BE1022077B1 - Stroschudopstelling voor een oogstmachine - Google Patents

Stroschudopstelling voor een oogstmachine Download PDF

Info

Publication number
BE1022077B1
BE1022077B1 BE2014/0489A BE201400489A BE1022077B1 BE 1022077 B1 BE1022077 B1 BE 1022077B1 BE 2014/0489 A BE2014/0489 A BE 2014/0489A BE 201400489 A BE201400489 A BE 201400489A BE 1022077 B1 BE1022077 B1 BE 1022077B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
straw
straw shaker
drum
harvesting machine
grain
Prior art date
Application number
BE2014/0489A
Other languages
English (en)
Inventor
Yvan C.C. Vandergucht
Original Assignee
Cnh Industrial Belgium Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Industrial Belgium Nv filed Critical Cnh Industrial Belgium Nv
Priority to BE2014/0489A priority Critical patent/BE1022077B1/nl
Priority to US15/320,851 priority patent/US10091940B2/en
Priority to EP15730181.3A priority patent/EP3157319B1/en
Priority to PCT/EP2015/063931 priority patent/WO2015197525A1/en
Priority to BR112016028628-6A priority patent/BR112016028628B1/pt
Application granted granted Critical
Publication of BE1022077B1 publication Critical patent/BE1022077B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/30Straw separators, i.e. straw walkers, for separating residual grain from the straw
    • A01F12/39Straw separators, i.e. straw walkers, for separating residual grain from the straw with straw carriers in the form of rotors or drums
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D34/00Mowers; Mowing apparatus of harvesters
    • A01D34/01Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus
    • A01D34/02Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus having reciprocating cutters
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D41/00Combines, i.e. harvesters or mowers combined with threshing devices
    • A01D41/06Combines with headers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D57/00Delivering mechanisms for harvesters or mowers
    • A01D57/01Devices for leading crops to the mowing apparatus
    • A01D57/02Devices for leading crops to the mowing apparatus using reels
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/30Straw separators, i.e. straw walkers, for separating residual grain from the straw
    • A01F12/32Straw separators, i.e. straw walkers, for separating residual grain from the straw with shaker screens or sieves
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/44Grain cleaners; Grain separators
    • A01F12/444Fanning means
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/44Grain cleaners; Grain separators
    • A01F12/446Sieving means
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/46Mechanical grain conveyors
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F7/00Threshing apparatus
    • A01F7/02Threshing apparatus with rotating tools
    • A01F7/06Threshing apparatus with rotating tools with axles in line with the feeding direction ; Axial threshing machines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D2101/00Lawn-mowers

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Outside Dividers And Delivering Mechanisms For Harvesters (AREA)
  • Threshing Machine Elements (AREA)

Abstract

Een oogstmachine (10, 100) bevat een stroschudopstelling (102) die stroomafwaarts van een dors- en scheidingssysteem (24) gepositioneerd is. De stroschudopstelling (102) bevat een eerste stroschudder (104) die gepositioneerd is om oogstmateriaal van het dors- en scheidingssysteem te ontvangen (24), een tweede stroschudder (106) die stroomafwaarts gepositioneerd is van de eerste stroschudder (104), en een draaibare trommel (108) die tussen de eerste stroschudder (104) en de tweede stroschudder (106) gepositioneerd is. De draaibare trommel (108) heeft als functie oogstmateriaal vanaf de eerste stroschudder (104) naar de tweede stroschudder (106) te transporteren.

Description

атшзсштотшдш. урш^ een qqçstmachto
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding heeft betrekking op oogstmachines zoals maaidorsers en meer bepaald op systemen voor het transport van oogstmateriaal in de maaidorser.
Een in de landbouw gebruikte oogstmachine staat bekend als een "maaidorser", een historisch gegroeide term aangezien zij meerdere maai- en dorsteken in één enkele machine combineert, zoals plukken, dorsen, scheiden en reinigen. Een maaidorser bevat een maaier die het gewas van een veld verwijdert, en een toevoerhuis dat het gewas tot in een dorsrotor transporteert. De dorsrotor draait binnen in een geperforeerd huis, dat de vorm kan hebben van verstelbare dorskorven, en een dorsbewerking op het gewas uitvoert om het graan te verwijderen. Eens het graan gedorst is, valt het door perforaties in de dorskorven op een graanschaal. Vanaf de graanschaal wordt het graan gereinigd met behulp van een reinigingssysteem en wordt daarna getransporteerd naar een graantank aan boord van de maaidorser. Het reinigingssysteem bevat een reinigingsventilator die lucht door heen-en-weer bewegende zeven blaast om kaf en andere deeltjes vuil naar de achterkant van de maaidorser af te voeren. Oogstmateriaal dat geen graan is, zoals stro afkomstig van de dorssectie, beweegt doorheen een strohakselaar en verlaat de maaidorser achteraan. Wanneer de graanbak vol raakt, wordt de maaidorser gepositioneerd in de buurt van een voertuig waarin het graan ontladen zal worden, zoals een oplegger, zelflosser, een gewone vrachtwagen of dergelijke, en wordt een ontlaadsysteem op de maaidorser bediend om het graan naar het voertuig over te brengen.
Meer bepaald bevat een roterend dors- of scheidingssysteem één of meer rotoren die zich axiaal (van de voorkant naar de achterkant) of in de dwarsrichting binnen het lichaam van de maaidorser kunnen uitstrekken, en die gedeeltelijk of volledig omgeven worden door een geperforeerde dorskorf. Het oogstmateriaal wordt gedorst en gescheiden door de rotatie van de rotor binnen in de dorskorf. Grof oogstmateriaal dat geen graan is zoals stengels/halmen en bladeren worden naar de achterkant van de maaidorser getransporteerd en weer op het veld gelost. Het afgescheiden graan wordt samen met een deel van het fijnere oogstmateriaal dat geen graan is zoals kaf, stof, stro, en andere oogstrestanten, ontladen door de dorskorven en valt op de graanschaal waar het naar het reinigingssysteem getransporteerd wordt. Als alternatief kan het graan en fijner oogstmateriaal dat geen graan is ook rechtstreeks op het reinigingssysteem zelf vallen.
Het reinigingssysteem scheidt vervolgens het graan van het oogstmateriaal dat geen graan is, en bevat typisch een ventilator die een luchtstroom omhoog en achterwaarts richt door verticaal aangebrachte zeven die in de lengterichting van de machine heen en weer bewegen. De luchtstroom heft het lichtere oogstmateriaal dat geen graan is op en voert het naar het achterste uiteinde van de maaidorser om het op het veld te lossen. Schoon graan, dat zwaarder is, en grotere stukken oogstmateriaal dat geen graan is, die niet door de luchtstroom worden weggevoerd, vallen op een oppervlak van een bovenste zeef (ook bekend als kortstrozeef) waar een deel van het schone graan of al het schone graan door passeert naar een onderste zeef (ook bekend als reinigingszeef). Graan en oogstmateriaal dat geen graan is die op de bovenste en de onderste zeven blijven liggen, worden fysiek gescheiden door de heen-en-weer bewegende actie van de zeven naarmate het materiaal achterwaarts beweegt. Al het graan en/of oogstmateriaal dat geen graan is die/dat op het oppervlak van de bovenste zeef achterblijft/achterblijven, wordt/worden aan de achterkant van de maaidorser ontladen. Graan dat door de onderste zeef valt, belandt op een onderste schaal van het reinigingssysteem, waar het verder getransporteerd wordt naar een schoongraanvijzel.
De schoongraanvijzel is onder de onderste zeef geplaatst en ontvangt schoon graan van elke zeef en van de onderste schaal van het reinigingssysteem. De schoongraanvijzel vijzelt daarna het schoon graan lateraal zijwaarts naar een schoongraanelevator, die op zijn beurt het schoon graan transporteert naar een graantank aan boord van de maaidorser.
Bij conventionele maaidorserconstructies, zijn stroschudders stroomafwaarts van het dorssysteem gepositioneerd. De stroschudders bewegen heen-en-weer in de lengterichting en vervoeren het oogstmateriaal dat niet door de dorskorven valt naar de achterkant van de maaidorser. Een deel van het gewasmateriaal dat door de stroschudders getransporteerd wordt bevat nog altijd graan. Oogstmateriaal dat getransporteerd wordt door de stroschudders en dat graan bevat, passeert dus ook met het oogstmateriaal dat geen graan is naar de achterkant van de maaidorser om op het veld gelost te worden. Het ontladen van graan met het andere oogstmateriaal dat geen graan is, vermindert het oogstrendement van de maaidorser. Als het graan beter gescheiden kan worden van het materiaal dat geen graan is, kan de oogstcapaciteit van de maaidorser verhoogd worden.
Wat vereist is volgens de stand van de techniek is een manier om graan beter te scheiden van materiaal dat geen graan is in het oogstmateriaal dat gedorst en gescheiden wordt door het dors- en scheidingssysteem.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding verschaft een stroschudopstelling voor een maaidorser met een draaibare trommel die tussen stroomopwaarts geplaatste stroschudders en stroomafwaarts geplaatste stroschudders gepositioneerd is. Eén uitvoeringsvorm van de uitvinding is bedoeld voor een oogstmachine voor gebruik in de landbouw (verder gewoon oogstmachine genoemd) die een stroschudopstelling bevat die stroomafwaarts van een dors- en scheidingssysteem gepositioneerd is. De stroschudopstelling bevat een eerste stroschudder die gepositioneerd is om oogstmateriaal van het dors- en scheidingssysteem te ontvangen, een tweede stroschudder die stroomafwaarts gepositioneerd is van de eerste stroschudder en een draaibare trommel die tussen de eerste stroschudder en de tweede stroschudder gepositioneerd is. De draaibare trommel heeft als functie oogstmateriaal vanaf de eerste stroschudder naar de tweede stroschudder te transporteren.
Een voordeel van deze uitvinding is dat een oogstsysteem met een hogere capaciteit wordt verschaft.
Een ander voordeel is dat het stro een betere strokwaliteit heeft.
Korte beschrijving van de tekeningen
De bovenvermelde en andere kenmerken en voordelen van deze uitvinding en de manier om ze te bereiken, zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter te begrijpen zijn door verwijzing naar de volgende beschrijving van een uitvoeringsvorm van de uitvinding, samen met de bijbehorende tekeningen, waarbij:
Figuur 1 een zijaanzicht is van een uitvoeringsvorm van een oogstmachine in de vorm van een maaidorser die een stroschudopstelling volgens deze uitvinding kan omvatten;
Figuur 2 een schematisch zijaanzicht is van een maaidorser die een conventionele stroschudopstelling bevat;
Figuur 3 een schematisch zijaanzicht is van een maaidorser die een uitvoeringsvorm van een stroschudopstelling volgens deze uitvinding bevat;
Figuur 4 een schematisch zijaanzicht is van de stroschudopstelling die weergegeven is in Figuur 3;
Figuur 5 een bovenaanzicht is van de trommel in de stroschudopstelling van Figuur 4, die de inwendige vijzel weergeeft;
Figuur 6 een gedetailleerder aanzicht is van de buitenomtrek van de trommel die weergegeven is in Figuren 4 en 5; en
Figuur 7 een gedetailleerd perspectiefaanzicht is van de openingen in de buitenwand van de trommel.
Overeenkomstige verwijzingen (nummers en letters) geven door alle verschillende aanzichten heen overeenkomstige onderdelen aan. Het hier uiteengezette voorbeeld illustreert een uitvoeringsvorm van de uitvinding, in één vorm, en deze illustraties mogen niet geïnterpreteerd worden alsof ze de reikwijdte van de uitvinding op enige wijze beperken.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
De termen "graan", "stro" en "niet-gedorste aren" worden over heel deze specificatie voornamelijk gebruikt voor het gemak, maar er dient verstaan te worden dat deze termen niet beperkend bedoeld zijn. Dus verwijst "graan" naar dat deel van het oogstmateriaal dat gedorst en gescheiden wordt van het weg te gooien deel van het oogstmateriaal waarnaar verwezen wordt als oogstmateriaal dat geen graan is MOG (materiaal dat geen graan is) of stro. Onvolledig gedorst oogstmateriaal wordt "niet-gedorste aren" genoemd. Ook de termen "voorwaarts", "achterwaarts", "links" en "rechts", wanneer ze gebruikt worden in verband met de oogstmachine en/of onderdelen ervan worden gewoonlijk bepaald met verwijzing naar de voorwaartse rijrichting van de oogstmachine tijdens de werking ervan, maar nogmaals, ze mogen niet geïnterpreteerd worden als beperkende termen. De termen "in de lengte" en "dwars" zijn bepaald ten opzichte van de lengterichting van de oogstmachine en mogen evenmin als beperkend gezien worden.
Nu met verwijzing naar de tekeningen en meer bepaald naar Figuur 1, wordt een oogstmachine weergegeven in de vorm van een maaidorser 10, die over het algemeen een chassis 12, wielen 14 en 16 die met de grond contact maken, maaier 18, toevoerhuis 20, operatorcabine 22, dors- en scheidingssysteem 24, reinigingssysteem 26, graantank 28 en een ontlaadvijzel 30.
De voorwielen 14 zijn grotere wielen van het flotatietype, en de achterwielen zijn 16 kleinere bestuurbare wielen. De aandrijfkracht wordt selectief aangebracht op de voorwielen 14 door een krachtbron in de vorm van een dieselmotor 32 en een transmissie (niet weergegeven). Hoewel maaidorser 10 weergegeven is met wielen moet ook begrepen worden dat de maaidorser 10 ook rupsbanden kan bevatten, bv. volledige of halve rupsbanden.
Maaier 18 is aangebracht op de voorkant van de maaidorser 10 en bevat een maaibalk 34 voor het afsnijden van gewassen van een veld tijdens het vooruitbewegen van de maaidorser 10. Een draaibare haspel 36 voert gewas toe aan de maaier 18, en een dubbele vijzel 38 voert het afgesneden gewas lateraal naar binnen toe aan elke kant van het toevoerhuis 20. Toevoerhuis 20 transporteert het afgesneden gewas naar het dors- en scheidingssysteem 24 en is selectief verticaal beweegbaar met behulp van geschikte actuators, bv. hydraulische cilinders (niet weergegeven).
Het dors- en scheidingssysteem 24 is van het type met axiale doorstroming, en bevat over het algemeen een rotor 40 die ten minste gedeeltelijk omsloten wordt door en draaibaar is binnen een overeenkomstige geperforeerde dorskorf 42. De afgesneden gewassen worden gedorst en gescheiden door de rotatie van de rotor 40 binnen in dorskorf 42, en grotere elementen, zoals stengels, bladeren en dergelijke worden vanaf de achterkant van maaidorser 10 ontladen. Kleinere elementen van het oogstmateriaal, met inbegrip van graan en oogstmateriaal dat geen graan is, inclusief deeltjes die lichter zijn dan graan, zoals kaf, stof en stro, worden ontladen via de perforaties van dorskorf 42. Het dors- en scheidingssysteem 24 kan ook van een verschillend type zijn, zoals een systeem met een dwars opgestelde rotor i.p.v. een axiale rotor enz.
Graan dat gescheiden werd door het dors- en scheidingsgeheel 24 valt op een graanschaal 44 en wordt verder getransporteerd naar reinigingssysteem 26. Reinigingssysteem 26 kan een facultatieve voorreinigingszeef 46 bevatten, een bovenste zeef 48 (ook bekend als kortstrozeef), een onderste zeef 50 (ook bekend als reinigingszeef), en een reinigingsventilator 52. Graan op zeven 46,48 en 50 wordt onderworpen aan een reinigingsactie door ventilator 52 die een luchtstroom opwekt door de zeven om kaf en andere onzuiverheden zoals stof uit het graan te verwijderen door ervoor te zorgen dat dit materiaal in de lucht zweeft om het te ontladen via de strokap 54 van de maaidorser 10. De graanschaal 44 en de voorreinigingszeef 46 bewegen heen-en-weer in de lengterichting van de machine om het graan en fijner oogstmateriaal dat geen graan is naar het bovenste oppervlak van de bovenste zeef 48 te transporteren. De bovenste zeef 48 en de onderste zeef 50 zijn ten opzichte van elkaar verticaal aangebracht, en bewegen ook heen-en-weer in de lengterichting van de machine om het graan over zeven 48, 50, te verspreiden, waarbij gereinigd graan onder invloed van de zwaartekracht door de openingen van de zeven 48, 50 kan vallen.
Gereinigd graan valt op een schoongraanvijzel 56 die overdwars onder en naar de voorkant van de onderste zeef 50 gericht is geplaatst. Schoongraanvijzel 56 ontvangt schoon graan vanaf elke zeef 48, 50 en vanaf de onderste schaal 58 van reinigingssysteem 26. Schoongraanvijzel 56 transporteert het schone graan lateraal naar een over het algemeen verticaal aangebrachte graanelevator 60 om het naar graantank 28 te transporteren. Niet-gedorste aren vallen uit reinigingssysteem 26 op een vijzel voor niet-gedorste aren 62. De niet-gedorste aren worden via een vijzel voor niet-gedorste aren 64 en terugvoervijzel 66 getransporteerd naar het stroomopwaarts gelegen uiteinde van het reinigingssyseem 26 voor een herhaalde reinigingsactie. Een paar graantankvijzels 68 op de bodem van de graantank 28 transporteren het schone graan lateraal in de graantank 28 naar de ontlaadvijzel 30 om het uit de maaidorser 10 te ontladen.
Met verwijzing nu naar Figuur 2, wordt een andere uitvoeringsvorm getoond van een maaidorser 70 die een maaier 18, een toevoerhuis 20, een operatorcabine 22, een dors- en scheidingssysteem 24 en reinigingssysteem 26 bevat, vergelijkbaar met de uitvoeringsvorm van de maaidorser 10 die getoond is in Figuur 1. Het dors- en scheidingssysteem 24 heeft een dorssysteem van het type met transversale rotor en geen type met een axiale rotor zoals weergegeven in Figuur 1. Bovendien bevat de maaidorser 70 een aantal stroschudders 72 die stro en ander materiaal dat geen graan is transporteren vanuit het dors- en scheidingssysteem 24 naar de hakselaar/blazer 74 om het weer op het veld te verdelen. Een aantal stroschudders 72 is zij aan zij gepositioneerd over de breedte van de strokap 54 (in een richting loodrecht op de tekening van Figuur 2), en bewegen heen en weer voorwaarts en achterwaarts (aangegeven door een dubbele pijl 76) om het stro en ander materiaal dat geen graan is achterwaarts naar de hakselaar/blazer 74 te verplaatsen. Elk van de stroschudders 72 heeft een stroomopwaarts uiteinde 78 dat lichtjes onder de achterkant van het dors- en scheidingssysteem 24 gepositioneerd is, en een stroomafwaarts uiteinde 80 dat boven de ingang van de hakselaar/blazer 74 gepositioneerd is.
Volgens een aspect van deze uitvinding en met verwijzing naar de Figuren 3-6, wordt een zijaanzicht getoond van een landbouwmaaidorser die een uitvoeringsvorm van een stroschudopstelling 102 volgens deze uitvinding bevat. In de weergegeven uitvoeringsvorm van Figuur 3 wordt de stroschudopstelling 102 gebruikt met een dors- en scheidingssysteem 24 dat een transversale rotor bevat. Er moet echter ook begrepen worden dat stroschudopstelling 102 ook gebruikt kan worden met een dorssysteem met een axiale rotor.
De stroschudopstelling 102 is stroomafwaarts van het dors- en scheidingssysteem 24 gepositioneerd en bevat over het algemeen een stroomopwaartse of eerste stroschudder 104, een stroomafwaarts geplaatste of tweede stroschudder 106, en een draaibare trommel 108 die gepositioneerd is tussen de eerste stroschudder 104 en de tweede stroschudder 106. Alleen een enkelvoudige eerste stroschudder 104 en een tweede stroschudder 106 zijn zichtbaar in de Figuren 3 en 4; het is gemakkelijk in te zien dat gewoonlijk een aantal stroschudders in de buurt van elkaar liggen over de breedte van de strokap 54 (in een richting loodrecht op het tekenvlak van de Figuren 3 en 4).
De eerste stroschudder 104 heeft een stroomopwaarts uiteinde 110 dat gepositioneerd is onder een gedeelte van het dors- en scheidingssysteem 24, en een stroomafwaarts uiteinde 112 dat gepositioneerd is in de buurt van de trommel 108. De exacte plaats van het stroomopwaartse uiteinde 110 en het stroomafwaarts uiteinde 112 kan lichtjes variëren zolang de eerste stroschudder 104 effectief is om het oogstmateriaal over te dragen van het dors- en scheidingssysteem 24 naar de trommel 108.
De tweede stroschudder 106 heeft een stroomopwaarts uiteinde 114 dat onder een gedeelte van de trommel 108 gepositioneerd is, en een stroomafwaarts uiteinde 116 dat in communicatie met de hakselaar/blazer 74 gepositioneerd is. In de weergegeven uitvoeringsvorm, heeft de tweede stroschudder 106 een stroomafwaarts uiteinde 116 dat boven de hakselaar/blazer 74 gepositioneerd is zodat het oogstmateriaal rechtstreeks in de hakselaar/blazer 74 kan vallen. De exacte plaats van het stroomopwaartse uiteinde 114 en het stroomafwaarts geplaatste uiteinde 116 kan lichtjes variëren zolang de tweede stroschudder 106 effectief is om het oogstmateriaal van de trommel 108 naar de hakselaar/blazer 74 over te brengen (of rechtstreeks naar de grond als de hakselaar/blazer 74 niet wordt gebruikt).
De trommel 108 bevat een buitenomtrek 118 met een geheel van meerdere tanden 120 die zich radiaal ten opzichte van de omtrek 118 uitstrekken. De tanden 120 zijn schamierbaar rond een schamieras (niet genummerd) die over het algemeen evenwijdig is met een rotatieas 122 van de trommel 108. Meer bepaald worden de tanden 120 gedraaid tot in een dichtgeklapte positie wanneer de tanden voorbij het stroomopwaarts einde 114 van de tweede stroschudder 106 draaien. Deze scharnierende actie stelt het oogstmateriaal in staat neergeslagen te worden op de tweede stroschudder 106 zonder extra oogstmateriaal vanaf het stroomopwaartse uiteinde 114 op te nemen. Mechanismen voor het scharnieren van de tanden van een draaibare trommel of haspel zijn in de landbouwtechnologie bekend en worden hier dus niet verder in detail beschreven. Bijvoorbeeld, met verwijzing naar octrooi US nr. 8,590,284 (Rayfield), dat werd toegewezen aan de rechtverkrijgende van deze uitvinding.
De trommel 108 bevat ook een geheel van meerdere openingen 124 die zich door de buitenomtrek 118 uitstrekken naar de binnenkant van trommel 108. Over het algemeen is de grootte van de openingen 124 zo bepaald en zijn ze zo geconfigureerd dat ze graan doorlaten door de buitenomtrek 118 naar de binnenkant van trommel 108. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm zijn de openingen 124 geconfigureerd als “graeple”-openingen die algemeen gezien een D-vormige configuratie hebben die gevormd kan worden door een stampbewerking (zie Figuur 7). Een "graeple"-opening wordt gewoonlijk gebruikt in een graeple-zeef als een aanzetstuk voor een maïszeef, en maakt het mogelijk meer maïs door de zeef te laten passeren. Het is echter gemakkelijk in te zien dat de openingen 124 geconfigureerd kunnen worden met vele afmetingen, vormen en aantallen in de buitenomtrek 118 van de trommel 108, afhankelijk van de behoefte of toepassing.
Een vijzel 126 is in de binnenkant van trommel 108 gepositioneerd en heeft een buitendiameter die lichtjes kleiner is dan de binnendiameter van de trommel 108. De vijzel 126 heeft als functie graan zijwaarts binnen de trommel 108 te transporteren naar een retourtransporteur 128, die op zijn beurt het schone graan naar een reinigingssysteem 26 transporteert. De vijzel 126 wordt weergegeven als draaiend in een richting die tegengesteld is aan de draairichting van trommel 108, maar hij kan ook in dezelfde richting als de trommel 108 draaien. De retourtransporteur 128 wordt ook verondersteld geconfigureerd te zijn als een vijzel, maar zou ook verschillend geconfigureerd kunnen worden als een kettingelevator of een bandtransporteur.
Een schudschaal 130 is onder zowel de eerste stroschudder 104, de tweede stroschudder 106 als de trommel 108 gepositioneerd. De schudschaal 130 heeft als functie oogstmateriaal dat van de eerste stroschudder 104, de tweede stroschudder 106 en de trommel 108 valt, naar het reinigingssysteem 26 te transporteren (van rechts naar links in elke Figuur 3 en 4). De schudschaal 130 beweegt heen en weer van voor naar achter en kan opstaande randen bevatten, vingers enz. op de bekende manier, om het oogstmateriaal naar het reinigingssysteem 26 over te brengen, meer bepaald de schudschaal 44 onder de dorskorven of de voorste zeef 46 van het reinigingssysteem 26 (zie Figuur 1).
Elk van de verschillende onderdelen of slechts sommige ervan waaruit de stroschudopstelling 102 is opgebouwd kan geconfigureerd worden met een constante of verstelbare bedrijfssnelheid. Bijvoorbeeld kan eender welke van de eerste stroschudder 104, de tweede stroschudder 106, de trommel 108 en/of de schudschaal 130 geconfigureerd worden met een constante of verstelbare bedrijfssnelheid.
Hoewel deze uitvinding werd beschreven met betrekking tot minstens één uitvoeringsvorm, kan ze verder gewijzigd worden binnen de geest en de reikwijdte van deze onthulling. Deze octrooiaanvraag is dan ook bedoeld om alle variaties en gebruiken of aanpassingen van de uitvinding te dekken door gebruik te maken van haar algemene principes. Verder is deze octrooiaanvraag bedoeld om zulke afwijkingen van deze onthulling te dekken die mogelijk zijn binnen bekende of gebruikelijke praktijken volgens de stand van de techniek waarop deze uitvinding betrekking heeft en die binnen de grenzen van de bij gevoegde conclusies vallen.

Claims (13)

  1. CONCLUSIES:
    1. Oogstmachine ( 10,100), bestaande uit: een dors- en scheidingssysteem (24); en een stroschudopstelling (102) die stroomafwaarts van het dors- en scheidingssysteem (24) gepositioneerd is, waarbij de stroschudopstelling (102) een eerste stroschudder (104) bevat die gepositioneerd is om oogstmateriaal van het dors- en scheidingssysteem te ontvangen (24), een tweede stroschudder (106) die stroomafwaarts gepositioneerd is van de eerste stroschudder (104), en een draaibare trommel (108) die gepositioneerd is tussen de eerste stroschudder (104) en de tweede stroschudder (106), waarbij de draaibare trommel (108) als functie heeft oogstmateriaal vanaf de eerste stroschudder (104) naar de tweede stroschudder (106) te transporteren.
  2. 2. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de trommel (108) een geheel van meerdere tanden (120) bevat die zich radiaal ten opzichte van de omtrek (118) uitstrekken.
  3. 3. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat de tanden (120) schamierbaar zijn rond een schamieras die over het algemeen evenwijdig is met een rotatieas (122) van de trommel (108).
  4. 4. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat de tanden (120) gedraaid worden tot in een dichtgeklapte positie wanneer ze in de buurt zijn van de tweede stroschudder (106).
  5. 5. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat de trommel (108) een geheel van meerdere openingen (124) bevat die zich door de omtrek (118) heen uitstrekken.
  6. 6. Oogstmachine (10, 100) volgens conclusie 5, gekenmerkt doordat de openingen (124) "graeple"-openingen zijn.
  7. 7. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 5, die verder een vijzel (126) bevat die gepositioneerd is in een inwendige ruimte van de trommel (108) om graan zijdelings binnen de trommel (108) te transporteren.
  8. 8. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 7, die verder een retourtransporteur (128) bevat in communicatie met de vijzel (126) om het graan terug te voeren naar een reinigingssysteem (26).
  9. 9. Oogstmachine ( 10,100) volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de trommel ( 108) een verstelbaar toerental heeft.
  10. 10. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de eerste stroschudder (104) een stroomopwaarts uiteinde (110) heeft dat gepositioneerd is onder een gedeelte van het dors- en scheidingssysteem (24), en de tweede stroschudder (106) een stroomafwaarts uiteinde (116) heeft dat in communicatie gepositioneerd is met een hakselaar/blazer (74)
  11. 11. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 10, gekenmerkt doordat de eerste stroschudder (104) een stroomafwaarts uiteinde (112) heeft dat gepositioneerd is in de buurt van de trommel (108), en de tweede stroschudder (106) een stroomopwaarts uiteinde (114) heeft dat onder een gedeelte van de trommel (108) gepositioneerd is.
  12. 12. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat zowel de eerste stroschudder (104) als het tweede stroschudder (106) een verstelbare oscillatiesnelheid hebben.
  13. 13. Oogstmachine (10,100) volgens conclusie 1, die verder een schudschaal (130) bevat die gepositioneerd is onder zowel de eerste stroschudder (104), als de tweede stroschudder (106) en de trommel (108), waarbij de schudschaal (130) als functie heeft oogstmateriaal naar een reinigingssysteem (26) te transporteren.
BE2014/0489A 2014-06-23 2014-06-23 Stroschudopstelling voor een oogstmachine BE1022077B1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0489A BE1022077B1 (nl) 2014-06-23 2014-06-23 Stroschudopstelling voor een oogstmachine
US15/320,851 US10091940B2 (en) 2014-06-23 2015-06-22 Straw walker arrangement for an agricultural harvester
EP15730181.3A EP3157319B1 (en) 2014-06-23 2015-06-22 Straw walker arrangement for an agricultural harvester
PCT/EP2015/063931 WO2015197525A1 (en) 2014-06-23 2015-06-22 Straw walker arrangement for an agricultural harvester
BR112016028628-6A BR112016028628B1 (pt) 2014-06-23 2015-06-22 colheitadeira agrícola

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0489A BE1022077B1 (nl) 2014-06-23 2014-06-23 Stroschudopstelling voor een oogstmachine

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1022077B1 true BE1022077B1 (nl) 2016-02-15

Family

ID=51582186

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2014/0489A BE1022077B1 (nl) 2014-06-23 2014-06-23 Stroschudopstelling voor een oogstmachine

Country Status (5)

Country Link
US (1) US10091940B2 (nl)
EP (1) EP3157319B1 (nl)
BE (1) BE1022077B1 (nl)
BR (1) BR112016028628B1 (nl)
WO (1) WO2015197525A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111837647B (zh) * 2020-08-13 2021-11-09 湖南省展望生物科技发展有限公司 一种水稻吹式脱粒机

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE250636C (nl) *
DE404817C (de) * 1924-01-09 1924-10-21 Arnold Spethmann Strohschuettler fuer Dreschmaschinen
GB2095964A (en) * 1981-04-02 1982-10-13 Fortschritt Veb K Combine harvester
FR2634346A1 (fr) * 1988-07-25 1990-01-26 Fortschritt Veb K Dispositif de separation paille-grain pour moissonneuse-batteuse
DE102005050751A1 (de) * 2005-10-22 2007-08-09 Deere & Company, Moline Mähdrescher mit einem Strohschüttler

Family Cites Families (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US751657A (en) * 1904-02-09 Leader for threshing-machine straw-carriers
US798957A (en) * 1905-01-21 1905-09-05 Peter E Good Spreader for threshing-machines.
US2937647A (en) * 1958-06-09 1960-05-24 Allis Chalmers Mfg Co Grain separating mechanism for combine
FR1473891A (fr) * 1965-10-07 1967-03-24 Système de secouage rotatif pour moissonneuses-batteuse
DE2001386C3 (de) * 1970-01-14 1974-02-14 Deere & Company, Moline, Ill. (V.St.A.) Vorrichtung zum Verteilen und Lockern des aus der Dreschvorrichtung eines Mähdreschers anfallenden Gutes
DE2235061C3 (de) 1972-07-17 1978-07-13 Deere & Co., Moline, Ill. (V.St.A.), Niederlassung Deere & Co. European Office, 6800 Mannheim Oberhalb des Hordenschüttlers von Mähdreschern angeordnete Umleitvorrichtung
GB1468505A (en) * 1973-03-24 1977-03-30 Massey Ferguson Sa Grain separating apparatus
US4490964A (en) * 1977-08-17 1985-01-01 Eldredge Kim W Grain loss indicator
SU1126239A1 (ru) * 1983-05-10 1984-11-30 Gavrilov Vitalij P Молотилка
DE4127118A1 (de) 1991-08-16 1993-02-25 Deere & Co Abscheidevorrichtung
DE4225551C2 (de) * 1992-08-03 1994-07-28 Deere & Co Rotationsförderer und Abscheidevorrichtung
DE19632567B4 (de) * 1996-08-13 2005-08-04 Claas Kgaa Mbh Selbstfahrender Mähdrescher mit Hordenschüttler und oberhalb der Hordenschüttler angeordneter Förderzinken
DE19709400A1 (de) * 1997-03-07 1998-09-10 Deere & Co Mähdrescher
DE19920538A1 (de) * 1999-05-05 2000-11-09 Claas Selbstfahr Erntemasch Erntemaschine
RU2210204C2 (ru) 2001-06-15 2003-08-20 Открытое акционерное общество "Производственное объединение "Красноярский завод комбайнов" Сепаратор грубого вороха зерноуборочного комбайна
RU2212127C1 (ru) 2001-12-27 2003-09-20 Открытое акционерное общество "Научно-исследовательский институт сельскохозяйственного машиностроения им. В.П. Горячкина" Зерноуборочный комбайн
DE102007009313A1 (de) * 2007-02-22 2008-08-28 Claas Selbstfahrende Erntemaschinen Gmbh Landwirtschaftliche Arbeitsmaschine

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE250636C (nl) *
DE404817C (de) * 1924-01-09 1924-10-21 Arnold Spethmann Strohschuettler fuer Dreschmaschinen
GB2095964A (en) * 1981-04-02 1982-10-13 Fortschritt Veb K Combine harvester
FR2634346A1 (fr) * 1988-07-25 1990-01-26 Fortschritt Veb K Dispositif de separation paille-grain pour moissonneuse-batteuse
DE102005050751A1 (de) * 2005-10-22 2007-08-09 Deere & Company, Moline Mähdrescher mit einem Strohschüttler

Also Published As

Publication number Publication date
US10091940B2 (en) 2018-10-09
BR112016028628A2 (pt) 2017-08-22
EP3157319B1 (en) 2018-08-22
EP3157319A1 (en) 2017-04-26
WO2015197525A1 (en) 2015-12-30
BR112016028628B1 (pt) 2020-12-08
US20170142903A1 (en) 2017-05-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10588261B2 (en) Residue handling system for an agricultural harvester
BE1021166B1 (nl) Dorskorfsysteem en werkwijze voor oogstmachine
BE1022423B1 (nl) Hakselaar en strooier voor een oogstmachine
BE1023983B9 (nl) Geïntegreerd omkeersysteem met riemkoppeling
BE1023963B1 (nl) Toevoergfheel met een afgeschermd kettngwiel voor gebruik in de landbouw
BE1022411B1 (nl) As voor een oogstmachine
BE1022544B1 (nl) Vijzel van graanmaaier voor een oogstmachine
US10542673B2 (en) Agricultural reel cam system
BE1025301B1 (nl) Kaf/strostrooisysteem van een oogstmachine voor landbouwtoepassingen
AU2015346161B2 (en) Agricultural harvester with a rotated elevator
BE1021147B1 (nl) Dekplaat voor een schoongraanvijzel in een reinigingssysteem van een oogstmachine
BE1022077B1 (nl) Stroschudopstelling voor een oogstmachine
US20180310479A1 (en) Agricultural windrow chute with rolling edge
BE1021985B1 (nl) Graantank met verhoogde opslagcapaciteit voor een oogstmachine.
BE1021870B1 (nl) Aandrijving met een variabele slag voor een reinigingssysteem in een oogstmachine.
US9743573B2 (en) Weight transfer and residue spreading apparatus for an agricultural vehicle
US10470369B2 (en) Agricultural vehicle with active edge windrow chute
BE1025193B1 (nl) Zelfblokkerend borgsysteem voor een kafschaal van een oogstmachine voor landbouwtoepassingen
BE1022543B1 (nl) Vouwmechanisme voor brede tarwemaaiers
BE1021873B1 (nl) Elektrische motor/generator van een oogstmachine voor landbouwtoepassingen
BE1022891B1 (nl) Systeem voor het klemmen van de dorskorf van een oogstmachine