NL8601033A - Afsluiter en werkwijze voor het vervaardigen daarvan. - Google Patents

Description

-1- ' « *5? ' - * X Sch/gn/16, Lovink

Afsluiter en werkwijze voor het vervaardigen daarvan

De uitvinding betreft een afsluiter, omvattende een huis met een rond een symmetrie-as rotatiesymmetrische holte, waarin een door middel van een van buitenaf roteerbare bedieningsas roteerbare, nauw in de holte passend van een 5 doorgang voorzien afsluiterlichaam met dezelfde vorm als de holte en daarin strak passend is opgenomen, welke holte via twee zich door de wand van het huis uitstrekkende openingen van buitenaf toegankelijk is, welke doorgang door rotatie van het afsluiterlichaam door middel van de bedieningsas 10 tussen twee uiterste standen beweegbaar is, in de eerste waarvan de doorgang beide openingen met elkaar verbindt en in de tweede waarvan het afsluiterlichaam de verbinding tussen beide openingen blokkeert.

Een dergelijke afsluiter is bekend.

15 Doel van de uitvinding is het verschaffen van een afsluiter die met weinig onderdelen met gebruikmaking van eenvoudige montage met ruime toleranties, en daardoor goedkoop kan worden vervaardigd, die bovendien zeer gemakkelijk gasdicht kan worden gemaakt en bestand tegen zelfs de meest 20 agressieve media, eventueel onder hoge druk, en bovendien vervaardigd kan worden met geringe bouwlengte.

In verband met deze doelstellingen verschaft de uitvinding een afsluiter van het vermelde type, die het kenmerk vertoont dat de holte en althans de daaraan aanslui-25 tende oppervlakken van de openingen in het huis zijn bekleed met een tegen het oppervlak van het afsluiterlichaam afdichtende, ongedeelde bekleding.

Bij voorkeur bestaat de bekleding uit PTFE of FEP.

Hiermee wordt een zeer grote bestendigheid tegen de meest 30 agressieve media, zoals kokend HC1 bereikt.

Duidelijk zal zijn dat de afdichting tussen het afsluiterlichaam en het oppervlak van de holte zo goed mogelijk is als tussen beide oppervlakken een zekere druk 8851033 ’ trv ' . /i -2- bestaat. Om deze druk te stimuleren kan van een variant gebruik worden gemaakt waarbij de bekleding van de holte wordt gesteund door een veerkrachtige laag.

Zeer eenvoudig van opbouw is die uitvoering, waarvan 5 het oppervlak van het afsluiterlichaam en dat van de doorgang zijn bekleed met een continue deklaag. Deze bestaat bij voorkeur uit PTPE, FEP of rubber.

In deze laatste uitvoeringen kan het de voorkeur verdienen indien de bekleding zich over de randzones van de 10 openingen uitstrekt tot op het buitenoppervlak van het huis.

Tevens de betreft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van.een afsluiter van het vermelde type.

Volgens de uitvinding kan een afsluiter van het hier-15 bovengenoemde type worden vervaardigd doordat men een vooraf vervaardigd afsluiterlichaam met zijn daaraan gevormde of bevestigde bedieningsas via één van beide toegangsopeningen insteekt in één van beide openingen in een vooraf vervaardigde, de bekleding van de holte vormend lichaam en de 20 bedieningsas naar buiten brengt via de voor doorlating daarvan bestemde opening, één en ander onder tijdelijke .vervorming van het afsluiterlichaam en/of het bekledings-lichaam en dat men vervolgens rond het bekledingslichaam met het daarin aangebrachte afsluiterlichaam het huis 25 aanbrengt.

In een nadere uitwerking daarvan kan men de elastische vervormbaarheid van het bekledingslichaam bevorderen door temperatuurverhoging tot bijvoorbeeld in de orde van 200°C.

30 De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van de tekening van een willekeurig uitvoeringsvoorbeeld, waartoe de uitvinding zich niet beperkt.

In de tekening tonen:

Fig. 1 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch 35 aanzicht van een afsluiter?

Fig. 2 het detail II uit fig. 1?

Fig. 3 een schematische weergave van een eerste stap 8601033 -3- « van de vervaardiging van een afsluiter volgens de uitvinding 7

Fig. 4 de eindfase van die vervaardiging? en

Fig. 5 gedeeltelijk in langsdoorsnede, gedeeltelijk in 5 zij-aanzicht een variant.

Fig. 1 toont een afsluiter 1 omvattende een uit een bovenste helft en een onderste helft 3 bestaand huis met een rond een symmetrie-as rotatiesymmetrische holte waarin een door middel van een van buitenaf roteerbare bedieningsas 4 10 roteerbare nauw in de holte passend, van een doorgang 5 voorzien afsluiterlichaam 6 met dezelfde vorm als de holte, daarin strak passend is opgenomen, welke holte via twee zich door de wand van het huis 2, 3 uitstrekkende openingen 7, 8 van buitenaf toegankelijk is, welke doorgang 5 door rotatie 15 van het afsluiterlichaam 6 door middel van de bedieningsas 4 tussen twee uiterste standen beweegbaar is, in de eerste waarvan de doorgang 5 beide openingen 7, 8 met elkaar in open verbinding brengt en in de tweede waarvan het afsluiterlichaam 6 de verbinding tussen beide openingen 7, 8 20 blokkeert. Het afsluiterlichaam 6 is in dit uitvoeringsvoorbeeld vervaardigd van gietijzer en bekleed met een laag 9 van PTFE, die zich over enige afstand over de bedieningsas 4 uitstrekt. Deze bekledingslaag 9 van PTFE strekt zich ook uit over het oppervlak van de doorgang 5 en vormt daarmee 25 één geheel.

Ook het binnenoppervlak van de holte is bekleed met een PTFE-laag, die met het verwijzingsgetal 10 is aangeduid, die zich eveneens uitstrekt over enige afstand over de bedieningsas en wel via de laag 9, alsmede op het buitenop-30 pervlak van het huis, over de randzones van de openingen.

Deze met 11 aangeduide ringvormige zones van de PTFE-deklaag 10 kunnen worden gebruikt voor als afdichtingselementen voor het aankoppelen van leidingen.

Tussen de huisdelen 2, 3 en de PTFE-laag 10 is een 35 veerkrachtige laag 12 van geperforeerd rubber aangebracht, zodanig, dat de ten opzichte van elkaar verdraaibare delen met voldoende druk tegen elkaar kunnen rusten.

^ * g -5 i . v- - -4— 5

In het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld is het afsluiterlichaam grosso modo sferisch uitgevoerd.

In dit uitvoeringsvoorbeeld kan de laag 10 ook uit rubber bestaan. Het afsluiterlichaam kan in dat geval 5 eventueel onbekleed zijn.

Fig. 2 toont het detail II volgens fig. 1. Uit dit detail blijkt de wijze van afdichting van de roteerbare bedieningsas 4 in het huis 2. Gebruik wordt gemaakt van een zogenaamde V-ring-pakkingenset 24/ die druk ondervinden van 10 een veer 15/ die enerzijds op het uiteinde van de V-ring- pakkingenset 24 drukt en anderzijds afsteunt op een door een borgring 14 in het huis geborgde steunring 13. Het andere einde van de set 24 steunt op de PTFE-laag 10 rond de bedieningsas 4.

15 Fig. 3 toont het PTFE-bekledingslichaam 16 dat met dat verwijzingsgetal ook in fig. 1 is weergegeven. Eventueel na verwarming, ter bevordering van de elastische vervorm-baarheid, kan daarin via de opening 8 (of de opening 7) het afsluiterlichaam 6 worden ingebracht overeenkomstig de pijl 20 17. De bedieningsas 4 kan vervolgens door de daarvoor bestemde opening 18 overeenkomstig de pijl 19 worden doorgestoken, zodanig dat de grosso modo sferische afsluiter 6 zich uiteindelijk bevindt in de daarvoor bestemde holte binnen het PTFE-bekledingslichaam 16.

25 Fig. 4 toont de eindfase van het vervaardigen van de afsluiter. De overeenkomstig fig. 3 vervaardigde eenheid, bestaande uit het bekledingslichaam 16 met de daarin aangebrachte afsluiter 6 worden opgenomen in een stalen huis, en wel door het aanbrengen van de twee huishelften 2, 30 3 en het door middel van bouten 20 via flenzen 21, 22 met elkaar koppelen van die huishelften 2, 3 met opsluiting van het PTFE-bekledingslichaam 16 met de daarin opgenomen afsluiter. Voor het doorlaten van de bedieningsas 4 dient een opening 23 in de bovenste huishelft 3, 35 Fig. 5 toont een afsluiter 25 in een andere uitvoering dan in het voorgaande is getekend.

Allereerst valt op, dat de afsluiter 25. in afwijking Λ Λ Λ η - ·*' V V V : 'J ί=*> « -5- *- * van de afsluiter 1 een grotere lengte bezit. Hij vertoont van flenzen 26 voorziene aansluitstompen 27, waarvan de doorgangen 28 aansluiten op de openingen 7, 8. De flenzen 26 zijn voorzien van doorgaande gaten 29 voor het met bouten 5 koppelen met aansluitflenzen van aan te koppelen leidingen.

Het gietijzeren afsluiterlichaam 6 is gelijk aan het afsluiterlichaam 6 van de afsluiter 1 volgens fig. 1. Zoals uit fig. 5 echter duidelijk zal zijn, strekt de PTFE-bekledingslaag 30 zich in dit geval over een grotere •10 lengte van de bedieningsas 4 uit. De PTFE-bekleding 31, die in het gebied van de sferische holte van de afsluiter 25 afdichtend samenwerkt met de PFTE-deklaag 30, strekt zich, evenals de deklaag 10 van de afsluiter 1 via de wand van de openingen 7, 8 en de doorgangen 28 uit tot op het 15 buitenoppervlak van de flenzen 26. Tevens strekt de bekleding 31 zich langs de bedieningsas 4 uit over dezelfde lengte als de deklaag 30. Ook de uit geperforeerd rubber bestaande, veerkrachtige laag 32 strekt zich over diezelfde lengte uit langs de bedieningsas 4. Met deze van de opbouw 20 van de afsluiter 1 afwijkende opbouw wordt bereikt, dat het agressief medium nagenoeg onmogelijk is om corrosiegevoelige onderdelen te bereiken.

In het algemeen wordt erop gewezen, dat FEP, fluorethyleenpropyleen, een min of meer vloeibare en 25 daardoor door spuitgieten te verwerken substantie is. Door de wijze van opbrengen kan een FEP-laag echter een zekere scheurgevoeligheid vertonen. In verband daarmee kan het de voorkeur verdienen om gebruik te maken van PTFE, polytetrafluorethyleen, waarvan het basismateriaal 30 poedervormig is en dat kan worden geperst en gesinterd.

De hiervoorbeschreven mogelijke uitvoeringen hebben gemeen, dat het bekledingslichaam en de deklaag van het afsluiterlichaam een kleine wrijvingscoëfficiënt met elkaar gemeen hebben en uitstekend ten opzichte van elkaar 35 afdichten. Vervormingen worden gemakkelijk opgevangen door de uit geperforeerd rubber bestaande veerkrachtige laag, die is aangebracht tussen de wand van de holte in het huis en Λ A .5 *7 *·->

Q ύ 'j ; V .) J

-6- I .

* * het afsluiterlichaam. Door de perforaties wordt bereikt, dat het nagenoeg niet-compressibele rubber tijdens vervormingen kan uitwijken. Bij toepassing van een wel-compressibel materiaal kan worden afgezien van de perforaties.

5 Verder zijn zowel de bekleding van de holte als de deklaag van het afsluiterlichaam als één geheel, ongedeeld uitgevoerd. Tenslotte wordt erop gewezen, dat het afsluiterlichaam zelf een stijf, vormvast en drukbestendig onderdeel dient te zijn.

10

fi -1 Λ -V "X

öö y v 0 ^

Claims (8)

1. Afsluiter, omvattende een huis met een rond een symmetrie-as rotatiesymmetrische holte, waarin een door middel van een van buitenaf roteerbare bedieningsas roteerbare, nauw in de holte passend, van een doorgang voorzien 5 afsluiterlichaam, met dezelfde vorm als de holte, daarin strak passend is opgenomen, welke holte via twee zich door de wand van het huis uitstrekkende openingen van buitenaf toegankelijk is, welke doorgang door rotatie van het afslui-terlichaara door middel van de bedieningsas tussen twee 10 uiterste standen beweegbaar is, in de eerste waarvan de doorgang beide openingen met elkaar verbindt en in de tweede waarvan het afsluiterlichaam de verbinding tussen beide openingen blokkeert, met het kenmerk, de holte en althans de daaraan aansluitende oppervlakken van de openingen in het 15 huis zijn bekleed met een tegen het oppervlak van het afsluiterlichaam afdichtende, ongedeelde bekleding.

2. Afsluiter volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bekleding uit PTFE of PEP bestaat.

3. Afsluiter volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat 20 de bekleding in het gebied van de holte wordt gesteund door een veerkrachtige laag, bijvoorbeeld van geperforeerd rubber.

4. Afsluiter volgens één der conclusies 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat het oppervlak van het afsluiterlichaam en 25 dat van de doorgang zijn bekleed met een continue deklaag.

5. Afsluiter volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de deklaag uit PTPE, PEP of rubber bestaat.

6. Afsluiter volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bekleding zich over de randzones van 30 de openingen uitstrekt tot op het buitenoppervlak van het huis.

7. Werkwijze voor het vervaardigen van een afsluiter volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat men een vooraf vervaardigd afsluiterlichaam met zijn daaraan λ -% .» λ 7 7 3 *j J i K ^ « -8- w -C gevormde of bevestigde bedienirigsas via één van beide toe-gangsopeningén insteekt in één van beide openingen in een vooraf vervaardigde, de bekleding van de holte vormend lichaam en de bedieningsas naar buiten brengt via de 5 voor doorlating daarvan bestemde opening, één en ander onder tijdelijke vervorming van het afsluiterlichaam en/of het bekledingslichaam en dat men vervolgens rond het bekledings-lichaam met het daarin aangebrachte afsluiterlichaam het huis aanbrengt. 10

8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat men de elastische vervormbaarheid van het bekledingslichaam bevordert door temperatuurverhoging tot bijvoorbeeld in de orde van 200°C. * o: 0 I v o o i