NL1010870C2 - Kettingspannersamenstel voor rijwiel. - Google Patents
Kettingspannersamenstel voor rijwiel. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1010870C2 NL1010870C2 NL1010870A NL1010870A NL1010870C2 NL 1010870 C2 NL1010870 C2 NL 1010870C2 NL 1010870 A NL1010870 A NL 1010870A NL 1010870 A NL1010870 A NL 1010870A NL 1010870 C2 NL1010870 C2 NL 1010870C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- transverse direction
- cam surface
- wall
- circumferential
- annular
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62M—RIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
- B62M9/00—Transmissions characterised by use of an endless chain, belt, or the like
- B62M9/16—Tensioning or adjusting equipment for chains, belts or the like
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Devices For Conveying Motion By Means Of Endless Flexible Members (AREA)
Description
Kettingspanner samenstel voor rijwiel
De uitvinding heeft betrekking op een kettingspannersamenstel, meer in het bijzonder op een kettingspannersamenstel voor een rijwiel waardoor de spanning van een rijwielketting ingesteld kan worden zonder noodzaak een achteras van een achterwiel los te nemen uit een achtervork van het rijwielframe.
Het rijwiel omvat een zadelbuis met een onderste lager dat aangebracht is in een onderste deel daarvan, een trapas die roteerbaar aangebracht is in het onderste lager, een kettingwiel dat op de trapas aangebracht is, een kettingsteun die zich in langsrichting » naar achteren toe uitstrekt vanaf de onderste lager, een zadelsteun waarvan het bovenste uiteinde verbonden met de zadelbuis en een onderste uiteinde met de kettingsteun verbonden is onder vorming van een achtervork, een achteras die zich in dwarsrichting uitstrekt en voorzien is van een linker- en rechteruiteinde dat bevestigd is ten opzichte van de kettingsteun, een achterste wielnaaf die roteerbaar aangebracht is op de achterste wielas tussen het linker en rechter einde, een vrij loopwiel dat aangebracht is op de achterste wielnaaf, en een ketting die over het kettingwiel en het vrij loopwiel gelijk is teneinde een rotatie van het kettingwiel door te geven van het achterste wielnaaf,.
Een nadeel van het hiervoor beschreven rijwiel is erin gelegen dat wanneer de rijder de spanning van de ketting wenst in te stellen, de achteras losgenomen dient te worden van de kettingsteun en verplaatst dient te worden ten opzichte van het kettingwiel voor de spanbewerking. Er moeten twee handen gebruikt worden, teneinde de twee uiteinde van de achteras vast te houden tijdens de kettingspanbewerking om zo het onjuist richten van de achteras ten opzichte van de dwarse aslijn, waardoor de berijder ongemak zou ondervinden te voorkomen.
1011870 2
De uitvinding heeft derhalve tot doel een kettingspansamenstel voor een rechterwiel te verschaffen waarbij de ketting op eenvoudige wijze kan worden ingesteld door gebruik te maken van een enkele hand.
5 De kettingspansamenstelling volgens de uitvin ding wordt derhalve toegepast in een rijwiel dat voorzien is van een zadelbuis met een onderste lager dat aangebracht is in een onderste deel van de zadelbuis, een roteerbaar in het onderste lager aangebrachte trapas, een 10 op de trapas aangebracht kettingwiel, een kettingsteun die zich in langsrichting naar achteren toe uitstrekt vanaf het onderste lager, een zadelsteun waarvan een bovenste uiteinde verbonden is met de zadelbuis en een onderste uiteinde met de kettingsteun gevormd is voor de 15 bepaling van een achtervork, een achteras die zich in een eerste dwarsrichting uitstrekt en voorzien is van een eerste aslijn, een eerste linkeruiteinde en een eerste rechteruiteinde dat bevestigd is ten opzichte van een kettingsteun, een achterste wielnaaf die roteerbaar 20 gelagerd is op de achteras tussen het eerste linker- en rechteruiteinde, een vrij loopwiel dat op de achterste wielnaaf aangebracht is in de nabijheid van het eerste rechteruiteinde, en een ketting die over het kettingwiel en het vrij loopwiel gelijk is teneinde een rotatie van 25 het kettingwiel door te geven aan de achterste wielnaaf. Het kettingspansamenstel volgens de uitvinding omvat een klemorgaan en een ingeklemd orgaan. Het klemorgaan is ingericht om bevestigd te worden aan de achtervork, en vertoont een tweede linker- en rechteruiteinde in de 30 eerste dwarsrichting, alsmede een binnenste ringvormige wand die zich in de eerste dwarsrichting uitstrekt en aan het tweede linker- en rechteruiteinde open is. De binnenste ringvormige wand bepaald een ringvormig nok oppervlak met een afmeting die in langsrichting instelbaar is, 35 teneinde in een span- en een losstaand geplaatst te worden. Het ingeklemde orgaan is zo aangebracht dat dit zich naar rechts uitstrekt vanaf het eerste rechtereinde van de achteras en een tweede aslijn vertoont die inge- 1011870 3 richt is om ten opzichte van de eerste aslijn versprongen geplaatst te worden, alsmede een nokdeel met een omtreks-wand die radiaal ten opzichte van, en rond de tweede aslijn geplaatst is ten einde samen te werken met het 5 ringvormige nok oppervlak, zodanig dat het nokdeel schuivend roteerbaar ten opzichte van het ringvormig nok oppervlak wanneer het ringvormig nok oppervlak de los-laatstand inneemt.
Andere kenmerken en voordelen van de uitvinding 10 zullen duidelijk worden uit de navolgende gedetailleerde beschrijving van de voorkeursuitvoering daarvan, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekening, waarin: figuur 1 een zijaanzicht is van de voorkeursuitvoering van een kettingspansamenstel volgens de uit-15 vinding bij toepassing in een rijwiel; figuur 2 weergeeft hoe het kettingspansamenstel volgens de voorkeursuitvoering aangebracht is op het rijwiel; en figuur 3 toont hoe een ingeklemd orgaan ver-20 plaatst wordt ten opzichte van een inklemorgaan dat toegepast wordt bij het kettingspansamenstel.
Gewezen wordt naar figuren l en 2, waar de voorkeursuitvoering van de een kettingspansamenstel volgens de uitvinding gebruikt wordt in een rijwiel dat 25 voorzien is van een zadelbuis 15 met een onderste lager 17 dat zich in een onderste deel van de zadelbuis 15 bevindt, een trapas 18 die roteerbaar gelagerd is in het onderste lager 17, een kettingwiel 13 dat aangebracht is op de trapas 18, een kettingsteun 35 die zich in langs-30 richting naar achteren uitstrekt vanaf het onderste lager 17, een zadelsteun 36 waarvan het bovenste uiteinde verbonden is met de zadelbuis 15 en het onderste uiteinde met de kettingsteun 35 gevormd is tot een achtervork, een achteras 20 die zich in een eerste dwarsrichting uit-35 strekt en een eerste aslijn vertoont, alsmede een linker-uiteinde 21 en een rechteruiteinde 23 die bevestigd zijn ten opzichte van de kettingsteun 35, een achterste wiel-naaf 10 die roteerbaar aangebracht is op de achteras 20 101 1870 4 tussen het linker- en rechteruiteinde 21,23, een vrij-loopwiel 11 dat vast bevestigd is op de achterste wiel-naaf 10 in de nabijheid van het rechteruiteinde 23 daarvan, en een ketting 60 die over het kettingwiel 13 en het 5 vrijloopwiel 11 geleid is ten einde een rotatie van het kettingwiel 13 door te geven aan de achterste wielnaaf 10. De kettingspansamenstelling omvat een klemorgaan 30 en een ingeklemd orgaan 40.
Zoals weergegeven is het klemorgaan 30 inge-10 richt om bevestigd te worden aan de achtervork van het rijwielframe, en vertoont dit een linker- en rechteruiteinde 30L,30R in de eerste dwarsrichting, alsmede een eerste ringvormige wand 31 die zich in de eerste dwarsrichting uitsteekt en die aan het linker- en rechteruit-15 einde 30L en 30R open is. De binnenste ringvormige wand 31 bepaald een ringvormig nok oppervlak met een afmeting die instelbaar is in langsrichting ten einde in een spanen losstaand verplaatst te worden.
Het ingeklemde orgaan 40 strekt zich naar 20 rechts uit vanaf het rechteruiteinde van de achteras 20 en vertoont een tweede aslijn die versprongen ten opzichte van de eerste aslijn 40A, alsmede een nokdeel 43 met een omtrekswand 43W die radiaal verloopt ten opzichte van, en rond de tweede aslijn 40B ten einde samen te 25 werken met het ringvormige nok oppervlak, zodanig dat het nokdeel 43 schuivend roteerbaar is ten opzichte van het ringvormig nok oppervlak wanneer het ringvormig nok oppervlak de loslaatstand inneemt.
In deze uitvoeringsvorm toont de binnenste 30 ringvormige wand 31 een begin- en een einddeel 31L,31T die in langsrichting op afstand van elkaar gelegen zijn, met daartussen een ruimte 33. Het klemorgaan 30 vertoont verder een voorste en achterste oor 32 dat als een geheel gevormd is met, en zich naar buiten toe uitstrekt vanaf 35 het voorste en achterste einddeel 31L, respectievelijk 31T in de tweede dwarsrichting, welke "loodrecht staat op zowel de eerste dwarsrichting als de langsrichting. Een bevestigingsorgaan brengt het voorste oor 32 in langs- 1011870 5 richting naar het achterste oor 32 teneinde de afmeting van het ringvormig nok oppervlak in te stellen.
De omtrekswand 43W omvat een linker en rechter omtreksdeel 43L,43R welke in de eerste dwarsrichting op 5 afstand van elkaar geplaatst zijn en ingericht zijn om respectievelijk samen te werken met overeenkomstige delen van het ringvormig nok oppervlak. Een ringvormige aanslag 42 is zodanig aangebracht dat deze zich radiaal naar buiten toe uitstrekt vanaf het linker omtreksdeel 43L en 10 distaai naar het rechter omtreksdeel 43R teneinde tegen het linkeruiteinde 30L van het klemorgaan 30 te rusten, om zo het verder uitsteken van het nokdeel 43 naar binnen het klemorgaan 30 te voorkomen wanneer het ingeklemde orgaan 40 in de eerste dwarsrichting gebracht wordt, 15 teneinde het nokdeel 43 in te laten klemmen in de binnenste ringvormige wand 31.
In deze uitvoeringsvorm omvat het ingeklemde orgaan 40 een rechter wand 43M die loodrecht staat op de tweede aslijn en samenwerkt met het rechteromtreksdeel 20 43R, teneinde een omtreksverbinding te vormen. De rechterwand 43M vertoont een paar daarin gevormde boringen 44 die zich in de eerste dwarsrichting uitstrekken en aangebracht zijn op een versprongen positie ten opzichte van de eerste aslijn 40A, teneinde door middel van een ge-25 reedschap 70 (zie figuur 3) ingebracht en ingedreven te worden. Het bevestigingsorgaan omvat een aantal borg-schroeven 50 die zich met schroefdraad uitstrekken door het voorste en achterste oor 32. De linker- en rechterom-teksdelen 43L,43R werken samen ter vorming van een asbe-30 vestigingsgat rond de eerste aslijn 40A, welke zich in de eerste dwarsrichting uitstrekt.
Het rechter einddeel 23 van de achteras 20 is bij voorkeur voorzien van een met schroefdraad uitgerust koppeleinde 22 teneinde in de as bevestiginsopening van 35 het ingeklemde orgaan 40 geschroefd te kunnen worden.
Onder verwijzing naar figuren 1 en 3 worden, wanneer het wenselijk is de spanning van de ketting 60 in te stellen, het voorste en achterste oor 32 ten opzicht 10118 7 0 6 en van elkaar losgemaakt. Twee sleutels van het gereedschap 70 worden in de insteekboringen 44 gebracht (zie figuur 2) teneinde het nokdeel 43 in de binnenste ringvormige wand 31 te doen roteren. Door het roteren van het 5 nokdeel 43 in de binnenste ringvormige wand 31 kan het ingeklemde orgaan 40 bewogen worden ten opzichte van het inklemorgaan 30, hetgeen op zijn beurt lijdt tot een beweging van de achteras 20 ten opzichte van de trapas 17, waardoor de instelling van de spanning van de ketting 10 60 wordt bereikt.
i 1011870
Claims (4)
1. Kettingspansamenstel voor een rijwiel, welk rijwiel voorzien is van een zadelbuis (15) van een onderste lager (17) dat zich in een onderste deel van zadelbuis (15) bevindt, alsmede een trapas (18) die roteerbaar 5 gelagerd is en het onderste lager (17), een kettingwiel (13) dat aangebracht is op de trapas (18), een ketting-steun (35) die zich in langsrichting naar achteren toe uitstrekt vanaf het onderste lager (17), en zadelsteun (36) waarvan een bovenste uiteinde verbonden is met 10 zadelbuis (15) en een onderste uiteinde met de ketting-steun (35) gevormd is tot een achtervork, een achteras (20) die zich in een eerste dwarsrichting uitstrekt en een eerste aslijn vertoont, alsmede een eerste linkeruit-einde en een eerste rechteruiteinde (21,23) die ten op-15 zichte van de kettingsteun (35) bevestigd zijn, een achterste wielnaaf (10) die roteerbaar gelagerd is op de achteras (20) tussen het eerste linker- en rechteruiteinde (21,23), en een vrijloopwiel (11) dat op de achterste wielnaaf (10) aangebracht is in de nabijheid van het 20 eerste rechteruiteinde (23), alsmede een ketting (60) die over het kettingwiel (13) en het vrijloopwiel (11) geleid is teneinde een rotatie van het kettingwiel door te geven aan de achterste wielnaaf (10), waarbij het kettingspansamenstel gekenmerkt wordt door: 25 een klemorgaan (30) dat ingericht is om beves tigd te worden aan de achtervork en voorzien is van een tweede linker- en rechteruiteinde (30L,30R) in de eerste dwarsrichting, alsmede een binnenste ringvormige wand (31) die zich in de eerste dwarsrichting uitstrekt en aan 30 het tweede linker- en rechteruiteinde (30L,30R) open is, welk binnenste ringvormige wand (31) een ringvormig nok oppervlak bepaald met een afmeting die instelbaar is in de langsrichting ten einde in een span- en losstaand geplaatst te worden, en 35 een ingeklemd orgaan (40) dat zich naar rechts toe uitstrekt vanaf het eerste rechter uiteinde van de 101 1870 achteras (20), en dat een tweede aslijn (40B) vertoont welke versprongen geplaatst is ten opzichte van de eerste aslijn (40A), alsmede een nokdeel (43) met een omtreks-wand (43W) die radiaal gericht is ten opzichte van en 5 zich uitstrekt rond de tweede as (40B) teneinde samen te werken met het ringvormig nok oppervlak, zodanig dat het nokdeel (43) verschuivend roteerbaar is ten opzichte van het ringvormig nok oppervlak wanneer het ringvormige nok oppervlak de loslaatstand inneemt.
2. Kettingspansamenstel volgens conclusie l, met het kenmerk, dat de binnenste ringvormige wand (31) een voorste en achterste uiteinde (31L,31T) omvat die in de langsrichting op afstand van elkaar geplaatst zijn met daartussen een ruimte (33), waarbij het klemorgaan (30) 15 verder een voorste en achterste oor (32) omvat die als een geheel gevormd zijn met en zich naar buiten toe uitstrekken vanaf respectievelijk het voorste en achterste uiteinde (31L,31T) en een tweede dwarsrichting welke loodrecht staat op zowel de eerste dwarsrichting als de 20 langsrichting, en een bevestigingsorgaan voor het in langsrichting vasthoudend naar het achterste oor (32) brengen van het voorste oor (32) teneinde de afmetingen van het ringvormig nok oppervlak in te stellen.
3. Kettingspansamenstel volgens conclusie 1, 25 met het kenmerk, dat de omtrekswand (43W) een linker en rechteromtreksdeel (43L,43R) omvat die in de eerste dwarsrichting op afstand van elkaar geplaatst zijn en ingericht zijn voor samenwerking met respectievelijk overeenkomstige delen van het ringvormig nok oppervlak, 30 alsmede een ringvormig aanslag (42) die zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekt vanaf het linker omtreksdeel (43L) en distaai gericht is ten opzichte van het rechter omtreksdeel (43R) teneinde tegen het tweede linkeruiteinde (30L) van het klemorgaan (30) te komen te 35 rusten, om zo het verder uitsteken van het nokdeel (43) in het klemorgaan (30) te voorkomen wanneer het ingeklemde orgaan (40) in de eerste dwarsrichting gebracht wordt, 1011870 teneinde het nokdeel (43) in de binnenste ringvormige wand (31) te doen klemmen.
4. Kettingspansamenstel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het ingeklemde orgaan (40) een 5 uiterste rechterwand (43M) omvat die dwars op de tweede aslijn gericht is en een omtrektsverbinding vormt met het rechter omtreksdeel (43R), waarbij de meest rechterwand (43M) voorzien is van een daarin gevormde insteekboring (44) die zich in de eerste dwarsrichting uitstrekt en die 10 zich in een versprongen positie bevindt ten opzichte van de eerste aslijn, teneinde bewogen te worden door een daar ingestoken gereedschap. 101187Q
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010870A NL1010870C2 (nl) | 1998-12-22 | 1998-12-22 | Kettingspannersamenstel voor rijwiel. |
DE29823213U DE29823213U1 (de) | 1998-12-22 | 1998-12-30 | Vorrichtung zur Einstellung der Kettenspannung eines Fahrrades |
US09/298,780 US6129645A (en) | 1998-12-22 | 1999-04-23 | Chain tension adjustment assembly for a bicycle |
Applications Claiming Priority (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010870A NL1010870C2 (nl) | 1998-12-22 | 1998-12-22 | Kettingspannersamenstel voor rijwiel. |
NL1010870 | 1998-12-22 | ||
DE29823213U DE29823213U1 (de) | 1998-12-22 | 1998-12-30 | Vorrichtung zur Einstellung der Kettenspannung eines Fahrrades |
DE29823213 | 1998-12-30 | ||
US09/298,780 US6129645A (en) | 1998-12-22 | 1999-04-23 | Chain tension adjustment assembly for a bicycle |
US29878099 | 1999-04-23 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1010870C2 true NL1010870C2 (nl) | 2000-06-23 |
Family
ID=27220191
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1010870A NL1010870C2 (nl) | 1998-12-22 | 1998-12-22 | Kettingspannersamenstel voor rijwiel. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US6129645A (nl) |
DE (1) | DE29823213U1 (nl) |
NL (1) | NL1010870C2 (nl) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US7918474B2 (en) * | 2009-02-20 | 2011-04-05 | Trek Bicycle Corporation | Bicycle dropout assembly |
US20110034280A1 (en) * | 2009-08-05 | 2011-02-10 | Hsin-Fa Kang | Bike chain checker |
DE102009039402A1 (de) | 2009-08-31 | 2011-03-03 | Harter, Thomas, Dipl.-Ing. | Anzeige und Vorrichtung zur Einstellung eines Riemenantriebes eines Fahrrades |
DE202011001390U1 (de) | 2011-01-12 | 2011-03-17 | Wasser, Tobias, Dipl.-Ing. | Spannvorrichtung eines Zugmittelgetriebes für Zweiräder |
US9168969B2 (en) | 2011-12-22 | 2015-10-27 | Trek Bicycle Corporation | Eccentric bottom bracket assembly |
DE202012103489U1 (de) * | 2012-09-13 | 2013-12-19 | Makita Corp. | Riementrieb für ein Motorarbeitsgerät |
BE1023230B1 (nl) * | 2015-08-24 | 2017-01-05 | Cnh Industrial Belgium Nv | Spanrolgeheel voor een riemaandrijving |
US11041548B2 (en) * | 2018-08-08 | 2021-06-22 | Ford Global Technologies, Llc | Belt tensioning system and belt tensioning method |
CN111846100B (zh) * | 2019-04-30 | 2022-08-16 | 广东顺德顺泰智能运动器材有限公司 | 一种自行车后拨链器 |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE19634343C2 (de) * | 1996-08-24 | 2003-01-02 | Daimler Chrysler Ag | Spanneinrichtung für Zugmittel mit festgelegtem Spannweg |
JPH10273248A (ja) * | 1997-03-26 | 1998-10-13 | Heidelberger Druckmas Ag | 印刷機用伝動装置 |
US5888159A (en) * | 1997-05-21 | 1999-03-30 | Liao; H. C. | Chain adjuster for bicycles |
-
1998
- 1998-12-22 NL NL1010870A patent/NL1010870C2/nl not_active IP Right Cessation
- 1998-12-30 DE DE29823213U patent/DE29823213U1/de not_active Expired - Lifetime
-
1999
- 1999-04-23 US US09/298,780 patent/US6129645A/en not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
US6129645A (en) | 2000-10-10 |
DE29823213U1 (de) | 1999-03-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP0012097B1 (fr) | Pédale de sécurité à verrouillage par action du pied | |
NL1010870C2 (nl) | Kettingspannersamenstel voor rijwiel. | |
USRE44379E1 (en) | Chain ring protector | |
FR2581611A1 (fr) | Systeme de freinage perfectionne pour bicyclettes | |
US4960402A (en) | Anti-chain wrap device for bicycles | |
FR2713190A1 (fr) | Structure de chenille. | |
US20030171175A1 (en) | Bicycle rear derailleur | |
FR2734539B3 (fr) | Derailleur avant a traction par le haut pour une bicyclette | |
US5685202A (en) | Bicycle pedal device with two cleat retaining units | |
FR2829460A3 (fr) | Trottinette de jogging | |
NL194668C (nl) | Houder voor het bevestigen van een beugelslot aan een framestang van een tweewieler. | |
EP1342658B1 (en) | Bicycle rear derailleur | |
EP1549542B1 (fr) | Organe de fixation de dispositif d entrainement de velo | |
EP0687623A1 (fr) | Véhicule à roues et à chenilettes, apte à fonctionner sur sol dur et sur sol enneigé | |
FR2532608A1 (fr) | Derailleur avant de bicyclette a largeur de fourchette variable | |
ES2287063T3 (es) | Manillar para bicicleta. | |
FR2767775A1 (fr) | Cycle pousseur associe a une voiture d'enfant | |
NL1034299C2 (nl) | Verstelbaar achterpat, fietsframe voorzien van een dergelijk achterpat, alsmede fiets voorzien van een dergelijk fietsframe. | |
FR2644129A1 (fr) | Dispositif souple de fixation d'une chaussure sur une pedale de bicyclette | |
FR2746761A1 (fr) | Pedale automatique de cycle | |
FR2744683A1 (fr) | Porte velo universel | |
NL1023658C2 (nl) | Kettinggeleider. | |
FR2828674A1 (fr) | Velo a pedalage lineaire | |
JP2500171Y2 (ja) | 自動二輪車の後輪保持構造 | |
FR3137892A1 (fr) | Système pour l’assistance motorisée d’un cycle par friction comportant un boîtier moteur amovible |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20080701 |