NL9402184A - Pivotable rudder propeller - Google Patents

Pivotable rudder propeller Download PDF

Info

Publication number
NL9402184A
NL9402184A NL9402184A NL9402184A NL9402184A NL 9402184 A NL9402184 A NL 9402184A NL 9402184 A NL9402184 A NL 9402184A NL 9402184 A NL9402184 A NL 9402184A NL 9402184 A NL9402184 A NL 9402184A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rudder propeller
housing
vessel
pipe
bearing
Prior art date
Application number
NL9402184A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Adriaan Willem Van Der Kam
Original Assignee
Lips A G
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Lips A G filed Critical Lips A G
Priority to NL9402184A priority Critical patent/NL9402184A/en
Publication of NL9402184A publication Critical patent/NL9402184A/en

Links

Classifications

    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63H—MARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H25/00—Steering; Slowing-down otherwise than by use of propulsive elements; Dynamic anchoring, i.e. positioning vessels by means of main or auxiliary propulsive elements
    • B63H25/42—Steering or dynamic anchoring by propulsive elements; Steering or dynamic anchoring by propellers used therefor only; Steering or dynamic anchoring by rudders carrying propellers
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63H—MARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H5/00—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water
    • B63H5/07—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water of propellers
    • B63H5/125—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water of propellers movably mounted with respect to hull, e.g. adjustable in direction, e.g. podded azimuthing thrusters
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63H—MARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H5/00—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water
    • B63H5/07—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water of propellers
    • B63H5/14—Arrangements on vessels of propulsion elements directly acting on water of propellers characterised by being mounted in non-rotating ducts or rings, e.g. adjustable for steering purpose
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63H—MARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H25/00—Steering; Slowing-down otherwise than by use of propulsive elements; Dynamic anchoring, i.e. positioning vessels by means of main or auxiliary propulsive elements
    • B63H25/42—Steering or dynamic anchoring by propulsive elements; Steering or dynamic anchoring by propellers used therefor only; Steering or dynamic anchoring by rudders carrying propellers
    • B63H2025/425—Propulsive elements, other than jets, substantially used for steering or dynamic anchoring only, with means for retracting, or otherwise moving to a rest position outside the water flow around the hull

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Toys (AREA)

Abstract

Rudder propeller comprising an underwater housing with a screw which is rotatably attached to it and is driven via an angle drive, a control pipe which, on its underside, is connected to the underwater housing, a pivoting drive and a drive shaft which is coupled to the angle drive, the rudder propeller furthermore being provided with means for mounting at least the underwater housing on a vessel in such a manner that it can pivot between a first position and a second position, all this in such a manner that, in use, at least the underwater housing in the first position projects beneath a bottom of the vessel and in a second position is located completely or partially in a storage chamber which is open to the water and lies in the vessel bottom. The rudder propeller furthermore comprises a bearing pipe in which the control pipe is rotatably accommodated, the bearing pipe being provided with a cone segment which is mounted and sealed in a bearing housing, the bearing housing, in use, being connected to a wall part of the storage chamber. <IMAGE>

Description

Titel: Zwenkbare roerpropellerTitle: Swiveling rudder propeller

De uitvinding heeft betrekking op een roerpropeller omvattende een onderwaterhuis met een daaraan roteerbaar bevestigde en via een hoek-overbrenging aangedreven scheepsschroef, een stuurpijp die aan zijn onderzijde is verbonden met het onderwaterhuis, een zwenkaandrijving waarmee het onderwaterhuis in een vlak dat loodrecht staat op de stuurpijp kan worden geroteerd en een met de overbrenging gekoppelde aandrijfas waarbij de roerpropeller verder is voorzien van middelen om althans het onderwaterhuis zwenkbaar tussen een eerste en tweede positie aan een vaartuig te monteren, een en ander dusdanig dat, in gebruik, althans het onderwaterhuis in de eerste positie onder een vaar-tuigbodem uitsteekt en in de tweede positie zich geheel of gedeeltelijk in een naar het water toe open, in de vaartuigbodem gelegen opbergruimte bevindt.The invention relates to a rudder propeller comprising an underwater housing with a rotatably mounted and angularly propelled ship propeller, a steering pipe connected at its lower side to the underwater housing, a pivot drive with which the underwater housing is in a plane perpendicular to the steering pipe can be rotated and a drive shaft coupled to the transmission, wherein the rudder propeller is further provided with means for mounting at least the underwater housing pivotally between a first and second position on a vessel, such that, in use, at least the underwater housing in the first position below a vessel bottom and in the second position is wholly or partly located in a storage space open to the water, located in the vessel bottom.

Een dergelijke roerpropeller is bijvoorbeeld bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage NL 7802156. Een aandrijfinrichting is door middel van een cardanas vast met een hoekoverbrenging in een bovenwaterhuis verbonden en drijft via de aandrijfas en een hoekoverbrenging in het onderwaterhuis de schroef aan. Het onderwaterhuis is door middel van de stuurpijp met de zwenkaandrijving verbonden, een en ander zodanig dat de roerpropeller in het vlak dat loodrecht op de stuurpijp is gelegen kan worden gedraaid, hetgeen het mogelijk maakt het vaartuig in zijwaartse richting te manoeuvreren. Het bovenwaterhuis, de zwenkaandrij-ving en het grootste gedeelte van de stuurpijp zijn ter bescherming tegen vuil en water waterdicht in een doosvormige zwenk-constructie opgenomen, die door middel van steunmoffen in een opbergruimte draaibaar is gelagerd. Hierdoor is het mogelijk cm, tijdens het varen in ondiep water of in een haven, het bovenwaterhuis, de zwenkaandrijving, het onderwaterhuis en de scheepsschroef vanuit de eerste positie in de tweede positie te zwenken waarbij zich de schroef en het onderwaterhuis in de tweede positie geheel of vrijwel geheel in de naar het water toe open opbergruimte bevinden.Such a rudder propeller is known, for example, from Dutch patent application NL 7802156. A drive device is fixedly connected by means of a cardan shaft to an angle transmission in an above-water housing and drives the screw via the drive shaft and an angle transmission in the underwater housing. The underwater housing is connected to the pivot drive by means of the steering pipe, such that the rudder propeller can be rotated in the plane perpendicular to the steering pipe, which makes it possible to maneuver the vessel sideways. The upper water housing, the pivot drive and the main part of the steering pipe are watertight in a box-shaped pivot construction, which is rotatably supported by means of support sleeves in a storage space, to protect against dirt and water. This makes it possible to pivot from the first position into the second position while sailing in shallow water or in a port, the above water housing, the swing drive, the underwater housing and the propeller, with the screw and the underwater housing in the second position or almost entirely in the storage space open to the water.

Deze roerpropeller heeft echter het nadeel dat de doos-vormige zwenkconstructie omslachtig en duur in opbouw is. Bovendien is het moeilijk in een afdichting van de steunmoffen tegen water en vuil te voorzien.However, this rudder propeller has the drawback that the box-shaped pivoting construction is laborious and expensive to build. In addition, it is difficult to provide a sealing of the support sleeves against water and dirt.

De uitvinding beoogt hiervoor een oplossing te bieden en heeft als kenmerk, dat de roerpropeller verder een draagpijp omvat waarin de stuurpijp roteerbaar is opgenomen, waarbij de draagpijp is voorzien van een bolvormig segment dat is gelagerd en afgedicht in een lagerhuis waarbij het lagerhuis, in gebruik, met een wanddeel van de opbergruimte is verbonden.The object of the invention is to provide a solution for this and is characterized in that the rudder propeller further comprises a carrier pipe in which the steering pipe is rotatably received, the carrier pipe being provided with a spherical segment which is mounted and sealed in a bearing housing with the bearing housing in use , is connected to a wall part of the storage space.

Door de maatregelen van de uitvinding wordt een roerpropeller verschaft met een aantal verrassende voordelen ten opzichte van de bekende stand der techniek.The features of the invention provide a rudder propeller with a number of surprising advantages over the prior art.

Ten opzichte van de in de Nederlandse octrooiaanvrage NL 7802156 omschreven roerpropeller is een voordeel dat het aan de draagpijp aangébrachte en in een lagerhuis gelagerd bolvormig segment eenvoudiger en goedkoper tegen vuil en water is af te dichten dan de doosvormige zwenkconstructie uit de bekende stand der techniek. Het bolvormige segment kan hierbij op verschillende manieren, bijvoorbeeld door middel van een persverbinding of een flensverbinding met bouten, eenvoudig aan de draagpijp zijn bevestigd. Het is tevens mogelijk dat het bolvormige segment in de draagpijp is geïntegreerd, hetgeen een verbinding tussen de draagpijp en het bolvormige segment overbodig maakt. Een afdichting van het bolvormige segment naar water- en luchtzijde kan op eenvoudige wijze worden uitgevoerd door twee afdichtringen. Een verder voordeel ten opzichte van de bekende stand der techniek is dat de roerpropeller door middel van een losmaakbare koppeling en een op een geleidingselement verschuifbaar gelagerde aandrijfinrichting ook in de tweede positie kan worden aangedreven, hetgeen het mogelijk maakt de roerpropeller ook als tunnelschroef te gebruiken. Een vergrendelmechanisme, dat een vastzetring omvat die verschuifbaar met de draagpijp is verbonden, maakt het bovendien mogelijk dat de stuwkracht direkt, via het vergrendelmechanisme, door het vaartuig wordt opgenomen en niet zoals in de bekende stand der techniek via de zwenkconstructie in het vaartuig wordt geleid.Compared to the rudder propeller described in Dutch patent application NL 7802156, it is an advantage that the spherical segment arranged on the carrier pipe and mounted in a bearing housing is easier and cheaper to seal against dirt and water than the box-shaped pivoting construction of the known prior art. The spherical segment can be simply attached to the support pipe in various ways, for example by means of a press connection or a flange connection with bolts. It is also possible that the spherical segment is integrated in the carrier pipe, which makes a connection between the carrier pipe and the spherical segment unnecessary. A sealing of the spherical segment to the water and air side can be easily carried out by two sealing rings. A further advantage over the known prior art is that the rudder propeller can also be driven in the second position by means of a releasable coupling and a drive device slidably mounted on a guide element, which makes it possible to also use the rudder propeller as a tunnel screw. A locking mechanism, which includes a locking ring slidably connected to the carrier pipe, also allows the thrust to be absorbed directly by the vessel via the locking mechanism and not to be guided into the vessel via the pivot construction as in the prior art .

De uitvinding zal in het hiernavolgende nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld volgens de tekening, hierin toont: figuur 1 een zijaanzicht van de roerpropeller volgens de uitvinding; figuur 2 een doorsnede van de roerpropeller langs de lijn II-II volgens figuur 1; figuur 3 een doorsnede van de roerpropeller en de opbergruimte langs de lijn III-III volgens figuur 1; figuur 4 een zijaanzicht van een eerste bijzondere uitvoeringsvorm van een bolvormig segment met een eerste bijzondere uitvoeringsvorm van een lager van de roerpropeller volgens de uitvinding, en figuur 5 een zijaanzicht van een tweede bijzondere uitvoeringsvorm van het bolvormige segment met een tweede bijzondere uitvoeringsvorm van het lager van de roerpropeller volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to an exemplary embodiment according to the drawing, in which: figure 1 shows a side view of the rudder propeller according to the invention; figure 2 shows a section of the rudder propeller along the line II-II according to figure 1; figure 3 shows a section of the rudder propeller and the storage space along the line III-III according to figure 1; figure 4 shows a side view of a first special embodiment of a spherical segment with a first special embodiment of a bearing of the rudder propeller according to the invention, and figure 5 shows a side view of a second special embodiment of the spherical segment with a second special embodiment of the bearing of the rudder propeller according to the invention.

In de figuren zijn gelijke onderdelen aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers. Figuur 1 toont een roerpropeller volgens de uitvinding. Het samenstel is voorzien van een aandrijf inrichting l die losmaakbaar via een koppeling 2, zie figuur 2, met een bovenwaterhuis 4 is verbonden. Door middel van een niet getoonde hoekoverbrenging in het bovenwaterhuis 4 en een niet getoonde hoekoverbrenging in een onderwaterhuis 6, die door middel van een aandrijfas 7 met elkaar zijn verbonden, drijft de aandrijfinrichting 1 een schroef 8 aan. In het bijzonder zullen de twee hoekoverbrengingen zo zijn uitgevoerd, dat de hoek tussen ingaande en uitgaande as van elke overbrenging 90° is. De schroef 8 en het onderwaterhuis 6 zijn volgens het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld omgeven door een straalbuis 10. Tevens is de roerpropeller voorzien van een stuuraandrijving 12 en een stuurpijp 14 voor het draaien van het onderwaterhuis 6 en de schroef 8 in een vlak dat loodrecht op de stuurpijp 14 is gelegen. Het bovenwaterhuis 4 en de stuuraandrijving 12 zijn beide met een draagpijp 16 verbonden, waarin de aandrijfas 7 en de stuurpijp 14 zijn opgenomen. De draagpijp 16 is aam de naar het bovenwaterhuis 4 en de stuur-aandrijving 12 gerichte zijde voorzien van een bolvormig gedeelte 18, dat in een lager 20 draaibaar is gelagerd. Een ringvormig uitgevoerd lagerhuis 22 van het lager 20 is in een wanddeel 24 van een in de vaartuigbodem gelegen, naar het water toe open opbergruimte 26 opgenomen.In the figures, like parts are indicated with like reference numerals. Figure 1 shows a rudder propeller according to the invention. The assembly is provided with a driving device 1 which is releasably connected via a coupling 2, see figure 2, to an above water housing 4. The drive device 1 drives a screw 8 by means of an angle transmission (not shown) in the above-water housing 4 and an angle transmission (not shown) in an underwater housing 6, which are connected to each other by means of a drive shaft 7. In particular, the two angular transmissions will be designed such that the angle between the input and output shafts of each transmission is 90 °. According to the present exemplary embodiment, the screw 8 and the underwater housing 6 are surrounded by a jet pipe 10. The rudder propeller is also provided with a steering drive 12 and a steering pipe 14 for rotating the underwater housing 6 and the screw 8 in a plane perpendicular to the steering pipe. 14 is located. The above water housing 4 and the steering drive 12 are both connected to a carrier pipe 16, in which the drive shaft 7 and the steering pipe 14 are accommodated. The carrier pipe 16 is provided on the side facing the upper water housing 4 and the steering drive 12 with a spherical portion 18, which is rotatably mounted in a bearing 20. An annular bearing housing 22 of the bearing 20 is accommodated in a wall part 24 of a storage space 26 located in the vessel bottom and open to the water.

In een eerste positie A strekt zich de schroef 8 en het onderwaterhuis 6 onder de vaartuigbodem uit. Het vaartuig wordt voortbewogen en bestuurd door de roterende schroef 8 waarbij de stuwkracht door middel van een aan de naar de schroef 8 gerichte zijde aan de draagpijp 16 aangebrachte en met het vaartuig vergrendelde vastzetring 28 direkt op het vaartuig wordt overgebracht. Wanneer de schroef 8 in een tweede positie B moet worden bewogen, waarin de schroef 8 en het onderwaterhuis 6 geheel of vrijwel geheel in de opbergruimte 26 zijn opgeborgen, wordt de aandrijfinrichting 1 van het bovenwaterhuis 4 ontkoppeld en de vastzetring 28 uit zijn vergrendelpositie door middel van bijvoorbeeld drie hydraulische cilinders 30 omhoog bewogen. Vervolgens wordt de schroef 8 en het onderwaterhuis 6 door middel van een aan de draagpijp 16 aangebrachte hydraulische cilinder 32 door een draaibeweging om het bolvormige segment 18 in de opbergruimte 26 gezwenkt, waarbij het bovenwaterhuis 4 en de stuuraandrijving 12, die op de naar de aandrijfinrichting 1 toegekeerde zijde van het bolvormige segment 18 aan de draagpijp 16 zijn aangebracht, met eenzelfde draaihoek naar beneden worden bewogen. In de tweede positie B wordt de draagpijp 16 door middel van de vastzetring 28 en een aan het wanddeel 24 van de opbergruimte 26 bevestigde aanslag 34 vergrendeld, waarbij de vastzetring 28 door middel van de cilinders 30 met de aanslag 34 wordt vergrendeld. Teneinde de schroef 8 als tunnelschroef te kunnen gebruiken moet de aandrijfinrichting 1 in de tweede positie B met het bovenwaterhuis 4 koppelbaar zijn. Hiervoor is de aandrijf-inrichting l verschuifbaar op een geleidingselement 36 gelagerd, waarbij de aandrijfinrichting 1 door middel van ten minste één hydraulische cilinder 38 van de positie A in de positie B wordt bewogen, om vervolgens weer met het bovenwaterhuis 4 door middel van de koppeling 2 gekoppeld te worden.In a first position A, the screw 8 and the underwater housing 6 extend under the vessel bottom. The vessel is propelled and controlled by the rotating propeller 8, the thrust being transmitted directly to the vessel by means of a securing ring 28 mounted on the side facing the propeller 8 and locked with the vessel. When the screw 8 is to be moved into a second position B, in which the screw 8 and the underwater housing 6 are wholly or almost completely stored in the storage space 26, the drive device 1 is disconnected from the above water housing 4 and the locking ring 28 is released from its locking position by of, for example, three hydraulic cylinders 30 moved upwards. Subsequently, the screw 8 and the underwater housing 6 are pivoted by a rotary movement around the spherical segment 18 in the storage space 26 by means of a hydraulic cylinder 32 fitted to the carrier pipe 16, the upper water housing 4 and the steering drive 12, which are mounted on the drive device. 1, the side of the spherical segment 18 facing the carrier pipe 16 is arranged to be moved downward with the same angle of rotation. In the second position B, the supporting pipe 16 is locked by means of the locking ring 28 and a stop 34 attached to the wall part 24 of the storage space 26, the locking ring 28 being locked to the stop 34 by means of the cylinders 30. In order to be able to use the screw 8 as a tunnel screw, the driving device 1 in the second position B must be connectable to the above water housing 4. For this purpose, the drive device 1 is slidably mounted on a guide element 36, the drive device 1 being moved from position A to position B by means of at least one hydraulic cylinder 38, and then again with the upper water housing 4 by means of the coupling 2 to be linked.

Figuur 2 toont een doorsnede van de roerpropeller volgens de uitvinding langs de lijn Il-ll waarbij de koppeling 2 duidelijk is weergegeven. De koppeling 2 is vast met de aandrijfinrichting l verbonden en is door middel van een ontkoppelmechanisme 40 losmaakbaar met een niet getoonde eerste overbrengingsmechanisme in het bovenwaterhuis 4 verbonden. De aandrijfinrichting 1, de koppeling 2 en het ontkoppelmechanisme 40 zijn op het geleidingselement 36 gelagerd, een en ander zodanig, dat de aandrijfinrichting 1 in de eerste positie A en in de tweede positie B met het eerste overbrengingsmechanisme in het bovenwaterhuis 4 kan worden gekoppeld.Figure 2 shows a cross section of the rudder propeller according to the invention along the line II-II, whereby the coupling 2 is clearly shown. The clutch 2 is fixedly connected to the drive device 1 and is releasably connected by means of a release mechanism 40 to a first transmission mechanism (not shown) in the above-water housing 4. The driving device 1, the coupling 2 and the decoupling mechanism 40 are mounted on the guide element 36, such that the driving device 1 can be coupled in the first position A and in the second position B to the first transmission mechanism in the above-water housing 4.

Tevens is in figuur 2 de stand van de schroef 8 weergegeven waarin deze als tunnelschroef kan worden gebruikt. Daarbij staat de lengteas van de schroef 8 en het onderwater-huis 6 in hoofdzaak loodrecht op de lengteas van het vaartuig en staat door middel van de doorstroomopening 41 in verbinding met het water, een en ander zodanig, dat de aangedreven roerpropeller 1 het vaartuig in zijwaartse richting kan manoeuvreren.Figure 2 also shows the position of the screw 8 in which it can be used as a tunnel screw. The longitudinal axis of the screw 8 and the underwater housing 6 is substantially perpendicular to the longitudinal axis of the vessel and is in communication with the water by means of the through-flow opening 41, such that the driven rudder propeller 1 enters the vessel. sideways maneuver.

Figuur 3 toont een doorsnede van de roerpropeller en de opbergruimte 26 langs de lijn III-III. Hierbij is duidelijk te zien hoe de vastzetring 28 met het vaartuig is vergrendeld. Daarbij is de vastzetring 28 in de eerste positie A opgenomen in een vastzetruimte 42 die in de vaartuigbodem 44 is gelegen. Teneinde de schroef 8 in de positie B te kunnen zwenken, moet de vastzetring 28 door middel van de bijvoorbeeld drie hydraulische cilinders 30 omhoog worden bewogen om de vastzetruimte 42 te kunnen verlaten. De in figuur 1 genoemde aanslag kan op eenzelfde wijze zijn uitgevoerd.Figure 3 shows a section of the rudder propeller and the storage space 26 along the line III-III. It can clearly be seen how the locking ring 28 is locked with the vessel. In this case, the securing ring 28 in the first position A is accommodated in a securing space 42 which is located in the vessel bottom 44. In order to be able to pivot the screw 8 into position B, the locking ring 28 must be moved upwards by means of, for example, the three hydraulic cylinders 30 in order to leave the locking space 42. The stop mentioned in figure 1 can be designed in the same manner.

In figuur 4 is een zijaanzicht van een eerste bijzondere uitvoeringsvorm van het bolvormige segment 18 met een eerste bijzondere uitvoeringsvorm van het lager 20 weergegeven. Het bolvormige segment 18 is door middel van een op zich bekende verbinding 46 aan de draagpijp 16 bevestigd en in het met olie of vet gevuld als glijlager uitgevoerd lager 20 gelagerd. Het lager 20 wordt door twee naar binnen toe bolvormige lager-schalen 48 gevormd, waarbij de lagerspeling tussen het bol-vormige segment 18 en de lagerschalen 48 door middel van een gedeelde afstelring 50 kan worden afgesteld. Het lager is afgedicht door twee dichtringen 52 en opgenomen in een ringvormig lagerhuis 54 dat aan het wanddeel 24 van de opbergruimte 26 is bevestigd. Verder is het lagerhuis 54 aan de naar de opbergruimte 26 toegekeerde zijde voorzien van een schraapring 56 die het oppervlak van het bolvormige segment 18 van het in het water aanwezige vuil reinigt wanneer de draagpijp 16 van de eerste positie A naar de tweede positie B wordt bewogen en vice versa.Figure 4 shows a side view of a first special embodiment of the spherical segment 18 with a first special embodiment of the bearing 20. The spherical segment 18 is attached to the carrier pipe 16 by means of a connection 46 known per se and to bear in the bearing 20, which is designed as a plain bearing, filled with oil or grease. The bearing 20 is formed by two inwardly spherical bearing shells 48, the bearing clearance between the spherical segment 18 and the bearing shells 48 being adjustable by means of a split adjustment ring 50. The bearing is sealed by two sealing rings 52 and received in an annular bearing housing 54 attached to the wall portion 24 of the storage space 26. Furthermore, on the side facing the storage space 26, the bearing housing 54 is provided with a scraper ring 56 which cleans the surface of the spherical segment 18 of the dirt present in the water when the carrier pipe 16 is moved from the first position A to the second position B and vice versa.

Figuur 5 toont een zijaanzicht van een tweede bijzondere uitvoeringsvorm van het bolvormige segment 18 met een tweede bijzondere uitvoeringsvorm van het lager 20. Het bolvormige segment 18 vormt in dit geval geen afzonderlijk onderdeel, maar is met de draagpijp 16 geïntegreerd. De twee bolvormige lagerschalen 20 uit figuur 4 zijn nu vervangen door twee astappen 58 die in een vlak loodrecht op het draaivlak van de draagpijp 16 aan weerszijden van het bolvormige segment 18 zijn bevestigd en in twee met de bodem verbonden cilindrische glijlagers 60 zijn gelagerd. De opbouw van het lagerhuis en de afdichting blijft ten opzichte van figuur 4 ongewijzigd. Het zal duidelijk zijn dat deze tweede uitvoeringsvorm van het lager 20 ook bij de eerste uitvoeringsvorm van het bolvormige segment 18 uit figuur 4 kan worden toegepast.Figure 5 shows a side view of a second special embodiment of the spherical segment 18 with a second special embodiment of the bearing 20. The spherical segment 18 in this case does not form a separate part, but is integrated with the carrier pipe 16. The two spherical bearing shells 20 of figure 4 have now been replaced by two shaft journals 58 which are mounted in a plane perpendicular to the pivot plane of the support pipe 16 on either side of the spherical segment 18 and are mounted in two cylindrical slide bearings 60 connected to the bottom. The construction of the bearing housing and the seal remains unchanged from Figure 4. It will be clear that this second embodiment of the bearing 20 can also be used in the first embodiment of the spherical segment 18 of figure 4.

Het spreekt voor zich dat er binnen het kader van de uitvinding als neergelegd in de bijgaande conclusie nog vele wijzigingen en varianten mogelijk zijn. Zo kan de aandrijf-inrichting l ook vast zijn opgesteld, indien de roerpropeller niet als tunnelschroef moet worden gebruikt. Tevens is het mogelijk de in de figuren 4 en 5 beschreven glijlagers als wentellagers uit te voeren. Daarnaast kan de straalbuis ook alleen de schroef omgeven danwel geheel worden weggelaten.It goes without saying that many modifications and variants are possible within the scope of the invention as laid down in the appended claim. The drive device 1 can thus also be fixedly arranged if the rudder propeller is not to be used as a tunnel screw. It is also possible to design the plain bearings described in Figures 4 and 5 as rolling bearings. In addition, the nozzle can only surround the screw or be omitted entirely.

Claims (11)

1. Roerpropeller omvattende een onderwaterhuis met een daaraan roteerbaar bevestigde en via een hoek-overbrenging aangedreven schroef, een stuurpijp die aan zijn onderzijde is verbonden met het onderwaterhuis, een zwenkaandrijving waarmee het onderwaterhuis in een vlak dat loodrecht staat op de stuurpijp kan worden geroteerd en een met de overbrenging gekoppelde aandrijfas waarbij de roerpropeller verder is voorzien van middelen om althans het onderwaterhuis zwenkbaar tussen een eerste en tweede positie aan een vaartuig te monteren, een en ander dusdanig dat, in gebruik, althans het onderwaterhuis in de eerste positie onder een vaartuigbodem van het vaartuig uitsteekt en in de tweede positie zich geheel of gedeeltelijk in een naar het water toe open, in de vaartuigbodem gelegen opbergruimte bevindt, met het kenmerk, dat de roerpropeller verder een draagpijp omvat waarin de stuurpijp roteerbaar is opgenomen, waarbij de draagpijp is voorzien van een bolvormig segment dat is gelagerd en afgedicht in een lagerhuis waarbij het lagerhuis, in gebruik, met een wanddeel van de opbergruimte is verbonden.Rudder propeller comprising an underwater housing with a rotatably attached and angle-driven screw, a steering pipe connected at its lower side to the underwater housing, a pivot drive with which the underwater housing can be rotated in a plane perpendicular to the steering pipe and a drive shaft coupled to the transmission, wherein the rudder propeller is further provided with means for at least pivoting the underwater housing between a first and second position on a vessel, such that, in use, at least the underwater housing in the first position under a vessel bottom of the vessel and in the second position is wholly or partly located in a storage space open to the water, located in the vessel bottom, characterized in that the rudder propeller further comprises a carrier pipe in which the steering pipe is rotatably received, the carrier pipe being equipped with a spherical segment that is mounted and sealed in a bearing housing where the bearing housing, in use, is connected to a wall portion of the storage space. 2. Roerpropeller volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bolvormige segment door middel van een verbinding aan de draagpijp is aangebracht.Rudder propeller according to claim 1, characterized in that the spherical segment is arranged on the support pipe by means of a connection. 3. Roerpropeller volgens conclusie l, met het kenmerk, dat het bolvormige segment met de draagpijp is geïntegreerd.Rudder propeller according to claim 1, characterized in that the spherical segment is integrated with the support pipe. 4. Roerpropeller volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het lagerhuis een als glijlager uitgevoerd lager omvat.Rudder propeller according to one of the preceding claims, characterized in that the bearing housing comprises a bearing designed as a plain bearing. 5. Roerpropeller volgens één der conclusies 1 t/m 3, met het kenmerk, dat het bolvormige segment is bevestigd aan draai-pennen die in het lagerhuis zijn gelagerd.Rudder propeller according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the spherical segment is attached to pivot pins mounted in the bearing housing. 6. Roerpropeller volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het lagerhuis, in gebruik, in een wanddeel van de opbergruimte is opgenomen.Rudder propeller according to one of the preceding claims, characterized in that, in use, the bearing housing is incorporated in a wall part of the storage space. 7. Roerpropeller volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de propeller verder is voorzien van een aandrijf inrichting en een ontkoppelmechanisme waarmee de aandrijf inrichting losmakelijk met de aandrijfas is verbonden, een en ander zodanig dat bij een beweging van het onderwater-huis van de eerste positie naar de tweede positie en vice versa de aandrijfinrichting door middel van het ontkoppelmechanisme van de aandrijfas wordt ontkoppeld.Rudder propeller according to any one of the preceding claims, characterized in that the propeller further comprises a drive device and a decoupling mechanism with which the drive device is detachably connected to the drive shaft, such that during movement of the underwater housing from the first position to the second position and vice versa the drive device is uncoupled from the drive shaft by means of the release mechanism. 8. Roerpropeller volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de aandrijfinrichting op een geleidingselement verschuifbaar is aangebracht om in de eerste en tweede positie met de aandrijfas te worden gekoppeld.Rudder propeller according to claim 7, characterized in that the drive device is slidably mounted on a guide element for coupling to the drive shaft in the first and second position. 9. Roerpropeller volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat verder is voorzien in ten minste één hydraulische cilinder voor het verschuiven van de aandrijfinrichting op het geleidingselement .Rudder propeller according to claim 8, characterized in that at least one hydraulic cylinder is further provided for sliding the drive device on the guide element. 10. Roerpropeller volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de draagpijp tussen het bolvormige segment en het onderwaterhuis een in de lengterichting van de draagpijp verschuifbare vastzetring omvat voor het vastzetten van de draagpijp aan het vaartuig in respectievelijk de eerste positie en de tweede positie.Rudder propeller according to any one of the preceding claims, characterized in that the carrier pipe between the spherical segment and the underwater housing comprises a securing ring slidable in the longitudinal direction of the carrier pipe for securing the carrier pipe to the vessel in the first position and the second, respectively. position. 11. Roerpropeller volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de vastzetring rond de draagpijp verschuifbaar is aangëbracht en respectievelijk in de eerste en tweede positie in een vast-zetruimte van het vaartuig is opgenomen voor het vastzetten van de roerpropeller aan het vaartuig en waarbij de vastzetring voor een zwenking van de roerpropeller van de eerste positie naar de tweede positie en vice versa uit de vastzet-ruimte wordt geschoven.Rudder propeller according to claim 10, characterized in that the securing ring is arranged slidably around the carrier pipe and is accommodated in a securing space of the vessel in the first and second position, respectively, for securing the rudder propeller to the vessel and wherein the Retaining ring for pivoting the rudder propeller from the first position to the second position and vice versa is pushed out of the retaining space.
NL9402184A 1994-12-22 1994-12-22 Pivotable rudder propeller NL9402184A (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402184A NL9402184A (en) 1994-12-22 1994-12-22 Pivotable rudder propeller

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402184A NL9402184A (en) 1994-12-22 1994-12-22 Pivotable rudder propeller
NL9402184 1994-12-22

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9402184A true NL9402184A (en) 1996-04-01

Family

ID=19865053

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9402184A NL9402184A (en) 1994-12-22 1994-12-22 Pivotable rudder propeller

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9402184A (en)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1512623A2 (en) * 2003-07-11 2005-03-09 Rybeck Marin-Consult AB Steering device
CN107757857A (en) * 2017-08-29 2018-03-06 武汉船用机械有限责任公司 Come about control method and the system of a kind of full-rotating rudder paddle
US20220266971A1 (en) * 2021-02-25 2022-08-25 Brunswick Corporation Stowable marine propulsion systems

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7409896A (en) * 1973-07-23 1975-01-27 Hirmann Georg DRIVE FOR A VESSEL.
NL7802156A (en) * 1978-02-27 1979-08-29 Schottel Nederland Bv VESSEL WITH TILTABLE RUDDER PROPELLER AND CONSTRUCTION UNIT INTENDED FOR SUCH VESSELS.
EP0035858A2 (en) * 1980-03-10 1981-09-16 ISHIKAWAJIMA SHIP &amp; CHEMICAL PLANT CO., LTD. Ship maneuvering gear

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7409896A (en) * 1973-07-23 1975-01-27 Hirmann Georg DRIVE FOR A VESSEL.
NL7802156A (en) * 1978-02-27 1979-08-29 Schottel Nederland Bv VESSEL WITH TILTABLE RUDDER PROPELLER AND CONSTRUCTION UNIT INTENDED FOR SUCH VESSELS.
EP0035858A2 (en) * 1980-03-10 1981-09-16 ISHIKAWAJIMA SHIP &amp; CHEMICAL PLANT CO., LTD. Ship maneuvering gear

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1512623A2 (en) * 2003-07-11 2005-03-09 Rybeck Marin-Consult AB Steering device
EP1512623A3 (en) * 2003-07-14 2006-10-04 Rybeck Marin-Consult AB Steering device
CN107757857A (en) * 2017-08-29 2018-03-06 武汉船用机械有限责任公司 Come about control method and the system of a kind of full-rotating rudder paddle
CN107757857B (en) * 2017-08-29 2019-09-20 武汉船用机械有限责任公司 A kind of come about control method and the system of full-rotating rudder paddle
US20220266971A1 (en) * 2021-02-25 2022-08-25 Brunswick Corporation Stowable marine propulsion systems
US11572146B2 (en) * 2021-02-25 2023-02-07 Brunswick Corporation Stowable marine propulsion systems

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4645463A (en) Marine outdrive apparatus
US5755605A (en) Propeller drive unit
US4793773A (en) Marine propelling apparatus
US3626467A (en) Marine drive
US5435762A (en) Drive unit for watercraft
FI65958B (en) REACTIONS DRIVANORDNING SAERSKILT FOER DRIVNING OCH STYRNING AVRUNDGAOENDE VATTENFARKOSTER
EP0090497B1 (en) Marine outdrive apparatus
US2999476A (en) Outboard marine drive for inboard engine
FI60533B (en) INOMBORDS-UTOMBORDSDRIVENHET FOER BAOTAR
CA1149684A (en) Marine outdrive apparatus
EP0121505B1 (en) Ship propeller device movably mounted with respect to the hull
US4432737A (en) Steering arrangement at inboard-outboard drive unit
NL9402184A (en) Pivotable rudder propeller
US3605677A (en) Boat drive arrangement
AU636858B2 (en) Trimming system for boat propulsion system
US4929203A (en) Marine propeller drive system
GB2028746A (en) Drive for watercraft comprising a surface propeller
US5421754A (en) Arrangement in connection with a swingable turn-up onboard/outboard stern aggregate for a craft
CA2465370C (en) Rudder with sliding swivel piston articulation
GB2216480A (en) Marine propeller drive system
EP0535100B1 (en) An arrangement in connection with a swingable turn-up inboard/outboard stern aggregate for a craft
US7431620B1 (en) Articulating surface drive
EP0454681B1 (en) Steering mechanism in a boat propulsion system
US4389198A (en) Outboard motor system
GB2106848A (en) Outboard motor arrangement

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed