NL9402109A - Door. - Google Patents

Description

DEURDOOR

De uitvinding betreft een deur die vooral alsgaragedeur kan worden toegepast.The invention relates to a door which can mainly be used as a garage door.

Het doel van de uitvinding is een deur te ver¬schaffen, waarbij in geopende stand de deur weinig plaatsinneemt. Daartoe heeft de deur volgens de uitvinding hetkenmerk dat deze ten minste twee boven elkaar liggendepanelen omvat, namelijk een eerste paneel en een tweedepaneel; dat aan elke zijde van het tweede paneel een orgaan-dragèr is aangebracht, die een eindloos orgaan draagt, endat het eerste paneel gekoppeld is met het eindloze orgaan.The object of the invention is to provide a door in which the door takes up little space when open. To this end, the door according to the invention has the feature that it comprises at least two superimposed panels, namely a first panel and a second panel; that on each side of the second panel an organ carrier is provided which carries an endless organ, and that the first panel is coupled to the endless organ.

Doordat de panelen in hun opbergstand boven elkaarliggen, hoeft er in de af te sluiten ruimte, bijvoorbeeld degarage, niet een deur zich over een grote lengte vanaf dedeuropening binnenwaarts uit te strekken.Because the panels lie one above the other in their storage position, there is no need for a door to extend inwardly from the door opening in the space to be closed, for example the garage.

Verdere voordelen, doeleinden en constructiede-tails van de deur volgens de uitvinding zullen in de hiernavolgende beschrijving worden uiteengezet aan de hand vantekeningen waarin voorstellen:Further advantages, objects and construction details of the door according to the invention will be explained in the following description with reference to drawings in which:

Figuur 1 een perspectivisch weggebroken aanzichtvan een deur volgens de uitvinding in de gesloten toestand;Figure 1 shows a perspective broken away view of a door according to the invention in the closed position;

Figuren 2A, 2B, 2C en 2D de positie van deurele-menten tijdens het openen van de deur van figuur 1 in zij¬aanzichten;Figures 2A, 2B, 2C and 2D show the position of door elements during opening of the door of Figure 1 in side views;

Figuur 3 de positie van de deurelementen van dedeur van figuur 1 in geopende deurstand in zijaanzicht;Figure 3 shows the position of the door elements of the door of figure 1 in opened door position in side view;

Figuren 4, 5 en 6 een weggebroken perspectivischaanzicht van detail IV, V respectievelijk VI van figuur 2;Figures 4, 5 and 6 are a broken away perspective view of details IV, V and VI of figure 2;

Figuur 7 het detail van figuur VI in een andere stand; enFigure 7 shows the detail of figure VI in another position; and

Figuren 8 en 9 schematische zijaanzichten van eenandere deur volgens de uitvinding in gesloten respectieve¬lijk enigzins geopende stand.Figures 8 and 9 show schematic side views of another door according to the invention in closed and slightly opened position, respectively.

Voor het afsluiten van een deuropening 1 van eengebouw 2 wordt een deur 3 volgens de uitvinding voorgesteld.A door 3 according to the invention is proposed for closing a door opening 1 of a building 2.

De deur 3 omvat aan weerszijden van de opening 1 een S-vormig vertikaal kozijnprofiel 4, dat gelast of geklonken isaan een L-vormig kozijnprofiel 5. De deur 3 omvat een eerstepaneel 7, een tweede paneel 6 en een derde paneel 8, die inde opgesomde volgorde van boven naar beneden aansluitend opelkaar zijn aangebracht Aan weerszijden van het tweedepaneel 6 is een orgaandrager 9 bevestigd voor het dragen engeleiden van een eindloos orgaan 10 dat gevormd wordt dooreen band 11, waarvan de einden 12 onderling zijn verbondenmiddels een koppelstuk 13. De orgaandrager 9 is een koker-profiel met aan weerszijden' leidbanen 14 voor het geleidenvan rollen 15 van twee leidorganen 16 die elk uitstekendenokken 17 dragen, waaraan een schalm 18 scharnierbaar isbevestigd. De leidorganen 16 zijn opgenomen in de eindlozeband 11. Schalm 18 is vast bevestigd aan een zijprofiel 19respectievelijk 20 van het derde paneel 8 respectievelijkeerste paneel 7. De band 11 wordt aan de beide einden van deorgaandrager 9 om een leidrol 21 roterend gelegerd. Deleidbanen 14 zijn aan de einden van de orgaandrager 9 half¬cirkelvormig. Elke orgaandrager 9 heeft aan zijn ondereindeeen leidrol 22 voor het geleiden daarvan in een kozijnpro¬fiel 4. Het eindloze orgaan 10 draagt verder nog een daaraanbevestigde nok 23 die in de gesloten deurstand in een holte24 van een aangrijporgaan 25 grijpt dat vast aan het kozijn¬profiel 5 is bevestigd (figuur 5). De ondereinden van dezijprofielen 19 en 20 hebben eveneens een leidrol 22, die ineen kozijnprofiel 4 vertikaal wordt geleid. De zijprofielen20 van het eerste paneel 7 hebben elk aan hun bovenzijde eenleidrol 26 die horizontaal wordt geleid middels een horizon¬taal leidprofiel 27 dat middels een schoor 28 ten opzichtevan een kozijnprofiel 4 wordt ondersteund. Elk paneel 6, 7,8 bestaat uit profielvormige huidplaat 29, bij voorkeur metde in de tekeningen weergegeven configuratie, terwijl dekern 30 uit een plaat kunststofschuim bestaat.The door 3 comprises on both sides of the opening 1 an S-shaped vertical frame profile 4, which is welded or riveted to an L-shaped frame profile 5. The door 3 comprises a first panel 7, a second panel 6 and a third panel 8, which enumerated sequence from top to bottom are arranged next to each other An organ carrier 9 is mounted on either side of the second panel 6 for carrying and guiding an endless member 10 which is formed by a band 11, the ends 12 of which are mutually connected by means of a coupling piece 13. The organ carrier 9 is a tubular section with guide tracks 14 on either side for guiding rollers 15 of two guide members 16, each of which carries protruding cams 17, to which a link 18 is pivotally mounted. The guide members 16 are received in the endless belt 11. Link 18 is fixedly attached to a side profile 19 and 20 of the third panel 8 and first panel 7, respectively. The strap 11 is rotatably mounted at both ends of the member carrier 9 about a guide roller 21. Conductor paths 14 are semicircular at the ends of the organ support 9. Each organ carrier 9 has a guide roller 22 at its lower end for guiding it into a frame profile 4. The endless element 10 furthermore carries a cam 23 attached thereto which, in the closed door position, engages a cavity 24 of an engaging member 25 which is fixed to the frame. profile 5 is attached (figure 5). The lower ends of the side profiles 19 and 20 also have a guide roller 22, which is guided vertically in a frame profile 4. The side profiles 20 of the first panel 7 each have at their top a guide roller 26 which is guided horizontally by means of a horizontal guide profile 27 which is supported by means of a strut 28 relative to a frame profile 4. Each panel 6, 7,8 consists of profile-shaped skin plate 29, preferably with the configuration shown in the drawings, while the core 30 consists of a sheet of plastic foam.

Figuur 6 toont hoe de huidplaat 29 aan de onder¬rand 31 van de panelen 6, 7, 8 U-vormig is, terwijl debovenranden 32 uitsteekselvormig zijn, die nauw passend in de U-vormige onderrand grijpt. Daarbij grijpen aan de voor-en achterzijde onderrandprofielstukken 33 in uitgespaardeprofielstukken 34 van de bovenrand 32 (figuur 6). In desluitstand grijpt een haak 35 van een in het tweede paneel 6aangebracht slot 36 in een uitsparing 37 van de bovenrand 32van het derde paneel 8.Figure 6 shows how the skin plate 29 at the bottom edge 31 of the panels 6, 7, 8 is U-shaped, while the top edges 32 are protuberant, which snugly engages the U-shaped bottom edge. At the front and rear bottom edge profile pieces 33 engage in recessed profile pieces 34 of the top edge 32 (figure 6). In the closed position, a hook 35 of a lock 36 arranged in the second panel 6 engages in a recess 37 of the top edge 32 of the third panel 8.

Teneinde bij de open- en sluitbeweging van de deur3 de orgaandrager 9 ten opzichte van de zij profielen 19 en20 te geleiden/ draagt de orgaandrager 9 leidrollen 40 diegeleidend worden opgenomen in leidkanalen 41 van de zijpro-fielen 19 respectievelijk 20.-In order to guide the organ carrier 9 with respect to the side profiles 19 and 20 during the opening and closing movement of the door 3, the organ carrier 9 carries / carries guide rollers 40 which are received conductively in guide channels 41 of the side profiles 19 and 20, respectively.

Bij de horizontale voegen 42 tussen de panelen 6,7 en 8 zijn aan de binnenzijde rubberen flappen 43 aan eenvan de panelen bevestigd om te verhinderen dat men met devingers in die voegen geklemd geraakt. Aan de buitenzijdeworden de voegen zo nauw gehouden dat men er niet met vin¬gers in kan.At the horizontal joints 42 between the panels 6,7 and 8, rubber flaps 43 are attached to one of the panels on the inside to prevent them from getting caught in those joints with the fingers. On the outside, the joints are kept so narrow that one cannot enter with fingers.

Het ophefgewicht van de deur 3 wordt op een ofandere wijze gecompenseerd, bijvoorbeeld middels veermidde-len die opgenomen zijn in een trommel 50 en die via katrol¬len 51 aan het tweede paneel 6 zijn bevestigd bij bevesti-gingsorgaan 52.The lifting weight of the door 3 is compensated in some other way, for example, by means of springs which are received in a drum 50 and which are attached via pulleys 51 to the second panel 6 at fixing member 52.

De werking van de deur 3 is als volgt:The operation of the door 3 is as follows:

Het tweede paneel 6 wordt met een handvat 53 ingesloten stand van figuren 1 en 2a opgeheven, uiteraard naontgrendeling van slot 36 volgens pijl 54. Daarbij blijfthet eindloze orgaan 10 voorlopig in alle figuren 2a-2dvastgekoppeld aan het vaste aangrijporgaan 25. Dit heeft totgevolg dat de orgaandrager 9 ten opzichte van het eindlozeorgaan 10 opwaarts beweegt tezamen met het daaraan bevestig¬de tweede paneel 6. De schalmen 18 zorgen daarbij voor eenverplaatsing van de zijprofielen 19 en 20 van de onder-respectievelijk bovenprofielen 8 en 7 ten opzichte van deorgaandrager 9, zoals in figuren 2a-2d is weergegeven. Depanelen 6, 7 en 8 komen daarmede uit elkaar en vleien zichboven op elkaar. Ondertussen wordt het eerste paneel 7 aanzijn bovenrand eerst omhoog en daarna van de deuropening 1 afgeleid. Hierdoor wordt vermeden dat in gesloten deurposi-tie het eerste paneel 7 aan zijn bovenzijde van buitenaf ofbinnenwaarts te drukken is. Wanneer de nok 23 tenslotte uitde holte 24 van het vaste aangrijporgaan 25 geraakt, gaat deorgaandrager 9 met tweede paneel 6 en eindloos orgaan 10omhoog en komen de drie panelen 6, 7 en 8 horizontaal bovenelkaar te liggen, zoals in figuur 3 is getoond. Bij hetsluiten geschiedt de beweging in omgekeerde bewegingsrich¬ting, waarbij de panelen 6, 7 en 8 aan handvat 60 omlaagworden getrokken. Opgemerkt zij, dat de lengte van de or¬gaandrager 9 en de zijprofielen 19 en 20 niet even hoog zijnals de bijbehorende panelen 6, 8 respectievelijk 7. Rubberenafdichtranden 61 zijn aan de boven- en zijranden van dedeuropening 1 opgesteld.The second panel 6 is lifted with a handle 53 in the closed position of figures 1 and 2a, of course after unlocking of lock 36 according to arrow 54. In this case, the endless member 10 remains connected to the fixed gripping member 25 for the time being in all figures 2a-2d. organ carrier 9 moves upwardly relative to the endless member 10 together with the second panel 6 attached thereto. The links 18 hereby displace the side profiles 19 and 20 of the lower and upper profiles 8 and 7 respectively with respect to the member carrier 9, such as is shown in figures 2a-2d. The panels 6, 7 and 8 thus separate and flatter on top of each other. Meanwhile, the first panel 7 at its top edge is first lifted up and then from the door opening 1. In this way it is avoided that in closed door position the first panel 7 can be pressed from the outside or inwards at its top. When the cam 23 finally comes out of the cavity 24 of the fixed engaging member 25, the member carrier 9 with second panel 6 and endless member 10 rises and the three panels 6, 7 and 8 are horizontally superposed, as shown in figure 3. When closing, the movement takes place in the reverse direction of movement, the panels 6, 7 and 8 being pulled down on handle 60. It should be noted that the length of the organ support 9 and the side profiles 19 and 20 are not as high as the associated panels 6, 8 and 7 respectively. Rubber sealing edges 61 are arranged on the top and side edges of the door opening 1.

De deur 3 volgens de uitvinding is zodanig gecon¬strueerd dat tijdens het openen en sluiten er geen of prak¬tisch geen paneelstukken naar buiten uitsteken.The door 3 according to the invention is constructed in such a way that during opening and closing no or practically no panel pieces protrude outward.

De deur 3 kan eventueel voorzien zijn van eenmotoraandrijving. Daarbij wordt dan het tweede paneel 6bijvoorbeeld door een motorisch aangedreven trekelementopwaarts getrokken.Door 3 can optionally be provided with a motor drive. The second panel 6 is then pulled upwards, for example, by a motor-driven pulling element.

Bij voorkeur wordt de kozijnconstructie aan debouwconstructie bevestigd en wordt daarna de voorgemonteerdedeur daarin opgehangen.Preferably the frame construction is attached to the building construction and the pre-assembled door is then suspended therein.

De deur 1 van figuren 8 en 9 werkt in principevolgens hetzelfde principe als de deur 1 van de figuren 1-7,met dien verstande dat de deur 1 van figuren 8 en 9 slechtseen eerste paneel 7 en een daar ondergelegen tweede paneel 6heeft. Deze panelen 6 en 7 zijn dan zo groot dat zij tesamenook de hele deurhoogte beslaan.The door 1 of Figures 8 and 9 operates in principle in the same principle as the door 1 of Figures 1-7, with the proviso that the door 1 of Figures 8 and 9 has only a first panel 7 and a second panel 6 below it. These panels 6 and 7 are then so large that they also cover the entire door height.

De werking van deze panelen 6 en 7 is identiek aandie van de deur van figuren 1-7 zodat verdere toelichtingoverbodig is.The operation of these panels 6 and 7 is identical to that of the door of Figures 1-7, so that no further explanation is necessary.

Voor de technische informatie omtrent de beidedeuren wordt verder naar de tekeningen verwezen.For technical information about both doors, see the drawings.

Claims (8)

1. Deur, met het kenmerk dat deze ten minste tweeboven elkaar liggende panelen omvat, namelijk een eerstepaneel en een tweede paneel; dat aan elke zijde van hettweede paneel een orgaandrager is aangebracht, die een eind¬loos orgaan draagt, en dat het eerste paneel gekoppeld ismet het eindloze orgaan.Door, characterized in that it comprises at least two panels situated one above the other, namely a first panel and a second panel; that on each side of the second panel is arranged an organ carrier carrying an endless member, and that the first panel is coupled to the endless member. 2. Deur volgens conclusie 1, met het kenmerk datdeze ten minste drie boven elkaar gelegen panelen, eenbovenpaneel, een middenpaneel en een onderpaneel omvat, enwaarbij de aan elke zijde van het middenpaneel aangebrachteorgaandrager een eindloos orgaan draagt, dat zowel met hetbovenpaneel als het onderpaneel is gekoppeld.Door according to claim 1, characterized in that it comprises at least three superimposed panels, a top panel, a center panel and a bottom panel, wherein the organ carrier mounted on each side of the center panel carries an endless member which is both with the top panel and the bottom panel linked. 3. Deur volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerkdat aan het deurkozijn een in hoofdzaak horizontale gelei¬ding aanwezig is voor het geleiden van de panelen tot in eenhorizontale positie, waarin zij boven elkaar liggen.3. Door according to claim 1 or 2, characterized in that the door frame has a substantially horizontal guide for guiding the panels into a horizontal position in which they lie one above the other. 4. Deur volgens conclusie 1, 2 of 3, met het ken¬merk dat nabij de onderranden van de panelen telkens leidor-ganen in vertikale geleidingen van het deurkozijn zijngeleid.4. Door according to claim 1, 2 or 3, characterized in that guide members are guided in vertical guides of the door frame near the bottom edges of the panels. 5. Deur volgens een van de voorgaande conclusies,met het kenmerk dat elke orgaandrager, althans in geslotenstand, middels een nok-holte-aangrijping op het kozijnaangrijpt en dat bij kanteling van de orgaandrager de nok-holte-aangrijping ontkoppeld wordt.Door according to any one of the preceding claims, characterized in that each organ carrier, at least in closed position, engages the frame engagement by means of a ridge-cavity engagement and that the ridge-cavity engagement is released when the organ carrier is tilted. 6. Deur volgens een van de voorgaande conclusies,met het kenmerk dat het eindloze orgaan ten opzichte van deorgaandrager is geleid middels aan het eindloze orgaanbevestigde leidmiddelen die tenminste aanwezig zijn terplaatse van dat eindloze orgaanstuk dat met een onderpaneel respectievelijk bovenpaneel is gekoppeld.Door according to any one of the preceding claims, characterized in that the endless member is guided relative to the member carrier by means of guide means attached to the endless member, which are at least present at the location of said endless member piece which is coupled to a bottom panel or top panel, respectively. 7. Deur volgens een van de voorgaande conclusies,met het kenmerk dat ter plaatse van de scheiding der paneleneen elastische afdichtstrook aan tenminste één der beidepanelen is bevestigd.Door according to one of the preceding claims, characterized in that an elastic sealing strip is attached to at least one of both panels at the location of the separation of the panels. 8. Deur volgens een van de conclusies 2-7, met hetkenmerk dat elke orgaandrager middels tenminste één leidor-gaan geleid is ten opzichte van een onderprofiel dat asm hetonderpaneel is bevestigd en dat elke orgaandrager middelstenminste één leidorgaan geleid is ten opzichte van eenbovenprofiel dat aan het bovenpaneel is bevestigd.Door according to any one of claims 2-7, characterized in that each organ carrier is guided by at least one guide member with respect to a bottom profile which is attached as the bottom panel and that each organ carrier is guided by at least one guide member with respect to a top profile which the top panel is attached.