NL8901220A - Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij. Download PDF

Info

Publication number
NL8901220A
NL8901220A NL8901220A NL8901220A NL8901220A NL 8901220 A NL8901220 A NL 8901220A NL 8901220 A NL8901220 A NL 8901220A NL 8901220 A NL8901220 A NL 8901220A NL 8901220 A NL8901220 A NL 8901220A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
reservoir
acid
excretion
pump
livestock
Prior art date
Application number
NL8901220A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Boer B V De
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Boer B V De filed Critical Boer B V De
Priority to NL8901220A priority Critical patent/NL8901220A/nl
Publication of NL8901220A publication Critical patent/NL8901220A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/01Removal of dung or urine, e.g. from stables
    • A01K1/0103Removal of dung or urine, e.g. from stables of liquid manure
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01CPLANTING; SOWING; FERTILISING
    • A01C3/00Treating manure; Manuring
    • A01C3/02Storage places for manure, e.g. cisterns for liquid manure; Installations for fermenting manure
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01CPLANTING; SOWING; FERTILISING
    • A01C3/00Treating manure; Manuring
    • A01C3/02Storage places for manure, e.g. cisterns for liquid manure; Installations for fermenting manure
    • A01C3/026Storage places for manure, e.g. cisterns for liquid manure; Installations for fermenting manure with mixing or agitating devices
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C05FERTILISERS; MANUFACTURE THEREOF
    • C05FORGANIC FERTILISERS NOT COVERED BY SUBCLASSES C05B, C05C, e.g. FERTILISERS FROM WASTE OR REFUSE
    • C05F3/00Fertilisers from human or animal excrements, e.g. manure
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/20Fertilizers of biological origin, e.g. guano or fertilizers made from animal corpses
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/28Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture specially adapted for farming
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02PCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN THE PRODUCTION OR PROCESSING OF GOODS
    • Y02P20/00Technologies relating to chemical industry
    • Y02P20/141Feedstock
    • Y02P20/145Feedstock the feedstock being materials of biological origin

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Treatment Of Sludge (AREA)
  • Housing For Livestock And Birds (AREA)

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET VERWERKEN VAN UITSCHEIDINGS-PRODUKTEN IN EEN VEEHOUDERIJ
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij/ omvattende het verzamelen van de uitscheidingsprodukten en het opslaan daarvan.
Gebruikelijk is een veestal te voorzien van een vloer met openingen/ zoals een roostervloer. De door het vee op de vloer gedeponeerde uitscheidingsprodukten zakken door de openingen in de vloer in het zich daaronder bevindende/ gewoonlijk mestkelder genoemde verzamelreservoir.
Een deel van de mest en gier dat niet direkt door de openingen verdwijnt/ blijft geruime tijd op de vloer liggen. Enerzijds heeft dit het bezwaar dat het vee hierdoor vervuilt/ hetgeen in het geval van een melkveehouderij met zich meebrengt dat de melk gemakkelijk verontreinigd raakt/ en daardoor aan waarde inboet.
Een ander bezwaar ligt op het gebied van de milieuverontreiniging. Gebleken is dat een belangrijk deel van de totale NH^-emissie optreedt uit de op de stalvloer liggende uitscheidingsprodukten. Naar metingen hebben aangetoond/ kan de bijdrage aan de ammoniak-emissie wel tot een derde belopen .
Het is bekend om inrichtingen toe te passen/ in het bijzonder mestschuiven/ voor het wegschuiven van de mest. Dergelijke inrichtingen leveren wel een gustige bijdrage aan het verminderen van de vervuiling van het vee, doch niet of nauwelijks aan de vermindering van de NH3-emissie.
De uitvinding beoogt nu een werkwijze van de in de aanhef omschreven soort te verschaffen/ waarbij de uitscheidingsprodukten zodanig worden verwerkt/ dat vervuiling van het vee zo veel m0.gel.i3X_ wordt voorkomen: en bovendien dat de emissie vani ammoniak.,in sterke mate.wördt verminderd.
Bij de werkwijze volgens de uitvinding wordt dit bereikt doordat de uitscheidingsprodukten worden verzameld door deze door spuiten met in hoofdzaak water naar een ver-zamelreservoir te spoelen. Door het spuiten blijft de vloer van de stal goed schoon en bovendien wordt door het toevoegen van het water bereikt dat de NH in oplossing blijft. De NH -emissie van de stalvloer wordt hierdoor sterk gereduceerd.
Bij voorkeur geschiedt het spuiten een aantal malen per dag. Hierdoor blijft de stal goed schoon en blijft de NH ontwikkeling tot een minimum beperkt.
Volgens de uitvinding kan het spuiten op geschikte wijze automatisch geschieden# zodat de veehouder naar het systeem geen omkijken heeft.
Volgens een gunstige verdere ontwikkeling van de uitvinding wordt de maatregel van conclusie 4 toegepast. Door te spuiten met van de verzamelde uitscheidingsprodukten afgescheiden vloeistof# wordt voorkomen dat door te veel water-toevoeging een ongewenst grote hoeveelheid mengmest ontstaat. Het uiteindelijk afvoeren van de mengmest zou hierdoor worden bemoeilijkt. Hoewel spuiten met schoon water een enigszins beter resultaat op kan leveren voor wat betreft het schoonhouden van de stalvloer en het voorkomen van de ammoniak-emissie# wordt toch ook bij het gebruik van van de verzamelde uitscheidingsprodukten afgescheiden vloeistof een goed resultaat bereikt. In de totale mestverwerking weegt het voordeel van een geringer af te voeren totaal volume op tegen het wellicht enigszins mindere resultaat.
In het bijzonder geldt dit wanneer volgens de verdere ontwikkeling van de uitvinding de maatregel van conclusie 5 wordt toegepast. Door het verlagen van de zuurgraad van de afgescheiden vloeistof kan de ammoniak-emissie volledig worden voorkomen. Bij een lagere pH gaat het evenwicht volgens de reactievergelijking + 0H~ NH^ + ËLjO, naar links. De NH3 blijft dus in oplossing.
Gebleken is dat het gunstig is de pH te verlagen tot tussen 6 en 4,5, Bij een lagere pH zou gevaar van aantasting van bouwmaterialen en inrichting van de stal op kunnen treden terwijl ook de gezondheid van mens en dier nadelig beïnvloed zou kunnen worden.
Een gunstige uitvoering van de werkwijze volgens de uitvinding blijkt uit conclusie 7. Hierdoor kan op eenvoudige wijze reeds een werkzame verlaging van de pH worden bereikt .
Volgens een verdere ontwikkeling van de uitvinding wordt de maatregel van conclusie 8 toegepast. Hierdoor kan op beheerste wijze de zuurgraad van de verzamelde mengmest op een gewenste waarde worden gebracht, waardoor het mogelijk wordt nagenoeg geheel de NH-g-emissie te voorkomen. Deze emissie wordt op deze wijze niet alleen voorkomen door het door spuiten schoonspoelen van de stalvloer maar ook tijdens de opslag van de mengmest en ook bij de verdere afvoer, zoals bijvoorbeeld bij het uitrijden. Een verder groot voor-, deel van het voorkomen van de NHj-emissie is dat de voor bemesting nuttige stikstof in de mest aanwezig blijft, zodat een aanmerkelijk meer evenwichtige bemesting wordt bereikt. Door de evenwichtiger samenstelling van de mest kan het bemeste gewas de meststoffen vollediger opnemen zodat hierdoor ook bodemverontreiniging door overmaat van onbenutte mest wordt verminderd of zelfs voorkomen.
Bij voorkeur wordt de werkwijze uitgevoerd zoals gekenmerkt in conclusie 9. De pH kan'hierdoor op nauwkeurige wijze worden ingesteld. Bovendien heeft deze uitvoering van de werkwijze het voordeel dat menging van het toegevoegde zuur met het verpompte produkt plaats vindt in het pompcir-cuit, dat wil zeggen afgesloten van de buitenlucht. Dit is van belang, aangezien gebleken is dat bij direkte toevoeging van zuur stikstofoxyden worden gevormd, die weer ontwijken, hetgeen ongewenst is. Door te zorgen voor een goede menging voordat het mengsel in contact kan komen met de buitenlucht, wordt de emissie van stikstofoxyden geheel voorkomen.
Teneinde verzekerd te zijn van een uniforme zuurgraad in het uitscheidingsprodukt wordt bij voorkeur de maatregel van conclusie 10 toegepast. Met de maatregel van con clusie 11 wordt bereikt dat de pomp alleen goed gemengd pro-dukt aanzuigt hetgeen voor een goede beheersbaarheid van de werkwijze van belang is.
Een goede menging van het toegevoegde zuur met het verpompte produkt/ met het oog op het vermijden van de stik-stofoxyde-emissie zoals hierboven beschreven, wordt op zekere wijze bereikt door toepassing van de maatregel van conclusie 12.
Aangezien het controleren van de zuurgraad van de verzamelde uitscheidingsprodukten niet continu behoeft te geschieden, maar bijvoorbeeld een of enkele malen per dag, kan op gunstige wijze de maatregel van conclusie 14 worden toegepast. De totale investering in een milieuvriendelijk mestverwerkingssysteem kan hierdoor beperkt blijven.
De uitvinding betreft en verschaft eveneens een inrichting voor het houden van vee, omvattende tenminste één stalgebouw met een vloer waarop vee kan verblijven, een ver-zamelreservoir voor het verzamelen van uitscheidingsprodukten van het vee en middelen voor het naar het verzaraelreser-voir afvoeren van op de vloer gedeponeerde uitscheidingsprodukten, welke omvatten naar het reservoir voerende gelei-dingsmiddelen.
Met deze inrichting kan de werkwijze volgens de uitvinding op gunstige wijze worden toegepast doordat de middelen voor het afvoeren van de uitscheidingsprodukten verder omvatten tenminste één, van een aantal op onderlinge afstanden aangebrachte spuitmondstukken voorziene spuitleidingen en een met een uitlaat aan de spuitleiding aangesloten spuit-pompinrichting, waarbij de spuitmondstukken zodanig zijn aangebracht, dat deze gezamenlijk tenminste een gedeelte van de vloer geheel bestrijken en naar de geleidingsmiddelen zijn gericht. De geleidingsmiddelen kunnen worden gevormd door de openingen in de roostervloer, maar ook is een andere uitvoering mogelijk, bijvoorbeeld kunnen de geleidingsmiddelen de vorm hebben van afvoergoten. Door het met toepassing van de maatregel van conclusie 16 regelmatig wegspoelen van de uitscheidingsprodukten is de verblijftijd van de uitscheidingsprodukten op de stalvoer kort, zodat op de eerder beschreven wijze de ammoniak-emissie zeer beperkt blijft.
Bij de inrichting worden bij voorkeur de maatregelen van een van de conclusies 17-19 toegegepast teneinde de voorkeursuitvoeringsvormen van de werkwijze volgens de uitvinding te kunnen toepassen.
Een bijzonder gunstige uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt in conclusie 20. Hierdoor kunnen op eenvoudige wijze reeds bestaande veestallen met mestkelders omgebouwd worden tot inrichtingen volgens de uitvinding. Er hoeft dan geen of nagenoeg geen haken breekwerk aan de bestaande stalgebouwen uitgevoerd te worden. De toegevoegde inrichtingdelen kunnen buiten een bestaand stalgebouw worden opgesteld.
Bij voorkeur wordt dan wel de maatregel van conclusie 21 toegepast. Bij bestaande veehouderijen is het gebruikelijk om de mest in de mestkelder regelmatig te mengen door middel van een met een trekker aangedreven menginrichting. Door een menginrichting toe te passen met een eigen aandrijf— inrichting en deze te laten bedienen door de besturingsin-richting wordt een volledig geïntegreerd systeem verkregen. Hierbij wordt verder bij voorkeur de maatregel van conclusie 23 toegepast. De eenheid kan vooraf worden vervaardigd en betrekkelijk eenvoudig worden geïnstalleerd/ zodat de bedrijfsvoering van de veehouderij minimaal wordt gestoord. Ook worden hierdoor de kosten van het ombouwen van het bestaande mestverwerkingssysteem in de veehouderij geminimali- * seerd.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de in de figuren getoonde uitvoeringsvoorbeelden van inrichtingen volgens de uitvinding.
Fig. 1 toont in gedeeltelijk weggebroken schematisch perspectivisch aanzicht een inrichting volgens de uitvinding voor het houden van vee.
Fig. 2 toont een detailaanzicht volgens de doorsnede II-II in fig. 1.
Fig. 3 toont een stromingsschema van een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.
De in figuur 1 getoonde inrichting voor het houden van vee omvat een stalgebouw 2 met een vloer 3, waarop het vee kan verblijven. Het stalgebouw 2 is van het zogenaamde ligboxentype/ waarbij het vee kan rondlopen voer kan opne-raen vanuit de in het midden aangebrachte voergang 5/ en waarbij het vee in de ligboxen 4 kan liggen.
In de mestgang# dat wil zeggen het vloeroppervlak waarover de dieren kunnen lopen/ is een roostervloer 6 aangebracht. Deze roostervloer 6 is voorzien van spleten 7/ waardoorheen op de vloer 6 gedeponeerde uitscheidingspro-dukten in de zich daaronder bevindende mestkelder 8 terecht kan komen.
Zoals eerder opgemerkt vormen de op de vloer gedeponeerde uitscheidingsprodukten/ voordat deze door de/ door de spleten 7 in de roostervloer 6 gevormde geleidingsmiddelen in het opslagreservoir in de vorm van de mestkelder 8 terecht gekomen zijn/ een belangrijke bron van NH^-emissie. Bovendien raakt het vee vervuild.
Öm de op de roostervloer 6 gedeponeerde uitscheidingsprodukten af te voeren naar de mestkelder 8 zijn spuit-leidingen 9 aangebracht/ die voorzien zijn van op onderlinge afstanden aangebrachte spuitmondstrukken 10. De spuitmond-stukken zijn zodanig gericht dat deze gezamenlijk telkens tenminste een gedeelte van de vloer geheel bestrijken en de zich op het bestreken vloergedeelte bevindende uitscheidingsprodukten door de spleten 7 van de vloer kunnen wegspoe-len.
De spuitleidingen 9 zijn verbonden met een pomplei-ding 11/ die weer verbonden is met de uitlaat van een pomp 12. Deze pomp kan leidingwater of slootwater aanzuigen en daarmee dus op de beschreven wijze de vloer van de stal schoonspoelen.
De pomp 12 wordt met behulp van een besturingsinrich-ting 13 een aantal malen per dag ingeschakeld. Aldus wordt verzekerd dat de vloer 3 schoon blijft.
Hoewel niet getoond zal het duidelijk zijn dat de spuitleidingen 9 in secties onderverdeeld kunnen zijn die door bestuurde kleppen in een bepaalde volgorde in verbinding gebracht kunnen worden met de pompleiding 11. Op deze wijze kan de capaciteit van de pomp 12 beperkt blijven.
Zoals eerder opgemerkt heeft het spoelen met leiding- of slootwater weliswaar het voordeel van een zo goed mogelijke reinigende werking/ waarbij bovendien door de overmaat water wordt verzekerd dat de ammoniak in oplossing blijft/ doch het nadeel dat het totale volume aan uiteindelijk af te voeren mengmest toeneemt. Om dit bezwaar weg te nemen kan de inrichting uitgevoerd worden zoals schematisch is getoond in figuur 3. Hierbij wordt met behulp van een pomp 15 via een aanzuigleiding 14 uit de mestkelder uitschei-dingsprodukten aangezogen. Deze worden via leiding 16 toege-voerd aan een schelder 17 die van het met een zeefband 18 werkende type kan zijn. De dikke mestbestanddelen 19 worden met de zeefband 18 mee omhoog gevoerd en voor latere afvoer opgeslagen. De door de zeefband 18 afgescheiden vloeibare bestanddelen 20/ worden uit de scheider 17 afgevoerd voor verder gebruik. De vloeistof 20 kan direkt via leiding 22 en 25 toegevoerd worden naar een tussenopslagreservoir 21. Vanuit dit tussenopslagreservoir 21 kan via leiding 26 de vloeistof door de pomp 12 worden aangezogen/ teneinde met deze vloeistof de stalvloer schoon te spuiten. De overtollige vloeistof wordt via de overloopleiding 27 naar het af-voerreservoir 28 geleid/ vanwaar de vloeistof eventueel weer gemengd met de dikke mestbestanddelen 19 wordt afgevoerd/ bijvoorbeeld door deze op het land uit te rijden.
De aldus verkregen spuitvïoeistof bevat natuurlijk reeds NH3/ die mogelijkerwijze tijdens het gebruik enigszins emitteert.
Daarom wordt bij voorkeur van de aldus verkregen vloeistof de pH verlaagd. Door verlaging van de pH neemt de NH3-emissie af. Zoals getoond in het schema van fig. 3 kan de pH verlaging worden bereikt met behulp van een beluchter 23. De door de scheider 17 afgescheiden vloeistof wordt in de beluchter 23 in contact gebracht met lucht 24/ die een aerobe vergisting teweeg brengt/ welke gepaard gaat met een verlaging van de pH. Het grote voordeel van het verlagen van de pH van de spoelvloeistof is dat hierdoor ook de inhoud van de mestkelder 8 zelf een lagere pH verkrijgt/ zodat ook emissie uit. de opslag . vermindert en uiteindelijk ook de emissie bij het uitrijden,
In plaats van beluchting kan het aanzuren van de uitscheidingsprodukten en daardoor het geheel of nagenoeg geheel voorkomen van ammoniak emissie worden bereikt/ door gedoseerd aan de verzamelde uitscheidingsprodukten een zuur toe te voegen. Dit zuur kan bijvoorbeeld salpeterzuur zijn.
De in fig. 1 getoonde inrichting omvat een dergelijk zuur-doseersysteem. De afvoer van de roostervloeren wordt geleid naar een tussenreservoir 35/ waarin een van een eigen electromotor voorziene menger 44 is opgesteld. Aan het reservoir 35 is een circulatiepompinrichting aangesloten die en aanvoerleiding 38 en een afvoerleiding 39 omvat. De aanvoerleiding en afvoerleiding 38/ 39 zijn op een afstand van elkaar liggende punten met het reservoir 35 verbonden. Tussen de aanvoerleiding 38 en afvoerleiding 39 in is een pomp 37 aangesloten. Met de aanvoerleiding 38 is een pH-meetsy-steem verbonden/ dat een sensor omvat welke in contact is met het in de aanvoerleiding stromende produkt. In plaats van een direkte pH-meting kan ook een afgeleide meting geschieden/ bijvoorbeeld een meting van de geleidbaarheid.
Het uitgangssignaal van het pH-meetsysteem 40 is verbonden met een besturingsinrichting 41. Deze besturings-inrichting 41 bepaalt de hoeveelheid toe te voeren zuur voor het bereiken van de gewenste pH. Zoals eerder opgemerkt ligt deze bij voorkeur tussen 6 en 4/5.
Het zuur wordt toegevoerd vanuit een voorraadreser-voir 43 met behulp van een op zichzelf bekende doseerpomp 42. De toevoer kan zogenaamd batch-gewijze geschieden/ waarbij na het toevoeren van een of een aantal eenheden zuur enige tijd gemengd wordt om het toegevoerde zuur gelijkmatig door het produkt te verdelen.
De afvoerleiding 39 heeft een zodanige lengte dat het door de doseerpomp 42 daarin gebrachte zuur zich volledig in deze leiding 39 met het verpompte produkt mengt. Door de plaatselijke hoge concentratie zuur ontstane stikstofox-ydecomponenten kunnen hierdoor niet ontwijken/ maar worden verder bij het stromen door de leiding 39 weer opgenomen.
De besturingsinrichting 41 is bij voorkeur een geprogrammeerde besturingsinrichting die de verschillende functies in een bepaalde volgorde inschakelt. Zo zal bij het in werking stellen van de inrichting de besturingsinrichting 41 eerst de menger 44 starten. Na een bepaald tijdsverloop/ dat proefondervindelijk is vastgesteld en waarbij het produkt in het tussenreservoir 35 voldoende gehomogeniseerd is/ wordt de pomp 37 ingeschakeld. Deze zal eerst enige tijd in werking gesteld worden voordat het pH-meetsysteem 40 wordt geactiveerd/ zodat in de leidingen 38/ 39 ook homogeen produkt aanwezig is/ voordat een pH-meting wordt gedaan. Daarna kan de besturingsinrichting 41 verder de doseerpomp 42 op de beschreven wijze activeren.
De op deze wijze verwerkte uitscheidingsprodukten van het vee hebben geen of nagenoeg geen belasting van het milieu tot gevolg. In de eerste plaats treedt door de verlaagde pH geen ammoniakemissie op bij de opslag/ evenmin als bij het uitrijden. Bovendien heeft het produkt een gunstig stikstofgehalte/ hetgeen een goede opname van de meststoffen door het gewas verzekert. Bodemverontreiniging wordt hierdoor dus ook vermeden.
De hier beschreven inrichting volgens de uitvinding kan ook op zeer gunstige wijze worden gebruikt om behalve zuur ook nog andere stoffen toe te voegen/ teneinde de balans van deze voedingsstoffen in het uiteindelijke produkt voor de beoogde bemestingstoepassing te optimaliseren. De extra toe te voegen stoffen kunnen te zamen met het zuur worden toegevoerd. Ook is het mogelijk een afzonderlijke toevoegin-richting voor deze extra stoffen toe te passen/ waarbij bijvoorbeeld op grond van een analyse van de samenstelling van het produkt een hoeveelheid extra stoffen wordt toegevoegd.
Aldus kan voor een relatief geringe investering een inrichting voor het verwerken van de uitscheidingsprodukten van vee worden gerealiseerd die enerzijds het milieuveront-reinigingsprobleem tenminste zeer sterk vermindert en anderzijds een hoogwaardiger produkt oplevert dat weer tot besparingen leidt in het gebruik van kunstmest.
De circulatie-pompinrichting 36 is als een eenheid te beschouwen die grotendeels vooraf vervaardigd kan worden en waarvan slechts de aan- en afvoerleidingen 38 en 39 op een opslagreservoir aangesloten behoeven te worden. Een bestaande veehouderij kan met een dergelijke eneheid binnen korte tijd en zonder ingrijpend hak- en breekwerk omgebouwd worden tot een inrichting volgens de uitvinding.

Claims (23)

1. Werkwijze voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij, omvattende het verzamelen van de uitscheidingsprodukten en het opslaan daarvan# met het kenmerk# dat de uitscheidingsprodukten worden verzameld door deze door spuiten met in hoofdzaak water naar een ver-zameireservoir te spoelen.
2. Werkwijze volgens conclusie 1# met het k e n -me r k# dat het spuiten een aantal malen per dag geschiedt.
3. Werkwijze volgens conclusie 2# met het kenmerk# dat het spuiten automatisch geschiedt.
4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies# met het kenmerk# dat voor het spuiten tenminste gedeeltelijk gebruik gemaakt wordt van afscheiden vloeistof van de verzamelde uitscheidingsprodukten.
5. Werkwijze volgens conclusie 4# met het kenmerk# dat de pH van de afgescheiden vloeistof wordt verlaagd .
6. Werkwijze volgens conclusie 5 met het k e n - m e r k# dat de pH tot tussen 6 en 4#5 wordt verlaagd.
7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6# met het ken- i merk dat de pH wordt verlaagd door de afgescheiden vloeistof te beluchten.
8. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6# met het k e n m e- r k# dat de pH wordt verlaagd door aan de uit scheidingsprodukten een zuur toe te voegen.
9. Werkwijze volgens conclusie 8# met het kenmerk# dat uitscheidingsprodukt uit het verzamelreservoir door een pomp wordt aangezogen# de pH van het uitscheidingsprodukt nabij een inlaat van de pomp wordt bepaald# zuur wordt toegevoegd aan het verpompte produkt en het verpompte uitscheidingsprodukt teruggevoerd wordt naar het verzamelreservoir .
10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het k e n -m e r k/ dat het uitscheidingsprodukt in het verzamelreservoir dooreen gemengd wordt.
11. Werkwijze volgens conclusie 10/ met het kenmerk/ dat de pomp in werking wordt gesteld enige tijd nadat aangevangen is het uitscheidingsprodukt in het verza-melreservoir dooreen te mengen.
12. Werkwijze volgens een van de conclusies 9-11/ met het kenmerk/ dat de lengte van het verpompte uitscheidingsprodukt naar het verzamelreservoir teruggevoerde leiding zodanig wordt gekozen dat het toegevoegde zuur volledig in de leiding met het uitscheidingsprodukt wordt gemengd.
13. Werkwijze volgens een van de conclusies 9-12/ met het kenmerk/ dat aangevangen wordt met het bepalen van de pH en het eventueel toevoegen van zuur/ enige tijd nadat de pomp in werking is gesteld.
14. Werkwijze volgens een van de conclusies 9-13/ met het kenmerk/ dat de veehouderij functioneel in een aantal stalsecties wordt verdeeld/ die elk een verzamelreservoir hebben en waarbij het bepalen van de pH en het eventueel toevoegen van zuur door één enkele/ achtereenvolgens met elk van de stalsecties te koppelen eenheid geschiedt.
15. Inrichting voor het houden van vee/ omvattende tenminste één stalgebouw met een vloer waarop vee kan verblijven/ een verzamelreservoir voor; het verzamelen van uit-scheidingsprodukten van het vee en middelen voor het naar het verzamelreservoir afvoeren van op de vloer gedeponeerde uitscheidingsprodukten/ welke omvatten naar het reservoir voerende geleidingsmiddelen/ met het kenmerk/ dat de middelen voor het afvoeren van de uitscheidingsprodukten verder omvatten tenminste één/ van een aantal op onderlinge afstanden aangebrachte spuitmondstukken voorziene spuitlei-ding en een met een uilaat aan de spuitleiding aangesloten spuitpompinrichting/ waarbij de spuitmondstukken zodanig zijn aangebracht/ dat deze gezamenlijk tenminste een gedeelte van de vloer geheel bestrijken en naar de geleidingsmiddelen zijn gericht.
16. Inrichting volgens conclusie 15/ met het kenmerk/ dat een de pompinrichting besturende besturingsin- richting is aangebracht/ die de pompinrichting op ingestelde tijdstippen met ingestelde duur inschakelt.
17. Inrichting volgens conclusie 15 of 16/ gekenmerkt door eenf door een toevoerleiding met het verzamelreservoir verbonden scheider voor het van de verzamelde uitscheidingsprodukten afscheiden van vloeistof en een afgescheiden vloeistof naar de pompinrichting leidende recirculatie-inrichting.
18. Inrichting volgens conclusie 17/ met het kenmerk/ dat de recirculatie-inrichting omvat een beluch- tingsinrichting voor het beluchten van de afgescheiden vloeistof/ voor het verlagen van de pH daarvan.
19. Inrichting volgens conclusie 17 of 18/ met het kenmerk/ dat de recirculatie-inrichting omvat een tus-senreservoir voor het tijdelijk opslaan van de afgescheiden vloeistof.
20. Inrichting volgens conclusie 15 of 19/ met het kenmerk/ dat op een afstand van elkaar liggende punten met het reservoir verbonden zijn een aan- en afvoerleiding van een circulatie-pompinrichting/ dat in de aanvoerleiding een sensor is aangebracht/ welke deel uitmaakt van een meet-inrichting voor het bepalen van de zuurgraad van in de aanvoerleiding stromende vloeistof/ en dat in de aanvoerleiding op een punt liggend na de sensor of .in de afvoerleiding uitmondt een doseer-toevoerleiding van een zuur-toevoerinrich-ting en waarbij een besturingsinrichting is aangebracht die de pompinrichting bedient en de zuur-toevoerinrichting activeert afhankelijk van de door de meetinrichting bepaalde zuurgraad.
21. Inrichting volgens conclusie 20/ met het kenmerk/ dat het reservoir voorzien is van een door de be— sturingsinrichting bediende menger.
22. Inrichting volgens conclusie 20 of 21/ met het kenmerk/ dat deze omvat een aantal/ elk van een verzamelreservoir voorziene secties/ en dat van bediende kleppen voorziene leidingen zijn aangebracht voor het selectief met de aanvoer- en afvoerleidingen van de circulatie-pompinrich-ting koppelen van elk van de verzamelreservoirs.
23. Inrichting volgens een van de conclusies 20-22/ niet het kenmerk/ dat de circulatie-pompinrichting/ de sensor en de zuur-toevoerinrichting tot een afzonderlijke eenheid zijn samengevoegd.
NL8901220A 1989-05-16 1989-05-16 Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij. NL8901220A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8901220A NL8901220A (nl) 1989-05-16 1989-05-16 Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8901220A NL8901220A (nl) 1989-05-16 1989-05-16 Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij.
NL8901220 1989-05-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8901220A true NL8901220A (nl) 1990-12-17

Family

ID=19854653

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8901220A NL8901220A (nl) 1989-05-16 1989-05-16 Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8901220A (nl)

Cited By (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1993021758A1 (en) * 1992-04-27 1993-11-11 Corte Dominicus Marinus J Environment-friendly and energy saving animal stable for instance for pigs
EP0589537A1 (en) * 1992-09-25 1994-03-30 Stichting Instituut Voor Mechanisatie Arbeid En Gebouwen Method and device for increasing the dry matter content of manure by storing stackable manure, in particular poultry manure
WO1994007358A1 (en) * 1992-10-06 1994-04-14 Stockyard Industries Pty. Ltd. Flushing systems
NL9300228A (nl) * 1993-02-04 1994-09-01 Ct Voor Agrobiologisch Onderzo Werkwijze en inrichting voor het verminderen van de ammoniakemissie uit veestallen.
WO1995012971A1 (en) * 1993-11-09 1995-05-18 Wolters Holding B.V. Stable provided with manure collection pit with v-shaped bottom, and method for reducing ammonia emission
FR2748368A1 (fr) * 1996-05-09 1997-11-14 Electroland Installation d'elevage de betail, avec prefosse et fosse de recuperation de lisier et moyens de redistribution du lisier
EP0850561A1 (en) * 1996-12-23 1998-07-01 Instituut voor Milieu- en Agritechniek (IMAG-DLO) Animal-shed system provided with a primary separating device and lowemission processing of the separated fractions
WO2001020976A1 (en) * 1999-09-20 2001-03-29 Wijngaart Adriaan Johannes Hub Waste-water purification in cattle-breeding systems
FR2841095A1 (fr) * 2002-06-19 2003-12-26 Cooperl Hunaudaye Procede et installation d'evacuation de lisier
GB2430611A (en) * 2005-10-03 2007-04-04 Eugene Mcguinness Floor panel cleaning apparatus
NL2009019C2 (nl) * 2012-06-15 2013-07-03 Rinagro B V Inrichting, gebruik van een dergelijke inrichting, en werkwijze voor het aanbrengen van een bepaalde hoeveelheid van een mestbewerking-substantie op mest, alsmede mest waarop een bepaalde hoeveelheid van een mestbewerking-substantie op aangebracht is.
NL2013556B1 (en) * 2014-10-01 2016-10-03 Mbs Holding B V Stable and stable floor element.

Cited By (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1993021758A1 (en) * 1992-04-27 1993-11-11 Corte Dominicus Marinus J Environment-friendly and energy saving animal stable for instance for pigs
EP0589537A1 (en) * 1992-09-25 1994-03-30 Stichting Instituut Voor Mechanisatie Arbeid En Gebouwen Method and device for increasing the dry matter content of manure by storing stackable manure, in particular poultry manure
WO1994007358A1 (en) * 1992-10-06 1994-04-14 Stockyard Industries Pty. Ltd. Flushing systems
NL9300228A (nl) * 1993-02-04 1994-09-01 Ct Voor Agrobiologisch Onderzo Werkwijze en inrichting voor het verminderen van de ammoniakemissie uit veestallen.
WO1995012971A1 (en) * 1993-11-09 1995-05-18 Wolters Holding B.V. Stable provided with manure collection pit with v-shaped bottom, and method for reducing ammonia emission
FR2748368A1 (fr) * 1996-05-09 1997-11-14 Electroland Installation d'elevage de betail, avec prefosse et fosse de recuperation de lisier et moyens de redistribution du lisier
EP0850561A1 (en) * 1996-12-23 1998-07-01 Instituut voor Milieu- en Agritechniek (IMAG-DLO) Animal-shed system provided with a primary separating device and lowemission processing of the separated fractions
NL1004887C2 (nl) * 1996-12-23 1998-07-02 Inst Milieu & Agritech Stalsysteem voorzien van een primaire scheidingsinrichting en geïntegreerde emissie-arme verwerking van de gescheiden fracties op het bedrijf.
WO2001020976A1 (en) * 1999-09-20 2001-03-29 Wijngaart Adriaan Johannes Hub Waste-water purification in cattle-breeding systems
US6773594B1 (en) 1999-09-20 2004-08-10 Adriaan Johannes Hubertus van der Wijngaart Waste-water purification in cattle-breeding systems
CN100399884C (zh) * 1999-09-20 2008-07-09 艾德里安·约翰尼斯·休伯图斯·范德温加特 一种纯化废水的方法以及使用该方法的***
FR2841095A1 (fr) * 2002-06-19 2003-12-26 Cooperl Hunaudaye Procede et installation d'evacuation de lisier
GB2430611A (en) * 2005-10-03 2007-04-04 Eugene Mcguinness Floor panel cleaning apparatus
GB2430611B (en) * 2005-10-03 2010-08-04 Eugene Mcguinness A washing apparatus
NL2009019C2 (nl) * 2012-06-15 2013-07-03 Rinagro B V Inrichting, gebruik van een dergelijke inrichting, en werkwijze voor het aanbrengen van een bepaalde hoeveelheid van een mestbewerking-substantie op mest, alsmede mest waarop een bepaalde hoeveelheid van een mestbewerking-substantie op aangebracht is.
EP2674412A1 (en) * 2012-06-15 2013-12-18 Rinagro B.V. Device, use of such a device and method for applying a determined quantity of a manure treating substance to manure, as well as manure to which a determined quantity of a manure treating substance has been applied
NL2013556B1 (en) * 2014-10-01 2016-10-03 Mbs Holding B V Stable and stable floor element.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
USRE42247E1 (en) Automated foot bath apparatus and method
US3223070A (en) Dairy establishment
NL8901220A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verwerken van uitscheidingsprodukten in een veehouderij.
RU2417781C2 (ru) Система для омывания копыт
CN108471718B (zh) 畜舍,尤其用于畜养猪的畜舍
Hatfield et al. Swine manure management
KR101930218B1 (ko) 피트모스 발효 추출물에 포함된 극한환경미생물과 천연생리활성물질인 휴믹물질을 이용한 돈사 악취 제거 및 발효 시스템
DE3040523A1 (de) Fahrbare anordnung zum gruppeneinstallen und behandeln von haustieren
US20080216762A1 (en) Method and apparatus for applying hoof care, sanitizing, or treatment solutions to the feet or hooves of animals
CN109275576A (zh) 用于畜牧业中的残留物利用的装置、设备和方法
US7225757B1 (en) Method of cleaning soiled bedding material in barns
JP3866807B2 (ja) 家畜飼育設備および飼育方法
EP2773186B1 (en) Animal accommodation with manure pit
US3433205A (en) Automatic poultry feeding device with water sprayed feed mix
US3225739A (en) Agricultural dairy establishment
JP2007289048A (ja) 畜舎
EP2322025B1 (en) A plant and a method for acidifying animal manure
Chandler Environmental challenges as related to animal agriculture-dairy
ATE310383T1 (de) Fütterungsvorrichtung, insbesondere für zuführung von konzentraten
JP2554585B2 (ja) 家畜、家禽等飼育用飲料水生成供給装置
CN205378666U (zh) 一种环形猪场
CN111789038B (zh) 一种分层式奶牛饲喂***及饲喂方法
JP2854237B2 (ja) ***物連続発酵乾燥処理装置の尿循環装置
Kroodsma Separation as a method of manure handling and odours reduction in pig buildings
KR20220136623A (ko) 가축분 발효장치

Legal Events

Date Code Title Description
BY An additional search report has been drawn up
BT A document has been added to the application laid open to public inspection
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: BOER B.V. EN IMAG-DLO. DE -

BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed