NL1023140C2 - Wandelwagen. - Google Patents

Wandelwagen. Download PDF

Info

Publication number
NL1023140C2
NL1023140C2 NL1023140A NL1023140A NL1023140C2 NL 1023140 C2 NL1023140 C2 NL 1023140C2 NL 1023140 A NL1023140 A NL 1023140A NL 1023140 A NL1023140 A NL 1023140A NL 1023140 C2 NL1023140 C2 NL 1023140C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
stroller
rod
rods
front wheel
folding mechanism
Prior art date
Application number
NL1023140A
Other languages
English (en)
Inventor
Imre Peter Jacobs
Adriaan Siewertsen
Original Assignee
Maxi Miliaan Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Maxi Miliaan Bv filed Critical Maxi Miliaan Bv
Priority to NL1023140A priority Critical patent/NL1023140C2/nl
Priority to PL04076063T priority patent/PL1466810T3/pl
Priority to ES04076063T priority patent/ES2308099T3/es
Priority to AT04076063T priority patent/ATE401228T1/de
Priority to EP04076063A priority patent/EP1466810B1/en
Priority to DE602004015013T priority patent/DE602004015013D1/de
Priority to PT04076063T priority patent/PT1466810E/pt
Application granted granted Critical
Publication of NL1023140C2 publication Critical patent/NL1023140C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B7/00Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators
    • B62B7/04Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor
    • B62B7/06Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable
    • B62B7/08Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable in the direction of, or at right angles to, the wheel axis
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B7/00Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators
    • B62B7/04Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor
    • B62B7/06Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable
    • B62B7/068Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable by sliding a bushing along a rod, e.g. like folding means of an umbrella
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B7/00Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators
    • B62B7/04Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor
    • B62B7/044Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor three wheeled
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B7/00Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators
    • B62B7/04Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor
    • B62B7/06Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B7/00Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators
    • B62B7/04Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor
    • B62B7/06Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable
    • B62B7/08Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable in the direction of, or at right angles to, the wheel axis
    • B62B7/086Carriages for children; Perambulators, e.g. dolls' perambulators having more than one wheel axis; Steering devices therefor collapsible or foldable in the direction of, or at right angles to, the wheel axis becoming smaller in all three dimensions

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Carriages For Children, Sleds, And Other Hand-Operated Vehicles (AREA)

Description

' r
Wandelwagen
De uitvinding heeft betrekking op een wandelwagen voorzien van ten minste een voorwiel en twee achterwielen, welke wielen met behulp 5 van een opvouwbaar vouwmechanisme met elkaar zijn verbonden, welke wandelwagen verder is voorzien van een met het vouwmechanisme verbonden, van een handvat voorzien stang, waarbij de wandelwagen van een uitgeklapte positie naar een ingeklapte positie opvouwbaar is en vice versa.
10 Bij een dergelijke, uit het Amerikaanse octrooi schrift US-A-5.863.061 bekende wandelwagen omvat het vouwmechanisme twee op afstand van elkaar gelegen scharnierende delen, waarbij aan elk deel drie strangen zijn verbonden. Een stang strekt zich uit naar een achterwiel, een stang naar het voorwiel en een stang is verbonden met het handvat. 15 Bovendien is een met het voorwiel verbonden stang van het ene scharnierende deel, met behulp van een verdere stang scharnierbaar verbonden met een met een achterwiel verbonden stang van het andere scharnierende deel en vice versa.
Deze bekende wandelwagen heeft als nadeel dat de 20 wandelwagen in de ingeklapte positie nog relatief groot is. Dit is voor het transport van de wandelwagen met behulp van bijvoorbeeld een auto of fiets ongewenst.
De uitvinding beoogt een wandelwagen te verschaffen die in ineengeklapte positie relatief compact, is waarbij de wandelwagen 25 bovendien relatief eenvoudig van de ingeklapte positie naar de uitgeklapte positie uitvouwbaar is en vice versa.
Dit doel wordt bij de wandelwagen volgens de uitvinding bereikt doordat het vouwmechanisme is voorzien van een kruisvormig stangenstelsel dat ten minste een centraal gedeelte omvat alsmede een 30 aantal van het centrale gedeelte uitstrekkende stangen, waarbij van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinden van de stangen zijn verbonden met 2 de achterwielen respectievelijk de van het handvat voorziene stang, het vouwmechanisme is verder voorzien van een met het voorwiel verbonden stang, welke stang met een van het voorwiel afgekeerd uiteinde verschuifbaar is verbonden met het centrale gedeelte.
5 Op deze wijze kan de wandelwagen door het ten opzichte van elkaar verschuiven van het centrale gedeelte en de met het voorwiel verbonden stang eenvoudig van de uitgeklapte positie naar de ingeklapte positie worden opgevouwen en vice versa. Bovendien wordt op deze wijze een compact ingeklapte wandelwagen verkregen.
10 Een uitvoeringsvorm van de wandelwagen volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het centrale gedeelte een bus omvat waarin de met het voorwiel verbonden stang verschuifbaar is gelagerd.
Op deze wijze kan de met het voorwiel verbonden stang eenvoudig in de bus worden gelagerd, terwijl de van het centrale gedeelte 15 uitstrekkende stangen eenvoudig met de bus kunnen worden verbonden. De stangen van het kruisvormig stangenstelsel kunnen zowel star als scharnierbaar met elkaar zijn verbonden. Bij een starre verbinding kan de wandelwagen in twee dimensies worden opgevouwen, terwijl bij een scharnierende verbinding de wandelwagen in drie dimensies kan worden 20 opgevouwen.
Een verdere uitvoeringsvorm van de wandelwagen volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het vouwmechanisme is voorzien van een gasveer die zich evenwijdig aan de met het voorwiel verbonden stang uit strekt, waarbij een uiteinde van de gasveer is verbonden met de met 25 het voorwiel verbonden stang en een ander uiteinde van de gasveer is verbonden met het centrale gedeelte.
Met behulp van de gasveer wordt het vouwmechanisme eenvoudig naar de uitgeklapte positie gedrukt en in deze positie gehouden. Bij het inklappen van het vouwmechanisme dient het centrale 30 gedeelte tegen veerkracht van de gasveer in, in de richting van het voorwiel te worden verschoven. Het voordeel van een gasveer is dat met
* I
, 3 behulp van een gasveer met een relatief beperkt volume toch een relatief grote veerkracht kan worden geleverd. Verder wordt door de dempende werking van de gasveer de wandelwagen geleidelijk van de ingeklapte positie naar de uitgeklapte positie uitgevouwen. Door de compacte opbouw 5 van gasveren is het bovendien relatief eenvoudig om de gasveer onder te brengen in een holle stang van het vouwmechanisme.
Een weer verdere uitvoeringsvorm van de wandelwagen volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het kruisvormig stangenstelsel ten minste vier stangen omvat waarbij twee stangen aan van het centrale 10 gedeelte afgekeerde uiteinden elk zijn voorzien van een achterwiel, terwijl twee andere stangen aan van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinde elk zijn voorzien van een van een handvat voorziene stang.
Op deze wijze is het kruisvormig stangenstelsel relatief eenvoudig en symmetrisch van opbouw.
15 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen waarin: fig. 1A-1C respectievelijk een zijaanzicht, perspectivisch aanzicht en achteraanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een wandelwagen volgens de uitvinding toont in een uitgeklapte positie, 20 fig. 2A en 2B een zijaanzicht en perspectivisch aanzicht tonen van de in fig. IA-1C weergegeven wandelwagen in een gedeeltelijk ingeklapte positie, fig. 3A en 3B een zijaanzicht en perspectivisch aanzicht tonen van de in fig. IA-1C weergegeven wandelwagen in een verdere 25 ingeklapte positie, fig. 4A en 4B een zijaanzicht en perspectivisch aanzicht tonen van de in fig. 1A-1C weergegeven wandelwagen in een volledig ingeklapte positie, fig. 5A en 5B een perspectivisch aanzicht en zijaanzicht 30 tonen van een tweede uitvoeringsvorm van een wandelwagen volgens de uitvinding in een uitgeklapte positie, Η I fig. 6A-6C een perspectivisch aanzicht, zijaanzicht en I achteraanzicht tonen van de in fig. 5A-5B weergegeven wandelwagen in een I uitgeklapte positie zonder kinderzitting, I fig. 7A-10B perspectivische aanzichten en zijaanzichten I 5 tonen van de in fig. 6A-6B weergegeven wandelwagen in steeds verder I ingeklapte posities, I fig. 11 een zijaanzicht toont van een deel van de in fig.
I 5A-10B weergegeven wandelwagen.
In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van I 10 eenzelfde verwijzingscijfer, I Fig. 1A-4B tonen zijaanzichten, perspectivische aanzichten I en een achteraanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een I wandelwagen 1 volgens de uitvinding. De wandelwagen 1 1s voor de I duidelijkheid van de tekening niet voorzien van een zitting voor een met I 15 behulp van de wandelwagen te vervoeren kind. De wandelwagen 1 is voorzien I van twee zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende duwstangen 2, 3 die aan uiteinden elk zijn voorzien van een handvat 4, 5. Tussen de handvaten 4, I 5 strekken zich twee scharnierbaar en vergrendel baar met behulp van I vergrendel element 6 met elkaar verbonden stangen 7, 8 uit. De duwstangen I 20 2, 3 zijn aan een van de handvaten 4, 5 afgekeerde zijde via scharnieren 9, 10 scharnierbaar verbonden met stangen 11, 12. De stangen 11, 12 zijn I aan van de duwstangen 2, 3 afgekeerde zijden onderling verbonden met een I koppelstuk 13, waaraan een voorwiel 14 zwenkbaar en om een zich verticaal I uitstrekkende as is gelagerd. De scharnieren 9, 10 zijn elk gebonden met I 25 een verbindingselement 15, 16 die verder zijn voorzien van scharnieren I 17, 18 waarmee uiteinden van J-vormige stangen 19, 20 zijn verbonden. De I J-vormige stangen 19, 20 zijn aan van de scharnieren 17, 18 afgekeerde I zijden scharnierbaar verbonden met een centraal gedeelte vormende bus 21.
I Aan de bus 21 zijn verder twee wielondersteuningsstangen 22, 23 I 30 scharnierbaar verbonden. De wielondersteuningsstangen 22, 23 zijn elk aan I het van de bus 21 af gekeerd uiteinde voorzien van een om een zich » 5 horizontaal uitstrekkende as roteerbaar achterwiel 24, 25. De wielondersteuningsstangen 22, 23 zijn verder aan van de bus 21 afgekeerde uiteinden scharnierbaar verbonden met tussenstangen 26, 27 die aan van de achterwielen 24, 25 afgekeerde uiteinden 28, 29 scharnierbaar nabij 5 koppelstuk 13 scharnierbaar zijn bevestigd met de stangen 11, 12. Het nabij het voorste wiel 14 gelegen koppelstuk 13 is verbonden met een uiteinde van een stang 30 die met een van het koppelstuk 13 afgekeerde zijde verschuifbaar is gelagerd in de bus 21. De J-vormige stangen 19, 20 en de wielondersteuningsstangen 22, 23 vormen samen een kruisvormig 10 stangenstelsel, waarvan de stangen scharnierbaar zijn verbonden met een door de bus 21 gevormd centraal gedeelte.
Fig. 1A-1C tonen de wandelwagen 1 in de volledig uitgeklapte positie. Fig. 4A en 4B tonen de wandelwagen 1 in de volledig ingeklapte positie. Deze ingeklapte positie wordt bereikt door vanuit de 15 in fig. 1A-1C weergegeven uitgeklapte positie, het element 6 te ontkoppelen waardoor de aan weerszijden van het element 6 gelegen stangen 7, 8 ten opzichte van elkaar kunnen scharnieren. Vervolgens worden door een gebruiker de duwstangen 2, 3 in de door pijl PI aangegeven richting gezwenkt, waarbij de duwstangen 2, 3 evenwijdig aan de stangen 11, 12 20 komen te liggen (fig. 3A, 3B).
Daarna wordt de bus 21 in de door pijl P2 aangegeven richting over de stang 30 naar het met het voorwiel 14 verbonden koppel element 13 geschoven. Hierbij scharnieren de J-vormige stangen 19, 20 om de scharnieren 17, 18 in de door pijl P3 aangegeven richting 25 alsmede ten opzichte van de bus 21 in de door pijl P4 aangegeven richting. Tegelijkertijd scharnieren de wielondersteuningsstangen 22, 23 ten opzichte van de bus 21 in de door pijl P5 aangegeven richting. De tussenstangen 25, 26 scharnieren hierbij om de scharnieren 28, 29 in de door pijl P6 aangegeven richting. De bus 21 wordt zover in de door 30 pijl P2 aangegeven richting over de stang 30 verplaatst, totdat de wandelwagen 1 de in fig. 4A en 4B weergegeven ingeklapte positie heeft I bereikt. De afmeting LI van de ingeklapte wandelwagen 1 is nagenoeg even I groot als de afmeting L2 van de wandelwagen 1 in uitgeklapte positie, I waarbij de afmeting L2 de afstand is tussen de voorste zijde van het I voorwiel 14 en de achterzijde van het achterwiel 24. Hierbij is L2 5 bijvoorbeeld 58 cm terwijl LI 65 cm is. De hoogte Hl (bijvoorbeeld 25 cm) I van de ingeklapte wandelwagen 1 is iets groter dan de diameter
(bijvoorbeeld 15 cm) van het voorwiel 14 terwijl de breedte BI
(bijvoorbeeld 22 cm) van de ingeklapte wandelwagen 1 ongeveer drie keer de breedte bl (bijvoorbeeld 6 cm) van de achterwielen 24 bedraagt.
I 10 Bij voorkeur is in de stang 30 een veer, bij voorkeur een gasveer, gelegen die met een uiteinde is verbonden met het I koppelingselement 13 en met een ander uiteinde is verbonden met de bus I 21. De gasveer zal aan de hand van fig. 11 nog nader worden toegelicht.
De wandelwagen 1 is op daartoe geëigende posities voorzien I 15 van vergrendelingsmiddelen met behulp waarvan het tijdens gebruik I ongewenst inklappen van de wandelwagen 1 wordt verhinderd. Van de I wandelwagen 1 is in de figuren 1A-4B enkel een frame getoond. In het I frame kan met op zich bekende middelen een zitting voor een kind worden I bevestigd. De zitting kan een niet-opvouwbare kuipvormige zitting zijn, I 20 in welk geval de zitting voorafgaand aan het inklappen van de I wandelwagen 1 van het frame dient te worden verwijderd. De zitting kan I echter ook een bijvoorbeeld uit doek vervaardigde zitting zijn, die aan I de stangen 2, 3, 11, 12 is bevestigd en die bij het inklappen van de I wandelwagen 1 aan het frame bevestigd kan blijven.
I 25 Fig. 5A-10B tonen een tweede uitvoeringsvorm van een I wandelwagen 41 volgens de uitvinding die is voorzien van een U-vormige I beugel 42 die twee zich evenwijdig uitstrekkende duwstangen 43, 44 omvat I alsmede een de duwstangen 43, 44 verbindend handvat 45. De duwstangen 43, I 44 zijn aan van het handvat 45 af gekeerde zijde scharni erbaar vla I 30 scharnier 46, 47 verbonden met twee J-vormige stangen 48, 49 (zie I fig. 6C). De J-vormige stangen 48, 49 zijn aan van de scharnieren 46, 47 • t 7 afgekeerde zijde star verbonden met een koppelstuk 50. Het koppelstuk 50 is zwenkbaar verbonden met een een centraal gedeelte vormende bus 51. Tussen de duwstangen 43, 44 en de bus 51 strekken zich hulpstangen 52, 53 uit die zowel met de duwstangen 43, 44 als met de bus 51 scharnierbaar 5 zijn bevestigd. De hulpstangen 52, 53 strekken zich nagenoeg evenwijdig aan de J-vormige stangen 48, 49 uit en vormen daarmee een parallellogram. Aan het koppelelement 50 zijn verder twee wielondersteuningsstangen 54, 55 star bevestigd. De wielondersteuningsstangen 54, 55 zijn aan van het koppelingselement 50 afgekeerde zijde voorzien van om een horizontale as 10 roteerbare achterwielen 56, 57. Tussen de wielondersteuningsstangen 54, 55 en een uiteinde 65 van een in de bus 51 gelagerde stang 60 strekken zich hulpstangen 58, 59 uit die zowel scharnierbaar met het uiteinde 65 als met de wielondersteuningsstangen 54, 55 zijn verbonden. In de bus 51 is de stang 60 verschuifbaar gelagerd. De stang 60 is aan een van de 15 bus 51 afgekeerde zijde voorzien van een wielophangelement 61 en een zwenkbaar daarmee verbonden voorwiel 62. Het voorwiel 62 is verder roteerbaar om een horizontale as met het element 61 verbonden. De wandelwagen 41 is verder voorzien van een zitting 63 voor een kind, welke zitting 63 bij voorkeur losneembaar nabij scharnieren 46, 47 met de 20 wandelwagen 41 is verbonden.
De wandelwagen 41 kan van de in fig. 5A en 5B weergegeven uitgeklapte positie worden ingeklapt naar de in fig. .10A-10B weergegeven ingeklapte positie. Hierbij kan naar wens de zitting 63 van de wandelwagen 41 worden verwijderd. Het is echter ook mogelijk om de 25 zitting 63 niet te verwijderen. Voor het inklappen van de wandelwagen 41 worden in de scharnieren 46, 47 gelegen ontgrendelingen (niet zichtbaar) ontgrendeld, waarna de scharnieren 46, 47 in de door pijl P14 aangegeven richting naar voren worden verplaatst, waarbij de U-vormige beugel 42 in de door pijl Pil aangegeven richting om de scharnieren 46, 47 wordt 30 gezwenkt. Hierbij worden door de parallellogramvormige opstelling van de stangen 48, 52 respectievelijk 49, 53 een kanteling van een door de stangen 48, 49, 54, 55 gevormd star kruisvormig stangenstelsel ten opzichte van de bus 51 om de as 64 in de door pijl P12 aangegeven I richting bewerkstelligd. Doordat de wielondersteuningsstangen 54, 55 via H de hulpstangen 58, 59 zijn verbonden met het uiteinde 65 van de stang 60 H 5 zal ten gevolge van de zwenking van het stangenstelsel in de door I pijl P12 aangegeven richting, de bus 51 in de door pijl P13 aangegeven I richting over de stang 60 naar het voorwiel 62 toe worden verschoven.
I Aldus zal de wandelwagen 41 achtereenvolgens de in fig. 7A-7B; fig. 8A- 8B; fig. 9A-9B en uiteindelijk de in fig. 10A-10B weergegeven ingeklapte 10 positie innemen. In deze positie heeft de ingeklapte wandelwagen 41 een lengte L3 die iets groter is dan de afstand tussen de voorkant van het I voorwiel 62 en de achterkant van het achterwiel 56, een hoogte H3 hebben I die gelijk is aan de diameter van het achterwiel 56 en een breedte B3 I hebben die gelijk is aan de afstand tussen de achterwielen 56, 57. Deze 15 afmetingen zal de wandelwagen 41 hebben indien de zitting 63 is I verwijderd. Door de zitting 63 kunnen de afmetingen van de ingeklapte wandelwagen 41 iets groter zijn. Ook bij de wandelwagen 41 is in de stang 60 bij voorkeur een gasveer gelegen die met een uiteinde nabij het element 61 met de stang 60 is verbonden en met een ander uiteinde met de 20 bus 51 is verbonden.
Indien de duwstangen 43, 44 van de U-vormige beugel 42 als telescopische, in elkaar schuifbare buizen zijn uitgevoerd, is het mogelijk om de U-vormige beugel 42 zodanig in te schuiven dat in de ingeklapte positie de lengte L3 gelijk is aan de afstand van voorwiel tot 25 achterwiel. Indien de wielen losneembaar zijn, zullen de hoogte H3 en de lengte L3 nog kleiner zijn.
Bij het inklappen van de wandelwagen 41 treedt als het ware een tweedimensionaal inklappen op terwijl bij de wandelwagen 1 een driedimensionaal inklappen optreedt omdat daarbij ook de achterwielen 23, 30 24 en de handvaten 4, 5 met de daarmee verbonden stangen naar elkaar toe worden verplaatst.
9
' I
Fig. 11 toont een deel van de in fig, 5A-10B weergegeven wandelwagen 41, waarbij een gasveer 70 in een stang 60 is gelegen. De gasveer 70 is voorzien van een cilinder 71, die met een uiteinde is verbonden met het wielophangelement 61 en een in de cilinder 71 in en 5 tegengesteld aan de door pijl P13 aangegeven richting verplaatsbare zuigerstang 72, die met een van de cilinder 71 afgekeerd uiteinde is verbonden met de bus 51. Op de bus 51 is een scharnierpunt 50' voor respectievelijk scharnierbare bevestiging van het koppelingselement 50 zichtbaar. Aan het uiteinde van de stang 60 is het uiteinde 65 gelegen 10 met een scharnierpunt 58' waaraan de hulpstang 58 scharnierbaar is bevestigd.
Het is ook mogelijk om het kruisvormig stangenstelsel uit te voeren als een centrale plaat met daarvan af uitstrekkende, met de wielen en handvaten bevestigde elementen.
15 Het is mogelijk dat de wielen enkelvoudig of dubbelvoudig (zie voorwiel 14) zijn uitgevoerd.
Het is ook mogelijk dat de met het voorwiel verbonden stang hol is, waarbij het centrale gedeelte is voorzien van een in de holle stang schuifbare pen.
20 Het is ook moge!ijk om de gasveer tussen of aan willekeurige andere stangen van de wandelwagen te bevestigen.
Het is ook mogelijk om het voorwiel in rijrichting gezien aan de achterzijde en de achterwielen aan de voorzijde te positioneren.
Zowel in de ingeklapte positie als in de uitgeklapte 25 positie kan bij voorkeur met op zich bekende vergrendelmiddelen het ongewenst respectievelijk uitklappen of inklappen worden verhinderd.
Het is ook mogelijk om de gasveer op éen andere plaats in de wandelwagen aan te brengen, waarbij door de gasveer het uitklappen van de wandelwagen wordt ondersteund, dat wil zeggen dat met behulp van de 30 gasveer het vouwmechanisme naar de uitgeklapte positie wordt verplaatst. Het voordeel van een gasveer is dat het uitklappen veel geleidel ijker kan I plaatsvinden dan met een spiraal veer.
Bij voorkeur zijn de stangen van het kruisvormig I stangenstelsel scharnierbaar met het centrale gedeelte verbonden. Het is I ook mogelijk om het centrale gedeelte star met het kruisvormig 5 stangenstelsel te verbinden.

Claims (9)

1. Wandelwagen voorzien van ten minste een voorwiel en twee achterwielen, welke wielen met behulp van een opvouwbaar vouwmechanisme 5 met elkaar zijn verbonden, welke wandelwagen verder is voorzien van een met het vouwmechanisme verbonden, van een handvat voorzien stang, waarbij de wandelwagen van een uitgeklapte positie naar een ingeklapte positie opvouwbaar is en vice versa, met het kenmerk, dat het vouwmechani sme is voorzien van een kruisvormig stangenstelsel dat ten minste een centraal 10 gedeelte omvat alsmede een aantal van het centrale gedeelte uitstrekkende stangen, waarbij van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinden van de stangen zijn verbonden met de achterwielen respectievelijk de van het handvat voorziene stang, het vouwmechanisme is verder voorzien van een met het voorwiel verbonden stang, welke stang met een van het voorwiel 15 afgekeerd uiteinde verschuifbaar is verbonden met het centrale gedeelte.
2. Wandelwagen volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het centrale gedeelte een bus omvat waarin de met het voorwiel verbonden stang verschuifbaar is gelagerd.
3. Wandelwagen volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat 20 het vouwmechanisme is voorzien van een gasveer die zich evenwijdig aan de met het voorwiel verbonden stang uitstrekt, waarbij een uiteinde van de gasveer is verbonden met de met het voorwiel verbonden stang en een ander uiteinde van de gasveer is verbonden met het centrale gedeelte.
4. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies, met het 25 kenmerk, dat het kruisvormig stangenstelsel ten minste vier stangen omvat waarbij twee stangen aan van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinden elk zijn voorzien van een achterwiel, terwijl twee andere stangen aan van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinde elk zijn voorzien van een van een handvat voorziene stang.
5. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stangen van het kruisvormig stangenstelsel star met H elkaar zijn verbonden.
6. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat stangen van het kruisvormige stangenstelseT I scharnierbaar met het centrale gedeelte zijn verbonden.
57. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat twee tot het kruisvormig stangenstelsel behorende stangen I aan van het centrale gedeelte afgekeerde uiteinden elk zijn voorzien van I een van een handvat voorziene stang, alsmede van een met het voorwiel verbonden stang. I 10 8. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het stangenstelsel is voorzien van ten minste een zich tussen de van het handvat voorziene stang en de centrale bus I uitstrekkende hulpstang die zich evenwijdig aan de tussen de centrale bus I en de van het handvat voorziene stang uitstrekt.
9. Wandelwagen volgens een der voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat het vouwmechanisme is voorzien van een hulpstang die zich tussen een van het voorwiel afgekeerd uiteinde van de met het voorwiel I verbonden stang en de met het achterwiel verbonden stang uitstrekt.
10. Wandelwagen voorzien van een opvouwbaar vouwmechanisme, met 20 het kenmerk, dat de wandelwagen is voorzien van een gasveer met behulp I waarvan het vouwmechanisme vanuit een ingeklapte positie naar een I uitgeklapte positie verplaatsbaar is.
NL1023140A 2003-04-10 2003-04-10 Wandelwagen. NL1023140C2 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023140A NL1023140C2 (nl) 2003-04-10 2003-04-10 Wandelwagen.
PL04076063T PL1466810T3 (pl) 2003-04-10 2004-04-05 Wózek-spacerówka
ES04076063T ES2308099T3 (es) 2003-04-10 2004-04-05 Cochecito infantil.
AT04076063T ATE401228T1 (de) 2003-04-10 2004-04-05 Schiebewagen
EP04076063A EP1466810B1 (en) 2003-04-10 2004-04-05 Stroller
DE602004015013T DE602004015013D1 (de) 2003-04-10 2004-04-05 Schiebewagen
PT04076063T PT1466810E (pt) 2003-04-10 2004-04-05 Carrinho de transporte de crianças

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023140A NL1023140C2 (nl) 2003-04-10 2003-04-10 Wandelwagen.
NL1023140 2003-04-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1023140C2 true NL1023140C2 (nl) 2004-10-13

Family

ID=33448471

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1023140A NL1023140C2 (nl) 2003-04-10 2003-04-10 Wandelwagen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1023140C2 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3839660A1 (de) * 1988-11-24 1990-05-31 Hartan Kinderwagen Kindersportwagen
US5558357A (en) * 1995-08-24 1996-09-24 Sci-Tw International Inc. Trolley frame foldable in one-step operation
US5863061A (en) 1996-10-25 1999-01-26 Ziegler; Scott William Collapsible three wheeled stroller
US6533309B2 (en) * 2001-06-12 2003-03-18 Wan-Hsin Lin Tricycle stroller frame

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3839660A1 (de) * 1988-11-24 1990-05-31 Hartan Kinderwagen Kindersportwagen
US5558357A (en) * 1995-08-24 1996-09-24 Sci-Tw International Inc. Trolley frame foldable in one-step operation
US5863061A (en) 1996-10-25 1999-01-26 Ziegler; Scott William Collapsible three wheeled stroller
US6533309B2 (en) * 2001-06-12 2003-03-18 Wan-Hsin Lin Tricycle stroller frame

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1466810B1 (en) Stroller
NL1012334C2 (nl) Wandelwagen.
NL1031214C2 (nl) Wandelwagen.
US4681340A (en) Child's folding pushchair
EP2691284B1 (en) Collapsible pushchair
US7390012B2 (en) Folding baby buggy
US8360461B2 (en) Foldable stroller
NL1033729C2 (nl) Wandelwagen.
NL2011101C2 (en) Stroller.
US20020041082A1 (en) Stroller with folding frame and retractable handlebar
US7410185B2 (en) Foldable stroller frame assembly
NL2008330C2 (nl) Inrichting en samenstelling voor het vervoeren van een kind, zoals een kinderwagen en/of buggy.
CN112389567B (zh) 可折叠沙滩拖车
GB2251830A (en) Foldable pushchair.
CN208646946U (zh) 一种推车
NL1023140C2 (nl) Wandelwagen.
CN106627720B (zh) 儿童推车
WO2010052257A1 (en) Collapsible pushchair
CN110481621A (zh) 儿童推车
NL1025569C2 (nl) Wandelwagen.
CN221251266U (zh) 用于可折叠推车的立杆连接组件及可折叠推车
NL2010958C2 (nl) Inklapbare frameconstructie.
CN107650993B (zh) 儿童推车
GB2351263A (en) Push-chairs

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20091101