BE1025907B1 - Overkapping - Google Patents

Overkapping Download PDF

Info

Publication number
BE1025907B1
BE1025907B1 BE2018/0008A BE201800008A BE1025907B1 BE 1025907 B1 BE1025907 B1 BE 1025907B1 BE 2018/0008 A BE2018/0008 A BE 2018/0008A BE 201800008 A BE201800008 A BE 201800008A BE 1025907 B1 BE1025907 B1 BE 1025907B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
cloth
sealing element
side wall
gutter
canopy
Prior art date
Application number
BE2018/0008A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1025907A1 (nl
Inventor
Sofie Rumbaut
Bart Pieter Jules Abeel
Stijn Colpaert
Meulemeester Lennart De
Original Assignee
Renson Sunprotection Screens Nv.
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Renson Sunprotection Screens Nv. filed Critical Renson Sunprotection Screens Nv.
Priority to BE2018/0008A priority Critical patent/BE1025907B1/nl
Priority to EP19151876.0A priority patent/EP3511489A1/en
Publication of BE1025907A1 publication Critical patent/BE1025907A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1025907B1 publication Critical patent/BE1025907B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04HBUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
    • E04H15/00Tents or canopies, in general
    • E04H15/32Parts, components, construction details, accessories, interior equipment, specially adapted for tents, e.g. guy-line equipment, skirts, thresholds
    • E04H15/58Closures; Awnings; Sunshades
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/02Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04HBUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
    • E04H15/00Tents or canopies, in general
    • E04H15/32Parts, components, construction details, accessories, interior equipment, specially adapted for tents, e.g. guy-line equipment, skirts, thresholds
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04HBUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
    • E04H6/00Buildings for parking cars, rolling-stock, aircraft, vessels or like vehicles, e.g. garages
    • E04H6/02Small garages, e.g. for one or two cars
    • E04H6/025Small garages, e.g. for one or two cars in the form of an overhead canopy, e.g. carports

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)

Abstract

Overkapping (1) omvattende: - minstens twee liggers (2); - een tussen deze liggers (2) opspanbaar doek (3) waarbij minstens één genoemde ligger (2) voorzien is van een goot (6) die zich onder een zijrand (7) van het doek (3) uitstrekt, waarbij een zijwand (8) van deze goot (6) onder dit doek (3) is opgesteld; - en een afdichtelement (9), dat verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarbij zich een vrije opening tussen de zijwand (8) van de goot (6) en het doek (3) bevindt, en een tweede positie, waarbij het afdichtelement (9) deze opening afdicht.

Description

OVERKAPPING
Deze uitvinding betreft een overkapping met minstens twee liggers en een tussen deze liggers opspanbaar doek, waarbij minstens één genoemde ligger voorzien is van een goot die zich onder een zijrand van het doek uitstrekt, waarbij een zijwand van deze goot onder dit doek is opgesteld.
Er bestaan verschillende soorten overkappingen waarbij een doek opgespannen wordt tussen twee liggers.
In een eerste uitvoeringsvorm is het mogelijk om een dergelijk doek vast tussen deze liggers op te stellen door dit doek tussen deze liggers op te spannen. In KR100820369 en WO 2014/043779 zijn systemen voor het opspannen van dergelijk doek beschreven, dit echter nog zonder goot in de liggers.
In een tweede uitvoeringsvorm is het mogelijk om een dergelijk doek op een schermrol op- en afrolbaar te voorzien, waarbij dit in afgerolde toestand tussen deze liggers opgespannen is. Voorbeelden hiervan zijn gekend uit EP 2 343 418 Al en EP 2 345 772 A2.
In een derde uitvoeringsvorm is het mogelijk om een dergelijk doek opvouwbaar te voorzien, waarbij dit aan verschillende ten opzichte van de liggers verschuifbare dwarsbalken is bevestigd. In opengevouwen toestand kan dit doek zich daarbij opgespannen tussen de liggers uitstrekken. Dergelijke overkappingen zijn bijvoorbeeld gekend uit EP 2 578 767 A2.
Dergelijke overkappingen worden meestal ingezet voor het afschermen van een buitenruimte, als luifel, pergola, veranda, terrasoverkapping, carport, enz. Steeds vaker worden ook afsluitbare zijwanden aan een dergelijke overkapping voorzien, zodat de buitenruimte niet enkel aan de bovenzijde, maar ook aan de zijden ervan afgesloten kan worden. Een nadeel hierbij is dat het doek van een dergelijke overkapping steeds op een zekere afstand boven de goot dient opgesteld te staan, dit bijvoorbeeld om het doek verschuifbaar te voorzien en/of tussen de liggers op te
BE2018/0008 kunnen spannen. Insecten kunnen dan nog steeds via de opening tussen het doek en de goot doordringen tot in de genoemde buitenruimte.
Het doel van deze uitvinding is om te verhinderen dat insecten via de genoemde opening tussen het doek en de goot kunnen doordringen.
Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een overkapping omvattende minstens twee liggers en een tussen deze liggers opspanbaar doek, waarbij minstens één genoemde ligger voorzien is van een goot die zich onder een zijrand van het doek uitstrekt, waarbij een zijwand van deze goot onder dit doek is opgesteld, en waarbij de overkapping een afdichtelement omvat, dat verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarbij zich een vrije opening tussen de zijwand van de goot en het doek bevindt, en een tweede positie, waarbij het afdichtelement deze opening afdicht.
Het doek van een dergelijke overkapping is een doek in de ruime betekenis en kan bijvoorbeeld een geweven stof zijn, maar kan bijvoorbeeld ook een kunststof membraan of folie zijn. Dit doek kan meerdere vormen aannemen. Dit kan bijvoorbeeld hoofdzakelijk driehoekig, of vierhoekig of anders veelhoekig uitgevoerd worden.
Door te voorzien in een dergelijk verplaatsbaar afdichtelement, kan de opening tussen het doek en de goot nu met grote zekerheid afgedicht worden, waarbij doordringen van insecten tussen het doek en de goot vermeden wordt.
Een dergelijk afdichtelement strekt zich bij voorkeur over de volledige lengte uit waarover de zijrand van het doek zich boven de zijwand van de goot uitstrekt. Het is echter ook mogelijk om verschillende kortere afdichtelementen naast elkaar op te stellen, die samen dan de opening tussen het doek en de goot kunnen afdichten.
BE2018/0008
Een dergelijk afdichtelement kan daarbij meer specifiek aan het doek bevestigd zijn of deel uitmaken van het doek.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het afdichtelement echter los van het doek opgesteld. Het doek kan dan zonder veel hinder van dit verplaatsbare afdichtelement tussen de liggers opgespannen worden, wanneer dit verplaatsbare afdichtelement zich in zijn eerste positie bevindt.
In een specifieke uitvoeringsvorm is het afdichtelement verplaatsbaar in een richting dwars op het doek.
Onder verplaatsbaar in een richting dwars op het doek wordt begrepen dat het afdichtelement zich in de tweede positie tot verder van het doek uitstrekt dan in de eerste positie.
Bij voorkeur gebeurt deze verplaatsing daarbij dan hoofdzakelijk dwars op dit doek. Met een verplaatsbaarheid dwars op het doek kan men ervoor zorgen dat het afdichtelement het bevestigen van het doek en/of het afwateren via de goot minimaal hindert.
In een bijzonder voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het afdichtelement grenzend aan de zijwand van de goot verschuifbaar ten opzichte van deze zijwand opgesteld.
Een dergelijk afdichtelement kan compact uitgevoerd worden, dit samen met eventuele middelen om dit afdichtelement verplaatsbaar te voorzien. Een op deze manier verplaatsbaar afdichtelement kan ook eenvoudig esthetisch uitgewerkt worden. Wanneer het afdichtelement op deze manier verplaatsbaar is, zal het afdichtelement afwatering via de goot minimaal hinderen. De verplaatsbaarheid van het afdichtelement wordt op deze manier ook minimaal gehinderd door de goot.
Om het afdichtelement verschuifbaar ten opzichte van de zijwand in de overkapping op te nemen, omvat de overkapping bij voorkeur één of meerdere verende elementen voor het tegen deze zijwand aandrukken van het afdichtelement. Met behulp van dergelijke verende elementen kan een dergelijk afdichtelement op een bijzonder eenvoudige manier bevestigd worden, waarbij de verschuifbaarheid eenvoudig
BE2018/0008 verzekerd kan blijven, zonder dat hiertoe bijkomende verplaatsingsmiddelen noodzakelijk zijn.
Dergelijke verende elementen zijn dan bij voorkeur uitgevoerd als bladveren. Aan de buitenzijde van de goot kunnen dergelijke bladveren op een esthetische manier verwerkt worden. Aan de binnenzijde van de goot kunnen deze bladveren met minimale hinder naar afwatering via deze goot toe in deze goot opgenomen worden.
Bij voorkeur zijn dergelijke verende elementen minstens gedeeltelijk in de goot opgesteld zodat onder de overkapping visuele hinder door deze verende elementen beperkt wordt. Nog meer voorkeurdragend worden deze volledig in de goot opgenomen, zodat deze onder de overkapping volledig aan het oog onttrokken worden.
Het afdichtelement van een overkapping volgens deze uitvinding kan uit verschillende materialen en op verschillende manieren vervaardigd worden.
Dit kan bijvoorbeeld uit kunststof of uit metaal vervaardigd worden, dit bijvoorbeeld via plooien of via extrusie, enz.
Een dergelijk afdichtelement kan minstens gedeeltelijk flexibel uitgevoerd worden. Bij voorkeur wordt een dergelijk afdichtelement rigide uitgevoerd, zodat dit met grote zekerheid de genoemde opening kan afdichten.
Om het afdichtelement eenvoudig te kunnen verplaatsen, omvat dit bij voorkeur een aangrijpelement, dat aangrijpbaar is voor het verplaatsen van het afdichtelement.
Dit aangrijpelement wordt daarbij bij voorkeur uitgevoerd als een flens.
Een dergelijke flens kan eenvoudig op meerdere plaatsen ten opzichte van het afdichtelement aangegrepen worden in vergelijking met een afdichtelement dat slechts op een discrete plaats voorzien zou worden. Een dergelijke flens kan ook eenvoudig op een esthetische manier in de overkapping opgenomen worden. Een dergelijke flens is productietechnisch ook eenvoudig samen met de rest van het afdichtelement te realiseren, dit bijvoorbeeld via plooien of via extrusie.
BE2018/0008
Een overkapping volgens deze uitvinding omvat verder bij voorkeur één of meerdere borgelementen voor het in de tweede positie borgen van het afdichtelement, zodat een ongewenste verplaatsing ervan verhinderd wordt.
Voorkeurdragend omvat het afdichtelement hiertoe een aanleundeel, dat in de tweede positie tegen de zijwand van de goot aanleunt en een dichtingsdeel, dat getrapt is opgesteld ten opzichte van het aanleundeel, waarbij dit dichtingsdeel zich in de tweede positie boven de zijwand van de goot uitstrekt om de opening tussen de zijwand en het doek af te dichten.
Met een dergelijk aanleundeel en een dergelijk dichtingsdeel kan het afdichtelement stabiel in de overkapping opgenomen worden. Het aanleundeel vormt een borgelement voor het borgen van het afdichtelement tegen een zijdelingse verplaatsing ten opzichte van de zijwand van de goot. De trap tussen het dichtingsdeel en het afdichtelement borgt het afdichtelement tegen een neerwaartse verplaatsing ten opzichte van de zijwand van de goot. Het doek zelf borgt het afdichtelement tegen een opwaartse verplaatsing. Wanneer het afdichtelement bovendien met genoemde verende elementen tegen de zijwand van de goot aangedrukt wordt, dan borgen ook deze verende elementen het afdichtelement tegen een zijdelingse verplaatsing.
Wanneer een dergelijk afdichtelement met een genoemd aanleundeel en een genoemd dichtingsdeel ook een genoemde flens omvat, dan strekt deze flens zich bij voorkeur bovenaan het dichtingsdeel weg van de goot en dwars op dit dichtingsdeel uit. Deze flens is op deze manier in de tweede positie van het afdichtelement grenzend aan het doek opgesteld en helpt zo het afdichtelement in zijn tweede positie te borgen tegen een opwaartse verplaatsing.
In de eerste positie strekt het afdichtelement van een overkapping volgens deze uitvinding zich bij voorkeur minstens gedeeltelijk in de goot uit, zodat visuele en andere hinder door dit afdichtelement en eventuele middelen voor het houden en/of
BE2018/0008 verplaatsen van dit afdichtelement onder de overkapping tot een minimum beperkt kan blijven.
Wanneer een dergelijk afdichtelement een genoemde flens omvat, dan strekt deze flens zich bij voorkeur weg van de goot uit, zodat deze eenvoudig aangrijpbaar is.
In een bijzondere uitvoeringsvorm omvat een overkapping volgens deze uitvinding minstens één aanbrengprofiel, waaraan het doek bevestigbaar of bevestigd is en dat bevestigbaar is aan een genoemde ligger, ter bevestiging van het doek aan deze ligger. De overkapping omvat dan bij voorkeur ook per aanbrengprofiel spanmiddelen, die op dit aanbrengprofiel aangrijpen voor het ten opzichte van de liggers onder spanning brengen van het doek.
Bij een uitvoeringsvorm waarbij het doek vast tussen de liggers wordt opgesteld, is het dankzij deze spanmiddelen mogelijk om het doek eerst spanningsloos te monteren en daarna pas spanning op het doek aan te brengen. Dit vereenvoudigt een kreukvrije montage van een dergelijk doek.
Bij een op- en afrolbaar doek vereenvoudigt een dergelijke montage het op- en afrollen waarbij het doek tussen de liggers opgespannen kan worden.
In uitvoeringsvormen met een genoemd aanbrengprofiel is het doek bij voorkeur aan minstens één zijrand voorzien van een verdikking, en is het aanbrengprofiel bij voorkeur voorzien van een aanbrengsleuf voor het hierin vatten van de genoemde verdikking.
Een verdikking aan de zijrand van een dergelijk doek kan bijvoorbeeld voorzien worden onder de vorm van een halve ritssluiting, maar kan bijvoorbeeld ook gevormd worden met een koord die in de zijrand van het scherm is aangebracht. Mogelijke verdikkingen voor een scherm zijn bijvoorbeeld gekend uit FR 2 602 539, NL 1 014 061 en EP 1 491 712.
In uitvoeringsvormen met genoemde spanmiddelen, zijn deze spanmiddelen bij voorkeur in de eerste positie via de opening opspanbaar voor het ten opzichte van de
BE2018/0008 liggers opspannen van het doek. Wanneer de spanmiddelen in de eerste positie via deze opening aangrijpbaar zijn voor het opspannen ervan, dan kunnen deze eenvoudig in de tweede positie van het afdichtelement aan het oog onttrokken worden.
Nog meer voorkeurdragend is het doek aan minstens twee tegenover elkaar opgestelde zijranden bevestigbaar of bevestigd aan corresponderende aanbrengprofielen, die bevestigbaar zijn aan een corresponderende ligger van de overkapping, ter bevestiging van het doek aan langs deze zijranden opgestelde liggers van de overkapping.
Het doek kan hiertoe aan alle betreffende zijranden voorzien zijn van een genoemde verdikking en de corresponderende aanbrengprofielen kunnen hiertoe voorzien zijn van een aanbrengsleuf voor het hierin vatten van deze verdikking.
Wanneer het doek aan meerdere zijranden op een dergelijke manier gevat kan worden, kan men het doek op een bijzonder esthetische manier bevestigen. Bovendien kunnen openingen naast het doek eenvoudiger vermeden worden met behulp van een dergelijk aanbrengprofiel. Het doek kan zo ook eenvoudig gespannen gehouden worden na het op spanning brengen ervan.
Per zijrand kunnen één of meerdere aanbrengprofielen voorzien worden.
De overkapping omvat dan bij voorkeur ook voor alle betreffende zijranden spanmiddelen die aangrijpen op het corresponderende aanbrengprofiel voor het ten opzichte van de liggers onder spanning brengen van het doek.
Op deze manier kan het doek eenvoudig gelijkmatig en in verschillende richtingen opgespannen worden.
Verder omvat het doek bij dergelijke uitvoeringsvormen met aanbrengprofielen bij voorkeur aan één of meerdere zijranden een losmaakbare aanbrengstrook, die bevestigbaar of bevestigd is aan elk corresponderend aanbrengprofiel ter bevestiging van het doek aan dit aanbrengprofiel en die losmaakbaar bevestigbaar is aan een basisdoek van het doek. Met behulp van een dergelijke losmaakbare aanbrengstrook is het eenvoudiger om het doek aan de aanbrengprofielen te bevestigen, zonder dat
BE2018/0008 het doek hiertoe volledig uitgespreid en neergelegd dient te worden. De aanbrengprofielen dienen niet eerst aan alle nodige zijden van het doek zelf bevestigd te worden. Deze kunnen voor minstens één zijde van het doek eerst bevestigd worden aan de ligger, met hieraan de aanbrengstrook met zijn verdikking in de aanbrengsleuf. Het basisdoek kan erna aan deze aanbrengstrook bevestigd worden.
De bevestiging tussen een dergelijke aanbrengstrook en een dergelijk basisdoek wordt bij voorkeur zo voorzien dat deze bevestiging in de tweede positie van het afdichtelement aan het ook onttrokken wordt.
Om het basisdoek losmaakbaar aan de aanbrengstrook te bevestigen, is bij voorkeur een ritssluiting voorzien. Een dergelijke ritssluiting is een eenvoudig bevestigingsmiddel om de aanbrengstrook losmaakbaar te voorzien. Deze laat toe om het basisdoek en de aanbrengstrook vlot op een zekere manier te bevestigen. Het basisdoek en de aanbrengstrook kunnen met een dergelijke ritssluiting herhaaldelijk op een zelfde manier onderling verbonden worden. Belastingen kunnen met een dergelijke ritssluiting goed verdeeld worden, zodat bij opspannen van het doek kreukvorming wordt beperkt.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende overkapping volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvinding aan te duiden, en kan dus niet geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in
- Figuur 1 een overkapping volgens deze uitvinding in dwarsdoorsnede is weergegeven;
BE2018/0008
- Figuur 2 een eerste uitvoeringsvorm van een deel van de overkapping uit figuur 1 in meer detail in dwarsdoorsnede ter hoogte van een ligger is weergegeven, met het afdichtelement in de eerste positie;
- Figuur 3 de eerste uitvoeringsvorm uit figuur 2 van een deel van de overkapping uit figuur 1 in meer detail in dwarsdoorsnede ter hoogte van een ligger is weergegeven, met het afdichtelement in de tweede positie;
- Figuur 4-7 een tweede uitvoeringsvorm van een deel van de overkapping uit figuur 1 in meer detail in dwarsdoorsnede ter hoogte van een ligger is weergegeven, waarbij in verschillende stappen het doek aan de ligger wordt bevestigd (figuren 4-6) en wordt opgespannen (figuur 6), met het afdichtelement in de eerste positie, waarna het afdichtelement in de tweede positie wordt gebracht (figuur 7);
- Figuur 8 in meer detail in dwarsdoorsnede is weergegeven hoe het afdichtelement uit de tweede uitvoeringsvorm uit figuren 4-7 tot in zijn tweede positie wordt gebracht.
De afgebeelde overkapping (1) omvat een doek (3) dat in gemonteerde toestand vast in de overkapping (1) is opgesteld. Dit doek (3) is evenwel instelbaar aanspanbaar, zoals verder verduidelijkt wordt.
Mutatis mutandis kunnen alternatieve overkappingen (1) uitgewerkt worden waarbij het doek (3) op een schermrol op- en afrolbaar is, of opvouwbaar in de overkapping (1) is opgesteld.
De in figuur 1 afgebeelde overkapping (1) omvat palen (4) om de overkapping (1) op een ondergrond te plaatsen. Dit zijn typisch vier palen (4) die vier liggers (2) ondersteunen, die samengesteld zijn tot een kader. Er kunnen ook twee enkele liggers (2) voorzien zijn in plaats van vier liggers (2), of drie liggers (2) die in een driehoek ten opzichte van elkaar zijn opgesteld. In plaats van de overkapping (1) te ondersteunen met behulp van de genoemde palen (4) kunnen bijvoorbeeld ook één of meerdere van de liggers van deze overkapping (1) aan een muur bevestigd zijn.
BE2018/0008
Onderaan de liggers (2) is tussen deze liggers (2) een doek (3) opgespannen. Dit doek (3) vormt een plafond voor de overkapping (1).
In de afgebeelde uitvoeringsvorm is tussen deze liggers (2) steeldeck (5) aangebracht, dat ervoor zorgt dat de liggers (2) niet doorbuigen bij het opspannen van het doek (3).
Minstens één ligger (2) van de overkapping (1) is voorzien van een goot (6) zoals duidelijker te zien is in de figuren 2 tot 8 bij twee verschillende afgebeelde uitvoeringsvormen. Deze goot (6) is voorzien voor het afwateren van op de overkapping invallende neerslag.
In opgespannen toestand van het doek (3) strekt deze goot (6) zich onder een zijrand (7) van het doek (3) uit. Een zijwand (8) van de goot (6) is daarbij onder dit doek (3) opgesteld.
In beide afgebeelde uitvoeringsvormen is het doek (3) een hoofdzakelijk rechthoekig doek (3) dat aan elk van zijn zijranden (7) met behulp van aanbrengprofielen (16), spanvijzen (19) en spanbeugels (18) aan de liggers (2) is bevestigd.
Het doek (3) is hiertoe aan elk van zijn zijranden (7) voorzien van een halve ritssluiting (15), die gevat kan worden in een corresponderende aanbrengsleuf (17) in een corresponderend aanbrengprofiel (16).
De aanbrengprofielen (16) zijn met behulp van spanbeugels (18) en spanvijzen (19) aan de liggers (2) van de overkapping (1) bevestigd. Met behulp van deze spanvijzen (19) kan het doek (3) aan vier zijden opgespannen worden.
Het doek (3) is telkens met behulp van de spanvijzen (19) net boven de goot (6) aan de corresponderende ligger (2) bevestigbaar en opspanbaar. De spanvijzen (19) worden hiertoe boven deze goot (6) aan de spanbeugels (18) gevezen, die op hun beurt boven deze goot (6) aan de liggers (2) zijn bevestigd. Door aanspannen van de spanvijzen (19) wordt het corresponderende aanbrengprofiel (16) boven de goot (6) verplaatst, tot de zijwand (8) van de goot (6) onder het doek (3) is opgesteld.
BE2018/0008
In de eerste afgebeelde uitvoeringsvorm is een flexibel afdichtelement (9) onderaan het doek (3) bevestigd. In ongespannen toestand van het doek (3), waarbij de spanvijzen (19) nog niet tot tegen de spanbeugels (18) zijn aangetrokken, bevindt er zich nog een vrije opening tussen de zijwand (8) van de goot (6) en het doek (3), zoals te zien is in figuur 2. Via deze opening kan op de spanvijzen (19) aangegrepen worden met een handwerktuig om de spanvijzen (19) naar de spanbeugels (18) toe te schroeven en eventueel tot tegen deze spanbeugels (18) aan te trekken. Bij het opspannen van het doek (3) met behulp van de spanvijzen (19) wordt ook het afdichtelement (9) naar de goot (6) toe verplaatst. Zoals te zien is in figuur 3, kan dit flexibele afdichtelement (9) dan in opgespannen toestand van het doek (3) overheen de zijwand (8) van de goot (6) gebracht worden om zo de opening tussen de zijwand (8) van de goot (6) en het doek (3) af te dichten, zodat insecten niet langer via deze opening tot de ruimte onder de overkapping (1) kunnen doordringen.
In de tweede afgebeelde uitvoeringsvorm omvat het doek (3) een rechthoekig basisdoek (21) en vier losmaakbare aanbrengstroken (20). Elke aanbrengstrook (20) is met behulp van een ritssluiting (22) losmaakbaar bevestigbaar aan een zijrand (7) van het basisdoek (21).
Het basisdoek (21) is hiertoe aan elke zijrand (7) voorzien van een halve ritssluiting, die bijvoorbeeld uit polyester of nylon vervaardigd kan zijn. Deze halve ritssluiting kan hiertoe bijvoorbeeld aan het basisdoek (21) gelast worden met een lasnaad.
Elke aanbrengstrook (20) is aan zijn beide langszijden voorzien van een corresponderende halve ritssluiting. Deze aanbrengstrook (20) kan dan met behulp van één van deze halve ritssluitingen gekoppeld worden aan de halve ritssluiting van de corresponderende zijrand (7) van het basisdoek (21).
Met de andere van beide halve ritssluitingen (15) kan de aanbrengstrook (20) bevestigd worden aan het aanbrengprofiel (16), zoals hierboven meegegeven en zoals afgebeeld in figuur 4, dit om het doek (3) aan dit aanbrengprofiel (16) te bevestigen.
Om het doek (3) aan de liggers (2) te bevestigen en op te spannen, wordt in deze tweede uitvoeringsvorm eerst het aanbrengprofiel (16) met een hieraan aangebrachte
BE2018/0008 aanbrengstrook (20) met behulp van spanvijzen (19) aan de spanbeugels (18) bevestigd, zonder deze spanvijzen (19) reeds tot tegen de spanbeugels (18) aan te trekken, zoals te zien is in figuur 4. Daarna wordt het basisdoek (21) aan de aanbrengstrook (20) vast geritst, zoals te zien is in figuur 5. Het doek (3) bevindt zich dan nog in een ongespannen toestand. Via een opening die zich tussen het doek (3) en de zijwand (8) van de goot (6) uitstrekt, kunnen de spanvijzen (19) dan aangegrepen worden met een handwerktuig om het doek (3) op te spannen. De spanvijzen (19) worden daarbij naar de spanbeugels (18) toe geschroefd en eventueel tot tegen deze spanbeugels (18) aangetrokken, zoals te zien is in figuur 6.
In deze tweede uitvoeringsvorm is een afdichtelement (9) los van het doek (3) opgesteld. Dit afdichtelement (9) strekt zich in een eerste positie hoofdzakelijk in de goot (6) uit, zoals te zien is in de figuren 4 tot 6. Na opspannen van het doek (3) kan dit afdichtelement (9) in een tweede positie gebracht worden, waarbij dit de opening tussen de zijwand (8) van de goot (6) en het doek (3) afdicht, zoals te zien is in de figuren 7 en 8.
Het afdichtelement (9) is als een rigide afdichtprofiel (9) uitgewerkt, dat een aanleundeel (11) omvat, dat in de tweede positie tegen de zijwand (8) van de goot (6) aanleunt en een dichtingsdeel (13), dat getrapt is opgesteld ten opzichte van het aanleundeel (11), en zich in de tweede positie boven de zijwand (8) van de goot (6) uitstrekt om de opening tussen de zijwand (8) en het doek (3) af te dichten, zoals te zien is in figuur 8.
Dit afdichtelement (9) wordt met behulp van bladveren (10), die in de goot (6) zijn aangebracht, tegen de zijwand (8) van de goot (6) aangedrukt. Deze bladveren (10) laten een schuifbeweging van het afdichtelement (9) ten opzichte van deze zijwand (8) toe. Hierbij is het afdichtelement (9) dan in een richting dwars op het doek (3) verplaatsbaar tussen zijn eerste positie en zijn tweede positie.
Om het afdichtelement (9) eenvoudig te kunnen verschuiven, is bovenaan het dichtingsdeel (13) een flens (14) voorzien, die zich bovenaan het afdichtelement (9) weg van de goot (6) en dwars op het dichtingsdeel (13) uitstrekt. Men kan deze flens
BE2018/0008 (14) op verschillende plaatsen aangrijpen om het afdichtelement (9) ten opzichte van de zijwand (8) van de goot (6) te verplaatsen.
Doordat in beide uitvoeringsvormen de spanvijzen (19), wanneer het afdichtelement 5 (9) zich in zijn eerste positie bevindt, aan de onderzijde van het doek (3) opspanbaar zijn, worden deze spanvijzen (19), evenals de spanbeugels (18), door dit afdichtelement (9) aan het oog onttrokken, wanneer dit afdichtelement (9) in zijn tweede positie is gebracht.
Doordat in de tweede uitvoeringsvorm de aanbrengstrook (20) bij aanspannen van de 10 spanvijzen (19) tot boven de goot (6) wordt getrokken, wordt ook deze aanbrengstrook (20) door het afdichtelement (9) aan het oog onttrokken, wanneer dit in zijn tweede positie is gebracht. De flens (14) onttrekt hierbij ook nog de ritssluiting (22) aan het oog.

Claims (15)

  1. CONCLUSIES
    1. Overkapping (1) omvattende minstens twee liggers (2) en een tussen deze liggers (2) opspanbaar doek (3) waarbij minstens één genoemde ligger (2) voorzien is van een goot (6) die zich onder een zijrand (7) van het doek (3) uitstrekt, waarbij een zijwand (8) van deze goot (6) onder dit doek (3) is opgesteld, met het kenmerk dat de overkapping (1) een afdichtelement (9) omvat, dat verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarbij zich een vrije opening tussen de zijwand (8) van de goot (6) en het doek (3) bevindt, en een tweede positie, waarbij het afdichtelement (9) deze opening afdicht.
  2. 2. Overkapping (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) los van het doek (3) is opgesteld.
  3. 3. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) verplaatsbaar is in een richting dwars op het doek (3).
  4. 4. Overkapping (1) volgens conclusie 3, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) grenzend aan de zijwand (8) van de goot (6) verschuifbaar ten opzichte van deze zijwand (8) is opgesteld.
  5. 5. Overkapping (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de overkapping (1) één of meerdere verende elementen (10) omvat voor het tegen deze zijwand (8) aandrukken van het afdichtelement (9).
  6. 6. Overkapping (1) volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de verende elementen (10) uitgevoerd zijn als bladveren (10).
    BE2018/0008
  7. 7. Overkapping (1) volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk dat de verende elementen (10) minstens gedeeltelijk in de goot (6) zijn opgesteld.
  8. 8. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) rigide is uitgevoerd.
  9. 9. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) een aangrijpelement (14) omvat, dat aangrijpbaar is voor het verplaatsen van het afdichtelement (9).
  10. 10. Overkapping (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk dat het aangrijpelement (14) uitgevoerd is als een flens (14).
  11. 11. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) een aanleundeel (11) omvat, dat in de tweede positie tegen de zijwand (8) van de goot (6) aanleunt en een dichtingsdeel (13) omvat, dat getrapt is opgesteld ten opzichte van het aanleundeel (11), waarbij dit dichtingsdeel (13) zich in de tweede positie boven de zijwand (8) van de goot (6) uitstrekt om de opening tussen de zijwand (8) en het doek (3) af te dichten.
  12. 12. Overkapping (1) volgens conclusie 10 en 11, met het kenmerk dat de flens (14) zich bovenaan het dichtingsdeel (13) weg van de goot (6) en dwars op dit dichtingsdeel (13) uitstrekt.
  13. 13. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het afdichtelement (9) zich minstens in de eerste positie minstens gedeeltelijk in de goot (6) uitstrekt.
  14. 14. Overkapping (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze overkapping (1) minstens één aanbrengprofiel (16) omvat, waaraan
    BE2018/0008 het doek (3) bevestigbaar of bevestigd is en dat bevestigbaar is aan een genoemde ligger (2) ter bevestiging van het doek (3) aan deze liggers (2), en dat deze overkapping (1) spanmiddelen (19) omvat die op het aanbrengprofiel (16) aangrijpen voor het ten opzichte van deze ligger (2) onder spanning 5 brengen van het doek (3).
  15. 15. Overkapping (1) volgens conclusie 14, met het kenmerk dat de spanmiddelen (19) in de eerste positie via de opening opspanbaar zijn.
BE2018/0008A 2018-01-15 2018-01-15 Overkapping BE1025907B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2018/0008A BE1025907B1 (nl) 2018-01-15 2018-01-15 Overkapping
EP19151876.0A EP3511489A1 (en) 2018-01-15 2019-01-15 Covering

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2018/0008A BE1025907B1 (nl) 2018-01-15 2018-01-15 Overkapping

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1025907A1 BE1025907A1 (nl) 2019-08-06
BE1025907B1 true BE1025907B1 (nl) 2019-08-12

Family

ID=61163439

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2018/0008A BE1025907B1 (nl) 2018-01-15 2018-01-15 Overkapping

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1025907B1 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2005475A1 (de) * 1970-02-06 1971-08-26 L Stromeyer & Co, GmbH, 7750 Konstanz Zelt mit mindestens einer offenen, das Wasser langsseits einsammelnden Regen ablaufrinne
AU474367B2 (en) * 1972-12-12 1975-05-08 Demountable annexe support
EP1464771A1 (de) * 2003-03-31 2004-10-06 Koch Projekt GmbH Verfahren und Vorrichtung zur Montage ein- oder mehrlagiger Membranen
DE202014008425U1 (de) * 2014-10-23 2016-01-26 Novavert Gmbh & Co. Kg Wetterschutzmodul und Wetterschutzvorrichtung aus derartigen Wetterschutzmodulen

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2005475A1 (de) * 1970-02-06 1971-08-26 L Stromeyer & Co, GmbH, 7750 Konstanz Zelt mit mindestens einer offenen, das Wasser langsseits einsammelnden Regen ablaufrinne
AU474367B2 (en) * 1972-12-12 1975-05-08 Demountable annexe support
EP1464771A1 (de) * 2003-03-31 2004-10-06 Koch Projekt GmbH Verfahren und Vorrichtung zur Montage ein- oder mehrlagiger Membranen
DE202014008425U1 (de) * 2014-10-23 2016-01-26 Novavert Gmbh & Co. Kg Wetterschutzmodul und Wetterschutzvorrichtung aus derartigen Wetterschutzmodulen

Also Published As

Publication number Publication date
BE1025907A1 (nl) 2019-08-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1019767A3 (nl) Zonwering.
US3853166A (en) Slatted shade assembly having storm bar means
US4768317A (en) Ultra-lite stationary awning structures
CN100434652C (zh) 张紧的防风暴用织物板
US4518025A (en) Sun blind construction
US20070204533A1 (en) Wind abatement barrier mounting brackets and kit
KR101609977B1 (ko) 루프어닝 장치
US20180230697A1 (en) Integrated support system and canopy
US20070227083A1 (en) Hurricane shutters for windows and doors
US4102353A (en) Temporary shelter
US9062462B2 (en) Trellis and accent band
BE1025907B1 (nl) Overkapping
AU2007306966B2 (en) Fastening device for attaching a flexible material to a structure
US9328516B2 (en) Trellis with internal drainage system
BE1025900B1 (nl) Doekspansysteem en werkwijze voor het bevestigen van een opgespannen doek
EP3511489A1 (en) Covering
EP2333194B1 (en) Canopy structure
JP6114450B1 (ja) 天井遮光装置及び日除け用簡易建物
JP4690478B2 (ja) 仮設テント部材及びそれを用いた仮設テント
NL8105447A (nl) Isolatiescherm.
KR102421809B1 (ko) 수평 차양 커튼 시스템
AU2011236096B2 (en) Sidetrack System for Outdoor Blinds
EP3797199B1 (en) Sealing arrangement for shelters
NL1039298C2 (nl) Zonneschermconstructie.
JP3888541B2 (ja) 作業場等を有するエアテント

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20190812