BE1017208A5 - Inrichting voor het automatisch bevestigen van etiketten op een tapijt en etiket voor een dergelijke inrichting. - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft enerzijds een inrichting (1) voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt (3), waarbij de inrichting (1) voorzien is voor het kleven van individueel bedrukbare en/of zelfklevende etiketten (2) op het tapijt (3). Anderzijds betreft deze uitvinding een etiket (2), omvattende een van een zelfklevende laag voorzien bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) en een tegen dit bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) aangebracht beschermblad (21), waarbij dit zelfklevende etiket (2) voorzien is om door middel van een inrichting volgens één van de voorgaande conclusies (1) op een tapijt (3) aangebracht te worden, waarbij het beschermblad (21) minstens één ten opzichte van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) uitstekende rand heeft die door de afpeleenheid (4) kan vastgenomen worden ten einde het beschermblad (21) van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) af te pellen.

Description

INRICHTING VOOR HET AUTOMATISCH BEVESTIGEN VAN ETIKETTEN OP EEN

TAPIJT

De uitvinding betreft enerzijds een inrichting voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt, waarbij de zelfklevende etiketten voorzien zijn van een van een zelfklevende laag voorzien bedrukbaar en/of bedruk bovenblad, en een tegen dit bedrukbare en/of bedrukte blad aangebracht beschermblad, waarbij de inrichting voorzien is van een afpeleenheid voor het automatisch verwijderen van dit beschermblad van het bedrukbare en/of bedrukte bovenblad, en waarbij de inrichting een beweegbaar opgestelde telescopische arm omvat die voorzien is van een opneemeenheid voor het opnemen van een bedrukt, zelfklevend etiket.

Om tapijten te identificeren worden deze vaak van labels voorzien. Deze labels kunnen zowel manueel als automatisch op de tapijten aangebracht worden.

Een eerste gekende methode om labels op tapijten aan te brengen, bestaat erin papier van een lijmlaag te voorzien en dit papier op het tapijt te kleven. Meestal wordt hierbij hete smeltlijm gebruikt. Alhoewel in een dergelijke methode het label naar voorkeur in verschillende formaten en verschillende kleuren kan gemaakt worden, en ter plaatse gedrukt kan worden, is deze methode echter vrij omslachtig. De hete smeltlijm heeft een zekere opwarmtijd nodig, en bovendien vergt een hete smeltlijmpistool regelmatig onderhoud van de spuitmond. Bij het ter plaatse aanbrengen van een lijmlaag bestaat verder het risico dat de lijm ook op ongewenste plaatsen terechtkomt.

Bij een tweede methode om labels op tapijten aan te brengen, worden strijketiketten gebruikt. Een dergelijk strijketiket wordt bij het plaatsen ervan op een tapijt verwarmd met een strijkijzer. Zo warmt de lijm op en kan de appreteerlaag van het tapijt versmelten met de lijmlaag van het etiket, wat voor een goede hechting zorgt. Het plaatsen van het etiket kan hierbij zowel manueel als automatisch gebeuren. Het nadeel van deze strij ketiketten is dat dergelijke etiketten enkel bedrukt kunnen worden vóór de lijmlaag op deze etiketten wordt aangebracht, omdat anders de lijm smelt tijdens het printen.

Een derde methode is het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt, waarbij zelfklevende etiketten op een rol zijn aangebracht. De etiketten worden bij het afrollen van de rol van de rol gepeld en op het tapijt aangebracht.

Een dergelijke inrichting wordt omschreven in US 6,080,250, waarbij deze inrichting voorzien is voor het voorbereiden en het aanbrengen van etiketten op een object, en waarbij de inrichting een etiketverdeler omvat die voorzien is van een toegangszone voor een etiketbewerkingseenheid die aangebracht is op een robotarm die langs een geleidingsrail bewogen kan worden. Daarenboven kan de robotarm op en neer bewogen worden, en geroteerd worden rond zijn langsas. Deze geleidingsrail strekt zich daarbij uit vanaf de toegangszone tot aan een transportband die loodrecht op deze geleidingsrail loopt, waarbij deze transportband voorzien is van een steunoppervlak voor het ondersteunen van een met etiket te voorzien object. De genoemde etiketverdeler is uitgevoerd als een etiketprinter, waarbij in het bovenste gedeelte van het printerframe een toevoerrol draaibaar gemonteerd is, waarbij op deze toevoerrol een draagstrip is opgerold die voorzien is van een aantal zelfklevende, naast elkaar aangebrachte, te bedrukken etiketten. Het bedrukte etiket wordt daarna door middel van een afpeleenheid die voorzien is van een afpelrand van de draagstrip afgepeld en vervolgens door middel van een roleenheid op het object aangebracht.

Een andere dergelijke inrichting wordt omschreven in US 5,954,913, waarbij deze inrichting voorzien is voor het aanbrengen van etiketten op het bovenoppervlak van een object dat langs een pad aangrenzend aan de inrichting passeert. In een eerste uitvoeringsvorm zoals voorgesteld in US 5,954,913, bestaat de voorraad etiketten uit kettingpapier dat opgebouwd is uit een continue onderlaag waarop meerdere etiketten zijn aangebracht, waarbij de onderlaag van het etiket wordt verwijderd bij het printen van het etiket. In een tweede uitvoeringsvorm bestaat de voorraad etiketten uit een rol die opgebouwd is uit een continue onderlaag waarop meerdere etiketten zijn aangebracht. Verder omvat de inrichting een kolom die o.a. een aanbrengeenheid en een eenheid waarin de printer is voorzien ondersteunen. Deze aanbrengeenheid is voorzien van een verticale actuator die gemonteerd is op de kolom en die dicht bij de transportband die de objecten aanbrengt gemonteerd is. Aan deze verticale actuator is een verticaal op- en neer beweegbare houder aangebracht, waaraan op zijn beurt een transporteenheid is aangebracht. Deze transporteenheid is voorzien van een roterende actuator die op de verticaal op- en neer beweegbare houder is aangebracht. Deze roterende actuator beweegt een zwaaiarm tussen ingetrokken en uitgestrekte posities. Aan deze zwaaiarm is een vacuüm / blaasplaat aangebracht, en verder is in de buurt van de toevoerplaats van de te kleven zelfklevende etiketten een blaaspijp voorzien voor het uitblazen van een hoeveelheid lucht om te assisteren in het verplaatsen van het etiket van de onderlaag waarop dit etiket is aangebracht naar de vacuüm / blaasplaat van de transportinrichting, waarna het van de onderlaag ontdane etiket op het object wordt aangebracht.

Het nadeel van dergelijke inrichtingen is dat de etiketten op een rol aangebracht zijn. Alhoewel dit toelaat om de etiketten ter plaatse te bedrukken net voor ze op het tapijt worden aangebracht, is een verder nadeel van deze methode echter dat printers voor dergelijke rollen met etiketten maximaal een A5-formaat kunnen bedrukken. Bovendien kunnen dergelijke printers enkel zwart-wit drukken.

Het doel van de uitvinding is bijgevolg enerzijds om te voorzien in een inrichting voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt, waarbij toegelaten wordt om zelfklevende etiketten van een formaat en kleur naar keuze op het tapijt aan te brengen, en anderzijds te voorzien in zelfklevende etiketten die door middel van een dergelijke inrichting volgens de uitvinding op een tapijt kunnen aangebracht worden.

Deze doelstelling wordt enerzijds bereikt door te voorzien in een inrichting voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt, waarbij de zelfklevende etiketten voorzien zijn van een van een zelfklevende laag voorzien bedrukbaar en/of bedrukt bovenblad, en een tegen dit bedrukbare en/of bedrukte bovenblad aangebracht beschermblad, waarbij de inrichting voorzien is van een afpeleenheid voor het automatisch verwijderen van dit beschermblad van het bedrukbare en/of bedrukte bovenblad, en waarbij de inrichting een beweegbaar opgestelde telescopische arm omvat die voorzien is van een opneemeenheid voor het opnemen van een bedrukt, zelfklevend etiket, waarbij de inrichting voorzien is voor het op het tapijt kleven van individueel bedrukbare en/of bedrukte zelfklevende etiketten, waarbij het genoemde beschermblad minstens één ten opzichte van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad uitstekende rand heeft die door de afpeleenheid kan vastgenomen worden, en waarbij de telescopische arm en de afpeleenheid voorzien zijn om synchroon in een tegenovergestelde richting te bewegen, zodanig dat wanneer het bedrukte, zelfklevende etiket is opgenomen door de genoemde opneemeenheid en de genoemde uitstekende rand is vastgenomen door de afpeleenheid, door het synchroon bewegen in tegenovergestelde richting van de telescopische arm en de afpeleenheid het bedrukte bovenblad van het beschermblad wordt afgepeld.

Op deze manier kunnen individueel bedrukbare en/of bedrukte zelfklevende etiketten elk formaat en elke kleur hebben dat via een afdruksysteem kan gedrukt worden. Dit laat eveneens toe om elk zelfklevend etiket individueel te voorzien van specifieke gegevens zoals serienummers, barcodes, data, om zo een goede traceerbaarheid van de tapijten te verzekeren. Bovendien spaart het automatisch verwijderen van deze beschermbladen een omslachtige hand matige bewerking uit.

Het afpellen van het beschermblad van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad gebeurt bij voorkeur net voor het opkleven van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad op het tapijt.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding, is de telescopische arm in- en uitschuifbaar uitgevoerd.

De hierboven genoemde beweging van de telescopische arm in een richting tegenovergesteld aan de beweging van de afpeleenheid, gebeurt daarbij door het inschuiven van de telescopische arm.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding, maakt de genoemde telescopische arm deel uit van een verplaatsingseenheid die voorzien is voor het verplaatsen van een door de telescopische arm opgenomen bedrukt, zelfklevend etiket naar de afpeleenheid, waarbij deze verplaatsingseenheid een rail omvat waarlangs de genoemde telescopische arm horizontaal verplaatsbaar is.

In een voordelige uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding, is de afpeleenheid voorzien van een open- en sluitbaar klemstuk voor het vastklemmen van de genoemde uitstekende rand van dit bedrukte, zelfklevende etiket.

In een voorkeursinrichting volgens de uitvinding, is de afpeleenheid voorzien van een klembord voor het neerleggen van een bedrukt, zelfklevend etiket.

In een gunstige uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding, is de afpeleenheid voorzien is van een in- en uitschuifbare arm die aan het uiteinde daarvan voorzien is van een zuignapsysteem voor het aanzuigen van het bedrukte, zelfklevende etiket.

Bij een bijzondere uitvoering van de inrichting volgens de uitvinding, heeft het genoemde beschermblad één rand die uitsteekt ten opzichte van het genoemde bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad.

Bij een gunstige uitvoering van een inrichting volgens deze uitvinding, is deze voorzien voor het opwarmen van de bedrukbare en/of bedrukte bladen tijdens of na het kleven ervan op het tapijt.

Dit zorgt ervoor dat de gesmolten lijmlaag kan vermengen met de gesmolten appreteerlaag van het tapijt, waardoor een betere hechting wordt bekomen.

Een bijzonder gunstige uitvoeringsvorm van een inrichting volgens deze uitvinding omvat een afdrukstation voor het afdrukken van etiketten. Op deze manier kunnen de etiketten rechtstreeks uit het afdrukstation genomen worden om deze daarna op het tapijt aan te brengen.

Een bijzondere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens deze uitvinding is voorzien van een detectiesysteem voor het automatisch detecteren van de zone tussen twee opeenvolgende tapijten, die voorzien dienen te worden van een etiket.

Om de eigenschappen van deze uitvinding verder te verduidelijken en om bijkomende voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden, volgt nu een meer gedetailleerde beschrijving van enerzijds een inrichting voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt volgens deze uitvinding en anderzijds zelfklevende etiketten volgens deze uitvinding, voorzien om door middel van een dergelijke inrichting op een tapijt aangebracht te worden. Deze beschrijving kan niet geïnterpreteerd worden als een beperking van de in de conclusies gedefinieerde beschermingsomvang voor deze uitvinding.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij: figuren 1 tot en met 10 de verschillende stappen weergeven die een inrichting volgens deze uitvinding uitvoert voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt; figuren 11 en 12 een individueel bedrukbaar en/of bedrukt zelfklevende etiket weergeven volgens deze uitvinding.

Een inrichting (1) volgens deze uitvinding voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten (2) op een tapijt (3), zoals weergegeven op de figuren 1 tot en met 10, is voorzien om individueel bedrukbare en/of bedrukte zelfklevende etiketten (2) (zoals voorgesteld op de figuren 11 en 12) op een tapijt (3) te kleven. De individueel bedrukbare en/of bedrukte zelfklevende etiketten (2) omvatten een van een zelfklevende laag voorzien bedrukbaar en/of bedrukt bovenblad (20) en een tegen dit bedrukbare en/of bedrukte bovenblad (20) aangebracht beschermblad (21 ).

De inrichting (1) volgens deze uitvinding kan voorzien zijn van een eigen afdrukstation (niet voorgesteld op de figuur) voor het bedrukken van de zelfklevende etiketten (2). Echter, de zelfklevende etiketten (2) kunnen vooraf in een andere afdrukeenheid bedrukt worden en in een etikethouder (5) gelegd worden. De etikethouder (5) kan bijgevolg in het laatste geval een aparte etikethouder (5) (bijvoorbeeld in de vorm van een bak) zijn, of kan in het eerste geval ook deel uitmaken van het afdrukstation (niet voorgesteld op de figuren), zoals de printerlade, dat deel uitmaakt van de inrichting (1).

Verder omvat de inrichting (1) een verplaatsingseenheid (4) die voorzien is om een etiket (2) uit de etikethouder (5) op te nemen, te verplaatsen naar een afpeleenheid (6) voor het automatisch afpellen van het bescherm blad (21 ) van het bedrukte bovenblad (20), en het brengen van het afgepelde bedrukte blad (20) tot boven de tapijthouder (8).

De verplaatsingseenheid (4) omvat hierbij een telescopische arm (40) die verticaal kan uitschuiven en horizontaal langs een rail (41) kan bewegen en die aan het uiteinde voorzien is van een opneemeenheid (42) voor het opnemen van bedrukte zelfklevende etiketten uit de etikethouder (5).

De afpeleenheid (6) omvat een klembord (60) voor het neerleggen van een bedrukt zelfklevende etiket (2), een open- en sluitbaar klemstuk (61 ) en een in- en uitschuifbare arm (62) die aan het uiteinde daarvan voorzien is van een zuignapsysteem (43) voor het aanzuigen van de bedrukte zelfklevende etiketten (2).

Ten einde het beschermblad (21) op een eenvoudige manier van het bedrukte bovenblad (21) te kunnen afpellen, is het bescherm blad (20) voorzien van minstens één ten opzichte van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) uitstekende rand die door het open- en sluitbaar klemstuk van de afpeleenheid (6) kan vastgeklemd worden. In de voorkeursuitvoeringsvorm van een etiket (2) volgens de uitvinding zoals voorgesteld op de figuren 11 en 12, heeft het beschermblad (21) één rand die uitsteekt ten opzichte van het genoemde bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20).

Verder omvat de inrichting (1 ) een opvangbak (7) voor het opvangen van de van de etiketten (2) losgemaakte beschermbladen (21), en een tapijthouder (8), die voorzien kan zijn van een transportband voor het transporteren van de tapijten (3).

Het automatisch kleven van zelfklevende etiketten met een inrichting (1) volgens de uitvinding gebeurt in de volgende stappen:

Figuur 1 : Het naar beneden brengen van de telescopische arm (40) (pijl A) voor het opnemen van een bedrukt zelfklevende etiket (2) uit de etikethouder (5) door middel van de opneemeenheid (42);

Figuur 2: Het omhoog brengen van het opgenomen etiket (pijl S) tot het zelfklevende etiket (2) zich boven de etikethouder (5) bevindt;

Figuur 3: Het verschuiven van de telescopische arm (40) langs de rail (41 ) (pijl C) om zo het zelfklevende etiket (2) tot boven de afpel eenheid (6) te brengen;

Figuur 4: Het naar beneden brengen van de telescopische arm (40) (pijl D) ten einde het zelfklevende etiket (2) op het klembord (60) neer te leggen;

Figuur 5: Het vastklemmen van de uitstekende rand (21) van het zelfklevende etiket (2) door middel van het klemstuk (61 ) (pijl E);

Figuur 6: Het afpellen van het beschermblad (21) van het bedrukte blad (20) door het synchroon bewegen van de telescopische arm (40) langs de rail (41) in de richting van de tapijthouder (8) (pijl F), en het in de andere richting bewegen van de afpeleenheid (6), dit door het inschuiven van de in- en uitschuifbare arm (62) (pijl G);

Figuur 7: Het bewegen van de telescopische arm (40) met het afgepelde bedrukte blad (20) langs de rail (41) tot boven de tapijthouder (8) (pijl H);

Figuur 8: Het naar beneden verschuiven van de telescopische arm (40) van de verplaatsingseenheid (4) (pijl I) tot deze het bedrukte blad (20) van het etiket (2) op het tapijt (3) drukt om zo het bedrukte blad (20) op het tapijt te kleven. Verder wordt het klemstuk (61 ) geopend zodat het beschermblad (21 ) in de opvangbak (7) zou kunnen vallen (pijl J);

Figuur 9: Het terug verplaatsen van de afpeleenheid (6) tot boven de opvang bak (7) door middel van de in- en uitschuifbare arm (62) (pijl L). Verder lost het zuignapsysteem (43) het opgekleefde bedrukte blad (20) en trekt de telescopische arm (40) van de verplaatsingseenheid (4) zich terug in (pijl K). Nadien zal bij een transportband als tapijthouder (8), de transportband zich in beweging zetten om het van het bedrukte blad (20) van het zelfklevende etiket (2) voorziene tapijt (3) af te voeren, en een tapijt (3) die nog moet voorzien worden van een etiket (2) klaar te leggen. De volgende positie van de transportband en dus ook van de tapijten, kan hierbij automatisch gedetecteerd worden. De inrichting (1) kan hiervoor bijvoorbeeld voorzien zijn van een detectiesysteem voor het automatisch detecteren van de zone tussen twee opeenvolgende tapijten op de transportband.

Figuur 10: Het terugkeren van de telescopische arm (40) naar zijn beginpositie (pijl M).

Claims (13)

1. Inrichting (1) voor het automatisch kleven van zelfklevende etiketten op een tapijt (3), waarbij de zelfklevende etiketten voorzien zijn van een van een zelfklevende laag voorzien bedrukbaar en/of bedrukt bovenblad (20), en een tegen dit bedrukbare en/of bedrukte bovenblad (20) aangebracht beschermblad (21), waarbij de inrichting (1) voorzien is van een afpeleenheid (6) voor het automatisch verwijderen van dit beschermblad (21) van het bedrukbare en/of bedrukte bovenblad (20), en waarbij de inrichting (1) een beweegbaar opgestelde telescopische arm (40) omvat die voorzien is van een opneemeenheid (42) voor het opnemen van een bedrukt, zelfklevend etiket (2), met het kenmerk dat de inrichting (1) voorzien is voor het op het tapijt (3) kleven van individueel bedrukbare en/of bedrukte zelfklevende etiketten (2), waarbij het genoemde beschermblad (21) minstens één ten opzichte van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) uitstekende rand heeft die door de afpeleenheid (6) kan vastgenomen worden, en waarbij de telescopische arm (40) en de afpeleenheid (6) voorzien zijn om synchroon in een tegenovergestelde richting (pijlen F en G) te bewegen, zodanig dat wanneer het bedrukte, zelfklevende etiket (2) is opgenomen door de genoemde opneemeenheid (42) en de genoemde uitstekende rand is vastgenomen door de afpeleenheid (6), door het synchroon bewegen in tegenovergestelde richting (pijlen F en G) van de telescopische arm (40) en de afpeleenheid (6) het bedrukte bovenblad (20) van het beschermblad (21) wordt afgepeld.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de inrichting (1 ) voorzien is om het beschermblad (21) van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) af te pellen net vóór het opkleven van het bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20) op het tapijt (3) gebeurt.

3. Inrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de telescopische arm (40) in- en uitschuifbaar uitgevoerd is.

4. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 3, met het kenmerk dat de genoemde beweging van de telescopische arm (40) in een richting (pijl F) tegenovergesteld aan de beweging (pijl G) van de afpeleenheid (6), gebeurt door het inschuiven van de telescopische arm (40).

5. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk dat de genoemde telescopische arm (40) deel uitmaakt van een verplaatsingseenheid (4) die voorzien is voor het verplaatsen van een door de telescopische arm (40) opgenomen bedrukt, zelfklevend etiket (2) naar de afpeleenheid (6), waarbij deze verplaatsingseenheid (4) een rail (41) omvat waarlangs de genoemde telescopische arm (8) horizontaal verplaatsbaar is.

6. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 5, met het kenmerk dat de afpeleenheid (6) voorzien is van een open- en sluitbaar klemstuk (61) voor het vastklemmen van de genoemde uitstekende rand van dit bedrukte, zelfklevende etiket (2).

7. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 6, met het kenmerk dat de afpeleenheid (6) voorzien is van een klembord (60) voor het neerleggen van een bedrukt, zelfklevend etiket (2).

8. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 7, met het kenmerk dat de afpeleenheid (6) voorzien is van een in- en uitschuifbare arm (62) die aan het uiteinde daarvan voorzien is van een zuignapsysteem (43) voor het aanzuigen van het bedrukte, zelfklevende etiket (2).

9. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 8, met het kenmerk dat het genoemde beschermblad (21) één rand heeft die uitsteekt ten opzichte van het genoemde bedrukbaar en/of bedrukte bovenblad (20).

10. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 9, met het kenmerk dat de inrichting (1 ) een etikethouder (5) omvat die voorzien is voor het houden van de door de opneemeenheid (42) van de telescopische arm (40) op te nemen bedrukte, zelfklevende etiketten (2).

11. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 10, met het kenmerk dat de inrichting (1) voorzien is voor het opwarmen van de bedrukbare en/of bedrukte bladen (20) tijdens of na het kleven ervan op het tapijt (3).

12. Inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 11, met het kenmerk dat de inrichting (1) een afdrukstation omvat voor het afdrukken van zelfklevende etiketten.

13. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting (1) voorzien is van een detectiesysteem voor het automatisch detecteren van de zone tussen twee opeenvolgende tapijten die voorzien dienen te worden van een bedrukt bovenblad (20) van een zelfklevend etiket (2).