NL1006225C1 - Inrichting voor het bewerken van een grasmat, in het bijzonder van een sportveld. - Google Patents

Description

Inrichting voor het bewerken van een grasmat, in het bijzonder van een sportveld.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bewerken van een grasmat, in het bijzonder de grasmat 5 van een sportveld, welke inrichting een aan een trekker te koppelen frame omvat, welk frame, gezien in de bewegingrich-ting ervan, op afstand van elkaar staande ondersteunings-organen bezit waarmee het frame over de grond verrijdbaar is tijdens het gebruik van de inrichting en welk frame een 10 aandrijfbare as ondersteunt die, gezien bij het gebruik van de inrichting, haaks op de bewegingrichting van het frame en nagenoeg horizontaal loopt, welke as is voorzien van haaks op de hartlijn ervan staande bewerkings-organen.

Een dergelijke inrichting is bekend uit NL-A-9401654. 15 Bij deze bekende inrichting is de as voorzien van messen die liggen in vlakken die haaks op de hartlijn van de as staan en bij het draaien van de as over een zekere afstand in de grond steken en de grond omhoog stuwen tot boven de grasmat uit. De opgestuwde grond kan dan, voor zover nodig, over de 20 grasmat worden verdeeld, zodat een egaler grasmat wordt verkregen.

Hoewel met deze bekende inrichting reeds een zeker effect wordt bereikt, blijkt vaak een verdere bewerking van de grasmat noodzakelijk. Dit is bijvoorbeeld gewenst nabij 25 de doelgebieden van grasmatten, die worden gebruikt voor het voetballen en dergelijke sporten. In deze gebieden kunnen, behalve oneffenheden, graspollen of eilanden van graspollen ontstaan en/of een sterke begroeiing met onkruiden zoals varkensgras. In de praktijk blijkt het met de normale gras-30 maaiers onmogelijk deze pollen en onkruiden af te maaien.

Verder kan een grasmat een slechts grasbestand bezitten en/of een viltlaag die de grasmat zeer nadelig beïnvloedt.

De uitvinding beoogt nu een inrichting van het hiervoor beschreven type te verschaffen waarmee verschillende bewer-35 kingen kunnen worden uitgevoerd. Hierdoor kan bespaard worden op de benodigde apparatuur. Ook kan in bepaalde gevallen worden bespaard op mankracht, daar de inrichting door een enkele persoon kan worden bediend en gelijktijdig 1006225 2 verschillende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd.

Volgens de uitvinding wordt dit bereikt, doordat de met de aandrijfbare as verbonden bewerkings-organen worden gevormd door nagenoeg haaks op de hartlijn van de as staande 5 armen die elk aan hun vrije einde zijn voorzien van haaks er op staande, in hoofdzaak evenwijdig aan de hartlijn van de as lopende, plaatvormige messen die zich zodanig uitstrekken dat de werkings-gebieden van de messen van op elkaar volgende, over de lengterichting van de as verdeeld staande, armen 10 elkaar overlappen en over tenminste een deel van de omtrek van de messen met het frame een kap is verbonden voor het geleiden van het losgemaakte materiaal, waarbij de onder-steunings-organen worden gevormd door rollen die ten opzichte van het frame in hoogte instelbaar zijn.

15 Door middel van de hoogte-instelling kan de inrichting zowel worden gebruikt voor het maaien als voor het maaifre-zen. Bij dit laatste zullen de messen plaatselijke oneffenheden kunnen verwijderen. Wanneer de messen op een iets grotere diepte worden ingesteld kan de grasmat door het 20 frezen worden verpulverd en bij nog grotere diepte geheel worden afgefreesd. Hierdoor kan, tegen geringe kosten, de gehele grasmat worden vervangen. Ook kunnen viltlagen in de grasmat, die vooral ontstaan op zandige sportveld-construc-ties, volledig worden opgeruimd.

25 Om een geraakkeli jke af voer van het losgemaakte, te verwijderen materiaal, dan wel een deel daarvan, mogelijk te maken kan er in worden voorzien dat, gezien in de bewegingsrichting van het frame, na de aandrijf bare as daarvan, een transporteur, zoals een transportband dan wel een zeefband, 30 aanwezig is, voor het opvangen van het door de messen losgemaakte materiaal en de afvoer daarvan.

Bij "afvoer" kan dan zowel worden gedacht aan de direk-te afvoer zoals door middel van een met de inrichting mee rijdende wagen als aan een met de transportband verbonden, 35 bak waarin een zekere hoeveelheid grond of ander materiaal tijdelijk kan worden opgenomen.

In het eerste geval kan op het einde van de transporteur een verzwenkbaar met het frame verbonden tweede transporteur aansluiten die zich schuin naar boven toe uit kan 1006225 3 strekken. Bij toepassing van een zee£band kan een deel van het losgemaakte materiaal direkt op de grond terug vallen en kunnen andere bestanddelen worden afgevoerd.

Om te bereiken, dat de stand van de messen ten opzichte 5 van de grond zo weinig mogelijk wordt beïnvloed door oneffenheden in de grasmat, kan er in worden voorzien, dat tenminste één der ondersteunings-organen wordt gevormd door twee op enige afstand van elkaar staande rollen die zijn verbonden met een juk, dat verzwenkbaar is verbonden met het 10 frame en wel volgens een as die zich, gezien in vertikale projectie, tussen de hartlijnen van de beide rollen in bevindt.

Wanneer nu de voorste rol van het rollenpaar over een oneffenheid heen gaat zal deze rol iets omhoog of omlaag 15 bewegen. Het juk zal zich echter in vertikale richting over een geringere hoogte verplaatsen zodat de afstand tussen de roterende messen en de grond minder door de oneffenheid wordt beïnvloed.

Tevens wordt hierdoor bereikt, dat het gewicht van de 20 inrichting over de beide rollen wordt verdeeld, waardoor de op de grond uitgeoefende belasting wordt verkleind. Dit is in het bijzonder van belang wanneer gebruik gemaakt wordt van de transportband waarvan het gewicht dan over twee rollen kan worden verdeeld. Hierdoor zal de inrichting, en 25 zullen dus ook de messen, ten opzichte van het horizontale vlak nagenoeg dezelfde stand in blijven nemen zodat zuiver freeswerk kan worden verkregen.

Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding kan met het frame een bewerkings-inrichting worden gekoppeld 30 bestaande uit een hulpframe dat in hoogte instelbaar is en waaraan naar beneden toe stekende poten zijn bevestigd die aan hun ondereinde zijn voorzien van schoffeltanden, waarbij het hulpframe eveneens is voorzien van een, afzonderlijk in hoogte instelbaar gestel voor het ondersteunen van een 35 walsrol.

De walsrol kan dan worden gebruikt voor het rollen van een grasmat of van, bijvoorbeeld eerst losgemaakte, grond waarbij dan de schoffeltanden zich op afstand boven de grond bevinden. Daarbij kan de druk op de walsrol worden vergroot 1006225 4 door het overbrengen van een deel van het gewicht van de trekker en/of van de inrichting daarop.

Bij het gebruik van de schoffeltanden kan de walsrol er voor zorgen dat de tanden over de gewenste diepte in de 5 grond steken. Met behulp van de schoffeltanden kan de grond over een zekere diepte worden losgewoeld en kunnen grondlagen met elkaar worden vermengd zodat laagvorming wordt tegengegaan dan wel opgeheven. De inrichting wordt dan dus gebruikt als een zogenaamde cultivator.

10 Hoewel het mogelijk is het hulpframe met het frame te koppelen wanneer het hulpframe moet worden gebruikt kan het hulpframe in het bijzonder verzwenkbaar met het frame zijn verbonden en wel zodanig dat het in hoofdzaak boven het frame kan komen te liggen, terwijl het frame zodanig zal 15 zijn uitgevoerd dat het vanaf beide zijden met de trekker kan worden gekoppeld.

Bij het gebruik van de walsrol zal dus het frame met de trekker worden gekoppeld aan de van de walsrol afgekeerde zijde ervan. Aan deze zijde bevindt zich de transporteur die 20 wegneembaar of verzwenkbaar met het frame is verbonden zodanig dat koppeling van het frame met de trekker mogelijk is. Bij het gebruik van de messenas en de transporteur zal het hulpframe naar boven toe worden verzwenkt tot het boven het frame ligt. Er behoeven dan geen tijdrovende koppelingen 25 van onderdelen te worden uitgevoerd.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoerings-voorbeeld, getoond in de tekening, waarin:

Fig. 1 schematisch een zijaanzicht toont van een inrichting volgens de uitvinding waarbij, ter wille van de 30 duidelijkheid, bepaalde delen zijn weggelaten;

Fig. 2 een eindaanzicht toont van de aangedreven as en de daarmee verbonden armen met messen; en

Fig. 3 een zijaanzicht toont overeenkomstig fig. 1 maar met het hulpframe in de omhoog gezwenkte stand.

35 De tekening toont een inrichting die een frame 1 omvat dat aan beide zijden is voorzien van, op zich bekende, middelen voor het koppelen van het frame met een trekker.

Het frame 1 ondersteunt een as 2, die door een snaar- dan wel kettingoverbrenging 3 en een as 4 kan worden aangedreven 10062?ς 5 vanaf een tandwielkast 5, waarvan de ingaande as 6 wordt aangedreven vanaf de trekker.

De as 2 is voorzien van armen 7, die aan hun vrije einden zijn voorzien van plaatvormige messen 8, die in 5 hoofdzaak evenwijdig lopen met de hartlijn van de as 2. De messen zijn zodanig aangebracht dat de werkings-gebieden van de messen 8 van op elkaar volgende, over de lengterichting van de as verdeeld staande, armen 7 elkaar overlappen. Over tenminste een deel van de omtrek van de messen 8 is met het 10 frame 1 een kap 9 verbonden voor het geleiden van het losgemaakte materiaal. De einden van de kap 9 zijn, ter wille van de veiligheid, afgesloten waarbij de onderrand van de betreffende zijplaten zich tot dicht bij de onderste rand van de messenbaan uitstrekt.

15 Het frame 1 wordt enerzijds ondersteund door een rol 10, waarvan de draaiingsas 11 in hoogte instelbaar is door middel van de handgrepen 12. Anderzijds wordt het frame 1 ondersteund door een rollenpaar 13, 14 waarvan de draaiings-assen 15, 16 zijn opgenomen in een juk 17 dat draaibaar is 20 om de as 18, die in hoogte instelbaar is door middel van de handgrepen 19. Met de handgrepen 12 en 19 kunnen bijvoorbeeld op bekende wijze schroefstangen worden bediend waarmee telescopisch in elkaar verschuifbare cilinders ten opzichte van elkaar kunnen worden verplaatst.

25 Met het frame 2 is het gestel van een transporteur 20 verbonden, die zich evenwijdig aan de as 2 uitstrekt en dient voor het opnemen van het door de messen 8 losgemaakte en weggeslagen materiaal. De transporteur 20 kan losneembaar met het frame 1 zijn verbonden waartoe ook gebruik kan 30 worden gemaakt van snelkoppelingen 21. Boven de transporteur kan een kap 22 zijn aangebracht die aansluit op de kap 9. Op het ene einde van de transporteur 20 kan een schuin omhoog lopende transporteur 23 zijn aangesloten waarvan in fig 1 slechts enkele delen zijn getoond. Met behulp hiervan kan 35 losgemaakt materiaal vanaf de transporteur 20 op een met de inrichting mee rijdende wagen worden gebracht. De transporteur 23 kan zowel zich zowel zijdelings van de inrichting uitstrekken als naar achteren toe. De transporteur 20 kan ook als zeef band zijn uitgevoerd zodat een deel van het 1006225 6 losgemaakte materiaal direkt op de grond terug kan vallen.

Met het frame 1 kan ook een hulpframe 24 worden gekoppeld, dat bijvoorbeeld om de scharnierpunten 25 verzwenkbaar is en waarvan de stand kan worden bestuurd door middel van 5 de hydraulische cilinder 26. Het hulpframe 24 draagt naar beneden toe stekende poten 27 die zijn voorzien van schof-feltanden 28.

Met het hulpframe 24 zijn in de scharnierpunten 29 armen 30 verbonden waarvan de stand wordt bestuurd met 10 behulp van de hydraulische cilinder 31. De armen 30 dragen een as 32 waarop zich een walsrol 33 bevindt.

Wanneer de schoffeltanden 28 moeten worden gebruikt kan de diepte waarover deze in de grond steken worden bestuurd door middel van de hydraulische cilinder 26 terwijl met 15 behulp van de cilinder 31 de walsrol 33 over de gewenste afstand naar boven toe zal worden gebracht. Wanneer in het bijzonder de walsrol 33 moet worden gebruikt kunnen de schoffeltanden zich boven de grond bevinden.

Bij het gebruik van het hulpframe 24 en de daarmee 20 verbonden onderdelen zal de transporteur worden verwijderd zodat de, als gezien in fig. 1, rechter zijde van het frame 1 met de trekker kan worden gekoppeld. Wanneer de messenas 2 moet worden gebruikt kan het hulpframe 24 worden verzwenkt naar de stand als getoond in fig. 3. De trekker kan dan 25 worden gekoppeld met de linker zijde van het frame 1.

Zoals reeds boven gezegd kan, door de nauwkeurige instelling van de afstand waarop het frame 1 zich boven de grond bevindt, de inrichting, in het bijzonder de messenas 2 ervan, voor zeer verschillende doeleinden worden gebruikt.

30 Door de aanwezigheid van het hulpframe 24 en de daarmee verbonden delen, zoals de schoffeltanden 28 en de walsrol 33, is de inrichting op eenvoudige wijze geschikt te maken voor het uitvoeren van nog andere werkzaamheden.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een enkele mogelij-35 ke uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding in de tekening is weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-gedachte te vallen, zoals deze in bijgaande conclusies is aangegeven.

1006225

Claims (6)

1. Inrichting voor het bewerken van een grasmat, in het bijzonder de grasmat van een sportveld, welke inrichting een aan een trekker te koppelen frame (1) omvat, welk frame, 5 gezien in de bewegingrichting ervan, op afstand van elkaar staande ondersteunings-organen (10,13,14) bezit waarmee het frame over de grond verrijdbaar is tijdens het gebruik van de inrichting en welk frame een aandrijfbare as (2) ondersteunt die, gezien bij het gebruik van de inrichting, haaks 10 op de bewegingrichting van het frame (1) en nagenoeg horizontaal loopt, welke as is voorzien van haaks op de hartlijn ervan staande bewerkings-organen (8, met het kenmerk, dat de met de aandrijfbare as (2) verbonden bewerkings-organen worden gevormd door nagenoeg haaks op de hartlijn van de as 15 staande armen (7) die elk aan hun vrije einde zijn voorzien van haaks er op staande, in hoofdzaak evenwijdig aan de hartlijn van de as lopende, plaatvormige messen (8) die zich zodanig uitstrekken dat de werkings-gebieden van de messen van op elkaar volgende, over de lengterichting van de as 20 verdeeld staande, armen (7) elkaar overlappen en over tenminste een deel van de omtrek van de messen (8) met het frame (1) een kap (9) is verbonden voor het geleiden van het losgemaakte materiaal, waarbij de ondersteunings-organen worden gevormd door rollen (10,13,14) die ten opzichte van 25 het frame (1) in hoogte instelbaar zijn.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat gezien in de bewegingsrichting van het frame (1), na de aandrijfbare as (2) daarvan, een transporteur, zoals een transportband (20) dan wel een zeef band, aanwezig is voor 30 het opvangen van het door de messen (8) losgemaakte materiaal en de afvoer daarvan.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat op het einde van de transporteur (20) een verzwenkbaar met het frame verbonden tweede transporteur (23) aansluit 35 die zich schuin naar boven toe uitstrekt. 1 006225

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste één der ondersteunings-organen wordt gevormd door twee op enige afstand van elkaar staande rollen (13,14) die zijn verbonden met een juk (17), dat 5 verzwenkbaar is verbonden met het frame (1) en wel volgens een as (18) die zich, gezien in vertikale projectie, tussen de hartlijnen van de beide rollen (13,14) in bevindt.

5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat met het frame (1) een bewerkings-inrichting 10 is gekoppeld bestaande uit een hulpframe (24) dat in hoogte instelbaar is en waaraan naar beneden toe stekende poten (27) zijn bevestigd die aan hun ondereinde zijn voorzien van schoffeltanden (28), waarbij het hulpframe (24) eveneens is voorzien van een, afzonderlijk in hoogte instelbaar gestel 15 (30) voor het ondersteunen van een walsrol (33).

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het hulpframe (24) verzwenkbaar met het frame (1) is verbonden en wel zodanig dat het in hoofdzaak boven het frame (1) kan komen te liggen, terwijl het frame (1) zodanig is 20 uitgevoerd dat het vanaf beide zijden met de trekker kan worden gekoppeld. 1006225