NL8205031A - Motorvoertuig, in het bijzonder een automobiel, voorzien van verbeterde diefstaltegengaande middelen. - Google Patents

Description

ί · %

Motorvoertuig, in het bijzonder een automobiel, voorzien van verbeterde diefstal tegengaande middelen.

De uitvinding heeft betrekking op motorvoertuigen, die voorzien zijn van diefstal tegengaande middelen, en betreft in het bijzonder motorvoertuigen, welke een carrosserie met van ruiten voorziene openingen en wielbogen 5 omvatten.

Bij motorvoertuigen, in het bijzonder automobielen, is het verschaffen van diefstal tegengaande middelen voor het voorkomen van de verwijdering van het voertuig en delen daarvan, zoals de wielen en binnen het passagiers-10 compartiment gemonteerd toebehoren, problematisch.

Het probleem wordt geaccentueerd door de in toenemende mate wijd verspreide diefstal van objecten van binnen het passagierscompartiment, zoals beursen, camera's en dergelijke, die op de zetels gelegd worden.

15 In vele gevallen worden deze diefstal len begaan tijdens korte stopzettingen van het voertuig en onder de aanwezigheid van passagiers daarin.

De diefstal tegengaande middelen, die op gebruikelijke soorten motorvoertuigen aangebracht worden, 20 zijn voornamelijk bedoeld om de diefstal van het voertuig te voorkomen en kunnen in het algemeen niet voldoende beveiliging bieden tegen de diefstal van delen van het voertuig of daardoor, in het bijzonder in het passagierscompartiment, meegevoerde objecten.

25 Het oogmerk van de onderhavige uitvin ding is om te voorzien in een motorvoertuig van het in het voorgaande aangegeven type, dat de in het voorgaande vermelde bezwaren niet heeft.

Teneinde dit oogmerk te realiseren 30 voorziet de onderhavige uitvinding in een motorvoertuig van het in het voorgaande aangegeven type, gekenmerkt doordat het voorzien is van beveiligingsluiken in samenhang met elke van een 8205031 2 ruit voorziene opening en wielboog, waarbij elk van deze luiken verschuifbaar is tussen een onwerkzame stand, waarin het luik aan het oog onttrokken is, en een werkzame stand, waarin het de betreffende van een ruit voorziene opening of 5 wielboog bedekt.

Dankzij dit kenmerk veroorlooft, wanneer de beveiligingsluiken in hun onwerkzame standbiverkeren, het breken van het glas, dat de van ruiten voorziene opening van de carrosserie afsluit, geen toegang tot het passagierscomparti-10 ment van het voertuig volgens de uitvinding. Op dezelfde wijze voorkomen de beveiligingsluiken, die met de wielbogen samenhangen, toegang tot de wielen zelf.

De uitvinding zal nu, louter bij wijze van niet-beperkend voorbeeld, beschreven worden aan de hand 15 van de tekening.

Figuur 1 is een afbeelding in perspectief van een motorvoertuig volgens de uitvinding; figuur 2 is een doorsnede volgens II - II in figuur 1; en 20 figuur 3 is een doorsnede volgens lil - lil in figuur 1.

Zoals in figuur 1 gezien wordt, omvat een motorvoertuig, dat algemeen met 1 aangegeven is, een carrosserie met zijvensters 2 die afgesloten zijn door ruiten 2a, 25 een voorvenster 3 dat afgesloten is door een voorruit 3a, en een achtervenster 4 waarmee een ruit 4a samenhangt.

In aanvulling op de van ruiten voorziene openingen 2,3,4 heeft de carrosserie van het voertuig 1 bogen 5 waarin de wielen 6 bevestigd zijn aan respectieve 30 draaibare monteringen 7 door bevestigingsschroeven (bouten) 8.

Beveiligingsluiken 12, 13, 14 hangen met de van ruiten voorziene openingen 2, 3,4 samen en elk is verschuifbaar nabij dat oppervlak van de betreffende ruit 2a, 3a, 4a die naar buiten het voertuig gekeerd is.

35 Elk luik 12, 13, 14 is verschuifbaar 8205031 3 ί tussen een onwerkzame stand, waarin het luik asm het oog onttrokken is, en een werkzame stand, waarin het de betreffende van een ruit voorziene opening bedekt.

In figuur 1 is het luik 12, dat met 5 het voorste linker zijvenster samenhangt, in de werkzame stand daarvan voorgesteld, terwijl het luik, dat met het corresponderende achtervenster samenhangt, in de onwerkzame stand daarvan voorgesteld is.

Zoals duidelijk in figuur 2 gezien 10 wordt, zijn de luiken 12, die met de zijvensters 2 samenhangen, vertikaal verschuifbaar in zijdelingse geleidingen 12a, welke in de zijden van het voertuig aangebracht zijn en welke het in de carrosserie tot onder de taille terugtrekken van de luiken 12 veroorloven. - ·- 15 Een dergelijke inrichting, die het vertikaal verschuiven van het luik 14 veroorlooft, treedt in samenhang met het achtervenster 4 op.

Het luik 13J dat met de voorruit 3a samenhangt, wordt gevormd door twee luikbestanddelen, welke 20 horizontaal naar elkaar toe verschuifbaar zijn.

In figuur 1 is een van deze bestanddelen in de werkzame stand daarvan voorgesteld, terwijl het andere voorgesteld is in een tussengelegen stand tussen de werkzame stand en de onwerkzame stand, waarin het luikbestanddeel 25 aan het oog onttrokken is in een van de zijposten van de voorruit.

Beveiligingsluiken 15 hangen met de wielbogen 5 samen en elk daarvan is verschuifbaar tussen een onwerkzame stand, waarin het luik aan het oog onttrokken is, en een werkzame stand, waarin het de betreffende wielboog 5 30 bedekt.

In figuur 1 zijn de luiken 15, die met de voorste linker en achterste linker wielbogen van het voertuig 1 samenhangen, respectievelijk in de werkzame stand en onwerkzame stand voorgesteld.

35 Zoals duidelijk in figuur 3 gezien 8205031 * 4 wordt, zijn de beveiligingsluiken 15 zo gevormd dat toegang tot de schroeven 8 voor het bevestigen van de wielen aan hun respectieve roteerbare monteringen in hun werkzame standen voorkomen wordt.

5 De vorm van de luiken 15 is ook zo danig dat het sturen van de bestuurde wielen van het voertuig in hun werkzame stand voorkomen wordt.

Uit hetgeen in het voorgaande beschreven en voorgesteld is is duidelijk dat de luiken 12, 13, 14, 15 10 een diefstal tegengaand stelsel vormen, dat zowel de verwijde ring van het voertuig en delen van het voertuig als de verwijdering van daardoor in het passagierscompartiment meegevoerde objecten voorkomen kan.

In hun werkzame standen zijn de-luiken 15 12, 13, 14, die met de van ruiten voorziene openingen 2, 3, 4 samenhangen, uitgezet om zodoende de ruiten 2a, 3a, 4a te beveiligen en toegang tot het inwendige van het passagierscompartiment door het breken van een van deze ruiten te voorkomen.

De luiken 12, 13, 14 kunnen op een zo-20 danige wijze gevormd zijn dat het zicht uit het passagiers compartiment zelfs wanneer de luiken zelf in hun werkzame stand verkeren veroorloofd wordt.

Een dergelijke uitvoering is in het bijzonder voordelig voor het voorkomen van diefstallen waartoe 25 een poging gedaan wordt door het breken van een venster van een voertuig dat kort gestopt is in het verkeer met passagiers daarin.

De luiken 15, die met de wielbogen samenhangen en die de schroeven 8 voor het bevestigen van de 30 wielen 5 ontoegankelijk maken van buiten af in hun werkzame standen, voorkomen de verwijdering van de wielen van het voertuig wanneer het gestopt is.

In hun werkzame standen voorkomen de luiken 15, die met de bogen van de bestuurde wielen samenhangen, 35 besturing van de wielen en wordt hierdoor diefstal van het 8205031

V

5 voertuig verhinderd.

Natuurlijk kunnen, ofschoon het principe van de uitvinding hetzelfde blijft, de constructiedetails en uitvoeringsvormen in brede zin gevarieerd worden ten op-5 zichte van hetgeen beschreven en voorgesteld is, zonder daar bij buiten het kader van de uitvinding te treden.

Kort samengevat is in het voorgaande beschreven dat een motorvoertuig 1, dat een carrosserie met van ruiten voorziene openingen 2, 3, 4 en wielbogen 5 omvat, 10 voorzien is van beveiligingsluiken 12, 13, 14, 15 in samen hang met elke van een ruit voorziene opening 2, 3, 4 en wiel-boog 5. Elk luik 12, 13, 14, 15 is verschuifbaar tussen een onwerkzame stand,waarin het aan het oog onttrokken is, en een werkzame stand, waarin het de betreffende van een ruit voorziene 15 opening 2, 3, 4 of wielboog 5 bedekt. De luiken 15, die met de wielbogen 5 samenhangen, zijn zo gevormd dat toegang tot de middelen 8 voor het bevestigen van de wielen 6 aan hun respectieve roteerbare monteringen 7 in de werkzame standen voorkomen wordt. De luiken 15, die met de wielbogen 5 voor de be-20 stuurde wielen samenhangen, zijn zo gevormd dat besturing van de wielen in hun werkzame standen voorkomen wordt. Figuur 1 geeft een overzicht van de nieuwe maatregelen volgens de uitvinding.

8205031

Claims (6)

1. Van wielen voorzien motorvoertuig, dat een carrosserie met van ruiten voorziene openingen en wielbogen omvat, gekenmerkt doordat het voorzien is van be- 5 veiligingsluiken (12, 13, 14, 15) in samenhang met elke van een ruit voorziene opening (2, 3, 4) en wielboog (5), waarbij elk van deze luiken (12, 13, 14, 15) verschuifbaar is tussen een onwerkzame stand, waarin het luik aan het oog onttrokken is, en een werkzame stand, waarin het de betreffende 10 van een ruit voorziene opening (2, 3, 4) of wielboog (5) bedekt.

2. Motorvoertuig volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat elk beveiligingsluik (12, 13, 14), dat met een van een ruit voorziene opening (2, 3, 4) samenhangt, verschuifbaar is nabij dat oppervlak van de betreffende -afsluit- 15 ruit (2a, 3a, 4a), dat naar buiten het motorvoertuig gekeerd is.

3. Voertuig volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de luiken (15), die met de wielbogen (5) van de bestuurde wielen samenhangen, zo gevormd zijn dat de 20 besturing van de wielen in hun werkzame standen voorkomen wordt.

4. Voertuig volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de beveiligingsluiken (15), die met de wielbogen (5) samenhangen, zo gevormd zijn dat toegang tot de middelen (8) voor het bevestigen van de wielen (6) aan hun 25 respectieve roteerbare monteringen (7) in hun werkzame standen voorkomen wordt.

5. Motorvoertuig volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt doordat de luiken (12, 14), die met de zijvensters (2) en mogelijk het achtervenster (4) samenhangen, vertikaal 30 verschuifbaar zijn, en in hun onwerkzame standen, in de car rosserie tot onder de taille teruggetrokken worden. β. Motorvoertuig volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt doordat het luik (13) , dat met de voorruit (3a) samenhangt, gevormd wordt door twee luikbestanddelen, die 35 horizontaal naar elkaar toe verschuifbaar zijn en opgenomen wor- 8205031 <k' * den in de voorruitposten (3) in hun onwerkzame standen.

7. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekening. 8205031