NL1043580B1 - Wasinrichtingen en waswerkwijzen voor uiteenlopende gewasprodukten. - Google Patents

Abstract

Wasinstallatie voor de voedselindustrie, waarbij tijdens het wasproces verontreinigingen, loof- en restmaterialen e.d. verwijderd worden uit bol-, knol- en peenvormige gewassen, waarbij water- besparingen en een schoon en onbeschadigd produkt de ultieme doelen zijn. Hierbij wordt gebruik gemaakt van specifiek op elkaar afgestemde verwijderings- en filterapperatuur, zoals ontstener met rechte waterdoorlatende afvoerband, drijvende-deler-scheider(s) voor- en/of na de ontstener, overstortranden, waterdoorlatende rollen-en/of spijlengroepen, trommelwasser, verzamelen verwijdertrechters, waterloups, cycloontechnologie e.d. Onderhavige uitvinding verschaft zich een drijvende-delenscheider voorzien van een tunneldoorgang voor produkt- transport.

Description

Titel: Wasinrichtingen en waswerkwijzen voor uiteenlopende gewas- produkten, De onderhavige uitvinding betreft een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie, waarbij het volledig verwijderen van veront- reinigingen, zoals modder, kluiten, houtdeelties, stenen, aarde, zand, fijn en grot loof, vellen e.d, en waarbij een schoner en onbeschadigd produkt { bol, knolvormige- en psenvormige gerooide land- en tuin- bouwgewassen } en waterbesparingen de ultieme doelen zijn.

Het oplimaal integreren van waterbesparing bij het verwijderen van vervuilingen/verontreinigingen van schoon te wassen produkten in een proceslijn leidt tot efficiënt en milieubewust omgaan met water en ver- ontreinigingen, zoals loof- en restmaterialen, terwijl het bol- knol- of peenvormig produkt onbeschadigd en schoon voor verdere verwerking- en toegankelijk blijft.

Vooral circulerende drijvende en zwevende loofresten kunnen proble- men geven bij de pompen en bij afvoer- en doorvoergedeelies in de wasinrichting en bij verdere verwerkingen van het “geschoonds” pro- dukt.

Dergelijke inrichtingen zijn bekend onder de nummers NL1042820, NL8801353, ‚NL9401883, NL8891353 en NL 9301204, waarbij voor bol- en knolgewassen ook uitgegaan wordt van spoelzones, scheidingszones, watertransport en opvangzones.

Het in deze inrichüngen opgepompte water verkrijgt derhalve een steeds hogere dichtheid aan vaste deeltjes en bijvoorbeeld chemicaliën, die niet altijd zonder meer kunnen worden geloosd en afgevoerd, waardoor de milieubelasting bij het op die wijze gebruiken van de bekende inrichtingen onaanvaardbaar hoog kan blijken te zijn. Bovendien is bij deze bedoelde inrichtingen het “geschoonde” produkt vaak niet schoon genoeg, zodat direkte of indirekie na-reinigingen noodzakelijk blijken en nog meer schoon water verbruikt wordt.

Het schoon-waterverbruik wordt heden ten dage steeds belangrijker in verband met de milieubelasting; vooral bij overmatige lozingen/afvoer van vervuild water,

Vanzelisprekend zijn er onderling overcenkomstige constructies en transport- en reinigingssystemen toegepast, die in de huidige techniek als vanzelfsprekend aangenomen kunnen worden, De onderhavige uitvinding beoogt was- en transportwerkwijzen van de in de aanhef beschreven soort, waarbij de bovengenoemde nadelen worden vermeden en het efficiënter omgaan met spoelwater en het voorkomen van produktbeschadiging centraal staat.

Tevens worden oplossingen aangedragen om met minder ruimte verbe- terde reinigingen te bewerkstelligen zonder beschadigingen aan het produkt en aan interne machinedelen, zoals pompen e.d.. De uitvinding verschaft tevens een inrichting, waarbij de drijvende delen al vóórafgaande aan de wastrommelbehandelingen gescheiden kunnen worden om te voorkomen, dat de drijvende delen in de wastrommel minder drijvend gemaakt worden, omdat de drijvends delen aldaar stukgeslagen worden en als kieinere ongerechtigheden het reinigingsproces verder kunnen verstoren.

Hos kleiner de verontreigingen, hoe mosilijker ze te schsiden zijn van schoon-produkt, De uitvinding kan zich direkt bij de instort van de produkimix een ondertunnelde drijvende-deler-scheider verschaffen met gen instelbare overstortrand zonder verder bewegende delen.

De uitvinding kan zich tevens een wastrommel-inrichting verschaffen voorzien van een reinigingsgedeelte ten behoeve van een verbeterde bezinking van sediment, terwijl na de wastrommeluitvoer een in hoogte verstelbare overstortrand toegepast kan worden bestaande uit een flexibele klep, toegepast om eroverheen zinkende stukgeslagen deelijes te verwijderen en/of toe te voeren naar een doorlatende spijlen/rollenpartij, De uitvinding kan zich een waterdoorlatende ontstener-afvoerband verschaffen, met het kenmerk, dat sen rechte ontstener-afvoerband, toegepast kan worden in plaats van de gebruikelijk onderhoudsgevos- lige geknikte afvoerbanden.

De uitvinding omvat een gecombineerde ruimtebesparende wasinstallatie voor de voedselindustrie waarbij de roterende wasser voorzien kan zijn van een sedimentbezinker als ook met of zonder sen lamellenseparator boven de sedimenttrechter of een cycloonfilter.

Verdere gunstige ontwikkelingen van de uitvinding blijken uit de conclusies. Onderhavige wasinrichting wordt voor de duidelijkheid en beter begrip opgedeeld in een vijftal omvattende procesdelen, teweten:

1.produkt-invoergedesite met ontstener en/of met drijvende-delen- scheiding,

2.produkidoorvoer als zijnde goot

3.wasser met of zonder lamellenssparator geplaatst boven sediment- trechter

4.instelbare wasseruitvosr

5.rollen/spijlen-uitvoer, é.retourwater {Zie fig. 1) Ad. 1. produkt-invoergedeelie met “opwaartse stroom”-ontstener en de eerste drijvende-delenscheiding middels in hoogtes instelbare overloop- drempel richting filterband.

De ontstener is niet waterniveau-geregeld maar waterdebiet-geregeld : als er aardappelknolien in de onistener naar beneden zakken, dan wordt middels een toerentalregeling het pompdebiet opgevoerd, met als gevolg: een hoger waterniveau in de onistener.

De drijvende aardappelen met daarlussen mogslijk drijvende loofresten, worden doorgevoerd en ontdaan van zwaardere stenen en gruis.

Eventueel bovendrijvende loofresten kunnen eveneens aan de bovenzijde uit de produkistroom afgevoerd worden middels een over- loopgoot richting waterdoorlatende filterband.

Ad. 2. produktdoorvoer in waterstroom richting wasser.

Ad.3. wasser met of zonder lamelienseperator boven sedimentbezink- trechter, waarbij het produkt middels inwendig geplaatste waterschoe- pen intensief schoon gewassen/gespoeld/sterk in beweging gebracht wordt en geschoond wordt van zand/kisiresten, licht gruis en mogelijk stukgeslagen blad- en stengelresten, die in één afvoertrechter verzameld worden om bij voldoende niveau door een sensorgestuurde spui-afsluiter gespuit te worden.

Ad. 4. wasssruitvoer, waarbij hetzelfde waterniveau heerst als in de wasser. Het evenhoge waterniveau wordt bepaald door esn gestuurde flexibele klep, waarna het overlopende water én het "gewasssen” produkt over een water-en restmateriaal verwijderende spijlen- annex rollenuitvoer geleid worden. / Ad.5. rollenispijlen-uitvoer, waarbij de laatste ”meegesleurde” kleine afvaldeeltjes en schoon produkt gescheiden worden. De geregelde toevoer van zuiver water aan het watersysteem vindt hier plaats om het produkt zo zuiver mogelijk voor verdere verwerking aan te bieden en om voldoendes aanvoer van water te hebben om het nagenoeg konstante pomptankniveau te bewerkstelligen.

Ad.S. retourwater; alle retourwater vermengd met vers schoon water komt via een filterband/gaasband of een niet nader aangegeven ontwateringstrommel of ontwateringstriller in de pomptank met nagenoeg konstant waterniveau, van waaruit de debietgeregelde waterpomp {axiale schoepenpomp) de opwaartse stroom verzorgd aan de onderkant van de ontstener (zie 1).

in het navolgende zal de onderhavige uitvinding en de bijbehorende werkwijzen nader en uitgebreid in detail worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen, zoals weergegeven in Fig.1 tot en met Fig.4. De uitvinding is daartoe evenwel nadrukkelijk niet beperkt tot het in de tekeningen weergegeven en in het beschreven uitvoeringsvoorbeeld, die op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kunnen worden gevariëerd en vormgegeven, gebaseerd op de principes van de uitvinding tot de onderhavige uitvinding behoren,

Zo behoort tot onderhavige uitvinding ook de wasmachine-opstelling, waarbij gecombineerd met het ontstenergedeelte de drijvende delen al grotendesis door de opstuwende opwaartse waterstroom afgevoerd worden middels een overstortrand, die middels zijn instelbare overloopklep expliciet geplaatst is vóór de ontstener { zonder bewegende delen !!}) de drijvende delen afvoerend richting filterband. (fig.2). Voor alle duidelijkheid en beter begrip: De mix van produkt en verontreinigingen{ veldsgewas) wordt hierbij gestort in het schuine invoerkanaal van de drijvende-delenscheider. Hierbij zakken alle produkten naar beneden, behalve het merendeel van de drijvende delen, Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- opstellingen, waarbij niet alle “schoningsbewerkingen” in een rechte lijnsopstelling geplaatst zijn, maar sommige kunnen -eventuesl ter besparing van lengteruimte- onder een hoek met de rechte lijnsopstelling geplaatst zijn, Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- uitvoeringen, waarbij sommige “schoningsbewerkingen” meervoudig uitgevoerd zijn.

Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- uitvoeringen, waarbij ten gevolge van bepaalde overmatige hoe- veelheden verontreinigingen de continue waterstroom door de was- machine geheel of gedeeltelijk afgetapt { gespuid } kunnen worden.

Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- uitvoeringen, waarbij middels externe ”vuilwaterloup”-verbindingen op diverse plaatsen in het wasproces het resulterende definitieve waterverbruik drastisch verminderd wordt, zoals weergegeven in het patent NL9301204.

Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- uitvoeringen, waarbij middels een onderwaartse venturi-technologie om het produkt op een hoger doorgangsniveau te brengen én de veront- reinigingen wervelend in opwaartse richting te dirigeren, zoals toege- past in het patent NL9391204, Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachineuitvoer- ingen, waarbij meer of minder kleppen, rollenpartijen, gaasbanden e.d. geplaatst zijn, al dan niet met waterbuizen of watergoten, communicerend aan elkaar verbonden, in verband met mogelijk behoud van de correspon- derende waterspiegels.

Zo behoren tot onderhavige uitvinding ook wasmachine- uitvosringen, waarbij sensoren, extra sproeiers, extra spuimogelijkheden, stromingsbegrenzers en stromings-bevorderende of -belemmerende maatregelen getroffen zijn, alsmede waarbij gebruik gemaakt wordt van cycloon-technologie.

Zo behoort tot onderhavige uitvinding een onistener met een onderhoudsvriendelijkers rechte afvoerband in vergelijking met een geknikte afvoerband.

Zo behoort tot onderhavige uitvinding in plaats van of als aanvulling op een filterband, als scheider van water en vaste delen, een ontwateringstrommel of een ontwateringstriller toegepast is.

Zo behoort tot onderhavige uitvinding, zoals bekend, een cycloonfilter, waarmee het gruis en het fijne zand uit de waterstroom afgescheiden wordt middels centrijugaalwerking en apart afgevoerd wordt, Bij voorkeur wordt bij de omschrijving van onderhavige uitvinding niet alleen gedoeld op lengte- en diameter-afmetingen; sommige lengte- en diameter-afmetingen worden proefondervindelijk bepaald in overesnstemming met het te schonen produkt In onderstaande beschrijvingen hebben gelijke of corresponderende delen gelijke of corresponderende verwijzingscijfers.

De termen links, rechts, boven, onder, horizontaal, verticaal, voor en/of achter, naar buiten, naar binnen worden gebruikt als aanduidingen ten opzichte van het vlak van tekening van de wasinrichting in de respectievelijke figuren.

Details, toepassingen en werkwijzen van tot de onderhavige uitvinding behorende constructieve uitvoeringen met de beoogde technische resultaten, zullen aan de hand van Fig.1 tot en met Fig.4 beschrijvend worden toegelicht, Fig.1 toont een schematisch uitvoeringsvoorbeeld van de was-

1.0 inrichting volgens onderhavige uitvinding in lengte-opstelling.

Fig.2 toont een equivalente wasinrichting.

Fig.3 toont een uitvoeringsvoorbeeld van de met een overloop- drempel uitgevoerde drijvende-delenscheider volgens onderhavige uit- vinding.

Fig.4 toont esn overzichtstekening in schuin-aanzicht op de was- machine.

Fig.1 toont een schematisch uitvoeringsvoorbeeld van de was- inrichting 1 volgens onerhavige uitvinding in lengte-opsteliing.

Bij de trechtervormige produktinvoer 2 wordt het “ongeschoonde” produkt 3 { schematisch ellipsvormig aangegeven }, vermengd met ongerechtigheden, zoals loofresten 4 {schematisch krulvormig aange- geven) , gruis 5 {schematisch puntjesvormig aange-geven} en stenen 6 e.d, { schematisch ruitvormig aangsgeven } in de wasinrichting 1 inge- voerd.

De waterpomp 7 voorziet hierbij de waterstroming {debiet} op basis van het momentaan drijvend vermogen van de toevoer van produkt-invoer 2 als teveel produkt 3 tegen de opwaarise waterstroom in naar beneden zakt, wordt het toerental van de waterpomp 7 verhoogd met als gevoig dat het invoer-waterniveau 8 hoger komt.

De doorlaatbare rechte ontstenerafvoerband 8 voert volgens pijlrichting de stenen 6 e.d, buiten de wasinrichting 1 af,

Doorgaans wordt een onderhoudsgevoelige en kwetsbare geknikte ontstener-afvoerband toegepast, doch de inzet van onderhavige rechte ontstener-afvoerband 9 is constructietechnisch gezien bijzonder te noemen,

Ontsteend produkt 10 en lichtgewicht gruis 5 worden middels produkt- doorvoerende watergoot 11 toegevoerd tot in wastrommel 12, die in de de wastrommelbak 13 draait,

De schematich weergegeven loofresten 4 verdwijnen middels in hoogte instelbare overloopdrempel 14 { zijnde drijvende-dslenscheiding van bovendrijvende loofresten 4 } door de afvoer 15 richting de gaasband 18, die afvoert buiten de wasinrichting 1. Het met de loofresten 4 meegevoerde water wordt na de gaasband- filtering opgevangen in de pomptank 17, waarin het tankwaterniveau 18 middels een schematisch weergegeven level-sensor 18 nagenoeg konstant in hoogte ( op level } gehouden wordt.

De gestippeld getekende roterende geperforeerde onderkuipte wasser- trommel 12 ontvangt te wassen en ontsteend produkt 10 en wast zand- en kieiresten en mogelijk Tijn stukgeslagen loofresten 20 uit.

De uitwas komt via de wastrommelbak 21 in een wassertrechter 21 terecht, De inwendige trommelschoepen, zoals gestippeld getekend, 23 staan gedirigeerd richting de wasseruitlaalgoot 24, van waaruit de eventueel nog aanwezig zand- en kleiresten en eventueel stukgeslagen loofresten 25 naar beneden toe afglijden over de schuin naar beneden toe verlopende bodemplaat 28 van de overlooptank 27 richting de wassertrechter 21. Het sterk in beweging zijnde trommelwater met trommelwaterniveau 28 staat communicerend in verbinding met het water in de overlooptank 27, zodat ook hier gemiddeld sprake kan zijn van waterniveau 28 met een door een instelbare overloopklep 29 geregelde overloop naar de rollenispijlen-uitvoer; in dit geval bestaande uit een schuinstaande spijlengoot 39 en een rollenpartij 31- allen ruim water-doorlatend en klein afval-doorlatend, De flexibele overloopklep 29 wordt aangestuurd door de levelsensor 19, als zijnde niveaumeter voor het tankwater- niveau 18.

Bij bijvoorbeeld een te hoog tankwaterniveau 18 wordt de flexibele overloopklep 29 hoger gesteld, zodat er minder water stroomt naar de pomptank 17.

De stukgeslagen verontreinigingen en zanddeeltjes 25 worden met retourwater via de bodemplaat 26 teruggevoerd via een lamellen- scheider 32 om middels rustigere opwaartse waterstromen {schema- tisch aangegeven mert de waterpijlen 33 zanddelen e.d. neer te laten slaan en/of via een niet nader aangegeven cycloonfilter om middels centrugaalwerking zwaardere deeltjes af te schelden van de water- stroom, Middels de lamellenscheider 32 wordt middels rechtgeleidplaten 34 rustiger opstijgend water ontdaan van zand en gruis 35 , dat gespuid wordt middels een {roebelwatersensor- gestuurde {densiteit-gestuurd) spuikiep 36, De spijlen- en rollenpartij respectievelijk 30 en 31 zijn ruim waterdoorlatend en mogelijk stukgeslagen loofdeelties 37 e.d, worden afgevoerd middels de terugvoerlsiding 38 naar de afvoerende gaas- band 16, De geschoonde en als laatste nog door schoon water besproeide aardappels 39 worden afgevoerd als zijnde schone aardappels 40 richting de schoon-produktuitgang 41 naar verdere niet nader toegelichte bewerkingsstations, Voor alle duidelijkheid en beter begrip is de hoeveelheid opgepompt pompwater 42 gelijk aan de hoeveelheid afvoerwater in afvoerleiding 15 plus de hoevesiheid produkt-doorvoerend water in de watergoot 11, Fig.2 toont sen equivalente wasinrichting 43, waarbij de mix van produkt en verontreinigingen { veldsgewas } ingestort wordt volgens instortpij! 44 in de drijvende-delenscheider, bestaande uit een naar beneden toe met water gevulde schuinaflopende trechtervormige produktopvang 45 - een instelbare overloopkiep 46 met daarmee ingesteld waterniveau 47 - een schuinoplopende waterdoorlatende stenenafvoerende rechte transportband 48 met stenenafvoerrichting 49 van de schematisch aan- gegeven stenen en zwaardere elementen 50,

- een drijvende-delenafvoergoot 81 {inclusief eventueel transport- leiding 51) richting de naar buiten toe afvoerende gaasband 52, identiek aan gaasband 18 uit Fig, 1. - een produkt-doorvoerende watergoot 53 richting de wasser. trommel, Fig.3 toont een uitvoeringsvoorbeeld van de ondertunnelde drijvende-delen-scheider voorzien van een verstelbare overloop- drempel 48, uitgevoerd volgens onderhavige uitvinding uit Fig.1.

De ingestorte mix van ”vuilprodukt” 44 wordt naar beneden toe volgens de gestippelde “niet-drijvende” produkistroom 54 onder de afbuigend naar-voren-toe getekende drijvende-delengoot 51 door, richting produkt-doorvoerende watergoot 53 { overeenkomstig goot 11 uit Fig.l } in een stroom water aangevoerd, die op zijn beurt aangesloten is tot in de verder niet aangegeven wastrommel (12 uit Fig,1}. Drijvende loofresten en eventueel andere drijvende materialen worden aan de bovenzijde van de in hoogte instelbare schuingestelde overloopdrempel 46 { in Fig.1: 14 } doorgelaten richting de haaks en in de tekening naar voren toe afbuigende drijvende-delengoot 51, die de bovendrijvende loofresten tesamen met een beperkte waterhoeveelheid doorvoert in de richting van de niet nader aangegeven gaasband ( in Fig.1 de gaasband 18), waarbij de loofresten en eventueel andere drijvende delen ter verwijdering uit de produkistroom afgevoerd worden. Fig.4 toont een overzichistekening in schuin-aanzicht op de was- machine 1, Zichtbare elementen zijn genummerd volgens Fig. 1 en Fig.2. Bij de trechtervormige vuil-produkt-invoer volgens instortpijl 44 wordt het vuilprodukt inclusief ongerechtigheden in de ontistener van wasinrichting 1 ingevoerd. Het totale invoergedeelte tot aan de wastrommel 13 bestaat uit: sen naar beneden toe met water gevulde schuinaflopende trechtervormige produktopvang 45 - gen schuinoplopende waterdoorlatende stenenafvoerende rechte stenen-afvoertransportband 48.

- een ondertunnelde instelbare overloopklep 46.

~ eon drijvende-dslen-afvoergoot 51 richting de naar buiten toe afvoerende gaasband 52.

- de produkt-doorvosrende watergoot 83 { overeenkomstig goot 11 uit Fig. 1) De waterpomp 7 voorziet hierbij de waterstroming op basis van het momentaan drijvend vermogen van de toevoer van produkt-invoer 44, Het door de gaasband 52 doorgelaten water wordt na de gaasband- filtering opgevangen in de pomptank 17, van waaruit de pomp 7 een gedoseerde hoeveelheid water pompt naar de onderkant van de ontsteeninstallatie, De tot de roterende geperforeerde wassertrommel 13 gereinigd produkt, wordt het produkt inclusief de nog aanwezige veront- reinigingen en grondvervuilingen in de wasserlrommel 13 door de inwendig gegroepesrde trommelschoepen in het sterk in beweging zijnde water geschoond van zand- en klgiresten en mogslijk ook van fijn stukgeslagen loofresten.

De genoemde ongerechtigheden komen vervolgens door de geperforeerde produktgerelateerde uitneembare en reïnigbare wassertrommelschermen 55 heen en komen in de wassertrechter 22 terecht, en worden door de daaronder geplaatste spuiklep 36 naar elders buiten het wassercircuit afgevoerd.

De aan de binnenkant van de wassertrommel 13 gegroepeerde trommelschoepen staan gedirigeerd richting de trommeluitgang 24, waarbij zand- en kieirssten, stukgeslagen loofresten, uitgewassen nat produkt en spatwater in de conisch aflopende uitlaatgoot 24 middels doseermechanisme 58 gedoseerd terecht komt om vervolgens over een door overbrengingsmechanisme 57 bediende overloopklep 28 heen en vervolgens over de spijlengoot 30 en respectievelijk over de rollenpartij 31 heen als volledig schoon gewassen produkt 40 de wasinstallatie te verlaten via schoon-produktuitgang 41, richting niet nader tosgelichte bewerkings-stations, zoals bijvoorbeeld snijmachines, inpakmachines e.d.

Claims (1)

1. CONCLUSIES

   1. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie met het kenmerk om produktverontreinigingen, zoals modder, kluiten, houtdeslijss, stenen, aarde, zand, Tijn en grof loof, vellen e.d, te verwijderen uit bol-/knol- en peenvormige gewasprodukten,

   2. Een gecombinserde wasinstallatie voor de voedsslindustrie volgens conclusie 1 met het kenmerk om zo min mogelijk was- water te verbruiken,

   3. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 en 2 met het kenmerk pompproblemen tot sen minimum te beperken door restprodukten e.d. uit het pompcircuit te vermijden,

   4. Een gecombineerds wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 fot en met 3 met het kenmerk, dat onderhavige uitvinding zich van een ontstener bedient op basis van een opwaartse waterstroom .

   5. Een gecombineerde wasinstaliatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 4 met het kenmerk, dat onderhavige uitvinding zich na de onistener van een drijvende- deler-scheider kan bedienen met een relatief lange overstortrand zonder bewegende delen.

   8. Een gecombineerde wasinstaliatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 5 met het kenmerk, dat onderhavige uitvinding zich na de onistener een drijvende-deler- scheider kan verschaffen met een tunneldoorgang voor produkttransport.

   7. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 6 met het kenmerk, dat de roterende wasser voorzien kan zijn van een sedimentbezinker als ook met of zonder een lamellenseparator boven de sediment- trechter of een cycloontiiter,

   8. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 7 met het kenmerk, dat de door de inwendige wastrommelschoepen stukgeslagen verontrsinigingen na de wastrommel nog kunnen worden afgezonderd van de schone produkistroom.

   8. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 8 met het kenmerk, dat middels de overloopklep { 298 in Fig.4 } tevens de communi. cerende water-hoogie geregeld wordt in de roterende wasser.

   10.Een gecombineerde wasinstallatie voor de vosdselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 9 met het kenmerk, dat wasmachine-opstellingen, waarbij vele of alle “schonings- bewerkingen” in een rechte lijnsopstelling geplaatst zijn en/of ter besparing van lengteruimte- onder een hoek met de rechte lijnsopstelling geplaatst kunnen zijn.

   11.Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 10 met het kenmerk, dat ten behoeve van bovenmatige verontreinigingen diverse water- stromen geheel of gedeeltelijk afgetapt { gespuid } kunnen worden.

   12.Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 11 met het kenmerk, dat sommige “schoningsbewerkingen” meervoudig uitgevoerd zijn.

   13.Een gecombineerde wasinstallatie voor ds voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 12 met het kenmerk, dat middels externe “vuilwaterloup”-verbindingen op diverse plaatsen in het wasproces het rssulierende definitieve water- verbruik drastisch verminderd kan worden, zoals weergegeven in het patent RL3301204.

   14.Een gecombineerde wasinstallatie voor de vosdselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 13 met het kenmerk, dat middels onderwaarise venturidechnologie om het produkt op een hoger doorgangsniveau te brengen én de verontreinigingen wervelend in opwaartse richting te dirigeren, zoals toegepast in het patent NL9301204,

   15.Een gscombinserde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 14 met het kenmerk, dat cycloon-technologie toegepast is, zoals vermeld in het patent NL9301204.

   18. Een gecombineerde wasinstallatie voor de voedselindustrie volgens de conclusies 1 tot en met 15 met het kenmerk, dat bij voorkeur waterdoorlatende rechte transportbanden, in het bijzonder de rechte ontstener-afvoerband, toegepast worden in plaats van de gebruikelijk onderhoudsgevoelige geknikte afvoerbanden.