NL1030255C1 - Wisselkopsysteem in het bijzonder voor sportvissen. - Google Patents

Description

w *

Titel: Wisselkopsysteem in het bijzonder voor sportvissen

De uitvinding heeft betrekking op een wisselkopsysteem, in het bijzonder voor sportvissen, met een kop voorzien van een kanaal waarin een i functie-element bevestigbaar is.

5 In het bijzonder bij sportvissen worden verscheidene kopsystemen ingezet waarbij door middel van een speciale kop, die als zinkkop of als zwemkop kan uitgevoerd zijn, verschillende lokazen worden gepresenteerd. Hierbij worden in de eerste plaats zogenaamde voorzetloden gebruikt. Dat zijn loodgewichten, die met eigen bevestigingsmiddelen afzonderlijk worden 10 bevestigd. Voordeel hiervan is dat het betreffende voorzetlood met willekeurig andere componenten kan worden gecombineerd. Op deze wijze moet de visser naar verhouding weinig voorzetloden in voorraad hebben. Nadelig bij deze voorzetloden is echter, dat de sluitmechanismen van de bevestigiiigselementen of zwaarlopend zijn, hetgeen de hanteerbaarheid 15 beïnvloedt, of te gemakkelijk openend zijn, hetgeen tot een verlies van het lood, het lokaas of een reeds gevangen vis kan leiden. Er worden ook zogenaamde gleufloden ingezet, waarbij het loodgewicht is voorzien van een gleuf, waarin een gewenste haak wordt ingevoerd en dan het gleuflood op deze haak wordt gedrukt. Nadelig hierbij is dat een vaste eenheid van lood 20 en haak tot stand is gebracht, die niet meer kan worden gevarieerd en die bij slijtage van de haak in zijn geheel moet worden weggeworpen.

Er zijn bovendien zogenaamde Jighaaksystemen bekend, waarbij de haak en de loodkop vast aan elkaar zijn gegoten. Deze Jighaaksystemen 25 worden hoofdzakelijk bij het vissen met rubberaas ingezet. Nadelig hierbij is vooral dat men is gebonden aan een eenheid bestaande uit een loodgewicht en een voorafbepaalde haakgrootte. Voor verschillende 1030255 ύ 2 stromingsomstandigheden, wateromstandigheden als ook vissen is zodoende het voorhanden hebben van een groot assortiment verscheidene loodkophakensystemen nodig. Dit leidt tot een ongewenst hoog gewicht en een overmatige ruimtebehoefte.

5

Het probleem dat aan de uitvinding ten grondslag ligt, is het verschaffen van een wisselkopsysteem, in het bijzonder voor sportvissen, waarbij met een gering gewicht en ruimtebehoefte van de beschikbare onderdelen een hoge flexibiliteit in de bruikbaarheid gepaard gaande met 10 een eenvoudige montage en hoge bedrijfszekerheid wordt verkregen.

Het probleem wordt opgelost, doordat bij een wisselkopsysteem van de in de aanhef genoemde soort de kop voorzien is van een begrenzingsgedeelte, het functie-element voorzien is van een 15 bevestigingsgedeelte en bij een hiervan afgekeerd einde voorzien is van een aanslag, en doordat het functie-element in een gemonteerde toestand met het bevestigingsgedeelte in het kanaal en met de aanslag tegen het begrenzingsgedeelte aanliggend is aangebracht. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 1030255

Met het wisselkopsysteem overeenkomstig de uitvinding kunnen 2 verscheidene kopsoorten en kopgrootten eenvoudig met de meest 3 verschillende functie-elementen worden gecombineerd, doordat het functie- 4 element met het bevestigingsgedeelte in het kanaal wordt ingeschoven tot 5 de aanslag tegen het begrenzingsgedeelte aanligt. Wordt in deze 6 gemonteerde toestand de vislijn op bekende wijze met het 7 bevestigingsgedeelte verbonden, dan is de eenheid uit kop en functie- 8 element betrouwbaar met elkaar verbonden. Willekeurige grootten van het 9 functie-element en van de kop zijn met elkaar combineerbaar, doordat 10 slechts de afmetingen van het kanaal, het begrenzingsgedeelte, het 11 bevestigingsgedeelte en de aanslag op elkaar moeten zijn afgestemd.

IBij een uitvoeringsvorm van de uitvinding is het I

bevestigingsgedeelte overeenkomstig het kanaal uitgevoerd. Hierbij I

ontstaat omwille van de geringe resterende speling een vaste verbinding en I

5 daarmee een goede bruikbaarheid. I

Wanneer het bevestigingsgedeelte bij een andere uitvoeringsvorm I

een draadlus omvat, in het bijzonder een oog, is door het inhaken van een I

karabijnhaak in dit oog een vaste verbinding tussen de vislijn en het I

10 functie-element tot stand te brengen. I

Het functie-element kan bovendien een nabij de aanslag gelegen I

functiegedeelte omvatten. Dit kan bijvoorbeeld voor het fixeren van haak, I

lood of een lokaas dienen. Daardoor ontstaat een bijzonder veelvuldige I

15 bruikbaarheid. Het functiegedeelte kan bijvoorbeeld ook een fixeerelement I

en/of een haak omvatten. I

Wanneer bij een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding het I

begrenzingsgedeelte een nabij het kanaal gelegen schuine zijde omvat, is I

20 door een eenvoudig aanliggen van de aanslag tegen deze schuine zijde een I

begrenzing van de doorgang van het bevestigingsgedeelte door het kanaal I

tot stand gebracht.

De kop kan bij een andere uitvoeringsvorm als zinklichaam of als 25 zwemlichaam zijn uitgevoerd. Zo is het wisselkopsysteem veelvoudig voor het vissen zowel in de nabijheid van de bodem als in de nabijheid van het oppervlak te gebruiken.

Op voordeelbiedende wijze is de aanslag corresponderend aan het 30 begrenzingsgedeelte uitgevoerd. Daarbij kan de aanslag een schuin gedeelte 1030255 4 of een oog omvatten. In elk geval wordt zo een betrouwbare samenwerking van de aanslag met het begrenzingsgedeelte bereikt.

Bijzonder voordeelbiedend is het, wanneer het wisselkopsysteem 5 verscheidene verschillend uitgevoerde koppen omvat, de kanalen daarvan telkens met elkaar overeenkomende afmetingen hebben. Het is bovendien voordeelbiedend wanneer verscheidene verschillend uitgevoerde functie-elementen aanwezig zijn, waarvan de bevestigingsgedeelten telkens met elkaar overeenkomende afmetingen hebben. Daardoor ontstaat een 10 veelvoudige combineerbaarheid. Het wisselkopsysteem is bijzonder veelzijdig inzetbaar door verscheidene series met telkens met elkaar overeenkomend kanaal en bevestigingsgedeelte.

In het volgende worden uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding 15 aan de hand van de figuren nader toegelicht. Daarbij toont:

Fig. 1 een schematische weergave van een wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding in een deels doorgesneden aanzicht, 20 Fig. 2 een tweede functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding,

Fig. 3 een derde functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding, 25

Fig. 4 een vierde functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding,

Fig. 5 een vijfde functie-element voor het wisselkopsysteem met de 30 kenmerken van de uitvinding, 1ί,0 3 02 55 i' m m 5

Fig. 6 een zesde functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding, 5 Fig. 7 een schematische weergave van een kop van het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding in doorgesneden weergave,

Fig. 8 een middelgrote kop soortgelijk aan die van fig. 7, 10

Fig. 9 een kleine kop voor het wisselkopsysteem op soortgelijke wijze als fig. 7,

Fig. 10 een zevende functie-element voor het wisselkopsysteem met 15 de kenmerken van de uitvinding,

Fig. 11 een achtste functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding, 20 Fig. 12 een verder functie-element voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding,

Fig. 13 een voorzethaak voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding, 25

Fig. 14 een andere voorzethaak voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding,

Fig. 15 een verdere voorzethaak voor het wisselkopsysteem met de 30 kenmerken van de uitvinding.

1030255 I ' * ^^ I---- .-- 6 j

Fig. 1 toont een schematische weergave van een wisselkopsysteem 10 met de kenmerken van de uitvinding. Het wisselkopsysteem 10 omvat een kop 11 en een functie-element 12. De kop 11 is bij het getoonde 5 uitvoeringsvoorbeeld een loodkop. Er is een ronde kop 11 getoond. Er kunnen echter ook andere vormen worden gebruikt. Bovendien zijn koppen 11 uit verscheidene materialen mogelijk.

Het functie-element 12 omvat een bevestigingsgedeelte 13 en een 10 aanslag 14. Het bevestigingsgedeelte 13 is als een gebogen draadlus uitgevoerd, waarin bijvoorbeeld een karabijnhaak kan worden ingehangen.

De aanslag 14 is ten opzichte van de langsrichting van het bevestigingsgedeelte 13 omgebogen uitgevoerd. Het functie-element 12 omvat bovendien in het verlengde van de aanslag 14 een haak 15.

15 :; In de kop 11 is een kanaal 16 uitgevoerd, dat bij het getoonde uitvoeringsvoorbeeld als doorgangsboring in de kop 11 is uitgevoerd.

Eenzijdig is het kanaal 16 zodanig verbreed, dat een begrenzingsgedeelte 17 het kanaal 16 begrenst. Het begrenzingsgedeelte 17 is als schuine zijde 17 20 uitgevoerd.

In de in de figuur getoonde gemonteerde toestand is het bevestigingsgedeelte 13 zover in het kanaal 16 geschoven, dat de aanslag 14 tegen de schuine zijde 17 stoot en zo een verder doorschuiven van het 25 bevestigingsgedeelte 13 door het kanaal 16 verhindert. Als nu in deze gemonteerde toestand een vislijn bijvoorbeeld door middel van een karabijnhaak aan het bevestigingsgedeelte 13 wordt bevestigd, dan is een terugglijden van het bevestigingsgedeelte uit het kanaal 16 om het functie-element 12 los te maken van de kop 11 niet meer mogelijk. Door een met 30 elkaar overeenkomende uitvoering van de afmetingen van het 1030255 • ».

7 bevestigingsgedeelte 13 en het kanaal 16 wordt hierdoor een vaste positie gewaarborgd.

Fig. 2 toont een functie-element 18 soortgelijk aan functie-element 5 12. Het functie-element 18 komt in wezen overeen met het functie-element 12. Gelijke elementen hebben dezelfde verwijzingscijfers. Het functie-element 18 omvat bovendien een nabij de aanslag 14 gelegen oog 19. Het oog 19 dient voor het bevestigen van verdere elementen, bijvoorbeeld extra haken, een zwemmer, een loodgewicht, een spinner of een lokaas. In 10 tegenstelling tot het functie-element 12 omvat het functie-element 18 een haak 20, die bij het getoonde uitvoeringsvoorbeeld voor het vissen met dode aasvisjes is bedoeld.

Fig. 3 toont een schematische weergave van een functie-element 15 21. Gelijke elementen hebben dezelfde verwijzingscijfers. Het functie- element 21 omvat een haak 22 die met verscheidene weerhaken is uitgerust en voor het vissen met rubberaas wordt gebruikt.

Fig. 4 toont een schematische weergave van een vierde functie-20 element 23. Gelijke elementen hebben dezelfde verwijzingscijfers. Het functie-element 23 omvat een afstandsstuk 24, dat als bodemvoeler dient en voor een afstand tot de bodem van het water zorgt.

Fig. 5 toont een schematische weergave van een vijfde functie-25 element 25. Het functie-element 25 heeft een gewijzigd bevestigingsgedeelte 26. Het bevestigingsgedeelte 26 is eerst tot een min of meer ringvormig oog omgebogen en wordt op deze wijze in de figuur naar rechts smaller. Een aanslag 27 wordt zodoende grenzend aan een extra oor 29 gevormd. Grenzend aan het oor 29 is een vastzetstuk 28 aangebracht, waaraan door 30 middel van schroefdraad of dergelijk toevoegelementen kunnen worden 1030255 f 8 bevestigd. Het oor 29 wordt gebruikt voor het eenvoudig bevestigen van extra elementen. Voor dit doel wordt een oog aan zulk een element, zoals bijvoorbeeld een zwemmer, een loódgewicht, een haak of een spinner het oor 29 in gevoerd en het functie-element 25 wordt dan met het 5 bevestigingsgedeelte 26 in het kanaal 16 van een kop 11 geschoven. Zodra de aanslag 27 tegen de schuine zijde 17 aanligt, is een uittreden van het oor uit het oog 29 zeker verhinderd. Op deze wijze wordt een soort van snelwisselsysteem gevormd.

10 Fig. 6 toont een schematische weergave van een zesde functie- element 30. Gelijke elementen hebben dezelfde verwijzingscijfers. Het functie-element omvat een afstandsstuk 31 waaraan een opname 32 voor bijvoorbeeld een extra loodgewicht is voorzien. Bovendien is grenzend aan de aanslag 14 een oog 33 voor het bevestigen van bijvoorbeeld een haak 15 voorzien.

Fig. 7 toont een schematische weergave van een kop 34 met de kenmerken van de uitvinding in een doorgesneden weergave. De kop 34 omvat evenals de kop 11 een kanaal 35 en een begrenzingsgedeelte 36, dat 20 zoals het begrenzingsgedeelte 17 als een schuine zijde is uitgevoerd.

Fig. 8 toont een middelgrote kop 37 in een weergave soortgelijk aan Fig. 7. De kop 37 heeft een kanaal 38 en een als schuine zijde uitgevoerd begrenzingsgedeelte 39.

25

Fig. 9 toont een schematische weergave van een kleine kop 40. De kop omvat enkel een kanaal 41. Als begrenzingsgedeelte dient de buitenomvang van de kop 40.

1030255 9

De koppen 11, 34, 37, 40 onderscheiden zich door hun buitenafinetingen. De afmetingen van de kanalen 16, 35, 38, 41 en van de begrenzingsgedeelten 17, 36, 39 zijn bij alle koppen 11, 34, 37, 40 gelijk. Bij de kleine kop 40 wordt de buitenomvang van de kop 40 als 5 begrenzingsgedeelte gebruikt. Vanwege de gestandaardiseerde afmetingen van de kanalen 16, 35, 38, 41 en van de aanslagen 17, 36, 39 zijn de koppen 10, 34, 37, 40 met verschillende afmetingen met dezelfde functie-elementen 12, 18, 21, 23, 25, 30 te combineren. De functie-elementen 12, 18, 21, 23, 25, 30 en de koppen 11, 34, 37, 40 zijn slechts als voorbeeld getoond. Er kunnen 10 ook andere functie-elementen als ook andere koppen worden gebruikt.

Fig. 10 toont een zevende functie-element 42 voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding. Het functie-element 42 omvat een bevestigingsgedeelte 43 soortgelijk aan het 15 bevestigingsgedeelte 13. Verder heeft het functie-element 42 een aanslag 44 soortgelijk aan de aanslag 14 en een oog 45. Voor het bevestigen van verdere elementen, zoals bijvoorbeeld een voorzethaak, wordt deze met een oog in het oog 45 gebracht en het functie-element 42 zodoende met zijn bevestigingsgedeelte 43 in het kanaal 16 van de kop 11 geleid. Zodra de 20 aanslag 44 tegen het begrenzingsgedeelte 17 aanligt, is het uittreden van de voorzethaak uit het oog 45 betrouwbaar verhinderd.

Fig. 11 toont een functie-element 46 op dezelfde wijze als het functie-element 42. Bij het getoonde functie-element 46 wordt het oog 45 25 zelf als aanslag gebruikt.

Fig. 12 toont een verder functie-element 47 voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding. Bij het getoonde uitvoeringsvoorbeeld omvat het functie-element 47 een aanslag 48, die ten 30 opzichte van de aanslag 44 verder omgebogen is uitgevoerd.

1030255

J

10

Fig. 13 toont een voorzethaak 49 voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding. De voorzethaak 49 omvat een oog 50 en een haak 51 soortgelijk aan de haak 22. De voorzethaak 49 kan voor de montage 5 met zijn oog 50 in het oog 45 of in het oor 29 worden geleid.

Fig. 14 toont een andere voorzethaak 52 voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding. De voorzethaak 52 omvat de haak 20 en naast het oog 50 gelegen een verder oog 53. Op deze wijze kan de 10 voorzethaak 52 naar keuze met zijn oog 50 of met zijn oog 53 in het oog 45 of in het oor 29 worden bevestigd. In telkens het andere oog 50, 53 kunnen dan verder componenten worden bevestigd.

Fig. 15 toont een schematische weergave van een verdere 15 voorzethaak 54 voor het wisselkopsysteem met de kenmerken van de uitvinding. De voorzethaak 54 gelijkt in wezen op de voorzethaken 49 en 52 en omvat in tegenstelling tot deze de haak 15.

Aangezien de geleiding, namelijk het kanaal 16, 35, 38, 41, voor de 20 functie-elementen 10, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47 telkens soortgelijk is uitgevoerd, hoewel verschillende koppen 11, 34, 37, 40 worden gebruikt, verandert de positie van de geleiding in de betreffende kop 11, 34, 37, 40. Bij een kleine kop 40 ontstaat er een ongeveer gecentreerde geleiding, terwijl bij grotere koppen 11, 34, 37 de positie van de geleiding verder naar de rand 25 toe verschuift. De koppen 11, 34, 37, 40 kunnen op conventionele wijze voor aparte genormeerde Jighaken worden gebruikt, zodat als het ware met een star systeem wordt gevist of er kan een eveneens gestandaardiseerd voorzetsysteem, zoals in Fig. 10 tot 12 beschreven, worden gebruikt. Een verdraaiing is vanwege de draaddikte respectievelijk de boogvorm van het 30 bevestigingsgedeelte niet mogelijk en vanwege de omgebogen draad, die aan I 0 3 02 55 • 1, _j.________ 11 « β" de kanaalvorm is aangepast, is een doorglijden van de draad naar boven toe eveneens niet mogelijk. Op deze wijze worden Jighaaksystemen evenals voorzetloodsystemen op dezelfde wijze voor één en dezelfde loodkop 11, 34, 37, 40 bruikbaar.

5

Wanneer bijvoorbeeld zes verscheidene hakengrootten met negen koppen met verschillend gewicht worden aangeboden, zijn er 54 verschillende variatiemogelijkheden. Met het voorzetsysteem kunnen verder bijvoorbeeld negen voorzetloden in het systeem worden geïntegreerd.

10 Bovendien kunnen verdere koppen, bijvoorbeeld zwemkoppen, worden aangeboden waardoor een wisselkopsysteem met grote variatiebreedte ontstaat. Van dit wisselkopsysteem zouden verschillende gewichtsgroepen moeten worden aangeboden. Bijvoorbeeld kan een gewichtsgroep met kop gewichten van 5 gram tot 50 gram voor het vissen in zoetwater worden 15 aangeboden, die dan een serie vormen, terwijl voor het vissen in zee kopgewichten van 50 gram tot 300 gram en overeenkomstig groter kanaal een verdere serie kunnen vormen. Deze series zijn dan elk voor zich telkens gestandaardiseerd, zo dat de aparte componenten binnen een serie kunnen worden uitgewisseld.

20

Verwijzingscijferlijst 10 wisselkopsysteem 11 kop 25 12 functie-element 13 bevestigingsgedeelte 14 aanslag 15 haak 16 kanaal 30 17 begrenzingsgedeelte 1030255 t » 12 18 functie-element 19 oog 20 haak 21 funtie-element 5 22 haak 23 functie-element 24 afstandsstuk 25 functie-element 26 bevestigingsgedeelte 10 27 aanslag 28 vastzetstuk 29 oor 30 functie-element 31 afstandsstuk 15 32 opname 33 oog 34 kop 35 kanaal 36 begrenzingsgedeelte 20 37 kop 38 kanaal 39 begrenzingsgedeelte 40 kop 41 kanaal 25 42 functie-element 43 bevestigingsgedeelte 44 aanslag 45 oog 46 functie-element 30 47 functie-element 1 0 3 0=2 55 t * Λ 13 48 aanslag 49 voorzethaak 50 oog 51 haak 5 52 voorzethaak 53 oog 54 voorzethaak 10 j ! | 1030255

Claims (13)

1. Wisselkopsysteem, in het bijzonder voor sportvissen, met een kop (11, 34, 37, 40) die voorzien is van een kanaal (16, 35, 38, 41) waarin een functie-element (12, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47) bevestigbaar is, met het kenmerk, dat de kop (11, 34, 37, 40) voorzien is van een begrenzingsgedeelte 5 (17, 36, 39), dat het functie-element (12, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47) voorzien is van een bevestigingsgedeelte (13, 26, 43) en bij het hiervan afgekeerde einde voorzien is van een aanslag (14, 27, 44, 48), en dat het functie-element (12, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47) in een gemonteerde toestand met het bevestigingsgedeelte (13, 26, 43) in het kanaal en met de 10 aanslag (14, 27, 44, 48) tegen het begrenzingsgedeelte (17, 36, 39) aan liggend is aangebracht.

2. Wisselkopsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bevestigingsgedeelte (13, 26, 43) overeenkomstig het kanaal (16, 35, 38, 41) 15 is gevormd.

3. Wisselkopsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het bevestigingsgedeelte (13, 26, 43) een draadlus omvat, in het bijzonder een oog (26). 20

4. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het functie-element (12, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47) een nabij de aanslag (14, 27, 44, 48) gelegen functiegedeelte (15, 20, 22, 28, 33, 45) omvat. 25

5. Wisselkopsysteem volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het functiegedeelte een fixeerelement (28, 33, 45) omvat. 1030255 r ψ'

6. Wisselkopsysteem volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat het functiegedeelte een haak (15, 20, 22) omvat.

7. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het begrenzingsgedeelte een nabij het kanaal (16, 35, 38, 41) gelegen schuine zijde (17, 36, 39) omvat.

8. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, met 10 het kenmerk, dat de kop als zinklichaam (11, 34, 37, 40) of als zwemlichaam is uitgevoerd.

9. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aanslag (14, 27, 44, 48) overeenkomstig het 15 begrenzingsgedeelte is uitgevoerd.

10. Wisselkopsysteem volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de aanslag een schuin gedeelte (14, 27, 44, 48) of een oog (45) omvat.

11. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door verscheidene verschillend uitgevoerde koppen (11, 34, 37, 40) met kanalen (16, 35, 38, 41) die telkens met elkaar overeenkomende afmetingen hehben.

12. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door verscheidene verschillend uitgevoerde functie-elementen (12, 18, 21, 23, 25, 30, 42, 46, 47) met bevestigingsgedeelten (13, 26, 43) die telkens met elkaar overeenkomende afmetingen hebben. 1030255 r #'

13. Wisselkopsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door verscheidene series met telkens een met elkaar overeenkomend kanaal (16, 35, 38, 41) en bevestigingsgedeelte (13, 26, 43). 1 0 3 02-55 j;