NL2005413C2 - Fiets. - Google Patents

Fiets. Download PDF

Info

Publication number
NL2005413C2
NL2005413C2 NL2005413A NL2005413A NL2005413C2 NL 2005413 C2 NL2005413 C2 NL 2005413C2 NL 2005413 A NL2005413 A NL 2005413A NL 2005413 A NL2005413 A NL 2005413A NL 2005413 C2 NL2005413 C2 NL 2005413C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bicycle
frame part
frame
drive assembly
drive
Prior art date
Application number
NL2005413A
Other languages
English (en)
Inventor
Freddy Brummelen
Original Assignee
Ontwerpbureau Freddesign
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ontwerpbureau Freddesign filed Critical Ontwerpbureau Freddesign
Priority to NL2005413A priority Critical patent/NL2005413C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2005413C2 publication Critical patent/NL2005413C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62JCYCLE SADDLES OR SEATS; AUXILIARY DEVICES OR ACCESSORIES SPECIALLY ADAPTED TO CYCLES AND NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. ARTICLE CARRIERS OR CYCLE PROTECTORS
    • B62J9/00Containers specially adapted for cycles, e.g. panniers or saddle bags
    • B62J9/40Containers specially adapted for cycles, e.g. panniers or saddle bags specially adapted for tools or spare parts
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62JCYCLE SADDLES OR SEATS; AUXILIARY DEVICES OR ACCESSORIES SPECIALLY ADAPTED TO CYCLES AND NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. ARTICLE CARRIERS OR CYCLE PROTECTORS
    • B62J13/00Guards for chain, chain drive or equivalent drive, e.g. belt drive
    • B62J13/04Guards for chain, chain drive or equivalent drive, e.g. belt drive completely enclosing the chain drive or the like
    • B62J13/06Guards for chain, chain drive or equivalent drive, e.g. belt drive completely enclosing the chain drive or the like admitting ready access to the chain or the like
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K19/00Cycle frames
    • B62K19/44Chain-guards forming part of frame
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K25/00Axle suspensions
    • B62K25/005Axle suspensions characterised by the axle being supported at one end only

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Axle Suspensions And Sidecars For Cycles (AREA)

Description

NL 14504 - Fe/Aa Fiets
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een fiets omvattende een frame, een aan te drijven wiel en een aandrijfsamenstel die zijn verbonden met het frame, waarbij het aandrijfsamenstel een aandrijfeenheid en een aangedreven 5 eenheid omvat welke onderling zijn verbonden met een aandrijfkoppeling en waarbij het frame een framedeel omvat voor het gezamenlijk verbinden en ondersteunen van het aan te drijven wiel en de aandrijfeenheid, waarbij het framedeel het aandrijfsamenstel omgeeft. De uitvinding heeft verder 10 betrekking op een frame voor een dergelijke fiets en het framedeel.
Een dergelijke fiets, een dergelijk frame en een dergelijk framedeel zijn bekend, bijvoorbeeld uit GB 2 456 321 en WO 2004/087493.
15 Een probleem dat bij de bekende fietsen optreedt is de ongunstige verhouding tussen stijfheid en gewicht van de fiets. Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding een fiets van het bovenbeschreven type te verschaffen die op ten minste dit punt een verbetering vormt. j 20 Derhalve heeft een fiets volgens de uitvinding het kenmerk dat ten minste een deel van het framedeel buisvormig is uitgevoerd met een lumen waardoorheen ten minste de aandrijfkoppeling van het aandrijfsamenstel steekt, en een gesloten buiswand heeft die het lumen omgeeft en die uit één 25 stuk bestaat.
Een gevolg hiervan is dat het een relatief stijve j constructie is verschaft met gebruik van relatief weinig j materiaal. De bekende constructie die bestaat uit twee of meer j schaaldelen die tezamen een lumen omgeven moet een in j 30 verhouding dikkere wand hebben en/of versterkt zijn met ribben j om eenzelfde stijfheid bij dezelfde afmetingen van het lumen | i
te kunnen bieden die verschaft wordt door een buiswand uit één I
stuk volgens de uitvinding. Dit geldt met name voor { torsiestijfheid. Een fiets volgens de uitvinding biedt daarom 2 een betere sterkte/gewicht balans dan de bekende fietsen: hij kan bijvoorbeeld sterker zijn bij hetzelfde gewicht of lichter bij dezelfde sterkte.
Het framedeel kan zijn uitgevoerd als monocoque, wat 5 veel ontwerpvrijheid biedt en veel binnenruimte. Het framedeel kan van kunststofmaterialen zijn vervaardigd, eventueel vezelversterkt bijvoorbeeld koolstofvezel.
Het framedeel kan een gegoten onderdeel zijn, dat bijvoorbeeld is vervaardigd door middel van een of meer 10 spuitgiettechnieken, hetgeen een grote vrijheid biedt voor het ontwerpen van verschillende vormen. Ten minste een deel van het framedeel kan zijn uitgevoerd van spuitmagnesium, dat naast de genoemde vormvrijheid een grote sterkte met een laag gewicht paart.
15 Het framedeel kan zijn voorzien van een of meer verbindingsdelen, zoals uitstulpingen, uithollingen, verbindingsogen, haken etc. voor koppeling met een ander deel van de fiets, welke verbindingsdelen bij voorkeur integraal met het framedeel zijn verbonden en/of daar deel van uitmaken, 20 bijvoorbeeld door te zijn meegegoten met het framedeel.
Het framedeel kan zodanig zijn vormgegeven dat een asymmetrisch frame wordt gevormd. Dit geeft een grote ontwerpvrijheid.
Het framedeel kan worden gebruikt om een enkele 25 dragende arm te vormen waarop het aangedreven wiel aan een zijde monteerbaar is of is gemonteerd, en zodanig dat een tweede dragend framedeel zoals bij gebruikelijke fietsen onnodig is. Aldus kan gewicht van de fiets worden gespaard. Verder wordt toegang tot het wiel en eventueel onderhoud 30 daaraan vereenvoudigd. Geschiktheid van een wiel voor eenzijdige ophanging wordt in het algemeen slechts door de constructie van de naaf bepaald. Het kan geschikt zijn om een wiel in zo'n geval asymmetrisch te spaken. Dergelijke wielen en naven zijn bekend. De fiets kan ook met ten minste een 35 gegoten wiel worden uitgevoerd, wat de stijfheid en stabiliteit van het wiel, en dus ook de fiets, ten goede komt en wat asymmetrisch spaken overbodig maakt.
3 i
In het bijzonder kan het framedeel zijn uitgerust met een kraag voor het daarin en/of daaromheen bevestigen van een ' deel van het aan te drijven wiel. j
In geval van een enkele dragende arm kan deze star of | 5 scharnierend zijn verbonden met andere framedelen. Een j scharnieras valt bij voorkeur samen met de trapas van een door middel van trappers aangedreven fiets. Een fiets met een scharnierend frame omvat bij voorkeur een of meer veer- of dempingsinrichtingen voor het ten minste gedeeltelijk opvangen 10 van scharnierbewegingen van het framedeel ten opzichte van andere framedelen. Dit komt het rij comfort ten goede.
Het framedeel kan zo worden gevormd dat het aandrijfsamenstel in hoofdzaak in een vlak ligt, zodat deze van boven of opzij van de fiets bezien een rechte lijn 15 beschrijft. Bij gebruikelijke fietsen verloopt de aandrijfketting enigszins gekromd doordat het aandrijftandwiel (het voorste tandwiel) en het aangedreven tandwiel (het achterste tandwiel) niet in een vlak staan maar iets naast elkaar zijn gerangschikt. De wrijvingsweerstand en slijtage 20 die daardoor in bestaande fietsen ontstaat kan aldus vermeden worden.
Het framedeel kan een wand hebben die is voorzien van ten minste een opening. Hierbij kan de fiets ten minste een deksel omvatten die past op die opening van het framedeel om 25 deze ten minste gedeeltelijk af te sluiten zodat een in hoofdzaak omsloten kamer wordt gevormd voor het omgeven van het aandrijfsamenstel. Het framedeel kan aldus een of meer openingen omvatten welke afsluitbaar zijn met bijbehorende of ten minste passende deksels zodat een in hoofdzaak omsloten 30 kamer wordt gevormd voor het omgeven van het j aandrijfsamenstel. Een of meer deksels kunnen een of meer doorvoeren omvatten, bijvoorbeeld voor een trapas. Hierdoor wordt het aandrijfsamenstel beschermd tegen weersinvloeden enerzijds en worden gebruikers beschermd tegen het ( 35 aandrijfsamenstel anderzijds, bijvoorbeeld tegen aanraking van j bewegende delen of contact met smeermiddelen. Door het j verschaffen van deksels blijft ten minste een deel van het j aandrijfsamenstel toegankelijk voor inspectie en onderhoud. j 4
Het onderhoud van een fiets volgens de onderhavige uitvinding zal echter minimaal behoeven te zijn.
Het framedeel kan een of meer ruimtes omvatten voor het daarin opnemen van onderdelen, gereedschappen en 5 dergelijke. In het geval van een electrische fiets zou daarin een oplaadsnoer kunnen worden ondergebracht.
Een of meer dergelijke ruimtes kunnen geheel of gedeeltelijk afsluitbaar zijn met een deksel.
Een of meer deksels kunnen vergrendelbaar aan het 10 framedeel zijn gevormd, bijvoorbeeld door een slot te omvatten, om ongewenst en/of ongeoorloofd openen te verhinderen. In geval van een slot is het voordelig om dit afsluitbaar te maken met dezelfde sleutel als een fietsslot.
De formulering "vergrendelbaar aan" wordt geacht alle vormen 15 van vergrendelde bevestiging van het deksel aan het framedeel (inclusief "op" en "in" etc.) te omvatten.
Een fietsslot kan aan het framedeel zijn bevestigd of zelfs in het framedeel zijn opgenomen.
Een of meer deksels en/of voorzieningen voor het 20 daarop of daarin aanbrengen van een dergelijk deksel kunnen deel uitmaken van een versterkingsstructuur voor het ten minste gedeeltelijk versterken van het framedeel.
Bij voorkeur zijn een deksel en het framedeel zodanig uitgevoerd dat in afgesloten toestand een in hoofdzaak 25 ononderbroken buitenoppervlak wordt gevormd. Dit verlaagt luchtweerstand van het afgesloten framedeel en verkleint de kans op beschadiging van het framedeel, het deksel en/of andere objecten, bijvoorbeeld door blijven haken. Voorts is een dergelijk gestroomlijnde vorm optisch aantrekkelijk.
30 Hierbij zal het framedeel een eerste koppelorgaan omvatten en het betreffende deksel een tweede koppelorgaan dat past op het eerste koppelorgaan. De eerste en tweede koppelorganen kunnen een schroef- of bajonetsluiting omvatten, waarbij het framedeel kan zijn voorzien van een verdikt wanddeel dat 35 tegelijk een verstevigingstructuur voor het framedeel vormt.
Het framedeel kan worden vormgegeven als een j klassieke kettingkast, waardoor acceptatie van de fiets uitgerust met een dergelijk framedeel bij handelaren en ! i 5 gebruikers kan toenemen. Bovendien maakt dit gebruik mogelijk ; van gestandaardiseerde elementen zoals bekende kettingwielen, achtertandwielen en kettingen.
Het framedeel kan een in hoofdzaak vloeistofdichte of ’ 5 zelfs nagenoeg hermetisch gesloten omhulling van het aandrijfsamenstel· vormen, ten minste een deel van het
aandrijfsamenstel, in het bijzonder de aandrijfkoppeling, kan I
worden voorzien van een vloeibaar smeermiddel bijvoorbeeld in | de vorm van een oliebad, ook, of in plaats daarvan, kan in het j 10 inwendige van het framedeel een beschermende atmosfeer, bijvoorbeeld een olienevel, worden onderhouden. Een reservoir voor dergelijke smeermiddelen kan ook zijn voorzien. Hiertoe kunnen het framedeel en een of meer deksels zijn voorzien van een verzegelende afsluiting, zoals een vervormbare lip en/of 15 een 0-ring.
Het aandrijfsamenstel kan een versnellingssysteem omvatten, dat geheel of gedeeltelijk in het framedeel is opgenomen. Ook kan het aandrijfsamenstel een motor of hulpmotor omvatten, die geheel of gedeeltelijk in het 20 framedeel is opgenomen. In geval van een electrisch (hulp-)aangedreven fiets kan eventueel een accu of batterij in het framedeel worden opgenomen, eventueel in een apart compartiment. Aldus worden het versnellingssysteem, de (hulp )motor, en/of respectievelijk de accu, optisch en 25 mechanisch weggewerkt en beschermd. !
Het framedeel kan uit meer dan een materiaal bestaan, j bijvoorbeeld kan een verbindingsdeel worden voorzien van een j onderdeel zoals een wandbekleding van een materiaal met gewenste eigenschappen die afwijken van andere delen van het f 30 framedeel. In het bijzonder kunnen een of meer hard-metalen j kragen en/of bussen worden bevestigd aan het framedeel voor j het daarin opnemen van kogellagers, bijvoorbeeld voor het j aangedreven wiel en/of voor een trapperstel. j
In het bijzonder in geval van een spanbare j 35 aandrijfkoppeling, zoals een ketting of een al dan niet ! getande drijfriem kan het framedeel kan zijn voorzien van een j spaninrichting voor het spannen van de aandrijfkoppeling. j i 6
Deze en andere aspecten en voordelen zullen hieronder worden uiteengezet en toegelicht met verwijzing naar de tekeningen die een niet-limitatief voorbeeld tonen en waarin:
Fig. 1 een gedeeltelijk perspectiefaanzicht is van 5 een fiets;
Fig. 2 een gedeeltelijk bovenaanzicht is in doorsnede II-II van de fiets van Fig. 1;
Fig. 3 een gedeeltelijk opengewerkt vooraanzicht is van de fiets van Fig. 1; 10 Fig. 4 een gedeeltelijk opengewerkt achteraanzicht is van de fiets van Fig. 1.
Bij de figuren wordt opgemerkt dat deze schematisch zijn, niet noodzakelijkerwijze op schaal zijn en dat onderdelen die niet noodzakelijk zijn voor een goed begrip van 15 de verschillende aspecten en voordelen van de uitvinding kunnen zijn weggelaten. Onderdelen die hoofdzakelijk gelijksoortig zijn aan elkaar of die hoofdzakelijk een gelijke functie vervullen worden aangeduid met hetzelfde verwijzingssymbool.
20 De figuren tonen verschillende deel aanzichten van een voorbeelduitvoeringsvorm van een fiets 1 omvattende een frame 3 (gedeeltelijk gestippeld aangegeven), een aan te drijven wiel 5 in de vorm van een achterwiel verbonden met het frame 3 en een aandrijfsamenstel 7 verbonden met het frame 3.
25 Het aandrijfsamenstel 7 omvat een aandrijfeenheid 9 in de vorm van een voortandwiel en een aangedreven eenheid in de vorm van een achtertandwiel 11, welke onderling zijn verbonden met een aandrijfkoppeling 13 in de vorm van een ketting. Het frame 3 omvat een voorstuk 14 voor het verbinden en ondersteunen van 30 een zadel en een stuurinrichting (niet getoond), en omvat verder een framedeel 15, hier in de vorm van een klassieke kettingkast, voor het gezamenlijk verbinden en ondersteunen van het aan te drijven wiel 5, het voorstuk 14 van het frame 3 en de aandrijfeenheid 9, waarbij het framedeel 15 het 35 aandrijfsamenstel 7 omgeeft. In de Figs. 3 en 4 zijn gedeelten van het framedeel 15 met onderbroken lijnen aangegeven die een gedeeltelijke openwerking van het framedeel 15 tonen.
j 7
Aan het voortandwiel 9 is een trappersamenstel met een trapas 17 en trappers 19 verbonden, waarbij de trappers 19 een draaicirkel 19' beschrijven (Fig. 3). Het achtertandwiel 11 is bevestigd aan een lager 12 en is door middel van een op 5 zich bekend versnellingssamenstel en/of een terugtraprem (niet getoond) aan de naaf 21 van het achterwiel 5 bevestigd waarbij de getoonde naaf 21 via een lager 23 bevestigd is aan een kraag 25 van het framedeel 15. De kraag 25 biedt extra kracht en stijfheid aan het lager 23 en de ophanging van het wiel 5.
10 Fig. 2 illustreert een gegoten of gesmeed wiel 5 dat door middel van schroefbouten 26 is bevestigd op een flens van de naaf 21.
Zoals best zichtbaar is in Fig. 2, is tussen het voortandwiel 9 en het achtertandwiel 11 het framedeel 15 15 buisvormig uitgevoerd met een lumen 27 waardoorheen de aandrijfkoppeling 13 van het aandrijfsamenstel steekt, hier de ketting 13, en met een gesloten buiswand die het lumen 27 omgeeft en die uit één stuk bestaat. Het framedeel 15 is in de j
getoonde uitvoering uitgevoerd als een monocoque, die bij I
20 voorkeur als een geheel van magnesium is vervaardigd door : middel van spuitgiettechnieken, bijvoorbeeld in een gietvorm ; met een of meer zandkernen. j
Het framedeel 15 is voorzien van een of meer ! verbindingsdelen voor koppeling met een voorstuk 14 van de i 25 fiets 1. Hiertoe omvat de getoonde uitvoeringsvorm buisstompen j 29 waarin framebuizen van het voorstuk 14 kunnen worden ; bevestigd, bijvoorbeeld via schroeven, lijmen, solderen, j lassen en dergelijke. De buisstompen 29 zijn hier als een ί geheel uitgevoerd. De verbindingsdelen kunnen scharnierbaar 30 zijn ten opzichte van het framedeel 15, bijvoorbeeld j roteerbaar om de trapas 17. In plaats van buisstompen 29 kan j ook een frame-voorstuk 14 ook als een geheel met het framedeel j 15 worden verbonden. i
Zoals best zichtbaar is in Fig. 2, vormt het | j 35 framedeel 15 een enkele dragende arm waarop het aangedreven j achterwiel 5 aan een zijde gemonteerd is. Aldus is een ! zelfdragende kettingkast 15 gerealiseerd en is de traditionele j | 8 liggende achtervork die om het achterwiel 5 heen grijpt overbodig. Het wiel 5 is daarmee gemakkelijk bereikbaar.
In de buitenomtrek van het framedeel 15 zijn verschillende niveaus en uitsparingen aangebracht, waardoor 5 enerzijds het framedeel 15 ruim en robuust kan worden uitgevoerd en anderzijds verschillende onderdelen ten minste gedeeltelijk in het framedeel 15 kunnen worden opgenomen zodat de breedte van de gehele fiets 1 beperkt kan worden. Dit geldt in het bijzonder voor de buisstompen 29 en het achterwiel 5 10 dat in een groef 31 loopt, maar ook voor de trappers 19, waarvoor een niveauverschil is gedefinieerd door een rand 33.
De buisstompen 29 (en daardoor het frame-voorstuk 14) en het achterwiel 5 liggen in een eerste vlak A. Het aandrijfsamenstel ligt in een tweede vlak B dat hoofdzakelijk 15 parallel aan het eerst vlak A ligt, waardoor een zijdelingse bocht in de ketting 13 wordt vermeden.
Om toegang te bieden tot het aandrijfsamenstel zijn in de wand van het framedeel 15 verschillende met deksels afsluitbare openingen voorzien. Een eerste opening 35 (Fig. 3) 20 biedt toegang tot het voortandwiel 9 en is afsluitbaar met een verwijderbaar eerste deksel 37 (Figs. 1, 2). In het eerste deksel 37 is een doorgang 38 voor de trapas 17 aangebracht, welke van een afsluitorgaan, bijvoorbeeld een O-ring kan zijn voorzien (niet getoond). Een tweede opening 39 (Fig. 3) biedt 25 toegang tot het achterste tandwiel 11 en is afgesloten met een verwijderbaar tweede deksel 41 (Figs. 1, 2). Een derde opening 43 (Fig. 4) biedt toegang tot de ketting 13 tussen de voor- en achtertandwielen 9, 11, in en is afgesloten met een verwijderbaar derde deksel 45 (Fig. 2). Een of meer openingen 30 en deksels, bij voorkeur alle, zijn bij voorkeur zo nauwsluitend vormgegeven dat de deksels bijdragen aan de stijfheid van het framedeel 15. j
In de getoonde uitvoering is het lager 12 van het i achtertandwiel 11 geïntegreerd in deksel 43 waardoor eventuele | 35 speling door een eenzijdige ophanging van de achteras wordt j verkleind en de stijfheid en overbrengingsefficiëntie van het j aandrijfsamenstel 7 worden vergroot. j | 9 '
In de getoonde fiets 1 is ter plaatse van de derde opening 43 een spaninrichting 47 voor de ketting 11 opgenomen die een veerbelast roteerbaar tandwiel 49 omvat dat met enige, eventueel instelbare, kracht tegen ketting 13 drukt om deze te 5 spannen. Hier is de spaninrichting 47 aangebracht op het derde deksel 45. In de binnenzijde van het framedeel 15 is hier een onderdeel voorzien, hier in de vorm van een uitsparing 50, voor het gedeeltelijk ondersteunen van de spaninrichting 47.
Verder is in het framedeel 15 een ruimte 51 voorzien 10 voor het daarin opnemen van onderdelen, gereedschappen en dergelijke (niet getoond in Fig. 2). De ruimte 51 wordt gedefinieerd door een of meer wanddelen 52 (van buitenaf niet zichtbaar maar aangeduid met streeplijnen in Fig. 3) en is gelegen tussen de boven- en onderlopen van de rondgaande !
15 ketting 13. De ruimte 51 is afsluitbaar met een verwijderbaar I
vierde deksel 53 dat is voorzien van een slot 55. j
De eerste, tweede en derde deksels 37, 41, 45, 53 | zijn in de getoonde uitvoeringsvorm door middel van een aantal [
schroefbouten aan het framedeel 15 te bevestigen. Tussen de I
20 deksels 37, 41, 45, 53 en het framedeel 15 kunnen stof- en/of vloeistofdichte afdichtingen zijn voorzien. In afgesloten ; toestand zijn de deksels 37, 41, 45, 53 in de wand van het j framedeel 15 verzonken en vormen de oppervlakken van de \ deksels 37, 41, 45, 53 en het framedeel 15 een in hoofdzaak 25 glad doorlopend oppervlak (Fig. 2).
Bij een klassieke fiets in gebruikspositie loopt de j onderzijde van de kettingkast schuin naar beneden met het laagste punt onder het voortandwiel. Olie of een ander ! i enigszins vloeibaar smeermiddel zal zich daarom op de j
30 overeenkomstige plaats in het lumen 27 van het framedeel 15 S
van de fiets 1 verzamelen. Bij voldoende vulling zal de j ketting 13 daardoorheen lopen en zo nagenoeg continu gesmeerd 1 worden. Een andere optie met nagenoeg hetzelfde resultaat is j het voorzien van een reservoir voor een vloeibaar smeermiddel j 35 waar de ketting in wordt gedrukt door een naar beneden kracht 1 uitoefenende kettingspanininrichting 47. Een of meer vul- j en/of aftapaansluitingen, anders dan eerder genoemde deksels, i Ί f j i 10 voor het vullen en/of verwisselen van smeermiddelen kunnen zijn aangebracht.
De uitvinding is vanzelfsprekend niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringen en kan op 5 verschillende manieren binnen het kader van de conclusies gevarieerd worden.
Zo kan bijvoorbeeld de fiets een kinder-, heren-, dames- of universeel model hebben of worden uitgevoerd met een twee- of naeerwielig bakfietsmodel. De fiets kan ook een 10 bagagedrager hebben die eventueel losneembaar bevestigd is aan een of meer verbindings- of bevestigingsdelen van het framedeel.
Het framedeel kan ook een andere vorm hebben dan die van een klassieke kettingkast.
15 Het framedeel ook kan als los onderdeel verkocht worden. Een frame kan het framedeel omvatten en worden verkocht voor assemblage tot een gehele fiets elders.
De fiets kan een vouwfiets zijn, waarbij aanraking met het aandrijfsamenstel wordt verhinderd.
20 Waar in de tekst "ketting" staat kan ook iedere andere flexibele aandrijfkoppeling, zoals een drijfriem, een tandriem etc. worden gelezen, waarbij de tandwielen overeenkomstig zijn aangepast aan de aandrijfkoppeling. Het aandrijfsamenstel kan ook een of meer tandwielketens en/of een 25 drijfstang omvatten, bijvoorbeeld met een of meer cardankoppelingen.
Bevestigingen kunnen losneembaar zijn.

Claims (19)

1. Fiets (1) omvattende een frame (3), een aan te drijven wiel (5) en een aandrijfsamenstel (9, 11, 13) welke zijn verbonden met het frame, waarbij het aandrijfsamenstel een aandrijfeenheid (9) en een aangedreven eenheid (11) omvat 5 welke onderling zijn verbonden met een aandrijfkoppeling (13), en waarbij het frame een framedeel (15) omvat voor het verbinden en ondersteunen van het aan te drijven wiel en de aandrijfeenheid, waarbij het framedeel (15) het aandrijfsamenstel omgeeft met het kenmerk, dat ten minste een 10 deel van het framedeel (15) buisvormig is uitgevoerd met een lumen (27) waardoorheen ten minste de aandrijfkoppeling van het aandrijfsamenstel steekt, en een gesloten buiswand heeft die het lumen omgeeft en die uit één stuk bestaat.
2. Fiets (1) volgens conclusie 1, waarbij het 15 framedeel (15) (15) is uitgevoerd als monocogue.
3. Fiets (1) volgens conclusie 1 of 2, waarbij het framedeel (15) een gegoten onderdeel is, dat bijvoorbeeld is vervaardigd door middel van een of meer spuitgiettechnieken.
4. Fiets (1) volgens een van de voorgaande 20 conclusies, waarbij het framedeel (15) is voorzien van een of meer verbindingsdelen, bij voorkeur integraal met het framedeel verbonden, voor koppeling met een ander deel van de j fiets. ;
5. Fiets (1) volgens een van de voorgaande j 25 conclusies, waarbij het framedeel (15) een enkele dragende arm j vormt waarop het aangedreven wiel (5) aan één zijde gemonteerd | of monteerbaar is.
6. Fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het framedeel (15) is uitgerust met een I i 30 kraag (25) voor het daarin en/of daaromheen bevestigen van een i deel van het aan te drijven wiel. S
7. Fiets (1) volgens een van de voorgaande } i conclusies, waarbij het framedeel (15) star of scharnierend is verbonden met andere framedelen.
8. Fiets (1) volgens conclusie 7, waarbij het framedeel (15) scharnierend is verbonden met andere framedelen en waarbij de fiets ten minste een veer- of dempingsinrichting j omvat voor het ten minste gedeeltelijk opvangen van j scharnierbewegingen van het framedeel (15) ten opzichte van i andere framedelen. j
9. Fiets (1) volgens een van de voorgaande j conclusies, waarbij het framedeel (15) zo is gevormd dat het j aandrijfsamenstel in hoofdzaak in een vlak (B) ligt. j
10. Fiets (1) volgens een van de voorgaande I conclusies, waarbij het framedeel (15) een wand heeft voorzien j 10 van ten minste een opening (35, 39, 43), en waarbij de fiets j ten minste een deksel (37, 41, 45) omvat die past op die I opening van het framedeel (15) om deze ten minste gedeeltelijk j af te sluiten voor het vormen van een in hoofdzaak omsloten ! i kamer voor het omgeven van het aandrijfsamenstel. i
11. Fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het framedeel (15) ten minste een ruimte j (51) omvat voor het daarin opnemen van onderdelen, ! gereedschappen en dergelijke. j
12. Fiets (1) volgens conclusie 11, waarbij ten i 20 minste een ruimte (51) geheel of gedeeltelijk afsluitbaar is ; met een deksel (53). |
13. Fiets (1) volgens een van de conclusies 10-12, j waarbij een of meer deksels (37, 41, 45, 53) vergrendelbaar aan het framedeel (15) zijn gevormd, bij voorbeeld een slot 25 (55) omvattend.
14. Fiets (1) volgens een van de conclusies 10-13, I waarbij een deksel (37, 41, 45, 53) en het framedeel I (15) zodanig uitgevoerd dat in afgesloten toestand een in hoofdzaak ononderbroken buitenoppervlak wordt gevormd.
15. Fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het framedeel (15) is vormgegeven als een klassieke kettingkast.
16. Fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het framedeel (15) een in hoofdzaak 35 vloeistofdichte omhulling van het aandrijfsamenstel vormt.
17. Fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het framedeel (15) is voorzien van een j j spaninrichting (47) voor het spannen van een spanbare aandrijfkoppeling (13).
18. Framedeel (15) als gespecificeerd in een van de voorgaande conclusies voor gebruik in een fiets (1) volgens 5 een van de voorgaande conclusies.
19. Frame voor een fiets (1) volgens een van de voorgaande conclusies 1-17. !
NL2005413A 2010-09-28 2010-09-28 Fiets. NL2005413C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005413A NL2005413C2 (nl) 2010-09-28 2010-09-28 Fiets.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005413 2010-09-28
NL2005413A NL2005413C2 (nl) 2010-09-28 2010-09-28 Fiets.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2005413C2 true NL2005413C2 (nl) 2012-03-29

Family

ID=43858152

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2005413A NL2005413C2 (nl) 2010-09-28 2010-09-28 Fiets.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2005413C2 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE880712C (de) * 1951-09-27 1953-06-25 Hermann Dr-Ing Klaue Gegossener Fahrradrahmen aus Leichtmetall
DE6913088U (de) * 1969-03-31 1969-09-25 Jochen Kramer Fahrradrahmen aus kunststoff
NL8302063A (nl) * 1983-06-10 1985-01-02 Woerd Bv Rijwielkettingkast uit kunststof.
GB2400084A (en) * 2003-03-31 2004-10-06 Karbon Kinetics Ltd Bicycle hub assembly
EP1582450A2 (en) * 2004-04-02 2005-10-05 Shimano Inc. Bicycle drive unit
GB2446390A (en) * 2007-02-06 2008-08-13 Oliver Cassian John Penney Two-wheeled vehicle

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE880712C (de) * 1951-09-27 1953-06-25 Hermann Dr-Ing Klaue Gegossener Fahrradrahmen aus Leichtmetall
DE6913088U (de) * 1969-03-31 1969-09-25 Jochen Kramer Fahrradrahmen aus kunststoff
NL8302063A (nl) * 1983-06-10 1985-01-02 Woerd Bv Rijwielkettingkast uit kunststof.
GB2400084A (en) * 2003-03-31 2004-10-06 Karbon Kinetics Ltd Bicycle hub assembly
EP1582450A2 (en) * 2004-04-02 2005-10-05 Shimano Inc. Bicycle drive unit
GB2446390A (en) * 2007-02-06 2008-08-13 Oliver Cassian John Penney Two-wheeled vehicle

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11021211B2 (en) Electric assist bicycle
CN104736423B (zh) 用于轮式车辆的防护板
EP2168850B1 (en) Saddle-type vehicle
EP2457813B1 (en) Inner rack structure for saddle-ride type vehicle
EP1794047A1 (en) Handle cover apparatus for a motorcycle
JP5912877B2 (ja) 鞍乗り型車両の補機取付構造
EP3251925A1 (en) Straddle-type vehicle
EP2463186A1 (en) Motorcycle
NL2005413C2 (nl) Fiets.
EP2325076B1 (en) Two-wheeled motor vehicle
ES2449771T3 (es) Vehículo del tipo en el que se monta a horcajadas
JP2006103474A (ja) 電動自転車
US10668970B2 (en) Saddle riding vehicle
ES2457272T3 (es) Motocicleta
US11214327B2 (en) Saddle riding vehicle
JP2005119378A (ja) 自動二輪車
JP4684793B2 (ja) 車両のフロントカバー構造
TWM316841U (en) Storage structure of motorbike
JP2012136101A (ja) 鞍乗型車両
US9840303B2 (en) Folding bicycle
JP2020050217A (ja) 鞍乗型車両
JP4251548B2 (ja) レッグシールドを有する車両
US9381966B2 (en) Vehicle
CN110329408B (zh) 鞍乘型车辆
WO2019021541A1 (ja) 鞍乗り型車両の収納部構造

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20161001