NL8004625A - Videosignaalbewerkingsschakeling, meer in het bijzonder voor toepassing bij een televisie-ontvanger. - Google Patents

Description

C/Ca/eh/1159 ^ f

Videosignaalbewerkingsschakeling, meer in het bijzonder voor toepassing bij een televisie-ontvanger.

De uitvinding heeft betrekking op een videosignaal-bewerkingsschakeling, meer in het bijzonder op een dergelijke schakeling voor toepassing bij een televisie-ontvanger. ,

Bij de toevoer van een videosignaal aan de kathode 5 van een kathodestraalbuis wordt gewoonlijk zodanig te werk gegaan (zie figuur 1 van de bijbehorende tekening), dat het beeldscherm van de kathodestraalbuis het donkerst wordt bij een stoepniveau VI van het videosignaal en het helderst wordt bij een witniveau V2 van het videosignaal. Wanneer voor 10 het afsnijdniveau of zwarte niveau van de kathodestraalbuis een aan dié van het stoepniveau van het videosignaal gelijke waarde wordt gekozen, zulks teneinde op de hiervoor genoemde wijze een volledig herstel van de gelijkspanningssignaalcorapo-nent te verkrijgen, zal een van station tot station of van 15 kanaal tot kanaal optredende fluctuatie in het niveauverschil tussen het donkerste deel van het weergegeven beeld en "zwart", welk niveauverschil wel als "set up level" wordt aangeduid, zichtbaar worden als een fluctuatie van het zwarte niveau; dit heeft tot gevolg dat bij ontvangst van een omroepstation, 20 waarbij het desbetreffende niveauverschil betrekkelijk groot is, een sluier in het zwarte beelddeel optreedt. Teneinde zulks tegen te gaan, is bij een televisie-ontvanger van bekend type de gelijkspanningsoverdrachtsverhouding teruggebracht tot ongeveer 0,5 - 0,9, zodanig, dat de door fluctuaties van het . 25 genoemde niveauverschil in het zwarte niveau teweeg gebrachte sluierverschijnselen betrekkelijk gering zijn. Toepassing van een dergelijke maatregel is echter niet geheel voldoende om de beschreven fluctuaties van het zwarte niveau geheel te elimineren.

30 De onderhavige uitvinding stelt zich ten doel, een nieuwe videosignaalbewerkingsschakeling te verschaffen, welke vrij is van het hiervoor genoemde nadeel.

Voorts stelt de uitvinding zich ten doel, een video-signaalbewerkingsschakeling te verschaffen, waarbij dit signaal-35 niveau wordt gedetecteerd, dat tijdens de videoperiode het 800 4 6 25 - 2 - 1 1 dichtst bij "zwart" ligt, en het desbetreffende signaalniveau als het zwarte niveau wordt gekozen en tot het afsnijdniveau van de kathodestraalbuis wordt gemaakt, teneinde op dié wijze het optreden van schommelingen of sluierverschijnselen in het 5 zwarte beelddeél als gevolg van fluctuaties in het genoemde niveauverschil te verhinderen.

Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een videosignaalbewerkingsschakeling, waarbij dat signaalniveau wordt gedetecteerd, dat tijdens de videoperiode het 10 dichtst bij "zwart" ligt en een vooraf bepaalde niveauwaarde heeft, en het desbetreffende signaalniveau als het zwarte niveau wordt gekozen en tot het afsnijdniveau van de kathodestraalbuis wordt gemaakt, teneinde het optreden van schommelingen of sluierverschijnselen in het zwarte beelddeel als 15 gevolg van fluctuaties van het genoemde niveauverschil te verhinderen, zonder dat daarbij het natuurlijke karakter van het beeld verloren gaat.

Daartoe verschaft de uitvinding een videosignaalbe-werkingsschakeling, welke is voorzien van: 20 a) een golfvormwijzigingsschakeling voor wijziging van het niveau van een ingangsvideosignaal ten minste gedurende het beeldregelonderdrukkingsinterval daarvan in een eerste vooraf bepaald gelijkspanningsniveau, dat hoger ligt dan het stoepniveau van het ingangsvideosignaal, en voor 25 afgifte van een signaal met gewijzigde golfvorm, b) een extreemniveauhoudschakeling voor vasthouding van het niveau van een extreem in de richting "zwart" van het signaal met gewijzigde golfvorm en voor afgifte van een ex-treemniveauhoudsignaal, en van 30 c) met het extreemniveauhoudsignaal gevoede zwart- niveauregelmiddelen voor zodanige regeling van het gelijkspanningsniveau van het ingangsvideosignaal, dat het "donkerste" niveau van het ingangsvideosignaal met een tweede vooraf bepaald gelijkspanningsniveau komt samen te vallen.

35 De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nu volgende beschrijving aan de hand van de bijbehorende tekening van enige uitvoeringsvormen, waartoe de uitvinding zich echter 800 4 6 25 y f - 3 - niet beperkt. In de tekening tonen: figuur 1 een grafiek ter verduidelijking van het werkgebied van een als beeldbuis dienende kathodestraalbuis, figuur 2 een blokschema van een uitvoeringsvorm van 5 de onderhavige uitvinding, figuur 3 een aantal golfvormen ter verduidelijking van de werking van de uitvoeringsvorm volgens figuur 2, figuur 4 een aansluitschema van een practische uitvoeringsvorm van de uitvinding, 10 figuur 5 een aansluitschema van een uitvoerings- variant van een gedeelte van de uitvoeringsvorm volgens figuur 4, figuur 6 een blokschema van een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding, 15 figuur 7 een aantal golfvormen ter verduidelijking van de werking van de uitvoeringsvorm volgens figuur 6, figuur 8 een blokschema van nog een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding, figuur 9 een aantal golfvormen ter verduidelijking 20 van de werking van de uitvoeringsvorm volgens figuur 8, figuur 10 een aansluitschema van een practische uitvoeringsvorm van de schakeling volgens figuur 8, en figuur 11 enige golfvormen ter verduidelijking van de werking van de uitvoeringsvorm volgens figuur 10.

25 Bij de in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvorm wordt via een ingangsaansluiting 1 een van een niet in figuur 2 weergegeven videodetectieschakeling afkomstig ingangsvideosignaal Sq volgens figuur 3A ontvangen. Dit ingangsvideosignaal Sq wordt enerzijds toegevoerd aan een onderdrukkingsschakeling 2 30 voor videosignaalonderdrukking gedurende een periode die enigszins langer is dan het normale beeldregelonderdrukkingsinter-val; de onderdrukking geschiedt met behulp van een via een ingangsaansluiting 3 ontvangen onderdrukkingsimpuls volgens figuur 3B. De onderdrukkingsschakeling 2 geeft een uitgangs-35 signaal S2 af, dat gedurende de genoemde onderdrukkingsperiode bijvoorbeeld een signaalniveau ter waarde +V heeft, zoals figuur 3C laat zien. Dit uitgangssignaal S2 wordt toegevoerd aan een minimumniveauhoudschakeling 4, welke een uitgangs- a η η λ fi75 r i - 4 - signaal afgeeft, waarvan het niveau overeenkomt met het bij het maximale "zwart" behorende niveau van het signaal S2, zoals figuur 3D laat zien.

Het via de ingangsaansluiting 1 ontvangen ingangs-5 videosignaal SQ wordt anderzijds rechtstreeks toegevoerd aan de ene ingangsaansluiting van een vergelijkingsschakeling 5, waarvan de andere ingangsaansluiting het zojuist genoemde uitgangssignaal Sg van de minimumniveauhoudschakeling 4 krijgt toegevoerd. De vergelijkingsschakeling 5 kiest uit de beide 10 signalen Sq en Sg het signaal uit, waarvan het signaalniveau het dichtst bij het witte niveau ligt, en geeft het desbetreffende signaal SQ of Sg als uitgangssignaal.S4 volgens figuur 3E af. De vergelijkingsschakeling 5 heeft derhalve het karakter van een analoge OF-poortschakeling. Het uitgangs-15 signaal S4 van deze schakeling 5 wordt toegevoerd aan een niveaufixatieschakeling 6, waaraan via een aansluiting 7 tevens een niveaufixatie-impuls Pg volgens figuur 3F wordt toegevoerd; aan zijn uitgangsaansluiting 8 geeft de niveaufixatieschakeling 6 een videosignaal Sg volgens figuur 3G af, waarvan de onder-20 drukkingsperioden een steeds gelijk, vooraf bepaald signaalniveau laten zien.

Figuur 4 toont het schema van een op de schakeling volgens figuur 2 gebaseerde, practische uitvoeringsvorm. Deze bevat een paar transistoren 9a en 9b, waarvan de emitters 25 gemeenschappelijk zijn verbonden met een uit een transistor 10, een diode 11 en een weerstand 12 bestaande bron van constante stroom. De via de weerstand 12 met de basis van de transistor 10 gekoppelde ingangsaansluiting 3 krijgt de in het voorgaande genoemde onderdrukkingsimpuls P^ toegevoerd; 30 gedurende de periode, waarin de transistor 10 door de onderdrukkingsimpuls P^ in zijn niet-geleidende toestand wordt gebracht, zal de collector van de transistor 9b derhalve prac-tisch op de voedingsspanningspotentiaal +V komen. Het

CC

collectoruitgangssignaal van de transistor 9b wordt afgeleid 35 via een stroomspiegelschakeling met een diode 13 en een transistor 14 van het PNP-type.

Tussen de collector van de transistor 14 en aarde is een serieschakeling van twee weerstanden 15 en 16 opgenomen, 800 4 6 25 , y - 5 - waarvan het verbindingspunt is verbonden met de basis van een transistor 17 van het NPN-type, waarvan de emitter is geaard en waarvan de collector is verbonden met de basis van de transistor 9b en voorts met het verbindingspunt van een weer-5 stand 18 met een capaciteit 19. De tussen de Voedingsspannings-aansluiting van de potentiaal +V en aarde opgenomen serie-schakeling van de weerstand 18 en de capaciteit 19 vormt de minimumniveauhoudschakeling 4 volgens figuur 2. Wanneer de spanning aan de basis van de transistor 9a hoger dan die aan 10 de basis van de transistor 9b is, zal geen stroom door de diode 13 en de transistoren 14 en 17 vloeien, zodat de capaciteit 19 naar de voedingsspanning wordt opgeladen via de weerstand 18. Daarbij is sprake van een zeer grote tijdsconstante. Wanneer de klemspanning van de capaciteit 19, dat wil zeggen de 15 basisspanning van de transistor 9b, hoger wordt dan de basisspanning van de transistor 9a, zal stroom door de diode 13 en de transistoren 14 en 17 gaan vloeien, zodat de capaciteit 19 naar een lagere klemspanning wordt ontladen. Bij deze schakeling vindt derhalve een zodanige terugkoppeling plaats, dat 20 de basisspanningen van de transistoren 9a en 9b steeds gelijk aan elkaar worden, zodanig, dat het gedurende de videoperiode het dichtst bij het zwarte niveau liggende signaalniveau wordt vastgehouden, waarbij het aldus vastgehouden signaal in de vorm van het uitgangssignaal aan de basis van een transis-25 tor 20a wordt toegevoerd.

De schakeling bevat voorts een transistor 20b, waarvan de collector en de emitter respectievelijk met diê van de transistor 20a zijn doorverbonden. De beide collectors zijn met de voedingsspanningsaansluiting van de potentiaal +V

CC

30 verbonden, terwijl de beide emitters via een weerstand 21 zijn geaard en met een uitgangsaansluiting 5a zijn verbonden.

De beide transistoren 20a en 20b vormen de vergelijkings-schakeling 5 volgens figuur 2; het ingangsvideosignaal SQ wordt rechtstreeks aan de basis van de transistor 20b toege-35 voerd. Datgene van de beide signalen Sq en S^, dat het hoogste niveau vertoont, wordt als uitgangssignaal afgegeven.

Met de uitgangsaansluiting 5a van de vergelijkings-schakeling 5 is de niveaufixatieschakeling 6 volgens figuur 2

rt Λ rt / 6. O K

- 6 - gekoppeld. In de praktijk kan als niveaufixatieschakeling 6 een willekeurig geschikte schakeling van bekend type dienen, zoals een met terugkoppeling werkende niveaufixatieschakeling; een dergelijke schakeling 6 is niet afzonderlijk in figuur 4 5 afgebeeld.

Zoals figuur 5 laat zien, kan een vergelijkings-schakeling worden toegepast, welke twee dioden 22a en 22b bevat, die op zodanige wijze zijn geschakeld, dat hun met elkaar doorverbonden kathoden via de weerstand 2l zijn geaard 10 en met de uitgangsaansluiting 5a zijn verbonden.

Bij de in het voorgaande beschreven, practische uitvoeringsvorm van de uitvinding vindt detectie van dit signaal-niveau plaats, dat zich tijdens de videoperiode het dichtst bij "zwart" bevindt; het desbetreffende signaalniveau wordt 15 dan als zwart niveau gekozen en automatisch tot het afsnijd-niveau van de kathodestraalbuis gemaakt, zodat het optreden van eventuele fluctuaties in dit zwarte niveau als gevolg van tussen opeenvolgende stations optredende fluctuaties in het eerder genoemde niveauverschil tussen het donkerste beeld-20 deel en "zwart", welke verschijnsel zich bij tot nog toe bekende televisie-ontvangers voordoet, op doeltreffende wordt verhinderd.

Overwogen zou kunnen worden om het videosignaal S2, dat aan signaalonderdrukking is onderworpen, te gebruiken voor 25 niveaufixatie van het, het dichtst bij "zwart" gelegen signaalniveau op een vooraf bepaalde, met het afsnijdniveau overeenkomende niveauwaarde. Zoals reeds is opgemerkt, vindt de signaalonderdrukking echter over een langere periode dan de duur van het normale beeldregelonderdrukkingsinterval plaats, 30 terwijl het niveau van het signaal S2 gedurende die periode een hoog niveau is, dat wil zeggen nabij "wit" ligt, zodat indien een dergelijke niveaufixatie in de aan de kathodestraalbuis voorafgaande trap zou worden toegepast een signaal met een impulsvormig karakter in het hoge of witte niveau zou .

35 resulteren. De onderhavige uitvinding vermijdt een dergelijk ongewenst effect.

Figuur 6 toont een andere uitvoeringsvorm van de schakeling volgens de uitvinding. Daarbij wordt een ingangs- 800 4 6 25 - 7 - videosignaal Sq volgens figuur 7A toegevoerd aan een niveau-fixatieschakeling 23 voor niveaufixatie van het stoepniveau van het signaal op een referentiespanningswaarde Vq, welke wordt bepaald door een niveaufixatiespanningsbron 29; de eigen-5 lijke niveaufixatie geschiedt door middel van een via een aansluiting 24 aan de niveaufixatieschakeling 23 toegevoerde niveaufixatie-impuls. Het uitgangssignaal S1 van de niveaufixatieschakeling 23 wordt zowel aan een aftrekschakeling 25 als aan de signaalonderdrukkingsschakeling 2 toegevoerd. Deze 10 laatstgenoemde vertoont veel overeenkomst met diê volgens figuur 2 en geeft een uitgangssignaal volgens figuur 7B af, dat aan de minimumniveauhoudschakeling 4 wordt toegevoerd.

Het uitgangssignaal van deze schakeling 4 en de referentie-spanning Vq volgens figuur 7C worden beide aan een vergelijkings-15 schakeling 26 toegevoerd.

De vergelijkingsschakeling 26 voert een vergelijking van de beide signalen en Vq uit voor detectie van het niveauverschil tussen beide. Het uitgangssignaal van de vergeli jkingsschakeling 26 wordt via een poortschakeling 27 aan 20 de aftrekeenheid 25 toegevoerd. De poortschakeling 27 ontvangt via een ingangsaansluiting 28 een met de onderdrukkings-impuls overeenkomende stuurimpuls voor zodanige besturing, dat de aftrekeenheid 25 een signaal Sg krijgt toegevoerd, dat gedurende de periode van de genoemde stuurimpuls een vooraf 25 bepaald niveau heeft en in het overige gedeelte van de video-• signaalperiode een van het uitgangssignaal van de vergelij-kingsschakeling 26 afhankelijk niveau vertoont, zoals figuur 7D laat zien. Het uitgangssignaal van de poortschakeling 27 wordt in de aftrekeenheid 25 van het videosignaal afge-30 trokken, zodat de eenheid 25 aan de uitgangsaansluiting 8 een uitgangssignaal doet verschijnen, waarvan het tijdens de videosignaalperiode het dichtst bij "zwart" liggende niveau samenvalt met het zwarte niveau, zoals figuur 7E laat zien.

Met behulp van de in figuur 6 weergegeven uitvoe-35 ringsvorm van de uitvinding kan op soortgelijke wijze als bij de eerder beschreven uitvoeringsvorm worden verhinderd, dat eventueel in het reeds eerder genoemde niveauverschil optre- 800 4 6 25 - 8 - X i dende fluctuaties op hun beurt fluctuaties in het "zichtbaar gemaakte" zwarte niveau veroorzaken.

Bij de aan de hand van de figuren 2 en 6 beschreven uitvoeringsvormen van de uitvinding kan, afhankelijk van de 5 aard van het ingangsvideosignaal, een ongewenst verschijnsel optreden. Wanneer bijvoorbeeld een videosignaal wordt ontvangen, dat een grote beeldhelderheid aan een gering beeld-contrast paart, zal bij signaalbehandeling volgens de uitvinding op de hiervoor beschreven wijze een inherent helder 10 beeldgedeelte een overmatig donker karakter krijgen, waaruit een onnatuurlijk videobeeld resulteert.

Figuur 8 toont een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarmede dit ongewenste verschijnsel kan worden vermeden. In het kort kan worden gesteld, dat de uitvoeringsvorm volgens 15 figuur 8 is verkregen door aan de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 de niveaufixatieschakeling 23 en de niveaufixatie-spanningsbron 29 van de uitvoeringsvorm volgens figuur 6 en bovendien een drempelspanningsbron 30 en een diode 31 toe te voegen.

20 Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 8 wordt het van de niet in de tekening weergegeven videosignaaldetectie-schakeling afkomstige ingangsvideosignaal Sq via de ingangs-aansluiting 1 aan de niveaufixatieschakeling 23 toegevoerd, waaraan tevens via de ingangsaansluiting 24 een niveaufixatie-25 impuls wordt toegevoerd.. De schakeling 23 geeft een videosignaal S.^ af, waarvan het stoepniveau is gefixeerd op een vooraf bepaalde nivauwaarde Vq, zoals figuur 9A laat zien.

Dit videosignaal wordt aan de signaalonderdrukkingsscha-keling 2 toegevoerd en gedurende een signaalperiode, welke 30 enigszins langer is dan de normale beeldregelonderdrukkings-periode van het televisiesignaal, door middel van een via een ingangsaansluiting 3 aan de signaalonderdrukkingsschakeling 2 toegevoerde onderdrukkingsimpuls P1 volgens figuur.9B onderdrukt. De onderdrukkingsschakeling 2 geeft een uitgangssignaal 35 af, waarvan het met de onderdrukkingsperiode overeenkomende deel een met dat van de voedingsspanning overeenkomend signaalniveau laat zien, zoals figuur 9C toont. Dit uitgangs- 800 4 6 25 t * - 9 - signaal S2 wordt toegevoerd aan een minimumniveauhoudschake-ling 4 voor vorming van een uitgangssignaal S3, waarvan het niveau overeenkomt met het, het dichtst bij "zwart” gelegen minimumniveau van het videosignaal 83, zoals figuur 9D laat 5 zien.

De uitgang van de minimumniveauhoudschakeling 4 is via de daartoe in zijn doorlaatrichting geschakelde diode 31 gekoppeld met een punt van de spanningswaarde (Vq + V^) zodat bij verwaarlozing van de spanningsafval over de diode 31 kan 10 worden gesteld, dat zodra het uitgangssignaal S3 van de mini-mumniveauhoudschakeling 4 lager dan het spanningsniveau (VQ + Vj.) komt te liggen, de blokkeringstoestand van de diode 31 optreedt en het uitgangssignaal S, met het videosignaal

J I

overeenkomt. Wanneer het uitgangssignaal S3 een hoger/danVÊet 15 spanningsniveau (V^ + V^) vertoont, verkeert de diode 31 in zijn geleidende toestand, zodat het uitgangssignaal S3 dan het niveau (Vq + Vt) vertoont.

Het door de niveaufixatieschakeling 23 afgegeven videosignaal en het uitgangssignaal S3 van de minimumniveau-20 houdschakeling 4 worden toegevoerd aan een vergelijkingsscha-keling 5, welke van de beide signalen 83 en S3 dcttgene doorlaat, waarvan het signaalniveau het dichtst bij "wit" ligt; het aldus doorgelaten signaal vormt het uitgangssignaal S^ volgens figuur 9E. Het uitgangssignaal S^ van de vergelijkings-25 schakeling 5 wordt toegevoerd aan een niveaufixatieschakeling 6, evenals een via een ingangsaansluiting 7 ontvangen niveau-fixatie-impuls volgens figuur 9F. Aan de met de uitgang van de niveaufixatieschakeling 6 verbonden uitgangsaansluiting 8 verschijnt dan een videosignaal Sj. volgens figuur 9G, waarvan 30 de beeldregelonderdrukkingsintervallen steeds een zelfde signaalniveau laten zien.

Figuur 10 toont een practische uitvoeringsvorm van de schakeling volgens figuur 8. In figuur 10 zijn de met dié volgens de figuren 4 en 6 overeenkomende componenten met 35 respectievelijk dezelfde verwijzingssymbolen aangeduid. Volstaan wordt met een beschrijving van de verschillen tussen de uitvoeringsvorm volgens figuur 10 enerzijds en de uitvoe- 800 4 6 25 - 10 - ringsvormen volgens de figuren 4 en 6 anderzijds.

Bij de in figuur 10 weergegeven uitvoeringsvorm van de uitvinding is het verbindingspunt van de weerstand 18 met de capaciteit 19 via een diode 31 gekoppeld met de emitter 5 van een transistor 24t. Deze emitter is geaard via een als bron van constante stroom werkende weerstand 25r met grote weerstandswaarde; de collector van de transistor 24t is verbonden met de voedingsspanningsaansluiting van de potentiaal +V , terwijl de basis van de transistor 24t via een weer-

CC

10 stand 26r met de niveaufixatiespanningsbron 29 en via een weerstand 27r met de voedingsspanningsaansluiting van de potentiaal +V is gekoppeld.Door geschikte keuze van de weerstandswaarden van de beide weerstanden 26r en 27r kan de waarde van de spanning aan het verbindingspunt van beide 15 weerstanden, dat wil zeggen van de basisspanning van de transistor 24t, gelijk gemaakt worden aan (Vq + V^); de basis-emitter-spanningsval van de transistor 24t heeft een zodanige polariteit, dat door deze spanningsval de spanningsval in voorwaartse richting over de diode 31 wordt vereffend. Verhinderd 20 wordt derhalve, dat het niveau van het uitgangssignaal van de minimuraniveauhoudschakeling 4 het spanningsniveau (ν^ + Vfc) overschrijdt.

Wanneer bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 8 een videosignaal optreedt, waarvan het signaalniveau dit van 25 een helder beeld is en hoger dan de vooraf bepaalde niveau-waarde (Vq + Vfc) ligt, zoals in figuur 11A is weergegeven, zal het uitgangssignaal van de houdschakeling 4 automatisch het niveau (Vq + Vfc) vertonen, zodat het uitgangssignaal van de vergelijkingsschakeling 5 de in figuur 11B met een 30 volle lijn getekende gedaante krijgt. Wanneer volstaan wordt, zoals bij de uitvoeringsvormen volgens de figuren 2 en 6, met detectie van dit signaalniveau, dat gedurende de videoperiode het dichtst bij "zwart"ligt, waarna dit signaalniveau wordt vastgehouden en tot het afsnijdniveau van de kathodestraal-35 buis wordt gemaakt, bestaat het gevaar, dat een videosignaal met grote beeldhelderheid en gering beeldconstrast overgaat in een videosignaal met een donker beeld, zoals in figuur 11B met een gebroken lijn is aangeduid.

800 4 6 25 « , - η -

Zoals uit het voorgaande naar voren komt, zal echter bij toepassing van een uitvoeringsvorm volgens figuur 8 een dergelijk gevaar niet bestaan, daar voor videosignalen van een hoger niveau dan de vooraf bepaalde niveauwaarde (Vq + V^_) 5 geen minimumniveauhoudwerking plaats vindt.

De onderhavige uitvinding kan niet slechts bij tele-visie-ontvangers worden toegepast, zoals in het voorgaande is beschreven, doch ook in dié gevallen, waarin bijvoorbeeld het uitgangssignaal van een televisle-camera of van een andere 10 videosignaalgever dient te worden bewerkt, bijvoorbeeld doordat het, het dichtst bij "zwart” gelegen signaalniveau, dat dichter dan een vooraf bepaald niveau bij het zwarte niveau ligt, wordt gedetecteerd, vastgehouden en tot samenvallen met het eerder genoemde niveauverschil tussen het donkerste beeld-15 deel van het videosignaal en tussen "zwart" wordt gebracht.

De uitvinding beperkt zich niet tot de in het voor-' gaande beschreven en in de tekening weergegeven uitvoeringsvormen; verschillende wijzigingen kunnen in de beschreven componenten en in hun onderlinge samenhang worden aangebracht, 20 zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt overschreden.

800 4 6 25

Claims (5)

1. Videosignaalbewerkingsschakeling, gekenmerkt door: a) een golfvormwijzigingsschakeling voor wijziging van het niveau van een ingangsvideosignaal ten minste gedurende het beeldregelonderdrukkingsinterval daarvan in een eerste 5 vooraf bepaald gelijkspanningsniveau, dat hoger ligt dan het stoepniveau van het ingangsvideosignaal, en voor afgifte van een signaal met gewijzigde golfvorm, b) een extreemniveauhoudschakeling voor vasthouding van het niveau van een extreem in de richting "zwart” van het 10 signaal met gewijzigde golfvorm en voor afgifte van een extreem-niveauhoudsignaal, en door c) met het extreemniveauhoudsignaal gevoede zwart-niveauregelmiddelen voor zodanige regeling van het gelijk-spanningsniveau van het ingangsvideosignaal, dat het "donkerste" 15 niveau van het ingangsvideosignaal met een tweede vooraf bepaald gelijkspanningsniveau komt samen te vallen.

2. Videosignaalbewerkingsschakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het tweede vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau overeenkomt met het afsnijdniveau van een met 20 het uitgangssignaal van de zwartniveauregelmiddelen te voeden kathodestraalbuis.

3. Videosignaalbewerkingsschakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwartniveauregelmiddelen zijn voorzien van: 25 a) een vergelijkingsschakeling voor niveauvergelij- king van het ingangsvideosignaal met het extreemniveauhoudsignaal en voor afgifte van een met het signaal van het hoogste niveau van beide signalen overeenkomend uitgangssignaal, en van 30 b) een eerste niveaufixatieschakeling voor niveau- fixatie van het uitgangssignaal van de vergelijkingsschakeling op het tweede vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau gedurende het beeldregelonderdrukkingsinterval van het ingangsvideosignaal. 35

4. Videosignaalbewerkingsschakeling volgens conclu- 800 4 6 25 - 13 - sie 1, met het kenmerk, dat de zwartniveauregelmiddelen zijn voorzien van: a) een niveaufixatiespanningsbron voor levering van een spanning van het tweede vooraf bepaalde niveau, 5 b) een tweede niveaufixatieschakeling voor fixatie van het stoepniveau van het ingangsvideosignaal op het tweede vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau, c) een eerste aftrekeenheid voor aftrekking van het tweede vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau van het extreem- 10 niveauhoudsignaal, en van d) een tweede aftrekeenheid voor.aftrekking van het uitgangssignaal van de eerste aftrekeenheid van het uitgangssignaal van de tweede niveaufixatieschakeling en voor afgifte van een uitgangssignaal. 15

5. Videosignaalbewerkingsschakeling volgens conclu sie 1, met het kenmerk/ dat de zwartniveauregelmiddelen zijn voorzien van: a) een niveaufixatiespanningsbron voor levering van een spanning van het tweede vooraf bepaalde niveau, 20 b) een tweede niveaufixatieschakeling voor fixatie van het stoepniveau van het ingangsvideosignaal op het tweede vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau, en van c) een tussen de extreemniveauhoudschakeling en de niveaufixatiespanningsbron opgenomen serieschakeling van een 25 drempelwaarde spanningsbron en een di'ode. 800 4 6 25