NL8403393A - Matras uit schuimmateriaal. - Google Patents

Description

NO 32.749

Korte aanduiding: Matras uit schuimmateriaal.

De uitvinding heeft betrekking op een matras uit schuimmateriaal, in het bijzonder schuimrubber, welke matras is voorzien van ten minste één serie zich op afstand naast elkaar in dwarsrichting uitstrekkende ventilatiekanalen.

5 Via de ventilatiekanalen kan transpiratievocht worden afgevoerd, waarbij een op de matras liggend en bewegend persoon zelfs een zekere pompwerking kan veroorzaken. Het zal duidelijk zijn dat het voor het bereiken van dit vochtafvoereffect van belang is dat de porieën van het schuimmateriaal met elkaar in verbinding staan, hetgeen bij 10 schuimrubber het geval is. Een andere functie van de kanalen is dat de matras er comfortabeler door wordt en dat deze zich beter aan de contouren van het lichaam aanpast.

Bekende uitvoeringen vertonen slechts één serie ventilatiekanalen. Een bezwaar daarvan is dat het materiaal direct boven 15 en onder die kanalen door een op de matras liggend persoon meer wordt samengedrukt dan het materiaal dat zich tussen de kanalen bevindt. Dit leidt tot wasbordachtige ribbels die het comfort zeker niet ten goede komen en tot een vermindering van de duurzaamheid leiden.

Met de uitvinding wordt beoogd deze bezwaren te onder-20 vangen en hiertoe is de in de aanhef genoemde matras gekenmerkt doordat twee series dwarse ventilatiekanalen zich gezien in de dikterichting van de matras boven elkaar uitstrekken en door een laag schuimmateriaal van elkaar zijn gescheiden.

Het verdient sterk de voorkeur dat een ventilatiekanaal 25 van de ene serie steeds is gelegen onder of boven een schuimbrug tussen twee ventilatiekanalen van de andere serie.

Het blijkt dat de matras bij indrukken een min of meer massief geheel wordt en dat het wasbordribbeleffect is verdwenen. De matras past zich makkelijker aan en de duurzaamheid is vergroot. Het 30 zogenaamde pompeffect voor het afvoeren van transpiratievocht via de kanalen is echter niet aangetast.

Gezien in de lengterichting van de matras wordt het middengebied gewoonlijk meer belast dan het voet- en hoofdeinde. Om de matras door een erop liggend persoon over de gehele lengte in hoofdzaak 35 in gelijke mate in te drukken kan het voordelig zgn dat de ventilatiekanalen in het middengebied van de matras een kleinere doorsnede dan bij het hoofd- en voeteinde hebben. Bijvoorbeeld neemt elk van deze gebieden - : - - 3 r -2- ^ * één derde van de lengte van de matras in.

Het vloeiend opnemen van de belasting zodanig dat een massief geheel ontstaat wordt in het bijzonder bereikt indien de kanalen gelijkzijdig trapeziumvormig zijn en de kanalen van beide series met hun 5 langste van de evenwijdige zijden naar binnen zijn gekeerd.

Het heeft voorts fabricage technische voordelen indien de matras uit drie aan elkaar gehechte delen bestaat namelijk het deel met de ene serie ventilatiekanalen, een deel met de andere serie ventilatiekanalen en een tussengelegen deel.

10 De uitvinding zal nu aan de hand van de figuren, waarin een uitvoeringsvoorbeeld is weergegeven, nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een matras volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een zij-aanzicht van een detail in 15 gedeeltelijk belaste toestand.

De weergegeven matras bestaat uit drie schuimrubber-delen 1, 2, 3 die op geschikte wijze aan elkaar zijn gehecht. In de naar elkaar gekeerde vlakken van het bovenste en het onderste deel 1 respectievelijk 3 zijn ventilatiekanalen 4· aangebracht. Tussen de 20 kanalen bevinden zich schuimbruggen 5. In het weergegeven geval is de combinatie van kanalen en materiaalbruggen kanteelvormig dat wil zeggen dat de kanalen de vorm hebben van een gelijkzijdige trapezium, waarbij de langste van de evenwijdige zijden steeds naar binnen is gekeerd. De tussen de kanalen resterende bruggen 5 zijn uiteraard ook trapezium-25 vormig doch hun kortste evenwijdige zijde is naar binnen gekeerd.

Van belang is dat een kanaal 4· van het bovenste deel steeds is gelegen boven een materiaalbrug 5 van het onderste deel 3. Ingeval van samendrukken door het gewicht van een persoon zullen de lagen in elkaar worden gedrukt op de wijze als in het linkerdeel van figuur 2 30 is getoond. Dit in elkaar dringen van het materiaal wordt door de beschreven trapeziumvorm bevorderd. Door de verspringing van de kanalen en bruggen in het bovenste en het onderste deel wordt bereikt dat de matras in samengedrukte toestand over elke doorsnede ongeveer dezelfde hoeveelheid schuimmateriaal heeft, hetgeen tot comfortverbetering en 35 verhoging van de levensduur leidt. Het ventilatie-effect, dat door het wegpersen van lucht uit de zich vernauwende kanalen ontstaat, gaat echter niet verloren.

Uit figuur 1 blijkt dat de kanalen 4· in het middengebied kleiner van doorsnede zijn dan de kanalen bij het voeten- en 4-0 hoofdeinde van de matras. Daarmee wordt bereikt dat in het gebied dat 14033^3 if—'— "* -3- gewoonlijk het zwaarst wordt belast, het minste schuimmateriaal is weggenomen.

Binnen het kader van de uitvinding zijn vele varianten en wijzigingen mogelijk.

3403353

Claims (4)

1. Matras uit schuimmateriaal, in het bijzonder schuimrubber, welke matras is voorzien van ten minste één serie zich op afstand naast elkaar in dwarsrichting uitstrekkende ventilatiekanalen, met het kenmerk, dat twee series dwarse ventilatiekanalen (4·) zich 5 gezien in de dikterichting van de matras boven elkaar uitstrekken en door een laag schuimmateriaal (3) van elkaar zijn gescheiden.

2. Matras volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat een ventilatiekanaal (4) van de ene serie steeds is gelegen onder of boven een brug (5) tussen twee ventilatiekanalen (4·) van de 10 andere serie.

3. Matras volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de ventilatiekanalen (4·) in het middengebied van de matras een kleinere doorsnede dan bij het hoofd- en voeteinde hebben. A-. Matras volgens één van de voorgaande conclusies, 15 met het kenmerk, dat de kanalen (4·) de vorm van een gelijk-benig trapezium bezitten en de kanalen van beide series met hun langste van de evenwijdige zijden naar binnen zijn gekeerd.

5. Matras volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze uit drie aan elkaar gehechte delen 20 (1, 2, 3) bestaat namelijk een deel (1) met de ene serie ventilatie kanalen, een deel (3) met de andere serie ventilatiekanalen en een tussengelegen deel (2). 3 4 0 } <44