NL8803183A

NL8803183A - Inrichting voor het navoeren van een bouwdeel voor het in stand houden van een vooraf bepaalde afstand.

Info

Publication number: NL8803183A
Application number: NL8803183A
Authority: NL
Original assignee: Man Technologie Gmbh
Priority date: 1988-01-14
Filing date: 1988-12-28
Publication date: 1989-08-01
Also published as: GB8900239D0; GB2213963A

Description

. \ « ίζ i -1- 28068/CV/nv

Korte aanduiding: Inrichting voor het navoeren van een bouwdeel voor het in stand houden van een vooraf bepaalde afstand.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het 5 navoeren van een stationair bouwdeel, voor het in stand houden van diens afstand tot een beweegbaar bouwdeel met een afstandsensor en een verstel" mechanisme, welke het stationaire bouwdeel in afhankelijkheid van het sensor-signaal aan het zich bewegende bouwdeel navoert.

Bij toepassingsgevallen, in welke een afstand tussen twee bouw-10 delen constant gehouden respectievelijk geregeld moet worden en waarbij de afstand door verschuiving van een van de bouwdelen wordt veranderd, wordt voor het navoeren van het tweede bouwdeel in het algemeen een gestel-vaste sensor aangebracht, welke de stand van het zich bewegende bouwdeel meet. De sensorsignalen worden toegevoerd aan een regelinrichting, welke 15 in afhankelijkheid van een vooraf bepaalde nominale waarde een verstelmechanisme voor het navoeren van het tweede bouwdeel aanstuurt. Deze opstelling is echter niet geschikt voor toepassingen, bij welke het bewegende bouwdeel zich over langere wegen verschuift. Met de gebruikelijke induktieve of optische afstandsmeetmethode kunnen namelijk lange wegen 20 niet meer of ten minste slechts zeer onnauwkeurig vastgesteld worden.

De uitvinding ligt de opgave ten gronde een inrichting van in aanvang genoemde soort te verschaffen, met welke de afstandsregeling tussen twee bouwdelen ook bij grotere afwijkingen uit de nominale stand van het ene bouwdeel zeer nauwkeurig uit te voeren is.

25 De opgave wordt volgens de uitvinding bij een inrichting volgens de aangegeven soort daardoor bewerkstelligd, dat de afstandsensor zo met i het stationaire bouwdeel is verbonden, dat het de navoerbeweging met het bouwdeel als een bouweenheid meemaakt.

Daarbij wordt de sensor tezamen met het bouwdeel naverplaatst, 30 zodat de sensor slechts nog de relatieve kleine regelafwijkingen moet afdekken. Daarbij kunnen eenvoudige en gebruikelijke afstandsensors worden toegepast, zoals bijvoorbeeld optische sensors.

De inrichting is in het bijzonder geschikt voor het navoeren van een magneet voor magneetlegers van rotors om de relatieve stand van de 35 magneten en daarmee de legerkrachten in iedere bedrijfstoestand constant te houden, en wel onafhankelijk daarvan, hoever zich de met de rotor verbonden 8803183Γ if f -2- 28068/CV/nv magneet uit zijn ruststand verschuift.

De uitvinding wordt aan de hand van een in de tekening schematisch weergegeven voorbeeld nader beschreven.

In de tekening stellen het stationaire bouwdeel 10 en het zich 5 bewegende bouwdeel 11 een magneetpaar voor het leger van een rotor 12 voor. Het als magneet ring 11 uitgevoerde beweegbare bouwdeel is vast met de rotor verbonden, terwijl de stationaire magneet 10 axiaal verschuifbaar met een gestel 13 is verbonden. Op grond van het Poissoneffect wijzigt de rotor 12 zijn axiale lengte met de draaisnelheid. Daarmede verschuift 10 de magneet 11 zich eveneens axiaal, zodat de relatieve stand tussen de beide magneten 10 en 11, welke met de afstand 14 tussen de rotor 12 en de stationaire magneet 10 gekenmerkt kan worden, zich eveneens wijzigt.

Om de relatieve stand van de componenten van het magneetpaar 10, 11 respectievelijk de relatieve stand kenmerkende afstand 14 constant 15 te houden is een inrichting voor het navoeren van de stationaire magneet 10 aangebracht, welke een verstelmechanisme 15 en een afstandsensor 16 bezit. Het verstelmechanisme 15 bestaat uit een gelijkstroommotor 20 met wrijvingswiel 21, die bij draaiing een gekartelde huls 22 axiaal verschuift. Om nauwkeurige axiale bewegingen te kunnen uitvoeren is de 20 gekartelde huls 22 op een met fijne schroefdraad uitgeruste as 23 gelegerd. De gekartelde huls 22 draagt aan de ene zijde de stationaire magneet 10 en aan de andere zijde een draagschijf 25 voor de sensor 16.

Bij een axiale verschuiving van de ringmagneet 11 zal op grond van de starre verbinding tussen stationaire magneet 10 en sensor 16 de 25 afstand 26 tussen de sensor 16 en de ringmagneet 11 dezelfde afwijking ondervinden als de afstand 14 tussen de stationaire magneet 10 en de rotor 12. De sensor 16 signaleert deze afwijking en geeft ze verder aan een niet weergegeven elektronisch systeem, bijvoorbeeld een driepuntsregeling, welke de afstandsignalen in stuursignalen voor rechtse of linkse draaiing van 30 de drijfwerkmotor 20 omzet, welke tenslotte via de gekartelde huls 22 de stationaire magneet 10 overeenkomstig axiaal verschuift. Daarmede nadert de met de magneet 10 star verbonden sensor 16 zijn uitgangstand, zodat de sensor 16 zich slechts uit de nominale 26 over de geringe regelafwijkingen verwijdert.

35 Bij een opstelling volgens de tekening moet de draagschijf 25 voor de sensor 16 via een leger met de draaibare gekartelde huls 22 verbonden 8803 1837 -3- 28068/CV/nv en tegen draaiing geborgd worden. Eenvoudiger is het, indien de draag·* schijf 25 is verbonden met een bouwdeel, dat zich slechts axiaal beweegt, zoals bijvoorbeeld de stationaire magneet 10.

Het daadwerkelijk afgelegde traject van de magneet 10 kan bij 5 behoefte via een bijvoorbeeld als potentiometer uitgevoerde wegmeter 26 vastgesteld worden, welke de axiaLe verschuiving van de verschuifbare eenheid 10, 16, 22, 25 tot een stationair referentiepunt 27 meet.

8803183;

Claims

1. Inrichting voor het navoeren van een stationair bouwdeel voor het in stand houden van een afstand tot een beweegbaar bouwdeel, met een afstandsensor en een verstelmechanisme, welke het stationaire bouwdeel 5 in afhankelijkheid van de sensorsignaal het zich bewegende bouwdeel navoert, met het kenmerk, dat de afstandsensor (16) zo met het stationaire bouwdeel (10) is verbonden, dat hij de navoerbeweging met het bouwdeel als een bouweenheid meemaakt.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een optische 10 afstandsensor (16) is aangebracht.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de inrichting (15, 16) voor het inregelen van een magneetpaar (10, 11) voor een magneetleger van een rotor (12) toepassing vindt. 8803 183 7