NL2022958B1 - Screw cap - Google Patents

Abstract

Beschreven wordt een schroefdop (1), bestemd voor het afsluiten van een opening (27) van een houder (20), omvattende een manchet (2) met een in hoofdzaak rondgaande manchetwand (3) met een inwendige zijde (3A) en een uitwendige zijde (3B), een mantel (4) met een in hoofdzaak rondgaande mantelwand (5) met een inwendige zijde (5A) en een uitwendige zijde (58), en een met de manchet verbonden afsluitelement (6), welke manchet: a. fixeermiddelen (7) omvat voor het vastzetten van de manchet om de opening van de houder, b. aan de uitwendige zijde van de manchetwand een uitwendige schroefdraad (8) omvat, c. een bovenzijde (9A) omvat die naar het afsluitelement toe is gericht, en een onderzijde (9B) die van het afsluitelement is afgericht, welk afsluitelement: i. een kleponderdeel (13) omvat dat dichtend kan samenwerken met de manchet dan wel met de opening van de houder, ii. een flensonderdeel (14) omvat dat zich radiaal tot voorbij het kleponderdeel uitstrekt, welke mantel: I. een bovenzijde (15) en onderzijde (16) omvat, ||. inwendige schroefdraad (10) omvat die passend is op de uitwendige schroefdraad van de manchet, een en ander zodanig dat de mante| in axiale richting om de manchet en het afsluitelement vanuit een geopen de toestand naar een gesloten toestand van de schroefdop kan worden gedraaid en omgekeerd, waarbij in gesloten toestand het afsluitelement door de manchet wordt gehouden, en het kleponderdeel dichtend samenwerkt met de manchet dan wel de opening van de houder, een eerste passeerstop (17) omvat, die samenwerkt met het afsluitelement dan wel plaatselijk met de manchet, een en ander zodanig dat axiale verplaatsing van de mante| tot voorbij het afsluitelement respectievelijk de manchet wordt voorkomen.Described is a screw cap (1), intended for closing an opening (27) of a container (20), comprising a sleeve (2) with a substantially circumferential sleeve wall (3) with an inner side (3A) and an outer side (3B), a casing (4) having a substantially circumferential casing wall (5) having an inner side (5A) and an outer side (58), and a sealing element (6) connected to the sleeve, which sleeve: a. comprises fixing means (7) for securing the sleeve around the opening of the container, b. comprises an external screw thread (8) on the external side of the sleeve wall, c. comprises a top (9A) facing the closure element, and a bottom (9B) facing away from the closure element, which closure element: i. comprises a valve member (13) which can seal with the sleeve or the opening of the container, ii. comprises a flange member (14) extending radially beyond the valve member, said skirt: I. having a top (15) and a bottom (16), ||. has internal threads (10) that fit the external threads of the sleeve, in such a way that the sleeve | can be rotated in axial direction about the cuff and the sealing element can be rotated from an opened state to a closed position of the screw cap and vice versa, in the closed state the sealing element is held by the cuff, and the valve member cooperates in a sealing manner with the cuff or opening of the container, comprising a first stopper (17), which co-acts with the closing element or locally with the sleeve, all this such that axial displacement of the sleeve | until beyond the sealing element or the sleeve.

Description

Schroefdop De uitvinding heeft betrekking op een schroefdop voor het afsluiten van een opening van een houder, in het bijzonder voor het afsluiten van een houder onder druk, zoals een fles voor koolzuurhoudende drank.The invention relates to a screw cap for closing an opening of a container, in particular for closing a container under pressure, such as a bottle for carbonated drink.

In het vakgebied zijn schroefdoppen alom bekend. Probleem bij doppen in het algemeen is het feit dat deze los zijn te maken van de houder die met de dop wordt afgesloten. De houder en de dop worden na legen van de houder weggegooid, en worden doppen veelal niet zo het hoort in daartoe bestemde afvalbakken gedeponeerd, maar eenvoudig op straat of in de natuur weggegooid. Vanwege de kleine afmeting ervan worden deze slecht teruggevonden en zorgen aldus voor een vervuiling van de omgeving.Screw caps are well known in the art. The problem with caps in general is the fact that they can be detached from the container that is closed with the cap. The container and the cap are thrown away after the container has been emptied, and caps are usually not deposited in the appropriate waste bins as it should, but simply thrown away on the street or in nature. Due to their small size, they are poorly recovered and thus pollute the environment.

Men heeft dit probleem gepoogd op te lossen door doppen dusdanig te ontwerpen dat deze na openen aan de houder vast blijft zitten. Voor klemdoppen, die om een flens van een fles zijn geklemd is reeds lang bekend om deze met een kraagonderdeel om de fles te klemmen, waarbij de klemdop gecontroleerd ten opzichte van het kraagonderdeel kan scharnieren.Attempts have been made to solve this problem by designing caps such that they remain attached to the container after opening. For clamping caps which are clamped around a flange of a bottle, it has long been known to clamp them around the bottle with a collar part, wherein the clamping cap can pivot in a controlled manner relative to the collar part.

Echter zijn dergelijke doppen niet geschikt voor het afsluiten van houders die onder druk staan, zoals flessen met koolzuurhoudende dranken. Men heeft weliswaar getracht om te voorzien in schroefdoppen die te gebruiken zijn op gebruikelijke frisdrankflessen met een schroefdop, welke schroefdoppen na openen aan de fles vast blijven zitten, zoals bijvoorbeeld beschreven in US4,805,792, US5725115, US8720716 en US2002/0130100. Het betreft hier allemaal oplossingen die eveneens voorzien in een kraagonderdeel die om de opening van de fles wordt geklemd of over een flensrand van de fles wordt geschoven om te voorkomen dat het kraagonderdeel van de fles los kan komen. De schroefdop volgens US4,805,792 omvat bijvoorbeeld een kunststof lip die aan het kraagonderdeel en de schroefdop is bevestigd, welke lip bij openen van de schroefdop deels van de schroefdop wordt losgescheurd waardoor er lengte in de lip ontstaat zodat de dop na losdraaien van de flesopening aan de kraag blijft hangen.However, such caps are not suitable for sealing containers that are under pressure, such as bottles with carbonated drinks. It is true that attempts have been made to provide screw caps that can be used on conventional soft drink bottles with a screw cap, which screw caps remain attached to the bottle after opening, as described, for example, in US4,805,792, US5725115, US8720716 and US2002 / 0130100. These are all solutions that also provide a collar member that is clamped around the opening of the bottle or slid over a flange of the bottle to prevent the collar member from coming loose from the bottle. The screw cap according to US4,805,792 comprises, for example, a plastic lip which is attached to the collar part and the screw cap, which lip is partially torn off the screw cap when the screw cap is opened, resulting in a length in the lip so that the cap is attached after loosening the bottle opening. the collar sticks.

De oplossingen uit de stand van de techniek hebben echter het nadeel dat de lip relatief kwetsbaar is en dat de dop alsnog gemakkelijk van de fles losscheurt. Ook is het nadelig dat een geopende dop ongecontroleerd aan de fles hangt, zodat bij drinken uit de fles de dop snel in de weg kan gaan zitten.However, the prior art solutions have the drawback that the lip is relatively fragile and that the cap can still easily tear from the bottle. It is also disadvantageous that an opened cap hangs uncontrollably from the bottle, so that when drinking from the bottle the cap can quickly get in the way.

De uitvinding voorziet nu in een verbeterde schroefdop die het voordeel van de bekende scharnierende klemdop kent waarbij de dop gecontroleerd ten opzichte van de fles scharniert terwijl de dop toch is voorzien van een schroefdraad om bestand te zijn tegen de druk in de houder, zoals een fles voor koolzuurhoudende frisdrank. De schroefdop volgens de uitvinding kan worden bevestigd op bekende klemdopflessen, alsmede op bekende schroefdopflessen.The invention now provides an improved screw cap which has the advantage of the known hinged clamping cap in which the cap pivots in a controlled manner with respect to the bottle while the cap is still provided with a screw thread to withstand the pressure in the container, such as a bottle. for carbonated soft drinks. The screw cap according to the invention can be attached to known clamp-top bottles, as well as to known screw-top bottles.

De uitvinding voorziet daartoe in een schroefdop volgens conclusie 1, en in bijzondere uitvoeringsvormen zoals beschreven in de afhankelijke conclusies, alsmede op een samentel van een dergelijke schroefdop en een houder, waarop de schroefdop is bevestigd. Deze houder is bij voorkeur een houder onder druk, met meer voorkeur een fles voor koolzuurhoudende drank. Zowel de schroefdop als de houder zijn bij voorkeur uitgevoerd van een flexibel materiaal, bij voorkeur een kunststof.To this end, the invention provides a screw cap according to claim 1, and in special embodiments as described in the dependent claims, as well as a combination of such a screw cap and a container to which the screw cap is attached. This container is preferably a pressurized container, more preferably a carbonated beverage bottle. Both the screw cap and the container are preferably made of a flexible material, preferably a plastic.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijbehordende figuren, waarin: Figuur 1 een uit een stuk spuitgegoten schroefdop volgens de uitvinding toont, voorafgaand aan assemblage. Figuren 1A, 1B en 1C tonen respectievelijk een realistisch aanzicht, een schematisch zijaanzicht en een schematisch opengewerkt zijaanzicht.The invention will be explained in more detail with reference to the accompanying figures, in which: Figure 1 shows a one-piece injection molded screw cap according to the invention, prior to assembly. Figures 1A, 1B and 1C show a realistic view, a schematic side view and a schematic cutaway side view, respectively.

Figuur 2 de schroefdop van figuur 1 toont in een aantal stadia tijdens de assemblage. Figuren 2A, 2B en 2C tonen een realistisch aanzicht van drie opeenvolgende stadia tijdens de assemblage. Figuren 2D en 2E tonen respectievelijk een schematisch zijaanzicht en een schematisch opengewerkt zijaanzicht van de schroefdop van figuur 2C.Figure 2 shows the screw cap of Figure 1 in a number of stages during assembly. Figures 2A, 2B and 2C show a realistic view of three successive stages during assembly. Figures 2D and 2E show a schematic side view and a schematic cutaway side view, respectively, of the screw cap of Figure 2C.

Figuur 3 realistische aanzichten van openingen van gebruikelijke houders voor dranken toont, waarbij figuur 3A een gebruikelijke opening weergeeft van een bekende kunststof drankfles voor het bevestigen van een klemdop, figuur 3B en 3C een gebruikelijke opening van een bekende kunststof drankfles voor het bevestigen van een bekende schroefdop.Figure 3 shows realistic views of openings of conventional beverage containers, Figure 3A showing a typical opening of a known plastic beverage bottle for attaching a clamp cap, Figures 3B and 3C showing a typical opening of a known plastic beverage bottle for attaching a known screw cap.

Figuur 4 het plaatsen van de geassembleerde schroefdop van figuur 2C op een drankfles van figuur 3C in een aantal opeenvolgende stadia toont. Figuren 4A, 4B, 4C en 4D tonen een realistisch aanzicht van vier opeenvolgende stadia tijdens het plaatsen. Figuren 4E en 4F tonen respectievelijk een schematisch zijaanzicht en een dwarsdoorsnede-aanzicht van de op de drankfles geplaatste schroefdop van figuur 4D.Figure 4 shows the placement of the assembled screw cap of Figure 2C on a beverage bottle of Figure 3C in a number of successive stages. Figures 4A, 4B, 4C and 4D show a realistic view of four consecutive stages during deployment. Figures 4E and 4F show a schematic side view and a cross-sectional view, respectively, of the screw cap of Figure 4D placed on the beverage bottle.

Figuur 5 het openen van de fles van figuur 4D in een aantal opeenvolgende stadia toont. Figuren 5A, 5B, 5C, 5D en 5E tonen een realistisch aanzicht van vier opeenvolgende stadia tijdens het openen. Figuren 5F en 5G tonen respectievelijk een schematisch zijaanzicht en een dwarsdoorsnede-aanzicht van de schroefdop in een stadium tussen dat van figuren 5B en 5C. Figuren 5H en 51 tonen respectievelijk een schematisch zijaanzicht en een dwarsdoorsnede van de schroefdop van figuur SE.Figure 5 shows the opening of the bottle of Figure 4D in a number of successive stages. Figures 5A, 5B, 5C, 5D and 5E show a realistic view of four successive stages during opening. Figures 5F and 5G show a schematic side view and a cross-sectional view, respectively, of the screw cap at a stage intermediate that of Figures 5B and 5C. Figures 5H and 51 show a schematic side view and a cross section, respectively, of the screw cap of Figure SE.

Figuur 6 toont het vastklemmen van de manchet van de schroefdop volgens figuur 1 in de kraag van de schroefdop, waarbij figuur 6A een aanzicht van de toestand weergegeven in figuur 1A weergeeft, en figuur 6B de toestand van de schroefdop in geassembleerde toestand volgens figuur 2C.Figure 6 shows the clamping of the screw cap collar of Figure 1 in the collar of the screw cap, Figure 6A showing a view of the state shown in Figure 1A, and Figure 6B showing the state of the screw cap in the assembled state of Figure 2C.

Figuur 7 een uitvoeringsvorm van een manchet van een schroefdop volgens de uitvinding weergeeft, geplaatst op een fles volgens figuur 3B.Figure 7 shows an embodiment of a screw cap sleeve according to the invention placed on a bottle according to Figure 3B.

Figuur 8 een uitvoeringsvorm van een afsluitelement van een schroefdop volgens de uitvinding weergeeft, in figuur 8A in aanzicht zonder mantel, in figuur 8B in aanzicht met een opengewerkte mantel waarbij de schroefdraad in de binnenzijde van de mantel wel zichtbaar is.Figure 8 shows an embodiment of a closing element of a screw cap according to the invention, in Figure 8A in a view without a jacket, in Figure 8B in a view with an open-worked jacket, whereby the screw thread in the inside of the jacket is visible.

In de figuren worden telkens identieke of gelijkende elementen met dezelfde verwijzingscijfers weergegeven, en wanneer bepaalde elementen al in een andere figuur van een verwijzingscijfer zijn voorzien kan het zijn dat het verwijzingscijfer voor dergelijke elementen in een figuur ontbreekt. Door de figuren gezamenlijk te beschouwen zal het ontbreken van verwijzingscijfers in enkele figuren geen afbreuk doen aan de duidelijkheid.In the figures, identical or similar elements are always indicated with the same reference numerals, and if certain elements are already provided with a reference numeral in another figure, the reference numeral for such elements may be missing in a figure. By considering the figures together, the lack of reference numbers in some figures will not detract from the clarity.

In figuur 1 wordt schroefdop 1 getoond met een manchet 2, voorzien van een rondgaande manchetwand 3, voorzien van een uitwendige schroefdraad 8. Via breekverbindingen 31 is de manchet verbonden met een mantel 4, met een rondgaande mantelwand 5, voorzien van verticaal lopende ribben 32 voor het verbeteren van de grip. De mantel 4 is via breekverbindingen 18 verbonden met een kraagonderdeel 19, welke kraagonderdeel eenzijdig afgeschuinde nokken 23 omvat. De manchet 2 is via twee zich in hoofdzaak verticaal uitstrekkende lippen 33 verbonden met een afsluitelement 6 met klep 13 en een flens 14, welke flens zich rondom en vanaf de klep 6 radiaal uitstrekt. In deze uitvoeringsvorm loopt de uitwendige schroefdraad 8 eveneens over lippen 33 door. De verbinding tussen manchet 2 en afsluitelement 6 kan bijvoorbeeld ook worden bewerkstelligd door een of meer gladde lippen zonder schroefdraad. Tevens is het voor de werking van de schroefdop 1 niet noodzakelijk dat de lip of lippen 33 een geheel vormen met het afsluitelement 6 en of de manchet 2. De verbinding tussen manchet 2 en afsluitelement 6 kan ook door een afzonderlijk verbindingselement worden verkregen. Ofschoon in het weergegeven geval een enkele rondgaande flens 14 is getoond, kan het afsluitelement 6 in plaats daarvan zijn voorzien van een of meer flensonderdelen die slechts een deel van de omtrek van de klep bestrijken. Zo kunnen er meerdere op afstand van elkaar geplaatste flensonderdelen, bijvoorbeeld uitgevoerd als zich radiaal uitrekkende nokken aanwezig zijn. De een of meer flensonderdelen zijn bij voorkeur aan het kleponderdeel gevormd. Ofschoon in het hier weergegeven geval het afsluitelement, de manchet en de mantel als een geheel zijn gevormd, bijvoorbeeld door middel van spuitgieten of 3D printen, is het ook mogelijk dat de mantel los van de manchet, en of het afsluitelement los van de manchet worden vervaardigd.In figure 1 screw cap 1 is shown with a cuff 2, provided with a circumferential cuff wall 3, provided with an external screw thread 8. Via break connections 31 the cuff is connected to a casing 4, with a revolving casing wall 5, provided with vertically running ribs 32. for improving grip. The jacket 4 is connected via break connections 18 to a collar part 19, which collar part comprises lugs 23 with beveled edges. The sleeve 2 is connected via two substantially vertically extending lips 33 to a closing element 6 with valve 13 and a flange 14, which flange extends radially around and away from the valve 6. In this embodiment the external screw thread 8 also continues over lips 33. The connection between sleeve 2 and sealing element 6 can, for instance, also be effected by one or more smooth lips without screw thread. It is also not necessary for the screw cap 1 to function for the lip or lips 33 to be integral with the sealing element 6 and / or the sleeve 2. The connection between sleeve 2 and sealing element 6 can also be obtained by a separate connecting element. Although a single circular flange 14 is shown in the illustrated case, the closure member 6 may instead include one or more flange members covering only part of the circumference of the valve. For example, several flange parts placed at a distance from each other, for example designed as radially extending cams, can be present. The one or more flange members are preferably formed on the valve member. Although in the case shown here the sealing element, the sleeve and the jacket are formed as a whole, for example by means of injection molding or 3D printing, it is also possible for the jacket to become detached from the sleeve and / or the closure element to become detached from the sleeve. manufactured.

In figuur 1B wordt de schroefdop 1 van figuur 1A in een schematisch zijaanzicht getoond, waarbij de bovenzijde en de onderzijde van de manchet 2 zijn aangegeven met respectievelijk 9A en 9B. Nabij de onderzijde van de manchet bevinden zich openingen 22, die ook als holtes kunnen zijn uitgevoerd. In het opengewerkte schematische aanzicht van figuur 1C is zichtbaar dat de manchetwand 5 van manchet 4 aan de binnenzijde 5A ervan is voorzien van een inwendige schroefdraad 10, die passend is op de uitwendige schroefdraad 8 van de manchet 2. De dimensies van de schroefdraad zijn in dit geval zodanig gekozen dat de rondgaande flens 14 van afsluitonderdeel 6 een grotere buitendiameter heeft dan de binnendiameter van de inwendige schroefdraad 10. Zoals hieronder nog zal worden uitgelegd betekent dit dat de bovenste winding 17 van de inwendige schroefdraad 10 dienst doet als passeerstop voor het afsluitelement. De bovenzijde en de onderzijde van de mantel 4 zijn aangegeven met respectievelijk 15 en 16. Aan de bovenzijde is de mantel 4 voorzien van een zich naar radiaal binnen toe uitrekkende ringvormige flens 29, waarbij de binnendiameter van deze flens 29 enigszins kleiner is dan de buitendiameter van de flens 14 van het afsluitelement. Aan de onderzijde 16 omvat de mantel een aantal naar binnen toe gerichte nokken. Deze nokken kunnen zoals later wordt uitgelegd worden opgenomen in openingen 22 van de manchet.In figure 1B, the screw cap 1 of figure 1A is shown in a schematic side view, the top and bottom of the sleeve 2 being indicated by 9A and 9B, respectively. Near the bottom of the sleeve there are openings 22, which can also be designed as cavities. In the exploded schematic view of figure 1C it can be seen that the sleeve wall 5 of sleeve 4 is provided on its inner side 5A with an internal screw thread 10, which mates with the external screw thread 8 of the sleeve 2. The dimensions of the screw thread are in in this case selected such that the revolving flange 14 of sealing member 6 has a larger outer diameter than the inner diameter of the internal screw thread 10. As will be explained below, this means that the upper turn 17 of the internal screw thread 10 serves as a stopper for the closure element. . The top and bottom of the casing 4 are indicated by 15 and 16 respectively. At the top, the casing 4 is provided with an annular flange 29 extending radially inward, the inner diameter of this flange 29 being slightly smaller than the outer diameter. of the flange 14 of the closing element. At the bottom 16, the jacket comprises a number of inwardly directed projections. These cams can be received in openings 22 of the cuff as explained later.

In figuren 2A - 2C worden opeenvolgende stadia van de assemblage van de schroefdop van figuur 1A weergegeven. Door op de schroefdop 1 van figuur 1A een neerwaartse kracht uit te oefenen zal de manchet 2 alsmede het afsluitelement 6 in de manchet gedrukt kunnen worden. In figuur 2A is ongeveer een derde van de manchet 2 de bovenzijde 15 van mantel 4 gepasseerd, in figuur 2B meer dan de helft en in figuur 2C zijn de volledige manchet 2 alsmede het afsluitelement 6 de bovenzijde 15 van mantel 4 gepasseerd waardoor deze in mantel 4 zijn gelegen.In Figures 2A-2C, successive stages of the assembly of the screw cap of Figure 1A are shown. By exerting a downward force on the screw cap 1 of figure 1A, the sleeve 2 as well as the sealing element 6 can be pressed into the sleeve. In figure 2A approximately one third of the cuff 2 has passed the top side 15 of the jacket 4, in figure 2B more than half and in figure 2C the complete cuff 2 as well as the closing element 6 have passed the top side 15 of the jacket 4, causing it to fall into the jacket. 4 are located.

Het in de mantel 4 drukken van de manchet 2 en het afsluitonderdeel 6 is mogelijk wanneer het 5 materiaal van de mantel 4, of het materiaal van de manchet 4 en het afsluitonderdeel 6 flexibel is en enigszins indrukking dan wel uitrekking toelaat.Pressing the sleeve 2 and the sealing member 6 into the jacket 4 is possible when the material of the jacket 4, or the material of the sleeve 4 and the sealing member 6, is flexible and allows some compression or stretching.

Bij voorkeur zijn zowel de mantel 4, de manchet 2 en het afsluitonderdeel 6 van een dergelijk flexibel materiaal.Preferably, both the jacket 4, the sleeve 2 and the closing part 6 are made of such a flexible material.

Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de schroefdop 1 uit een geheel van een flexibele kunststof wordt gevormd door bijvoorbeeld spuitgieten of 3D printen.This is the case, for example, when the screw cap 1 is formed from a whole of a flexible plastic by, for example, injection molding or 3D printing.

Het is echter ook denkbaar dat de manchet 2 en de mantel 4 afzonderlijk worden gevormd, waarbij in een aantrekkelijke uitvoering afsluitonderdeel 6 uit een stuk met de manchet 2 wordt gevormd.However, it is also conceivable for the sleeve 2 and the jacket 4 to be formed separately, in an attractive embodiment, sealing part 6 being formed in one piece with the sleeve 2.

Aldus wordt bij het in de mantel 4 drukken van de manchet de uitwendige schroefdraad 8 van de manchet 2 langs de inwendige schroefdraad van de mantel 4 gewrongen, alsmede langs mantelflens 29. Het afsluitelement 6, waarvan de flens 14 een grotere buitendiameter heeft dan de binnendiameter van mantelflens 29 wordt op deze wijze met flens 14 door de opening van flens 29 gedrukt.Thus, when the sleeve is pressed into the sleeve 4, the external screw thread 8 of the sleeve 2 is wrung along the internal screw thread of the sleeve 4, as well as along sleeve flange 29. The sealing element 6, the flange 14 of which has a larger outside diameter than the inside diameter of jacket flange 29 is pressed through the opening of flange 29 with flange 14 in this way.

De vakman zal direct begrijpen hoe dit kan worden bewerkstelligd waarbij een beweging terug wordt verhinderd.The person skilled in the art will immediately understand how this can be accomplished while preventing backward movement.

In de getoonde uitvoeringsvorm is daartoe mantelflens 29 onder een hoek van minder dan 90° aan de mantel 4 gevormd, waardoor deze in de beweging naar binnen toe meegeeft maar dit in tegengestelde richting niet zal doen.For this purpose, in the embodiment shown, jacket flange 29 is formed at an angle of less than 90 ° on jacket 4, so that it yields inwardly in the movement but will not do so in the opposite direction.

Zo kan eveneens de inwendige mantelschroefdraad 10 bovenzijdig zijn afgeschuind of uitwendige manchetschroefdraad 8 onderzijdig zijn afgeschuind, of kunnen beide schroefdraden aldus zijn afgeschuind.For instance, the internal casing screw thread 10 can also be chamfered on the top side or the external sleeve screw thread 8 can be chamfered on the bottom side, or both screw threads can thus be chamfered.

Dan zal de manchet wel naar beneden toe door de manchet kunnen worden gedrukt, maar niet van deze geassembleerde positie terug naar buiten kunnen worden gedrukt.Then the cuff will be able to be pushed downwards through the cuff, but cannot be pushed back out from this assembled position.

Flens 14 van klep afsluitelement 6 kan hiertoe vanaf klep 13 enigszins naar boven toe uitstrekken, zodat bij beweging van het afsluitonderdeel naar beneden toe de flens 14 meegeeft, maar omgekeerd niet.Flange 14 of valve closing element 6 can for this purpose extend slightly upwards from valve 13, so that when the closing part is moved downwards the flange 14 yields, but not vice versa.

Het schematische aanzicht van figuur 2D komt overeen met de geassembleerde positie van figuur 2C.The schematic view of Figure 2D corresponds to the assembled position of Figure 2C.

In het overeenkomstige opengewerkte schematische aanzicht van figuur 2E is te zien dat door de assemblage de nokken 21 van kraagonderdeel 19 van de mantel 4 in de openingen 22 van de manchet 2 aangrijpen, waardoor het kraagonderdeel 19 vast aan de manchet 2 wordt gefixeerd.In the corresponding exploded schematic view of Figure 2E, it can be seen that through the assembly the lugs 21 of collar part 19 of the jacket 4 engage in the openings 22 of the sleeve 2, whereby the collar part 19 is fixedly fixed to the sleeve 2.

Figuur 3 toont openingen van bestaande frisdrankflessen; figuur 3A toont een opening 27 van een fles 20 die bestemd is om te worden voorzien van een klemdop, een zogenoemde ‘snap cap’. De fles 20 heeft daartoe een tweetal flensen 26 en 34, waartussen een kraagonderdeel van de snap cap kan worden geklemd.Figure 3 shows openings of existing soft drink bottles; figure 3A shows an opening 27 of a bottle 20 which is intended to be provided with a clamping cap, a so-called "snap cap". For this purpose, the bottle 20 has two flanges 26 and 34, between which a collar part of the snap cap can be clamped.

Het deksel van de snap cap kan met de kraag scharnieren en om de opening 27 worden geklemd om die af te dichten.The lid of the snap cap can be hinged with the collar and clamped around the opening 27 to seal it.

Figuren 3B en 3C tonen openingen 27 van frisdrankflessen 20 die zijn bestemd om met een schroefdop te worden afgesloten en hebben daartoe om opening 27 een uitwendige schroefdraad 24. Een dergelijke fles heeft ook een tweetal flensen 26 en 34. De uitwendige schroefdraad 24 is in het weergegeven geval onderbroken om ontgassing van de fles bij openen mogelijk te maken.Figures 3B and 3C show openings 27 of soft drink bottles 20 which are intended to be closed with a screw cap and for this purpose have an external screw thread 24 around opening 27. Such a bottle also has two flanges 26 and 34. The external screw thread 24 is displayed case interrupted to allow degassing of the bottle upon opening.

Dit is vooral van belang wanneer de fles wordt gebruikt voor het opnemen van inhoud onder druk, zoals een koolzuurhoudende frisdrank.This is especially important when the bottle is used to receive pressurized contents, such as a carbonated soft drink.

Ofschoon hier alleen flessen voor dranken zijn weergegeven is de schroefdop volgens de uitvinding niet alleen toepasbaar op drankflessen.Although only bottles for beverages are shown here, the screw cap according to the invention is not only applicable to beverage bottles.

Ook andere houders, zoals jerrycans etc. kunnen met een schroefdop volgens de uitvinding worden afgesloten.Other containers, such as jerry cans, etc., can also be closed with a screw cap according to the invention.

Om op de opening 27 van een houder te kunnen worden bevestigd omvat de schroefdop volgens de uitvinding daartoe geschikte fixeermiddelen.In order to be able to be attached to the opening 27 of a container, the screw cap according to the invention comprises fixing means suitable for this purpose.

Zo heeft de schroefdop 1 uit figuur 1 een aantal naar binnen toe gerichte nokken 7 die om een flens 26 die zich rondom de opening 27 van een houder bevindt te klemmen.For example, the screw cap 1 of figure 1 has a number of inwardly directed lugs 7 that clamp around a flange 26 located around the opening 27 of a container.

De dimensies van genoemde nokken 7 zijn afgestemd op die van de flens 26. Door de dop op de fles te drukken klikken de nokken over de flens en is de schroefdop op de fles bevestigd.The dimensions of said lugs 7 are matched to those of the flange 26. By pressing the cap onto the bottle, the lugs snap over the flange and the screw cap is attached to the bottle.

In een aantrekkelijke uitvoeringsvorm omvatten de fixeermiddelen van de schroefdop een inwendige schroefdraad aan de binnenwand 3A (zie figuur 4F) van de manchet 2, die overeenkomt met de uitwendige schroefdraad van de houder, waardoor de manchet 2 op de houder kan worden gedraaid.In an attractive embodiment, the screw cap fixing means comprise an internal screw thread on the inner wall 3A (see figure 4F) of the sleeve 2, which corresponds to the external screw thread of the container, whereby the sleeve 2 can be turned on the container.

Het is zeer aantrekkelijk om de manchet 2 dan tevens te voorzien van de hierboven besproken nokken 7, die dan bij het vastdraaien van de manchet 2 op de houder om de kraalrand klikken waardoor losdraaien van de manchet 2 wordt tegengegaan.It is very attractive to provide the cuff 2 with the above discussed cams 7, which then click around the beaded edge when the cuff 2 is tightened, so that loosening of the cuff 2 is prevented.

Ander maatregelen voor het tegengaan van losnemen van de manchetOther measures to prevent cuff loosening

2 van de houder worden hieronder besproken.2 of the holder are discussed below.

Figuur 4 wordt getoond hoe een schroefdop volgens de uitvinding op een bestaande frisdrankfles zoals beschreven in figuur 3C wordt aangebracht.Figure 4 shows how a screw cap according to the invention is applied to an existing soft drink bottle as described in Figure 3C.

De opening 27 van de fles 20 heeft een uitwendige schroefdraad 24. De schroefdop zoals beschreven in figuur 2C wordt in geassembleerde toestand om de opening van de fles gedraaid, waarbij de inwendige schroefdraad 25 (zie figuur 5G) aangrijpt op de uitwendige schroefdraad 25 van de fles 20. Door deze inwendige schroefdraad 25 wordt de manchet op de houder gefixeerd. Figuren 4B en 4C tonen hoe de schroefdop op de fles wordt gedraaid, tot de eindpositie getoond in figuren 4D — 4E, waarbij de fixeermiddelen 7 van de manchet, uitgevoerd als nokken 27, om de flens 26 van de fles 20 klemmen, hetgeen in het dwarsdoorsnede-aanzicht van figuur 4F wordt getoond. Ook ligt mantelflens 29 van mantel 4 tegen de flens 14 van klep 13 aan, waardoor het afsluitelement 6 door de mantel 4 wordt gehouden en de klep 13 de opening 27 van de fles afsluit 20 en hiermee dichtend samenwerkt. Het is ook mogelijk dat de manchet dichtend met de klep samenwerkt. In figuur 4F sluit klep 13 de flesopening 27 dichtend af door middel van een rondgaande ringwand 35 die afdichtend tegen de binnenwand van de flesopening 27 is gelegen. Alternatief kan klep 13 in de gesloten positie afdichtend tegen de bovenzijde 9A van de manchet 2 aan liggen. Deze situatie doet zich bijvoorbeeld voor wanneer de manchet zich tot voorbij de opening van fles uitstrekt en de klep bij afdichting geen contact maakt met de wand van de fles. In het weergegeven geval sluit de klep 13 zowel aan op de bovenzijde van de manchet 2 als op de flessenwand.The opening 27 of the bottle 20 has an external screw thread 24. The screw cap as described in figure 2C is turned around the opening of the bottle in the assembled state, with the internal screw thread 25 (see figure 5G) engaging the external screw thread 25 of the bottle. bottle 20. This internal screw thread 25 fixes the sleeve on the container. Figures 4B and 4C show how the screw cap is turned on the bottle, to the end position shown in Figures 4D - 4E, wherein the fixing means 7 of the sleeve, designed as cams 27, clamp around the flange 26 of the bottle 20, which in the cross-sectional view of Figure 4F is shown. Also, jacket flange 29 of jacket 4 abuts against flange 14 of valve 13, as a result of which the closing element 6 is held by the jacket 4 and the valve 13 closes the opening 27 of the bottle and cooperates in a sealing manner therewith. It is also possible for the cuff to act sealingly with the valve. In figure 4F valve 13 seals the bottle opening 27 in a sealing manner by means of a revolving annular wall 35 which is sealingly located against the inner wall of the bottle opening 27. Alternatively, valve 13 may be sealingly abut the top 9A of the cuff 2 in the closed position. This situation occurs, for example, when the cuff extends beyond the opening of the bottle and the valve does not contact the wall of the bottle when sealing. In the case shown, the valve 13 connects to both the top of the sleeve 2 and the bottle wall.

De schroefdop volgens de uitvinding kan door bestaande vullijnen automatisch op de flessen worden geplaatst. Hiertoe worden de schroefdoppen in geassembleerde toestand aan de mantel gegrepen en in de getoonde uitvoeringsvorm met de klok mee op de fles gedraaid. Doordat de mantel bij deze draaibeweging tegen de verticale wanden van nokken 23 stoten ligt de mantel 4 vast tegen het kraagonderdeel 19 aan en wordt de manchet 2 vanwege de fixatie ervan met het kraagonderdeel 19 om de schroefdraad van de fles 20 gedraaid. Bij verder doordraaien is het mogelijk dat nokken 21 tegen flens 34 van de fles komen waardoor de nokken terug naar buiten worden geduwd waardoor de fixatie tussen het kraagonderdeel 19 en de manchet 2 wordt opgeheven, en de mantel daardoor vrij om de manchet 2 kan draaien. Deze maatregel een beveiliging maar geen noodzakelijkheid.The screw cap according to the invention can be automatically placed on the bottles by existing filling lines. To this end, the screw caps are gripped on the casing in the assembled state and, in the embodiment shown, are turned clockwise on the bottle. Because the casing strikes the vertical walls of cams 23 during this rotary movement, the casing 4 rests firmly against the collar part 19 and the sleeve 2 is rotated around the screw thread of the bottle 20 due to its fixation with the collar part 19. During further rotation, it is possible that cams 21 come against flange 34 of the bottle, whereby the cams are pushed back outwards, so that the fixation between the collar part 19 and the sleeve 2 is canceled, and the jacket can thereby freely rotate around the sleeve 2. This measure is a security but not a necessity.

Figuur 5 toont het openen van de schroefdop vanuit een gesloten positie zoals getoond in figuren 4D en 5A. Om te openen wordt de mantel 4 gedraaid ten opzichte van de manchet 2 door samenwerking tussen de uitwendige schroefdraad 8 van het manchet 2 en de inwendige schroefdraad 10 van de mantel 4. Omdat het kraagonderdeel 19 een aantal afgeschuinde nokken 23 omvat die lossing van de mantel 4 van het kraagonderdeel 19 in een enkele richting toelaat kan dit in het weergegeven geval alleen maar tegen de klok in. Het kraagonderdeel is bij voorkeur met de mantel verbonden via een of meer breekverbindingen 31, die de schroefdop verzegelen. Bij opendraaien worden dan de breekverbindingen verbroken waardoor zichtbaar is dat de schroefdop al is geopend. De aanwezigheid van het kraagonderdeel is niet noodzakelijk, maar wel zeer voordelig omdat aldus een eerder openen van de schroefdoop zichtbaar kan worden en kan door plaatsing van afgeschuinde nokken het draaien van de schroefdop in een enkele richting worden gestuurd. Zoals eerder is besproken en hieronder nader toegelicht, kan het kraagonderdeel 19 van de mantel 4 zijn voorzien van nokken 21 die bij de assemblage in daartoe bestemde openingen 22 in de manchet 2 zijn geklikt, waardoor onderling verdraaien van het kraagonderdeel 19 met de manchet 2 wordt verhinderd. Bij verder opendraaien van de mantel 4 zal de schroefdraad 10 van de mantel 4 tegen de flens 14 van de afsluitonderdeel 6 drukken en deze naar boven bewegen, waardoor het kleponderdeel 13 van de opening van de fles wordt gelost, hetgeen in het dwarsdoorsnede-aanzicht van figuur 5G wordt getoond. Daarom is de bovenste winding van schroefdraad 10 eveneens passeerstop 17, zoals aangegeven in figuur 1C. Axiale verplaatsing van de mantel tot voorbij het afsluitelement 6 wordt voorkomen door de bovenste winding van schroefdraad 10, d.w.z. de passeerstop 17.Figure 5 shows opening of the screw cap from a closed position as shown in Figures 4D and 5A. To open, the sleeve 4 is rotated relative to the sleeve 2 by cooperation between the external threads 8 of the sleeve 2 and the internal threads 10 of the sleeve 4. Because the collar member 19 includes a number of chamfered cams 23 that release from the sleeve 4 of the collar part 19 in a single direction, this can only be done counterclockwise in the case shown. The collar member is preferably connected to the jacket via one or more break joints 31 that seal the screw cap. When turning open, the break connections are broken, so that it is visible that the screw cap has already been opened. The presence of the collar part is not necessary, but it is very advantageous because an earlier opening of the screw cap can thus become visible and the rotation of the screw cap can be controlled in a single direction by placing chamfered cams. As discussed earlier and explained in more detail below, the collar part 19 of the sheath 4 may be provided with lugs 21 which are clicked into appropriate openings 22 in the sleeve 2 upon assembly, thereby causing mutual rotation of the collar part 19 with the sleeve 2. prevented. On further opening of the casing 4, the screw thread 10 of the casing 4 will press against the flange 14 of the closure member 6 and move it upward, releasing the valve member 13 from the opening of the bottle, which in the cross-sectional view of the bottle. Figure 5G is shown. Therefore, the top turn of screw thread 10 is also override stop 17, as shown in Figure 1C. Axial displacement of the jacket beyond the closure element 6 is prevented by the upper turn of screw thread 10, i.e. the pass-through stop 17.

Het is ook mogelijk om de flens 14 van afsluitelement 6 uit te voeren als uitwendige schroefdraad die bij openen samenwerkt met de inwendige schroefdraad 10 van de mantel 4. In dat geval bevat de mantel 4 bij de schroefdraad 10 een stopelement waardoor verder draaien van de mantel om het afsluitelement wordt geblokkeerd. Een dergelijk stopelement kan bijvoorbeeld een afgeknot uiteinde van de schroefdraad omvatten, die bij draaien bijvoorbeeld tegen een nok op het afsluitelement stoot. Bij de vakman zijn hiervoor vele varianten bekend, waarvan er een in figuur 8 wordt getoond.It is also possible to design the flange 14 of closing element 6 as an external screw thread which, when opened, cooperates with the internal screw thread 10 of the casing 4. In that case, the casing 4 comprises a stop element at the screw thread 10, whereby the casing continues to rotate. around the sealing element is blocked. Such a stop element can, for example, comprise a truncated end of the screw thread, which, when turning, for example hits a cam on the closing element. Many variants for this are known to those skilled in the art, one of which is shown in figure 8.

Om ontgassen van de inhoud van de houder te vergemakkelijken kan de uitwendige schroefdraad 8 van het manchet 2 of de inwendige schroefdraad 10 van de mantel 4 of beide zijn onderbroken, om langs de onderbrekingen het gas tijdens opendraaien uit de houder te laten ontsnappen. Deze maatregel is in het vakgebied bekend en de bekende flessen zoals getoond in figuren 3B en 3C zijn voorzien van een dergelijke onderbroeken schroefdraad.In order to facilitate degassing of the contents of the container, the external screw thread 8 of the sleeve 2 or the internal screw thread 10 of the jacket 4 or both may be interrupted, in order to allow the gas to escape from the container along the interruptions during opening. This measure is known in the art and the known bottles as shown in figures 3B and 3C are provided with such an underpants screw thread.

Nadat het kleponderdeel 13 van de fles 20 is gelost zoals in figuren 5B, 5F en 5G wordt getoond kan de mantel 4 nog verder van de manchet 2 worden losgedraaid waarbij de inwendige schroefdraad 10 van de manchet 4 uit de uitwendige schroefdraad 8 van het manchet 2 wordt gedraaid en de mantel met daarin het afsluitelement kan openklappen via lippen 33. De manchet 4 houdt het afsluitonderdeel 6 tussen mantelflens 29 en de bovenste winding van schroefdraad 10, waardoor de mantel in geopende toestand met de fles verbonden blijft.After the valve member 13 has been released from the bottle 20 as shown in Figures 5B, 5F and 5G, the jacket 4 can be unscrewed even further from the sleeve 2, with the internal screw thread 10 of the sleeve 4 emerging from the external thread 8 of the sleeve 2 is rotated and the casing with the sealing element therein can fold open via lips 33. The sleeve 4 holds the sealing member 6 between the casing flange 29 and the upper turn of screw thread 10, whereby the casing remains connected to the bottle in the open position.

De geopende positie wordt in figuren 5E, SH en 51 getoond.The opened position is shown in Figures 5E, SH and 51.

De schroefdop kan weer worden dichtgedraaid door de mantel terug op de opening 27 van de fles 20 te klappen en vervolgens met de klok mee om de manchet 2 te draaien, waarbij bij dichtdraaien het afsluitelement dichtend tegen de opening 27 van de fles 20 of tegen de manchet 2 wordt gehouden door mantelflens 29 die aangrijpt op de flens 14 van het afsluitelement.The screw cap can be closed again by folding the jacket back onto the opening 27 of the bottle 20 and then turning it clockwise to turn the sleeve 2, closing the closure element sealingly against the opening 27 of the bottle 20 or against the sleeve 2 is held by jacket flange 29 which engages the flange 14 of the closure element.

In figuur 6 wordt de samenwerking tussen de nokken 21 van het kraagonderdeel 19 en de openingen 22 in manchet 2 getoond.In figure 6 the cooperation between the lugs 21 of the collar part 19 and the openings 22 in sleeve 2 is shown.

In figuur 6A wordt de configuratie voorafgaand aan de assemblage van de schroefdop weergegeven, en in figuur 6B in geassembleerde positie, waarbij de nokken 21 in openingen 22 vallen.Figure 6A shows the configuration prior to screw cap assembly, and Figure 6B in the assembled position, with the lugs 21 dropping into openings 22.

Hierdoor zijn het kraagonderdeel 19 en de manchet 2 onderling niet meer draaibaar.As a result, the collar part 19 and the sleeve 2 are no longer mutually rotatable.

Openen van de schroefdop is alleen mogelijk door het draaien van de manchet 4 tegen de klok in vanwege de afgeschuinde nokken 23 op kraagonderdeel 19. In de uitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 7 wordt gebruik gemaakt van de onderbrekingen in de schroefdraad van de houder.Opening of the screw cap is only possible by turning the sleeve 4 counterclockwise because of the chamfered cams 23 on collar member 19. In the embodiment as shown in Figure 7, use is made of the interruptions in the screw thread of the container.

De manchet 2 is aan de binnenzijde ervan voorzien van verticale vinnen 36 die naar binnen zijn gericht.The sleeve 2 is provided on the inside thereof with vertical fins 36 directed inward.

Hierdoor is draaien van de manchet 2 ten opzichte van de houder 20 tegen de klok in geblokkeerd, maar bij draaiing met de klok mee veren de vinnen 36 in en kunnen deze de onderbrekingen in de schroefdraad van de houder 20 passeren.This prevents counterclockwise rotation of the sleeve 2 relative to the container 20, but upon clockwise rotation the fins 36 spring in and can pass the interruptions in the screw thread of the container 20.

Aldus wordt tegengegaan dat bij openen van de schroefdop, dat wordt bewerkstelligd door de mantel tegen de klok in van de manchet 2 los te draaien, de manchet 2 onverhoopt van de fles 20 losraakt.In this way it is prevented that when the screw cap is opened, which is effected by unscrewing the casing counterclockwise from the sleeve 2, the sleeve 2 unexpectedly loosens from the bottle 20.

Deze maatregel is te beschouwen als alternatief of aanvulling op het voorzien van de manchet 2 met nokken 7, 27 voor het vastklemmen van de manchet op de fles 20 of houder.This measure can be regarded as an alternative or in addition to providing the sleeve 2 with projections 7, 27 for clamping the sleeve on the bottle 20 or container.

In figuur 8 wordt een andere uitvoeringsvorm van een schroefdop volgens de uitvinding getoond, waarbij de flens 14 van het afsluitelement 6 is uitgevoerd als uitwendige schroefdraad 30 die passend is op de inwendige schroefdraad 10 van mantel 4. Om te voorkomen dat mantel 4 kan tot voorbij het afsluitelement kan worden gedraaid is er op of nabij schroefdraad 30 een nokvormig stopelement 28 geplaatst waardoor verder omhoog draaien van de mantel om het afsluitelement wordt geblokkeerd doordat het stopelement in de draairichting van de mantel omhoog stomp is uitgevoerd, maar draaien van de mantel 4 omlaag toelaat vanwege de aanwezigheid van een schuine zijde waaroverheen de mantel kan draaien. De inwendige schroefdraad 10 van de mantel 4 kan daartoe in de draairichting omhoog plaatslijk stomp zijn onderbroken, en in de draairichting omlaag daarentegen een geleidelijke onderbreking heeft waardoor passeren van de schuine zijde van de nok mogelijk is. In figuur 8B wordt de inwendige schroefdraad 10 van de mantel 4 getoond waarbij het overige van de mantel is ter verduidelijking is weggelaten. In een niet getoonde uitvoeringsvorm wordt de manchet niet naar boven, maar naar beneden in de richting van de houder gedraaid om de schroefdop te openen. Hiertoe is de flens van het afsluitelement eveneens als schroefdraad uitgevoerd en is deze passend op de inwendige schroefdraad 10 van mantel 4. In deze uitvoeringsvorm heeft de manchet geen uitwendige schroefdraad, die passend is op de inwendige schroefdraad 10 van mantel 4. De mantel draait door samenwerking van de schroefdraad van de flens 14 met de inwendige schroefdraad 10. De mantel is aan de onderzijde uitgevoerd met een naar binnen toe gekeerde flens die dienst doet als passeerstop, waardoor verhinderd wordt dat de mantel tot voorbij de manchet kan worden gedraaid. De mantel is in vergelijking met de hierboven beschreven uitvoeringsvormen als het ware ondersteboven geplaatst.Figure 8 shows another embodiment of a screw cap according to the invention, in which the flange 14 of the sealing element 6 is designed as an external screw thread 30 which mates with the internal screw thread 10 of jacket 4. To prevent jacket 4 from being able to pass the sealing element can be rotated a cam-shaped stop element 28 is placed on or near screw thread 30, whereby further upward rotation of the casing around the sealing element is blocked because the stop element is designed bluntly in the direction of rotation of the casing, but rotation of the casing 4 downwards permits due to the presence of a sloping side over which the mantle can turn. For this purpose, the internal screw thread 10 of the casing 4 may be locally bluntly interrupted in the upward direction of rotation, and in the downward direction of rotation, on the other hand, may have a gradual interruption so that it is possible to pass the sloping side of the cam. In figure 8B the internal screw thread 10 of the jacket 4 is shown, with the remainder of the jacket omitted for clarity. In an embodiment not shown, the cuff is not turned upwards, but downwards in the direction of the container to open the screw cap. To this end, the flange of the closing element is also designed as a screw thread and is suitable for the internal screw thread 10 of the jacket 4. In this embodiment the sleeve has no external screw thread, which fits the internal screw thread 10 of the jacket 4. The jacket rotates through. cooperation of the screw thread of the flange 14 with the internal screw thread 10. The jacket is provided on the underside with an inwardly turned flange that serves as a stop-over, preventing the jacket from being turned past the sleeve. Compared to the above-described embodiments, the casing is, as it were, placed upside down.

De configuratie van de mantel 2 is in deze uitvoeringsvorm bij voorkeur gespiegeld ten opzichte van de hierboven beschreven uitvoeringsvorm, om zo de beweging van de mantel 2 richting de houder op natuurlijke wijze, dus met de klok mee te laten verlopen. Het is echter ook mogelijk om de inwendige schroefdraad 10 van de mantel en de daarmee samenwerkende schroefdraad van de flens van het afsluitelement zodanig uit te voeren dat de mantel 4 door tegen de klok in te draaien richting de houder wordt gedraaid. Door de mantel 4 naar beneden richting de houder te draaien komt het afsluitelement 6 vrij en kan deze door de gebruiker worden geopend.In this embodiment, the configuration of the jacket 2 is preferably mirrored with respect to the embodiment described above, in order to allow the movement of the jacket 2 towards the container to proceed in a natural manner, i.e. clockwise. However, it is also possible to design the internal screw thread 10 of the casing and the co-operating screw thread of the flange of the closing element such that the casing 4 is rotated in the direction of the container by turning it counterclockwise. By turning the jacket 4 downwards in the direction of the container, the closing element 6 is released and can be opened by the user.

Claims (19)

CONCLUSIESCONCLUSIONS 1. Schroefdop (1), bestemd voor het afsluiten van een opening (27) van een houder (20), omvattende een manchet (2) met een in hoofdzaak rondgaande manchetwand (3) met een inwendige zijde (3A) en een uitwendige zijde (3B), een mantel (4) met een in hoofdzaak rondgaande mantelwand (5) met een inwendige zijde (5A) en een uitwendige zijde (5B), en een met de manchet verbonden afsluitelement (6), welke manchet: a. fixeermiddelen (7) omvat voor het vastzetten van de manchet om de opening van de houder, b. aan de uitwendige zijde van de manchetwand een uitwendige schroefdraad (8) omvat, c. een bovenzijde (9A) omvat die naar het afsluitelement toe is gericht, en een onderzijde (9B) die van het afsluitelement is afgericht, welk afsluitelement: i. een kleponderdeel (13) omvat dat dichtend kan samenwerken met de manchet dan wel met de opening van de houder, ii. een flensonderdeel (14) omvat dat zich radiaal tot voorbij het kleponderdeel uitstrekt, welke mantel: I. een bovenzijde (15) en onderzijde (16) omvat, Il. inwendige schroefdraad (10) omvat die passend is op de uitwendige schroefdraad van de manchet, een en ander zodanig dat de mantel in axiale richting om de manchet en het afsluitelement vanuit een geopende toestand naar een gesloten toestand van de schroefdop kan worden gedraaid en omgekeerd, waarbij in gesloten toestand het afsluitelement door de mantel wordt gehouden, en het kleponderdeel dichtend samenwerkt met de manchet dan wel de opening van de houder, NI. een eerste passeerstop (17) omvat, die samenwerkt met het afsluitelement dan wel plaatselijk met de manchet, een en ander zodanig dat axiale verplaatsing van de mantel tot voorbij het afsluitelement respectievelijk de manchet wordt voorkomen.Screw cap (1), intended for closing an opening (27) of a container (20), comprising a sleeve (2) with a substantially circumferential sleeve wall (3) with an inner side (3A) and an outer side. (3B), a casing (4) having a substantially circumferential casing wall (5) with an inner side (5A) and an outer side (5B), and a closing element (6) connected to the sleeve, which sleeve: a. (7) included for securing the cuff around the opening of the container, b. comprises an external screw thread (8) on the external side of the sleeve wall, c. comprises a top (9A) facing the closure element, and a bottom (9B) facing away from the closure element, which closure element: i. comprises a valve member (13) which can seal with the sleeve or the opening of the container, ii. comprises a flange member (14) extending radially beyond the valve member, which jacket: I. includes a top (15) and bottom (16), II. comprises internal screw thread (10) which mates with the external screw thread of the sleeve, such that the jacket can be rotated in an axial direction around the sleeve and the sealing element from an open position to a closed position of the screw cap and vice versa, wherein in the closed state the sealing element is held by the jacket, and the valve member cooperates in a sealing manner with the sleeve or the opening of the container, N1. comprises a first bypass stop (17) which cooperates with the sealing element or locally with the sleeve, all this such that axial displacement of the jacket beyond the sealing element or the sleeve, respectively, is prevented. 2. Schroefdop volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het afsluitonderdeel aan de manchet is gevormd.Screw cap according to claim 1, characterized in that the closure part is formed on the sleeve. 3. Schroefdop volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de mantel met breekverbindingen (18) is verbonden met een kraagonderdeel (19).Screw cap according to claim 1 or 2, characterized in that the sheath is connected to a collar part (19) by means of breaking joints (18). 4. Schroefdop volgens conclusie 3, met het kenmerk dat het kraagonderdeel een of meer naar binnen toe gerichte nokken (21) omvat, en de manchet een of meer holtes of openingen (22) omvat, voor het opnemen van de een of meer nokken van het kraagonderdeel, een en ander zodanig dat het kraagonderdeel klemmend op de manchet wordt bevestigd.A screw cap according to claim 3, characterized in that the collar member comprises one or more inwardly directed lugs (21), and the sleeve comprises one or more cavities or openings (22) for receiving the one or more lugs of the the collar part, all this in such a way that the collar part is clamped to the cuff. 5. Schroefdop volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat het kraagonderdeel een of meer afgeschuinde nokken (23) omvat die lossing van de mantel van het kraagonderdeel in een enkele draairichting toelaat.A screw cap according to claim 2 or 3, characterized in that the collar member comprises one or more chamfered lugs (23) which allow release of the sheath from the collar member in a single direction of rotation. 6. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze bestemd is om te worden bevestigd aan een houder waarvan de opening een uitwendige schroefdraad (24) omvat, waarbij de fixeermiddelen van de manchet een aan de inwendige zijde van de manchetwand gevormde inwendige schroefdraad (25) omvat die passend is op de uitwendige schroefdraad van de houder.Screw cap according to any one of the preceding claims, characterized in that it is intended to be attached to a container the opening of which comprises an external screw thread (24), the fixing means of the sleeve having an on the internal side of the sleeve wall. formed internal threads (25) that mate with the external threads of the container. 7. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies 1 — 4, met het kenmerk dat deze bestemd is om te worden bevestigd aan een houder welke rondom de opening ervan een in hoofdzaak rondgaande flensrand (26) omvat, waarbij de fixeermiddelen van de manchet klemmiddelen {7) omvatten voor het vastklemmen van de manchet aan de flensrand van de opening van de houder.A screw cap according to any one of the preceding claims 1 - 4, characterized in that it is intended to be attached to a container comprising a substantially circular flange rim (26) around its opening, said sleeve fixing means clamping means {7) for clamping the cuff to the flange edge of the opening of the container. 8. Schroefdop volgens conclusie 5 of 8, met het kenmerk dat de manchet fixeermiddelen (28) omvat die losdraaien van de manchet van de houder tegengaat.Screw cap according to claim 5 or 8, characterized in that the sleeve comprises fixing means (28) which prevent the sleeve from loosening from the container. 9. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de mantel een tweede passeerstop (29) omvat die boven de eerste passeerstop is gelegen, welke tweede passeerstop samenwerkt met het afsluitelement, een en ander zodanig dat axiale verplaatsing van het afsluitelement tot voorbij de mantel wordt voorkomen.A screw cap according to any one of the preceding claims, characterized in that the jacket comprises a second pass-through stop (29) located above the first pass-through stop, which second pass-through stop cooperates with the closing element, all this such that axial displacement of the closing element beyond the mantle. 10. Schroefdop volgens conclusie 9, met het kenmerk dat de tweede passeerstop een of meer zich naar binnen toe radiaal tot voorbij de flensrand van het afsluitelement uitstrekkende flensonderdelen (29) omvat, een en ander zodanig dat passeren van het afsluitelement vanuit het inwendige van de mantel tot voorbij de een of meer flensonderdelen wordt tegengegaan.Screw cap according to claim 9, characterized in that the second pass-through stop comprises one or more flange parts (29) extending radially inwardly beyond the flange edge of the sealing element, all this such that the passage of the sealing element from the interior of the jacket is resisted beyond the one or more flange parts. 11. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het flensonderdeel van het afsluitelement is uitgevoerd als uitwendige schroefdraad (30) die passend is op de inwendige schroefdraad van de mantel.Screw cap according to any one of the preceding claims, characterized in that the flange part of the closure element is designed as an external screw thread (30) which mates with the internal screw thread of the jacket. 12. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de uitwendige schroefdraad van de manchet of de inwendige schroefdraad van de mantel of beide op een of meer plaatsen zijn onderbroken.Screw cap according to any one of the preceding claims, characterized in that the external screw thread of the sleeve or the internal screw thread of the jacket or both are interrupted in one or more places. 13. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze bestemd is voor bevestiging op een kunststof fles voor koolzuurhoudende drank.Screw cap according to any of the preceding claims, characterized in that it is intended for attachment to a plastic carbonated beverage bottle. 14. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze van kunststof is vervaardigd.Screw cap according to any of the preceding claims, characterized in that it is made of plastic. 15. Schroefdop volgens conclusie 14, met het kenmerk dat deze door spuitgieten is vervaardigd.Screw cap according to claim 14, characterized in that it is manufactured by injection molding. 16. Schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze uit een stuk is gevormd, waarbij de onderzijde van de manchet via breekverbindingen (31) met en de mantel is verbonden.Screw cap according to any one of the preceding claims, characterized in that it is formed in one piece, the bottom of the sleeve being connected to and the jacket via break connections (31). 17. Schroefdop volgens conclusie 16, met het kenmerk dat de symmetrie van het flensonderdeel van het afsluitelement, de uitwendige schroefdraad van de manchet en de inwendige schroefdraad van de mantel zodanig is ontworpen dat het onder toepassen van druk passeren van het afsluitelement en de manchet door de bovenzijde van de mantel tot in de mantel toelaat, terwijl passeren van het afsluitelement en de manchet in omgekeerde richting bij deze druk wordt verhinderd.A screw cap according to claim 16, characterized in that the symmetry of the flange part of the closure element, the external screw thread of the sleeve and the internal screw thread of the jacket is designed such that, under application of pressure, the closure element and sleeve pass through allows the top of the jacket into the jacket, while passage of the sealing element and the sleeve in reverse is prevented at this pressure. 18. Samenstel van een schroefdop volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies en een houder.Assembly of a screw cap according to any of the preceding claims and a container. 19. Samenstel volgens conclusie 18, met het kenmerk dat de houder een kunststof fles voor koolzuurhoudende drank is.19. Assembly according to claim 18, characterized in that the container is a plastic bottle for carbonated drink.