NL9101661A - FASTENER WITH NON-CIRCULAR HEAD WITH CUT-OUT, AND FASTENER DRIVER. - Google Patents

FASTENER WITH NON-CIRCULAR HEAD WITH CUT-OUT, AND FASTENER DRIVER. Download PDF

Info

Publication number
NL9101661A
NL9101661A NL9101661A NL9101661A NL9101661A NL 9101661 A NL9101661 A NL 9101661A NL 9101661 A NL9101661 A NL 9101661A NL 9101661 A NL9101661 A NL 9101661A NL 9101661 A NL9101661 A NL 9101661A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
fastener
centering pin
head
axially
screw
Prior art date
Application number
NL9101661A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Illinois Tool Works
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Illinois Tool Works filed Critical Illinois Tool Works
Publication of NL9101661A publication Critical patent/NL9101661A/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B23/00Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool
    • F16B23/0053Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool with a conical or prismatic recess for receiving a centering pin of the tool apparatus
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B31/00Hand tools for applying fasteners
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B23/00Details of, or accessories for, spanners, wrenches, screwdrivers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B23/00Details of, or accessories for, spanners, wrenches, screwdrivers
    • B25B23/02Arrangements for handling screws or nuts
    • B25B23/08Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation
    • B25B23/10Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation using mechanical gripping means
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B23/00Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D15/00Apparatus or tools for roof working
    • E04D15/04Apparatus or tools for roof working for roof coverings comprising slabs, sheets or flexible material
    • E04D2015/042Fixing to the roof supporting structure
    • E04D2015/047Fixing to the roof supporting structure by screwing
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B25/00Screws that cut thread in the body into which they are screwed, e.g. wood screws
    • F16B25/10Screws performing an additional function to thread-forming, e.g. drill screws or self-piercing screws
    • F16B25/103Screws performing an additional function to thread-forming, e.g. drill screws or self-piercing screws by means of a drilling screw-point, i.e. with a cutting and material removing action
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B5/00Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them
    • F16B5/01Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them by means of fastening elements specially adapted for honeycomb panels

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Portable Nailing Machines And Staplers (AREA)
  • Details Of Spanners, Wrenches, And Screw Drivers And Accessories (AREA)
  • Clamps And Clips (AREA)
  • Insertion Pins And Rivets (AREA)
  • Connection Of Plates (AREA)

Description

Titel: Bevestigingsmiddel met niet cirkelvormige kop met uitsparing, en indrijfmiddel voor een bevestigingsmiddel.Title: Fastener with non-circular head with recess, and fastener driving tool.

Technisch gebied van de uitvinding.Technical field of the invention.

Deze uitvinding heeft betrekking op een verbeterd bevestigingsmiddel met een niet cirkelvormige of veelhoekige kop en met een schacht met een van schroefdraad voorzien gedeelte, zoals een bout met een zeshoekige kop en met een schacht met een van schroefdraad voorzien gedeelte en met een boorpunt, en op een indrijfwerktuig voor een bevestigingsmiddel, met een niet cirkelvormige of veelhoekige sok, voor het indrijven van een dergelijk bevestigingsmiddel. Deze uitvinding verschaft een verbeterde manier om de niet cirkelvormige sok en de niet cirkelvormige kop ten opzichte van elkaar te centreren, via een centreerpen die samenwerkt met een holle uitsparing in de niet cirkelvormige kop.This invention relates to an improved fastener with a non-circular or polygonal head and with a shank with a threaded portion, such as a hex-head bolt and with a shank with a threaded portion and a drill tip, and a fastener driving tool, with a non-circular or polygonal socket, for driving such a fastener. This invention provides an improved way of centering the non-circular sock and the non-circular head with respect to each other, via a centering pin that interacts with a hollow recess in the non-circular head.

Achtergrond van de uitvinding.Background of the invention.

Voorbeelden van zogenaamde verticale schroefpistolen, die gevoed worden door door een trekker in werking gestelde, elektrische motoren, zijn het onderwerp van het U.S.-octrooi nr. 3,960,191 van Murray, de U.S.-octrooien nrs. 4,236,55 en 4,397,412 van Dewey, en zijn in de handel verkrijgbaar bij ITW-Buildex (een afdeling van Illinois Tool Works Ine.) te Itasca, Illinois, onder diens handelsmerk "AUTOTRAXX".Examples of so-called vertical screw guns powered by trigger-actuated electric motors are the subject of U.S. Patent No. 3,960,191 to Murray, U.S. Patents Nos. 4,236.55 and 4,397,412 to Dewey, and are commercially available from ITW-Buildex (a division of Illinois Tool Works Inc.) in Itasca, Illinois, under its trademark "AUTOTRAXX".

Op kenmerkende wijze gebruiken verticale schroefpistolen, indrijfelementen met indrijfpunten, zoals de indrijfpunten die geschikt gemaakt zijn om kruisgleufschroeven in te drijven. Indrijfwerktuigen voor bevestigingsmiddelen van andere types, die gevoed kunnen worden door elektromotoren of door pneumatische motoren, gebruiken indrijfelementen met indrijfsokken, die axiaal over bijpassende koppen van bevestigingsmiddelen passen, zoals schroeven of bouten. Op kenmerkende wijze zijn de sokken en de koppen van de bevestigingsmiddelen axiaal gezien niet cirkelvormig of veelhoekig. Gewoonlijk zijn de sokken en koppen van bevestigingsmiddelen axiaal gezien zeshoekig.Typically, vertical screw guns use drive elements with drive points, such as the drive tips adapted to drive cross-slotted screws. Fasteners driving tools of other types, which can be powered by electric motors or pneumatic motors, use driving socks with driving socks, which fit axially over matching heads of fasteners, such as screws or bolts. Typically, the socks and the heads of the fasteners are axially non-circular or polygonal. Usually, the socks and heads of fasteners are axially hexagonal.

Vaak is het voor een gebruiker moeilijk de niet cirkelvormige sok van een dergelijk werktuig en de niet cirkelvormige kop van een dergelijk bevestigingsmiddel te centreren, in het bijzonder wanneer een verticaal schroefpistool wordt gebruikt. Hoewel een bout of machine-schroef met de hand kan worden ingedraaid gedurende enkele omwentelingen in een gat met vooraf vervaardigd schroefdraad in een werkstuk, is het voor een gebruiker moeilijk om een schroef met een niet cirkelvormige kop en met een boor- of tappunt te stabiliseren, voordat de schroef enkele omwentelingen in een werkstuk is ingedreven. Het centreren van de niet cirkelvormige sok van een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen en de niet cirkelvormige kop van een dergelijke schroef kan daarom bijzonder moeilijk zijn voor een gebruiker.It is often difficult for a user to center the non-circular socket of such a tool and the non-circular head of such a fastener, especially when using a vertical screw gun. Although a bolt or machine screw can be screwed in by hand for several revolutions in a hole with pre-made threads in a workpiece, it is difficult for a user to stabilize a screw with a non-circular head and a drilling or tapping point before the screw has been driven into a workpiece for several revolutions. Therefore, centering the non-circular socket of a fastener driving tool and the non-circular head of such a screw can be particularly difficult for a user.

Wanneer de niet cirkelvormige sok van een dergelijk indrijf-werktuig voor bevestigingsmiddelen en de niet cirkelvormige kop van een dergelijk bevestigingsmiddel niet ten opzichte van elkaar gecentreerd zijn, is het mogelijk dat het bevestigingsmiddel, het werkstuk, of beide beschadigd worden wanneer een poging gedaan wordt om het bevestigingsmiddel via het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen, in het werkstuk te drijven. De niet cirkelvormige sok kan ook beschadigd worden.If the non-circular socket of such a fastener driving tool and the non-circular head of such a fastener are not centered with respect to each other, the fastener, workpiece, or both may be damaged when attempting to driving the fastener into the workpiece through the fastener driving tool. The non-circular sock can also be damaged.

Daarom is er een behoefte, waar deze uitvinding op gericht wordt, voor een verbeterde wijze om de niet cirkelvormige sok van een dergelijk indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen en de niet cirkelvor-mige kop van een dergelijk bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar te centreren.Therefore, there is a need addressed by this invention for an improved manner of centering the non-circular sock of such a fastener driving tool and the non-circular head of such a fastener.

Samenvatting van de uitvinding.Summary of the invention.

Deze uitvinding verschaft een verbeterd bevestigingsmiddel met een kop die, axiaal gezien, niet cirkelvormig is. Bovendien verschaft deze uitvinding verbeteringen aan een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen, met een indrijfelement met een sok die axiaal gezien niet cirkelvormig is, waardoor het verbeterde werktuig nuttig is voor het indrijven van het verbeterde bevestigingsmiddel. Deze uitvinding vergemakkelijkt het centreren van de niet cirkelvormige sok van het verbeterde werktuig en de niet cirkelvormige kop van het verbeterde bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar, via een centreerpen die samenwerkt met een holle uitsparing in de niet cirkelvormige kop.This invention provides an improved fastener with a head that, viewed axially, is non-circular. In addition, this invention provides improvements to a fastener driving tool having a driving element with a socket that is axially non-circular, making the improved tool useful for driving the improved fastener. This invention facilitates centering the non-circular sock of the improved tool and the non-circular head of the improved fastener relative to each other, via a centering pin that interacts with a hollow recess in the non-circular head.

Het verbeterde bevestigingsmiddel, dat een as heeft, heeft een kop en een schacht die een van schroefdraad voorzien gedeelte heeft. De schacht kan volledig van schroefdraad zijn voorzien of kan als alter natief voorzien zijn van een boor- of tappunt. Bij voorkeur heeft de schacht een boorpunt. De kop is, axiaal gezien, niet cirkelvormig, bij voorkeur zeshoekig, zodat de kop aangepast wordt om samen te werken met een indrijfelement met een op geschikte wijze vormgegeven sok in een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen, zoals een verticaal schroef-pistool of een in de hand gehouden schroefpistool. De kop wordt daarom aangepast om samen te werken met de niet cirkelvormig sok van het indrijf element van het verbeterde werktuig.The improved fastener, which has a shaft, has a head and a shaft that has a threaded portion. The shank may be fully threaded or alternatively may have a drilling or tapping point. Preferably, the shaft has a drill point. Viewed axially, the head is non-circular, preferably hexagonal, so that the head is adapted to interact with a driving element with a suitably shaped socket in a fastener driving tool, such as a vertical screw gun or a hand held screw gun. The head is therefore adapted to cooperate with the non-circular socket of the driving element of the improved tool.

De kop van het verbeterde bevestigingsmiddel heeft een holle uitsparing die zich axiaal in de kop uitstrekt. De holle uitsparing vormt een doorgaande, bovenrand, die bij voorkeur qua vorm past bij een cirkel of als alternatief, bij een regelmatige veelhoek. De holle uitsparing kan aldus onderscheiden worden van een gleufvormige, kruisvormige of andere uitsparing, ontworpen om het blad van een schroevedraaier op te nemen. De holle uitsparing verschaft een richtpunt, dat bruikbaar is voor het centreren van de niet cirkelvormige sok van het indrijfelement van een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen zoals in de voorgaande paragraaf besproken, en de niet cirkelvormige kop van het verbeterde bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar. Bovendien past, zoals hierna wordt uitgelegd, de holle uitsparing het bevestigingsmiddel aan om samen te werken met een centreerpen, die behoort bij een dergelijk indrijf-element.The head of the improved fastener has a hollow recess extending axially in the head. The hollow recess forms a continuous top edge, which preferably fits in shape with a circle or alternatively with a regular polygon. The hollow recess can thus be distinguished from a slotted, cross or other recess designed to receive the blade of a screwdriver. The hollow recess provides an alignment point useful for centering the non-circular socket of the fastener driving element of a fastener driving tool as discussed in the previous paragraph, and the non-circular head of the improved fastener relative to each other. In addition, as explained below, the hollow recess adjusts the fastener to cooperate with a centering pin associated with such a driving element.

Bij een uitvoeringsvorm die de voorkeur heeft van het verbeterde bevestigingsmiddel, heeft de holle uitsparing een afgeknot kegelvormig oppervlak, dat coaxiaal verloopt met het bevestigingsmiddel. Het afgeknot kegelvormige oppervlak vormt een doorgaande bovenrand, die qua vorm past bij een cirkel.In a preferred embodiment of the improved fastener, the hollow recess has a frusto-conical surface co-axial with the fastener. The frusto-conical surface forms a continuous top edge that matches a circle in shape.

Bij een alternatieve uitvoeringsvorm van deze uitvinding, heeft de holle uitsparing een aantal in wezen driehoekige oppervlakken, die in een regelmatige groef worden gerangschikt om de as van het bevestigingsmiddel. De in wezen driehoekige oppervlakken vormen een doorgaande bovenrand die qua vorm past bij een regelmatige veelhoek. Bij voorkeur heeft bij een dergelijke uitvoeringsvorm, de holle uitsparing zes van dergelijke oppervlakken, die een continue bovenrand bepalen, die qua vorm past bij een regelmatige zeshoek.In an alternative embodiment of this invention, the hollow recess has a number of substantially triangular surfaces, which are arranged in a regular groove about the axis of the fastener. The essentially triangular surfaces form a continuous top edge that matches the shape of a regular polygon. Preferably, in such an embodiment, the hollow recess has six such surfaces defining a continuous top edge that conforms to a regular hexagon in shape.

Het verbeterde werktuig omvat een nieuwe combinatie van een indrijfelement en een centreerpen, die aan het indrijfelement gemonteerd is voor een axiale verplaatsing van de centreerpen ten opzichte van het indrijfelement. Het verbeterde werktuig is bruikbaar om het verbeterde bevestigingsmiddel in te drijven.The improved tool includes a new combination of a driving element and a centering pin mounted on the driving element for axial displacement of the centering pin relative to the driving element. The improved tool is useful for driving the improved fastener.

Het indrijfelement, dat een as heeft, heeft een buisvormig verlengstuk met een sok die zich axiaal uitstrekt in het buisvormige verlengstuk en axiaal gezien, niet cirkelvormig is. De sok die in het algemeen qua vorm past bij de niet cirkelvormige kop van het verbeterde bevestigingsmiddel, is aangepast om axiaal over een dergelijke kop heen te passen, zodat een indrijvende relatie wordt gevormd, waarbij het indrijvingselement wordt ingericht om een dergelijk bevestigingsmiddel in te drijven.The drive element, which has a shaft, has a tubular extension with a socket that extends axially in the tubular extension and is not circular when viewed axially. The sock, generally conforming in shape to the non-circular head of the improved fastener, is adapted to fit axially over such a head to form a floating relationship, the driving element being adapted to drive such a fastener .

De centreerpen, die een as heeft die in het algemeen samenvalt met de as van het indrijfelement, wordt aan het indrijfelement gemonteerd voor een axiale beweging van de centreerpen, tussen een buitenste stand en teruggetrokken standen. De centreerpen wordt naar de buitenste stand toe gedrukt. De centreerpen, die een bol uiteinde heeft, strekt zich axiaal door de sok heen uit in de buitenste stand, maar wordt axiaal teruggetrokken in de teruggetrokken standen. De centreerpen is geschikt gemaakt om aan het bolle uiteinde te passen in de holle uitsparing in de kop van het verbeterde bevestigingsmiddel en om axiaal bewogen te worden van de buitenste stand naar één van de teruggetrokken standen, zodat de sok en de kop van het bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar gecentreerd worden.The centering pin, which has an axis generally coincident with the axis of the driving element, is mounted on the driving element for axial movement of the centering pin, between an outer position and retracted positions. The centering pin is pushed to the outer position. The centering pin, which has a convex end, extends axially through the sock in the outer position, but is retracted axially in the retracted positions. The centering pin is adapted to fit the convex end in the hollow recess in the head of the improved fastener and to be moved axially from the outer position to one of the retracted positions so that the socket and the head of the fastener centered relative to each other.

Het indrijvingselement is beweegbaar tussen ruststanden, waarbij de centreerpen op afstand gelegen is van de kop van het bevestigingsmiddel, en een bedrijfsstand, waarbij de centreerpen met het bolle uiteinde wordt geplaatst in de holle uitsparing in de kop van het bevestigingsmiddel en axiaal bewogen wordt van de buitenste stand naar één van de teruggetrokken standen. Bijgevolg worden, wanneer het indrijf-element naar de bedrijfsstand wordt bewogen, de sok en de kop van het bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar gecentreerd.The drive element is movable between rest positions, the centering pin being spaced from the fastener head, and an operating position, the centering pin centering pin being placed in the hollow recess in the fastener head and axially moved from the outer position to one of the retracted positions. Accordingly, when the driving element is moved to the operating position, the socket and the head of the fastener are centered relative to each other.

Bij een uitvoeringsvorm die de voorkeur heeft van het verbeterde werktuig, heeft het bolle uiteinde van de centreerpen een afgeknot kegelvormig oppervlak, dat naar de as van de centreerpen toe samenloopt. Aldus heeft het verbeterde werktuig een bijzonder vermogen om het verbeterde bevestigingsmiddel in te drijven, als de holle uitsparing in de kop van het bevestigingsmiddel een afgeknot kegelvormig oppervlak heeft, hoewel het afgeknot kegelvormige oppervlak van het bolle uiteinde van de centreerpen ook gebruikt kan worden als de holle uitsparing een aantal in wezen driehoekige facetten heeft.In a preferred embodiment of the improved tool, the convex end of the centering pin has a frusto-conical surface that converges toward the axis of the centering pin. Thus, the improved tool has a special ability to drive the improved fastener if the hollow recess in the fastener head has a frusto-conical surface, although the frusto-conical surface of the convex end of the centering pin can also be used as the hollow recess has a number of essentially triangular facets.

Bij een alternatieve uitvoeringsvorm van het verbeterde werktuig, heeft het bolle uiteinde van de centreerpen een aantal in wezen driehoekige facetten, die in een regelmatig patroon om de as van de centreerpen worden aangebracht. De in wezen driehoekige facetten komen samen naar de as van de centreerpen. Bij voorkeur heeft bij een dergelijke uitvoeringsvorm, het bolle uiteinde van de centreerpen zes van dergelijke facetten, die qua vorm in wezen passen bij een pyramide met een zeshoekige basis. Aldus heeft het verbeterde werktuig een bijzonder vermogen om het verbeterde bevestigingsmiddel in te drijven, wanneer de holle uitsparing in de kop van het bevestigingsmiddel een soortgelijke rangschikking van in wezen driehoekige oppervlakken heeft, waarna de sok en de kop van het bevestigingsmiddel op soortgelijke wijze georiënteerd worden in een draaiingsrichting om hun respectievelijke assen, wanneer ze ten opzichte van elkaar gecentreerd worden.In an alternative embodiment of the improved tool, the convex end of the centering pin has a number of substantially triangular facets, which are arranged in a regular pattern about the axis of the centering pin. The essentially triangular facets come together to the axis of the centering pin. Preferably, in such an embodiment, the convex end of the centering pin has six such facets, which in shape substantially match a pyramid with a hexagonal base. Thus, the improved tool has a special ability to drive the improved fastener when the hollow recess in the fastener head has a similar arrangement of essentially triangular surfaces, after which the sock and the fastener head are oriented in a similar manner in a direction of rotation about their respective axes when centered relative to each other.

Bij een constructie die de voorkeur heeft, wordt het buisvormige verlengstuk mechanisch bevestigd aan het indrijfelement, en een ringvormig vasthoudmiddel wordt binnen het buisvormige verlengstuk aangebracht. Het vasthoudmiddel, dat door middel van persen aangebracht kan worden in het buisvormige verlengstuk, heeft een middenopening, waar doorheen de centreerpen zich uitstrekt voor de axiale beweging van de centreerpen ten opzichte van het vasthoudmiddel. Bij de constructie die de voorkeur heeft, heeft de centreerpen een ringvormige ribbe, die binnen het buisvormige verlengstuk wordt aangebracht. De ribbe wordt geschikt gemaakt om tot ingrijping te komen met het vasthoudmiddel, bij een axiale beweging van de centreerpen naar de buitenste stand. Bovendien wordt, bij de constructie die de voorkeur heeft, de centreerpen aangedrukt door een spiraalveer, die binnen het buisvormige verlengstuk wordt aangebracht, zodat hij tegen de ribbe aan ligt.In a preferred construction, the tubular extension is mechanically attached to the driving element, and an annular retaining means is placed within the tubular extension. The holding means, which can be press-fitted into the tubular extension, has a center opening through which the centering pin extends for axial movement of the centering pin relative to the holding means. In the preferred construction, the centering pin has an annular rib which is fitted within the tubular extension. The rib is adapted to engage the retaining means upon axial movement of the centering pin to the outer position. In addition, in the preferred construction, the centering pin is pressed by a coil spring, which is fitted within the tubular extension, so that it abuts the rib.

Deze en andere doeleinden, kenmerken en voordelen van deze uitvinding blijken uit de hierna volgende beschrijving van uitvoeringsvormen die de voorkeur hebben van het verbeterde bevestigingsmiddel en het verbeterde werktuig, onder verwijzing naar de begeleidende tekeningen.These and other objects, features and advantages of this invention will become apparent from the following description of preferred embodiments of the improved fastener and tool, with reference to the accompanying drawings.

Korte beschrijving van de tekeningen.Brief description of the drawings.

Figuur 1 is een zijaanzicht van een verticaal schroefpistool, dat een de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm vormt van het verbeterde werktuig.Figure 1 is a side view of a vertical screw gun, which is a preferred embodiment of the improved tool.

Figuur 2 is, op grotere schaal, een gedeeltelijk, uiteengetrokken aanzicht van enkele onderdelen van het verticale schroefpistool weergegeven in figuur 1, samen met een schroef, die een de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm vormt van het verbeterde bevestigingsmiddel.Figure 2 is an enlarged, partial, exploded view of some parts of the vertical screw gun shown in Figure 1, together with a screw, which is a preferred embodiment of the improved fastener.

Figuur 3 is een axiaal aanzicht van enkele onderdelen zoals weergegeven in figuur 2, met name een indrijfelement met een niet cirkelvormige sok en een centreerpen, genomen langs de lijn 3-3 in figuur 2, in een richting zoals aangeduid door de pijlen.Figure 3 is an axial view of some parts as shown in Figure 2, especially a driving element with a non-circular socket and a centering pin, taken along line 3-3 in Figure 2, in a direction as indicated by the arrows.

Figuur 4, op soortgelijke schaal, en de figuren 5 tot en met 8 op een grotere schaal, zijn op elkaar volgende, gedeeltelijke aanzichten, door sommige onderdelen van het in de figuren 1, 2 en 3 weergegeven, verticale schroefpistool, zoals ze gebruikt worden om de in figuur 2 weergegeven schroef in te drijven, door twee vloer vormende elementen, bij een overlappende naad, in een flens van een I-balk, die slechts in figuur 8 wordt weergegeven. Sommige in figuur 4 weergegeven elementen worden weggelaten in de figuren 4 tot en met 8.Figure 4, on a similar scale, and Figures 5 through 8 on a larger scale, are successive partial views, through some parts of the vertical screw gun shown in Figures 1, 2 and 3, as used to drive the screw shown in Figure 2, through two floor-forming elements, at an overlapping seam, into a flange of an I-beam, shown only in Figure 8. Some elements shown in Figure 4 are omitted in Figures 4 to 8.

Figuur 9 is een vergroot, gedeeltelijk aanzicht-detail van een gewijzigde sok die samenwerkt met de in figuur 2 weergegeven schroef.Figure 9 is an enlarged, partial view detail of a modified sock cooperating with the screw shown in Figure 2.

Figuur 10 is een vergroot, gedeeltelijk, perspectivisch detail van een centreerpen met een gewijzigd, bol uiteinde, volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van het verbeterde werktuig, samen met een schroef volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van het verbeterde bevestigingsmiddel.Figure 10 is an enlarged, partial perspective detail of a centered pin with a modified bulbous end, according to an alternative embodiment of the improved tool, together with a screw according to an alternative embodiment of the improved fastener.

Figuur 11 is, op een kleinere schaal in vergelijking met figuur 10, een axiaal aanzicht naar boven, naar de centreerpen en samenhangende onderdelen van het verbeterde werktuig, volgens de alternatieve uitvoeringsvorm.Figure 11 is, on a smaller scale compared to Figure 10, an axial upward view, towards the centering pin and related parts of the improved tool, according to the alternative embodiment.

Gedetailleerde beschrijving van uitvoeringsvormen die de voorkeur hebben.Detailed description of preferred embodiments.

Hoewel uitvoeringsvormen die de voorkeur hebben en alternatieve uitvoeringsvormen van het verbeterde werktuig en het verbeterde bevestigingsmiddel in de tekeningen worden afgebeeld en hierna zullen worden beschreven, moet het hier duidelijk zijn, dat deze uitvinding niet beperkt wordt tot deze uitvoeringsvormen.Although preferred embodiments and alternative embodiments of the improved tool and the improved fastener are shown in the drawings and will be described below, it should be understood here that this invention is not limited to these embodiments.

Zoals weergegeven in figuur 1 en in andere aanzichten, vormt een verticaal schroefpistool 10 een uitvoeringsvorm die de voorkeur heeft van het verbeterde werktuig dat door deze uitvinding wordt verschaft.As shown in Figure 1 and in other views, a vertical screw gun 10 is a preferred embodiment of the improved tool provided by this invention.

Zoals weergegeven in de figuren 2 en 4 tot en met 8, is het schroefpistool 10 bruikbaar om een schroef in te drijven door twee een vloer vormende elementen 14, 16, bij een overlappende naad, in een flens 18 van een I-balk, als in een vloer of dakconstructie. Het schroefpistool 10 wordt weergegeven zoals dit gebruikt wordt om een schroef 20 in te drijven, die een uitvoeringsvorm vormt die de voorkeur heeft van het nieuwe bevestigingsmiddel dat door deze uitvinding wordt verschaft.As shown in Figures 2 and 4 to 8, the screw gun 10 is operable to drive a screw through two floor-forming members 14, 16, at an overlapping seam, in a flange 18 of an I-beam, as in a floor or roof construction. The screw gun 10 is shown as used to drive a screw 20, which is a preferred embodiment of the novel fastener provided by this invention.

Behalve voor zover hij in de tekeningen is afgebeeld en hierna beschreven, is de schroef 20 gelijksoortig aan de schroef geopenbaard in het U.S.-octrooi nr. 4,583,898 van Sygnator.Except as depicted in the drawings and described below, the screw 20 is similar to the screw disclosed in Sygnator U.S. Patent No. 4,583,898.

Aldus heeft de schroef 20, die een as heeft, een kop 22, een schacht 24, en een volgring-achtig gedeelte 26 tussen de kop 22 en de schacht 24. De kop 22 is axiaal gezien zeshoekig, zodat de kop 22 aangepast is om samen te werken met een op geschikte wijze vormgegeven sok van een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen, zoals de sok van het schroefpistool 20, dat later wordt beschreven. De schacht 24 heeft een gedeelte 28 met schroefdraad, dat grenst aan het volgring-achtige gedeelte 26 en een boorpunt 30, grenzend aan het van schroefdraad voorziene gedeelte 28. Details van een boorpunt zoals de boorpunt 30 worden aangetroffen in het hierboven genoemde octrooi van Sygnator.Thus, the screw 20, which has an axis, has a head 22, a shank 24, and a washer-like portion 26 between the head 22 and the shank 24. The head 22 is axially hexagonal so that the head 22 is adapted to to cooperate with a suitably shaped fastener driving tool socket, such as the screw gun socket 20, described later. The shank 24 has a threaded portion 28 adjacent to the washer-like portion 26 and a drill tip 30 adjacent to the threaded portion 28. Details of a drill bit such as the drill tip 30 are found in the above-mentioned Sygnator patent .

De schroef 20 verschilt van de in het hierboven genoemde octrooi van Sygnator en van andere tot nu toe bekende bevestigingsmiddelen, doordat hij een holle uitsparing 40 heeft die zich axiaal in de kop 22 uitstrekt, vanuit een bovenvlak 42 van de kop 22. Het is kenmerkend voor de uitvoeringsvorm die de voorkeur heeft van het nieuwe bevestigingsmiddel, dat door deze uitvinding wordt verschaft, dat de holle uitsparing 40 een afgeknot kegelvormig oppervlak 46 heeft,dat een kegelvormige hoek vormt en samen komt in de richting van de as van de schroef 20. Het is niet nodig dat het afgeknot kegelvormige oppervlak 46 samen komt naar een punt op de as van de schroef 20. Aan het bovenvlak 42, vormt het afge- knot kegelvormige vlak 46 een doorgaande bovenrand 48 die qua vormt past bij een cirkel.The screw 20 differs from the Sygnator patent mentioned above and other hitherto known fasteners in that it has a hollow recess 40 extending axially in the head 22 from an upper surface 42 of the head 22. It is typically for the preferred embodiment of the novel fastener provided by this invention, the hollow recess 40 has a frusto-conical surface 46 which forms a conical angle and meets in the direction of the axis of the screw 20. It is not necessary for the frusto-conical surface 46 to converge to a point on the axis of the screw 20. At the top surface 42, the frusto-conical surface 46 forms a continuous top edge 48 that matches a circle in shape.

Op voordeel biedende wijze verschaft de holle uitsparing 40 een richtpunt, dat bruikbaar is voor het centreren van een sok van een indrijvingswerktuig voor bevestigingsmiddelen, zoals het hierna te beschrijven schroefpistool 20, en de schroefkop 22 ten opzichte van elkaar, voordat het indrijvingswerktuig voor bevestigingsmiddelen wordt gebruikt om de schroef 20 in te drijven.Advantageously, the hollow recess 40 provides an alignment point useful for centering a socket of a fastener driving tool, such as the screw gun 20 to be described below, and the screw head 22 relative to each other, before the fastener driving tool is turned. used to drive the screw 20.

Met uitzondering van wat is afgebeeld in de tekeningen en hierin wordt beschreven, is het schroefpistool 10 in het algemeen gelijksoortig aan verticale schroefpistolen, geopenbaard in de hierboven vermelde octrooien van Murray en Dewey, en in het bijzonder aan in de handel bij ITW-Buildex, supra onder diens handelsmerk ACCUTRAXX verkrijgbare schroefpistolen.With the exception of what is depicted in the drawings and described herein, the screw gun 10 is generally similar to vertical screw guns, disclosed in the above-referenced Murray and Dewey patents, and in particular, commercially available at ITW-Buildex, Screw guns available below under its trademark ACCUTRAXX.

Ruwweg omvat het schroefpistool 10 een neusstuk 50 met diverse later te beschrijven bestanddelen, twee telescopisch in elkaar schuivende buizen, namelijk een buitenste, bovenste buis 52 en een binnenste onderste buis 54, die het neusstuk 50 monteren, een indrijf-element 56 dat draaibaar binnen de buizen 52, 54 is gemonteerd, en ingericht om andere, later te beschrijven onderdelen aan te drijven, en een aandrijfmiddel 58, dat gemonteerd wordt aan de bovenste buis 52.Roughly, the screw gun 10 includes a nose piece 50 with various components to be described later, two telescoping tubes, namely an outer, upper tube 52 and an inner lower tube 54, which mount the nose piece 50, a driving element 56 rotatable inside the tubes 52, 54 are mounted, and adapted to drive other parts to be described later, and a driving means 58, which is mounted on the top tube 52.

Het aandrijfmiddel 58 wordt gevoed door een (niet weergegeven) elektromotor en wordt zodanig ingericht dat het met de hand te bekrachtigen is via een trekker 60 en om het indrijfelement 56 roterend aan te drijven, wanneer het bekrachtigd wordt. De buizen 52, 54 worden door (niet weergegeven) inwendige veren aangedrukt naar een uitgestrekte toestand. De buizen 52, 54 zijn geschikt om axiaal telescopisch in elkaar te schuiven naar een ingekorte toestand, wanneer een gebruiker op het aandrijfmiddel 58 naar beneden toe drukt, waarbij het neusstuk 50 tegen een werkstuk aan wordt gedrukt.The driving means 58 is powered by an electric motor (not shown) and is arranged so that it can be manually actuated via a trigger 60 and to rotate the driving element 56 when it is energized. Tubes 52, 54 are pressed to an extended state by internal springs (not shown). The tubes 52, 54 are capable of telescoping axially telescoping to a truncated state when a user presses down on the drive means 58, pressing the nosepiece 50 against a workpiece.

Voorts omvat het schroefpistool 10 een toevoerbuis 62 voor schroeven, die aan het neusstuk 50 wordt gemonteerd via een montageblok 64, met een doorgang 66 voor geleidingsschroeven, vanuit de schroeven aanvoerende buis 62 naar het neusstuk 50. Elke schroef moet afzonderlijk in de schroeven aanvoerende buis 62 worden geworpen, op zodanige wijze, dat de schacht van een dergelijke schroef vooraf gaat aan de kop van een dergelijke schroef.Furthermore, the screw gun 10 includes a screw feed tube 62, which is mounted to the nose piece 50 via a mounting block 64, with a guide screw passage 66, from the screw supply tube 62 to the nose piece 50. Each screw must be separately fed into the screw supply tube 62 are thrown in such a way that the shank of such a screw precedes the head of such a screw.

Het neusstuk 50 heeft een bovenste, buisvormig gedeelte 72, dat ingericht is om elke schroef uit de doorgang 66 op te nemen, een onderste, buisvormig gedeelte 74, en een paar onderste flenzen 76, 78 aan weerszijden van het buisvormige gedeelte 74. De flenzen 76, 78 strekken zich onder het buisvormige gedeelte 74 uit en zijn ontworpen om naar beneden, tegen een werkstuk aan gedrukt te worden, wanneer het schroefpistool 10 gebruikt wordt om een schroef in of door het werkstuk te drijven.The nosepiece 50 has an upper tubular section 72 adapted to receive each screw from the passage 66, a lower tubular section 74, and a pair of lower flanges 76, 78 on either side of the tubular section 74. The flanges 76, 78 extend below the tubular portion 74 and are designed to be pressed down against a workpiece when the screw gun 10 is used to drive a screw into or through the workpiece.

Het neusstuk 50 heeft een paar grijpkaken 80, 82, die gemonteerd worden tussen de flenzen 76, 78 voor een draaiende beweging van elk van de kaken 80, 82, tussen een gesloten stand en geopende standen.The nosepiece 50 has a pair of gripping jaws 80, 82 which are mounted between the flanges 76, 78 for a rotational movement of each of the jaws 80, 82, between a closed position and open positions.

Elk van de kaken 80, 82 wordt weergegeven in diens gesloten stand in de figuren 4 tot en met 7 en in één van diens geopende standen in figuur 8. De grijpkaak 80 wordt draaibaar bewegend gemonteerd op een scharnier-pen 84, die gemonteerd wordt aan de flenzen 76, 78, en wordt naar diens gesloten stand gedrukt door middel van een spiraalveer 86. De veer 86 wordt werkzaam aangebracht tussen een bovenste uiteinde 88 van de kaak 80 en het buisvormige gedeelte 74 van het neusstuk 50. Het uiteinde 88 heeft een nis 90, dat één uiteinde van de spiraalveer 86 opneemt. De grijpkaak 82 wordt scharnierend gemonteerd aan een scharnierpen 92, die gemonteerd wordt aan de flenzen 76, 78, en wordt naar diens gesloten stand gedrukt door een spiraalveer 94. De veer 94 wordt werkzaam aangebracht tussen een bovenste uiteinde 96 van de kaak 82 en het buisvormige gedeelte 74 van het neusstuk 50. Het uiteinde 96 heeft een nis 98 die één uiteinde van de spiraalveer 94 opneemt.Each of the jaws 80, 82 is shown in its closed position in Figures 4 to 7 and in one of its open positions in Figure 8. The gripping jaw 80 is pivotally mounted on a hinge pin 84, which is mounted on flanges 76, 78, and is pushed to its closed position by a coil spring 86. The spring 86 is operatively mounted between an upper end 88 of the jaw 80 and the tubular portion 74 of the nosepiece 50. The end 88 has a recess 90, which receives one end of the coil spring 86. The gripping jaw 82 is hinged to a hinge pin 92, which is mounted on the flanges 76, 78, and is pushed to its closed position by a coil spring 94. The spring 94 is operatively mounted between an upper end 96 of the jaw 82 and the tubular portion 74 of the nosepiece 50. The end 96 has a niche 98 that receives one end of the coil spring 94.

Wanneer elk van de grijpkaken 80, 82 zich in diens gesloten stand bevindt, zijn de kaken 80, 82 losjes geplaatst voor het vastgrijpen van de schacht van een schroef, zoals de schacht 24 van de schroef 20 wordt weergegeven, losjes vastgegrepen in de figuren 4 tot en met 7, en voorts om te voorkomen dat de kop van de schroef dóór de kaken 80, 82 heen valt, wanneer het neusstuk niet tegen een werkstuk aan ligt. De scharnierende beweging van de kaak 80, zoals deze aangedrukt wordt door de veer 86, wordt begrensd door een ingrijping tussen een borst 100 aan de kaak 80 en het buisvormige gedeelte 74 van het neusstuk 50. De scharnierende beweging van de kaak 82, wordt, wanneer deze aangedrukt wordt door de veer 94, begrensd door de ingrijping tussen een borst 102 aan de kaak 82 en het gedeelte 74.When each of the gripping jaws 80, 82 is in its closed position, the jaws 80, 82 are loosely positioned to grip the shank of a screw, as shown the shank 24 of the screw 20, loosely gripped in Figures 4 through 7, and further to prevent the head of the screw from falling through the jaws 80, 82 when the nosepiece is not against a workpiece. The pivoting movement of the jaw 80, as pressed by the spring 86, is limited by an engagement between a chest 100 on the jaw 80 and the tubular portion 74 of the nosepiece 50. The pivoting movement of the jaw 82 is, when pressed by the spring 94, bounded by the engagement between a breast 102 on the jaw 82 and the portion 74.

Het indrijfelement 56, dat een as heeft, heeft een buisvormig verlengstuk 108. Het buisvormige verlengstuk 108 vormt een sok 110, die zich axiaal uitstrekt in het buisvormige verlengstuk 108. De sok 110 is axiaal gezien zeshoekig, en past qua vorm in het algemeen bij de kop 22 van de schroef 20 en is geschikt om axiaal over de kop 22 van de schroef te worden geplaatst. Het buisvormige verlengstuk 108 wordt mechanisch bevestigd aan het aandrijvingselement 56, doordat het een gedeeltelijk van schroefdraad voorzien gedeelte 112 heeft, dat op een gedeeltelijk van schroefdraad voorzien, buisvormig gedeelte 114 van het aandrijfelement 56 is gedraaid.The drive element 56, which has a shaft, has a tubular extension 108. The tubular extension 108 forms a socket 110, which extends axially into the tubular extension 108. The socket 110 is axially hexagonal, and generally fits in shape. the head 22 of the screw 20 and is arranged to be placed axially over the head 22 of the screw. The tubular extension 108 is mechanically attached to the actuator element 56 in that it has a partially threaded portion 112 which is threaded onto a partially threaded tubular portion 114 of the actuator 56.

Een centreerpen 120, die een as heeft die in het algemeen samenvalt met de as van het aandrijvingselement 56, wordt in het buisvormige gedeelte 114 van het aandrijfelement 56 geplaatst, voor een axiale beweging van de centreerpen 120 ten opzichte van het aandrijf-element 56, tussen een buitenste stand en ingetrokken standen. In de buitenste stand, strekt de centreerpen 120 zich axiaal door de sok 110 heen uit, zoals weergegeven in de figuren 4, 5 en 6. De centreerpen 120 wordt in de figuren 7 en 8, in een teruggetrokken stand weergegeven.A centering pin 120, which has an axis generally coincident with the axis of the driving element 56, is placed in the tubular portion 114 of the driving element 56 for axial movement of the centering pin 120 relative to the driving element 56, between an outer position and retracted positions. In the outermost position, the centering pin 120 extends axially through the sock 110, as shown in Figures 4, 5 and 6. The centering pin 120 is shown in a retracted position in Figures 7 and 8.

De centreerpen 120 heeft een bol uiteinde 122, met een afgeknot kegelvormig oppervlak 124 dat samen loopt naar de as van de centreerpen 120. Het afgeknot kegelvormige vlak 124 vormt een kegelhoek, die bij voorkeur gelijk is aan maar niet groter dan de kegelhoek gevormd door het afgeknot kegelvormige oppervlak 46 van de holle uitsparing 40 in de kop 22 van de schroef 20.The centering pin 120 has a convex end 122, with a frusto-conical surface 124 that extends together to the axis of the centering pin 120. The frusto-conical surface 124 forms a cone angle, which is preferably equal to, but not greater than, the cone angle formed by the frusto-conical surface 46 of the hollow recess 40 in the head 22 of the screw 20.

De centreerpen 120 heeft een ringvormige ribbe 126, die binnen het buisvormige gedeelte 114 van het aandrijfelement 56 wordt geplaatst. Een ringvormig vasthoudmiddel 128 wordt in het buisvormige gedeelte 114 geperst, onder de ringvormige ribbe 126, op zodanige wijze, dat het vasthoudmiddel 128 op wrijving wordt vastgehouden door het buisvormige gedeelte 114. De ribbe 126 is geschikt om tot ingrijping te komen met het vasthoudmiddel 128, bij een axiale beweging van de centreerpen 120 naar de buitenste stand. Aldus houdt het vasthoudmiddel 128 de ribbe 126 vast, om te voorkomen dat de centreerpen 120 uit het buisvormige gedeelte 114 valt. Een spiraalveer 130 wordt binnen het buisvormige gedeelte 114 geplaatst, rond de centreerpen 120, zodat deze naar beneden toe tegen de ribbe 126 rust en aldus de centreerpen 120 naar de buitenste stand toe drukt.The centering pin 120 has an annular rib 126, which is placed within the tubular portion 114 of the drive element 56. An annular retaining means 128 is pressed into the tubular portion 114, below the annular rib 126, such that the retaining means 128 is frictionally retained by the tubular portion 114. The rib 126 is adapted to engage with the retaining means 128 , upon axial movement of the centering pin 120 to the outer position. Thus, the retaining means 128 retains the rib 126 to prevent the centering pin 120 from falling out of the tubular portion 114. A coil spring 130 is placed within the tubular portion 114, around the centering pin 120 so that it rests down against the rib 126 and thus pushes the centering pin 120 toward the outer position.

De centreerpen 120 is geschikt om axiaal, aan het bolle uiteinde 120, in de holle uitsparing 40 in de kop 22 van de schroef 20 te passen. Ook is de centreerpen 120 geschikt om axiaal verplaatst te worden van de buitenste stand naar een teruggetrokken stand, wanneer hij naar boven toe, in het buisvormige verlengstuk 108 wordt gedrukt.The centering pin 120 is adapted to fit axially, at the convex end 120, into the hollow recess 40 in the head 22 of the screw 20. Also, the centering pin 120 is adapted to be moved axially from the outer position to a retracted position when it is pressed upwardly into the tubular extension 108.

De centreerpen 120 wordt gebruikt om de sok 110 en de schroefkop 22 ten opzichte van elkaar te centreren.The centering pin 120 is used to center the socket 110 and the screw head 22 relative to each other.

Het aandrijfelement 56 is verplaatsbaar tussen ruststanden, waarbij de centreerpen 120 op afstand ligt tot de kop 22 van de schroef 20, en een bedrijfsstand. In de bedrijfsstand, wordt de centreerpen 120, met het bolle uiteinde 122, axiaal in de holle uitsparing 40 in de schroefkop 22 geplaatst en wordt axiaal bewogen vanuit de buitenste stand naar een teruggetrokken stand, waardoor de centreerpen 120 de sok 110 en de schroefkop 22 ten opzichte van elkaar centreert.The drive element 56 is movable between rest positions, the centering pin 120 being spaced from the head 22 of the screw 20, and an operating position. In the operating position, the centering pin 120, with the convex end 122, is placed axially in the hollow recess 40 in the screw head 22 and is axially moved from the outer position to a retracted position, whereby the centering pin 120 moves the socket 110 and the screw head 22 centers relative to each other.

Wanneer het aandrijfelement 56 verplaatst is naar de bedrijfsstand, door een gebruiker die op de aandrijving 58, naar beneden drukt, en de buizen 52, 54 telescopisch in elkaar laat schuiven, naar de ingekorte toestand, met het neusstuk 50 tegen een werkstuk aan gedrukt, zoals het vloer vormende element 14, weergegeven in figuur 8 en in andere aanzichten, kan het schroefpistool 10 dan bekrachtigd worden om de schroef 20 aan te drijven via het aandrijfelement 56, terwijl de sok 110 axiaal over de kop 122 van de schroef 20 is geplaatst, zoals afgebeeld in opeenvolgende fasen in de figuren 4 tot en met 8. Zoals weergegeven in de figuren 6, 7 en 8, wordt het bolle uiteinde 122 losjes in de holle uitsparing 40 aangebracht, om geen wrijvingsweerstand uit te oefenen, wanneer de schroef 20 wordt ingedreven. Bovendien komt, zoals weergegeven in figuur 8, het buisvormige verlengstuk 108 tot ingrijping met het volgring-achtige gedeelte 26 van de schroef 20, nadat de sok 110 axiaal over de kop 22 van de schroef 20 is geplaatst, teneinde de axiale beweging van de sok 110 over de kop 22 van de schroef 20 te beperken.When the drive element 56 has been moved to the operating position, by a user pressing down on the drive 58, and telescoping the tubes 52, 54 into the shortened state, with the nosepiece 50 pressed against a workpiece, like the floor-forming element 14 shown in Figure 8 and in other views, the screw gun 10 can then be actuated to drive the screw 20 through the drive element 56, while the sock 110 is placed axially over the head 122 of the screw 20 as shown in successive stages in Figures 4 through 8. As shown in Figures 6, 7 and 8, the convex end 122 is loosely inserted into the hollow recess 40 so as not to exert frictional resistance when the screw 20 is driven. In addition, as shown in Figure 8, the tubular extension 108 meshes with the washer-like portion 26 of the screw 20 after the sock 110 is placed axially over the head 22 of the screw 20 to allow axial movement of the sock 110 over the head 22 of the screw 20.

Als de schroef 20 iets gekanteld is, zoals gesuggereerd in figuur 5, en wanneer de centreerpen 120 weg gelaten zou zijn, zou een gebruiker moeilijkheden kunnen tegen komen bij het axiaal over de kop 22 van de schroef 20 aanbrengen van de sok 110. Op voordeel biedende wijze, vergemakkelijkt de centreerpen 120 het centreren van de sok 110 en de schroefkop 22 ten opzichte van elkaar, zodat dergelijke problemen worden overwonnen.If the screw 20 is tilted slightly, as suggested in Figure 5, and if the centering pin 120 is omitted, a user may encounter difficulties in fitting the sock 110 axially over the head 22 of the screw 20. Providing manner, the centering pin 120 facilitates centering the socket 110 and the screw head 22 relative to each other, so that such problems are overcome.

Zoals weergegeven in figuur 9, is een mogelijke verbetering van deze uitvinding, het afschuinen van de onderranden 140, gevormd door de sok 110. De bovenhoeken 142, gevormd door de kop 22 van de schroef 20 worden, op een bekende wijze, afgerond. De afgeschuinde randen 140 en de afgeronde hoeken 142 vergemakkelijken het centreren van de sok 110 en de schroefkop 22 ten opzichte van elkaar.As shown in Figure 9, a possible improvement of this invention is to bevel the bottom edges 140 formed by the sock 110. The top corners 142 formed by the head 22 of the screw 20 are rounded in a known manner. The beveled edges 140 and the rounded corners 142 facilitate the centering of the socket 110 and the screw head 22 relative to each other.

In de figuren 10 en 11, worden van accenten voorziene ver-wijsnummers gebruikt om elementen aan te duiden die gelijksoortig of analoog zijn aan elementen die aangeduid zijn door soortgelijke, niet van accenten voorziene verwijsnummers in de andere aanzichten.In Figures 10 and 11, accented reference numbers are used to indicate elements that are similar or analogous to elements indicated by similar, un-accented reference numbers in the other views.

Een alternatieve uitvoeringsvorm van het verbeterde bevestigingsmiddel dat door deze uitvinding wordt verschaft, wordt gevormd door een schroef 20', gelijksoortig aan de schroef 20, met uitzondering van het feit, dat de holle uitsparing 40' in de kop 22' van de schroef 20' zes in wezen driehoekige oppervlakken 160 heeft, die gerangschikt zijn in een regelmatig patroon om de as van de schroef 20'. Dergelijke oppervlakken 160 vormen een doorgaande bovenrand 162,die qua vorm past bij een regelmatige zeshoek met elk van diens zes respectievelijke zijden evenwijdig aan een aangrenzend exemplaar van zes platte oppervlakken 164 van de schroefkop 221.An alternative embodiment of the improved fastener provided by this invention is a screw 20 'similar to the screw 20 except that the hollow recess 40' in the head 22 'of the screw 20' has six substantially triangular surfaces 160 arranged in a regular pattern about the axis of the screw 20 '. Such surfaces 160 form a continuous top edge 162 which conforms in shape to a regular hexagon with each of its six respective sides parallel to an adjacent one of six flat surfaces 164 of the screw head 221.

Een alternatieve uitvoeringsvorm van het verbetere werktuig verschaft door deze uitvinding, wordt gevormd door een verticaal schroef-pistool 10', gelijksoortig aan het schroefpistool 10, met uitzondering van de centreerpen 120' en het ringvormige vasthoudmiddel 128', dat in het buisvormige verlengstuk 114' op zodanige wijze wordt aangebracht, dat het vasthoudmiddel door wrijving wordt vastgehouden door het buisvormige verlengstuk 114'.An alternative embodiment of the improved tool provided by this invention is a vertical screw gun 10 ', similar to the screw gun 10, except for the centering pin 120' and the annular retaining means 128 ', which is in the tubular extension 114' is applied such that the retaining means is frictionally retained by the tubular extension 114 '.

De centreerpen 120' is zeshoekig in dwarsdoorsnede, met uitzondering van een (niet weergegeven) ringvormige ribbe, gelijksoortig aan de ringvormige ribbe 126 die toegepast is bij het schroefpistool 10. Het ringvormige vasthoudmiddel 128' wordt complementair gevormd, zoals weergegeven in figuur 11, zodat de centreerpen 120' samen met de sok 110', die axiaal gezien zeshoekig is, rond draait. De centreerpen 120' en de sok 110' worden op gelijksoortige wijze in draaiingsrichting georiënteerd, waardoor elk van de zes zich axiaal uitstrekkende, platte vlakken 166, gedefinieerd door de centreerpen 120' evenwijdig loopt aan een aangrenzend exemplaar van de zes platte vlakken 168, gevormd door de sok 110’, in het buisvormige verlengstuk 108'.The centering pin 120 'is hexagonal in cross-section, with the exception of an annular rib (not shown) similar to the annular rib 126 used in the screw gun 10. The annular retaining means 128' is complementary as shown in Figure 11, so that the centering pin 120 'rotates together with the socket 110', which is axially hexagonal. The centering pin 120 'and the socket 110' are similarly rotated, whereby each of the six axially extending flat surfaces 166 defined by the centering pin 120 'is parallel to an adjacent one of the six flat surfaces 168 through the sock 110 ', into the tubular extension 108'.

Het bolle uiteinde 122' van de centreerpen 120' past in het algemeen qua vorm bij de holle uitsparing 40' in de kop 22' van de schroef 20' en heeft zes in wezen driehoekige facetten 170', die in een regelmatig patroon rond de as van de centreerpen 120’ worden gerangschikt. De facetten 170 lopen toe in de richting van de as van de centreerpen 120' en passen qua vorm in wezen bij een pyramide met een basis in de vorm van een regelmatige zeshoek. Het bolle uiteinde 122' heeft een kleine stompe top 172.The convex end 122 'of the centering pin 120' generally fits in shape with the hollow recess 40 'in the head 22' of the screw 20 'and has six essentially triangular facets 170' arranged in a regular pattern around the axis of the centering pin 120 'are arranged. The facets 170 tapers toward the axis of the centering pin 120 'and its shape essentially matches a pyramid with a regular hexagon base. The convex end 122 'has a small blunt top 172.

Omdat de centreerpen 120' samen met de sok 110' rond draait, richt de centreerpen 120' de schroef 20' zodanig dat de sok 110' en de kop 22' van de schroef 20' op gelijksoortige wijze gericht worden in de draaiingsrichting, wanneer het bolle uiteinde 120' van de centreerpen 120' axiaal in de holle uitsparing 40' in de kop 22 van de schroef 20 wordt aangebracht. Aldus kan, wanneer de sok 110' en de schroefkop 122' op gelijksoortige wijze in draaiingsrichting georiënteerd worden, en zij ten opzichte van elkaar gecentreerd worden, de sok 110' axiaal over de schroefkop 22' worden geplaatst zonder obstakels.Since the centering pin 120 'rotates together with the socket 110', the centering pin 120 'aligns the screw 20' such that the socket 110 'and the head 22' of the screw 20 'are similarly oriented in the direction of rotation when the convex end 120 'of the centering pin 120' is inserted axially into the hollow recess 40 'in the head 22 of the screw 20. Thus, when the socket 110 'and the screw head 122' are similarly rotated, and centered relative to each other, the socket 110 'can be placed axially over the screw head 22' without obstacles.

Diverse wijzigingen kunnen aan het verbeterde werktuig of aan het verbeterde bevestigingsmiddel worden aangebracht, zonder het kader en de geest van deze uitvinding te verlaten.Various modifications can be made to the improved tool or the improved fastener without leaving the scope and spirit of this invention.

Claims (13)

1. Een bevestigingsmiddel met een as, waarbij het bevestigingsmiddel eén kop heeft en een schacht met een van schroefdraad voorzien gedeelte, waarbij de kop axiaal gezien, niet cirkelvormig is, zodat de kop wordt aangepast om samen te werken met een indrij felement met een sok, die zodanig gevormd is dat de sok axiaal over de kop kan worden geplaatst, waarbij de kop een uitsparing heeft die zich axiaal in de kop uitstrekt en een doorgaande bovenrand vormt, die qua vorm past bij één van de volgende vormen: (a) een cirkel en (b) een regelmatige veelhoek, waarbij de holle uitsparing een richtpunt verschaft dat bruikbaar is bij het centreren van een dergelijke sok en de kop ten opzichte van elkaar, en waarbij het bevestigingsmiddel aangepast wordt om samen te werken met een centreerpen die behoort bij een dergelijke indrijfpen.1. A fastener with a shaft, the fastener having a head and a shank with a threaded portion, the head being axially not circular, so that the head is adapted to cooperate with a driving element with a sock which is shaped so that the sock can be placed axially over the head, the head having a recess extending axially in the head and forming a continuous top edge that conforms in shape to any of the following: (a) a circle and (b) a regular polygon, the hollow recess providing a target useful in centering such a sock and head relative to each other, and the fastener being adapted to cooperate with a centering pin associated with such a driving pin. 2. Het bevestigingsmiddel van conclusie 1, waarbij de holle uitsparing een afgeknot kegelvormig oppervlak heeft, dat samen komt in de richting van de as van het bevestigingsmiddel, en dat een doorgaande bovenrand vormt, die qua vorm past bij een cirkel.The fastener of claim 1, wherein the hollow recess has a frusto-conical surface that meets in the direction of the axis of the fastener, and which forms a continuous top edge that fits a circle in shape. 3. Het bevestigingsmiddel van conclusie 2, waarbij de kop axiaal gezien zeshoekig is.The fastener of claim 2, wherein the head is hexagonal when viewed axially. 4. Het bevestigingsmiddel van conclusie 1, waarbij de holle uitsparing een aantal in wezen driehoekige vlakken heeft, die in een regelmatig patroon om de as van het bevestigingsmiddel worden gerangschikt, en die een doorgaande bovenrand vormen, die qua vorm past bij een regelmatige veelhoek.The fastener of claim 1, wherein the hollow recess has a plurality of substantially triangular faces arranged in a regular pattern about the axis of the fastener, and forming a continuous top edge that matches a regular polygon in shape. 5. Het bevestigingsmiddel van conclusie 4, waarbij de kop axiaal gezien zeshoekig is, en waarbij de holle uitsparing zes van de genoemde wanden heeft, die een doorgaande bovenrand vormen, die qua vorm past bij een regelmatige zeshoek.The fastener of claim 4, wherein the head is axially hexagonal, and wherein the hollow recess has six of said walls which form a continuous top edge that conforms to a regular hexagon in shape. 6. Het bevestigingsmiddel van conclusie 3, waarbij de schacht een boorpunt heeft.The fastener of claim 3, wherein the shank has a drill point. 7. Een indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen, dat bruikbaar is om een bevestigingsmiddel met een as in te drijven, waarbij het bevestigingsmiddel een schacht heeft met een van schroefdraad voorzien gedeelte, de kop axiaal gezien niet cirkelvormig is en met een holle uit- sparing die zich in de kop uitstrekt, waarbij het werktuig omvat: (a) een indrijfelement met een as en met een buisvormig verlengstuk met een sok, die zich axiaal in het buisvormige verlengstuk uitstrekt, waarbij de sok axiaal gezien, niet cirkelvormig is, en geschikt is om axiaal over de kop van het bevestigingsmiddel geplaatst te worden, zodat een aandrijvende relatie gevormd wordt, waarbij het indrijfelement ingericht is om het bevestigingsmiddel aan te drijven, en (b) een centreerpen met een as die in het algemeen samen valt met de as van het indrijfelement, waarbij de centreerpen aan het indrij f element gemonteerd wordt voor een axiale beweging van de centreerpen ten opzichte van de sok, tussen een buitenste stand en teruggetrokken standen, waarbij de centreerpen naar de buitenste stand wordt gedrukt, waarbij de centreerpen een bol uiteinde heeft en zich axiaal dóór de sok heen uitstrekt, op zodanige wijze, dat het bolle uiteinde zich axiaal voorbij de sok in de buitenste stand uitstrekt, maar axiaal wordt teruggetrokken naar de teruggetrokken standen, waarbij de centreerpen geschikt is om, met het bolle uiteinde, in de holle uitsparing te passen in de kop van het bevestigingsmiddel en axiaal verplaatst te worden van de buitenste stand naar één van de teruggetrokken standen, wanneer de sok axiaal over de kop van het bevestigingsmiddel wordt aangebracht, waarbij het indrijfelement verplaatsbaar is tussen ruststanden, waarbij de centreerpen op afstand gelegen is tot de kop van het bevestigingsmiddel, en een bedrijfsstand, waarbij de sok axiaal over de kop van het bevestigingsmiddel wordt geplaatst, en waarbij de centreerpen, met het bolle uiteinde, in de holle uitsparing in de kop van het bevestigingsmiddel wordt geplaatst, en axiaal vanuit de buitenste stand wordt bewogen naar één van de teruggetrokken standen, zodat de sok en de kop van het bevestigingsmiddel ten opzichte van elkaar worden gecentreerd.7. A fastener driving tool useful for driving a fastener with a shaft, the fastener having a shaft with a threaded portion, the head axially non-circular and with a hollow recess extending into the head extends, the tool comprising: (a) a driving element with a shaft and a tubular extension with a socket extending axially in the tubular extension, the socket being axially, non-circular, and adapted to be axial placed over the head of the fastener to form a driving relationship, the drive element being adapted to drive the fastener, and (b) a centering pin with an axis generally coincident with the shaft of the drive element the centering pin being mounted on the driving element for axial movement of the centering pin relative to the socket between an outer and retracted positions, the centering pin being pushed to the outer position, the centering pin having a convex end and extending axially through the sock, such that the convex end extends axially beyond the sock in the outer position but axially retracted to the retracted positions, the centering pin being adapted to fit, with the convex end, into the hollow recess in the fastener head and axially moved from the outermost position to one of the retracted positions, when the sock is fitted axially over the head of the fastener, the drive element being movable between rest positions, the centering pin being spaced from the head of the fastener, and an operating position, the sock being axially over the head of the fastener and the centering pin, with the convex end, in the hollow recess in the head of n the fastener is placed, and axially moved from the outer position to one of the retracted positions, so that the sock and the fastener head are centered with respect to each other. 8. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 7, waarbij het bolle uiteinde van de centreerpen een afgeknot kegelvormig vlak heeft dat samen loopt naar de as van de centreerpen.The fastener driving tool of claim 7, wherein the convex end of the centering pin has a frusto-conical surface that coincides with the axis of the centering pin. 9. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 7, waarbij het bolle uiteinde van de centreerpen een aantal in wezen driehoekige facetten heeft, die samen lopen naar de as van de centreerpen.The fastener driving tool of claim 7, wherein the convex end of the centering pin has a plurality of substantially triangular facets that run together towards the axis of the centering pin. 10. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 9, waarbij het bolle uiteinde van de centreerpen zes genoemde facetten heeft, die qua vorm in wezen passen bij een pyramide met een basis in de vorm van een regelmatige zeshoek.The fastener driving tool of claim 9, wherein the convex end of the centering pin has six said facets that are substantially matched in shape with a pyramid having a regular hexagon base. 11. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 7, waarbij het buisvormige verlengstuk mechanisch bevestigd wordt aan het indrijfelement, waarbij een ringvormig vasthoudmiddel in een vaste stand binnen het buisvormige verlengstuk wordt geplaatst, waarbij het vasthoudmiddel een in het midden gelegen opening heeft, waar doorheen de centreerpen zich uitstrekt, voor een axiale beweging van de centreerpen ten opzichte van het vasthoudmiddel, waarbij de centreerpen een ringvormige ribbe heeft die schuivend binnen het buisvormige verlengstuk is aangebracht en geschikt is om tot ingrijping te komen met het vasthoudmiddel, bij een axiale beweging van de centreerpen naar de buitenste stand, en waarbij de centreerpen aangedrukt wordt door een spiraalveer, die binnen het buisvormige verlengstuk is aangebracht, rond de centreerpen, zodat hij tegen de ribbe aan ligt.The fastener driving tool of claim 7, wherein the tubular extension is mechanically attached to the driving element, an annular retaining means being placed in a fixed position within the tubular extension, the retaining means having a center opening through which the centering pin extends for an axial movement of the centering pin relative to the retaining means, the centering pin having an annular rib sliding within the tubular extension and adapted to engage with the retaining means upon axial movement of the centering pin to the outer position, and wherein the centering pin is pressed by a coil spring, which is fitted inside the tubular extension, around the centering pin, so that it lies against the rib. 12. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 11, waarbij het bolle uiteinde van de centreerpen een aantal in wezen driehoekige facetten heeft, die samen lopen in de richting van de as van de centreerpen.The fastener driving tool of claim 11, wherein the convex end of the centering pin has a plurality of substantially triangular facets that run together toward the axis of the centering pin. 13. Het indrijfwerktuig voor bevestigingsmiddelen van conclusie 12, waarbij het bolle uiteinde van de centreerpen zes genoemde facetten heeft, die qua vorm in wezen passen bij een pyramide met een basis in de vorm van een regelmatige zeshoek.The fastener driving tool of claim 12, wherein the convex end of the centering pin has six facets that are substantially matched in shape with a pyramid having a regular hexagon base.
NL9101661A 1990-10-03 1991-10-02 FASTENER WITH NON-CIRCULAR HEAD WITH CUT-OUT, AND FASTENER DRIVER. NL9101661A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US59212990A 1990-10-03 1990-10-03
US59212990 1990-10-03

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9101661A true NL9101661A (en) 1992-05-06

Family

ID=24369408

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9101661A NL9101661A (en) 1990-10-03 1991-10-02 FASTENER WITH NON-CIRCULAR HEAD WITH CUT-OUT, AND FASTENER DRIVER.

Country Status (17)

Country Link
JP (1) JPH07103889B2 (en)
KR (1) KR920007754A (en)
AU (1) AU655778B2 (en)
BE (1) BE1006015A3 (en)
CA (1) CA2051728C (en)
DE (2) DE4132504A1 (en)
ES (1) ES2065789B1 (en)
FI (1) FI914649A (en)
FR (1) FR2668802A1 (en)
GB (2) GB2250559B (en)
HK (1) HK112895A (en)
IT (1) IT1250503B (en)
MX (1) MX9101272A (en)
NL (1) NL9101661A (en)
NO (1) NO913876L (en)
NZ (1) NZ240017A (en)
SE (1) SE9102846L (en)

Families Citing this family (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1994015736A1 (en) * 1993-01-07 1994-07-21 Henrob Ltd. Improved fastening tools
EP0657252A1 (en) * 1993-09-13 1995-06-14 Fischerwerke Arthur Fischer GmbH & Co. KG A fastener driving tool for driving anchorable fasteners
JPH08229847A (en) * 1995-02-28 1996-09-10 Max Co Ltd Attachment for box nailing machine
FR2760063B1 (en) * 1997-02-21 1999-05-07 Spit Soc Prospect Inv Techn NOZZLE OF BUFFER SEALING APPARATUS FOR FIXING ELECTRICIAN LYRE
US6729522B2 (en) * 2001-01-26 2004-05-04 Illinois Tool Works Inc. Fastener driving tool having improved bearing and fastener guide assemblies
JP2007321851A (en) * 2006-05-31 2007-12-13 Abc Trading Co Ltd Screw, power rotary tool bit, and building design fitting constructing method
US8387846B2 (en) 2009-06-08 2013-03-05 Illinois Tool Works Inc Fastening tool with blind guide work contact tip
DE102011002791B4 (en) * 2011-01-17 2014-07-17 Ejot Baubefestigungen Gmbh Fastener setting unit
US11433511B2 (en) 2013-03-15 2022-09-06 Omg, Inc. Dual positionable fastener installation tool adaptor
US10124470B2 (en) 2013-03-15 2018-11-13 Omg, Inc. Fastener installation tool adaptor
US11975424B2 (en) 2013-03-15 2024-05-07 Omg, Inc. Multiple entry angle adaptor with locator for fastener installation tool
KR101465538B1 (en) * 2014-09-01 2014-11-26 (주)보성테크 automatic alignment type screw assembling device
CA3030973A1 (en) * 2016-08-17 2018-02-22 Omg, Inc. Fastener installation tool adaptor
CN112518305A (en) * 2020-11-25 2021-03-19 南京宇众自动化装备有限公司 Bolt mounting device

Family Cites Families (19)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB357468A (en) * 1931-02-10 1931-09-24 Harry Frederick Atkins Improvements in the heads of screws and bolts
GB360320A (en) * 1931-03-06 1931-11-05 Arthur William Pougher Improvements in and connected with boots and shoes
GB442377A (en) * 1934-07-16 1936-02-07 Standard Pressed Steel Co Improvements in socket head cap screws
GB513497A (en) * 1938-04-09 1939-10-13 Clyde Jay Coleman Improvements in and relating to screws and the method of manufacturing them
GB962424A (en) * 1962-12-19 1964-07-01 Textron Ind Inc Improvements in or relating to the manufacture of headed articles having internal and external torque engaging means
GB1032144A (en) * 1964-03-24 1966-06-08 Allen Mfg Company Screw threaded fastener
US3368431A (en) * 1966-05-12 1968-02-13 Tru Tork Inc Nut-running apparatus
US3750257A (en) * 1971-12-30 1973-08-07 Kaynar Mfg Co Systematized apparatus for driving fasteners
FR2204242A5 (en) * 1972-10-25 1974-05-17 Martin Georges
GB1452893A (en) * 1972-11-03 1976-10-20 Ellis A E H Security nut and bolt
US4289049A (en) * 1979-10-01 1981-09-15 The Lamson & Sessions Co. Bolt holding machine wrench
JPS57118172U (en) * 1981-01-12 1982-07-22
GB2123509B (en) * 1982-06-25 1986-01-29 Atomic Energy Authority Uk Screw fasteners
GB2131113A (en) * 1982-11-25 1984-06-13 Chang Chung Hsing Bolt driving formation
DE3325565A1 (en) * 1983-07-15 1985-01-24 EJOT Eberhard Jaeger GmbH & Co KG, 5928 Bad Laasphe DEVICE FOR USE UNLOCKING SCREWS
DE3436204A1 (en) * 1984-10-03 1986-04-03 Eberhard Jaeger GmbH & Co KG Verbindungstechnik, 5928 Bad Laasphe SCREW AND DRIVING TOOL HERE
JPH0445818Y2 (en) * 1986-07-28 1992-10-28
IT1223888B (en) * 1988-11-07 1990-09-29 Fiat Auto Spa DEVICE FOR SCREWING A SELF-TAPPING ORGAN INTO A SMOOTH HOLE PREPARED IN A STRUCTURE INTENDED TO RECEIVE SUCH ORGAN
JP3044220U (en) * 1997-05-31 1997-12-16 良樹 川戸 Rain avoidance device for vehicle entrance and exit

Also Published As

Publication number Publication date
HK112895A (en) 1995-07-21
GB9120661D0 (en) 1991-11-06
ES2065789R (en) 1995-05-16
DE4132504A1 (en) 1992-04-09
JPH07103889B2 (en) 1995-11-08
CA2051728C (en) 1996-03-19
SE9102846D0 (en) 1991-10-02
CA2051728A1 (en) 1992-04-04
FI914649A0 (en) 1991-10-03
ITTO910742A0 (en) 1991-10-01
GB2250559A (en) 1992-06-10
GB2268241A (en) 1994-01-05
FR2668802A1 (en) 1992-05-07
JPH05118312A (en) 1993-05-14
DE9115987U1 (en) 1992-03-05
ES2065789B1 (en) 1997-02-01
AU8489091A (en) 1992-04-09
KR920007754A (en) 1992-05-27
NZ240017A (en) 1994-06-27
ITTO910742A1 (en) 1992-04-04
FI914649A (en) 1992-04-04
GB2250559B (en) 1995-03-08
IT1250503B (en) 1995-04-08
NO913876L (en) 1992-04-06
NO913876D0 (en) 1991-10-02
ES2065789A2 (en) 1995-02-16
MX9101272A (en) 1992-06-05
GB9312661D0 (en) 1993-08-04
BE1006015A3 (en) 1994-04-19
SE9102846L (en) 1992-04-04
AU655778B2 (en) 1995-01-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9101661A (en) FASTENER WITH NON-CIRCULAR HEAD WITH CUT-OUT, AND FASTENER DRIVER.
US5302068A (en) Fastener having recessed, non-circular head, and fastener-driving tool
US10315295B2 (en) Fastener, installation tool and related method of use
US7270357B1 (en) Distance and orientation adjustable suction device
US9144896B2 (en) Fastener, installation tool and related method of use
US9120214B2 (en) Fastener, installation tool and related method of use
US4944627A (en) Apparatus and method for joining workpieces
CN1049172C (en) Adjustable gripping device
US5743683A (en) Removal tool for flush rivets
US5024565A (en) Hand tool
US4528874A (en) Screw fasteners and drivers
CN211874210U (en) Furniture fitting
US5644960A (en) Adjustable locking wrench
GB2135922A (en) Automatic stud driving tool
US20110289745A1 (en) Rivet gun with an improved actuation structure
CN1010288B (en) Jaw assembly for lathe chuck
CN207824800U (en) Corrupted bolt extractor
JPH0847866A (en) Driving device for fixing means
CA2820655C (en) Fastener, installation tool and related method of use
CN216542730U (en) Shallow hole bores stalk portion grinding fixture
US5590990A (en) Tool for working materials on workpieces, particularly for manual deburring
NL193734C (en) Combination of a candle and candle holder, and candle and candle holder suitable for the combination.
US4491041A (en) Tool for removing mandrel mounted disks
EP1512498A1 (en) Wrenches having two driving stems pivotally connected with each other
CA2414538C (en) Wrenches having two driving stems pivotally connected with each other

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed