NL8000263A

NL8000263A - Inrichting voor het afgeven van volgnummers, aangebracht op een strook papier.

Info

Publication number: NL8000263A
Application number: NL8000263A
Authority: NL
Original assignee: Rollex Handel Bv
Priority date: 1980-01-16
Filing date: 1980-01-16
Publication date: 1981-08-17
Also published as: SE8100219L; ES257805U; FR2473761B1; FR2473761A1; NL173794B; NO810146L; BE887110A; FI810117L; DE3100820A1; US4384664A; ES267462U; DK19881A; ES267462Y

Description

- 1 - ' t . ^ %

Inrichting voor het afgeven van volgnummers, aangebracht op een strook papier.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afgeven van volgnummers, die in opeenvolging in lengterichting op een strook papier zijn aangebracht, welke strook papier tussen elke twee nummers en in het 5 centrale deel ervan is voorzien van een insnijdingslijn ten minste bestaande uit twee in hoofdzaak in lengterichting van de strook lopende delen voor het vormen van door te scheuren zijranden van de strook, welke strook papier is gebracht in de vorm van een rol die door een komvormig 10 deel van de inrichting kan worden opgenomen, welk komvormig deel, bij een afvoerrand waar de strook papier overheen wordt getrokken, is voorzien van middelen voor het afscheuren van een volgnummer van de strook en waarbij de insnijdingslijn zodanig is aangebracht, dat na het afscheuren 15 van een volgnummer een centrale lip van het volgende nummer buiten de afvoerrand uitsteekt.

Een dergelijke inrichting, met bijbehorende strook papier is bekend uit de ter visie gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 73 01000. Bij deze bekende inrichting worden 20 de middelen voor het van elkaar scheiden van de volgnummers gevormd door tandjes, waarin de randdelen van de strook papier moeten worden getrokken om de randdelen door te scheuren. Daartoe moet het af te scheuren volgnummer naar beneden toe worden getrokken terwijl het centrale deel 25 van de strook, dat een lip van het volgende nummer vormt, door een naar voren toe stekend deel van de afvoerrand in ongeveer horizontale richting wordt gehouden. De punt van dit lipdeel steekt dan juist onder de rand van een kap uit, die de inrichting aan de bovenzijde begrenst en 30 er voor zorgt, dat de strook min of meer gedwongen naar beneden toe moet worden getrokken.

In de praktijk blijkt een dergelijke inrichting niet altijd op de gewenste wijze te werken. Wanneer de strook met te grote kracht naar beneden toe wordt getrokken, zullen 35 de langsranden van de strook te vroeg met de tanden in aanraking komen en worden doorgesneden, waardoor de lio van 800 0 2 63 - 2 - het volgende nummer niet buiten de inrichting uitsteekt en onbereikbaar wordt. In de meeste gevallen kan de kap van de inrichting gemakkelijk worden weggezwenkt om het uiteinde van de rol bereikbaar te maken, maar dit heeft 5 het bezwaar, dat bij een te hard naar voren toe trekken van een nummer de kap vanzelf opengaat.

De uitvinding heft nu deze bezwaren op, door een inrichting van het bovengenoemd type te verschaffen, die daardoor is gekenmerkt, dat de afscheurmiddelen worden 10 gevormd door de afvoerrand samen te stellen uit een, evenwijdig met het vlak van de strook papier lopend, middendeel en uit twee op de uiteinden van het middendeel aansluitende, symmetrisch ten opzichte van het middendeel lopende en een hoek daarmee maken zijdelen, waarbij de hoek die de zijdelen 15 maken met het middendeel zodanig is gericht, dat bij het trekken van de strook papier over de afvoerrand heen, waarbij de afvoerrand een buigrand van de strook vormt, de zijranden van de strook op de zijdelen van de afvoerrand worden getrokken.

20 Gebleken is dat wanneer de strook papier over de afvoerrand heenloopt en uit zijn vlak wordt afgebogen, de strook door het middendeel van de afvoerrand voldoende wordt ondersteund, zolang de afvoerrand zich niet bevindt bij een deel van de strook waarin zich de insnijdingslijn 25 uitstrekt. Wanneer echter bij het verder wegtrekken van de strook papier de afvoerrand komt te liggen onder een deel van de strook waarin zich de in hoofdzaak in lengterichting van de strook lopende delen van de insnijdingslijn bevinden, dan zullen de randdelen van de strook niet meer door het 30 middendeel van de afvoerrand worden ondersteund maar over de schuine zijdelen van de afvoerrand weg willen glijden, zodat de zijranden van de strook in dwarsrichting van het centrale deel van de strook worden weggetrokken. Hierdoor worden de zijranden doorgescheurd daar waar de insnijdings-35 lijn eindigt.

Bij voorkeur zal de afvoerrand, gezien in het vlak waarin de papierstrook wordt afgebogen, zich uitstrekken over een hoek van ten minste 45°. Een dergelijke afbuiging van de papierstrook is voldoende om het doorscheuren van de 40 zijranden ervan te veroorzaken.

80 0 0 2 63 9 ·% - 3 -

Bij voorkeur zal de afvoerrand doorlopen over een hoek van meer dan 90°. Hierdoor wordt bereikt, dat de strook nagenoeg in vertikale richting naar beneden toe kan worden weggetrokken uit de inrichting, terwijl ook de 5 lip van het weg te trekken volgnummer in vertikale richting naar beneden toe uit de inrichting steekt. Het is dus niet meer noodzakelijk de lip eerst in ongeveer horizontale richting weg te trekken en daarna naar beneden toe zoals dit noodzakelijk is bij de bovenbeschreven bekende inrichting. 10 Evenals bij de bekende inrichting kan het komvormige deel worden afgesloten door een kap waarvan een randdeel over de afvoerrand heen valt. Bij de bekende inrichting moet echter het randdeel van de kap op enige afstand liggen van de strook papier, daar hij moet vallen buiten de lip, 15 die uit het vlak van de strook papier wordt gedrukt.

Bij de inrichting volgens de onderhavige uitvinding kan echter het randdeel van de kap nauw aansluiten op de afvoerrand, zodanig dat tussen de kap en de afvoerrand de papierstrook wordt geleid. Hierdoor wordt verzekerd, dat 20 de lip steeds op de juiste wijze buiten de kap uitsteekt, daar er geen kans is, dat de lip een andere baan volgt en door de kap in de verkeerde richting wordt omgevouwen, zoals dit het geval kan zijn bij de bekende inrichting.

De strook papier, die bij voorkeur zal worden toegepast 25 bij de inrichting volgens de onderhavige uitvinding is zodanig uitgevoerd, dat een insnijdingslijn tussen elke twee nummers in hoofdzaak U-vormig is, waarbij de poten van de U in lengterichting naar een opvolgend nummer toelopen, terwijl de afstand tussen de poten nagenoeg gelijk 30 is aan de breedte van het middendeel van de afvoerrand.

Op deze wijze wordt dus het centrale deel van de strook op de meest gunstige wijze ondersteund door het middendeel van de afvoerrand, terwijl de twee zijranden van de strook over de zijdelen van de afvoerrand in dwarsrichting weg-35 glijden.

In dit geval hebben de zijranden van de strook dus over een zekere lengte eenzelfde breedte. Om er voor te zorgen, dat de zijranden beslist worden afgescheurd bij het einde van de poten van de U-vormige insnijdingslijn kan 40 op de betreffende plaats een perforatie worden aangebracht.

80 0 0 2 63 v - 4 -

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding zet de insnijdingslijn zich bij de einden van de poten van de U voort over een zekere afstand naar de randen van de strook toe. Deze voortgezette delen vormen het begin 5 van de afscheurlijn, zodat de zijranden steeds op de juiste plaats zullen worden afgescheurd.

Daar de zijranden van de strook slechts een breedte behoeven te bezitten, die minder is dan een vierde deel van de totale breedte van de strook, blijft een relatief 10 brede centrale strook ter beschikking voor het vormen van de naar buiten toe stekende lip van een volgnummer, welke lip door de gebruiker gemakkelijk kan worden vastgepakt.

De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, 15 waarin: fig. 1 schematisch een langsdoorsnede toont over een inrichting volgens de onderhavige uitvinding met een daarin aangebrachte opgerolde papierstrook; fig. 2 een zijaanzicht toont van de inrichting van 20 fig. 1, maar met weggenomen kap en zonder de over de afvoerrand heenlopende papierstrook; fig. 3 een bovenaanzicht toont van een deel van de inrichting van fig. 1, eveneens met weglating van de kap en de papierrol; en 25 fig. 4 een aanzicht toont van een deel van een papier strook, voorzien van nummers en insnijdingslijnen.

De weergegeven inrichting bestaat in hoofdzaak uit het komvormige deel 1 en de kap 2, die door middel van het scharnier 3 met elkaar zijn verbonden.

30 In het komvormige deel 1 wordt de door een papier strook 4 gevormde rol 5 opgenomen, die op zijn plaats wordt gehouden door de zijwanden 6 en 7 en de onderwand 8 van het komvormige deel 1.

De van de rol 5 af te trekken strook papier 4 wordt 35 geleid over de afvoerrand 9 van het komvormige deel 1 en tevens door de poten 10 en 11 van de kap 2.

De afvoerrand 9 bestaat uit het middendeel 12 en de zijdelen 13. De breedte b van het middendeel 12 komt ongeveer overeen met de afstand b tussen de poten 14 van 40 de U-vormige insnijdina 15 in de strook papier, als aangegeven in fig. 4.

800 0 2 63 - 5 -

Bij afbuiging van de strook papier 4 over de afvoer-rand 9 heen zullen de zijranden 16 van de strook 4, wanneer deze zich bij de afvoerrand 9 bevinden, naar beneden toe over de zijdelen 13 heen worden getrokken en zich dus in 5 dwarsrichting verwijderen van de centrale lip 17 van de strook 4.

Bij de uiteinden van de poten 14 van de insnijdings-lijn 15 zijn nog in dwarsrichting lopende delen 18 van de insnijdingslijn 15 aangebracht, zodat de randdelen 16 10 van de strook 4 bij hun einden zullen worden afgescheurd, zodat een zuivere lip 17 overblijft. Deze lip 17 steekt onder de poot 10 van de kap 2 uit en kan gemakkelijk worden beetgepakt en naar beneden toe worden getrokken.

De afvoerrand 9 strekt zich uit over een zekere boog 15 als gezien in de fig. 1 en 2 en de binnenwand van het komvormige deel 1 gaat geleidelijk aan over in het centrale deel 12 en in de zijdelen 13 van de afvoerrand.

- conclusies - 80 0 0 2 61

Claims

1. Inrichting voor het afgeven van volgnummers, die in opeenvolging in lengterichting op een strook papier zijn aangebracht, welke strook papier tussen elke twee nummers en in het centrale deel ervan is voorzien van een 5 insnijdingslijn ten minste bestaande uit twee in hoofdzaak in lengterichting van de strook lopende delen voor het vormen van door te scheuren zijranden van de strook, welke strook papier is gebracht in de vorm van een rol die door een komvormig deel van de inrichting kan worden 10 opgenomen, welk komvormig deel, bij een afvoerrand waar de strook papier overheen wordt getrokken, is voorzien van middelen voor het afscheuren van een volgnummer van de strook en waarbij de insnijdingslijn zodanig is aangebracht, dat na het afscheuren van een volgnummer een 15 centrale lip van het volgende nummer buiten de afvoerrand uitsteekt, met het kenmerk, dat de afscheur-middelen worden gevormd door de afvoerrand samen te stellen uit een, evenwijdig met het vlak van de strook papier lopend middendeel en uit twee op de uiteinden van 20 het middendeel aansluitende, symmetrisch ten opzichte van het middendeel lopende en een hoek daarmee makende zijdelen, waarbij de hoek die de zijdelen maken met het middendeel zodanig is gericht, dat bij het trekken van de strook papier over de afvoerrand heen, waarbij de 25 afvoerrand een buigrand voor de strook vormt de zijranden van de strook op de zijdelen van de afvoerrand worden getrokken.

2. Inrichting volgens conclusie l,met het kenmerk, dat de afvoerrand, gezien in het vlak waarin de 30 papierstrook wordt afgebogen, zich over een hoek van ten minste 45° uitstrekt.

3. Inrichting volgens conclusie 2,met het kenmerk, dat de afvoerrand doorloopt over een hoek van meer dan 90°. 800 0 2 63 1 ' -ΊΑ. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij het komvormige deel is afgesloten door een kap waarvan een randdeel over de afvoerrand heen valt, met het kenmerk, dat het randdeel van de kap nauw op de afvoerrand aansluit, 5 zodanig dat tussen de kap en de afvoerrand de papierstrook wordt geleid.

5. Strook papier voor toepassing bij de inrichting volgens éên der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een insnijdingslijn tussen elke twee volg- 10 nummers in hoofdzaak U-vormig is, waarbij de poten van de U in lengterichting naar een opvolgende nummer toelopen, terwijl de afstand tussen de poten nagenoeg gelijk is aan de breedte van het middendeel van de afvoerrand.

6. Strook papier volgens conclusie 5, m e t h e t 15 kenmerk, dat de insnijdingslijn zich bij de einden van de poten van de U over een zekere afstand naar de randen van de strook toe voortzet.

7. Inrichting en strook papier voorzien van volgnummers en insnijdingen voor toepassing bij de inrichting als 20 beschreven en/of weergegeven in de tekening. 80 0 0 2 o 5