NL8501400A

NL8501400A - Houder voor elektronische onderdelen.

Info

Publication number: NL8501400A
Application number: NL8501400A
Authority: NL
Original assignee: Philips Nv
Priority date: 1985-05-15
Filing date: 1985-05-15
Publication date: 1986-12-01
Also published as: EP0210670A1; KR860008922A; KR940010858B1; JPS61273374A; EP0210670B1; DE3665524D1; US4690274A; JPH0662188B2

Description

PHN 11.389 1 N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken "Houder voor elektronische onderdelen".

De uitvinding heeft betrekking op een houder voor elektronische onderdelen van een in het algemeen plat, rechthoekig type genaamd chips, welke houder een buisvormig huis bevat met een dwarsdoorsnede die geschikt is cm de genoemde elektronische onderdelen cp te nemen en die ge-5 vormd is uit een kunststof, waarbij het buisvormige huis aan tenminste een van zijn einden afsluitbaar is met een sluitelement, dat in tenminste één uitsparing in tegenover elkaar liggende zijden van het huis klembaar is.

Dergelijke houders worden toegepast voor transport van onder-10 delen, zoals geïntegreerde schakelingen, trans is toren, weerstanden, condensatoren e.d.. Ze werden veelal toegepast als toevoermagazijn bij machines voor automatische montage van onderdelen op een, van een geleidende bedrading voorziene drager.

Een houder van de in de aanhef genoemde soort is beschreven in _ 15 US 4,207,665. Hierbij is een pen door een opening in elk van twee tegenoverliggende wanden van de buis gestoken; de pen staat dus dwars cp de lengterichting van de tuis. Een dergelijke pen is niet steeds eenvoudig aan te brengen. De pen steekt buiten de wanden uit, hetgeen zowel voor transport als voor de functie van automatisch toevoermagaz ij n bezwaren 20 heeft. Ook fabricagetoleranties kunnen de toepassing nadelig beïnvloeden.

Er zijn ook sluitingen bekend van een soepel materiaal zoals rubber, die in het einde van de buis worden geschoven en die door middel van wrijving vast moeten blijven zitten. Het is evenwel gebleken dat deze sluitingen niet steeds in de buis geklemd blijven; bij loslaten gaan de 25 verpakte onderdelen verloren.

De uitvinding heeft tot doel een houder van de bovengenoemde soort te verschaffen, die zeer eenvoudig is aan te brengen, uitermate bedrijfszeker werkt en geschikt is als voorraadhcuder bij apparatuur voor automatische montage van onderdelen. Cm dit doel te bereiken heeft 30 de houder volgens de uitvinding het kenmerk, dat het sluitelenent de vorm heeft van een sleutel met een schacht en een handvat, waarbij de schacht in de lengterichting van het handvat een dikte heeft, vrijwel gelijk aan de afstand tussen de wanden van het buisvormig huis die de 8501400

k V

, vm 11.389 2 uitsparing bevatten, dat de schacht een verdikking heeft in een richting dwars op de lengterichting van het handvat, waarbij de dwarsdoorsnede van de verdikking vrijwel overeenkomt met de afmetingen van de uitsparing en dat de afstand van het handvat tot de verdikking overeenkomt net de af-5 stand van het uiteinde van het buisvormig huis tot de opening.

Het sleutelvormig sluitelement kan in langsrichting in de buis worden gestoken en dan een kwartslag worden gedraaid, waardoor de verdikking in de uitsparing van de buiswand valt en een perfekte sluiting verkregen wordt. Het vlak van het handvat van de sleutel is nu gelegen 10 in het hoofdvlak van de buis en hoeft zodoende geen uitstekende delen te bevatten. Het sleutelvormig sluitelement is zeer eenvoudig aan te brengen en te verwijderen.

Bij voorkeur is in beide tegenover elkaar liggende wanden van het buisvormig huis een uitsparing aanwezig en is aan twee tegenover 15 elkaar liggende zijden van de schacht van de sleutel een verdikking aanwezig.

Voorts heeft het handvat van de sleutel gezien in de richting van de schacht bij voorkeur een vorm die globaal overeenkomt met de buitenafmetingen van het buisvormig huis, gezien in de lengterichting.

20 Deze en verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding zullen aan - de hand van de tekening nader worden toegelicht. In de tekening toont:

Fig. 1 een perspektivisch aanzicht van een buisvormig huis en een sluitelement.

Fig. 2 een aanzicht als in Fig. 1, waarbij het sluitelement zich 25 in de sluitpositie bevindt,

Fig. 3 een perspektivisch aanzicht van het sluitelement en

Fig. 4 een vooraanzicht van het buisvormig huis met een zich in het huis bevindend onderdeel.

Het buisvormige huis 1 heeft bij een voorkeursuitvoering een 30 dwarsdoorsnede zoals in de Fig. 1 en 4 is getoond. In Fig. 4 is ook een in het huis 1 aanwezig onderdeel 2 weergegeven. Het betreft hier een geïntegreerde schakeling met geleiders 3; ook andere elektronische onderdelen, zoals weerstanden en condensatoren, kunnen in het buisvormig huis worden opgenomen.

35 Het buisvormig huis 1 heeft in twee tegenover elkaar gelegen wanden 10, 11 een uitsparing 4. Het huis is vervaardigd uit kunststof en is bij voorkeur doorzichtig. Het profiel van de buis is zodanig gekozen, dat de onderdelen 2 op een geschikte manier in geleid worden, zoals 85 6! 40Ö * PHN 11.389 3 *

Fig. 4 toont.

Het huis 1 is afsluitbaar met een sluitelement in de vorm van een sleutel 5. De sleutel heeft een handvat 6 en een schacht 7. De schacht is in de getoonde uitvoering voorzien van verdikkingen 8. De dikte A van 5 de schacht 7 (dus gezien in de lengterichting van handvat 6) is vrijwel gelijk aan de afstand tussen de wanden 10 en 11 waarin zich de uitsparingen 4 bevinden. De dikte B ter plaatse van de verdikkingen 8 in een richting dwars qp de lengterichting van het handvat is zodanig dat zij ongeveer overeenkomt met de afstand van de buitenzijde van de wanden 10 10 en 11. In de wand 11 is een uitgestulpt gedeelte 9 aanwezig dat iets breder is dan de afstand B. De afmetingen van het uiteinde van de verdikkingen 8 zijn een weinig geringer dan de afmetingen van de uitsparingen 4.

Ter afsluiting van het buisvormig huis 1 wordt het sluitelement 5 in de positie van Fig. 1 ten opzichte van buis 1 geplaatst en in het huis 15 gestoken. De uitstulping 9 vormt daarbij een geleiding van het verdikte gedeelte van schacht7 en draagt er zodoende zorg voor, dat de schacht naar de uitsparingen 4 wordt geleid. De afstand van het handvat 6 tot de verdikkingen 8 is gelijk gekozen aan de afstand van het einde van huis 1 tot de uitsparingen 4. Als handvat 6 tegen het buiseinde stuit liggen de 20 verdikkingen 8 dus bij de uitsparingen 4. Nu wordt het handvat een kwart slag gedraaid en kant in de positie in Fig. 1 getoond.Door dit draaien kanen de verdikkingen 8 in lijn met de uitsparingen 4 en vallen in deze uitsparingen. Deze klikverbinding is mogelijk omdat het huis 1 uit kunststof ietwat elastisch is. Tijdens het draaien drukken de verdikkingen de 25 wanden 10 en 11 iets uit elkaar en na het voltooien van de kwart slag veren de wanden veer terug, doordat de verdikkingen in de uitsparingen klikken. Er is hierdoor een absoluut zekere sluiting van het huis 1 verkregen. Ter opening moet het handvat eerst een kwart slag worden gedraaid, waarna het sluitelement uit het huis kan worden getrokken.

30 Het sluitelement kan ook verken als slechts één verdikking 8 aanwezig is en eventueel ook slechts een uitsparing 4. De getoonde uitvoering verdient evenwel de voorkeur.

De vorm van het handvat 6 is niet kritisch. Uit praktische overwegingen zal zij bij voorkeur overeenkomen met de vorm van de buitenzijde 35 van het huiseinde, zoals Fig. 2 aangeeft. Het handvat vormt dan geen buiten het huisprofiel uitstekend deel. Eventueel kan in handvat 6 een uitsparing aanwezig zijn, waarmee een automatische bediening kan worden vereenvoudigd. De verdikkingen 8 behoeven niet aan het einde van de schacht te 85 9 ·= : d 0 PHN 11.389 4 * \ zijn aangebracht. Het kan, afhankelijk van de lengte—afmatingen van de onderdelen en de lengte van het huis ter verkrijging van een bewegings-vrij opsluiten van de onderdelen de schacht voorbij de verdikkingen van een uitsteeksel te voorzien.

5 In een praktische uitvoeringsvorm bestond het sluitelement uit een harde kunststof.De afstand A was 3,8 mm, de afstand B was 4,6 mm.

De uitsparingen 4 waren als vierkant uitgevoerd, met zijden van 3,4 mm terwijl het uiteinde van de verdikkingen een vierkant met zijden van 3,2 mm vormden. De afstand van het huisuiteinde tot de uitsparingen 4, 10 en dus ook de afstand van handvat 5 tot de verdikkingen 8 was 4,5 mm.

15 20 25 30 35 S 5 0 1 -! u ü

Claims

1. Houder voor elektronische onderdelen van een in het algemeen plat, rechthoekig type genaamd chips, welke houder een buisvormig huis bevat met een dwarsdoorsnede die geschikt is cm de genoemde elektronische onderdelen cp te nemen en die gevormd is uit een kunststof, waarbij het 5 buisvormige huis aan tenminste een van zijn einden afsluitbaar is net een sluitelement, dat in tenminste een uitsparing in tegenover elkaar liggende zijden van het huis kiembaar is, met het kenmerk, dat het sluitelement de vorm heeft van een sleutel met een schacht en een handvat, waarbij de schacht in de lengterichting van het handvat een dikte heeft, 10 vrijwel gelijk aan de afstand tussen de wanden van het buisvormig huis die de uitsparing bevatten, dat de schacht een verdikking heeft in een richting dwars cp de lengterichting van het handvat, waarbij de dwarsdoorsnede van de verdikking vrijwel overeenkomt net de afmetingen van de uitsparing en dat de afstand van het handvat tot de verdikking over-15 eenkomt met de afstand van het uiteinde van het buisvormig huis tot de opening.

2. Houder volgens conclusie 1, net het kenmerk, dat in beide tegenover elkaar liggende wanden van het huis een uitsparing aanwezig is-, terwijl aan taee tegenover elkaar liggende zijden van de schacht van de sleutel 20 een verdikking aanwezig is.

3. Houder volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het handvat van de sleutel gezien in de richting van de schacht een vorm heeft, globaal overeenkomend met de tuitenafmetingen van het buisvormige huis gezien in de lengterichting.

4. Houder volgens een der conclusies 1-3, met het kennerk, dat in tenminste één van de net een uitsparing voorziene wanden van de buis een zich in de lengterichting van de buis uitstrékkende uitstulping aanwezig is, ter geleiding van de verdikking van de schacht van de sleutel.

5. Houder volgens een der voorgaande conclusies, met het kennerk, 30 dat de lengte van de schacht groter is dan de afstand van het handvat tot de verdikking.

6. Houder volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in het handvat een uitsparing aanwezig is, ten behoeve van automatische bediening van de houder.

7. Houder volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de sleutel is gevormd uit een harde kunststof . 8501ΐϋυ