NL2009155C2 - Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze. - Google Patents

Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze. Download PDF

Info

Publication number
NL2009155C2
NL2009155C2 NL2009155A NL2009155A NL2009155C2 NL 2009155 C2 NL2009155 C2 NL 2009155C2 NL 2009155 A NL2009155 A NL 2009155A NL 2009155 A NL2009155 A NL 2009155A NL 2009155 C2 NL2009155 C2 NL 2009155C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mold
venting channel
venting
way valve
channel
Prior art date
Application number
NL2009155A
Other languages
English (en)
Inventor
Antonie Bosch
Original Assignee
Bosch Sprang Beheer B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=47190072&utm_source=***_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL2009155(C2) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Bosch Sprang Beheer B V filed Critical Bosch Sprang Beheer B V
Priority to NL2009155A priority Critical patent/NL2009155C2/nl
Priority to DK13175182.8T priority patent/DK2682250T3/da
Priority to PL13175182T priority patent/PL2682250T3/pl
Priority to EP13175182.8A priority patent/EP2682250B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2009155C2 publication Critical patent/NL2009155C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C51/00Shaping by thermoforming, i.e. shaping sheets or sheet like preforms after heating, e.g. shaping sheets in matched moulds or by deep-drawing; Apparatus therefor
    • B29C51/26Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C51/30Moulds
    • B29C51/40Venting means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C2791/00Shaping characteristics in general
    • B29C2791/004Shaping under special conditions
    • B29C2791/006Using vacuum
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C51/00Shaping by thermoforming, i.e. shaping sheets or sheet like preforms after heating, e.g. shaping sheets in matched moulds or by deep-drawing; Apparatus therefor
    • B29C51/04Combined thermoforming and prestretching, e.g. biaxial stretching
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C51/00Shaping by thermoforming, i.e. shaping sheets or sheet like preforms after heating, e.g. shaping sheets in matched moulds or by deep-drawing; Apparatus therefor
    • B29C51/10Forming by pressure difference, e.g. vacuum
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C51/00Shaping by thermoforming, i.e. shaping sheets or sheet like preforms after heating, e.g. shaping sheets in matched moulds or by deep-drawing; Apparatus therefor
    • B29C51/26Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C51/265Auxiliary operations during the thermoforming operation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Moulds For Moulding Plastics Or The Like (AREA)
  • Blow-Moulding Or Thermoforming Of Plastics Or The Like (AREA)

Description

Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 matrijs met een verbeterde ontluchting. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een thermovorminrichting welke is voorzien van een dergelijke matrijs. Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vormen van een product gebruikmakende van 10 deze thermovorminrichting.
Thermovormen is een bekende techniek. Deze techniek maakt gebruik van het feit dat bij voldoende verwarming de vorm van thermoplastische materialen zoals polipropyleen (PP), polystyreen (PS) of polyetheen (PET), veranderd kan 15 worden.
Een verticale dwarsdoorsnede van een uitvoeringsvorm van een bekende thermovorminrichting is getoond in figuur 1. In deze figuur zijn een ondermatrijs 1 en bovenmatrijs 2 getoond. Bovenmatrijs 2 omvat een snijplaat 3 waarin een 20 Niederhalter 4 is opgenomen. Verder omvat bovenmatrijs 2 een voorstrekker 5 welke wordt gebruikt om het product te vormen zoals later zal worden beschreven.
Ondermatrijs 1 omvat een basisplaat 6 waaraan een koelhuis 7 is gekoppeld. Tevens omvat ondermatrijs 1 een 25 vormbus 8 en een vormbodem 9 welke samen de vorm van het te product definiëren in een zogenaamde vormholte.
Figuur 1 toont tevens een kunststof folie 10 welk tussen ondermatrijs 1 en bovenmatrijs 2 geklemd is. Deze klemming wordt voornamelijk bereikt door middel van de 30 Niederhalter 4.
Kunststof folie 10 is verwarmd waardoor het vervormbaar is. Voor het vormen van het product zal voorstrekker 5 2 neerwaarts bewegen. Tevens zal er door gaten 11 en 12 perslucht richting folie 10 gebracht worden.
Figuur 2 geeft de situatie weer waarin folie 10 is voorgevormd door de beweging van voorstrekker 5. Door de 5 perslucht zal folie 10 tegen vormbus 8 en vormbodem 9 aanliggen. Deze elementen bevinden zich op een aanzienlijk lagere temperatuur dan folie 10. Zo wordt bijvoorbeeld vormbus 8 gekoeld door koelhuis 7. Door het afkoelen zal folie 10 een vaste vorm aannemen.
10 Nadat het product gevormd is, zal voorstrekker 5 naar boven bewegen en zal de perslucht worden stopgezet. Aansluitend zal de ondermatrijs naar boven bewegen waardoor koelhuis 7 in snijplaat 3 beweegt terwijl Niederhalter 4 folie 10 blijft klemmen. Door deze onderlinge beweging van 15 koelhuis 7 in snijplaat 3 zal het product gescheiden worden van de rest van folie 10. Hierbij wordt opgemerkt dat de koelhuis 7 vervaardigd is uit hard materiaal om het snijden te bevorderen.
Een ondermatrijs omvat doorgaans een veelvoud van 20 vormbussen en vormbodems voor het gelijktijdig vormen van meerdere bij voorkeur identieke producten. Nadat deze producten gevormd zijn, wordt de ondermatrijs bewogen voor het afgeven van de producten.
Tijdens het vormen van het product is de ruimte in 25 vormbus 8 afgesloten aan de bovenzijde door de klemming van folie 10. Om te voorkomen dat folie 10 niet goed tegen vormbus 8 en vormbodem 9 gaat aanliggen vanwege de opgesloten lucht tussen deze elementen en folie 10 is ondermatrijs 1 voorzien van één of meerdere 30 ontluchtingskanalen 13 welke zijn weergegeven in figuur 3.
Ontluchtingskanalen 13 behorende bij meerdere vormholtes in ondermatrijs 1 zijn op elkaar aangesloten en verzorgen ontluchting tot buiten ondermatrijs 1.
3
Ontluchtingskanalen 13 omvatten een ruimte 14 en staan in verbinding met de vormholte door middel van nauwe spleten 15 tussen bijvoorbeeld vormbodem 9 en vormbus 8. In aanvulling hierop of in plaats daarvan kunnen vormbodem 9 en 5 vormbus 8 voorzien zijn van kleine gaatjes welke uitmonden in een breder kanaal. De afmeting van de gaatjes moet zodanig klein zijn dat hier geen kunststof in zal dringen.
Tijdens het aanbrengen van perslucht vanuit bovenmatrijs 2 zal de tussen de folie 10 en vormbus 8 en 10 vormbodem 9 opgesloten lucht via ontluchtingskanalen 13 ondermatrijs 1 verlaten. Na het stopzetten van de perslucht zal het gevormde product krimpen, waardoor het contact met de vormbus en vormbodem wordt verbroken. Dit heeft als nadeel dat de verdere koeling en dus productdefinitie 15 onregelmatig zal verlopen door het ontbreken van direct contact tussen folie 10 en vormbus 8 en vormbodem 9. Een verder nadeel is dat het product nadat het uit het resterende deel van folie 10 is gesneden tijdens verdere verwerking, zoals het kantelen van ondermatrijs 1, los kan 20 komen uit de ondermatrijs 1, wat negatieve gevolgen kan hebben voor verdere product verwerking.
Een oplossing voor deze problemen welke reeds bekend is uit de stand van de techniek is het toepassen van vacuüm. Hierbij worden ontluchtingskanalen 13 afgepompt dan wel 25 voorzien van sterke onderdruk. Door het drukverschil zal folie 10 tegen vormbus 8 en vormbodem 9 gedrukt worden waardoor bovenstaande problemen zich minder zullen voordoen.
Het is een algemene behoefte bij het thermovormen om producten sneller te kunnen produceren met kleinere 30 toleranties in productgeometrie spreiding. De huidige stand van de techniek kan maar in beperkte mate aan deze behoefte te voldoen.
4
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een matrijs te verschaffen welke aan bovenstaande behoefte kan voldoen.
Dit doel wordt bereikt door middel van een matrijs 5 volgens conclusie 1.
Volgens de onderhavige uitvinding omvat de matrijs een basisplaat met hierin opgenomen ten minste één vormbepalend element, zoals een vormbus en een vormbodem, voor het definiëren van een vormholte voor een uit een verwarmde 10 kunststof folie te vormen product, waarbij de matrijs is voorzien van een eerste ontluchtingskanaal welke uitmondt in de vormholte en welke is ingericht voor het afvoeren van lucht tussen de folie en het genoemde ten minste één vormbepalende element.
15 Volgens de uitvinding omvat de matrijs een tweede ontluchtingskanaal welke eveneens uitmondt op de vormholte en welke tot buiten de matrijs leidt, waarbij de luchtweerstand van het tweede ontluchtingskanaal aanzienlijk geringer is dan de luchtweerstand van het eerste 20 ontluchtingskanaal. Verder omvat de matrijs een één-richtingsklep bevestigd in of aan het tweede ontluchtingskanaal voor het begrenzen dan wel verhinderen van een luchtstroom vanaf een omgeving buiten de matrijs door het tweede ontluchtingskanaal richting de vormholte.
25 Doordat de luchtweerstand van het tweede ontluchtingskanaal aanzienlijk kleiner is dan de luchtweerstand van het eerste ontluchtingskanaal is dit kanaal zeer geschikt voor een snelle afvoer van lucht tussen folie en vormbepalend element. Hierdoor kan de folie sneller 30 en beter afkoelen waardoor variaties in productgeometrie zullen afnemen en waardoor de doorvoersnelheid van de thermovorminrichting kan worden verhoogd.
5
Echter, zoals eerder toegelicht is er tevens een vacuüm gewenst voor het in de matrijs klemmen of anderzijds vasthouden van het gevormde product. Dit verbetert ook de afkoeling doordat het product goed tegen het vormbepalende 5 element of elementen aan komt te liggen. Het vacuüm kan tevens als controlemiddel dienen om eventuele slecht of niet uitgevormde producten te detecteren. De thermovorminrichting zal vervolgens deze producten niet verder in de productielijn opnemen. Ook zorgt het vacuüm in de vormholte 10 ervoor dat de producten niet in de snijplaat of aan het resterende deel van de folie blijven hangen na het zakken van de ondermatrijs.
Volgens de uitvinding wordt dit vacuüm mogelijk gemaakt door het afpompen en/of verschaffen van onderdruk in het 15 eerste ontluchtingskanaal. Door de één-richtingsklep wordt verhinderd dat lucht vanuit een omgeving van de matrijs wordt aangezogen. Dit laatste zou tot verslechtering van het vacuüm en/of onderdruk zorgen.
In een uitvoeringsvorm is de vormholte in een 20 bovenzijde van de matrijs gevormd en mondt het tweede ontluchtingskanaal uit in een onderzijde van de matrijs. Doorgaans is de matrijs een langgerekt plaatvormig element waarbij de dikte van de matrijs, dat wil zeggen de afstand tussen bovenzijde en onderzijde, aanzienlijk kleiner is dan 25 de breedte of lengte van de matrijs. Voor het bereiken van een zo klein mogelijke luchtweerstand is het dus voordelig het tweede ontluchtingskanaal in de onderzijde van de matrijs uit te laten monden. Overigens dient de term luchtweerstand te worden geïnterpreteerd als de 30 stromingsweerstand die een luchtstroom in het kanaal zou ondervinden.
In een uitvoeringsvorm hebben het eerste ontluchtingskanaal en het tweede ontluchtingskanaal een 6 gezamenlijk deel dat zich uitstrekt tussen de vormholte en een splitsingspunt. Na dit splitsingspunt zal het eerste ontluchtingskanaal zich veelal parallel aan de bovenzijde uitstrekken en zal het tweede ontluchtingskanaal zich 5 loodrecht op de bovenzijde richting onderzijde uitstrekken.
In een uitvoeringsvorm is de één-richtingsklep bevestigd stroomafwaarts van het splitsingspunt. Hierbij moet de term stroomafwaarts gezien worden in de context van een luchtstroom vanaf de vormholte. Bij het afpompen en/of 10 het verschaffen van onderdruk in het eerste ontluchtingskanaal zorgt de één-richtingsklep er voor dat het deel van het tweede ontluchtingskanaal stroomafwaarts van het splitsingspunt geen tot een geringe rol speelt bij het afpompen.
15 Door gebruik te maken van een gemeenschappelijk deel in plaats van gescheiden kanalen kan het gemeenschappelijk deel uitgevoerd worden met een grote diameter. Dit is voordelig voor zowel het ontluchten als het afpompen. Het nadeel van gescheiden kanalen is dat deze niet elk een grote diameter 20 kunnen hebben vanwege de onderlinge scheiding die verzekerd dient te worden.
In een uitvoeringsvorm is de één-richtingsklep bevestigd aan of nabij de onderzijde van de matrijs.
In een uitvoeringsvorm omvat de één-richtingsklep een 25 mechanisch scharnierende klep welke kan scharnieren tussen een gesloten positie, waarbij de klep aanligt tegen een aanslag, zoals een buitenzijde van de matrijs, en zo het tweede ontluchtingskanaal ten minste ten dele afsluit, en een open positie waarbij de klep weggedraaid is voor het 30 vrijgeven van het tweede ontluchtingskanaal. Een dergelijke klep kan elektronisch aanstuurbaar zijn. Het moment van scharnieren kan dan gekozen worden in samenhang met het thermovormproces. Zo kan de klep in gesloten positie worden 7 gebracht net voor het afpompen van het eerste ontluchtingskanaal en kan deze geopend worden tijdens het aanbrengen van perslucht in de vormholte.
In een andere uitvoeringsvorm omvat de één-5 richtingsklep een veerkrachtig en/of flexibel element dat kan bewegen tussen een open positie voor het vrijgeven van het tweede ontluchtingskanaal en een gesloten positie voor het ten minste ten dele afsluiten van het tweede ontluchtingskanaal. Hierbij beweegt het veerkrachtige en/of 10 flexibele element bij voorkeur als gevolg van een drukverschil over de klep.
De één-richtingsklep kan zijn ingericht om als gevolg van een overdruk in het tweede ontluchtingskanaal ten opzichte van een omgeving van de matrijs te bewegen naar de 15 open positie en om als gevolg van een onderdruk in het tweede ontluchtingskanaal ten opzichte van een omgeving van de matrijs te bewegen naar de gesloten positie. Zo zal tijdens het afpompen van het eerste ontluchtingskanaal een drukverschil over de klep komen te staan. Dit is 20 bijvoorbeeld het geval indien de klep aan de onderzijde van de matrijs is aangebracht. Hierbij zal aan één zijde van de klep atmosferische druk heersen en aan de andere zijde een onderdruk als gevolg van het afpompen.
Het veerkrachtige en/of flexibele element kan zijn 25 voorzien van een voorspanning voor het bewegen naar de gesloten positie. Een dergelijke voorspanning kan zijn bewerkstelligd door de wijze van montage, de materiaaleigenschappen van het veerkrachtige en/of flexibele element of de vorm daarvan. In plaats hiervoor of in 30 aanvulling hierop kan gebruik worden gemaakt van een externe inrichting zoals een veer voor het verschaffen van de voorspanning.
8
Het geniet de voorkeur indien het veerkrachtige en/of flexibele element is gemonteerd over een uitmonding van het tweede ontluchtingskanaal, waarbij in de open positie het veerkrachtige en/of flexibele element weg bewogen is van de 5 uitmonding voor het vrijgeven hiervan en waarbij in de gesloten positie het veerkrachtige en/of flexibele element de uitmonding ten minste ten dele bedekt.
In een uitvoeringsvorm omvat de matrijs een bevestigingselement aan de onderzijde van de matrijs welke 10 voorzien is van een omtrekgroef, waarbij het tweede ontluchtingskanaal uitmondt in een gebied rondom het bevestigingselement en waarbij het veerkrachtige en/of flexibele element bevestigd is in de omtrekgroef en zich althans in de gesloten positie uitstrekt tot over de 15 uitmonding van het tweede ontluchtingskanaal voor het afsluiten hiervan.
Het veerkrachtige en/of flexibele element kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een schijf met een gat in het midden. De schijf kan dan zijn bevestigd rondom een 20 cilindrisch gevormd bevestigingselement in een omtrekgleuf in dit element. Het tweede ontluchtingskanaal mondt uit in dichte nabijheid van het bevestigingselement en wel zodanig dat de schijf deze uitmonding kan bedekken in de gesloten positie.
25 In een verdere uitvoeringsvorm omvat de matrijs een uitstootas voor het aangrijpen van de vormbodem en het uitstoten van het in de vormholte gevormde product. Hierbij kan het bevestigingselement een aan de basisplaat verbonden huls omvatten in welke de uitstootas kan bewegen. In deze 30 uitvoeringsvorm lopen de tweede ontluchtingskanalen bij voorkeur parallel aan de uitstootas door de matrijs. Zodoende kan een compacte matrijs verkregen worden met een minimale luchtweerstand in het tweede ontluchtingskanaal.
9
Het flexibele en/of veerkrachtige element kan zijn vervaardigd uit ten minste één materiaal uit de groep materialen bestaande uit: rubber en kunststof.
In een uitvoeringsvorm zijn per vormholte een veelvoud 5 aan tweede ontluchtingskanalen gevormd en is de één- richtingsklep ingericht voor het gelijktijdig begrenzen dan wel verhinderen van een luchtstroom vanaf een omgeving buiten de matrijs door het veelvoud aan tweede ontluchtingskanalen richting de vormholte. Door gebruik te 10 maken van meerdere kanalen kan de totale luchtweerstand tussen vormholte en omgeving van de matrijs verder verlaagd worden.
In een verdere uitvoeringsvorm omvat de matrijs een veelvoud aan vormholtes, waarbij de eerste 15 ontluchtingskanalen behorende bij het veelvoud aan vormholtes uitmonden op een gemeenschappelijk ontluchtingskanaal, en waarbij de tweede ontluchtingskanalen per vormholte gescheiden zijn van de tweede ontluchtingskanalen van een naastgelegen vormholte. Het 20 gebruik van een gemeenschappelijk kanaal biedt voordelen omdat dit de aansluiting op bijvoorbeeld een pomp vereenvoudigt. Dit in tegenstelling tot de tweede ontluchtingskanalen welke bij voorkeur niet gemeenschappelijk zijn maar elk een zo laag mogelijke 25 luchtweerstand bieden voor de luchtstroom vanaf de vormholte.
Volgens een tweede aspect verschaft de onderhavige uitvinding een thermovorminrichting omvattende een matrijs zoals hierboven gedefinieerd en middelen, zoals een 30 vacuümpomp, voor het afpompen dan wel verschaffen van een onderdruk in het eerste ontluchtingskanaal.
Volgens een derde aspect verschaft de onderhavige uitvinding een werkwijze voor het vormen van een product, 10 omvattende de stappen van het verschaffen van een thermovorminrichting volgens de uitvinding, het verschaffen van een kunststof folie en het met de thermovorminrichting vormen van het product uit de kunststof folie.
5 In het hiernavolgende zal de uitvinding in meer detail worden besproken waarbij:
Figuur 1 een verticale dwarsdoorsnede toont van een bekende boven- en ondermatrijs waartussen een kunststof folie is geklemd; 10 Figuur 2 de boven- en ondermatrijs toont uit figuur 1 in een toestand waarin de voorstrekker is bewogen voor het vormen van het product;
Figuur 3 een detailweergave is van de ondermatrijs uit figuur 2 ter plaatse van de vormholte; 15 Figuur 4 een verticale dwarsdoorsnede toont van een ondermatrijs volgens de onderhavige uitvinding;
Figuren 5A en 5B een uitvoeringsvorm tonen van een één-richtingsklep voor een matrijs volgens de uitvinding in respectievelijk gesloten en open positie; en 20 Figuur 6 een detailaanzicht toont van het bevestigingselement voor de één-richtingsklep uit figuur 5.
Figuur 4 toont een verticale dwarsdoorsnede van een ondermatrijs 101 volgens de onderhavige uitvinding waarbij de voorstrekker 5 van bovenmatrijs 2 neerwaarts is bewogen 25 voor het vormen van het product. De opbouw van ondermatrijs 101 is in grote lijnen hetzelfde als in figuren 1-3. Echter, ondermatrijs 101 omvat in dit geval naast een eerste ontluchtingskanaal 113 een tweede ontluchtingskanaal 120. Eerste ontluchtingskanaal 113 en tweede ontluchtingskanaal 30 120 hebben een gemeenschappelijk deel 114 dat uitmondt op de vormholte gevormd door vormbodem 109 en vormbus 108 via spleten 115. Bij het splitsingpunt 122 splitsen eerste ontluchtingskanaal 113 en tweede ontluchtingskanaal 120 11 zich. Hierbij strekt tweede ontluchtingskanaal 120 zich neerwaarts uit naar een onderzijde van ondermatrijs 101. Aan deze onderzijde is een één-richtingsklep 123 gemonteerd welke een luchtstroom vanaf een omgeving van ondermatrijs 5 101 richting vormholte begrenst dan wel beperkt.
De werking van ondermatrijs 101 kan als volgt beschreven worden. Direct na de neergaande beweging van voorstrekker 5 wordt perslucht via openingen 11 en 12 in de vormholte gebracht. Deze perslucht drukt folie 10 tegen 10 vormbodem 109 en vormbus 108 aan. De lucht tussen folie 10 en vormbodem 109 en vormbus 108 wordt hierdoor gecomprimeerd. Echter, deze lucht kan via spleten 115 van gemeenschappelijk deel 114 ontsnappen. Door de overdruk die ontstaat door het comprimeren van de lucht zal één-15 richtingsklep 123 bewegen naar een open positie. Hierdoor wordt tweede ontluchtingskanaal 120 vrijgegeven. Door de relatief lage luchtweerstand kan de gecomprimeerde lucht snel wegvloeien waardoor folie 10 snel tegen vormbus 108 en vormbodem 109 kan aanliggen. Door de zo bereikte verbeterde 20 koeling kan de doorloopsnelheid van het thermovormproces worden verhoogd en/of kunnen producten worden gevormd met minder productgeometrie variaties.
Tijdens of direct na het aanbrengen van de perslucht zal de vacuümpomp beginnen met het afpompen van eerste 25 ontluchtingskanaal 113.
Door het afpompen ontstaat er een onderdruk in zowel eerste ontluchtingskanaal 113 als tweede ontluchtingskanaal 120. Door het drukverschil met de omgeving van ondermatrijs 101 en de druk in tweede ontluchtingskanaal 120 zal één-30 richtingsklep 123 bewegen naar een gesloten positie.
Hierdoor wordt voorkomen dat valse lucht vanuit een omgeving van ondermatrijs 101 wordt aangezogen. Als gevolg hiervan kan een lagere onderdruk worden bereikt in de vormholte.
12
Folie 10 zal hierdoor strakker tegen vormbus 108 en vormbodem 109 aan liggen waardoor de koeling verder wordt verbeterd. Tevens blijft zo het gevormde product in de vormholte indien ondermatrijs 101 wordt gekanteld 5 bijvoorbeeld voor het uitnemen van het gevormde product.
Figuren 5A en 5B tonen een uitvoeringsvorm van een één-richtingsklep voor een matrijs volgens de uitvinding in respectievelijk gesloten en open positie. Eén-richtingsklep 123 omvat een flexibel en/of veerkrachtig element 124, hier 10 uitgevoerd als rubberen schijf welke rondom een bevestigingselement 125 is bevestigd. Dit laatste element is in meer detail getoond in figuur 6. In dit figuur is zichtbaar hoe bevestigingselement 125 is voorzien van een omtrekgleuf 126 waarin rubberen schijf 124 is bevestigd.
15 Tevens zijn uitmondingen 127 zichtbaar van tweede ontluchtingskanalen 120.
In figuren 4, 5A en 5B is een uitstootas 130 getoond voor het aangrijpen van de vormbodem en het uitstoten van het in de vormholte gevormde product. In figuren 5A en 5B is 20 weergegeven hoe het bevestigingselement 125 de vorm heeft van een aan de basisplaat verbonden huls in welke de uitstootas kan bewegen.
Door de vorm en materiaalkeuze van het flexibele en/of veerkrachtige element kan er een voorspanning worden 25 aangebracht. Een dergelijk voorspanning kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat rubberen schijf 124 eerder vanuit de open positie naar de gesloten positie beweegt.
Het flexibele en/of veerkrachtige element kan zijn vervaardigd uit ten minste één materiaal uit de groep 30 materialen bestaande uit: rubber en kunststof.
Het moge duidelijk zijn dat per vormholte meerdere tweede ontluchtingskanalen 120 kunnen zijn voorzien welke elk apart uitmonden aan de onderzijde van ondermatrijs 101.
13
Echter, eerste ontluchtingskanalen 113 van meerdere vormholtes in ondermatrijs 101 worden veelal samengevoegd tot één kanaal voor het vergemakkelijken van de aansluiting met een vacuümpomp. Door het onderscheid te maken tussen 5 eerste en tweede ontluchtingskanalen voor het respectievelijk afpompen en ontluchten ontstaat de mogelijkheid de luchtweerstand per kanaal te optimaliseren. Immers, de tweede ontluchtingskanalen behoeven geen aansluiting op een vacuümpomp. Verder kunnen deze kanalen 10 onafhankelijk en gescheiden worden uitgevoerd per vormholte. Hierdoor kan de luchtweerstand tijdens het ontluchtingsproces aanzienlijk kleiner worden gemaakt dan tijdens het afpompen. De luchtweerstand wordt bij dit laatste proces veelal bepaald door de relatief lange lengtes 15 van de kanalen en de geringe diameter die mogelijk is in de hoogterichting van de matrijs vanwege de aanwezigheid van andere componenten.
In het bovenstaande is de uitvinding besproken onder meer naar aanleiding van uitvoeringsvormen daarvan. Het moge 20 duidelijk zijn dat de beschermingsomvang van de onderhavige uitvinding hiertoe niet beperkt is maar dat deze bepaald wordt door de hiernavolgende conclusies.
25 30

Claims (18)

1. Matrijs voor een thermovorminrichting, omvattende een basisplaat met hierin opgenomen ten minste één 5 vormbepalend element, zoals een vormbus en een vormbodem, voor het definiëren van een vormholte voor een uit een verwarmde kunststof folie te vormen product, waarbij de matrijs is voorzien van een eerste ontluchtingskanaal welke uitmondt in de vormholte en welke is ingericht voor het 10 afvoeren van lucht tussen de folie en het genoemde ten minste één vormbepalende element, met het kenmerk, dat de matrijs een tweede ontluchtingskanaal omvat welke eveneens uitmondt op de vormholte en welke tot buiten de matrijs leidt, waarbij de luchtweerstand van het tweede 15 ontluchtingskanaal aanzienlijk geringer is dan de luchtweerstand van het eerste ontluchtingskanaal en waarbij de matrijs een één-richtingsklep omvat bevestigd in of aan het tweede ontluchtingskanaal voor het begrenzen dan wel verhinderen van een luchtstroom vanaf een omgeving buiten de 20 matrijs door het tweede ontluchtingskanaal richting de vormholte.
2. Matrijs volgens conclusie 1, waarbij de vormholte in een bovenzijde van de matrijs is gevormd en waarbij het 25 tweede ontluchtingskanaal uitmondt in een onderzijde van de matrij s.
3. Matrijs volgens conclusie 1 of 2, waarbij het eerste ontluchtingskanaal en het tweede ontluchtingskanaal 30 een gezamenlijk deel hebben dat zich uitstrekt tussen de vormholte en een splitsingspunt.
4. Matrijs volgens conclusie 3, waarbij de één-richtingsklep is bevestigd stroomafwaarts van het splitsingspunt.
5. Matrijs volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de één-richtingsklep is bevestigd aan of nabij de onderzijde van de matrijs.
6. Matrijs volgens een van de voorgaande conclusies, 10 waarbij de één-richtingsklep een mechanisch scharnierende klep omvat welke kan scharnieren tussen een gesloten positie, waarbij de klep aanligt tegen een aanslag, zoals een buitenzijde van de matrijs, en zo het tweede ontluchtingskanaal ten minste ten dele afsluit, en een open 15 positie waarbij de klep weggedraaid is voor het vrijgeven van het tweede ontluchtingskanaal.
7. Matrijs volgens conclusie 6, waarbij de één-richtingsklep elektronisch aanstuurbaar is. 20
8. Matrijs volgens een van de conclusies 1-5, waarbij de één-richtingsklep een veerkrachtig en/of flexibel element omvat dat kan bewegen tussen een open positie voor het vrijgeven van het tweede ontluchtingskanaal en een gesloten 25 positie voor het ten minste ten dele afsluiten van het tweede ontluchtingskanaal.
9. Matrijs volgens conclusie 8, waarbij de één-richtingsklep is ingericht om als gevolg van een overdruk in 30 het tweede ontluchtingskanaal ten opzichte van een omgeving van de matrijs te bewegen naar de open positie en waarbij de één-richtingsklep is ingericht om als gevolg van een onderdruk in het tweede ontluchtingskanaal ten opzichte van een omgeving van de matrijs te bewegen naar de gesloten positie.
10. Matrijs volgens conclusie 9, waarbij het 5 veerkrachtig en/of flexibel element is voorzien van een voorspanning voor het bewegen naar de open positie.
11. Matrijs volgens conclusies 5 en een van de conclusies 8-10, waarbij het veerkrachtige en/of flexibele 10 element gemonteerd is over een uitmonding van het tweede ontluchtingskanaal, waarbij in de open positie het veerkrachtige en/of flexibele element weggebogen is van de uitmonding voor het vrijgeven hiervan en waarbij in de gesloten positie het veerkrachtige en/of flexibele element 15 de uitmonding ten minste ten dele bedekt.
12. Matrijs volgens conclusie 11, omvattende een bevestigingselement aan de onderzijde van de matrijs welke voorzien is van een omtrekgroef, waarbij het tweede 20 ontluchtingskanaal uitmondt in een gebied rondom het bevestigingselement en waarbij het veerkrachtige en/of flexibele element bevestigd is in de omtrekgroef en zich althans in de gesloten positie uitstrekt tot over de uitmonding van het tweede ontluchtingskanaal voor het 25 afsluiten hiervan.
13. Matrijs volgens conclusie 12, omvattende een uitstootas voor het aangrijpen van de vormbodem en het uitstoten van het in de vormholte gevormde product, waarbij 30 het bevestigingselement een aan de basisplaat verbonden huls is in welke de uitstootas kan bewegen.
14. Matrijs volgens een van de conclusies 8-13, waarbij het flexibele en/of veerkrachtige element kan zijn vervaardigd uit ten minste één materiaal uit de groep materialen: rubber en kunststof. 5
15. Matrijs volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij per vormholte een veelvoud aan tweede ontluchtingskanalen zijn gevormd en waarbij de één-richtingsklep is ingericht voor het gelijktijdig begrenzen 10 dan wel verhinderen van een luchtstroom vanaf een omgeving buiten de matrijs door het veelvoud aan tweede ontluchtingskanalen richting de vormholte.
16. Matrijs volgens conclusie 15, waarbij de matrijs 15 een veelvoud aan vormholtes omvat, waarbij de eerste ontluchtingskanalen behorende bij het veelvoud aan vormholtes uitmonden op een gemeenschappelijk ontluchtingskanaal, en waarbij de tweede ontluchtingskanalen per vormholte gescheiden zijn van de tweede 20 ontluchtingskanalen van een naastgelegen vormholte.
17. Thermovorminrichting omvattende een matrijs zoals gedefinieerd in een van de voorgaande conclusies en middelen, zoals een vacuümpomp, voor het afpompen dan wel 25 verschaffen van een onderdruk in het eerste ontluchtingskanaal.
18. Werkwijze voor het vormen van een product, omvattende: 30 het verschaffen van de thermovorminrichting uit conclusie 17; het verschaffen van een kunststof folie; 5 het met de thermovorminrichting vormen van het product uit de kunststof folie.
NL2009155A 2012-07-06 2012-07-06 Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze. NL2009155C2 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2009155A NL2009155C2 (nl) 2012-07-06 2012-07-06 Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze.
DK13175182.8T DK2682250T3 (da) 2012-07-06 2013-07-04 Form med forbedret ventilation, termoformningsanordning og fremgangsmåde
PL13175182T PL2682250T3 (pl) 2012-07-06 2013-07-04 Forma z usprawnionym odpowietrzaniem, termoformujące urządzenie i sposób
EP13175182.8A EP2682250B1 (en) 2012-07-06 2013-07-04 Mould with improved venting, thermo-forming device and method

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2009155 2012-07-06
NL2009155A NL2009155C2 (nl) 2012-07-06 2012-07-06 Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2009155C2 true NL2009155C2 (nl) 2014-01-07

Family

ID=47190072

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2009155A NL2009155C2 (nl) 2012-07-06 2012-07-06 Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze.

Country Status (4)

Country Link
EP (1) EP2682250B1 (nl)
DK (1) DK2682250T3 (nl)
NL (1) NL2009155C2 (nl)
PL (1) PL2682250T3 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2016238B1 (nl) * 2016-02-08 2017-08-14 Bosch Sprang B V Matrijs, matrijssysteem en thermovorminrichting.
PL3266588T3 (pl) 2016-07-05 2020-10-19 Kiefel Gmbh Maszyna do termoformowania, zespół form, forma i sposób
CN113314799B (zh) * 2021-06-07 2022-09-27 江苏天辉锂电池有限公司 一种锂电池

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB993369A (en) * 1961-06-20 1965-05-26 Nest Pack Spa Improvements in or relating to rotary machines for vacuum forming sheets

Family Cites Families (15)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB922349A (en) 1959-05-26 1963-03-27 Electrolux Ltd Method and apparatus for moulding containers from thermoplastic material
DE1285169B (de) 1964-11-04 1968-12-12 Schoenig Bruno Vorrichtung zum Herstellen von becher- oder schalenfoermigen Behaeltern aus einer Kunststoff-Folienbahn
US3453162A (en) * 1966-01-10 1969-07-01 Continental Can Co Method of and apparatus for lining paper containers
US3470281A (en) 1966-09-14 1969-09-30 Sterling Extruder Corp Method of forming a flanged container
US3504070A (en) 1968-02-19 1970-03-31 Comet Ind Vacuum forming method and apparatus
GB1445990A (en) * 1973-02-01 1976-08-11 Evans J E Manufacturing -apparatus
JPS49115160A (nl) 1973-02-20 1974-11-02
GB2105244B (en) 1981-08-28 1985-07-17 Metal Box Co Ltd Forming apparatus
US4759701A (en) 1987-09-18 1988-07-26 Corn States Metal Fabricators, Inc. Venting unit for a rubber article forming mold having vents
US5074770A (en) * 1989-08-30 1991-12-24 Intellex Corporation Integrated vacuum forming/reaction injection molding apparatus for manufacturing a shaped polymeric laminate article
JP3284290B2 (ja) 1994-04-14 2002-05-20 大日本印刷株式会社 射出成形同時加飾金型
US5529472A (en) 1994-04-22 1996-06-25 Jenkins; Henry H. Vacuum molding apparatus for forming a sheet of plastic material into a predetermined shape
EP1815977A1 (en) 2005-12-28 2007-08-08 DI.CO.T s.r.l. Recyclable automotive panel, process and plant for manufacturing the same
AU2007256851A1 (en) * 2006-06-01 2007-12-13 Advanced Plastics Technologies Luxembourg S.A. Plastic multi-piece containers and methods and systems of making same
JP5431878B2 (ja) * 2009-11-09 2014-03-05 株式会社浅野研究所 型固定装置、熱成形装置、型固定方法、及び、熱成形方法

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB993369A (en) * 1961-06-20 1965-05-26 Nest Pack Spa Improvements in or relating to rotary machines for vacuum forming sheets

Also Published As

Publication number Publication date
EP2682250B1 (en) 2019-05-01
EP2682250A3 (en) 2018-01-24
PL2682250T3 (pl) 2019-10-31
DK2682250T3 (da) 2019-06-11
EP2682250A2 (en) 2014-01-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2009155C2 (nl) Matrijs met verbeterde ontluchting, thermovorminrichting en werkwijze.
KR102139305B1 (ko) 매끄러워진 주변부를 갖는 물품을 제조하는 방법
JP2007521993A (ja) 容器成形法
NL1036841C2 (nl) Thermovorminrichting met meerdere snijranden.
CN108290323B (zh) 用于加工剂量的装置和方法
JP2017200762A5 (nl)
CA3235467A1 (en) Contact lens packaging and system and method for producing a contact lens packaging
BE1012967A3 (fr) Procede et dispositif de moulage sous vide de produits en resine synthetique.
NL2014225B1 (en) Dispensing closure with self-closing valve.
NL8801417A (nl) Inrichting voor het uitnemen van holle voorwerpen uit vormen waarin deze zijn vervaardigd.
NL1021837C2 (nl) Matrijs en werkwijze voor de vervaardiging van houders zoals kuipvormige containers.
US20230103855A1 (en) Thermoformed Closure with Overlapping Tab
NL2011625C2 (nl) Matrijssysteem voor een thermovormmachine, thermovormmachine en werkwijze voor het thermovormen van een product.
NL2015979A (en) Packaging lid.
US11155022B2 (en) Device, mould assembly and method for thermoforming of a product from a plastic film
CN107322890A (zh) 一种具有切割功能的塑料模具
FI113254B (fi) Menetelmä ja laitteet muotokappaleen valmistamiseksi muovista
JP3991036B2 (ja) 成形装置
NL2023318B1 (en) Pre-stretcher with reduced effective heat capacity
NL1030680C2 (nl) Inrichting voor het thermovormen van producten.
WO2021029092A1 (ja) 吸盤付きコースター及びその製造方法
JP7349332B2 (ja) 合成樹脂製蓋体の製造方法、製造装置および合成樹脂製蓋体
KR102342265B1 (ko) 수용부를 겸비한 위조방지 조립캡
KR102443552B1 (ko) 할로우 베이스를 생성하기 위한 진공 성형 장치
JP2021084645A (ja) 蓋体

Legal Events

Date Code Title Description
PD Change of ownership

Owner name: BOSCH SPRANG B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: BOSCH SPRANG BEHEER B.V.

Effective date: 20170428

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200801