52,53).A water tank according to any one of the preceding claims, characterized in that the water tank is provided with a movable cover (50) with at least one manhole (51,52,53). 17. Waterinstallatie die omvat a) een watertank volgens één der voorgaande conclusies, en b) bezinkingstank (BZT) die voorzien is van een inlaat (60) om water op te vangen en een uitlooppijp (61) om water van de bezinkingstank (BZT) te laten uitlopen in de eerste buffer zone (BF1) van de watertank via het inlaatsysteem (2).A water installation comprising a) a water tank according to any one of the preceding claims, and b) settling tank (BZT) provided with an inlet (60) to collect water and an outlet pipe (61) to remove water from the settling tank (BZT) discharge into the first buffer zone (BF1) of the water tank via the inlet system (2). 18. Gebruik van een watertank volgens één der voorgaande conclusies 1 t/m 16 langs een waterbeek of riolering of gracht of rivier, om vervuild water of regenwater te bufferen alvorens dit water gedeeltelijk naar de waterbeek of riolering of gracht of rivier gevoerd wordt, waarbij water in de eerste bufferzone (BFI) opgevangen wordt, alvorens gedeeltelijk naar de tweede bufferzone te vloeien, waarbij water van de eerste bufferzone (BF1) via het tweede waterdoorlatend poreuze betonnen deel (13) van de bodem (12) kan vloeien in de grondlaag onder de bodem van de watertank, terwijl water dat in de tweede bufferzone (BF2) vloeit gedraineerd wordt via het doorgangsysteem (16) in de waterbeek of riolering of gracht of rivier.Use of a water tank according to any one of the preceding claims 1 to 16 along a water stream or sewage system or canal or river, to buffer polluted water or rainwater before this water is partially fed to the water stream or sewage system or canal or river, wherein water is collected in the first buffer zone (BFI) before partially flowing to the second buffer zone, whereby water from the first buffer zone (BF1) can flow into the soil layer via the second water-permeable porous concrete part (13) of the bottom (12) under the bottom of the water tank, while water flowing into the second buffer zone (BF2) is drained through the passage system (16) into the water stream or sewage system or ditch or river.
NL2029112A 2020-09-04 2021-09-02 Water tank, water installation and use of water tank NL2029112B1 (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20200097A BE1028583B1 (en) 2020-09-04 2020-09-04 water tank

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2029112A NL2029112A (en) 2022-05-04
NL2029112B1 true NL2029112B1 (en) 2022-09-08

Family

ID=72422005

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2029112A NL2029112B1 (en) 2020-09-04 2021-09-02 Water tank, water installation and use of water tank

Country Status (7)

Country Link
BE (1) BE1028583B1 (en)
DE (1) DE102021122297B4 (en)
ES (1) ES2898641B2 (en)
FR (1) FR3113912B1 (en)
GB (1) GB2600219B (en)
LU (1) LU500616B1 (en)
NL (1) NL2029112B1 (en)

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4338085C2 (en) 1993-03-06 1996-11-28 Mall Beton Gmbh Filter device for a shaft for receiving rainwater
AUPM294493A0 (en) 1993-12-14 1994-01-13 Urriola, Humberto Underground drainage system
DE9412053U1 (en) 1994-07-26 1994-10-06 Mall Beton GmbH, 78166 Donaueschingen Filter shaft for a rainwater storage tank
JP2945916B2 (en) * 1996-04-03 1999-09-06 株式会社豊栄 Water purification device
JP2002210863A (en) * 2001-01-19 2002-07-31 Motoharu Tamai Method for manufacturing composite cement cured body
JP4510325B2 (en) * 2001-05-18 2010-07-21 マテラス青梅工業株式会社 Rainwater infiltration facility with mud tank
DE10231241B4 (en) 2002-07-11 2017-12-14 Hydrocon Gmbh Cleaning system for contaminated with solid particles and solutes water
US8322540B2 (en) * 2005-01-26 2012-12-04 Royal Environmental Systems, Inc. Filter element for water loaded with solid particles and dissolved toxic substances and purification system equipped with said filter element
KR100720735B1 (en) * 2005-07-13 2007-05-22 우일산업개발주식회사 The rainwater manhole of water permeability type and the making method thereof
WO2007123342A1 (en) * 2006-04-20 2007-11-01 Korea Institute Of Constructuion Technology The linear infiltration system functioning as a storm sewer
KR100978075B1 (en) * 2010-02-04 2010-08-26 현대엔지니어링 주식회사 Apparatus and method for filtering first run-off rain
US8561633B2 (en) 2010-11-08 2013-10-22 Daniel M. Early Steel-reinforced HDPE rain harvesting system
KR101339455B1 (en) * 2012-07-04 2013-12-06 주식회사 헥코리아 Rainwater storage apparatus using multi separation
KR101419909B1 (en) * 2014-03-10 2014-07-16 주식회사 기성 Non-point source contaminant treatment apparatus using multistage precipitation and filtering type
EP3436177A4 (en) * 2016-03-31 2019-11-20 Frog Creek Partners, LLC Removable catch basin filter insert and lifting apparatus
BE1026473B1 (en) * 2018-06-28 2020-02-13 M H C N V Rainwater tank

Also Published As

Publication number Publication date
FR3113912A1 (en) 2022-03-11
ES2898641B2 (en) 2022-12-19
LU500616A1 (en) 2022-03-04
GB202112056D0 (en) 2021-10-06
DE102021122297A1 (en) 2022-03-10
LU500616B1 (en) 2022-07-05
DE102021122297B4 (en) 2023-05-04
FR3113912B1 (en) 2023-11-17
ES2898641R1 (en) 2022-05-17
BE1028583B1 (en) 2022-04-04
GB2600219A (en) 2022-04-27
NL2029112A (en) 2022-05-04
GB2600219B (en) 2023-12-27
BE1028583A1 (en) 2022-03-28
ES2898641A2 (en) 2022-03-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR101662758B1 (en) Retention and management system of rainwater for prevention of road flood, ground stability by maintenance of ground water level and reuse of rain water
JP4836038B2 (en) Road runoff control drainage works
KR101205223B1 (en) System for treating infiltration water
JP2006118265A (en) Permeable pipe for use in rainwater draining system, catch basin with permeable pipe, and draining system
KR102089235B1 (en) Multifunctional nonpoint pollution reduction structure
KR101510615B1 (en) Penetration type rainwater storage tank and construction method of the same
KR101089756B1 (en) Non-point source a contaminant purification system of first rain
KR100958295B1 (en) Non-point source a contaminant purification system of first rain
CN206769003U (en) Inlet for stom water assembly type purifies pollution cutting device
JP5083602B2 (en) Spill control street
NL2029112B1 (en) Water tank, water installation and use of water tank
BE1026383B1 (en) Rainwater tank
CN105064274B (en) Store the integrated box revetment of row
KR100429768B1 (en) a rivers the quality of water purgation equipment by a riverbed filtering and that method
KR100898839B1 (en) Apparatus for reducing rainwater outflow
KR101501925B1 (en) Street inlet having function of purifying non-point pollution
JPH0786247B2 (en) Multifunctional gutter
KR101055652B1 (en) Infiltration trench having natural water circulation and make better use of a space the use of effective materials
KR101674110B1 (en) Infiltration trench with surface pan for pretreatment
KR102638787B1 (en) system separating and purifying rainwater polluted by non point and construction method using the system
JP4174348B2 (en) Waterway block and waterway using the same
KR102654697B1 (en) Rainwater drain system capable of purifying non-point source pollutant
CN220747181U (en) Sponge urban seepage and drainage system
EP1001086A1 (en) Paving element and street provided with a series of such paving elements
KR102373103B1 (en) Water collection unit