BE1020769A3 - Koepelinrichting met meerdere koepelschalen. - Google Patents

Koepelinrichting met meerdere koepelschalen. Download PDF

Info

Publication number
BE1020769A3
BE1020769A3 BE201200444A BE201200444A BE1020769A3 BE 1020769 A3 BE1020769 A3 BE 1020769A3 BE 201200444 A BE201200444 A BE 201200444A BE 201200444 A BE201200444 A BE 201200444A BE 1020769 A3 BE1020769 A3 BE 1020769A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
dome
studs
dome shell
shell
pattern
Prior art date
Application number
BE201200444A
Other languages
English (en)
Inventor
Rik Glorieux
Original Assignee
Rik Glorieux
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rik Glorieux filed Critical Rik Glorieux
Priority to BE201200444A priority Critical patent/BE1020769A3/nl
Priority to EP20130173696 priority patent/EP2679742B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1020769A3 publication Critical patent/BE1020769A3/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/03Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Connection Of Plates (AREA)

Description

Koepelinrichting met meerdere koepelschalen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een koepelinrichting met ten minste een eerste en een tweede koepelschaal die gevormd zijn door thermovormen, op een samenstel in het bijzonder voor gebruik in een dergelijke inrichting, en op een werkwijze voor het monteren van een koepelinrichting met ten minste een eerste en een tweede koepelschaal.
Koepelinrichtingen met meerdere koepelschalen die op een afstand van elkaar gemonteerd worden ter vorming van een meerwandige koepel zijn bekend. Een op heden bekende techniek bestaat erin de verschillende koepelschalen te thermoformeren en door middel van bijvoorbeeld een mousse of lijmkit met een variabele dikte (normaal tussen 5 en 10 mm) aan elkaar te kleven. De moussedikte zorgt voor een geschikte afstand tussen aangrenzende koepelschalen en voorkomt dat deze tegen elkaar aanliggen. Het nadeel van een dergelijke mousse is dat het aanbrengen daarvan tijdrovend en duur is en handenarbeid en precisie vraagt.
De onderhavige uitvinding heeft als doel een koepelinrichting van het in de aanhef genoemde type te verschaffen waarmee twee, drie of meer koepelschalen op een eenvoudigere en verbeterde wijze op een afstand van elkaar gemonteerd kunnen worden.
Daartoe onderscheidt de koepelinrichting volgens de uitvinding zich daarin dat de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal gevormd is met respectievelijk een eerste en tweede koepelelement en met respectievelijk een daarop aansluitende eerste en tweede omtreksflens. De eerste omtreksflens van de eerste koepelschaal is gevormd met uitstekende eerste noppen, waarbij de eerste noppen van de eerste omtreksflens een afstandhouder vormen tussen de eerste en de tweede koepelschaal, waarbij de eerste noppen contact maken met de tweede omtreksflens terwijl het eerste koepelelement zich op een afstand van het tweede koepelelement bevindt.
Door de omtreksflens van een eerste koepelschaal zodanig te thermovormen dat noppen uitsteken uit de eerste omtreksflens daarvan, worden op een eenvoudige manier afstandhouders gecreëerd waartegen een omtreksflens van een tweede koepelschaal kan afsteunen. Merk op dat de noppen naar onder of naar boven kunnen uitsteken. In het geval dat de noppen naar boven uitsteken wordt de tweede koepelschaal op de eerste koepelschaal geplaatst. In het geval dat de noppen naar onder uitsteken wordt de tweede koepelschaal onder de eerste koepelschaal geplaatst.
De vakman begrijpt dat dit concept uitbreidbaar is voor meer dan twee koepelschalen, waarbij een hoger gelegen koepelschaal telkens via noppen op een afstand geplaatst is ten opzichte van een daaronder gelegen koepelschaal.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm van de koepelinrichting is de tweede omtreksflens ook gevormd met uitstekende tweede noppen, waarbij de eerste en tweede noppen zodanig zijn aangebracht dat gezien in bovenaanzicht, de eerste en de tweede noppen niet overlappen. De eerste en tweede noppen zijn als het ware een vervorming van respectievelijk de eerste en tweede omtreksflens, en zijn dus hol.
Volgens een voorkeursuitvoering van de koepelinrichting is de vorm van de eerste koepelschaal inclusief een patroon van de eerste noppen dezelfde als de vorm van de tweede koepelschaal inclusief een patroon van de tweede noppen, zodanig dat de tweede koepelschaal in een stapelstand kan aansluiten ορ de eerste koepelschaal. Verder is het patroon zodanig dat in de montagestand in de koepelinrichting de tweede koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal in vergelijking met de stapelstand, waarbij de eerste en de tweede noppen elkaar, gezien in bovenaanzicht, niet overlappen en de tweede omtreksflens afsteunt op de eerste noppen. De vakman begrijpt dat dit concept uitbreidbaar is naar samenstellen met drie of meer koepelschalen, waarin, in de montagetoestand, een hoger gelegen koepelschaal telkens verdraaid is ten opzichte van de onmiddellijk daaronder gelegen koepelschaal.
Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm zijn de eerste en tweede omtreksflens elk gevormd als een kader met vier zijden, waarbij de eerste en tweede omtreksflens aan elke zijde voorzien zijn van meerdere noppen. De noppen aan twee van de vier zijden kunnen dan volgens een eerste patroon zijn aangebracht, en aan de andere twee van de vier zijden volgens een tweede patroon dat niet overlapt met het eerste patroon. De tweede koepelschaal is dan in de montagestand in een over 90 of 180 graden verdraaide stand geplaatst ten opzichte van de eerste koepelschaal, zodanig dat voor elke zijde een eerste patroon tegenover een tweede patroon ligt.
Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm zijn de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal vastgezet met moer en bout, zoals in conventionele koepelinrichtingen. Volgens een alternatief zijn de eerste en de tweede koepelschaal vastgezet in een raam, bijvoorbeeld met kliklatten. Volgens nog een ander alternatief worden de noppen van de eerste omtreksflens verlijmd met de daarboven gelegen tweede omtreksflens.
De uitvinding heeft ook betrekking op een samenstel van ten minste een eerste en een tweede koepelschaal die gevormd zijn door thermovormen, waarbij de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal gevormd is met respectievelijk een eerste en tweede koepelelement en respectievelijk een eerste en tweede omtreksflens. De eerste omtreksflens van de eerste koepelschaal is gevormd met uitstekende eerste noppen, die zodanig zijn aangebracht dat de tweede koepelschaal in een montagestand plaatsbaar is op of onder de eerste koepelschaal, waarbij de eerste noppen van de eerste omtreksflens een afstandhouder vormen tussen de eerste en tweede koepelschaal en de eerste noppen afgesteund zijn op de tweede omtreksflens terwijl het eerste koepelelement zich op een afstand van het tweede koepelelement bevindt.
Voordelige uitvoeringsvormen van het samenstel worden beschreven in conclusies 10-14.
Ten slotte betreft de uitvinding een werkwijze die zich daarin onderscheidt dat een eerste koepelschaal en een tweede koepelschaal gethermovormd worden met respectievelijk een eerste en een tweede koepelelement en een daarop aansluitende eerste en tweede omtreksflens, waarbij de eerste koepelschaal gevormd wordt met eerste noppen die uitsteken uit de eerste omtreksflens. Vervolgens wordt de tweede koepelschaal, in een montagestand, op of onder de eerste koepelschaal geplaatst zodanig dat de tweede omtreksflens afgesteund wordt tegen de eerste noppen en het eerste en tweede koepelelement op een afstand van elkaar liggen.
Volgens een voordelige uitvoering van de werkwijze wordt de tweede koepelschaal gevormd met tweede noppen die uitsteken uit de tweede omtreksflens, waarbij de tweede koepelschaal zodanig op of onder de eerste koepelschaal wordt geplaatst dat, gezien in bovenaanzicht, de eerste en de tweede noppen niet overlappen.
De eerste koepelschaal wordt bij voorkeur in dezelfde mal gethermovormd als de tweede koepelschaal, zodanig dat de tweede koepelschaal eenzelfde vorm heeft als de eerste koepelschaal en in een stapelstand kan aansluiten op de eerste koepelschaal, waarbij de noppen volgens een zodanig patroon worden gevormd dat de tweede koepelschaal, in een montagestand waarin de tweede koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal, met de tweede omtreksflens kan afsteunen op de eerste noppen.
Voor het vormen van de noppen kunnen geschikte holtes worden voorzien in de klemmatrijs die gebruikt wordt tijdens het thermoformage proces van de koepelschaal, zodanig dat tijdens het blazen of vacuüm trekken van de koepelschaal ook de noppen in de omtreksflens gedrukt worden.
Volgens een voorkeursuitvoering van de werkwijze zijn de eerste en tweede omtreksflens elk gevormd als een kader met vier zijden, waarbij aan elke zijde ten minste twee noppen worden gevormd. De noppen aan twee van de vier zijden kunnen dan volgens een eerste patroon worden gevormd, en aan de andere twee van de vier zijden volgens een tweede patroon dat niet overlapt met het eerste patroon. De tweede koepelschaal wordt dan in een over 90 of 180 graden verdraaide stand geplaatst ten opzichte van de eerste koepelschaal, zodanig dat voor elk paar tegenoverliggende zijden van de eerste en de tweede omtreksflens een eerste patroon tegenover een tweede patroon ligt.
De eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal kunnen bijvoorbeeld vastgezet worden met moer en bout, of vastgezet worden in een raam, bijvoorbeeld met kliklatten.
Volgens een typische uitvoering van de koepelinrichting of van de werkwijze, steken de noppen over een afstand van 3 tot 15 mm (bij voorkeur 5 tot 10 mm) uit ten opzichte van de omtreksflens, zodanig dat het eerste koepelelement op een afstand van 3 tot 15 mm gemonteerd wordt van het tweede koepelelement.
De uitvinding zal nader toegelicht worden aan de hand van een aantal van geenszins beperkende uitvoeringvoorbeelden van een koepelsamenstel en werkwijze volgens de uitvinding met verwijzing naar de tekeningen in bijlage, waarin:
Figuur 1 een schematisch perspectivisch aanzicht is van een eerste uitvoeringsvorm van een koepelsamenstel volgens de uitvinding;
Figuur 2A een gedeeltelijke doorsnede is van het koepelsamenstel van figuur 1 in de montagestand;
Figuur 2B een gedeeltelijke doorsnede is van het koepelsamenstel van figuur 1 in een stapelstand;
Figuur 3 een bovenaanzicht is van een tweede koepelschaal die op een identieke eerste koepelschaal is geplaatst in een montagestand, waarbij de tweede koepelschaal over 90° verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal;
Figuur 4 een schematisch bovenaanzicht is van een tweede koepelschaal die in een over 90° verdraaide stand geplaatste is op een identieke eerste koepelschaal volgens een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding; en ) Figuur 5 een schematisch bovenaanzicht is van een tweede koepelschaal die in een over 180° verdraaide stand geplaatst is op een identieke eerste koepelschaal volgens een derde uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.
De uitvoeringsvorm van het koepelsamenstel van figuren 1, 2A en 2B omvat een eerste koepelschaal 1, een tweede koepelschaal 2 en een derde koepelschaal 3. Deze eerste, tweede en derde koepelschaal zijn in hoofdzaak identiek, dit wil zeggen op toleranties na identiek, en worden typisch thermo gevormd in dezelfde mal. Figuur 1 illustreert een uiteengenomen montagestand waarin de tweede koepelschaal over 90° verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal, en de derde koepelschaal opnieuw over 90° verdraaid is ten opzichte van de tweede koepelschaal. Opgemerkt wordt dat voor de verdraaiing als referentie een stand gebruikt wordt waarin de aangrenzende identieke koepelschalen op elkaar aansluiten, zoals in de stapelstand van figuur 2B. Figuur 2A illustreert in doorsnede de montagestand waarin de derde koepelschaal 3 ondersteund wordt op de tweede koepelschaal 2, en de tweede koepelschaal 2 ondersteund wordt op de eerste koepelschaal 1.
Elke koepelschaal 1, 2, 3 is voorzien van een koepelelement 41, 42, 43 en een daarop aansluitende omtreksflens 11, 12, 13 die hier de vorm heeft van een kader. Merk op dat ook andere vormgevingen denkbaar zijn al naargelang de vorm van de koepel. Zo is de uitvinding eveneens toepasbaar voor koepelschalen met een ronde omtreksflens of voor koepelschalen met een veelhoekige omtreksflens. Elke omtreksflens 11, 12, 13 is voorzien van meerdere noppen 21a-f, 22a-f, 23a-f. Typisch zijn aan elke zijde 31, 32, 33, 34 van elke omtreksflens 11, 12, 13 meerdere noppen 21a-c, 22a-' c' 23a-c; 21d-f, 22d-f, 23d-f; 21a-c, 22a-c, 23a-c; 21d-f, 22d-f, 23d-f, voorzien. De noppen zijn bij voorkeur op een steekafstand van elkaar aangebracht en regelmatig verspreid over de omtrek. De noppen zijn zodanig aangebracht dat wanneer een tweede koepelschaal over een bepaalde hoek verdraaid wordt ten opzichte van een eerste identieke daaronder gelegen koepelschaal, de noppen zodanig gelokaliseerd zijn dat de noppen van de tweede koepelschaal die verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal niet overlappen. In de uitvoeringsvorm van figuur 1 wordt de tweede koepelschaal over 90 verdraaid ten opzichte van de eerste koepelschaal, en in deze stand overlappen de noppen 22d-f niet met de noppen 21a-c, en overlappen de noppen 22a-^ met de noppen 21d—f. Merk op dat het ook bijvoorbeeld mogelijk is om het patroon zodanig te voorzien dat niet een verdraaiing over 90° maar een verdraaiing over 180° het gewenste resultaat van het niet overlappen van de noppen oplevert, zie figuur 5 en de bespreking daarvan hieronder. Verder begrijpt de vakman dat bij omtreksflenzen met een andere vorm, ook nog andere verdraaiingen mogelijk zijn.
Voor het vormen van de eerste en tweede noppen worden typisch holtes voorzien in een klemmatrijs die gebruikt wordt voor het vastklemmen van de omtreksflens tijdens het thermoformage proces van de koepelschalen. Tijdens het thermoformageproces worden de eerste en tweede koepelschaal gevormd door blazen of vacuüm trekken en worden de eerste en tweede noppen in de omtreksflens gedrukt.
Zoals best te zien is in figuur 3 dat een bovenaanzicht toont van een tweede koepelschaal die in de montagestand op de eerste koepelschaal, dit wil zeggen in een over 90° verdraaide stand op de eerste koepelschaal is geplaatst, is de eerste omtreksflens 11 langs zijn omtrek voorzien van een patroon van eerste noppen 21a-21f. Meer in het bijzonder is de eerste koepelschaal 1 een eerste zijde 31 voorzien van drie eerste noppen 21a-21c, aan een tweede zijde 32 van drie eerste noppen 21d-21f, aan een derde zijde 33 opnieuw van eerste noppen 21a-21c, en aan een vierde zijde 34 opnieuw van eerste noppen 21d-21f. Het noppenpatroon aan de derde zijde 33 stemt dus overeen met het noppenpatroon aan de eerste zijde 31 dat over 180° verdraaid is. Op analoge wijze stemt het noppenpatroon aan de vierde zijde 34 overeen met het noppenpatroon aan de tweede zijde 32, maar verdraaid over 180°. Een dergelijk omtrekspatroon maakt het mogelijk om identieke koepelschalen 1, 2, 3 te maken die enerzijds in een stapelstand op elkaar plaatsbaar zijn, zie figuur 2B, en die anderzijds, in een montagestand, waarin aangrenzende koepelschalen telkens over 90° verdraaid zijn ten opzichte van elkaar, op een afstand van elkaar monteerbaar zijn zonder dat afstandhouders nodig zijn tussen aangrenzende koepelschalen.
Het samenstel van koepelschalen 1, 2, 3 van figuur 1 kan in de montagestand vastgezet worden, bijvoorbeeld op klassieke wijze met moer en bout. Volgens een ander alternatief kan het samenstel van koepelschalen van figuur 1 in de montagestand daarvan vastgezet zijn in een raam, bijvoorbeeld met kliklatten.
Figuren 4 en 5 illustreren nog twee andere mogelijke patronen voor de noppen die gebruikt kunnen worden voor toepassing van de onderhavige uitvinding. In de variant van figuur 4 zijn aan een eerste zijde 31' eerste noppen 21a'-21c aangebracht en aan een tweede zijde 32' eerste noppen 2ld'-21e1. De eerste noppen 21d'-21e' zijn zodanig aangebracht dat deze passen tussen tweede noppen 22a'-22c' van een boven de eerste koepelschaal 1' geplaatste tweede koepelschaal 2', waarbij de tweede koepelschaal 2' over 90° verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal 1'. Figuur 5 illustreert nog een andere variant waarin de eerste zijde 31" en de vierde zijde 34" voorzien zijn van eenzelfde eerste patroon die over 90° verdraaid zijn ten opzichte van elkaar, terwijl de tweede zijde 32" en de derde zijde 33" voorzien zijn van een complementair tweede patroon. Volgens een dergelijke uitvoeringsvorm zal men de tweede koepelschaal dus over 180° moeten verdraaien ten opzichte van de eerste koepelschaal om ervoor te zorgen dat de noppen van de eerste koepelschaal niet overlappen met de noppen van de tweede koepelschaal.
De vakman begrijpt dat nog tal van andere patronen mogelijk zijn, waarbij het enkel van belang is dat een tweede koepelschaal in een verdraaide stand plaatsbaar is op de eerste koepelschaal, zodanig dat de tweede omtreksflens 12 ondersteund wordt op de eerste noppen 11.
In de geïllustreerde uitvoeringsvormen steken de noppen vanaf een omtrekflens naar boven uit in dezelfde richting als het koepelelement zelf. De vakman begrijpt dat het ook mogelijk is om de noppen naar onder te laten uitsteken. Ook een combinatie van naar boven en naar onder uitstekende noppen is mogelijk.
De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden en de vakman zal begrijpen dat vele varianten en modificaties denkbaar zijn zonder het kader van de uitvinding te verlaten dat enkel bepaald wordt door de hiernavolgende conclusies.

Claims (24)

1. Koepelinrichting omvattende ten minste een eerste en een tweede koepelschaal (1, 2, 3) die gevormd zijn door thermovormen, waarbij de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal gevormd is met respectievelijk een eerste en tweede koepelelement (41, 42) en met respectievelijk een daarop aansluitende eerste en tweede omtreksflens (11, 12), met het kenmerk, dat de eerste omtreksflens van de eerste koepelschaal gevormd is met uitstekende eerste noppen (21), waarbij de eerste noppen van de eerste omtreksflens een afstandhouder vormen tussen de eerste en de tweede koepelschaal, waarbij de eerste noppen contact maken met de tweede omtreksflens terwijl het eerste koepelelement zich op een afstand van het tweede koepelelement bevindt.
2. Koepelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede omtreksflens (12) gevormd is met uitstekende tweede noppen (22), waarbij de eerste en tweede noppen een vervorming zijn van respectievelijk de eerste en tweede omtreksflens, en de eerste en tweede noppen zodanig zijn aangebracht dat gezien in bovenaanzicht, de eerste en de tweede noppen niet overlappen.
3. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vorm van de eerste koepelschaal (1) inclusief het patroon van de eerste noppen (21a-21f) dezelfde is als de vorm van de tweede koepelschaal (2) inclusief het patroon van de tweede noppen (22a-22f), zodanig dat de tweede koepelschaal in een stapelstand kan aansluiten op de eerste koepelschaal, terwijl in een montagestand de tweede koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal in vergelijking met de stapelstand, en het patroon zodanig is dat in de montagetoestand de tweede omtreksflens afsteunt op de eerste noppen.
4. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste koepelschaal identiek is aan de tweede koepelschaal.
5. Koepelinrichting volgens conclusie 4, verder omvattende een derde koepelschaal met een derde omtreksflens welke derde koepelschaal identiek is aan de tweede koepelschaal, met het kenmerk, dat de derde koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de tweede koepelschaal en de derde omtreksflens afsteunt op de tweede noppen.
6. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste en tweede omtreksflens elk gevormd zijn als een kader met vier zijden (31, 32, 33, 34) is, waarbij de eerste en tweede omtreksflens aan elke zijde voorzien zijn van meerdere noppen.
7. Koepelinrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de noppen aan twee van de vier zijden volgens een eerste patroon (21a-21c; 22a-22c) zijn aangebracht, en aan de andere twee van de vier zijden volgens een tweede patroon (21d-21f; 22d-22f) dat niet overlapt met het eerste patroon, waarbij de tweede koepelschaal in een over 90 of 180 graden verdraaide stand geplaatst is op de eerste koepelschaal, zodanig dat voor elke zijde een eerste patroon tegenover een tweede patroon ligt.
8. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal vastgezet zijn met moer en bout.
9. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste en de tweede koepelschaal vastgezet zijn in een raam, bijvoorbeeld met kliklatten.
10. Koepelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de noppen van de eerste omtreksflens verlijmd zijn met de tweede omtreksflens.
11. Samenstel van ten minste een eerste en een tweede koepelschaal die gevormd zijn door thermovormen, waarbij de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal gevormd is met respectievelijk een eerste en tweede koepelelement (41, 42) en respectievelijk een eerste en tweede omtreksflens (11, 12), met het kenmerk, dat de eerste omtreksflens van de eerste koepelschaal gevormd is met uitstekende eerste noppen, die zodanig zijn aangebracht dat de tweede koepelschaal in een montagestand plaatsbaar is op of onder de eerste koepelschaal, waarbij de eerste noppen van de eerste omtreksflens een afstandhouder vormen tussen de eerste en tweede koepelschaal en de eerste noppen afgesteund zijn op de tweede omtreksflens terwijl het eerste koepelelement zich op een afstand van de tweede koepelelement bevindt.
12. Samenstel volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de tweede koepelschaal gevormd is met uitstekende tweede noppen die zodanig zijn aangebracht dat gezien in bovenaanzicht, in de montagestand, de eerste en de tweede noppen niet overlappen.
13. Samenstel volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat de vorm van de eerste koepelschaal inclusief het patroon van de eerste noppen dezelfde is als de vorm van de tweede koepelschaal inclusief het patroon van de tweede noppen, zodanig dat de tweede koepeischaai in een stapelstand kan aansluiten op de eerste koepelschaal, waarbij het patroon zodanig is dat de tweede koepelschaal, in de montagestand waarin de tweede koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelstand, met de tweede omtreksflens kan afsteunen op de eerste noppen.
14. Samenstel volgens één der conclusies 11-13, met het kenmerk, dat de eerste en tweede omtreksflens elk gevormd zijn als een kader met vier zijden is, waarbij de eerste en tweede omtreksflens aan elke zijde voorzien zijn van meerdere noppen.
15. Samenstel volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de noppen aan twee van de vier zijden volgens een eerste patroon zijn aangebracht, en aan de andere twee van de vier zijden volgens een tweede patroon dat niet overlapt met het eerste patroon, zodanig dat de tweede koepelschaal in een over 90 of 180 graden verdraaide stand plaatsbaar is op een eerste koepelschaal, waarbij voor elke zijde een eerste patroon tegenover een tweede patroon ligt.
16. Samenstel volgens één der conclusies 11-15, met het kenmerk, dat de eerste en de tweede koepelschaal vervaardigd zijn in dezelfde mal door thermovormen.
17. Werkwijze voor het monteren van een koepelinrichting met een eerste en een tweede koepelschaal, omvattende: het thermovormen een de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal met respectievelijk een eerste en een tweede koepelelement en een daarop aansluitende eerste en tweede omtreksflens, waarbij de eerste koepelschaal gevormd wordt met eerste noppen die uitsteken uit de eerste omtreksflens, het plaatsen van de tweede koepelschaal op of onder de eerste koepelschaal zodanig dat de tweede omtreksflens afgesteund wordt tegen de eerste noppen en het eerste en tweede koepelelement op een afstand van elkaar liggen.
18. Werkwijze volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de tweede koepelschaal gevormd wordt met tweede noppen die uitsteken uit de tweede omtreksflens, waarbij de tweede koepelschaal zodanig op of onder de eerste koepelschaal wordt geplaatst dat, gezien in bovenaanzicht, de eerste en de tweede noppen niet overlappen.
19. Werkwijze volgens conclusie 17 of 18, met het kenmerk, dat de eerste koepelschaal in dezelfde mal gethermovormd wordt als de tweede koepelschaal, zodanig dat de tweede koepelschaal in een stapelstand kan aansluiten op de eerste koepelschaal, waarbij de noppen volgens een zodanig patroon worden gevormd dat de tweede koepelschaal, in een montagestand waarin de tweede koepelschaal verdraaid is ten opzichte van de eerste koepelschaal, met de tweede omtreksflens kan afsteunen op de eerste noppen.
20. Werkwijze volgens één der conclusies 17-19, met het kenmerk, dat de eerste en tweede omtreksflens elk gevormd worden als een kader met vier zijden is, waarbij aan elke zijde ten minste twee noppen worden gevormd.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de noppen aan twee van de vier zijden volgens een eerste patroon worden gevormd, en aan de andere twee van de vier zijden volgens een tweede patroon dat niet overlapt met het eerste patroon, waarbij de tweede koepelschaal in een over 90 of 180 graden verdraaide stand geplaatst wordt ten opzichte van de eerste koepelschaal, zodanig dat voor elk paar tegenoverliggende zijden van de eerste en de tweede omtreksflens een eerste patroon tegenover een tweede patroon ligt.
22. Werkwijze volgens één der conclusies 17-21, met het kenmerk, dat de eerste koepelschaal en de tweede koepelschaal vastgezet worden met moer en bout.
23. Werkwijze volgens één der conclusies 17-21, met het kenmerk, dat de eerste en de tweede koepelschaal vastgezet worden in een raam, bijvoorbeeld met kliklatten.
24. Werkwijze volgens één der conclusies 17-23, met het kenmerk, dat voor het vormen van de eerste en/of tweede noppen holtes worden voorzien in een klemmatrijs die gebruikt wordt voor het vastklemmen van de eerste en/of tweede omtreksflens tijdens het thermoformage proces, tijdens welk thermoformageproces de eerste en tweede koepelschaal gevormd worden door blazen of vacuüm trekken en de eerste en tweede noppen in de omtreksflens gedrukt worden.
BE201200444A 2012-06-29 2012-06-29 Koepelinrichting met meerdere koepelschalen. BE1020769A3 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE201200444A BE1020769A3 (nl) 2012-06-29 2012-06-29 Koepelinrichting met meerdere koepelschalen.
EP20130173696 EP2679742B1 (en) 2012-06-29 2013-06-26 Dome device with multiple dome-like shells

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE201200444A BE1020769A3 (nl) 2012-06-29 2012-06-29 Koepelinrichting met meerdere koepelschalen.
BE201200444 2012-06-29

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1020769A3 true BE1020769A3 (nl) 2014-04-01

Family

ID=48656005

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE201200444A BE1020769A3 (nl) 2012-06-29 2012-06-29 Koepelinrichting met meerdere koepelschalen.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP2679742B1 (nl)
BE (1) BE1020769A3 (nl)

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3584385A1 (en) 2018-06-19 2019-12-25 Skylux N.V. Improved method for manufacturing a multi-walled module, especially a multi-walled roof device
EP3653827A1 (en) 2018-11-16 2020-05-20 Skylux N.V. Method for manufacturing a multi-walled device, in particular a multi-walled roof device
EP3828361A1 (en) 2019-11-29 2021-06-02 Skylux N.V. Roof or window assembly with insert
BE1027870A1 (nl) 2019-12-17 2021-07-09 Skylux Nv Verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting
BE1027925A1 (nl) 2019-12-26 2021-07-27 Skylux Nv Werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module
BE1027927A1 (nl) 2019-12-27 2021-07-27 Skylux Nv Vacuum koepelinrichting en werkwijze voor het vervaardigen daarvan

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2703060A (en) * 1952-12-03 1955-03-01 William G Kiefer Skylight construction
CH344550A (fr) * 1955-06-02 1960-02-15 Arthur Bastyns Lanterneau
GB916830A (en) * 1961-05-12 1963-01-30 Arthur Bastyns Improvements in or relating to skylights
EP1748120A2 (de) * 2005-07-29 2007-01-31 Werner Linhart Lichtkuppel

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2703060A (en) * 1952-12-03 1955-03-01 William G Kiefer Skylight construction
CH344550A (fr) * 1955-06-02 1960-02-15 Arthur Bastyns Lanterneau
GB916830A (en) * 1961-05-12 1963-01-30 Arthur Bastyns Improvements in or relating to skylights
EP1748120A2 (de) * 2005-07-29 2007-01-31 Werner Linhart Lichtkuppel

Cited By (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3584385A1 (en) 2018-06-19 2019-12-25 Skylux N.V. Improved method for manufacturing a multi-walled module, especially a multi-walled roof device
EP3653827A1 (en) 2018-11-16 2020-05-20 Skylux N.V. Method for manufacturing a multi-walled device, in particular a multi-walled roof device
EP3828361A1 (en) 2019-11-29 2021-06-02 Skylux N.V. Roof or window assembly with insert
BE1027818A1 (nl) 2019-11-29 2021-06-25 Skylux Nv Dak- of raamsamenstel met inzetstuk
BE1027870A1 (nl) 2019-12-17 2021-07-09 Skylux Nv Verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting
BE1027925A1 (nl) 2019-12-26 2021-07-27 Skylux Nv Werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module
BE1027927A1 (nl) 2019-12-27 2021-07-27 Skylux Nv Vacuum koepelinrichting en werkwijze voor het vervaardigen daarvan

Also Published As

Publication number Publication date
EP2679742A1 (en) 2014-01-01
EP2679742B1 (en) 2015-03-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1020769A3 (nl) Koepelinrichting met meerdere koepelschalen.
USD830646S1 (en) Cat dish
US7869224B1 (en) Housing structure for pluggable transceiver module
WO2017180776A3 (en) Antennas having mems-tuned rf resonators and methods for fabricating the same
NL1014361C2 (nl) Bevestigingsorgaan.
US20120104918A1 (en) Data center
USD801121S1 (en) Dish
RU2016129422A (ru) Вентилируемый тормозной диск
EP3178760B1 (en) Eye link conveyor belt
NL2012704A (nl) Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting.
US20170370461A1 (en) Bicycle sprocket wheel unit and mounting unit for cooperating with sprocket wheels
EP3196690A3 (en) Display device
JP6872578B2 (ja) 家具製品の家具本体に支持される家具部品を動かすための装置に用いる連結レバー
USD648921S1 (en) Boot donning assistance apparatus
CA2782191A1 (en) Baking pan and method
USD983122S1 (en) Equipment mounting platform for cargo van
US1585436A (en) Tire carrier
US2889184A (en) Platform unit and assembly
US815061A (en) Frame for drying-racks.
NL1019607C2 (nl) Sensormat voor het registreren van een drukprofiel.
NL2006060C2 (nl) Plantensteunring.
EP2792614B1 (fr) Jeu de plateaux intercalaires pour le conditionnement de bouteilles et sa méthode de fabrication
JP3219508U (ja) ケーブル交点クランプ
EP3378295B1 (en) Detachable system for assembling and joining pieces for mounting structures and parts thereof
JP2009255807A (ja) 鶏卵などの物品運搬装置

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200630