NL1037256C2 - Modulair wanddeel, daarvan gevormde wand, wand-einddeel daarvoor en werkwijze voor het vervaardigen ervan. - Google Patents

Description

Modulair wanddeel, daarvan gevormde wand, wand-einddeel daarvoor en werkwijze voor het vervaardigen ervan

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een modulair 5 wanddeel volgens de aanhef van conclusie 1. Ook heeft de uitvinding betrekking op een wand die is gevormd van de wanddelen volgens de uitvinding, zoals genoemd in conclusie 9. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een wand-einddeel voor koppeling met een wanddeel volgens de uitvinding, zoals genoemd in conclusie 10. Tenslotte heeft 10 de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het plaatsen van wanddelen volgens de uitvinding, zoals genoemd in conclusie 12.

In de techniek is een dergelijke wanddeel bekend. Bijvoorbeeld beschrijft het Amerikaans octrooi US 3,413,765 een wanddeel, waarbij de panelen onderling in de eerste toestand versprongen ten opzichte 15 van elkaar liggen, waardoor een van de panelen dan uitsteekt ten opzichte van het andere paneel. In de tweede toestand zijn de panelen met hun zijranden uitgelijnd. Eventueel kan het ene paneel zoals hiervoor genoemd nog verder uitsteken, waardoor in de tweede toestand de panelen niet langer onderling uitgelijnd zijn.

20 Een nadeel van dit wanddeel is dat het in de eerste toestand, in het algemeen een transporttoestand, relatief veel ruimte inneemt.

De uitvinding heeft tot doel een alternatief wanddeel te verschaffen .

In het bijzonder heeft de uitvinding tot doel een wanddeel te 25 verschaffen, dat eenvoudig en veilig kan worden getransporteerd.

Voor het bereiken van ten minste een van de hiervoor genoemde doelen verschaft de uitvinding een wanddeel dat de maatregelen bezit die zijn genoemd in conclusie 1. Hiermee wordt het voordeel verkregen dat het door de wanddelen in de eerste toestand ingenomen oppervlak 30 geringer is dan het geval is bij de stand der techniek. Daardoor kan transport makkelijker plaats vinden. Bovendien zijn de wanddelen nabij de zijranden steviger waardoor het transporteren ervan eenvoudiger is. Beschadigingen aan de panelen kunnen minder makkelijk optreden .

35 Een onverwacht voordeel wordt verkregen doordat het wanddeel volgens de onderhavige uitvinding eenvoudig en nauwkeurig kan worden ingesteld op de gewenste lengte. Wanneer de lengte van het wanddeel moet worden ingekort kan dat gedaan worden in de eerste toestand. De 1037256 2 inkorting kan plaatsvinden met een zaag, waarbij de beide panelen in een bewerking worden ingekort. Met name wanneer dit in het werk moet worden uitgevoerd betekent dit een groot voordeel voor de installateur. Hierdoor wordt een grote nauwkeurigheid verkregen. Bij de stand 5 der techniek moet elk paneel in de tweede toestand apart ingekort worden, waardoor de nauwkeurigheid sterk te wensen overlaat.

Om een tijdens gebruik stevig wanddeel te verkrijgen en een onderlinge verbinding van de wanddelen te vergemakkelijken heeft het de voorkeur dat de vouwlijnen van de ribben zich uitstrekken in de hoog-10 terichting H.

Een vergroting van de toepasbaarheid wordt verkregen wanneer een lengte D van de ribben zich uitstrekt in de hoogterichting H van het wanddeel, met dien verstande dat D is kleiner dan of gelijk aan H. Wanneer de lengte van de ribben gelijk is aan de hoogte van de pa-15 nelen wordt een grootste stevigheid verkregen.

Wanneer de lengte D van de ribben korter is dan de hoogte van de panelen, kan aan een in lengterichting verlopende zijde van de panelen een tussenruimte worden gecreëerd die vrij is van ribben. Daar kunnen bijvoorbeeld kabels langs worden gevoerd. Derhalve heeft het 20 volgens een andere uitvoeringsvorm de voorkeur dat uiteinden van de ribben op afstand van een in lengterichting verlopende zijde van het wanddeel zijn gelegen, ter vorming van een vrije ruimte tussen de panelen. Deze vrije ruimte kan aan een bij gebruik bovenste of onderste zijde van het wanddeel worden gevormd.

25 Om een geschikt aflegvlak voor bijvoorbeeld de genoemde kabels te verkrijgen, kan een op de uiteinden van de ribben en tussen de panelen te positioneren plankdeel worden voorzien. De dikte van het plankdeel zal dan geringer zijn dan de afstand van de uiteinden van de ribben tot de bovenzijde van het wanddeel. Een dergelijk plankdeel 30 kan dienen als afstandhouder wanneer de breedte ervan gelijk is aan een gewenste tussenafstand van de panelen. Wanneer de panelen van het wanddeel geheel uitgeklapt worden zal de breedte van het plankdeel gelijk zijn aan de breedte T van het tussendeel van de ribben. Wanneer de panelen niet geheel uitgeklapt worden zal het plankdeel de 35 breedte tussen de panelen kunnen bepalen. Derhalve heeft het de voorkeur dat het plankdeel een breedte heeft die overeenkomt met een in de tweede uitgeklapte toestand gevormde afstand tussen de panelen. De 3 panelen kunnen aan het plankdeel worden bevestigd om een stevige constructie te verschaffen.

Ook kunnen de uiteinden van de ribben op afstand van, een tijdens gebruik, onderste zijde van het wanddeel zijn gelegen, ter vor-5 ming van een vrije ruimte tussen de panelen aan de onderzijde daarvan. Zulks is met name voordelig wanneer tussen de panelen een plankdeel wordt gepositioneerd, die kan dienst doen om de panelen aan de onderzijde op een gewenste onderlinge afstand te houden. Het plankdeel is geschikt voor het aan weerszijden daarvan positioneren van de 10 panelen. Ook hier heeft het daarom de voorkeur dat het plankdeel een breedte heeft die overeenkomt met een in de tweede uitgeklapte toestand gevormde afstand tussen de panelen. Om een maximale afstand te verkrijgen heeft het plankdeel een breedte die gelijk is aan de breedte T van het tussendeel van de ribben.

15 Om het wanddeel plaatsvast te kunnen positioneren heeft het de voorkeur dat de afstandhouder is ingericht voor bevestiging op een ondergrond.

De wanddelen volgens de uitvinding zijn zeer geschikt om een wand mee te vervaardigen, zoals beschreven in conclusie 9. Aanliggen-20 de zijranden van naast elkaar gelegen panelen kunnen dan onderling zijn gekoppeld. De koppeling kan plaatsvinden middels een uit vloer-laminaatdelen bekend en in de panelen geïntegreerd klik-systeem. Echter, de panelen kunnen ook worden geschroefd, genageld en geniet, of worden gekoppeld door een groef en mes-verbinding of een groef-veer-25 verbinding. Ook kunnen de panelen middels een lijmverbinding worden gekoppeld.

Om een uiteinde van een wand af te werken, is een wand-einddeel voorzien, ingericht voor koppeling met een modulair wanddeel volgens de uitvinding, omvattende een dwarspaneel met een hoogte H en een 30 breedte T en ten minste een zich van een in de hoogterichting van het dwarspaneel gelegen zijrand uitstrekkend eindpaneel, waarbij het eindpaneel een breedte T bezit. Een wanddeel volgens de uitvinding kan dan in de tweede toestand, waarbij de afstand tussen de panelen gelijk is aan de lengte T, met een van de panelen worden bevestigd 35 aan een zijrand van het dwarsdeel en met het andere paneel worden bevestigd aan het zich van de andere zijrand uitstrekkende eindpaneel.

Volgens een variant, omvat het wand-einddeel een dwarspaneel met een hoogte H en een breedte T en twee op afstand T van elkaar en 4 parallel gelegen eindpanelen, welke met een zich in de hoogterichting uitstrekkende zijrand zijn bevestigd aan het dwarspaneel en waarbij een eerste eindpaneel een lengte El heeft en een tweede eindpaneel een lengte E2 heeft, waarbij E2 = (El + T).

5 De uitvinding zal hierna aan de hand van een tekening nader worden uitgelegd. De tekening toont hierbij in fig. 1 een schematische doorsnede van een wanddeel volgens de uitvinding in consecutieve stappen, fig. 2 een perspectivisch aanzicht van de weergave volgens fig.

10 1, fig. 3 een explosieaanzicht van een wand volgens de uitvinding, en fig. 4 een schematisch aanzicht van de wand volgens de uitvinding .

15 In de figuren zijn dezelfde onderdelen middels dezelfde verwij- zingscijfers aangeduid. Echter, de voor een praktische uitvoering van de uitvinding noodzakelijke onderdelen zijn niet alle getoond, vanwege de eenvoud van de weergave.

Fig. 1 toont een schematische doorsnede door een wanddeel 1 20 volgens de uitvinding, in vier opvolgende stappen IA, 1B, 1C, 1D. Het wanddeel 1 bestaat uit twee panelen 2, 3 en tussen de panelen 2, 3 in gelegen ribben 4 met een breedte B. De ribben 4 zijn onderverdeeld in twee ribeindes 5, 6. Tussen deze ribeindes in, is een tussendeel 7 met een breedte T gelegen. De ribben 4 zijn met name duidelijk weer-25 gegeven in het detailaanzicht van fig. IA' en in de fig. IB - 1D.

De ribben 4 zijn aan panelen 2, 3 bevestigd en zorgen ervoor dat de panelen 2, 3 slechts tot een maximale onderlinge afstand kunnen worden gebracht. De ribben 4 zijn door twee parallelle vouwlijnen in drie delen verdeeld. De ribben 4 hebben elk een eerste ribeinde 5, 30 een tweede ribeinde 6 en een door de vouwlijnen van de ribeindes gescheiden tussendeel 7, waarbij het ribeinde 5 enerzijds aan het paneel 2 is bevestigd en het ribeinde 6 anderzijds aan het paneel 3 is bevestigd. Zodoende wordt een z-gevouwen rib 4 verkregen. Fig. IA en IA' tonen het wanddeel 1 in een geheel ingevouwen, eerste toestand. 35 Fig. 1C en 1D tonen het wanddeel 1 in een geheel uitgevouwen, tweede toestand. Fig. 1B toont het wanddeel in een gedeeltelijk uitgevouwen toestand.

5

Fig. 1 toont tevens een wand-einddeel 8 dat een dwarspaneel 9 met een breedte T en ten minste een zich van een zijrand 10 uitstrekkend eindpaneel 11 omvat. Zoals getoond in fig. 1D kan een wanddeel 1 direct worden gekoppeld met het wand-einddeel 8. Het paneel 2 wordt 5 bevestigd aan het eindpaneel 11 terwijl het paneel 3 wordt bevestigd aan het dwarspaneel 9. Het paneel 2 kan over een deel van het oppervlak ervan aan een koppellijst 14 worden bevestigd. Het resterende deel van de koppellijst 14 dient ter bevestiging aan het eindpaneel 11 van het wand-einddeel 8. Op overeenkomstige wijze kunnen panelen 10 2, 2', zoals getoond in fig. ID, van twee wanddelen 2, 2'; 3, 3' aan elkaar worden bevestigd.

Bevestiging van koppelstuk 14 aan een paneel kan plaatsvinden middels lijmen, schroeven, nieten, nagelen et cetera. Ook kan aan de uiteindes 15, 15 van de panelen 2, 3 een kliksysteem worden voorzien, 15 overeenkomstig een in vloerlaminaatplanken gebruikt kliksysteem. Echter, de panelen kunnen ook worden gekoppeld door een groef en mesverbinding of een groef-veer-verbinding.

Het tussen het paneel 3 en het eindpaneel 11 ingelegen deel van het dwarspaneel 9 is in de getoonde uitvoeringsvorm gelijk aan de 20 breedte T van het tussendeel 7 van de ribben 4.

Fig. 1D toont de wijze waarop een wand 12 aan een muur 13 is bevestigd. Dat kan bijvoorbeeld middels schroeven of lijmen plaatsvinden .

Fig. 2A, 2B, 2C en 2D tonen een perspectivisch aanzicht van de 25 weergave uit fig. IA, 1B, 1C resp. ID. Met name wordt verwezen naar fig. 2C, waarin een wand-einddeel 8 is getoond, bestaande uit een dwarspaneel 9, een eindpaneel 11 en tussenstukken 17. Een paneel 2 kan tegen de tussenstukken 17 en dwarspaneel 9 worden gepositioneerd en bevestigd.

30 Uit fig. 2D blijkt duidelijk dat het uiteinde 18 van de ribben 4 op afstand van de bovenrand 19 van de panelen 2, 3 eindigt. Op de ribben kan een dwarsplank 20 worden geplaatst, waardoor een aflegop-pervlak wordt verkregen. De panelen kunnen aan de dwarsplank 20 worden bevestigd.

35 In fig. 3 is een explosieweergave van een wand 12 volgens de uitvinding getoond, waarbij ook aan de onderzijde een dwarsplank 21 is voorzien. De onderzijden van de ribben 4 eindigen daartoe op afstand van de onderzijde van de panelen 2, 3. De afstand die vrij- 6 blijft tussen het onderste uiteinde van de ribben 4 en de onderzijde van de panelen is ten minste gelijk aan de dikte van het deel van de dwarsplank 21 die tussen de panelen is gepositioneerd. De panelen kunnen aan de dwarsplank 21 worden bevestigd.

5 Fig. 4 toont tenslotte een perspectivisch aanzicht van de wand 12 volgens fig. 3, waarbij de aflegruimte boven de dwarsplank 20 is getoond. Bijvoorbeeld kunnen hierover kabels worden gevoerd, die door een opening 22 in de dwarsplank 20 door de ruimte tussen de panelen 2, 3 kunnen worden geleid.

10 De uitvinding is niet beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren getoonde uitvoeringsvormen. De uitvinding wordt slechts beperkt door de bijgevoegde conclusies.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm kan de dwarsplank 21 zijn gevormd als een balk 21, met een dikte die groter is dan de af-15 stand van de onderzijde van de ribben 4 tot de onderzijde van de panelen 2, 3'. Dan zal het wanddeel 1 met de onderzijde van de ribben 4 afsteunen op de balk 21 waardoor de balk als een terugvallende plint werkt danwel een zwevend effect aan het wanddeel 1 wordt verschaft.

Op overeenkomstige wijze kan op het bovenste uiteinde 18 van de 20 ribben 4 die op afstand van de bovenzijde van de panelen 2, 3 eindigen, een dwarsplank 20 in de vorm van een balk 20 worden geplaatst, die dikker is dan de afstand van de bovenzijde van de ribben 4 tot de bovenzijde van de panelen 2, 3. Dan kan een volgend wanddeel 1 op die balk 20 worden geplaatst, die dan dienst doet als dwarsplank of balk 25 21, zoals hiervoor genoemd. Dan kunnen twee wanddelen eenvoudig boven op elkaar worden geplaatst, eventueel met een onderlinge afstand tussen boven elkaar gelegen panelen 2, 3 of met aansluitende panelen 2, 3.

Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm wordt een wand-30 einddeel 8 toegepast, waarvan het tussen het paneel 3 en het eindpa-neel 11 ingelegen deel van het dwarspaneel 9 geringer is dan de breedte T van het tussendeel 7 van de ribben 4 van het aan dat wand-einddeel 8 te bevestigen wanddeel 1. De panelen 2, 3 worden gekoppeld aan het wand-einddeel 8 zonder tot de volledige afstand uit elkaar te 35 zijn bewogen. De ribben 4 zullen dan onder een hoek <90 graden ten opzichte van de panelen 2, 3 zijn geplaatst. De afstand tussen de panelen is dan kleiner dan de afstand T. Niettemin wordt een stevig wanddeel verkregen vanwege de aanwezigheid van de ribben 4 en de be- 7 vestiging van de panelen aan het wand-einddeel 8. In het bijzonder zullen de toe te passen afstandhouders 20, 21 een overeenkomstig kleinere breedte hebben, kleiner dan T, zodat deze bijdragen aan een stevige constructie. Bijvoorbeeld kan een wanddeel 1 met een door de ^ fabrikant te bepalen rib-lengte T, worden gebruikt voor wanden met verschillende dikte door het gebruik van wand-einddelen met verschillende afmetingen van dwarspaneel 9.

De panelen kunnen van vele soorten materiaal zijn vervaardigd, in het bijzonder maar niet beperkt tot materialen die momenteel in de 10 techniek worden gebruikt voor het vervaardigen van wanddelen, zoals natuurlijke materialen, waaronder massief hout en hout- en andere organisch materiaal-bevattende laminaten en composietmaterialen, gipsen andere anorganisch materiaal-bevattende mengsels en synthetische materialen, zoals kunststoffen.

15 De panelen zijn bij voorkeur rechthoekig, teneinde een recht hoekig wanddeel te vormen.

De uitvinding strekt zich tevens uit over elke combinatie van maatregelen die hiervoor onafhankelijk van elkaar zijn beschreven.

20 1037256

Claims (12)

1. Modulair wanddeel (1) met een hoogte H en een lengte L, omvattende 5 twee op afstand van elkaar en parallel gelegen panelen (2, 3), op afstand van elkaar gehouden door ribben (4), welke panelen (2, 3) in hoofdzaak dezelfde hoogte H en lengte L hebben, welke ribben (4) een door twee parallelle vouwlijnen in drie delen 10 verdeelde breedte B hebben, met een eerste ribeinde (5), een tweede ribeinde (6) en een tussendeel (7), waarbij de ribben (4) enerzijds aan het eerste ribeinde (5) aan het eerste paneel (2) zijn bevestigd en anderzijds aan het tweede ribeinde (6) aan het tweede paneel (3) zijn bevestigd, 15 waarbij in een eerste, ingeklapte toestand de ribben (4) over hun gehele oppervlak enerzijds aanliggend zijn geplaatst tegen het eerste paneel (2) en over hun gehele oppervlak anderzijds aanliggend zijn geplaatst tegen het tweede paneel (3) en in een tweede, uitgeklapte toestand de panelen (2, 3) op relatief grotere afstand van elkaar 20 zijn geplaatst, met het kenmerk, dat in de hoogterichting H gelegen zijranden (15, 16) van de panelen (2, 3) in de eerste, ingeklapte toestand onderling zijn uitgelijnd.

2. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 1, waarbij de vouwlijnen van de ribben zich uitstrekken in de hoogterichting H.

3. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 1, waarbij een lengte D van de ribben zich uitstrekt in de hoogterichting H van het wanddeel, 30 met dien verstande dat D is kleiner dan of gelijk aan H.

4. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 1, waarbij uiteinden van de ribben op afstand van een in lengterichting verlopende zijde van het wanddeel zijn gelegen, ter vorming van een vrije ruimte tussen de 35 panelen.

5. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 4, omvattende een op de uiteinden van de ribben en tussen de panelen te positioneren plank- 1037256 deel, bij voorkeur met een breedte die overeenkomt met een in de tweede uitgeklapte toestand gevormde afstand.

6. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 1, waarbij uiteinden van 5 de ribben op afstand van een in lengterichting verlopende zijde van het wanddeel zijn gelegen, ter vorming van een vrije ruimte tussen de panelen.

7. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 6, omvattende een plank-10 deel voor het aan weerszijden daarvan positioneren van de panelen, welk plankdeel bij voorkeur een breedte heeft die overeenkomt met een in de tweede uitgeklapte toestand gevormde afstand.

8. Modulair wanddeel (1) volgens conclusie 7, waarbij het plankdeel 15 is ingericht voor bevestiging op een ondergrond.

9. Wand (12), gevormd van ten minste twee modulaire wanddelen (1) volgens conclusie 1, waarbij aanliggende zijranden van naast elkaar gelegen wanddelen onderling zijn gekoppeld. 20

10. Modulair wand-einddeel (8) ingericht voor koppeling met een modulair wanddeel volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een dwarspaneel met een hoogte H en een breedte T en ten minste een zich van een in de hoogterichting gelegen zijrand uitstrekkend eindpaneel, 25 waarbij het eindpaneel een breedte T bezit.

11. Modulair wand-einddeel (8) ingericht voor koppeling met een modulair wanddeel (1) volgens een der conclusies 1-9, omvattende een dwarspaneel met een hoogte H en een breedte T en twee op afstand T 30 van elkaar en parallel gelegen eindpanelen, welke met een zich in de hoogterichting uitstrekkende zijrand zijn bevestigd aan het dwarspaneel en waarbij een eerste eindpaneel een lengte El heeft en een tweede eindpaneel een lengte E2 heeft, waarbij E2 = (El + T).

12. Werkwijze voor het plaatsen van een modulair wanddeel (1) volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stap van het in een eerste ingeklapte toestand in de hoogterichting H doorsnijden van het wanddeel (1), ter verkorting van de lengte L van dat wanddeel (1). 1037256