NL9001939A - Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband. - Google Patents

Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband. Download PDF

Info

Publication number
NL9001939A
NL9001939A NL9001939A NL9001939A NL9001939A NL 9001939 A NL9001939 A NL 9001939A NL 9001939 A NL9001939 A NL 9001939A NL 9001939 A NL9001939 A NL 9001939A NL 9001939 A NL9001939 A NL 9001939A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
magnetic head
magnetic
magnetic tape
information block
head unit
Prior art date
Application number
NL9001939A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL9001939A priority Critical patent/NL9001939A/nl
Priority to DE69118281T priority patent/DE69118281T2/de
Priority to EP91202179A priority patent/EP0474290B1/en
Priority to US07/751,285 priority patent/US5270891A/en
Priority to JP3224268A priority patent/JPH04356715A/ja
Publication of NL9001939A publication Critical patent/NL9001939A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/48Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed
    • G11B5/52Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed with simultaneous movement of head and record carrier, e.g. rotation of head
    • G11B5/53Disposition or mounting of heads on rotating support
    • G11B5/531Disposition of more than one recording or reproducing head on support rotating cyclically around an axis
    • G11B5/534Disposition of more than one recording or reproducing head on support rotating cyclically around an axis inclined relative to the direction of movement of the tape, e.g. for helicoidal scanning
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/008Recording on, or reproducing or erasing from, magnetic tapes, sheets, e.g. cards, or wires
    • G11B5/00813Recording on, or reproducing or erasing from, magnetic tapes, sheets, e.g. cards, or wires magnetic tapes
    • G11B5/00847Recording on, or reproducing or erasing from, magnetic tapes, sheets, e.g. cards, or wires magnetic tapes on transverse tracks
    • G11B5/0086Recording on, or reproducing or erasing from, magnetic tapes, sheets, e.g. cards, or wires magnetic tapes on transverse tracks using cyclically driven heads providing segmented tracks
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/48Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed
    • G11B5/58Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed with provision for moving the head for the purpose of maintaining alignment of the head relative to the record carrier during transducing operation, e.g. to compensate for surface irregularities of the latter or for track following
    • G11B5/584Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed with provision for moving the head for the purpose of maintaining alignment of the head relative to the record carrier during transducing operation, e.g. to compensate for surface irregularities of the latter or for track following for track following on tapes
    • G11B5/588Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed with provision for moving the head for the purpose of maintaining alignment of the head relative to the record carrier during transducing operation, e.g. to compensate for surface irregularities of the latter or for track following for track following on tapes by controlling the position of the rotating heads

Landscapes

  • Adjustment Of The Magnetic Head Position Track Following On Tapes (AREA)

Description

"Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband."
De uitvinding heeft betrekking op een magneetbandapparaat geschikt voor het lezen en/of schrijven van informatie op een magneetband in sporen die onder een hoek met een lengterichting van de magneetband verlopen, waarbij een eenheid van informatie een informatieblok vormt, dat in verscheidene segmenten op de magneetband aanwezig is of op de magneetband geschreven kan worden en waarbij elk segment ten minste één spoor omvat, welk apparaat is voorzien van een aftasteenheid met een onderste en een bovenste deel waarlangs de magneetband transporteerbaar is, welke aftasteenheid twee om een rotatie-as roteerbare magneetkopeenheden omvat, die door actuatoren vanuit een middenstand in twee tegengestelde richtingen parallel aan de rotatie-as over een actueringsafstand verplaatsbaar zijn, met het kenmerk, dat de middenstanden van de magneetkopeenheden op afstand in een richting parallel aan de rotatie-as van elkaar gelegen zijn.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een aftasteenheid geschikt voor toepassing in een magneetbandapparaat en een methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat.
Dergelijke magneetbandapparaten worden gebruikt voor het opnemen en weergeven van onder andere video-signalen op een magneetband. Tijdens het opnemen wordt de magneetband met een zekere band-transportsnelheid langs de aftasteenheid getransporteerd waarbij de magneetkopeenheden sporen, onder een bepaalde hoek met de lengterichting van de magneetband, op de magneetband schrijven.
Een in de aanhef genoemd magneetbandapparaat alsmede een methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband zijn bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4,314,284. Hierbij zijn de magneetkopeenheden door middel van actuatoren verplaatsbaar in een richting evenwijdig aan de rotatie-as. Bij niet geactiveerde actuatoren roteren beide magneetkopeenheden in eenzelfde vlak en zijn de banen van" de magneetkopeenheden, tijdens bandtransport met een snelheid gelijk aan die waarmee de sporen geschreven zijn, parallel aan de sporen op de magneetband. Indien nu deze sporen gelezen worden tijdens bedrijf waarbij de bandtransportsnelheid afwijkt van die tijdens het schrijven, zullen de magneetkopeenheden bij niet geactiveerde actuatoren een baan over de magneetband volgen die onder een andere hoek met de lengterichting van de magneetband verloopt, dan die welke parallel is aan de sporen op de magneetband (zie figuur 5). Om in deze situatie de sporen toch te kunnen volgen, zijn de magneetkopeenheden vanuit de middenstand in twee tegengestelde richtingen evenwijdig aan de rotatie-as verplaatsbaar door middel van de actuatoren (zie figuur 3)· Nadeel bij het bekende apparaat is dat er geen optimaal gebruik wordt gemaakt van de actueringsafstand.
De uitvinding beoogt onder andere een magneetbandapparaat en een methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband te verschaffen, waarbij een optimaal gebruik wordt gemaakt van de actueringsafstand, waardoor de sporen bij grotere bandtransportsnelhe-den gevolgd kunnen worden dan bij het bekende apparaat mogelijk is, zonder dat de actueringsafstand veranderd wordt.
Hiertoe is het magneetbandapparaat volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de middenstanden van de magneetkopeenheden op afstand in een richting parallel aan de rotatie-as van elkaar gelegen zijn. De maximaal mogelijke bandtransportsnelheid waarbij de magneetkopeenheden de sporen op de magneetband kunnen volgen, wordt bepaald door de maximaal mogelijke verplaatsing van de magneetkopeenheden ten opzichte van een neutrale positie, welke door de magneetkopeenheden ingenomen wordt tijdens bedrijf met een bandtransportsnelheid gelijk aan die tijdens het schrijven van informatie op de magneetband. Bij versneld bandtransport in één van de beide bandtransportrichtingen verplaatsen de magneetkopeenheden van het bekende apparaat zich tussen hun middenstanden en één uiterste stand. Hierdoor wordt dus slechts de helft van het totale actueringsbereik benut. Door de middenstanden van de magneetkopeenheden op afstand van elkaar te plaatsen (zie figuur 8), wordt een groter deel van het actuatorbereik benut en kunnen de magneetkopeenheden verder van de neutrale posities verplaatst worden, waardoor bij grotere bandtransportsnelheden de sporen correct gevolgd kunnen worden.
Een uitvoeringsvorm van het magneetbandapparaat volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden kleiner is dan of gelijk is aan twee maal de actueringsafstand. De afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden moet bij voorkeur niet groter zijn dan twee maal de actueringsafstand, daar anders tijdens bedrijf met een bandtransport-snelheid gelijk aan die tijdens het schrijven van de informatie op de magneetband, de sporen niet meer correct gevolgd kunnen worden. Hiervoor moeten namelijk beide magneetkopeenheden in eenzelfde vlak roteren.
De uitvinding is bij voorkeur toepasbaar bij magneetband-apparaten waarbij de magneetkopeenheden zich althans nagenoeg diametraal tegenover elkaar bevinden en het informatieblok in twee segmenten verdeeld is waarbij voor het schrijven van informatie op de magneetband de magneetband met een eerste snelheid in een eerste richting transporteerbaar is en tijdens bedrijf bij bandtransport in de eerste richting met de eerste snelheid eerst de eerste magneetkopeen-heid samenwerkt met het eerste segment van het informatieblok en daarna de tweede magneetkopeenheid samenwerkt met het tweede segment van het informatieblok. Bij systemen met twee diametraal tegenover elkaar geplaatste magneetkopeenheden en twee segmenten per informatieblok kunnen namelijk bij een gegeven actueringsafstand de grootste bandtransportsnelheden toegepast worden, waarbij de sporen nog correct gevolgd kunnen worden. Tevens treft men bij videorecordersystemen hoofdzakelijk apparaten aan met twee diametraal tegenover elkaar geplaatste magneetkopeenheden, waarbij de informatieblokken in twee segmenten op de magneetband aanwezig zijn.
Een verdere uitvoeringsvorm van het magneetbandapparaat volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het onderste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid. Bij dergelijke apparaten treden bij het lezen van informatie van de magneetband bij bandtransport in de genoemde eerste richting en met een snelheid groter dan de eerste snelheid geen complicaties op en kan tijdens dit lezen eerst de eerste magneetkopeenheid blijven samenwerken met het eerste segment en daarna de tweede magneetkopeenheid met het tweede segment (zie figuur 9).
Om bij het apparaat waarbij de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het onderste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid, informatie van de magneetband te kunnen lezen bij een band-transport in een richting tegengesteld aan de eerste richting en zelfs met een snelheid groter dan de eerste snelheid en men wil bovendien dat de eerste magneetkopeenheid blijft samenwerken met het eerste segment en de tweede magneetkopeenheid blijft samenwerken met het tweede segment, is een verdere uitvoeringsvorm van het magneetbandapparaat volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden kleiner is dan twee maal de actue-ringsafstand (zie figuur 13).
Nog een verdere uitvoeringsvorm van het magneetbandapparaat volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het bovenste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid. In tegenstelling tot het bovenstaande treden bij dit apparaat tijdens het lezen van informatie van de magneetband bij band- ! transport in een richting tegengesteld aan de eerste richting en zelfs ! met een snelheid groter dan de eerste snelheid geen complicaties op en kan tijdens genoemd bandtransport eerst de eerste magneetkopeenheid i blijven samenwerken met het eerste segment en daarna de tweede magneetkopeenheid met het tweede segment (zie figuur 15).
Voor wat betreft de methode voor het lezen van een informa-tieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat waarbij de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het onderste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid, is een methode volgens de uit- ' vinding gekenmerkt, doordat bij bandtransport in een tweede richting tegengesteld aan de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneetkopeenheid het eerste segment van het informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest. Op deze wijze kan bij een dergelijk apparaat ook een informatieblok gelezen worden bij bandtransport in de tweede richting (zie figuur 11). !
Een andere methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat waarbij de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het onderste deel bevindt dan ~de tweede magneetkopeenheid en waarbij de afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden kleiner is dan twee maal de actuerings-afstand, is gekenmerkt, doordat bij bandtransport in een tweede richting tegengesteld aan de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het eerste segment van het informatieblok leest. Op deze wijze kan bij een dergelijk apparaat een informatieblok gelezen worden bij bandtransport in de tweede richting waarbij het mogelijk is dat de eerste magneetkopeenheid blijft samenwerken met het eerste segment en de tweede magneetkopeenheid blijft samenwerken met het tweede segment (zie figuur 13).
Nog een andere methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat waarbij de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het bovenste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid, is gekenmerkt, doordat bij bandtransport in de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneetkopeenheid het eerste segment van de informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest. Op deze wijze kan bij een dergelijk apparaat ook een informatieblok gelezen worden bij bandtransport in de eerste richting (zie figuur 14).
Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van in figuren getoonde uitvoeringsvoorbeelden van het apparaat en de methode volgens de uitvinding.
Hierbij toont:
Figuur 1 een vereenvoudigde weergave van een doorsnede van een bekende magneetbandcassette in operationele situatie in een bekend magneetbandapparaat,
Figuur 2 een aanzicht van een kopschijf met magneetkopeenheden van een bekende aftasteenheid van het in figuur 1 weergegeven apparaat,
Figuur 3 een aanzicht van de bekende aftasteenheid waarbij het bereik van de actuatoren overdreven is aangegeven,
Figuur 4 de ligging van sporen van segmenten behorende tot een informatieblok,
Figuur 5 de baan van de magneetkopeenheden ten opzichte van de sporen op de magneetband bij versneld bandtransport,
Figuur 6 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als functie van de tijd bij het bekende apparaat,
Figuur 7 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als bij figuur 6 echter nu bij versneld bandtransport in tegengestelde richting,
Figuur 8 een aanzicht van een aftasteenheid volgens de uitvinding waarbij de magneetkopeenheden op afstand van elkaar gelegen zijn,
Figuur 9 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden van de aftasteenheid volgens figuur 8 tijdens versneld bandtransport,
Figuur 10 de verplaatsingen volgens figuur 9 echter nu tijdens bandtransport in tegengestelde richting,
Figuur 11 de verplaatsingen volgens figuur 10 echter waarbij elke magneetkopeenheid een ander segment uitleest,
Figuur 12 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden bij versneld bandtransport bij een aftasteenheid volgens de uitvinding waarbij de afstand tussen de magneetkopeenheden kleiner is dan die bij figuur 9, 10 en 11,
Figuur 13 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als bij figuur 12 echter nu tijdens versneld bandtransport in tegengestelde richting,
Figuur 14 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden tijdens versneld bandtransport bij een aftasteenheid volgens de uitvinding, waarbij nu echter de posities van de magneetkopeenheden verwisseld zijn,
Figuur 15 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als bij figuur 14 echter nu tijdens versneld bandtransport in tegengestelde richting,
Figuur 16 de ligging van de segmenten van een informatieblok verdeeld over vier segmenten,
Figuur 17 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden voor het tijdens versneld bandtransport lezen van een informatieblok verdeeld in segmenten volgens figuur 16,
Figuur 18 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als bij figuur 17, nu echter bij versneld bandtransport in tegengestelde richting,
Figuur 19 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden tijdens versneld bandtransport bij een aftasteenheid waarbij de afstand tussen de magneetkopeenheden kleiner is dan die bij figuur 17 en 18, en
Figuur 20 de verplaatsingen van de magneetkopeenheden als bij figuur 19, nu echter bij versneld bandtransport in tegengestelde richting.
Figuur 1 geeft schematisch een magneetbandcassette 20 in operationele situatie in een magneetbandapparaat 1 weer. In de operationele situatie is een magneetband 30 deels uit de cassette 20 geregen door middel van bandrijgelementen 8, 9, 10, 11 en 12 en in contact met een aftasteenheid 2 gebracht. De magneetband 30 bevindt zich in de cassette 20 op spoelen 21, 22 en wordt door bandgeleiders 23, 24, 25 en 26 in de cassette geleid. Het apparaat 1 is voorzien van bandtransportmiddelen, omvattende een toonas 3 -drukrol 4 combinatie voor het transporteren van de magneetband, en is verder voorzien van een bandspanningsvoeler 5 die tussen twee verdere bandgeleiders 6, 7 beweegbaar is voor het regelen van de bandspanning.
De aftasteenheid 2 omvat twee diametraal tegenover elkaar geplaatste roteerbare magneetkopeenheden 13, 14. Figuur 2 toont een doorsnede van de aftasteenheid 2 ter plaatse van de magneetkopeenheden. Elke magneetkopeenheid 13, 14 is via een actuator 17, 18 verbonden met een om rotatie-as 16 roteerbare kopschijf 15. De actuatoren zijn uitgevoerd als pi'ézo-keramische actuatoren en kunnen de magneetkopeenheden in richtingen evenwijdig aan de rotatie-as 16 verplaatsen voor het tijdens versneld of vertraagd bandtransport op correcte wijze volgen van de sporen op de magneetband 30. Bij niet geactiveerde actuatoren 17, 18 bevinden de magneetkopeenheden 13, 14 zich in hun middenstanden M en zijn de magneetkopeenheden 13, 14 roteerbaar in vlak 19, zie figuur 3. De actuatoren 17, 18 kunnen de magneetkopeenheden 13, 14 in twee tegengestelde richtingen r-j en r£ verplaatsen. De maximale actueringsafstand A in elke richting bedraagt in dit voorbeeld 120 pm. Elke magneetkopeenheid 13, 14 is voorzien van twee overdrachtsspleten _13a, 13b respectievelijk 14a, 14b voor het lezen en/of schrijven van informatie op de magneetband 30. De beide spleten van een magneetkop-eenheid hebben tegengestelde aximuth (bijvoorbeeld +15° en -15°). In de operationele situatie is de magneetband 30 over een hoek van 180° schroeflijnvormig om een mantelvlak 2a van de aftasteenheid 2 geslagen. Tijdens een halve omwenteling van de magneetkopeenheden wordt een sporenpaar geschreven of gelezen, dat een helft van een informatieblok 31 bevat. Gedurende een eerste halve omwenteling wordt een eerste segment 33 van het informatieblok 31 geschreven met de eerste magneet-kopeenheid 13 en gedurende een tweede halve omwenteling een tweede segment 34 net de tweede magneetkopeenheid 14. Het sporenpatroon op de magneetband ziet er uit zoals in figuur 4 schematisch is weergegeven.
De breedte van een spoor 32 is in dit voorbeeld 10 pm. Het band-transport tijdens het schrijven van de sporen vindt plaats in een eerste richting D1 met een eerste snelheid Vo en de snelheidsvector van de magneetkopeenheden ten opzichte van de magneetband bij de genoemde bandtransportsnelheid Vo is V^. De sporen 32 maken een hoek a met de lengterichting d van de magneetband.
Tijdens versneld bandtransport met een tweede snelheid V die groter is dan de eerste snelheid Vo, worden steeds de twee segmenten 33, 34 van één informatieblok 31 uitgelezen en vervolgens een aantal : i informatieblokken overgeslagen.
In figuur 5 geven lijnen 37 en 38 de banen van de eerste respectievelijk tweede magneetkopeenheid weer bij niet geactiveerde actuatoren en bij een bandtransportsnelheid V van 2#Vo. Lijnen 35 en 36 geven de banen van de eerste respectievelijk tweede magneetkopeenheid 13» 14 weer indien de bandtransportsnelheid gelijk zou zijn aan de eerste snelheid Vo. Met de eerste snelheid Vo zijn namelijk ook de segmenten 33 en 34 door de magneetkopeenheden 13 en 14 op de magneetband 30 geschreven. Hierbij is aangenomen dat bij het einde van de baan 37 van de eerste magneetkopeenheid 13 over de magneetband 30 en bij het begin van de baan 38 van de tweede magneetkopeenheid 14 over de magneetband 30, het midden van de magneetkopeenheden 13, 14 samenvalt met het midden van de breedte van de segmenten 33 en 34. De banen 35 respectievelijk 36 geven tevens de middellijnen aan van de segmenten 33 respectievelijk 34. Baan 37 begint dus te hoog en zal in het begin over de breedte van één segment (20 pm) naar beneden moeten gaan. Baan 38 begint goed maar zal naar het einde toe de breedte van één segment “omhoog moeten gaan. Voor een bandtransportsnelheid van n*Vo moet de ------- magneetkopeenheid dus (n-1)*20 pm verplaatst kunnen worden om een segment correct te kunnen lezen. Bij bandstilstand geldt het tegengestelde van hetgeen bij bandtransportsnelheid van 2#Vo geldt. Voor een bandtransportsnelheid van -n*Vo, dus versneld bandtransport in een tweede richting D2 tegengesteld aan de eerste richting D1, geldt dus dat de magneetkopeenheid over (n+1)*20 pm verplaatst moet kunnen worden. Bij verneld bandtransport in de eerste richting D1 is een maximale snelheid van 7*Vo mogelijk wil men de segmenten (breedte 20 pm) correct kunnen blijven volgen bij een maximale actueringsafstand van ± 120 pm. Figuur 6 laat zien wat in dit geval de verplaatsingen H-j, H2 zijn van de eerste en de tweede magneetkopeenheid 13, 14 als functie van de tijd. Hierbij is de rotatiesnelheid van de magneetkopeenheden 3000 omwentelingen per minuut, waaruit volgt dat één segment in 10 milliseconden gelezen wordt. Tevens toont figuur 6 de bereiken Α·|, A2 van de eerste respectievelijk tweede actuator 17, 18 ten opzichte van het vlak 19. Dit vlak 19 komt overeen met de horizontale as waarbij de verplaatsing van de magneetkopeenheden nul is. De perioden t-| en t2 geven de tijdsduur aan waarin het eerste respectievelijk het tweede segment gelezen worden. Bij versneld bandtransport in de tweede richting D2 is een maximale snelheid van 5*Vo mogelijk wil men de ' segmenten correct kunnen blijven volgen. Figuur 7 laat zien wat in dit laatste geval de verplaatsingen H-| en H2 van de magneetkopeenheden 13, 14 zijn.
Het hiervoor omschreven magneetbandapparaat met aftast-eenheid 2 en de wijze waarop de actuatoren 17, 18 bekrachtigd worden en de magneetkopeenheden 13, 14 verplaatst worden om de sporen op de magneetband 30 te volgen tijdens versneld bandtransport zijn algemeen bekend. Uit de figuren 6 en 7 blijkt dat bij de bekende apparaten slechts de helft van het maximale bereik van de actuatoren 17 en 18 wordt gebruikt. Tijdens versneld bandtransport gebruiken de actuatoren namelijk alleen het bereik van 0 tot +120 pm of van 0 tot -120 pm.
Zouden de actuatoren tijdens de maximale zoeksnelheid het gehele bereik benutten dan levert dit een hogere snelheid op.
Figuur 8 toont een aftasteenheid 102 van een magneetbandapparaat volgens de uitvinding. Dit apparaat komt overeen met het in figuur 1 weergegeven apparaat. Alleen de aftasteenheid met bijbehorende electroniea wijkt af van het bekende apparaat. Deze aftasteenheid 102 heeft een onderste deel 102a en een bovenste deel 102b en omvat twee magneetkopeenheden 113 en 114. In een nu eerst te beschouwen situatie bevindt de eerste magneetkopeenheid 113 zich dichter bij het onderste deel 102a dan de tweede magneetkopeenheid 112b. De magneetkopeenheden zijn via actuatoren 117 en 118 verbonden met een roteerbare kopschijf 115. Bij niet bekrachtigde actuatoren bevinden de magneetkopeenheden zich in hun middenstanden M-j, Mg en liggen de magneetkopeenheden 113 en 114 niet in één vlak zoals in figuur 3 het geval is, maar bevinden ze zich op een onderlinge afstand X van 240 pm in de richting van rotatie-as 116. Bij bandtransport met de eerste snelheid Vo (opname en weergave) mag er geen hoogteverschil zijn tussen de eerste en de tweede magneetkopeenheid 113 respectievelijk 114. In deze situatie moet de eerste actuator 117 een uitwijking hebben van +120 pm en de tweede actuator 118 een uitwijking van -120 pm.
In figuur 9 is de situatie geschetst voor een bandtransport met een snelheid van 13 * Vo in de eerste richting D1 met een optimaal gebruik van het actuatorbereik. Bij niet bekrachtigde actuatoren is er nu een hoogteverschil van 240 pm tussen beide magneetkopeenheden.
Tijdens de achterwaartse zoekbeweging ontstaan nu problemen zoals weergegeven in figuur 10 voor een bandtransportsnelheid van 11 * Vo in de tweede richting D2. De benodigde actuatoruitwijking zou hier groter dan 120 pm moeten zijn. In de nu volgende beschrijving van uitvoeringsvormen van het magneetbandapparaat volgens de uitvinding wordt bovenstaand probleem opgelost.
In de eerste uitvoeringsvorm wordt tijdens de achterwaartse zoekbeweging, dus bij een bandtransport met een tweede snelheid V in de tweede richting D2, het eerste segment 33 niet meer door de eerste magneetkopeenheid 113 gelezen en het tweede segment 34 niet meer door de tweede magneetkopeenheid 114 zoals hiervoor het geval was, maar wordt dit verwisseld zoals in figuur 11 wordt weergegeven. Het eerste segment 33 wordt nu door de tweede magneetkopeenheid 114 gelezen tijdens periode t-j waarbij de verplaatsing van de tweede magneetkopeenheid weergegeven is door lijn H2 en het tweede segment 34 wordt nu door de eerste magneetkopeenheid 113 gelezen tijdens periode t2 waarbij de verplaatsing van de eerste magneetkopeenheid weergegeven is door lijn H1. Beide actuatorverplaatsingen A1, A2 blijven nu binnen hun maximale bereik. Door het handhaven van de tijdsrelatie tussen de gelezen segmenten en een externe referentie moet de fase van de kopschijf 115 ten opzichte van deze referentie met 180° verschoven worden. Worden dus voor snelheden in de tweede richting D2 de magneet-kopeenheden verwisseld dan zijn zoeksnelheden tussen -11 * Vo en +13 * Vo mogelijk.
In de tweede uitvoeringsvorm wordt een andere oplossing aangeboden. Hierbij blijft de eerste magneetkopeenheid 113 het eerste segment 33 en de tweede magneetkopeenheid 114 het tweede segment 34 lezen, maar wordt eerst het tweede segment 34 gelezen en daarna het bijbehorende eerste segment 33. Deze situatie is geschetst in figuur 13. Om de sporen correct te kunnen volgen is het in deze situatie noodzakelijk dat de afstand X (zie figuur 8) kleiner is dan twee maal de actueringsafstand in dit voorbeeld dus kleiner dan 240 pm. In de figuren 12 en 13 worden de verplaatsingen H1 respectievelijk H2 van de eerste respectievelijk tweede magneetkopeenheid 113 respectievelijk 114 weergegeven waarbij de afstand X tussen de magneetkopeenheden 200 pm bedraagd. Hierbij is echter wel de maximaal mogelijke zoeksnelheid in de eerste richting kleiner. Deze bedraagt 11 * Vo (figuur 11). Voor versneld bandtransport in de tweede richting is evenals voorheen een bandtransportsnelheid van 11 * Vo mogelijk. Er is nu wel een geheugen nodig om de segmenten weer in de juiste volgorde te plaatsen. Zou het hoogteverschil tussen beide magneetkopeenheden 113 en 114 juist andersom gekozen zijn dan moet de verwisseling plaatsvinden bij bandtransport in de eerste richting D1. In deze situatie wordt in figuur 8 met magneetkopeenheid 114 de eerste magneetkopeenheid weergegeven en met magneetkopeenheid 113 de tweede magneetkopeenheid, zodat de eerste magneetkopeenheid 114 zich dichter bij het bovenste deel 102b bevindt dan de tweede magneetkopeenheid 113. Aangezien dan voor stopmotion, slowmotion en reverse (-1 * Vo) geen verwisseling nodig is zou deze keuze wel eens gunstiger kunnen zijn.
Figuren 14 en 15 laten de verplaatsingen H1 en H2 zien van de eerste respectievelijk tweede magneetkopeenheid 114 respectievelijk 113. Hierbij is duidelijk te zien dat bij bandtransport in de eerste richting D1 eerst gedurende periode t-j de tweede magneetkopeenheid 113 het eerste segment leest en daarna gedurende periode t2 de eerste magneetkopeenheid 114 het tweede segment leest, zie figuur 14. In figuur 15 zijn de verplaatsingen H1, H2 van de magneetkopeenheden weergegeven tijdens bandtransport in de tweede richting D2, hierbij is dus geen verwisseling nodig. De maximaal mogelijke bandtransportsnelheden zijn bij bandtransport in de eerste richting (figuur 14) 13 * Vo en bij bandtransport in de tweede richting (figuur 15) 11 * Vo.
In de tot nu toe beschreven uitvoeringsvormen is uitgegaan van een informatieblok verdeeld over twee segmenten. De uitvinding is echter niet beperkt tot deze uitvoeringsvormen. Het is ook mogelijk dat het informatieblok over vier of meer segmenten is verdeeld. Figuur 16 toont de ligging van vier segmenten 232, 233» 23^ en 235 op een magneetband 230, over welke segmenten een informatieblok 231 verdeeld is.
Figuren 17 en 18 tonen de verplaatsingen H1 en H2 van de eerste respectievelijk tweede magneetkopeenheid 13 respectievelijk 14 van de bekende aftasteenheid 2 (figuur 3). Figuur 17 toont de situatie bij versneld bandtransport in de eerste richting D1. De maximale snelheid in de eerste richting waarbij de sporen van de segmenten nog correct gevolgd kunnen worden bedraagt bij de bekende aftasteenheid 4 *Vo, deze situatie is in figuur 17 getoond. Figuur 18 toont de situatie bij versneld bandtransport in de tweede richting D2. Hierbij bedraagt de maximaal mogelijke snelheid 2 * Vo, deze situatie is in figuur 18 getoond.
Ook bij vier segmenten per informatieblok kunnen grotere zoeksnelheden gerealiseerd worden door bij niet geactiveerde actuatoren de magneetkopeenheden op afstand van elkaar te plaatsen. Figuren 19 en 20 tonen de verplaatsingen H1 en H2 van de magneetkopeenheden 113 en 114 aanwezig in de aftasteenheid 102, zoals in figuur 8 is getoond.
Hierbij bevindt de eerste magneetkopeenheid 113 zich dichter bij het onderste deel 102a dan de tweede magneetkopeenheid 114. De onderlinge afstand X tussen de magneetkopeenheden dient in dit geval kleiner te zijn dan twee maal de maximale actueringsafstand.
De optimale afstand X bedraagt voor deze uitvoeringsvorm 80 pm. Hiermee kan bij bandtransport in de eerste richting D1 een maximale snelheid van 5 * Vo gehaald worden waarbij de sporen nog correct gevolgd worden, zie figuur 19· Indien bij bandtransport in de tweede richting D2 de eerste magneetkopeenheid 113 de segmenten leest die met de tweede magneetkopeenheid 114 geschreven zijn of die tijdens band-transport in de eerste richting D1 met de eerste snelheid Vo door de tweede magneetkopeenheid 114 gelezen worden, en de tweede magneetkopeenheid 114 de andere tot het informatieblok behorende segmenten uitleest, kan een maximale snelheid van 4 * Vo gehaalde worden, zie figuur 20.
Het spoorvolgsysteem moet natuurlijk wel op de beschreven technieken berekend zijn. Bij het in het Amerikaanse octrooischrift 4,597,023 (PHN 10.950; herewith incorporated by reference) beschreven systeem is de benodigde informatie voorhanden.
Opgemerkt wordt dat de uitvinding niet is beperkt tot de hier beschreven uitvoeringsvormen. Het is ook mogelijk dat de magneet-kopeenheden zijn voorzien van slechts één of meer dan twee overdrachts-spleten en de segmenten hiermee overeenkomstig één of meer dan twee sporen omvatten. Ook de afmetingen van de sporen en de bereiken van de actuatoren kunnen anders gekozen worden.

Claims (10)

1. Magneetbandapparaat geschikt voor het lezen en/of schrijven van informatie op een magneetband in sporen die onder een hoek met eén-lengterichting van de magneetband verlopen, waarbij een eenheid van informatie een informatieblok vormt, dat in verscheidene segmenten op de magneetband aanwezig is of op de magneetband geschreven kan worden en waarbij elk segment ten minste één spoor omvat, welk apparaat is voorzien van een aftasteenheid met een onderste en een bovenste deel waarlangs de magneetband transporteerbaar is, welke aftasteenheid twee om een rotatie-as roteerbare magneetkopeenheden omvat, die door actuatoren vanuit een middenstand in twee tegengestelde richtingen parallel aan de rotatie-as over een actueringsafstand verplaatsbaar zijn, met het kenmerk, dat de middenstanden van de magneetkopeenheden op afstand in een richting parallel aan de rotatie-as van elkaar gelegen zijn.
2. Magneetbandapparaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden kleiner is dan of gelijk is aan twee maal de actueringsafstand.
3. Magneetbandapparaat volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de magneetkopeenheden zich althans nagenoeg diametraal tegenover elkaar bevinden en het informatieblok in twee segmenten verdeeld is waarbij voor het schrijven van informatie op de magneetband de magneetband met een eerste snelheid in een eerste richting transporteerbaar is en tijdens bedrijf bij bandtransport in de eerste richting met de eerste snelheid eerst de eerste magneetkopeenheid samenwerkt met het eerste segment van het informatieblok en daarna de tweede magneetkopeenheid samenwerkt met het tweede segment van het informatieblok.
4. Magneetbandapparaat volgens conclusie 3> met het kenmerk, dat de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het onderste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid.
5. Magneetbandapparaat volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de afstand tussen de middenstanden van de magneetkopeenheden kleiner is dan twee maal de actueringsafstand.
6. Magneetbandapparaat volgens conclusie 3» met het kenmerk, dat de eerste magneetkopeenheid zich dichter bij het bovenste deel bevindt dan de tweede magneetkopeenheid.
7. Aftasteenheid geschikt voor toepassing in een magneetbandapparaat volgens één der voorgaande conclusies.
8. Methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat volgens conclusie ^7— met het kenmerk, dat bij bandtransport in een tweede richting tegengesteld aan de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneetkopeenheid het eerste segment van het informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest.
9. Methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband met behulp van een magneetbandapparaat volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat bij bandtransport in een tweede richting tegengesteld aan de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het eerste segment van het informatieblok leest.
10. Methode voor het lezen van een informatieblok van een ; magneetband met behulp van een magneetbandapparaat volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat bij bandtransport in de eerste richting met een tweede snelheid groter dan de eerste snelheid, eerst de tweede magneet- ; kopeenheid het eerste segment van de informatieblok leest en daarna de eerste magneetkopeenheid het tweede segment van het informatieblok leest.
NL9001939A 1990-09-04 1990-09-04 Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband. NL9001939A (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001939A NL9001939A (nl) 1990-09-04 1990-09-04 Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband.
DE69118281T DE69118281T2 (de) 1990-09-04 1991-08-28 Magnetbandgerät und Abtasteinheit und Verfahren zum Lesen eines Informationsblocks von einem Magnetband
EP91202179A EP0474290B1 (en) 1990-09-04 1991-08-28 Magnetic-tape apparatus, and scanning unit and method for reading an information block from a magnetic tape
US07/751,285 US5270891A (en) 1990-09-04 1991-08-29 Vertically distant magnetic head units with piezoelectric error tracking
JP3224268A JPH04356715A (ja) 1990-09-04 1991-09-04 磁気テープ装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001939 1990-09-04
NL9001939A NL9001939A (nl) 1990-09-04 1990-09-04 Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9001939A true NL9001939A (nl) 1992-04-01

Family

ID=19857622

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9001939A NL9001939A (nl) 1990-09-04 1990-09-04 Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US5270891A (nl)
EP (1) EP0474290B1 (nl)
JP (1) JPH04356715A (nl)
DE (1) DE69118281T2 (nl)
NL (1) NL9001939A (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR960016899B1 (ko) * 1993-12-31 1996-12-26 삼성전자 주식회사 하드디스크 드라이브 축방향 제어에 의한 외부충격방지장치 및 그 방법

Family Cites Families (22)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4203140A (en) * 1974-11-26 1980-05-13 Sony Corporation Helical scan VTR with deflectable head
JPS53129013A (en) * 1977-04-18 1978-11-10 Sony Corp Magnetic reproducer
JPS5563187A (en) * 1978-11-07 1980-05-13 Nec Corp Special reproduction device
JPS55102981A (en) * 1979-01-31 1980-08-06 Matsushita Electric Ind Co Ltd Rotary-head type magnetic recording and reproducing device
JPS55153129A (en) * 1979-05-16 1980-11-28 Sony Corp Signal reproducing device
AT365353B (de) * 1979-07-20 1982-01-11 Philips Nv Aufzeichnungs- und/oder wiedergabegeraet
DE3045541A1 (de) * 1980-12-03 1982-07-01 Robert Bosch Gmbh, 7000 Stuttgart Verfahren und anordnung zur wiedergabe von auf einenaufzeichnungstraeger in einzelnen spuren aufgezeichneten videosignalen
US4590523A (en) * 1981-11-09 1986-05-20 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Control of auto-tracking in tracking-error correcting system of video recording/reproducing apparatus
DE3147596C2 (de) * 1981-12-02 1985-01-17 Loewe Opta Gmbh, 8640 Kronach Verfahren zur automatischen Abtastspureinstellung bei Video-Magnetbandgeräten mit Schrägspuraufzeichnung
JPS58133672A (ja) * 1982-02-04 1983-08-09 Olympus Optical Co Ltd トラツキング制御装置
JPS58154985A (ja) * 1982-03-11 1983-09-14 Hitachi Ltd ヘリカルスキヤン式ビデオテ−プレコ−ダ
JPS59104706A (ja) * 1982-12-03 1984-06-16 Sharp Corp オ−トリバ−ス式ビデオテ−プレコ−ダ
JPS59221825A (ja) * 1983-05-31 1984-12-13 Nec Home Electronics Ltd ビデオテ−プレコ−ダ
NL8400593A (nl) * 1984-02-27 1985-09-16 Philips Nv Systeem voor het overdragen van signalen via een bandvormige registratiedrager.
JPS61129724A (ja) * 1984-11-29 1986-06-17 Sony Corp 回転磁気ヘツド装置
US4941061A (en) * 1985-12-31 1990-07-10 Gold Star Co., Ltd. Noise-free skip search apparatus utilizing a piezo-electric element
JPS62277615A (ja) * 1986-05-23 1987-12-02 Sony Corp 回転ヘツドの支持装置
JP2580655B2 (ja) * 1987-12-24 1997-02-12 ソニー株式会社 回転ヘッド装置
DE3805436A1 (de) * 1988-02-22 1989-08-31 Bosch Gmbh Robert Verfahren zur wiedergabe von datensignalen
JP2606308B2 (ja) * 1988-07-28 1997-04-30 ソニー株式会社 デジタルvtrのダイナミックトラッキング方法
EP0372481B1 (en) * 1988-12-06 1995-08-09 Mitsubishi Denki Kabushiki Kaisha Magnetic recording and reproducing apparatus
JPH02154316A (ja) * 1988-12-06 1990-06-13 Mitsubishi Electric Corp 磁気ヘッド駆動装置

Also Published As

Publication number Publication date
JPH04356715A (ja) 1992-12-10
EP0474290B1 (en) 1996-03-27
DE69118281T2 (de) 1996-10-10
EP0474290A3 (en) 1993-12-08
US5270891A (en) 1993-12-14
EP0474290A2 (en) 1992-03-11
DE69118281D1 (de) 1996-05-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR880700593A (ko) 기억된 비디오 시그널을 전자적으로 처리하기 위한 방법 및 장치
GB2335785A (en) Multi-channel magnetic tape system having optical tracking servo on tape back
GB2247556A (en) Positioning a magnetic tape head
CA2212485A1 (en) Apparatus for combining linear and rotational motion of an azimuth read/write head
NL8100935A (nl) Bandregistratie en/of weergave-inrichting en werkwijze voor een digitaal signaal.
CA1092707A (en) Disc drive with rotary access mechanism
WO1994029855A1 (en) Apparatus and method for distorted track data recovery
NL7900351A (nl) Inrichting voor het opnemen en/of weergeven van sig- nalen.
NL9001939A (nl) Magneetbandapparaat alsmede aftasteenheid en methode voor het lezen van een informatieblok van een magneetband.
NL8300173A (nl) Inrichting voor snelle verplaatsing van de uitleesmiddelen van een informatiesignaalweergeefinrichting, benevens een met een dergelijke verplaatsingsinrichting uitgeruste weergeefinrichting.
KR100362342B1 (ko) 타이밍계 서보에 적합한 서보 갭 검출
KR19990082393A (ko) 정보의 기록 및 재생 시스템, 이 시스템에 사용되는 기록매체와이 기록매체를 포맷하기 위한 자기 기록헤드 및 장치
KR960008499A (ko) 회전형 디스크 데이타 저장장치, 멀티미디어 데이타 서버 및 멀티미디어 프리젠테이션 데이타 제공 방법
US3739969A (en) Recording web transport apparatus
JPH0426959A (ja) 同期情報記録再生装置
US4812930A (en) Tape guide arrangement for a helical scan type magnetic record reproduction device
JPS5841469A (ja) 読取りヘツド位置を決定する方法および装置
KR940007774A (ko) 비디오 신호의 코마 노출 기록 및/또는 재생을 행하는 비디오 테이프 레코더
US3402403A (en) Rotating head and disc magnetic recording system
GB2265045A (en) Magnetic tape replay apparatus
NL8004388A (nl) Werkwijze voor het verplaatsen van een beweegbaar stelsel ten opzichte van een informatiedrager en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze.
KR200160880Y1 (ko) 픽업 이송장치
US5875061A (en) Method and apparatus for the recording of signals
US5784215A (en) Method and apparatus for recording and reading variable speed data using a rotating drum device
JP2626058B2 (ja) 磁気記録再生装置

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed