NL1027119C2

NL1027119C2 - Foldable bicycle has positioning unit which positions rear frame rod behind front frame rod and rotates rear and front frame rods about pivot pin, for enabling folding of bicycle by aligning front and rear wheels along transverse direction

Info

Publication number: NL1027119C2
Application number: NL1027119A
Authority: NL
Inventors: Min-Chang Chen
Original assignee: Giant Mfg Co
Priority date: 2004-09-27
Filing date: 2004-09-27
Publication date: 2006-03-29

Abstract

The foldable bicycle has frame unit (2) comprising front frame rod (21), rear frame rod (22) and wheels (23,24). A positioning unit (3) positions the rear frame rod behind the front frame rod and rotates rear and front frame rods about a pivot pin (27), so as to fold the bicycle by aligning the front and rear wheels with each other along transverse direction.

Description

VOUWFIETSFOLDING BIKE

Deze uitvinding heeft betrekking op een rijwiel, en meer in het bijzonder op een vouwfiets.This invention relates to a bicycle, and more particularly to a folding bicycle.

Met verwijzing naar fig. 1, wordt aangegeven dat een conventionele vouwfiets 1 voorste en achterste framegedeelten 5 11, 12 omvat die onderling draaibaar zijn verbonden door middel van een verticale scharnierpen 13. Wanneer men het rijwiel zou willen opvouwen, kunnen de voorste en achterste framegedeelten 11, 12 verdraaien rondom de scharnierpen 13 en tegen elkaar aan komen te liggen. Het rijwiel 1 heeft het 10 nadeel dat gedurende het rijden de belastingen zich concentreren op de scharnierpen 13. Als gevolg daarvan heeft de scharnierpen 13 de neiging te breken.With reference to Fig. 1, it is indicated that a conventional folding bicycle 1 comprises front and rear frame portions 11, 12 which are rotatably connected to each other by means of a vertical hinge pin 13. If one wanted to fold the bicycle, the front and rear frame portions 11, 12 rotate around the hinge pin 13 and come to lie against each other. The bicycle 1 has the disadvantage that during driving the loads are concentrated on the hinge pin 13. As a result, the hinge pin 13 tends to break.

Het doel van deze uitvinding is het beschikbaar maken van een vouwfiets waarin spanningsconcentraties op een 15 scharnierpen die voorste en achterste framebuizen onderling verbindt kan worden voorkomen.The object of this invention is to make a folding bicycle available in which stress concentrations on a hinge pin connecting front and rear frame tubes can be prevented.

Volgens deze uitvinding bezit de vouwfiets een frame-eenheid en een positioneereenheid. De frame-eenheid omvat een voorwieleenheid, die is geplaatst op een voorste framebuis, 20 een achterwieleenheid die is geplaatst op een achterste framebuis en dat in de langsrichting van het rijwiel gezien is opgelijnd met de voorwieleenheid, en een horizontale scharnierpen die de voorste en achterste framebuizen onderling draaibaar verbindt, zodat de scharnierpen en de 25 draaiassen van de voorwiel- en achterwieleenheden in het algemeen een gelijkzijdige driehoek vormen. De positioneereenheid bepaalt de plaats van de achterste framebuis achter de voorste framebuis, en het kan worden gebruikt om de voorste en achterste framebuizen te laten 1027119 2 draaien om de scharnierpen om zodoende het rijwiel in een opgevouwen toestand te brengen, waarbij de voorste en achterste wieleenheden onderling zijn opgelijnd in een dwarse richting van het rijwiel. Omdat de scharnierpen horizontaal 5 loopt, kan spanningsconcentratie op de scharnierpen worden voorkomen.According to this invention, the folding bicycle has a frame unit and a positioning unit. The frame unit comprises a front wheel unit, which is placed on a front frame tube, a rear wheel unit, which is placed on a rear frame tube and, viewed in the longitudinal direction of the bicycle, is aligned with the front wheel unit, and a horizontal hinge pin which connects the front and rear The frame tubes are rotatably connected to each other, so that the hinge pin and the axis of rotation of the front wheel and rear wheel units generally form an equilateral triangle. The positioning unit determines the location of the rear frame tube behind the front frame tube, and it can be used to rotate the front and rear frame tubes 1027119 2 around the hinge pin to thereby bring the bicycle into a collapsed state, with the front and rear wheel units are mutually aligned in a transverse direction of the bicycle. Because the hinge pin runs horizontally, stress concentration on the hinge pin can be prevented.

Deze en andere kenmerken en voordelen van deze uitvinding zullen duidelijk worden in de navolgende gedetailleerde beschrijving van voorkeursuitvoeringen van 10 deze uitvinding, met verwijzing naar de begeleidende tekeningen, waarin:These and other features and advantages of the present invention will become apparent in the following detailed description of preferred embodiments of the present invention, with reference to the accompanying drawings, in which:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht is van een conventionele vouwfiets, die de opgevouwen toestand ervan verduidelij kt; 15 Fig. 2 een gedeeltelijk schematisch zijaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering van een vouwfiets volgens deze uitvinding;FIG. 1 is a perspective view of a conventional folding bicycle, which clarifies its folded state; FIG. 2 is a partial schematic side view of the first preferred embodiment of a folding bicycle according to the present invention;

Fig. 3 een gedeeltelijk bovenaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering; 20 Fig. 4 een gedeeltelijk schematisch bovenaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering, die verduidelijkt hoe een centrale as van een horizontale scharnierpen ten opzichte van de voorste en achterste framebuizen onder een hoek is geplaatst; 25 Fig. 5 een gedeeltelijk schematisch zijaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering, die verduidelijkt hoe de voorste en achterste framebuizen onderling zijn vergrendeld door een positioneereenheid;FIG. 3 is a partial plan view of the first preferred embodiment; FIG. 4 is a partial schematic plan view of the first preferred embodiment, which illustrates how a central axis of a horizontal hinge pin is angled relative to the front and rear frame tubes; FIG. 5 is a partial schematic side view of the first preferred embodiment, which clarifies how the front and rear frame tubes are mutually locked by a positioning unit;

Fig. 6 een gedeeltelijk bovenaanzicht is van de 30 eerste voorkeursuitvoering, die weergeeft hoe een beweegbaar scharnier in een uiterste onderste positie is gebracht, waarbij de voorste en achterste framebuizen onderling zijn vergrendeld door de positioneereenheid; 10271 1 9 3FIG. 6 is a partial plan view of the first preferred embodiment, showing how a movable hinge has been brought into an extreme lower position, the front and rear frame tubes being mutually locked by the positioning unit; 10271 1 9 3

Fig. 7 een schematisch aanzicht is van een uit vier stangen bestaand verbindingsmechanisme van de eerste voorkeursuitvoering, dat weergeeft hoe het beweegbare scharnier in de uiteirste onderste positie is gebracht; 5 Fig. 8 een schematisch aanzicht is van het uit vier stangen bestaande verbindingsmechanisme van de eerste voorkeursuitvoering, dat de loslaatpositie van het bedienbare scharnier weergeeft;FIG. 7 is a schematic view of a four-rod connection mechanism of the first preferred embodiment, showing how the movable hinge has been brought to the first lower position; FIG. 8 is a schematic view of the four-rod connection mechanism of the first preferred embodiment, showing the release position of the operable hinge;

Fig. 9 een schematisch aanzicht is van het uit vier 10 stangen bestaande verbindingsmechanisme van de eerste voorkeursuitvoering, dat een uiterste bovenste positie weergeeft van het bedienbare scharnier, waarbij verdraaiing van de voorste en achterste framebuizen ten opzichte van elkaar mogelijk is geworden; 15 Fig. 10 een gedeeltelijk zijaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering, dat verduidelijkt hoe het beweegbare scharnier naar zijn bovenste uiterste positie is bewogen, zodat het rijwiel gereed is om te worden opgevouwen;FIG. 9 is a schematic view of the four-rod connection mechanism of the first preferred embodiment, showing an extreme upper position of the operable hinge, whereby rotation of the front and rear frame tubes relative to each other is made possible; FIG. 10 is a partial side view of the first preferred embodiment that illustrates how the movable hinge has been moved to its upper extreme position so that the bicycle is ready to be folded;

Fig. 11 een gedeeltelijk bovenaanzicht is van de 20 eerste voorkeursuitvoering, dat verduidelijkt hoe er een hoek is ontstaan tussen de voorste en achterste framebuizen;FIG. 11 is a partial plan view of the first preferred embodiment, which clarifies how an angle has been created between the front and rear frame tubes;

Fig. 12 een gedeeltelijk zijaanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering, dat het rijwiel in opgevouwen toestand weergeeft; 25 Fig. 13 een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht is van de eerste voorkeursuitvoering dat het rijwiel in opgevouwen toestand weergeeft;FIG. 12 is a partial side view of the first preferred embodiment, showing the bicycle in the folded state; FIG. 13 is a partial perspective view of the first preferred embodiment showing the bicycle in folded condition;

Fig. 14 een gedeeltelijk zijaanzicht is van de tweede voorkeursuitvoering van een vouwfiets volgens deze 30 uitvinding; enFIG. 14 is a partial side view of the second preferred embodiment of a folding bicycle according to the present invention; and

Fig. 15 een gedeeltelijk zijaanzicht is van de tweede voorkeursuitvoering, dat het rijwiel in een opgevouwen toestand weergeeft.FIG. 15 is a partial side view of the second preferred embodiment, showing the bicycle in a folded state.

1027119 41027119 4

Voordat de huidige uitvinding in meer detail zal worden beschreven in samenhang met de voorkeursuitvoeringen, wordt de aandacht erop gevestigd dat door de gehele beschrijving heen gelijksoortige elementen en constructies 5 worden aangeduid door dezelfde referentiegetallen.Before the present invention will be described in more detail in connection with the preferred embodiments, attention is drawn to the fact that throughout the description similar elements and structures are designated by the same reference numerals.

Met verwijzing naar fig. 2, 3 en 4 wordt aangegeven dat de eerste voorkeursuitvoering van een vouwfiets volgens deze uitvinding een frame-eenheid 2 en een positioneereenheid 3 omvat.With reference to Figs. 2, 3 and 4, it is indicated that the first preferred embodiment of a folding bicycle according to the present invention comprises a frame unit 2 and a positioning unit 3.

10 Omdat het stuur en het zadel van het rijwiel niet van wezenlijk belang zijn voor de reikwijdte van deze uitvinding, zijn ze ter wille van de beknoptheid uit de tekeningen weggelaten.Because the handlebars and saddle of the bicycle are not essential to the scope of this invention, they have been omitted from the drawings for the sake of brevity.

De frame-eenheid 2 omvat een voorste framebuis 21, 15 een achterste framebuis 22, een voorwieleenheid 23, een achterwieleenheid 24, een uitstekende tong 25, een groef 26, en een horizontale scharnierpen 27. De voorste en achterste framebuizen 21, 22 lopen in een onder een hoek staande asrichting (X), en ze zijn onderling draaibaar verbonden door 20 de scharnierpen 27. De voorste framebuis 21 heeft een voorste einde 211, een achterste einde 212 en een achterste eindvlak 213. Het achterste eindvlak 213 bevindt zich direct boven de scharnierpen 27, en het is ten opzichte van de hellende asrichting (X) onder een hoek geplaatst. De achterste 25 framebuis 22 bevindt zich achter de voorste framebuis 21, en het heeft een achterste einde 221, een voorste einde 222 en een voorste eindvlak 223. Het voorste eindoppervlak 223 bevindt zich direct boven de scharnierpen 27, en het is ten opzichte van de hellende asrichting (X) onder een hoek 30 geplaatst, en het ligt aan tegen het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21. In directe samenhang hiermee kunnen het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21 en het voorste eindvlak 223 van de achterste framebuis 22 1027119 5 .gedurende het opvouwen van het rijwiel alleen maar neerwaarts verdraaien om de scharnierpen 27. De voorwieleenheid 23 is aangebracht aan het voorste eind van de voorste framebuis 21. De achterwieleenheid 24 is aangebracht aan het achterste eind 5 221 van de achterste framebuis 22, en het is in langsrichting van het rijwiel gezien opgelijnd met de voorwieleenheid 23.The frame unit 2 comprises a front frame tube 21, a rear frame tube 22, a front wheel unit 23, a rear wheel unit 24, a protruding tongue 25, a groove 26, and a horizontal hinge pin 27. The front and rear frame tubes 21, 22 run into an angled axis direction (X), and they are rotatably connected to each other by the hinge pin 27. The front frame tube 21 has a front end 211, a rear end 212 and a rear end face 213. The rear end face 213 is directly above the hinge pin 27, and it is placed at an angle with respect to the inclined axis direction (X). The rear frame tube 22 is located behind the front frame tube 21, and it has a rear end 221, a front end 222 and a front end face 223. The front end surface 223 is directly above the hinge pin 27, and it is relative to the inclined axis direction (X) positioned at an angle 30, and abutting the rear end face 213 of the front frame tube 21. In direct connection therewith, the rear end face 213 of the front frame tube 21 and the front end face 223 of the rear frame tube 22 During the folding of the bicycle, only pivot downwards about the hinge pin 27. The front wheel unit 23 is arranged at the front end of the front frame tube 21. The rear wheel unit 24 is arranged at the rear end 221 of the rear frame tube 22, and viewed in the longitudinal direction of the bicycle, it is aligned with the front wheel unit 23.

De tong 25 vormt een integraal deel van het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21 en ze loopt door in de groef 26. De groef 26 is aangebracht in het voorste 10 eindvlak 223 van de achterste framebuis 22. De scharnierpen 27 verbindt het achterste einde 212 van de voorste framebuis 21 en het voorste einde 222 van de achterste framebuis 22 onderling draaibaar en het heeft een centrale as (C) (zie fig. 4) die ten opzichte van de hellende asrichting (X) onder 15 een hoek staan. In verband hiermee kan de achterste framebuis 22 om de scharnierpen 27 verdraaien en een hoek (Θ) vormen (zie fig. 11) tussen een centrale as van de achterste framebuis 22 en de hellende asrichting (X), waardoor de uitlijning van de achterwieleenheid 24 met de voorwieleenheid 20 23 in de langsrichting van het rijwiel wordt opgeheven. De scharnierpen 27 en de draaiassen (PI, P2) van de voor- en achterwieleenheden 23, 24 vormen in het algemeen een gelijkzijdige driehoek (T). Een lijn (B) die de draaiassen (BI, B2) van de voor- en achterwieleenheden 23, 24 onderling 25 verbindt, vormt de basis van de gelijkzijdige driehoek (T).The tongue 25 forms an integral part of the rear end face 213 of the front frame tube 21 and extends into the groove 26. The groove 26 is provided in the front end face 223 of the rear frame tube 22. The hinge pin 27 connects the rear end 212 of the front frame tube 21 and the front end 222 of the rear frame tube 22 are rotatable to each other and it has a central axis (C) (see Fig. 4) which is at an angle with respect to the inclined axis direction (X). In this regard, the rear frame tube 22 can pivot about the hinge pin 27 and form an angle (Θ) (see Fig. 11) between a central axis of the rear frame tube 22 and the inclined axis direction (X), whereby the alignment of the rear wheel unit 24 with the front wheel unit 23 in the longitudinal direction of the bicycle is canceled. The hinge pin 27 and the rotary shafts (P1, P2) of the front and rear wheel units 23, 24 generally form an equilateral triangle (T). A line (B) connecting the pivot axes (B1, B2) of the front and rear wheel units 23, 24 to each other forms the basis of the equilateral triangle (T).

In fig. 2 zou strikt genomen de scharnierpen 27 moeten zijn aangegeven als een kort recht lijnstuk en niet als een punt, maar de lengte van het korte rechte lijnstuk is ten opzichte van de lengten van de zijden en van de basis van de 30 gelijkzijdige driehoek (T) minimaal, en ze is daarom verwaarloosd.In Fig. 2, strictly speaking, the hinge pin 27 should be indicated as a short straight line segment and not as a point, but the length of the short straight line segment is relative to the lengths of the sides and of the base of the equilateral triangle (T) minimal, and she is therefore neglected.

Uit fig. 2, 5 en 6 blijkt hoe de positioneereenheid 3 de plaats van de achterste framebuis 22 achter de voorste 1027119 6 framebuis 21 bepaalt/ en ze omvat een horizontaal voorste scharnier 31/ een horizontaal bewegend scharnier 32, een horizontaal achterste scharnier 33, een eerste verbindingselement 34, een tweede verbindingselement 35, een 5 bedieningshendel 36, een sluitring 37, en een sluithaak 38.2, 5 and 6 show how the positioning unit 3 determines the location of the rear frame tube 22 behind the front frame tube 21 and comprises a horizontal front hinge 31 / a horizontally moving hinge 32, a horizontal rear hinge 33, a first connecting element 34, a second connecting element 35, an operating handle 36, a washer 37, and a closing hook 38.

Het eerste verbindingselement 34 is boven de scharnierpen 27 aangebracht, en ze heeft een achterste einde 341, dat draaibaar is verbonden met de voorste framebuis 21 door middel van het voorste scharnier 31 op een plek nabij 10 het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21, en een achterste einde 342.The first connecting element 34 is arranged above the hinge pin 27, and has a rear end 341, which is rotatably connected to the front frame tube 21 by means of the front hinge 31 at a location near the rear end face 213 of the front frame tube 21, and a rear end 342.

Het tweede verbindingselement 35 is boven de scharnierpen 27 aangebracht, en het heeft een integrale bovenwand 350, een op enige afstand daarvan gelegen einde 15 351, een voorste eindgedeelte 352, dat zich achter het op enige afstand gelegen voorste einde 351 bevindt en dat draaibaar is verbonden met het voorste einde 342 van het eerste verbindingselement 34 door middel van het beweegbare scharnier 32, en een achterste einde 353, dat is voorzien van 20 een holte 354 voor een kogelscharnier.The second connecting element 35 is arranged above the hinge pin 27, and it has an integral top wall 350, a distant end 351, a front end portion 352, which is located behind the distant front end 351 and which is rotatable connected to the front end 342 of the first connecting element 34 by means of the movable hinge 32, and a rear end 353, which is provided with a cavity 354 for a ball joint.

Het achterste scharnier 33 is aangebracht achter het voorste scharnier 31, het loopt door de achterste framebuis 22 op een plek vlakbij het voorste eindvlak 223 van de achterste framebuis 22, en het heeft in het algemeen een 25 bolvormig einde 331 dat nauw sluitend en draaibaar kan worden ingebracht in de holte 354 van het tweede verbindingselement 35 voor een kogelscharnier om zodoende het achterste einde 353 van het tweede verbindingselement 35 te verbinden met de achterste framebuis 22.The rear hinge 33 is arranged behind the front hinge 31, it runs through the rear frame tube 22 at a location near the front end face 223 of the rear frame tube 22, and it generally has a spherical end 331 that can be tightly closed and rotatable are inserted into the cavity 354 of the second connecting element 35 for a ball joint so as to connect the rear end 353 of the second connecting element 35 to the rear frame tube 22.

30 Het beweegbare scharnier 32 verbindt het voorste einde 342 van het eerste verbindingselement 34 en het voorste eindgedeelte 352 van het tweede verbindingselement 35 onderling draaibaar, en het kan ten opzichte van de voorste 10271V9 7 framebuis 21 worden bewogen tussen een onderste uiterste positie, zoals is aangegeven in fig. 6 en 7, waarbij het beweegbare scharnier 32 zich bevindt onder een rechte lijn (D) (zie fig. 7 en 9), die loopt door de voorste en achterste 5 scharnieren 31, 33 en waarbij onderlinge verdraaiing van de voorste en achterste framebuizen 21, 22 is verhinderd, en een bovenste uiterste positie zoals is aangegeven in fig. 9 en 10, waarbij het beweegbare scharnier 32 zich bevindt boven de rechte lijn (D) (zie fig. 7 en 9), die loopt door de voorste 10 en achterste scharnieren 31, 33 en waarbij de voorste en achterste framebuizen 21, 22 om de scharnierpen 27 kunnen verdraaien. Wanneer het beweegbare scharnier 32 in de onderste uiterste positie is gebracht, loopt de bovenplaat 350 van het tweede verbindingselement 35 horizontaal, en het 15 eerste verbindingselement 34 ligt aan tegen een onderste oppervlak van de bovenplaat 350 van het tweede verbindingselement 35 en het bepaalt op deze wijze de onderlinge positie van de eerste en tweede verbindingselementen 34, 35. Bijgevolg vormen de eerste en 20 tweede verbindingselementen 34, 35 en de voorste en achterste framebuizen 21, 22 een uit vier stangen bestaand verbindingsmechanisme, zoals is aangegeven in fig. 7, 8 en 9.The movable hinge 32 connects the front end 342 of the first connecting element 34 and the front end portion 352 of the second connecting element 35 with respect to each other, and it can be moved relative to the front frame tube 21 between a lower extreme position, such as is shown in Figs. 6 and 7, wherein the movable hinge 32 is located under a straight line (D) (see Figs. 7 and 9), which runs through the front and rear hinges 31, 33 and with mutual rotation of the front and rear frame tubes 21, 22 are prevented, and an upper extreme position as indicated in Figs. 9 and 10, the movable hinge 32 being above the straight line (D) (see Figs. 7 and 9), which runs through the front 10 and rear hinges 31, 33 and wherein the front and rear frame tubes 21, 22 can rotate about the hinge pin 27. When the movable hinge 32 has been brought into the lower extreme position, the top plate 350 of the second connecting element 35 runs horizontally, and the first connecting element 34 abuts against a lower surface of the top plate 350 of the second connecting element 35 and determines on this the first and second connecting elements 34, 35. Consequently, the first and second connecting elements 34, 35 and the front and rear frame tubes 21, 22 form a four-rod connecting mechanism, as shown in Figs. 7, 8 and 9.

De bedieningshendel 36 heeft een scharnierend einde 361 dat scharnierend is verbonden met het op enige afstand 25 gelegen einde 351 van het tweede verbindingselement 35, een haakgedeelte 362 dat ingrijpt in het achterste einde 353 van het tweede verbindingselement 35, en een vrij einde dat is voorzien van een handgreep 363 (zie fig. 3 en 10). De handgreep 363 loopt horizontaal en loopt in een dwarse 30 richting van het rijwiel.The operating handle 36 has a hinged end 361 which is hingedly connected to the end 351 of the second connecting element 35, a hook portion 362 which engages the rear end 353 of the second connecting element 35, and a free end which is provided of a handle 363 (see Figs. 3 and 10). The handle 363 runs horizontally and runs transversely of the bicycle.

De sluitring 37 is aan de voorste framebuis 21 bevestigd op een plek in de buurt van het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21.The washer 37 is attached to the front frame tube 21 at a location near the rear end face 213 of the front frame tube 21.

1027119 81027119 8

De sluithaak 38 is vast bevestigd aan de achterste framebuis 22 op een plek in de buurt van het voorste eindvlak 223 van de achterste framebuis 22.The closure hook 38 is fixedly attached to the rear frame tube 22 at a location near the front end face 223 of the rear frame tube 22.

Omdat het voorste eindvlak 223 van de achterste 5 framebuis 21 aanligt tegen het achterste eindvlak 213 van de voorste framebuis 21, kunnen de voorste en achterste framebuizen 21, 22 niet om de scharnierpen 27 heen naar boven draaien. In deze situatie zijn, omdat het eerste j verbindingselement 34 aan ligt tegen het onderste oppervlak j 10 van de bovenplaat 350 van het tweede verbindingselement 35, en omdat het bewegend scharnier 32 zich bevindt boven de rechte lijn (D) (zie fig. 7 en 9) die loopt door de voorste en achterste scharnieren 31, 33, zoals is aangegeven in fig.Because the front end face 223 of the rear frame tube 21 abuts the rear end face 213 of the front frame tube 21, the front and rear frame tubes 21, 22 cannot pivot upward about the hinge pin 27. In this situation, because the first connecting element 34 abuts the lower surface of the top plate 350 of the second connecting element 35, and because the moving hinge 32 is located above the straight line (D) (see FIG. 7 and 9) which passes through the front and rear hinges 31, 33, as shown in FIG.

7, de eerste en tweede verbindingselementen 34, 35 gefixeerd 15 ten opzichte van de voorste en achterste framebuizen 21, 22.7, the first and second connecting elements 34, 35 fixed relative to the front and rear frame tubes 21, 22.

Daarom zijn zoals is aangegeven in fig. 2, 5 en 6, de voorste en achterste framebuizen 21, 22 door de positioneereenheid 3 ten opzichte van elkaar vergrendeld. Het beweegbare scharnier 32 kan in de richting die is aangegeven door een pijl in fig.Therefore, as indicated in Figs. 2, 5 and 6, the front and rear frame tubes 21, 22 are locked relative to each other by the positioning unit 3. The movable hinge 32 can in the direction indicated by an arrow in FIG.

20 5 met kracht worden geplaatst naar een losse positie die is aangegeven in fig. 8, en die zich direct boven de rechte lijn (D) bevindt (zie fig. 7 en 9). Wanneer het beweegbare scharnier 32 zich in de lossende positie bevindt, zijn de voorste en achterste framebuizen 21, 22 ten opzichte van 25 elkaar gelost.Can be forcefully placed to a loose position which is indicated in fig. 8, and which is directly above the straight line (D) (see fig. 7 and 9). When the movable hinge 32 is in the release position, the front and rear frame tubes 21, 22 are released relative to each other.

Wanneer men het rijwiel wil opvouwen wordt het handvat 363 van de bedieningshendel 36 vanaf het achterste einde 353 van het tweede verbindingselement 35 verwijderd en naar boven getrokken om zodoende het beweegbare scharnier 32 30 te verplaatsen naar de bovenste uiterste positie die is aangegeven in fig. 9. Daarna zal, als gevolg van het gewicht van de voorste en achterste wieleenheden 23, 24, een nog verder naar boven bewegen van het handvat 363 resulteren in 1 0271 1 9 9 een verdraaiing van de voorste en achterste framebuizen 21, 22, ten opzichte van elkaar rondom de scharnierpen 27 en tot het naar elkaar toe bewegen van de voorste en achterste wieleenheden 23, 24 totdat de voorste en achterste 5 wieleenheden 23, 24 onderling zijn opgelijnd in een dwarse richting van het rijwiel, zoals is aangegeven in fig. 12 en 13.When it is desired to fold the bicycle, the handle 363 of the operating handle 36 is removed from the rear end 353 of the second connecting element 35 and pulled upwardly so as to move the movable hinge 32 to the upper extreme position indicated in Fig. 9. Thereafter, due to the weight of the front and rear wheel units 23, 24, an even further upward movement of the handle 363 will result in a rotation of the front and rear frame tubes 21, 22 relative to from each other around the hinge pin 27 and until the front and rear wheel units 23, 24 move toward each other until the front and rear wheel units 23, 24 are mutually aligned in a transverse direction of the bicycle, as shown in FIG. 12 and 13.

Vervolgens wordt de sluithaak 38 verplaatst tot ze ingrijpt in de sluitring 37 om het verdraaien van de voorste 10 en achterste framebuizen 21, 22 ten opzichte van elkaar te voorkomen, zoals is aangegeven in fig. 12.Subsequently, the closing hook 38 is moved until it engages the closing ring 37 to prevent the front and rear frame tubes 21, 22 from rotating relative to each other, as indicated in FIG. 12.

Fig. 14 toont een tweede voorkeursuitvoering van een vouwfiets volgens deze uitvinding, die qua constructie gelijk is aan de vorige uitvoeringsvorm, behalve dat deze 15 uitvoeringsvorm verder een bagagedrager 28 omvat. De bagagedrager 28 omvat een steunstang 280, die vanaf de achterste framebuis 22 naar achteren toeloopt en een achterste uiteinde 281 heeft, die is voorzien van een frame 282 en meerdere rollen 283 (waarvan er hier maar één is 20 aangegeven), die wanneer het rijwiel zich in de opgevouwen positie bevindt, kunnen rollen op een vlak oppervlak tezamen met de voorste en achterste wieleenheden 23, 24, zoals is aangegeven in fig. 15. Zodoende kan de vouwfiets gemakkelijk worden verplaatst.FIG. 14 shows a second preferred embodiment of a folding bicycle according to the present invention, which is similar in construction to the previous embodiment, except that this embodiment further comprises a luggage carrier 28. The luggage carrier 28 comprises a support rod 280 which tapers backwards from the rear frame tube 22 and has a rear end 281, which is provided with a frame 282 and a plurality of rollers 283 (of which only one is indicated here), which when the bicycle in the folded position, rollers on a flat surface together with the front and rear wheel units 23, 24, as shown in Fig. 15. Thus, the folding bicycle can be easily moved.

25 De vouwfiets volgens deze uitvinding heeft de volgende voordelen: (1) Omdat de scharnierpen 27 horizontaal is geplaatst, kunnen spanningsconcentraties daarop worden voorkomen.The folding bicycle according to this invention has the following advantages: (1) Because the hinge pin 27 is placed horizontally, stress concentrations thereon can be prevented.

30 (2) Het rijwiel kan gemakkelijk en gerieflijk worden opgevouwen door het handvat 363 naar boven te trekken.(2) The bicycle can be easily and conveniently folded by pulling the handle 363 upwards.

10271191027119

Claims

1. Vouwfiets gekenmerkt door: een frame-eenheid (2), die een voorste framebuis (21) omvat, een achterste framebuis (22), die is aangebracht achter de voorste framebuis (21), een voorwieleenheid (23), 5 die is geplaatst aan een voorste einde (211) van de voorste framebuis (21), een achterwieleenheid (24), die is aangebracht aan een achterste einde (221) van de achterste framebuis (22) en die gezien in langsrichting van het rijwiel is opgelijnd met de voorwieleenheid (23), en een horizontale 10 scharnierpen (27), die een achterste einde (221) van de voorste framebuis (21) en een voorste einde (222) van de achterste framebuis (22) onderling draaibaar verbindt, zodat de scharnierpen (27) en de draaiassen (PI, P2) van de voor-en achterwieleenheden (23, 24) in het algemeen een 15 gelijkzijdige driehoek (T) vormen, waarbij een lijn (B) die de draaiassen (Pl, P2) van de voor- en achterwieleenheden (23, 24) onderling verbindt, een basis vormt van de gelijkzijdige driehoek (T); en een positioneereenheid (3), die de plaats van de 20 achterste framebuis (22) achter de voorste framebuis (21) bepaalt en die gebruikt kan worden om de voorste en achterste framebuizen (21, 22) te laten verdraaien rondom de scharnierpen (27) om zodoende het rijwiel in een opgevouwen toestand te brengen, waarbij de voor- en achterwieleenheden 25 (23, 24) onderling zijn opgelijnd langs een dwarsrichting van het rijwiel.A folding bicycle characterized by: a frame unit (2) comprising a front frame tube (21), a rear frame tube (22) disposed behind the front frame tube (21), a front wheel unit (23), which is placed at a front end (211) of the front frame tube (21), a rear wheel unit (24), which is arranged at a rear end (221) of the rear frame tube (22) and which, viewed in the longitudinal direction of the bicycle, is aligned with the front wheel unit (23), and a horizontal hinge pin (27), which rotatably connects a rear end (221) of the front frame tube (21) and a front end (222) of the rear frame tube (22) so that the hinge pin (27) and the rotary shafts (P1, P2) of the front and rear wheel units (23, 24) generally form an equilateral triangle (T), a line (B) representing the rotary shafts (P1, P2) of the connects front and rear wheel units (23, 24), forms a basis for the equilateral triangle (T); and a positioning unit (3) which determines the position of the rear frame tube (22) behind the front frame tube (21) and which can be used to rotate the front and rear frame tubes (21, 22) around the hinge pin (27) ) to thereby bring the bicycle into a folded condition, the front and rear wheel units 25 (23, 24) being mutually aligned along a transverse direction of the bicycle.

2. Vouwfiets volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de voorste en achterste framebuizen (21, 22) in een hellende asrichting (X) lopen, waarbij de voorste framebuis 30 (21) een achterste eindoppervlak (213) heeft, dat is aangebracht boven de scharnierpen (27) en dat ten opzichte 1 0271 19 .van de hellende asrichting (X) onder een hoek staat, waarbij de achterste framebuis (22) een voorste eindvlak (223) heeft, dat is aangebracht boven de scharnierpen (27), dat ten opzichte van de hellende asrichting (X) onder een hoek staat, 5 en dat aanligt tegen het achterste eindvlak (213) van de voorste framebuis (21), waarbij de positioneereenheid (3) zo bediend kan worden, dat het achterste eindvlak (213) van de voorste framebuis (21) en het voorste eindvlak (223) van de achterste framebuis (22) omlaag kunnen verdraaien, waardoor 10 het rijwiel wordt opgevouwen.A folding bicycle according to claim 1, characterized in that the front and rear frame tubes (21, 22) run in an inclined axis direction (X), the front frame tube 30 (21) having a rear end surface (213) arranged above the hinge pin (27) and which is at an angle to the inclined axis direction (X), the rear frame tube (22) having a front end face (223) mounted above the hinge pin (27) which is at an angle with respect to the inclined axis direction (X) and abuts against the rear end face (213) of the front frame tube (21), wherein the positioning unit (3) can be operated such that the rear end face (213) of the front frame tube (21) and the front end face (223) of the rear frame tube (22) can pivot down, thereby folding the bicycle.

3. Vouwfiets volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het voorste eindvlak (223) van de achterste framebuis (22) is voorzien van een groef (26), dat het achterste eindvlak (213) van de voorste framebuis (21) is voorzien van 15 een integrale uitstekende tong (25), die doorloopt in de groef (26) in het voorste eindvlak (223) van de achterste framebuis (22), dat de scharnierpen (27) door het voorste einde (222) van de achterste framebuis (22) en door de tong (25) van de voorste framebuis (21) loopt en een centrale as 20 (C) heeft, die ten opzichte van de hellende asrichting (X) onder een hoek staat, waardoor het mogelijk wordt dat de voorste en achterste wieleenheden (23, 24) worden uitgelijnd langs een dwarse richting van het rijwiel, wanneer het rijwiel wordt opgevouwen.A folding bicycle according to claim 2, characterized in that the front end face (223) of the rear frame tube (22) is provided with a groove (26), the rear end face (213) of the front frame tube (21) being provided of an integral protruding tongue (25) extending into the groove (26) in the front end face (223) of the rear frame tube (22), the hinge pin (27) passing through the front end (222) of the rear frame tube (22) and passes through the tongue (25) of the front frame tube (21) and has a central axis 20 (C) which is at an angle with respect to the inclined axis direction (X), whereby it becomes possible for the front and rear wheel units (23, 24) are aligned along a transverse direction of the bicycle when the bicycle is folded.

4. Vouwfiets volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de positioneereenheid (3) omvat: een eerste verbindingselement (34) dat is aangebracht boven de scharnierpen (27) en dat een voorste einde (342) en een achterste einde (341) heeft; 30 een horizontale voorste scharnier (31) dat het achterste einde (341) van het eerste verbindingselement (34) draaibaar verbindt met de voorste framebuis (21) op een plek die vlak bij het achterste eindvlak (213) van de voorste 1027119 framebuis (21) ligt; een tweede verbindingselement (35) dat is aangebracht boven de scharnierpen (27) en dat een voorste eindgedeelte (352) en een achterste einde (353) heeft; 5 een horizontale achterste scharnier (33) dat is geplaatst achter het voorste scharnier (31) en dat het achterste einde (353) van het tweede verbindingselement (35) draaibaar verbindt met de achterste framebuis (22) op een plek die vlak bij het voorste eindvlak (223) van de achterste 10 framebuis (22) ligt; een horizontaal verplaatsbaar scharnier (32) dat het voorste einde (342) van het eerste verbindingselement (34) en het achterste eindgedeelte (352) van het tweede verbindingselement (35) onderling draaibaar verbindt en dat 15 ten opzichte van de voorste framebuis (21) heen en weer kan worden bewogen kunnen een onderste uiterste positie, waarbij het beweegbare scharnier (32) zich bevindt onder een rechte lijn (D) die loopt door de voorst een achterste scharnieren (31, 33) en waarbij verdraaiing van de voorste en achterste 20 framebuizen (21, 22) ten opzichte van elkaar wordt verhinderd, en een bovenste uiterste positie, waarbij het verplaatsbare scharnier (32) zich bevindt boven de rechte lijn (D) die loopt door de voorste en achterste scharnieren (31, 33) en waarbij de voorste en achterste framebuizen (21, 25 22) rondom de scharnierpen (27) kunnen verdraaien.A folding bicycle according to claim 2, characterized in that the positioning unit (3) comprises: a first connecting element (34) arranged above the hinge pin (27) and having a front end (342) and a rear end (341) ; 30 a horizontal front hinge (31) pivotally connecting the rear end (341) of the first connecting element (34) to the front frame tube (21) at a location close to the rear end face (213) of the front frame tube (21) ) lies; a second connecting element (35) disposed above the hinge pin (27) and having a front end portion (352) and a rear end (353); 5 a horizontal rear hinge (33) disposed behind the front hinge (31) and pivotally connecting the rear end (353) of the second connecting element (35) to the rear frame tube (22) at a location close to the front end face (223) of the rear frame tube (22); a horizontally movable hinge (32) which rotatably connects the front end (342) of the first connecting element (34) and the rear end portion (352) of the second connecting element (35) and which is rotatable relative to the front frame tube (21) can be moved back and forth can be a lower extreme position, wherein the movable hinge (32) is located under a straight line (D) that runs through the front and rear hinges (31, 33) and with rotation of the front and rear frame tubes (21, 22) are prevented relative to each other, and an upper extreme position, the movable hinge (32) being above the straight line (D) passing through the front and rear hinges (31, 33) and wherein the front and rear frame tubes (21, 22) can rotate around the hinge pin (27).

5. Vouwfiets volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het achterste einde (353) van het tweede verbindingselement (35) is voorzien van een ligplaats (354) voor een kogelscharnier, dat het achterste scharnier (33) een 30 in het algemeen kogelvormig einde (331) heeft, dat nauw sluitend en draaibaar past in de ligplaats voor het kogelscharnier (354) van het tweede verbindingselement (35). 10271195. A folding bicycle according to claim 4, characterized in that the rear end (353) of the second connecting element (35) is provided with a lying position (354) for a ball joint, that the rear joint (33) is generally ball-shaped has an end (331) that fits tightly and rotatably into the ball joint (354) berth of the second connecting element (35). 1027119

6. Vouwfiets volgens conclusie 4, met het kenmerk/ dat het tweede verbindingselement (35) verder een op enige afstand gelegen einde (351) heeft, dat zich bevindt voor het voorste eindgedeelte (352) van het tweede verbindingselement 5 (35), dat de positioneereenheid (3) verder een bedieningshendel (36) omvat, waarbij de bedieningshendel (36) een scharnierend einde (361) heeft, dat scharnierend is verbonden met het op enige afstand gelegen voorste einde (351) van het tweede verbindingselement (35), een 10 haakgedeelte (362) dat valt in het achterste einde (353) van het tweede verbindingselement (35), en een vrij einde dat voorzien is van een vast handvat (363), dat omhoog kan worden getrokken teneinde het verplaatsbare scharnier (32) naar de bovenste uiterste positie te brengen.A folding bicycle according to claim 4, characterized in that the second connecting element (35) further has an end (351) located at some distance, which is located in front of the front end portion (352) of the second connecting element 5 (35), which the positioning unit (3) further comprises an operating handle (36), the operating handle (36) having a hinged end (361) hingedly connected to the spaced front end (351) of the second connecting element (35), a hook portion (362) that falls into the rear end (353) of the second connecting element (35), and a free end provided with a fixed handle (363) that can be pulled up to the movable hinge (32) to the upper extreme position.

7. Vouwfiets volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het tweede verbindingselement (35) een integrale bovenplaat (350) heeft, dat het eerste verbindingselement (34) aanligt tegen een onderoppervlak van de bovenplaat van het tweede verbindingselement (35) om de eerste en tweede 20 verbindingselementen (34, 35) ten opzichte van elkaar te positioneren wanneer het beweegbare scharnier (32) in zijn onderste uiterste positie is gebracht.A folding bicycle according to claim 4, characterized in that the second connecting element (35) has an integral top plate (350) which the first connecting element (34) rests against a bottom surface of the top plate of the second connecting element (35) around the first and position second connecting elements (34, 35) relative to each other when the movable hinge (32) is brought to its lower extreme position.

8. Vouwfiets volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de frame-eenheid (2) verder een bagagedrager (28) omvat, 25 waarbij de bagagedrager (28) een ondersteuningsstang (280) omvat, die vanaf de achterste framebuis (22) naar achteren loopt en die een achterste einde (281) heeft, die voorzien is van een bagageframe (282) en meerdere rollen (283), waarbij de rollen (283) zo zijn uitgevoerd, dat ze wanneer het 30 rijwiel zich in de opgevouwen toestand bevindt, kunnen rollen over een vlak oppervlak tezamen met de voorste en achterste wieleenheden (23, 24). j 1 0271 1 9 i ,8. A folding bicycle according to claim 1, characterized in that the frame unit (2) further comprises a luggage carrier (28), wherein the luggage carrier (28) comprises a support rod (280) which extends from the rear frame tube (22). runs rearwards and has a rear end (281), which is provided with a luggage frame (282) and a plurality of rollers (283), the rollers (283) being designed such that when the bicycle is in the folded state , can roll over a flat surface together with the front and rear wheel units (23, 24). j 1 0271 1 9 i,

9. Vouwfiets volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de positioneereenheid (3) omvat: een sluitring (37) die is bevestigd aan de voorste framebuis (21) op een plek dicht bij het achterste eindvlak 5 (213) van de voorste framebuis (21); en een sluithaak (38) die vast is bevestigd aan de achterste framebuis (22) op een plek vlak bij het voorste eindvlak (223) van de achterste framebuis (22) en die valt in de sluitring (37) teneinde verdraaiing van de voorste en 10 achterste framebuizen (21, 22) ten opzichte van elkaar te voorkomen wanneer het rijwiel in de opgevouwen toestand is gebracht. 1 0271 1 9The folding bicycle according to claim 1, characterized in that the positioning unit (3) comprises: a washer (37) attached to the front frame tube (21) at a location close to the rear end face 5 (213) of the front frame tube (21); and a closure hook (38) fixedly attached to the rear frame tube (22) at a location close to the front end face (223) of the rear frame tube (22) and falling into the washer (37) to rotate the front and rear 10 rear frame tubes (21, 22) with respect to each other when the bicycle is brought into the folded state. 1 0271 1 9