NL1005655C2

NL1005655C2 - Systeem voor het verbinden van voorwerpen.

Info

Publication number: NL1005655C2
Application number: NL1005655A
Authority: NL
Inventors: Hendrik Van De Riet
Original assignee: Hendrik Van De Riet
Priority date: 1997-03-27
Filing date: 1997-03-27
Publication date: 1998-09-29
Also published as: CN1251635A; AU7334298A; DE69800448T2; PT867578E; ES2153231T3; GR3035506T3; JP2001516412A; EP0867578A1; WO1998044215A1; AU742710B2; DK0867578T3; EP0867578B1; ATE198368T1; DE69800448D1

Description

3453

Systeem voor het verbinden van voorwerpen

De uitvinding heeft betrekking op een koppelstuk dat 5 bevestigd kan worden op het uiteinde van een metalen staafvormig voorwerp, welk koppelstuk is voorzien van een gat met een inwendige schroefdraad. Wanneer het uiteinde van het voorwerp is voorzien van uitwendige schroefdraad, kan het koppelstuk op dat uiteinde worden geschroefd.

10

Hoewel met het koppelstuk volgens de uitvinding velerlei voorwerpen onderling kunnen worden verbonden, is het koppelstuk in het bijzonder geschikt voor het onderling verbinden van stukken wapening in beton en voor het 15 bevestigen van andere voorwerpen aan zulke stukken wapening. Hoewel de uitvinding daartoe niet beperkt is, zal hierna voornamelijk worden gesproken over het verbinden van de uiteinden van stukken betonijzer.

20 Het onderling verbinden van de uiteinden van stukken betonijzer, teneinde de wapening te vormen voordat om die wapening beton wordt gestort, dient zodanig te gebeuren dat relatief grote drukkrachten en/of trekkrachten kunnen worden overgebracht. Voorts moet worden vermeden dat de 25 sterkte van het betonijzer vermindert door een verkleining van het oppervlak van de dwarsdoorsnede.

Vooral op de bouwplaats, waar uiteinden van stukken wapening met elkaar moeten worden verbonden is het 30 wenselijk dat die verbinding snel en efficiënt en op betrouwbare wijze kan gebeuren, waarbij het voordelig is wanneer dat met een minimum aan .gereedschap kan plaatsvinden. Bovendien is het wenselijk dat het afgeknipte of afgezaagde uiteinde van het betonijzer, zonder enige 35 bewerking met een koppelorgaan in aangrijping kan worden gebracht. Voorts is het ongewenst dat het koppelstuk een te 1005655 2 groot volume in het gestorte beton inneemt, vooral in een richting dwars op het betonijzer.

De uitvinding beoogt een koppelstuk waarmee twee uiteinden 5 van stukken wapening onderling kunnen worden verbonden en/of dat bevestigd kan worden aan het uiteinde van een staafvormig voorwerp, dat snel en betrouwbaar kan worden aangebracht en waarbij een of meer van bovenstaande doelen worden bereikt.

10

Hiertoe is het koppelstuk volgens de uitvinding voorzien van een coaxiaal op de inwendige schroefdraad aansluitend schroefdraad-tap-gereedschap dat gelegen is tussen de inwendige schroefdraad en de ingang van het gat. Met een 15 schroefdraad-tap-gereedschap wordt hier bedoeld een integraal met het koppelstuk gevormd deel dat in staat is een uitwendige schroefdraad te vervaardigen.

Op deze manier is het mogelijk om op eenvoudige wijze het 20 koppelstuk op het uiteinde van een stuk betonijzer te schroeven, waarbij eerst een schroefdraad wordt getapt en vervolgens de getapte schroefdraad in aangrijping komt met de inwendige schroefdraad van het koppelstuk. Bij voorkeur wordt de schroefdraad uitsluitend, of bijna geheel in de 25 ribben, die de oppervlakteprofilering van het betonijzer vormen, getapt. Het gat kan een blind gat zijn of een doorlopend gat.

In een voorkeursuitvoering is het gat een doorlopend gat 30 dat nabij beide uiteinden is voorzien van onderling coaxiaal aangebrachte schroefdraad-tap-gereedschappen, waartussen het gat van inwendige schroefdraad is voorzien. Een dergelijk koppelstuk kan eerst op het uiteinde van een eerste stuk betonijzer worden geschroefd, waarna het 1005655 3 uiteinde van een tweede stuk betonijzer in het koppelstuk wordt geschroefd. Daarmee kan snel een eenvoudige, betrouwbare en sterke verbinding tot stand worden gebracht.

5 Door het gat te voorzien van twee gedeelten met elk een inwendige schroefdraad, die elk aansluiten op een schroefdraad-tap-gereedschap, kan elk uiteinde in een gedeelte met inwendige schroefdraad worden geschroefd. Daarbij kan tussen de twee gedeelten een vernauwing in het 10 gat aanwezig zijn die een begrenzing vormt voor de diepte waarmee elk uiteinde in het koppelstuk kan worden geschroefd. Daarbij kunnen de schroefdraad-tap-gereedschappen een verschillende diameter hebben zodat zij een verschillende schroefdraad kunnen tappen en de 15 aansluitende gedeelten met inwendige schroefdraad kunnen overeenkomstig van een verschillende schroefdraad zijn voorzien.

Bij voorkeur heeft althans een gedeelte van het koppelstuk 20 uitwendig in hoofdzaak de vorm van een cilinder die coaxiaal gericht is ten opzichte van het gat. Daarbij kan het oppervlak van de cilinder althans gedeeltelijk zijn voorzien van wrijvingsverhogende middelen, zoals een axiaal gericht rib-profiel. Dit vergemakkelijkt het aangrijpen van 25 het koppelstuk bij het draaien ervan.

In een voorkeursuitvoering heeft althans een gedeelte van het koppelstuk in dwarsdoorsnede een buitenomtrek in de vorm van een zeshoek, zodat het koppelstuk uitwendig in 30 hoofdzaak de vorm heeft van een regelmatige zeskant waarvan de zes vlakken evenwijdige snijlijnen hebben. Het koppelstuk kan dan met gebruikelijk gereedschap worden gedraaid.

1005655 4

In een andere voorkeursuitvoering is althans een gedeelte van het koppelstuk voorzien van een uitwendige schroefdraad, coaxiaal verlopend met de inwendige schroefdraad. Daarbij kan koppelstuk een in hoofdzaak 5 cilindervormig buitenoppervlak hebben dat geheel van uitwendige schroefdraad is voorzien. Ook kan het koppelstuk een in hoofdzaak cilindervormig buitenoppervlak hebben dat gedeeltelijk is voorzien van een uitwendige schroefdraad en voor het overige is voorzien van een zeskant die geheel 10 binnen de kleinste cilinderoppervlak door de uitwendige schroefdraad ligt.

Wanneer twee uiteinden van stukken betonijzer worden voorzien van zo'n koppelstuk kunne die twee uiteinden 15 onderling worden verbonden door een verbindingsdeel met een doorlopend gat met inwendige schroefdraad eerst op de schroefdraad van het ene koppelstuk te schroeven en dat verbindingsdeel vervolgens gedeeltelijk terug te draaien, zodat het verbindingsdeel tevens op de schroefdraad van het 20 andere koppelstuk wordt geschroefd.

In een andere voorkeursuitvoering is het koppelstuk aan een axiaal gericht einde voorzien van een flens, welke flens vierkant kan zijn en nabij de hoekpunt kan zijn voorzien 25 van gat. Dit koppelstuk kan dan op het uiteinde van een stuk betonijzer worden geschroefd waarna de flens tegen het oppervlak van een bekisting wordt gelegd, al of niet aan de bekisting vastgemaakt door bijvoorbeeld spijkers te slaan door de gaten. Na het storten van het beton en het 30 verwijderen van de bekisting ligt de flens aan het oppervlak van het gestorte beton, zodat aan de flens, of, bij voorkeur, in het gat in het midden van de flens, het uiteinde van een stuk betonijzer, of een willekeurig ander 1005655 5 voorwerp dat stevig moet worden bevestigd, kan worden bevestigd.

In een voorkeursuitvoering is het koppelstuk aan het axiaal 5 gerichte einde, dat is afgekeerd van het einde waar de ingang van het gat met aansluitend het schroefdraad-tap-gereedschap is aangebracht, voorzien van een axiaal gericht gat met een inwendige schroefdraad, zonder dat daar een tap-gereedschap aanwezig is. Daardoor is het mogelijk om 10 door middel van een bout een voorwerp aan het koppelstuk te bevestigen terwijl het aan de andere kant is bevestigd aan het uiteinde van een staafvormig voorwerp.

Bij voorkeur is het koppelstuk voorzien van een opening die 15 het buitenoppervlak verbindt met het inwendige van het gat, door welke opening het zichtbaar of voelbaar is of het staafvormige voorwerp tot genoemde opening in het gat reikt. Bij het in het gat schroeven van het uiteinde van het stuk betonijzer kan dan visueel, of door een staafje in 20 de opening te steken, worden nagegaan of het uiteinde voldoende ver in het koppelstuk reikt. Bij voorkeur is de opening een door het gehele koppelstuk lopend gat, zodat door dat gat kan worden gekeken om te zien of een eventueel voorwerp in het koppelstuk, ter plaatse van de opening, 25 aanwezig is.

Bij voorkeur loopt de ingang van het gat trechtervormig toe tot de plaats waar het toelopende deel aansluit op het schroefdraad-tap-gereedschap. Dat vergemakkelijkt het 30 insteken van het uiteinde van een stuk betonijzer.

Bij voorkeur is het koppelstuk in hoofdzaak vervaardigd uit staal en is het staal ter plaatse van het schroefdraad-tap- 1 005655 6 gereedschap plaatselijk is gehard, bijvoorbeeld door induetie-harden.

In een voorkeursuitvoering is het gat een doorlopend gat en 5 gedeeltelijk voorzien van een rechtse inwendige schroefdraad en gedeeltelijk is voorzien van een linkse inwendige schroefdraad. Twee uiteinden van stukken betonijzer kunnen daardoor met elkaar worden verbonden door een enkele schroefbeweging van het koppelstuk.

10

De uitvinding heeft voorts betrekking op een systeem voor het verbinden van een staafvormig voorwerp met een ander voorwerp, omvattende eerder omschreven koppelstuk en een verbindingsdeel met verbindingsmiddelen die complementaire 15 verbindingsmiddelen van het koppelstuk kunnen aangrijpen.

De verbindingsmiddelen van het verbindingsdeel kunnen een uitwendige schroefdraad omvatten die kan samenwerken met inwendige schroefdraad die de verbindingsmiddelen van het koppelstuk omvatten.

20

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het bevestigen van een uiteinde van een staafvormig voorwerp aan een ander voorwerp, waarbij op genoemd uiteinde een eerder omschreven koppelstuk wordt geschroefd. 25 Indien het staafvormig voorwerp een betonijzer is met een met ribben geprofileerd buitenoppervlak en met het schroefdraad-tap-gereedschap schroefdraad wordt getapt op genoemd uiteinde, wordt bij voorkeur de schroefdraad in hoofdzaak in de ribben gevormd, zodat de sterkte van het 30 betonijzer niet wordt aangetast.

Ook heet de uitvinding betrekking op een gebouw waarvan delen zijn gebouwd door het storten van beton in een bekisting, waarbij stukken wapening in het beton onderling 1005655 7 zijn verbonden onder tussenvoeging van koppelstukken volgens de uitvinding.

Verdere kenmerken van de uitvinding, die zowel in 5 combinatie als afzonderlijk kunnen worden toegepast zijn beschreven in de figuurbeschrijving en zijn vermeld in de conclusies.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder 10 verwijzing naar de tekening, enige uitvoeringsvoorbeelden van een koppelstuk worden beschreven.

Figuur 1 toont een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een koppelstuk,,; 15 Figuur 2 is het eindaanzicht van dat uitvoeringsvoorbeeld; Figuur 3 is een langsdoorsnede van dat uitvoeringsvoorbeeld;

Figuur 4 toont een detail van dat uitvoeringsvoorbeeld; Figuren 5 en 6 tonen hoe dat koppelstuk aan de twee 20 uiteinden van stukken betonijzer wordt bevestigd;

Figuur 7 toont een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een koppelstuk;

Figuur 8 toont een andere koppeling tussen twee uiteinden van stukken betonijzer; 25 Figuur 9 is een langsdoorsnede van een volgens uitvoeringsvoorbeeld van een koppelstuk;

Figuur 10 toont een koppelstuk met een flens;

Figuur 11 toont een koppelverbinding;

Figuur 12 toont een koppelstuk met een flens; 30 Figuur 13 toont een koppelstuk zoals toegepast in figuur 11, en

Figuur 14 toont een volgend uitvoeringsvoorbeeld.

1005655 8

De figuren zijn slechts schematische weergaven, waarbij in de verschillende uitvoeringsvoorbeelden overeenkomende onderdelen met gelijke verwijzingscijfers zijn aangegeven.

5 Figuur 1 toont een koppelstuk 1 met een cilindervormig buitenoppervlak 3 en een doorlopend gat 2. Nabij de ingang is het gat 2 voorzien van een schroefdraad-tap-gereedschap 4, dat voorzien is van snijdelen 5 en uitsparingen 6.

10 Figuur 3 is een langsdoorsnede van het koppelstuk volgens figuur 1. Daarin is een doorlopend gat 2 aanwezig dat aan weerszijden van het midden 16 is voorzien van een inwendige schroefdraad 8,9. Naast elk van die schroefdraden 8,9 is een snijgereedschap 4 aanwezig met snijdelen 5 en 15 uitsparingen 6.

Figuur 4 toont enigszins uitvergroot dat de ingang van het gat 2 ietwat trechtervormig toeloopt, zodat het insteken van een uiteinde van een voorwerp wordt vergemakkelijkt. De 20 trechterhoek is aangegeven met verwijzingscijfer 10.

De figuren 5 en 6 tonen hoe het koppelstuk wordt aangebracht tussen de twee uiteinden 14,15 van stukken betonijzer, waarvan het oppervlak is voorzien van ribben 25 13. De schroefdraad wordt geheel of vrijwel geheel in die ribben 13 gesneden.

Figuur 7 toont een verbinding waarbij twee stukken betonijzer met een onderling verschillende diameter worden 30 verbonden door een koppelstuk 1 met zowel schroefdraad 18,19 als snijgereedschap 20,21 in twee maten.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 8 is eerst elk uiteinde van een stuk betonijzer voorzien van een 1005655 9 koppelstuk 25, van het type zoals weergegeven in figuur 13. Dat koppelstuk heeft van buiten een in hoofdzaak cilindervormig oppervlak, echter gedeeltelijk bestaande uit uitwendige schroefdraad 26 en gedeeltelijk voorzien van een 5 zeskant 27, dat kan worden aangegrepen door een gereedschap om het koppelstuk te draaien.

Nadat de twee koppelstukken 25 zijn aangebracht op de uiteinden van de stukken betonijzer, wordt een 10 verbindingsdeel 29 eerst geheel om het ene koppelstuk 25 geschroefd en vervolgens teruggedraaid zodat het op het andere koppelstuk 25 wordt geschroefd, zodat de situatie die in figuur 8 is weergegeven wordt verkregen.

15 Figuur 9 toont een langsdoorsnede van een koppelstuk 1 met aan de ene kant een rechtse schroefdraad 32 en aan de andere kant een linkse schroefdraad 33, elk grenzend aan een overeenkomend snij gereedschap 34,35 nabij de twee einden van gat 2. Met dit koppelstuk kunnen twee uiteinden 20 worden verbonden terwijl het koppelstuk slechts in een enkele richting wordt geroteerd.

Figuren 10 en 12 tonen een koppeldeel met aan het uiteinde een flens 36, die voorzien is van 4 gaten 37. Het 25 koppelstuk volgens figuur 10 heeft een geribbeld buitenoppervlak 38 zodat het gemakkelijk kan worden aangegrepen om te worden geroteerd. Het koppelstuk volgens figuur 12 heeft een zeskantig buitenoppervlak zodat het met een gebruikelijke sluiten kan worden vastgeschroefd.

30

Figuur 11 is een langsdoorsnede van een verbinding die overeenkomt met de in figuur 8 getoonde verbinding. Figuur 14 toont een verbinding die overeenkomt met de in figuur 7 getoonde verbinding, waarbij echter het buitenoppervlak van 1005655 10 het koppelstuk 1 zeskantig is uitgevoerd. In deze figuur zijn de staafvormige delen 14,15 uit het koppelstuk 1 geschroefd, hetgeen slechts ter illustratie is gedaan.

5 De uitvinding kan op vele manieren in de praktijk worden gebracht, de weergegeven uitvoeringen dienen slechts ter illustratie en moet dan ook als voorbeeld worden beschouwd.

1005655

Claims

1. Koppelstuk dat bevestigd kan worden op het uiteinde van een metalen staafvormig voorwerp, welk koppelstuk 5 is voorzien van een gat met een inwendige schroefdraad en van een coaxiaal daarop aansluitend schroefdraad-tap-gereedschap dat gelegen is tussen de inwendige schroefdraad en de ingang van het gat waarbij het schroefdraad-tap-gereedschap de schroefdraad 10 verspanend kan snijden en een opvangruimte voor de spanen omvat.

2. Koppelstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het gat een doorlopend gat is. 15

3. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het gat een doorlopend gat is en nabij beide uiteinden is voorzien van onderling coaxiaal aangebrachte schroefdraad-tap-gereedschappen, 20 waartussen het gat van inwendige schroefdraad is voorzien.

4. Koppelstuk volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het gat is voorzien van twee gedeelten met elk een 25 inwendige schroefdraad, die elk aansluiten op een schroefdraad-tap-gereedschap.

5. Koppelstuk volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de schroefdraad-tap-gereedschappen een verschillende 30 diameter hebben zodat zij een verschillende schroefdraad kunnen tappen en dat de aansluitende gedeelten met inwendige schroefdraad overeenkomstig van een verschillende schroefdraad zijn voorzien.

6. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat althans een gedeelte van het koppelstuk uitwendig in hoofdzaak de vorm heeft van 1005655 9 ' 12 een cilinder die coaxiaal gericht is ten opzichte van het gat.

7. Koppelstuk volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat 5 het oppervlak van de cilinder althans gedeeltelijk is voorzien van wrijvingsverhogende middelen, zoals een axiaal gericht rib-profiel.

8. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met 10 het kenmerk, dat althans een gedeelte van het koppelstuk in dwarsdoorsnede een buitenomtrek heeft in de vorm van een zeshoek, zodat het koppelstuk uitwendig in hoofdzaak de vorm heeft van een regelmatige zeskant waarvan de zes vlakken evenwijdige 15 snijlijnen hebben.

9. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat althans een gedeelte van het koppelstuk is voorzien van een uitwendige 20 schroefdraad, coaxiaal verlopend met de inwendige schroefdraad.

10. Koppelstuk volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het koppelstuk een in hoofdzaak cilindervormig 25 buitenoppervlak heeft dat geheel van uitwendige schroefdraad is voorzien.

11. Koppelstuk volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het koppelstuk een in hoofdzaak cilindervormig 30 buitenoppervlak heeft dat gedeeltelijk is voorzien van een uitwendige schroefdraad en voor het overige is voorzien van een zeskant die geheel binnen de kleinste cilinderoppervlak door de uitwendige schroefdraad ligt. 35 1005655 f

12. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het koppelstuk aan een axiaal gericht einde is voorzien van een flens.

13. Koppelstuk volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de flens vierkant is en nabij de hoekpunt is voorzien van gat.

14. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met 10 het kenmerk, dat het koppelstuk aan het axiaal gerichte einde, dat is afgekeerd van het einde waar de ingang van het gat met aansluitend het schroefdraad-tap-gereedschap is aangebracht, is voorzien van een axiaal gericht gat met een inwendige schroefdraad. 15

15. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het koppelstuk is voorzien van een opening die het buitenoppervlak verbindt met het inwendige van het gat, door welke opening het 20 zichtbaar of voelbaar is of het staafvormige voorwerp tot genoemde opening in het gat reikt.

16. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ingang van het gat trechtervormig 25 toeloopt tot de plaats waar het toelopende deel aansluit op het schroefdraad-tap-gereedschap.

17. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het koppelstuk in hoofdzaak is 30 vervaardigd uit staal en dat het staal ter plaatse van het schroefdraad-tap-gereedschap plaatselijk is gehard. 35 1005655 i

18. Koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het gat een doorlopend gat is dat gedeeltelijk is voorzien van een rechtse inwendige schroefdraad en gedeeltelijk is voorzien van een 5 linkse inwendige schroefdraad.

19. Systeem voor het verbinden van een staafvormig voorwerp met een ander voorwerp, omvattende een koppelstuk volgens een der voorgaande conclusies, en 10 een verbindingsdeel met verbindingsmiddelen die complementaire verbindingsmiddelen van het koppelstuk kunnen aangrijpen.

20. Systeem volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de 15 verbindingsmiddelen van het verbindingsdeel een uitwendige schroefdraad omvatten die kan samenwerken met inwendige schroefdraad die de verbindingsmiddelen van het koppelstuk omvatten.

21. Systeem volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de verbindingsmiddelen van het verbindingsdeel een inwendige schroefdraad omvatten die kan samenwerken met uitwendige schroefdraad die de verbindingsmiddelen van het koppelstuk omvatten. 25

22. Systeem volgens conclusie 19 voor het onderling verbinden van twee staafvormige voorwerpen, omvattende twee koppelstukken volgens een der conclusies 1-18 en een verbindingsdeel met verbindingsmiddelen die 30 complementaire verbindingsmiddelen van beide koppelstukken kunnen aangrijpen, teneinde de twee koppelstukken onderling te verbinden. 35 1005655 (

23. Systeem volgens conclusie 22, omvattende twee koppelstukken volgens een der conclusies 9-11 en een verbindingsdeel dat een doorlopend gat heeft met een inwendige schroefdraad die past op de uitwendige 5 schroefdraad van beide koppelstukken.

24. Werkwijze voor het bevestigen van een uiteinde van een staafvormig voorwerp aan een ander voorwerp, waarbij 10 op genoemd uiteinde een koppelstuk volgens een der conclusies 1-18 wordt geschroefd.

25. Werkwijze volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat het staafvormig voorwerp een betonijzer is met een met 15 ribben geprofileerd buitenoppervlak, waarbij met het schroefdraad-tap-gereedschap schroefdraad wordt getapt op genoemd uiteinde, welke schroefdraad in hoofdzaak in de ribben wordt gevormd.

26. Werkwijze volgens conclusie 24 of 25, voor het onderling verbinden van de twee uiteinden van staafvormige voorwerpen, waarbij elk van de uiteinden wordt voorzien van een koppelstuk volgens een der conclusies 9-11 en waarbij een verbindingsdeel met een 25 doorlopend gat met inwendige schroefdraad eerst op de schroefdraad van het ene koppelstuk wordt geschroefd en vervolgens gedeeltelijk wordt teruggedraaid, zodat het verbindingsdeel tevens op de schroefdraad van het andere koppelstuk wordt geschroefd. 30

27. Werkwijze volgens conclusie 24 of 25, met het kenmerk, dat een koppelstuk volgens conclusie 12 of 13 op het uiteinde van een stuk betonijzer wordt geschroefd 35 1005655 i' Λ ν waarna de flens tegen het oppervlak van een bekisting wordt gelegd.

28. Gebouw waarvan delen zijn gebouwd door het storten van 5 beton in een bekisting, met het kenmerk, dat stukken wapening in het beton onderling zijn verbonden onder tussenvoeging van koppelstukken volgens een der conclusies 1-18. 1005655