NL8402379A - Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal. Download PDF

Info

Publication number
NL8402379A
NL8402379A NL8402379A NL8402379A NL8402379A NL 8402379 A NL8402379 A NL 8402379A NL 8402379 A NL8402379 A NL 8402379A NL 8402379 A NL8402379 A NL 8402379A NL 8402379 A NL8402379 A NL 8402379A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lance
sprayed
particulate
supplied
refractory
Prior art date
Application number
NL8402379A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Glaverbel
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Glaverbel filed Critical Glaverbel
Publication of NL8402379A publication Critical patent/NL8402379A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B7/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas
    • B05B7/14Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas designed for spraying particulate materials
    • B05B7/1404Arrangements for supplying particulate material
    • B05B7/144Arrangements for supplying particulate material the means for supplying particulate material comprising moving mechanical means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B7/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas
    • B05B7/14Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas designed for spraying particulate materials
    • B05B7/1404Arrangements for supplying particulate material
    • B05B7/1477Arrangements for supplying particulate material means for supplying to several spray apparatus
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B7/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas
    • B05B7/16Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas incorporating means for heating or cooling the material to be sprayed
    • B05B7/20Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas incorporating means for heating or cooling the material to be sprayed by flame or combustion
    • B05B7/201Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas incorporating means for heating or cooling the material to be sprayed by flame or combustion downstream of the nozzle
    • B05B7/205Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas incorporating means for heating or cooling the material to be sprayed by flame or combustion downstream of the nozzle the material to be sprayed being originally a particulate material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Furnace Housings, Linings, Walls, And Ceilings (AREA)
  • Nozzles (AREA)
  • Coating By Spraying Or Casting (AREA)
  • Treatment Of Steel In Its Molten State (AREA)

Description

NL/32.172—tM/f.
Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een lans voor het sproeien van deeltjesvormig ver-brandbaar materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, deeltjesvormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas. De 5 uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting die is voorzien van een dergelijke lans alsmede op een werkwijze voor het sproeien met toepassing van een dergelijke lans.
Dergelijke lansen zijn o.a. bruikbaar bij 10 het uitvoeren van sproeiwerkwijzen voor het ter plaatse vormen van vuurvaste massa's, bijvoorbeeld met toepassing van de inrichting, die is beschreven in het Britse oc-trooischrift 1.330.895.
Bij dergelijke werkwijzen wordt een 15 mengsel van deeltjes, die vuurvast materiaal vormen en vuurvaste deeltjes geworpen tegen een oppervlak in een gasstroom, die zuurstof bevat. Voorbeelden van genoemde vuurvaste materialen zijn deeltjes van silica, aluminium-oxyde, zirkoon, zirkoniumoxide en magnesiumoxide en meng-20 seis van twee of meer van deze materialen. Voorbeelden van materialen, die vuurvast materiaal vormen, zijn deeltjes van silicium, aluminium, zirkonium en magnesium en mengsels van twee of meer van deze materialen. De deeltjes, die vuurvast materiaal vormen, reageren exothermisch in 25 de aanwezigheid van zuurstof voor het vormen van een overeenkomstig vuurvast materiaal en om warmte te leveren voor het smelten van tenminste de oppervlakken van de vuurvaste deeltjes, waarmee ze worden versproeid, zodat een samenhangende vuurvaste massa wordt gevormd.
30 Dergelijke werkwijzen zijn bijzonder nut tig voor het heet repareren van ovens en andere vuurvaste inrichtingen en in het bijzonder nuttig, wanneer het in hete toestand aanbrengen van nieuwe stenen belangrijke moeilijkheden veroorzaakt. Het zal duidelijk zijn, dat het wen-35 selijk is, dat een dergelijke reparatie zo snel mogelijk kan worden uitgevoerd, zodat de leegstandtijd van de te repareren installatie zo klein mogelijk wordt gehouden. Het is 8 4 ü 2 3 7 9 j Λ + -2- gebleken bij toepassing van bekende apparatuur voor het vlam-sproeien voor het vormen van een vuurvaste massa# dat de snelheid, waarmee een samenhangende massa met bevredigende kwaliteit kan worden opgebouwd, beperkt is. Dit is in het 5 bijzonder nadelig, wanneer reparatie met groot volume is vereist.
Een doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een inrichting, waarmee een dergelijke vuurvaste massa sneller kan worden gevormd.
10 Volgens de onderhavige uitvinding wordt een lans verschaft voor het versproeien van deeltjesvormig verbrandbaar materiaal , dat vuurvast materiaal vormt, deeltjesvormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas, met het kenmerk, dat de lans is voorzien van tenminste één 15 toevoerpassage voor het aanvoeren van het te versproeien materiaal naar een lanskop., die is voorzien van meerdere sproeimondstukken voor het versproeien van het materiaal, waarbij de stromingsweg van het te versproeien materiaal zich''vertakt of een hoek omgaat en een komvormige uitsparing 20 aan de of elke aftakking of hoek is gelegen en naar de stromingsweg stroomopwaarts daarvan open is voor het opvangen van het langs deze stromingsweg aangevoerde deeltjes-materiaal, zodat het opgevangen materiaal zelf een barrière tegen afschuring ter plaatse van de uitsparing vormt.
25 De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het sproeien van deeltjesvormig verbrarid-baar materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, deeltjesvor-mig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas tegen een oppervlak·^ zodat bij verbranding een samenhangende vuurvaste 30 massa wordt gevormd op dit oppervlak, met het kenmerk, dat het sproeien wordt uitgevoerd met toepassing van een lans met tenminste één toevoerpassage waarlangs het te versproeien materiaal wordt aangevoerd naar een lanskop, waaruit het materiaal wordt uitgeworpen door meerdere sproei-35 mondstukken, waarbij de stromingsweg van het te versproeien materiaal zich vertakt of een hoek omgaat en een komvormige uitsparing is gelegen aan de of elke aftakking of hoek en naar de stromingsweg stroomopwaaarts daarvan open is voor het opvangen van langs deze stromingsweg aangevoerd deel-40 tjesmateriaal, zodat het opgevangen materiaal zelf een bar- 8402379 -3- * w t riere tegen afschuring ter plaatse van de uitsparing vormt.
De lanskoppen, die tot nu toe in het algemeen werden gebruikt, hadden een enkel mondstuk voor het uitwerpeh van het versproeide materiaal. Voor een gegeven afmeting van 5 de mondstukopening is er een maximumsnelheid, waarmee ver-sproeid materiaal kan worden uitgeworpen en dus een maximum snelheid van opbouw van de vuurvaste massa, die door het sproeien wordt gevormd. Het zou natuurlijk mogelijk zijn de uitwerpsnelheid van het versproeide materiaal te vergroten 10 door een groter mondstuk toe te passen. Als de sproeimond-stukopening wordt vergroot boven een practische grens, is gebleken, dat het uitgeworpen materiaal niet langer een goed gedefinieerde stroom vormt, de resulterende vuurvaste massa van inferieure kwaliteit is, de opbrengst van de re-15 actie kan worden verminderd en de reactie zelf kan worden stilgezet.
Gebleken is, dat door toepassing van meerdere sproeimondstukken het versproeide materiaal kan worden uitgeworpen in naburige goed gedefinieerde stromen, 20 zodat een samenhangende vuurvaste massa met hoge kwaliteit sneller dan tot nu toe kan worden gevormd.
Het zal duidelijk zijn, dat tenzij de van meerdere mondstukken voorziene lans alleen een bundel van rechte lansen is, de stromingsweg van het versproeide mate-25 riaal zich moet aftakken of een hoek omgaan en dus het te versproeien deeltjesvormige materiaal zal opbotsen tegen de wand van de stromingsweg op dit punt. Voorbeelden van vuurvaste materialen, die kunnen worden versproeid door lansen volgens de uitvinding, zijn deeltjes van silica, aluminium-30 oxide, zirkoon, zirkoniumoxide en magnesiumoxide, zoals eerder is vermeld. Het is bekend, dat deze materialen een sterke afschurende werking hebben en zandspuittechnieken voor het afschuren van oppervlakken zijn algemeen bekend.
Het zal derhalve duidelijk zijn, dat er een zeer groot 35 risico van afschuring bestaat bij een dergelijke aftakking of hoek in de stromingsweg van het te versproeien materiaal.
Het is gebleken, dat door plaatsing van een komvormige uitsparing aan deze aftakking of hoek dit risico zeer sterk kan worden verminderd, omdat het materiaal, dat in deze uitspa-40 ring wordt opgevangen zelf een barriëre zal vormen tegen 8402379 fc ‘ > -4- afschuring van de passagewand op deze plaatst
In sommige voorkeursuitvoeringen van de uitvinding. isver tenminste êên toevoerpassage, die alle sproeimondstukken voedt. Dit vereenvoudigt de constructie 5 van de wand.
In andere voorkeursuitvoeringen van de uitvinding omvat de lans meerdere toevoerpassages, die elk een sproeimondstuk voeden. De toepassing van dit kenmerk biedt voordelen bij het koelen van de toevoerpassages, zoals hier-' 10 na zal worden toegelicht.
Op gunstige wijze zijn de sproeimondstukken buiten uitlijning met de of een toevoerpassage aangebracht en omvat de lanskop een komvormig deel in lijn met een opening naar deze toevoerpassage. De toepassing van dit kenmerk 15 heeft het voordeel, dat deeltjesvormig materiaal kan worden versproeid over een groter oppervlak dan anders mogelijk zou zijn.
Op gunstige wijze omvat de lanskop de sproei-mondstukken, waarvan de einden op verschillende afstanden 20 liggen vanaf het midden van de langkop; Wanneer het ver-sproeide materiaal wordt uitgeworpen uit de mondstukken, waarvan de einden op verschillende afstanden liggen van het midden van de lanskop is het mogelijk het materiaal te ver-sproeien over een betrekkelijk grote zone van het te repa-25 reren oppervlak en daarbij te verzekeren, dat de banen van de verschillende sproeistromen althans nagenoeg dezelfde lengte hebben- Dit bevordert de vorming van een samenhangende vuurvaste massa van gelijkmatige kwaliteit.
Bij voorkeur hebben de mondstukken althans 30 nagenoeg evenwijdige assen. Het sproeien van het materiaal in stromen met althans nagenoeg evenwijdige assen geeft voordelen bij de manier, waarop de tijdens de verbranding geproduceerde warmte wordt geconcentreerd en bij de manier, waarop het versproeide materiaal gaat om een samenhagende 35 vuurvaste massa te vormen.
Bij sommige voorkeursuitvoeringen van de uitvinding zijn de sproeimondstukken met hun assen volgens een hoek met de as van de lans aangebracht. Bijvoorbeeld kunnen deze.assen liggen onder een rechte hoek met de as van de 40 lans.
8402379 -5- *
Deze uitvoeringen zijn. nuttig in die gevallen, waarbij een reparatie moet· .worden uit gevoerd in een vuurvaste kamer met een afmeting, die kleiner is dan de lengte van de lans, bijvoorbeeld bij de reparatie van het 5 inwendige van een schoorsteen.
Bij voorkeur is de lanskop symmetrisch om. een as door zijn midden, zodat het versproeide materiaal wordt uitgeworpen uit de lanskop in stromen, die een gemeenschappelijke symmetrieas hebben.
10 In de uitvoeringsvormen van de uitvinding met de meeste voorkeur is de lanssteel voorzien van een koelmantel en wordt de lans gekoeld tijdens het sproeien. Dit vermindert het risico van vlamterugslag en ook het risico, dat het deeltjesmateriaal, dat wordt versproeid, 15 smelt of zacht wordt terwijl het nog in de lans is, in zodanige mate, dat dit de lanskop verstopt.
Een dergelijke koelmantel is bij voorkeur een koelmantel met tegenstroming en omvat bij voorkeur tenminste drie concentrische koelpassages,die zijn aange-20 bracht om het koelmiddel in tegenovergestelde richtingen tussen de ene passage en de volgende te laten stromen.
De lanskop omvat bij voorkeur tenminste drie sproeimondstukken.
De onderhavige uitvinding heeft ook be-25 trekking op een sproei-inrichting, die is voorzien van de lanskop, zoals hier is gedefinieerd en middelen voor het toevoeren van deeltjesvormig materiaal daaraan via een venturi voor de of elk toevoerkanaal, waarlangs het deel-tjesmateriaal moet worden aangevoerd. De toepassing van 30 een venturi op deze wijze vermijdt de noodzaak om een reservoir van het deeltjesmateriaal onder druk te zetten met het dragergas, dat wordt gebruikt om dit aan te voeren langs de of een toevoerpassage en heeft verder het voordeel, dat aan de uitlaat uit dit reservoir het deeltjesmateriaal 35 onder een benedenatmosferische druk staat. Dit is belangrijk uit veiligheidsoogpunt, wanneer vlamterugslag zou optreden.
Bij voorkeur is er een enkele stortbak voor het toevoeren van het deeltjesmateriaal naar de of elke toevoerpassage, zodat het verbrandbare materiaal en het vuur-40 vaste materiaal worden toegevoerd aan de lans vanuit een 8402379 , t' * -6- gemeenschappelijke stortbak. Dit vereenvoudigt de apparatuur.
Om veiligheidsredenen verdient het de voorkeur, dat de vuurvaste deeltjes tenminste 80 gew.% vormen van het versproeide deeltjesvormige materiaal.
5 Voorkeursuitvoeringen van de onderhavige uit vinding zullen nu bij wijze van voorbeeld worden beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekening, waarin: fig. 1 is een doorsnede van een lanskop aan het afgelegen eind van een lans, 10 fig. 2 is een eindaanzicht van de lanskop van fig. 1, fig. 3A en 3B zijn zij- respectievelijk eindaan zich ten van een tweede lanskop, fig. 4A en 4B zijn zij- respectievelijk boven-15 aanzichten van een derde lanskop,· fig. 5 is een doorsnede van een tweede lans, en fig. 6, 7 en 8 tonen inrichtingen voor het voeden van een lans met te versproeien materiaal.
In fig. 1 omvat een lans 1 voor het sproeien 20 van deeltjesvormig verbrandbaar materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, deeltjesvormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas, tweè toevoerpassages 2,3 voor het aanvoeren van het te versproeien materiaal naar een lanskop, die in het algemeen is aangegeven bij 4. De lanskop 4 omvat meerdere sproei-25 mondstukken 5 voor het versproeien van dit materiaal. In feite heeft de lanskop zes van dergelijke mondstukken, zoals is af-gebeeld in fig. 2.
Bij het versproeien van deeltjesvormig verbrandbaar materiaal,dat vuurvast materiaal vormt, deeltjes-30 vormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas is gebleken, dat teneinde een vuurvaste massa met hoge kwaliteit te vormen het nodig is, dat de verbranding van het materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, soepel, en regelmatig voortgaat. Gebleken is, dat de toepassing van een mondstuk, dat is ge-35 vormd door een enkele brede boring niet voldoet aan deze wens tengevolge van turbulentie, die optreedt aan een grenszone tussen de sproeistraal en de omgevende atmosfeer.
Bij de afgeheelde uitvoering voedt elke van de toevoerpassages 2,3 alle mondstukken 5 via een mengkamer 40 6 in de lanskop 4.
8402379 -7-
De sproeimondstukken 5 zijn buiten uitlijning met de toevoerpassages 2,3 aangebracht, zodat de stromingsweg van het versproeide materiaal zich aftakt en dus een richtings-verandering ondergaat in de lanskop. Volgens een belangrijk 5 kenmerk van de uitvinding omvat de lanskop 4 een komvormige uitsparing, die in deze uitvoering is gevormd door een komvormig onderdeel 7, dat in lijn ligt met en open is naar een van de toevoerpassages, in dit geval de eerste toevoerpassage 2. Het komvormige onderdeel 7 is gemonteerd op het eind van 10 een kolom 8, die concentrisch is met een tweede komvormig onderdeel 9 in lijn met en open naar de andere toevoerpas-sage, die is aangegeven bij 3. Het effect daarvan is, dat wanneer deeltjesvormig materiaal eerst wordt toegevoerd aan de lanskop 4 langs een of beide toevoerpassages 2 en 3, dit 15 materiaal zich zal verzamelen in de betreffende kom <f kommen in lijn met de toevoerpassage(s), zodat verder materiaal direct zal ophotsen op het eerder verzamelde materiaal en niet direct op een onderdeel van de lanskop 4* Het verzamelde materiaal vormt een buitengewoon doelmatige barrière tegen 20 afschuring van de lanskop door het deéltjesmateriaal, dat wordt versproeid.
De lans 1 is voorzien van twee toevoerpassages 2,3 , zodat het verbrandbare materiaal, dat het vuurvaste materiaal vormt, kan worden aangevoerd naar de lanskop af-25 zonderlijk van een deel van het verbrandingsgas als veiligheidsmaatregel, teneinde het risico-van vlamterugslag zoveel mogelijk te verminderen. Bij een werking bevat het versproeide deéltjesvormige materiaal tot 20 gew.% verbrandbaar materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, zoals silicium en/of 30 aluminium, terwijl de rest bestaat uit vuurvaste deeltjes.
In dit geval zouden de verbrandbare deeltjes kunnen worden aangevoerd langs de eerste centrale toevoerpassage 2 met toepassing van een mengsel van stikstof en zuurstof, zoals lucht, als dragergas, terwijl de vuurvaste deeltjes worden 35 aangevoerd langs de tweede buitenste toevoerpassage 3 met toepassing van zuurstof als dragergas. Bij een andere uit-, voering, die net zo gunstig is uit veiligheidsoogpunt, zouden alle deeltjes kunnen worden aangevoerd als mengsel langs de buitenste toevoerpassage 3 in een mengsel van stikstof en 40 zuurstof, terwijl de rest van de vereiste zuurstof wordt 8 '· 0 2 3 7 9 » * ' '* -8- toegevoerd langs de centrale toevoerpassage 2.
In de lanskopuitvoering, die is afgeheeld in fig. 1 en 2, zoals duidelijker te zien is in fig. 2, zijn de zes sproeimondstukken 5 aangebracht in een regelmatige 5 zeshoek, waarvan het midden ligt op de as van de lans en zijn kop-.
De uitvoering van de lanskop, die is afgeheeld in fig. 1 en 2 is in het bijzonder ontworpen om met een hoge snelheid een vuurvaste massa te vormen, die is 10 geconcentreerd in een kleine zone.
Fig. 3A en 3B tonen een gewijzigde lanskop om materiaal te versproeien over een grotere zone.
In fig. 3A en 3B steken zes huizen 10 uit de lanskop 4 inplaats van de mondstukken 5 van fig. 1. Een T-15 buisverbindingsstuk.11 is bevestigd op elk van deze buizen 10 met een eind van zijn horizontale arm, zodat de vertikale arm van de T radiaal buitenwaarts uitsteekt vanaf het midden van het vlak van de lanskop. Het andere eind van de horizontale arm van het T-verbindingsstuk is afgesloten door een 20 stop 12, zodat een blinde holte is overgelaten in deze tak van de horizontale arm. Deze holte zal in gebruik worden gevuld met deeltjesvormig materiaal, dat zal dienen om de stop 12 te beschermen tegen erosie door versproeid materiaal op dezelfde wijze als het eindvlak van de. lanskop wordt be-25 schermd door de komvormige onderdelen 7 en 9, die zijn af-gebeeld in fig. 1. In de vertikale armen van de afwisselende T-verbindingsstukken zijn pijpen 13 met kortere straal respectievelijk pijpen 14 met langere straal geschroefd. Een mondstuk 15 is bevestigd aan het eind van elke pijp 13, 14 30 met een T-verbindingsstuk 16 op dezelfde wijze als de straalgewijze pijpen zijn verbonden met de buizen 10.
Deze uitvoering maakt het mogelijk, dat materiaal wordt gesproeid in de richting van de as van de lans over een groter oppervlak dan de uitvoering, die is 35 afgebeeld in fig. 1 en 2.
Soms is het wenselijk, dat het materiaal wordt versproeid uit mondstukken, die met hun assen volgens een hoek met de as van de lans zijn aangebracht, bijvoorbeeld voor het repareren van schoorstenen of andere nauwe 40 passages. Een lanskop, die voor dit doel is ontworpen is 8402379 -9- *- .
afgebeeld in fig. 4A en 4B. In deze fig. is een lanskop, weer aangeduid met 4, voorzien van een krans van zes uitwerpbuizen 10. Een T-verbindingsstuk 11 is aangepast op één van deze buizen 10 op dezelfde wijze als werd beschreven in verband 5 met fig. 3A en 3B en dit verbindingsstuk draagt op zijn beurt een sproeimondstuk, dat is aangegeven bij 17. De andere uitwerpbuizen 10 dragen rechte pijpverbindingsstukken 18, waarop verlengbuizen 19 met verschillende lengten zijn aangebracht. Een verder sproeimondstuk 17 is aangebracht op het 10 eind van elke verlengbuis 19 door een T-verbindingsstuk 11, weer op dezelfde wijze als de straalsgewijze pijpen 13, 14 van fig. 3A en 3B waren verbonden met de buizen 10.
Fig. 5 toont een gewijzigde lansuitvoering 20 in langs- en dwarsdoorsnede. De lans 20 omvat een 15 volgens een regelmatige zeshoek aangebracht stel van zes toevoerpassages 21, die door vinnen 22 tussen twee concentrische pijpen 23, 24 worden gehouden. Een derde pijp 25 omringt de twee concentrische pijpen 23, 24 en is concentrisch daarmee en vormt samen met deze pijpen een koelman-20 tel, die het stel toevoerpassages 21 omringt. Een koelmiddel inwaartsverdeeistuk 26 is aangebracht aan het dichtbij gelegen eind 27 van de lans 20 en staat in verbinding met de ruimte tussen de eerste twee concentrische pijpen 23, 24 zodat koelmiddel, bijvoorbeeld water, direct in contact kan 25 stromen met de toevoerpassages 21 van het dichtbij gelegen eind 27 van de lans naar zijn afgelegen kopeind 28. De uitvoering aan het kopeind 28 van de lans is zo, dat het koelmiddel kan terugkeren naar het dichtbij gelegen eind in tegenstroom binnen de binnenste concentrische pijp 23 naar 30 een centrale koelmiddeluitlaat 29 en tussen de twee buitenste concentrische pijpen 24, 25 naar een uitlaatverdeelstuk 30. De kopeinden van de toevoerpassages 21 kunnen zijn voorzien van sproeimondstukken, zoals is beschreven in verband met fig. 3 en 4.
35 Fig. 6 toont een uitvoering voor het toevoeren van te versproeien deeltjesvormig materiaal aan een lans, bijvoorbeeld de lans 1, die is afgeheeld in fig.
1. Het gewenste te versproeien mengsel van materiaal wordt geplaatst in een enkele stortbak 31 met een open conische 40 basis 32 en met een door een motor 34 roteerbare schoep 33.
8402379 'ct -10-
Een plaat 35 wordt gedragen door de motoraandrijfas 36 onder de opening aan de basis 32 van de stortbak en een afstrijkplaat 37 is aangebracht op de buitenzijde van de stortbakbasis om het materiaal van de plaat af te schrapen 5 zodat het valt in een goot 38, die leidt naar een venturi 39. Gas wordt toegevoerd langs een leiding 40 naar de venturi 39 om te versproeien deeltjesvormig materiaal aan te zuigen in een buigzame toevoerleiding 41, die leidt van de venturi 39 naar de lans 1, waar het materiaal passeert in de 10 buitenste toevoerpassage 3 (fig. 1). Een tweede buigzame leiding 42 is aangebracht om zuurstof toe te voeren aan de centrale toevoerpassage 2 van de lans 1. Als voldoende zuurstof voor doelmatige verbranding kan worden toegevoerd langs de tweede buigzame leiding 42 en de centrale toevoer-15 passage 2 van de lans, kan het deeltjesvormig materiaal worden meegesleurd aan de venturi 39 in een mengsel van stikstof en zuurstof zoals lucht.
Fig. 7 toont een uitvoering waafin het;te versproeien materiaal, dat het vuurvaste materiaal vormt en 20 het vuurvaste materiaal afzonderlijk worden toegevoerd aan de lans. Het materiaal, dat het vuurvaste materiaal vormt,bijvoorbeeld aluminium en/of siliciumdeeltjes, is opgenomen in een soortgelijke stortbak als afgebeeld in fig. 6, maar die is voorzien van een deksel 43 en onder-druk kan worden gezet 25 met lucht of een ander zuurstofstikstofmengsel om het ver-brandbare materiaal uit de tuit 38 toe te voeren naar een buigzame leiding 41, die de centrale toevoerpassage 2 van de lans 1 voedt. Desgewenst zou dit systeem van toevoer onder druk kunnen worden vervangen door een systeem met een ven-30 turitoevoer, zoals is beschreven in verband met fig. 6.
Het vuurvaste materiaal is opgenomen in een tweede stortbak 44 met een conische basis 45 en een schoep 46, die roteerbaar is door een motor 47. De conische basis 45 van de stortbak eindigt in een toevoerpijp 48, die een schroef 49 bevat, die 35 dient om het mateiraal in te voeren in een zuurs tofs troom, die de buitenste toevoerpassage 3 van de lans 1 voedt via een buigzame leiding 50. Een dergelijke toevoerschroef zou weer kunnen worden vervangen door een toevoer met een venturi zoals is beschreven in verband met fig. 6.
40 Fig. 8 toont een gewijzigde uitvoerings- 8402379 -11- vorm van een stortbak, die hier is aangegeven met 51 en die is uitgevoerd met zes conische onderste delen 52, die elk een venturi 53 en een buigzame toevoerlijn 54 voeden om het te versproeien materiaal aan te voeren naar een 5 lans,bijvoorbeeld van het type, dat is afgebeeld in fig. 5. Elke toevoerleiding 54 zou kunnen worden verbonden met een toevoerpassage 21 zoals afgebeeld in deze fig.
8 ft 0 2 3 7 9

Claims (27)

1. Lans voor het sproeien van deeltjesvor-mig verbrandbaar materiaal, dat vuurvast materiaal vormt, deeltjesvormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas, met het kenmerk, dat de lans is voorzien van 5 tenminste êén toevoerpassage voor het aanvoeren van het te versproeien materiaal, naar:.een lanskop, die is voorzien van meerdere sproeimondstukken voor het versproeien van dit materiaal, waarbij de stromingsweg van het te versproeien materiaal zich. vertakt of een hoek omgaat en een komvormige 10 uitsparing is.'.geplaatst aan de of elke aftakking of hoek en open is naar de stromingsweg steocmepwaarts'. daarvan.voor het op vangen van langs deze stromingsweg aangevoerd deeltjesmateriaal zodat het opgevangen materiaal zelf een barriëre vormt tegen afschuring ter plaatse van deze uitsparing.
2. Lans volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat er .tenminste één toevoerpassage is, die alle sproeimcmsdstukken; voedt.
3. Lans volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de sproeimondstukken buiten uitlijning met 20 de of een toevoerpassage zijn aangebracht en de lanskop is voorzien van een komvormig onderdeel in lijn met en open naar deze toevoerpassage.
4. Lans volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de lans is voorzien van meerdere toevoer- 25 passages, die elk een sproeimondstuk voeden.
5. Lans volgens een voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat de lanskop is voorzien van sproeimondstukken, waarvan de einden op verschillende afstanden zijn geplaatst vanaf het midden van de lanskop.
6. Lans volgens voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lansstukken althans nagenoeg evenwijdige assen hebben..
7. Lans volgens conclusie 6, m e t het kenmerk, dat de sproeimondstukken met hun assen onder 35 een hoek met de as van de lans zijn aangebracht.
8. Lans volgens een voorgaande conclusie met het kenmerk, dat de lanskop symmetrisch is om een as door zijn midden. ^ _
9. Lans volgens een voorgaande conclusie, 3402379 t - -13- met het kenmerk, dat de lanssteel is voorzien van een koelmantel.
10- Lans volgens conclusie 9,met het kenmerk, dat de koelmantel een koelmantel met tegen-5 stroom is.
11. Lans volgens conclusie 10, me t het kenmerk, dat de koelmantel is voorzien van tenminste drie concentrische koelpassages, die zijn uitgevoerd om het koelmiddel in tegengestelde richtingen tussen 10 één passage en de volgende te laten stromen.
12. Lans volgens een voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat de lanskop is voorzien van tenminste drie sproeimondstukken.
13. Sproei-inrichting voorzien van een lans 15 volgens een voorgaande conclusie en middelen om daaraan deeltjesvormig materiaal toe te voeren via een venturi voor de of elke toevoerpassage waarlangs het deeltjesmateriaal moet worden aangevoerd.
14. Sproei-inrichting voorzien van een lans 20 volgens een der conclusies 1-12 en een enkele stortbak voor het toevoeren van tiet deeltjesmateriaal aan de of elke toevoerpassage.
15. Werkwijze voor het sproeien van deel-tjesvormig verbrandbaar materiaal, dat vuurvast materiaal 25 vormt, deeltjesvormig vuurvast materiaal en een verbrandingsgas tegen een oppervlak zodat bij verbranding een samenhangende vuurvaste massa wordt gevormd op het oppervlak, met het kenmerk, dat het sproeien wordt uitge-voerd met toepassing van een lans met tenminste één toevoer-30 passage, waarlangs het te versproeien materiaal wordt aangevoerd naar een lanskop, waaruit het materiaal wordt uitgeworpen door meerdere sproeimondstukken, waarbij de stromings-weg van het te versproeien materiaal zich aftakt of een hoek omgaat en een komvormige uitsparing is gelegen aan de 35 of elke aftakking of hoek en open is naar de stromingsweg stroomopwaarts daarvan om het langs de stromingsweg aangevoerde deeltjesvormige materiaal op te vangen, zodat het opgevangen materiaal zelf een barrière vormt tegen afschuring ter plaatse van de uitsparing. Λ _
16. Werkwijze volgens conclusie 15, me t 8402379 i J* -14- h e t kenmerk, dat het te versproeien materiaal wordt aangevoerd aan alle sproeimondstukken via tenminste êên gemeenschappelijke toevoerpassage.
17. Werkwijze volgens conclusie 16, me t 5 het kenmerk, dat de stromingsweg van het te versproeien materiaal een abrupte richtingsverandering ondergaat in de lanskop en een komvormig onderdeel is aangebracht in de lanskop om het langs de of een toevoerpassage aangevoerde deeltjesvormig materiaal op te vangen, zodat het op- 10 gevangen materiaal zelf een barrière vormt tegen afschuring ter plaatste van de richtingsverandering.
18. Werkwijze volgens conclusie 15, me t het kenmerk, dat het te versproeien deeltjesvormige materiaal aan elk mondstuk wordt toegevoerd langs een andere 15 toevoerpassage.
19. Werkwijze volgens een der conclusies 15-18, met het kenmerk, dat het versproeide materiaal wordt uitgeworpen uit mondstukken, waarvan de einden op verschillende afstanden liggen van het midden van de lans- 20 kop.
20. Werkwijze volgens een der conclusies 15-19, met het kenmer k, dat het materiaal wordt versproeid in stromen met althans nagenoeg evenwijdige assen.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, met 25 het kenmerk, dat deze assen liggen volgens een hoek met de as. van de lans.
22. Werkwijze volgens een der conclusies 15-20, met het kenmerk, dat het versproeide materiaal wordt uitgeworpen uit de lanskop in stromen, die 30 een gemeenschappelijke symmetrieas hebben.
23. Werkwijze volgens een der conclusies 15-22, met het kenmerk, dat de lans wordt gekoeld tijdens het sproeien.
24. Werkwijze volgens een der conclusies 35 15-23, met het kenmerk, dat het versproeide materiaal wordt uitgeworpen uit ten minste drie sproeimond-stukken.
25. Werkwijze volgens een der conclusies 15-24, met het kenmerk, dat het deeltjesvormige 40 materiaal wordt toegevoerd aan de lans via een venturi voor 8402375 * -15- de of elke toevoerpassage. waarlangs het deeltjesvormige materiaal wordt aangevoerd.
26. Werkwijze volgens een der conclusies 15-25-, m.et het kenmerk, dat het verbrandbare 5 materiaal en het vuurvaste materiaal worden toegevoerd aan de lans uit een gemeenschappelijke stortbak.
27. Werkwijze volgens een der conclusies 15-26, met het kenmerk, dat de vuurvaste deeltjes tenminste 80 gew.% vormen van het versproeide deeltjes-vormige materiaal. 8402379
NL8402379A 1983-07-30 1984-07-30 Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal. NL8402379A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
GB08320631A GB2144054B (en) 1983-07-30 1983-07-30 Apparatus for and method of spraying for forming refractories
GB8320631 1983-07-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8402379A true NL8402379A (nl) 1985-02-18

Family

ID=10546584

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8402379A NL8402379A (nl) 1983-07-30 1984-07-30 Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal.

Country Status (15)

Country Link
US (1) US4560591A (nl)
JP (1) JPS6057185A (nl)
AU (1) AU561512B2 (nl)
BE (1) BE902548Q (nl)
BR (1) BR8403811A (nl)
CA (1) CA1228511A (nl)
DE (1) DE3427434A1 (nl)
ES (2) ES8505782A1 (nl)
FR (1) FR2549743A1 (nl)
GB (1) GB2144054B (nl)
IN (1) IN161156B (nl)
IT (1) IT1179017B (nl)
MX (1) MX161715A (nl)
NL (1) NL8402379A (nl)
ZA (1) ZA845809B (nl)

Families Citing this family (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2170122B (en) * 1985-01-26 1988-11-30 Glaverbel Process of forming a refractory mass and lance for spraying particulate exothermically oxidisable material
GB2180047B (en) * 1985-09-07 1989-08-16 Glaverbel Forming refractory masses
LU86431A1 (fr) * 1986-05-16 1987-12-16 Glaverbel Procede de formation d'une masse refractaire sur une surface et melange de particules pour former une telle masse
US4867063A (en) * 1986-11-25 1989-09-19 Gerald Baker Method and apparatus for dispensing powder in a printing press
KR960004799B1 (ko) * 1986-12-22 1996-04-13 가와사끼 세이데쓰 가부시끼가이샤 내화 구조물에 내화제를 분무 도포하는 방법 및 장치
GB8729418D0 (en) * 1987-12-17 1988-02-03 Glaverbel Surface treatment of refractories
US5259880A (en) * 1988-03-17 1993-11-09 Kurosaki Refractories Co., Ltd. Projection molten impeller for concave section used in apparatus
US4981628A (en) * 1988-10-11 1991-01-01 Sudamet, Ltd. Repairing refractory linings of vessels used to smelt or refine copper or nickel
US5013499A (en) * 1988-10-11 1991-05-07 Sudamet, Ltd. Method of flame spraying refractory material
LU87602A1 (fr) * 1989-10-05 1991-05-07 Glaverbel Procede de formation d'une masse refractaire et lance de projection d'un melange de particules
US5686028A (en) * 1991-07-03 1997-11-11 Glaverbel Process for forming a coherent refractory mass on a surface
AT399464B (de) * 1992-03-05 1995-05-26 Veitsch Radex Ag Vorrichtung zur aufbereitung und zuführung einer monolithischen keramischen masse in ein metallurgisches schmelzgefäss
US6186869B1 (en) 1999-02-12 2001-02-13 Cetek Limited Cleaning using welding lances and blasting media
DE10304558B4 (de) * 2003-02-05 2012-02-09 Bayerische Motoren Werke Aktiengesellschaft Drehmomentenübertragungseinrichtung mit einer schwingungsreduzierenden Einrichtung
JP6429317B2 (ja) * 2013-12-25 2018-11-28 Jfeスチール株式会社 炉壁の溶射補修方法
RU2750125C1 (ru) * 2020-12-26 2021-06-22 Общество с ограниченной ответственностью "Научно-производственное предприятие "АДВЕНТ" Многосопловой газовый эжектор

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2800419A (en) * 1953-11-27 1957-07-23 Coast Metals Inc Method and apparatus for hard surfacing metals
US2976166A (en) * 1958-05-05 1961-03-21 Robert E White Metal oxide containing coatings
GB1077632A (en) * 1964-01-03 1967-08-02 Berk Ltd Improvements relating to high temperature flame spraying of powdered materials
US3472201A (en) * 1967-05-25 1969-10-14 Nat Distillers Chem Corp Centrifugal coating apparatus for coating interior surfaces of bodies
US3438579A (en) * 1967-06-28 1969-04-15 Powder Weld Intern Corp Apparatus for flame spraying powdered materials
US3800983A (en) * 1969-11-04 1974-04-02 Glaverbel Apparatus for forming refractory masses
BE757466A (nl) * 1969-11-04 1971-04-14 Glaverbel
US3902669A (en) * 1973-11-15 1975-09-02 Richard C Keibler Spraying apparatus
US3856185A (en) * 1973-12-26 1974-12-24 Ciba Geigy Corp Single dose, replaceable supply air pressure operated dispenser
GB1563930A (en) * 1976-09-23 1980-04-02 Eutectic Corp Flame spray torch
US4211367A (en) * 1977-03-23 1980-07-08 Bmi, Inc. Gunning apparatus for in situ spraying of refractory material
JPS5646853Y2 (nl) * 1977-11-15 1981-11-02
US4167246A (en) * 1977-11-21 1979-09-11 J. G. Spin-L, Inc. Apparatus for spraying refractory lining
DE3047541C2 (de) * 1979-05-30 1985-01-10 Doneckij nau&ccaron;no-issledovatel'skij institut &ccaron;ernoj metallurgii, Doneck Blasform zum Flammspritzen
US4401275A (en) * 1980-01-04 1983-08-30 Ruud Jan T Arrangement in connection with nozzles of powder sprayers or for disintegration and distribution of solid particles in powder form in a gas stream
DE3050220A1 (en) * 1980-02-01 1982-03-18 V Antonov Method of torch gunite application of linings of metallurgical installations

Also Published As

Publication number Publication date
AU3001884A (en) 1985-01-31
ES534779A0 (es) 1985-06-01
IN161156B (nl) 1987-10-10
JPS6057185A (ja) 1985-04-02
US4560591A (en) 1985-12-24
IT8467714A0 (it) 1984-07-16
ES534778A0 (es) 1985-06-01
AU561512B2 (en) 1987-05-07
GB2144054B (en) 1986-07-30
ES8505782A1 (es) 1985-06-01
ZA845809B (en) 1985-01-29
CA1228511A (en) 1987-10-27
ES8505783A1 (es) 1985-06-01
BR8403811A (pt) 1985-07-09
BE902548Q (fr) 1985-09-16
DE3427434A1 (de) 1985-02-07
GB2144054A (en) 1985-02-27
GB8320631D0 (en) 1983-09-01
IT8467714A1 (it) 1986-01-16
IT1179017B (it) 1987-09-16
FR2549743A1 (fr) 1985-02-01
MX161715A (es) 1990-12-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8402379A (nl) Inrichting en werkwijze voor het sproeien van vuurvast materiaal.
JP3676377B2 (ja) 溶融材料の急冷
AU2006252384B2 (en) Process and apparatus for the combustion of a sulfur-containing liquid
US3642202A (en) Feed system for coking unit
CA1087513A (en) Gas generator operating under pressure and at a high temperature
US4848982A (en) Arrangement for cooling a synthetic gas in a quenching cooler
US4337074A (en) Process for production of mineral wool fibers
JPS6012163A (ja) 噴霧機
EP1042056B1 (en) Method and apparatus for forming granulate from a melt of chemical products
US4765394A (en) Heat exchanger with a soot blower
US4533376A (en) Nozzle drawing process and drawing nozzle for the separation of melts
US5000098A (en) Combustion apparatus
AU626893B2 (en) Ceramic repair
US4439379A (en) Method for the continuous manufacture of finely divided metals, particularly magnesium
JPH05504509A (ja) 粒状製品の製造装置
AU754419B2 (en) Method for granulating a liquid slag bath and device for carrying out the method
US5202090A (en) Apparatus for ceramic repair
CA1278686C (en) Apparatuses in the manufacture of mineral wool
US4369091A (en) Method and apparatus for drying a liquid product
US3626722A (en) Method and apparatus for producing a finely divided protected spray of liquid
SU1014913A1 (ru) Способ отвода конвертерных газов
US20040140380A1 (en) Device and method for pulverizing materials, especially glass
SU744208A1 (ru) Установка дл обжига сыпучего материала
SU823805A1 (ru) Теплообменник
SU926030A2 (ru) Устройство дл охлаждени проката

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed