NL8300451A - Filtreerinrichting. - Google Patents

Description

3 ' '* PHN 10.589 1 N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.

Fil treerinricht ing.

\

De uitvinding heeft betrekking op een filtreerinrichting voor het bereiden van thee omvattende een filterhouder voorzien van een hevel-inrichting, die gevormd wordt door een vanaf de bodem anhooggerichte uit-strocrrpijp en een daar overheen plaatsbare huls waarvan de onderzijde 5 is voorzien van doorlaatopeningen.

Een dergelijke filtreerinrichting is bekend uit NL 7 807 403.

Bij deze bekende filtreerinrichting stopt de hevelwerking op het moment dat het vloeistofniveau de doorlaatopeningen bereikt heeft/ omdat dan een luchtbel wordt meegezogen. Wordt de filtreerinrichting opnieuw 10 gevuld met vloeistof dan zal de hevel pas opnieuw gaan verken cp het moment dat de vloeistof de bovenrand van de omhoogstekende uitstrocm-pijp heeft bereikt. Zoals beschreven in deze bekende octrooiaanvrage is een dergelijke filtreerinrichting uitstekend geschikt voor het cp-vangen van druppels uit een nadruppelend koffiefilter.

15 De filtreerinrichting voor het bereiden van thee volgens de uitvinding heeft ten doel de hevelinrichting zodanig uit te voeren dat, nadat de hevelwerking is gestopt, omdat het vloeistofniveau tot onderin de filterhouder is gedaald, nieuwe toegevoerde hoeveelheden vloeistof direct doorgeheveld worden.

20 De filtreerinrichting volgens de uitvinding heeft hiertoe het kenmerk, dat de doorlaatopeningen worden gevormd door kleine perforaties. Zakt het vloeistofniveau tot aider de perforaties dan zullen er geen luchtbelletjes meegezogen worden, omdat de perforaties zo klein zijn dat zich hierin door capillaire werking vloeistof bevindt, waarvan 25 de oppervlaktespanning zo groot is dat deze verhindert dat luchtbelletjes naar binnen dringen. Hierdoor blijft tassen de huls en de uitstrocm-pijp als ook binnenin de uitstrocmpijp vloeistof staan, zodat wanneer nieuwe vloeistof wordt toegevoerd de hevel direct weer in werking treedt.

Dit is daarom belangrijk omdat de filtreerinrichting voor het trekken 30 van thee wordt gebruikt, waarbij heet water geleidelijk wordt toegevoerd aan de theebladeren. Totdat de vloeistof de bovenkant van de uitstroom-pijp bereikt, heeft de thee de tijd cm te trekken. Daarna treedt de 8300451 *·. «· 4 PHN 10.589 2 hevel in werking, maar gelijktijdig wordt er nieuw water geleidelijk toegevoerd. Er wordt echter meer vloeistof weggeheveld dan er nieuw water bij kcmt zodat het vloeistofniveau daalt tot onderin de filter-houder. Zou nu een filtreerinrichting volgens NL 7 807 403 worden toe-5 gepast, dan zou de hevelwerking steppen, waarna de filterhouder eerst vreer helemaal gevuld moeten worden on de hevel opnieuw in werking te laten treden. De kans bestaat dan dat er niet genoeg water wordt bijgevuld zodat deze hoeveelheid thee in de filterhouder blijft staan. Vooral wanneer slechts voor enkele kopjes thee gezet wordt, is het onplezierig 10 dat hierdoor te weinig thee verkregen wordt. Met de filtreerinrichting volgens de uitvinding wordt dit vermeden, omdat hierbij de hevelin-richting altijd vol vloeistof blijft staan en dus blijft werken.

Bij voorkeur hebben de perforaties de vorm van lange smalle spleten in de lengterichting van de huls. Ook in dergelijke spleten blijft 15 door capillaire werking vloeistof staan, waardoor geen lucht naar binnen gezogen kan worden.

Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm heeft het kenmerk, dat de hevelinrichting is aangebracht in een verdieping in de bodem van de filtreerinrichting.

20 De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van een in een tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. Hierin is.

Fig. 1 een dwarsdoorsnede van de filterhouder net hevelinrichting;

Fig. 2 een aanzicht van de onderzijde van de huls van de 25 hevelinrichting van Fig. 1 en

Fig. 3 een dwarsdoorsnede volgens de lijn Iï-II van Fig. 2.

Een filterhouder 1 in de vorm van een bakje is.voorzien van een hevelinrichting 2. De hevelinrichting wordt gevormd door een vanaf de bodem 3 van de filterhouder onhooggerichte uitstrocrapijp 4 en daar 30 overheen geplaatste huls 5. In de onderwand van de huls zijn perforaties in de vorm van smalle langgerekte spleten 6 aangebracht. In dit voorbeeld hebben de spleten in dwarsdoorsnede een conische vorm, zodanig dat de openingen aan de buitenrand klein en aan de binnenrand groot zijn, hetgeen gunstig voor de doorstouing is cmdat deze van buiten naar binnen 35 plaatsvindt. Goede resultaten ten aanzien van trektijd van de thee en de hevelwerking zijn verkregen met een huls voorzien van 12 spleten met een lengte van 10 mm. en een breedte aan de buitenrand van 0,3 mm.

8300451 . % , ~· rj* ΡΗΝ 10.589 3 ύ en aan de binnenrand van 1 πιπ. Het zal duidelijk zijn dat andere afmetingen eveneens goede resultaten kunnen opleveren. Ook andere vormen van perforaties, zoals bijvoorbeeld kleine gaatjes zijn uiteraard ook mogelijk, mits er maar voldoende oppervlaktespanning aanwezig is cm te 5 verhinderen dat luchtbelletjes naar binnen treden. De afmetingen van de perforaties moeten ook niet zodanig zijn dat de theebladeren er gemakkelijk doorheen kunnen, waardoor de hevel inrichting verstopt zou geraken.

Het is verder gunstig voor werking van de hevel gebleken cm de hevelin-richting in een kleine verdieping 7 in de boden van de filterhouder aan 10 te brengen. De huls 5 heeft aan de binnenzijde een aantal ribben 8 die zodanig zijn bemeten dat hiermede de huls klermend op de buitenzijde van de uitstroonpijp 4 past. Uiteraard moet de binnendiameter van de uitstroanpijp 4 of uitstroancpening 9 niet dusdanig groot zijn dat tijdens een stilstand van de hevelwerking luchtbellen door de uitstroarpijp 15 anhoog kunnen gaan. Hierdoor zou de hevel leeg lopen en niet direct in werking treden bij het toevoeren van een kleine hoeveelheid vloeistof.

De filtreer inrichting kan zeer goed toegepast worden bij een elektrisch apparaat voorzien van een waterreservoir en een doorstrocm-verhitter waarmee geleidelijk heet water aan de filterhouder, waarin 20 zich de theebladeren bevinden, kan worden toegevoerd.

25 30 35 8300451

Claims (3)

1. Filtreerinrichting voor het bereiden van thee omvattende een filterhouder voorzien van een hevelinrichting, die gevormd wordt door een vanaf de bodem onhooggerichte uitstroanpijp en een daar overheen plaatsbare huls waarvan de onderzijde is voorzien van doorlaatopeningen, kleine 5 met het kenmerk, dat de doorlaatopeningen worden gevormd dooi£perforaties.

2. Filtreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de perforaties de vorm hebben van lange smalle spleten in de lengterichting van de huls.

3. Filtreerinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 10 dat de hevelinrichting in een verdieping in de bodem van de filterhouder is aangebracht. 15 20 25 30 35 8300451