NL9200194A - Actief drainagesysteem. - Google Patents

Description

Actief drainagesvsteem

De uitvinding heeft betrekking op een actief drainage-systeem. Dit actieve drainagesysteem is bestemd voor het zo eenvoudig mogelijk actief draineren van een groeisubstraat voor plantenteelt, opdat daarin een gewenste vochtigheid heerst.

EP-A-300.536 beschrijft een capillair systeem waarmee in een groeisubstraat de zuigspanning kan worden ingesteld. Dit capillaire systeem omvat capillaire elementen en capillaire leidingen die zich tot in het groeisubstraat uitstrekken, en waarin een bepaalde zuigspanning met behulp van een pomp instelbaar is.

De uitvinding beoogt een actief drainagesysteem te verschaffen waarmee op zo eenvoudig mogelijke wijze actief kan worden gedraineerd, en daardoor risico's op storingen zoveel mogelijk worden vermeden. Dit wordt bereikt met een actief drainagesysteem volgens de uitvinding dat omvat - tenminste één in een houder opgenomen groeisubstraat waarin planten kunnen groeien; - middelen voor het toevoegen aan het groeisubstraat van een voedingsoplossing; en - actieve drainagemiddelen die omvatten een hevelleiding die met één einde is verbonden met het groeisubstraat en met zijn andere einde reikt tot in een afvoerleiding op een niveau dat ligt onder het groeisubstraat.

Een groeisubstraat dat bij de uitvinding kan worden gebruikt kan bestaan uit organisch materiaal, anorganisch materiaal en mengsels daarvan. De voorkeur gaat echter uit naar een anorganisch, coherent produkt, zoals een produkt van anorganische vezels, met name minerale vezels, zoals glasvezels en steenwolvezels.

De middelen voor het toevoegen van voedingsoplossing aan het groeisubstraat zijn uit de stand van de techniek bekend en omvatten bijvoorbeeld druppelleidingen, waarmee met een bepaalde frequentie voedingsoplossing kan worden toegedruppeld aan het groeisubstraat.

De actieve drainagemiddelen omvatten een hevelleiding waarmee een vloeistofcontact wordt gerealiseerd tussen enerzijds het groeisubstraat en anderzijds een vloeistofniveau in de afvoerleiding. Het hoogteverschil tussen het groeisubstraat enerzijds en het waterniveau in de afvoerleiding anderzijds bepaalt het regelbereik voor de zuigspanning in het groeisubstraat. Eén en ander houdt in dat bij toevoer van voedingsoplossing de overmaat voedingsoplossing actief wordt gedraineerd totdat opnieuw een evenwicht in de zuigspanning zich heeft ingesteld.

Bij voorkeur is de hevelleiding met het éne einde gekoppeld met een capillair element dat is verbonden met het groeisubstraat. Dit capillaire element is bijvoorbeeld vervaardigd uit een materiaal dat een gelijke of hogere zuigspanning bezit dan het groeisubstraat. Aldus wordt vermeden dat het capillaire element droogvalt en onvoldoende verzekerd is dat de hevelleiding gevuld is met oplossing en zijn hevelende werking kan uitvoeren. Een capillair element met een zuigspanning van bijvoorbeeld 30 cm waterkolom is optimaal wanneer gebruik wordt gemaakt van een groeisubstraat met een zuigspanning van 15 tot 25 cm waterkolom.

Teneinde gemakkelijk het actieve drainagesysteem te kunnen aanleggen en te vermijden dat het capillaire element beschadigd wordt en daardoor de hevelleiding minder optimaal kan plaatsvinden, heeft het verder voorkeur dat het capillaire element is opgenomen in het groeisubstraat en is voorzien van een tuit die is gekoppeld met het éne einde van de hevelleiding.

Teneinde de mogelijkheid te realiseren dat in de afvoerleiding het vloeistofniveau op verschillende hoogten instelbaar is, heeft het voorkeur dat de afvoerleiding is voorzien van tenminste één standpijp. Indien verder bij voorkeur de standpijp is voorzien van een telescopisch pijp-einde, kan het vrije einde van de standpijp, dat bij toepassing in een kas slechts het deel is dat boven de grond uitsteekt, op alle plaatsen in de kas op een zelfde hoogte worden ingesteld, met name indien de verzamelpijp voor de hevelleidingen onder afschot ligt.

De standpijp is voorzien van een van een beluchtings-opening voorzien deksel, waardoor de standpijp aan het boveneinde kan worden afgesloten en desondanks een vloeistof-communicatie is gerealiseerd. Een bijkomend voordeel is, dat ingeval van het starten van het actieve drainagesysteem door via de afvoerleiding voedingsoplossing onder druk door de hevelleidingen heen tot in het groeisubstraat te brengen, waardoor de hevelwerking tot stand wordt gebracht, tijdelijk een kleine hoeveelheid vloeistof verloren zal gaan via de beluchtingsopeningen.

Teneinde het vloeistofniveau te kunnen regelen in de afvoerleiding, respectievelijk in de standpijp daarvan, is de afvoerleiding voorzien van niveauregelmiddelen, bijvoorbeeld in de vorm van een telescopisch of zwenkbaar mondstuk van de afvoerleiding die tot in het vat reikt.

Indien de drainagemiddelen een pomp omvatten, kan het actieve drainagesysteem volgens de uitvinding op relatief eenvoudige wijze worden gestart.

Genoemde en andere kenmerken van het actieve drainage systeem volgens de uitvinding zullen hierna verder verduidelijkt worden aan de hand van een aantal uitvoerings-voorbeelden die slechts bij wijze van voorbeeld worden gegeven, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekening.

In de tekening is figuur 1 een schematische weergave van een actief drainagesysteem volgens de onderhavige uitvinding; figuur 2 een perspectivisch aanzicht van het actieve drainagesysteem volgens de uitvinding; figuur 3 op grotere schaal detail III uit figuur 2; figuur 4 een variant van detail IV uit figuur 3; en figuur 5 een variant van detail V uit figuur 4.

Planten 1 groeien in een groeisubstraat in de vorm van in kunststof 2 gehulde steenwolmatten 3 die via druppelaars 4, die zijn aangesloten op middelen 5, voor het toevoeren van voedingsoplossing 6, worden voorzien van de voeingsoplossing. De oplossing 6 wordt toegevoegd aan een groeiblok 7, dat staat over een opening 8 heen, die is aangebracht in de kunststof 2. In elke groeimat 3 is tenminste één capillair element in de vorm van een zuigplug 9 gestoken, die daarin vloeistofcontact maakt en communicerend is verbonden met de minerale wol van de steenwolmat 3. De zuigplug 9 is vervaardigd van minerale wol met een dichtheid die hoger is dan die van de steenwolmat 3, waardoor hij een zuigspanning bezit van bijvoorbeeld 30 cm waterkolom. De zuigspanning van de steenwolmat 3 bedraagt bijvoorbeeld 20 cm waterkolom. De zuigplug 9 is verbonden met een hevelleiding 10 die een hevelhoogte H bezit. Het andere einde 11 van de hevelleiding 10 is gestoken in een standpijp 13 die uitmondt in een afvoerleiding 14 die onder gering afschot afwatert in een voorraadvat 15. De standpijp 13 is aan zijn vrije einde 16 voorzien van een deksel 17 waarin een beluchtingsopening 18 met een relatief kleine diameter is aangebracht, zodat het vat 15 en de standpijp 13 vloeistofcommunicerend met elkaar verbonden zijn.

De hoogte van de waterkolom in de standpijp 13 is instelbaar met niveauregelmiddelen 19 die zijn aangebracht op het in het voorraadvat 15 uitstekende einde 20 van de afvoerleiding 14. De niveauregelmiddelen 19 bestaan in dit geval uit een zwenkbare leidingbocht 21.

Vanuit het vat 15 kan de voedingsoplossing via een ontsmettingseenheid 22 en een pomp 23 worden gerecirculeerd en opnieuw toegevoegd via de vloeistoftoevoermiddelen 5 aan de druppelaars 4.

Bij het actieve drainagesysteem 23 volgens de uitvinding dat is getoond in figuur 2, omvatten de niveauregelmiddelen 19 aan het vrije einde 20 een telescopisch deel 21, zodat de hoogte van de waterkolom in elke standpijp 13 instelbaar is.

Figuur 3 toont meer in detail de constructie van de standpijp 13. Deze omvat een telescopisch pijpeinde 24 dat verschuifbaar is over een stationair standpijpdeel 25. Aldus is de lengte van de standpijp 13 instelbaar, en daarmee de hoogte waarmee de standpijp met het deksel 17 steekt tot boven het grondoppervlak 26. Daarmee wordt ook de vorm van de bocht in de hevelleiding 10 uniform instelbaar gemaakt.

Figuur 4 toont een groeisubstraat 26 waarin een capillair element 27 vast is opgenomen en voorzien van een tuit 28. Op deze tuit 28 is de hevelleiding 10 aangebracht. Aldus zijn thans groeisubstraten 26 leverbaar die reeds vanaf de fabriek zijn voorzien van een capillair element 27 waardoor de vloeistofverbinding meer verzekerd is. Bovendien is de koppeling van de hevelleiding 10 met het capillaire element 27 gemakkelijker te realiseren.

Figuur 5 toont een variant, waarin het deksel 17 door middel van een bajonetsluiting is bevestigd aan het pijpeinde 24. Aldus is bevestiging mogelijk door een geringe draai-beweging waardoor de hevelleidingen 10 niet onderling verstrengelen.

Het actieve drainagesysteem 33 kan als volgt gestart worden. Nadat de matten 3, 26 zijn gevuld met een voedings-oplossing en in de matten 3, 26 de zuigpluggen 9 zijn aangebracht, wordt met behulp van een ventilator 29 de lege afvoerleiding 14 naar het voorraadvat 15 toe onder een onderdruk gebracht die (in cm. waterkolom) bijvoorbeeld iets groter is dan de hevelhoogte, waardoor vanuit de zuigpluggen 9 de hevelleiding 10 wordt gevuld met voedingsoplossing. Door vervolgens de niveauregelmiddelen 19 in te stellen en de toevoersnelheid van medium in te regelen, is het actieve drainagesysteem gestart. Het actieve drainagesysteem 33 kan ook worden gestart door via de afvoerleiding 14 medium onder druk toe te voeren, welk onder druk staand medium via de hevelleiding 10 tijdelijk toestroomt naar de groeisubstraten 3. Via de beluchtingsopening 18 in het vrije einde 16 van de standpijp 13 spuit tijdelijk medium, maar de hoeveelheid is gering qua hoeveelheid, alsook de tijdsduur.

Aan het einde van de teelt kunnen met het actieve drainagesysteem 33 alle matten 3 nagenoeg volledig leeg gezogen worden, maar tot de vochtigheid die overeenkomt met de zuigspanning van de zuigplug door de medium toevoer te staken en de niveauregelmiddelen 19 op het laagste niveau in te stellen.

Ofschoon niet in een voorbeeld beschreven, is het mogelijk het actieve drainagesysteem volgens de uitvinding toe te passen zonder gebruikmaking van een capillair element.

Voldoende is slechts dat de hevelleiding 10 tussen enerzijds het groeisubstraat 3 en anderzijds het vloeistofniveau in de standpijp gevuld is met water.

Claims (9)

1. Actief drainagesysteem omvattende - tenminste één in een houder opgenómen groeisubstraat waarin planten kunnen groeien; - middelen voor het toevoegen aan het groeisubstraat van een voedingsoplossing; en - actieve drainagemiddelen die omvatten een hevelleiding die met één einde is verbonden met het groeisubstraat en met zijn andere einde reikt tot in een afvoerleiding op een niveau dat ligt onder het groeisubstraat.

2. Drainagesysteem volgens conclusie 1, waarin de hevelleiding met het éne einde is gekoppeld met een capillair element dat is verbonden met het groeisubstraat.

3. Drainagesysteem volgens conclusie 2, waarin het capillaire element is opgenomen in het groeisubstraat en is voorzien van een tuit die is gekoppeld met het éne einde van de hevelleiding.

4. Drainagesysteem volgens cönclusie 1-3, waarin de afvoerleiding is voorzien van tenminste één standpijp.

5. Drainagesysteem volgens conclusie 4, waarin de standpijp is voorzien van een telescopisch pijpeinde.

6. Drainagesysteem volgens conclusie 5# waarin de standpijp is voorzien van een van een beluchtingsopening voorzien deksel.

7. Drainagesysteem volgens conclusie 6, waarin het deksel via een bajonetsluiting is verbonden met de standpijp.

8. Drainagesysteem volgens conclusie 1-7, waarin de afvoerleiding uitmondt in een vat en is voorzien van niveau-regelmiddelen.

9. Drainagesysteem volgens conclusie 1-8, waarin de drainagemiddelen een pomp omvatten.