NL7909298A - Werkwijze voor het vervaardigen van voorwerpen uit watergehard materiaal. - Google Patents

Description

% r ^ * STAMICARBON B.V.

Uitvinders: Joseph J.P. BOMERS te Weert

David 0, ELLIS te Leeds, Engeland

Johann J. JANSEN te Nieuwstadt Jan H.J.M.BIJEN te Munstergeleen· 1 3148

WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN VOORWERPEN UIT WATERGEHARD MATERIAAL

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van voorwerpen uit met water geharde materialen, die versterkt zijn met een of meer op elkaar liggende banen van netwerken, welke verkregen zijn door verstrekken, fibrilleren en spreiden van 5 film uit organisch polymeer materiaal, door continu een of meerdere netwerkbanen aan te voeren, in contact te brengen met waterhardend materiaal en water teneinde een samengesteld materiaal te vormen en dit materiaal vorm te geven en te harden.

In de Nederlandse octrooiaanvrage 7714571 is een methode 10 voorgesteld voor het continu aanbrengen van netwerken als versterking in waterhardend materiaal. In deze aanvrage werd reeds onderkend dat de verkregen produkten in de verschillende richtingen aanzienlijk van elkaar afwijkende sterkten vertonen. Om dit nadeel op te heffen worden in de betreffende octrooiaanvrage een tweetal methoden voorgesteld, 15 namelijk het aanbrengen van meerdere netwerken onder een hoek met elkaar en het toepassen van netwerken, die onder verschillende hoeken zijn verstrekt, gefibrilleerd en gespreid. De genoemde voorstellen hebben echter het nadeel dat ze additionele apparatuur vereisen, welke van zodanige gecompliceerde en bijzondere aard is dat ze de uitvoering van deze 20 voorstellen onaantrekkelijk maken. In deze Nederlandse octrooiaanvrage is verder het idee geopperd om voor het maken van versterkt waterhardend materiaal, in plaats van meerdere netwerken tegelijk, één netwerk toe te passen dat zig-zag is gevouwen. Als nadeel wordt genoemd de gecompliceerde apparatuur die hiervoor nodig is en de slechtere sterkte-25 eigenschappen van de verkregen produkten.

De oorzaak van de volgens deze methode verkregen slechtere sterkteSigenschappen van de verkregen produkten is gelegen in het zigzag vouwen in de transportrichting van de netwerken, waarbij het continu aangevoerde netwerk, door een heen en weergaande beweging in de transport-30 richting, op elkaar wordt gelegd. Men verkrijgt weliswaar een vermeerdering van het aantal lagen, doch deze lagen vertonen een aanzienlijk 7909298 * τ 2 aantal discontinuïteiten, waardoor de vezels van de netwerken omdat ze niet continu doorlopen, de spanningen niet voldoende kunnen doorgeven .

Gevonden is nu dat door een speciale wijze van zig-zag vouwen 5 van de netwerken niet alleen het nadeel van de slechtere sterkte- eigenschappen wordt overwonnen, maar dat daarenboven zelfs een aanzienlijke verbetering bereikt wordt ten aanzien van de uniformiteit van de sterkten in de verschillende richtingen.

Doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaffen voor 10 het vervaardigen van voorwerpen uit met watergeharde materialen, die versterkt zijn met een of meer pp elkaar liggende banen van netwerken, welke verkregen zijn door verstrekken, fibrilleren en spreiden van film uit; organisch polymeer materiaal, door continu een of meerdere banen van netwerk aan te voeren, in contact te brengen met waterhardend 15 materiaal en water teneinde een samengesteld materiaal te vormen en dit materiaal te vormen en te harden, welke werkwijze geen produkten met slechtere mechanische eigenschappen oplevert, maar in tegendeel een aanzienlijke verbetering geeft van de uniformiteit van de sterkten in de verschillende richtingen.

20 Volgens de uitvinding wordt dit verkregen doordat: a) . een of meer boven elkaar liggende netwerkbanen continu worden aangevoerd en op een drager gelegd; b) . de netwerkbanen op de drager zig-zag worden gevouwen; c) . de gevouwen netwerkbanen continu worden getransporteerd nagenoeg .

25 loodrecht op de aanvoerrrichting van de baan; d) . vervolgens het gevouwen netwerk direkt of indirekt in contact wordt gebracht met waterhardend materiaal en water.

Onder waterhardende materialen worden verstaan die materialen, die door binding met water gehard worden. Voorbeelden van dergelijke 30 materialen zijn: portland cement; hoogoven cement; aluminium cement; gips; vliegas.

Het is niet noodzakelijk dat het netwerk direkt toegevoerd wordt aan de inrichting waar het in kontakt wordt gebracht met het waterhardend materiaal. Het gevouwen netwerk kan ook worden opgeslagen 35 of vervoerd om op een andere plaats of op een later tijdstip gebruikt te worden voor het vervaardigen van' voorwerpen uit met water gebonden materialen.

Bij de onderhavige uitvinding kan de uniforme grote sterkte in de langs- 7909298 3 r i richting van de netwerken door de speciale wijze van vouwen omgezet worden in een sterkte in elke gewenste richting of zelfs een uniforme sterkte in alle richtingen.

Een netwerk uit gebrilleerde kunststoffolie wordt bij voor-5 keur bereid door een kunststof tot een folie te extruderen met een dikte tussen 10 en 1000 tlm, in het bijzonder 50 tot 500 Um, eventueel in banen te snijden, te verstrekken tot bijvoorbeeld ca. 10 maal de oor-_________ . spronkelijke afmeting, zodat de dikte bij voorkeur tussen 5 en 150 fba ligt,___,__________ waardoor het materiaal in staat van imminente fibrillatie geraakt en het 10 daarna over een spijkerrol, borstel of kam te leiden of aan af schuif-krachten te onderwerpen met behulp van walsrollen of luchtstromen. Ook kan door verdraaiing de fibrillatie worden verkregen. Vervolgens wordt de verstrekte en gefibrilleerde folie gespreid tot een netwerk. Een continue baan van een dergelijk netwerk kan bestaan uit een rol van dit 15 materiaal, echter ook uit directe toevoer vanuit een extruder waarbij de geëxtrudeerde folie tussen de extrudermond en de plaats waar hij in contact wordt gebracht met het waterhardend materiaal, wordt verstrekt en gefibrilleerd.

De term continu houdt ook in het gebruik van een bepaalde lengte van een 20 dergelijk netwerk, dat bijvoorbeeld vanaf een rol wordt toegevoerd, welke lengte echter vele malen groter is dan de afmeting van het uiteindelijke gevormde produkt. Het volgens de uitvinding toegepast netwerk bestaat derhalve uit continue vezels. Dit betekent dat de elementen waaruit het netwerk is opgebouwd zoals vezels en fibrillen, zich over zo 25 goed als de gehele afmeting van het gevormde artikel uitstrekken.

Onder spreiden van de verstrekte en gefibrilleerde folie wordt verstaan het vergroten van de afmetingen in een richting die nage-_____ ___noeg loodrecht staat op de verstrekrïchting. Bij voorkeurwordt een verbre-' ding van tenminste 4maai toegepast, bijvoorbeeld 8 tot 12 maal. Dit kan 30 gebeuren, in geval buisfolie wordt toegepast, door de gefibrilleerde folie over een taps uitlopende doorn te trekken, zoals beschreven in de niet vóórgepubliceerde Engelse octrooiaanvrage no. 41478 d.d. 21-10-1978.

Een andere methode, die ook toepasbaar is voor vlakke folie an voor sen aantal boven elkaar aangebrachte foliën, door deze zijdelings te sprei-35 den m.b.v. klemrollen, is beschreven in de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 7905782. Door het spreiden worden de afmetingen _____ in lengte oflTrêedterïchtïng vergroot. Hierdoor wordt ui t de gefibrilleerde __ 7909298 ~ * ^ 4 film een netwerk verkregen met mazen die gevormd worden door samenhangende fibrillen en filamenten.

De netwerken worden bij voorkeur op de vergrote afmetingen gestabiliseerd, bijvoorbeeld door verhitting en/of door besproeien met een 5 harsachtig materiaal. Dit besproeien heeft verder als voordeel dat schuiven van de op elkaar liggende netwerken t.o.v. elkaar bij de verwerking in een inrichting voor het vervaardigen van versterkte produkten voorkomen wordt.

Als drager waarop de netwerkbanen gelegd en gevouwen worden 10 kan een aangedreven transportband fungeren, maar bijvoorbeeld ook een tafel waarbij een of meer los hiervan opgestelde aangedreven rollen zorgen voor de continue afvoer van het gevouwen netwerkpakket.

De aanvoersnelheid van de netwerkbanen en de afvoersnelheid van de gevouwen netwerkbanen worden bij voorkeur zodanig gekozen dat de - 15 hoek tussen twee opeenvolgende gevouwen zijden van de netwerkbanen ligt tussen £° en 120°. Deze hoek wordt de overlappingshoek genoemd.

Bij het zig-zag leggen van de netwerkbanen op de drager ligt de !overlappingshoek' bij voorkeur tussen 20° en 100° en in het bijzon- o der tussen 50 en 90 v Hierdoor wordt bereikt dat de uniformiteit van de 20 sterkten in de verschillende richtingen aanzienlijk verbeterd wordt.

Bij deze overlappingshoeken zal men bij voorkeur een aantal van tenminste· twee van deze gevouwen lagen op elkaar toepassen.

Een andere mogelijkheid die ook de voorkeur verdient is om een overlappingshoek van 1° tot 50° in het bijzonder van 2° tot 40° en O o 25 zeer in het bijzonder van 10 tot 30 toe te passen, waarbij het sterk de voorkeur verdient additioneel een of meerdere netwerkbanen, die in de lengte- of transportrichting zijn gefibrilleerd, in de bewegingsrichting van het gevouwen netwerkpakket.toe te voeren.

De overlappingshoek kan worden ingesteld door keuze van de 30 verhouding van de snelheid van de toevoer van de aangevoerde baan en de afvoersnelheid van de afgevoerde gevouwen netwerken. Indien de breedte van de aangevoerde baan gelijk is aan de breedte van de afgevoerde gevouwen netwerken dan is de praktisch toepasbare overlappingshoek ten hoogste ongeveer 53°. De aan- en afgevoerde netwerkbanen kunnen in 35 breedte echter sterk van elkaar afwijken, zodat ook veel grotere overlappingshoeken praktisch toepasbaar zijn. Dat-betekent dat de praktische overlappingshoek ten hoogste een zodanige grootte heeft, dat de tangens 7909298 «► * 5 van de halve hoek gelijk is aan de helft van de verhouding tussen de breedte van de aangevoerde en van de afgevoerde gevouwen netwerkbaan.

Een netwerkpakket wordt bij voorkeur als volgt opgebouwd: een aantal netwerkbanen wordt in de bewegingsrichting van het gevouwen 5 netwerk aangevoerd en loodrecht hierop wordt een netwerkbaan aangevoerd en zig-zag boven op de eerstgenoemde netwerkbanen gelegd, waarbij het geheel wordt afgevoerd.

Het is ook mogelijk om het verkregen gevouwen netwerkpakket op haar beurt weer continu toe te voeren, te leggen en te vouwen op een 10 drager, waarna het dubbelgevouwen netwerk continu wordt afgevoerd door transporteren loodrecht op de aanvoerrichting van de enkelgevouwen netwerkbaan..

De gevormde gevouwen netwerkpakketten, in het voorkomende geval tezamen met additionele ongevouwen netwerkvanen, worden bij voor-15 keur door lassen aan de zijkanten, b.v. met behulp van ultrasonische of thermische methoden, tot een geheel verenigd, waardoor de hanteerbaarheid en de latere toepassing in watergeharde, versterktematerialen wordt vereenvoudigd. Om de hanteerbaarheid te vergroten kunnen de banen van het pakket ook op andere plaatsen b.v. in het midden aan elkaar gelast zijn.

20 Het is van voordeel het verkregen netwerkpakket te kompak teren bij voorbeeld door het tussen rollen door te leiden. Hierbij wordt het netwerkpakket eveneens geëgaliseerd. Een of meerdere rollen kunnen verhit worden.

De op bovengenoemde wijzen verkregen netwerkpakketten worden 25 in het waterhardend materiaal opgenomen door continu een of meer netwerkpakketten aan te voeren en in. kontakt te brengen met waterhardend materiaal en water.

De volgens de uitvinding vervaardigde voorwerpen waarin als versterking de netwerkpakketten opgenomen zijn vertonen betere eigen-30 schappen, in het bijzonder met betrekking tot de isotropie, door de speciale wijze van zig-zag vouwen. Bovendien is de benodigde apparatuur relatief ongecompliceerd.

In een bijzondere uitvoeringsvorm van de onderhavige werkwijze wordt het netwerkpakket aangevoerd en in kontakt gebracht met water-35 hardend materiaal en water waarbij op een andere drager ook een netwerkpakket wordt aangevoerd en in kontakt gebracht met materiaal en water, waarna de laag op de tweede drager via een omkeerrol op de eerst genoemde laag wordt gebracht. De keuze van het soort netwerkpakket dat 7909298 τ 6 toegepast wordt is afhankelijk van de eisen die aan de- sterkteëigenschappen van het uiteindelijke gerede produkt gesteld worden.

De voor de bereiding van de gefibrilleerde foliën toegepaste kunststof kan een polyolefine zijn doch ook andere folie- en vezelvormen- 5 de thermoplastische kunststoffen -kunnen worden- toegepast,- zoals-poly?*--------------------- meren van styreen, acrylonitril of vinylchloride en copolymeren daarvan.

In het bijzonder worden gedeeltelijk kristallijne polymeren toegepast, zoals polyamiden en polyesters. Bijzondere voorkeur hebben de al dan niet gemodificeerde polyolefinen. De voorkeur gaat het meest uit naar 10 etheen- of propeenhomopolymeren ofschoon ook co- en blokcopolymeren toegepast kunnen worden: Vanzelfsprekend kunnen ook mengsels van polymeren worden toegepast.

In de polymeren kunnen allerlei vul- en hulpstoffen worden epgenomen zoals roet, polaire stoffen, pigmenten, stabilisatoren tegen 15 licht en warmte en antioxydantia, Het is van groot belang dat de juiste stabilisatiemiddelen in de netwerken zijn opgenomen.

Gunstige resultaten kunnen worden bereikt met een combinatie van een metaaldesaktivator en een antioxydant. Deze verbindingen worden toegepast in hoeveelheden van 0,001 tot 2,5 gew.-%, in het bijzonder 20 van 0,01 tot 1 gew.-%.

Het is gebleken dat het aantal gaten en de toegepaste netwerken een grote Invloed hebben op de uiteindelijke sterkteëigenschappen i van de vervaardigde voorwerpen. Het aantal gaten in de netwerken is 2 bij voorkeur groter als 2 per cm . Het aantal gaten in de netwerkpaket- 3 25 ten bedraagt bij voorkeur meer als 100 per cm gerede versterkte laag.

Aan de hand van een tekening zal de uitvinding nader verduidelijkt worden.

Hierin is:

Fig. 1 een schematisch bovenaanzicht van de inrichting voor het 30 vervaardigen van voorwerpen uit waterhardende materialen waarin netwerken als versterking worden toegepast, en

Fig. 2 een aanzicht van de vouwinrichting uit fig. 1 voor de netwerk-banen gezien dwars op transportrichting van het gevouwen net-35 werk.

Zoals fig. 1 laat zien wordt een ongespreide, verstrekte en gefibrilleerde folie in een of meerdere lagen op elkaar in de richting van pijl a toegevoerd aan een spreid- en stabiliseerinrichting 2.

7909298 7

Na het spreiden en het op de verkregen breedte stabiliseren van het netwerk wordt dit netwerk 3 naar een boven een drager 4 geplaatste vouwinrichting 5 gevoerd. De toevoerrichting van het netwerk 3 is loodrecht op de drager 4. Deze drager 4 kan een bandtransporteur zijn of jeen tafel 5 welke aan het afvóereinde van aangedreven rollen is voorzien, die voor de continue af voer van het gevouwen netwerk zorgen. Door de inrichting 5 worden __de aangevoerde netwerkbanen 3 in een continue^ dwars t.o.v. de drager 4 heen_______ _________enweergaandebeweging,^opdezedr agër4, gelegd en gevouwen.

Door het continu afvoeren van dit netwerk vindt het vouwen in zig-zag 10 wijze plaats, waarbij de mate van dit zig-zag vouwen afhankelijk is van de toevoer snelheid van de netwerkbanen aan de vouwinrichting en de af-voersnelheid van dit gevouwen netwerk op de drager 4. Met andere vN woorden, de overlappingshoek Cl, dit is de hoek tussen twee opeenvolgende gevouwen zijden van de netwerkbaan, wordt hierdoor bepaald. Het gevouwen 15 netwerk kan additioneel nog voorzien worden van een of meer netwerkbanen, die in de lengterichting van het gevouwen netwerk zijn -aangebracht. Zoals de tekening laat zien is hiertoe vóór het toevoer-einde van de drager 4 eveneens een toevoer van ongespreide, verstrekte en gefibrilieerde folie la aangebracht. Deze'folie wordt in" de spreid-_______ 20 en stabiliseerinrichting 2a op de gewenste breedte gespreid en op deze breedte gestabiliseerd om vervolgens in de lengterichting van de drager 4 toegevoerd te worden, teneinde met het verkregen gevouwen netwerk een geheel te vormen. Deze additionele netwerkbanen kunnen zowel aan een of aan beide zijden van het gevouwen netwerkpakket aangebracht worden, Het 25 verkregen gevouwen netwerkpakket, eventueel met additionele netwerkbanen wordt door een las inrichting 6 aai Tie zij kanten gelasf.'Dit'lassë'ri' kan ultrasonisch of langs thermische weg plaatsvinden. Teneinde de hanteerbaarheid nog te vergreten kan door de lasinrichting 6 het pakket ook nog in het midden gelast worden. Achter de lasinrichting 6 bevinden zich 30 verhitte rollen 7, waartussen het netwerkpakket doorgeleid wordt, teneinde dit pakket te kompakteren en te egaliseren. Het netwerkpakket, dat de rollen 7 verlaat kan op een rol 8 gewikkeld worden. Het opgewikkelde netwerk kan direkt toegevoerd worden aan een inrichting 9 waar % het in kontakt wordt gebracht met waterhardend materiaal en water, ten-35 einde een samengesteld materiaal te vormen en dit materiaal vorm te geven en te harden.

Fig. 2 laat een aanzicht zien van de vouwinrichting 5 volgens 790929s <Of 8 fig. 1, dwars op de afvoerrichting van het gevouwen netwerk.

Het uit een of meerdere banen bestaande netwerk 3, dat de spreid- en stabiliseerinrichting 2 verlaat, wordt door een transportorgaan 10 aangevoerd in een richting loodrecht op de afvoerinrichting van het gevou-5 wen netwerk.

De baan 3 wordt aan het einde 11 van het transportorgaan 10 met behulp van een geleiding 12 aan een dwars op de drager 4 heen- en weerbewegend transportorgaan 13 af gegeven, aan het einde 14 waarvan de baan 3 overgedragen wordt aan een eveneens dwars op de drager 4 heen- en weer-10 bewegend transportorgaan 15, dat de baan 3 naar het einde 16 van dit transportorgaan 15 voert. Aan het einde 16 bevindt zich een geleidings-rol 17, welke de netwerkbaan of banen 3 op de drager 4 legt. Deze rol 17 beweegt ook heen en weer en wel synchroon met de transporteur 15.

Door de heen- en weergaande beweging van de transporteur 15 en de 15 geleidingsrol 17 in een richting dwars op de drager 4 wordt het netwerk 3 gevouwen gelegd op de drager 4. Doordat deze drager 4, b.v. een continu bewegende bandtransporteur kan zijn, vindt het vouwen van het netwerk 3 zig-zagsgewijs op de drager 4 plaats. Zoals reeds eerder vermeld wordt de grootte van de overlappingshoek α tussen twee opeen-20 volgende gevouwen zijden van de baan 3 bepaald door de snelheid waarmee de netwerkbaan aan de vouwinrichting wordt toegevoerd en de snelheid waarmee' het gevouwen netwerk van de drager 4 wordt afgevoerd. Doordat de heen- en weerbewegende beweging van de transporteur 13 tegengesteld is aan die van de transporteur 15 met geleidingsrol 17 wordt bereikt dat 25 de lengte van de netwerkbaan 3 tussen het afvoerpunt a van de transporteur 10 en het toevoerpunt b op de drager 4 konstant blijft. Dit is noodzakelijk daar anders op het ene moment het netwerk te strak en op een volgend moment te slap gespannen is, waardoor de kans aanwezig is dat een onglijkmatig gevouwen netwerk verkregen wordt. De transporteur 30 13 en de transporteur 15 met geleidingsrol 17 zorgen er voor dat de netwerkbaan 3 altijd strak gespannen is.

Bovendien is tijdens het neerleggen van de netwerkbaan 3 op de drager 4, door heen- en weergaande beweging van de transporteur 15 met geleidings-rol 17, de afstand tussen afvoerpunt b van de netwerkbaan en de drager 4 35 altijd hetzelfde.

7909298 9

Voorbeeld

Twee verstrekte en. gefibrilleerde polypropeenfolies met een 2 dikte elk van 35 (lm en een modulus van 15.000 N/mm bij 0,1 % rek en een treksnelheid van 5 % per minuut werden op elkaar gelegd en aan de 5 zijkanten aan elkaar gelast. Deze samengestelde folie werd gespreid van een breedte van 8 cm tot een breedte van 90 cm. Op deze breedte werd het o netwerk m.b.v. warmte gestabiliseerd bij een temperatuur van 150 C.

Het netwerk werd vervolgens zig-zag gevouwen met een overlappingshoek van 19°. Hiertoe werd het gestabiliseerde netwerk toegevoerd met een 10 snelheid van 60 m/min. Het gevouwen netwerk werd met een snelheid van 10 m/min afgevoerd in een richting loodrecht daarop.

Tegelijk met het gevouwen netwerk werden 10 verstrekte, gefibrilleerde en gespreide netwerken vervaardigd uit bovenvermelde samengestelde _folies in lengterichting mee afgevoerd.

Het verkregen netwerkpakket bestond gemiddeld uit 27 lagen op elkaar.

De zijkanten van het netwerk werden gelast. Het netwerkpakket werd vervolgens tussen verhitte rollen geleid (100 °C), opgerold en opgeslagen. 15 Hierna weiden de opgeslagen rollen netwerkpakket afgerold en op een drager in contact gebracht met waterhardend materiaal en water. Als waterhardend materiaal werd een mengsel toegepast van Portland cement, zand en water. De W.C.F. na afzuigen van overtollig water bedroeg 0,25 en de .gewichtsverhouding van zand tot cement was 0,2 : 1; terwijl de 20 gemiddelde deeltjesgrootte van het zand lag· tussen 200 en 500 M>m. Vervolgens vond ontwatering plaats. Op een andere drager werd ook een netwerkpakket aangevoerd en in contact gebracht met waterhardend materiaal en water en ook hier vond ontwatering plaats, waarna de laag op de tweede drager geheel werd samengeperst tot een dikte van 6 mm. Na 25 samenpersen en afsnijden op gewenste afmetingen vond uitharding plaats.

Na 28 dagen uitharden bij kamertemperatuur en 95 % relatieve vochtig-'30 heid was de 2 treksterkte in de lengterichting 15 N/mm , 2 buigsterkte in de lengterichting 24 N/mm , 2 treksterkte in de breedterichting 15 N/mm en , 2 buigsterkte in de breedterichting 17 N/mm .

35 Door aanpassen van de overlappingshoek en eventueel gebruik te maken van ongevouwen netwerken, die in lengterichting worden aangevoerd en tegelijk met de gevouwen netwerken worden afgevoerd kan niet alleen 7909298 10 de verhouding tussen treksterkte in lengte- en breedterichting ingesteld worden, maar kan ook de verhouding in buigsterkte · worden ingesteld.

*- o«.

7909298

Claims (13)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van voorwerpen uit met watergeharde « materialen, die versterkt zijn met een of meer banen van netwerken, welke verkregen zijn door verstrekken, fibrilleren en spreiden van films uit organisch polymeer materiaal, door continu een of meer 5 netwerkbanen aan te voeren, in contact te brengen met waterhardend materiaal en water, teneinde een samengesteld materiaal te vormen, dit materiaal vorm te geven en te harden, met het kenmerk, dat; , een of meer boven elkaar liggende netwerkbanen continu worden aan-____ ____gevoerd en of een drager worden gelegd;___ 10 fcnr de banen op de drager zig-z ag worden gevouwen;________ het gevouwen netwerk continu wordt getranspbrteèrd nagenoeg lood-______ ______ ______recht op de aanvoerrichting van de netwerkbanen ; vervolgens het gevouwen netwerk, direkt of indirekt in contact wordt gebracht-met waterhardend materiaal en water.____________________

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de aanvoersnel- heid van de netwerkbanen en de afvoersnelheid van de gevouwen netwerken zodanig worden gekozen, dat de hoek tussen opeenvolgende 1. o gevouwen zijden van de netwerkbanen ligt tussen \ en 120 .

3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de hoek tussen O o 20 twee opeenvolgende gevouwen zijden ligt tussen 20 en 100 .

4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de hoek tussen twee opeenvolgende gevouwen zijden ligt tussen 50° en 90°.

5. Werkwijze volgens conclusie 3,4, met. het kenmerk, dat meerdere van deze gevouwen netwerken op elkaar worden gelegd.

6. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de hoek tussen O o twee opeenvolgende gevouwen zijden ligt tussen 10 en 50 .

7. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de hoek tussen o o twee opeenvolgende gevouwen zijden ligt tussen 10 en 30 .

8. Werkwijze volgens conclusie 6,7, met het kenmerk, dat aan een of aan 30 beide zijden van het verkregen gevouwen netwerk banen netwerk worden aangebracht, die in de lengte- en transportrichting zijn verstrekt, vervolgens gefibrilleerd én gespreid'en die ~aangevoerd worden in de transportrichting van het gevouwen netwerk.

9. Werkwijze volgens conclusie 1-8, met het kenmerk, dat de gevormde gevouwen netwerkpakketten, door lassen aan de zijkanten tot een geheel verenigd worden. 7909298 - ^

10. Werkwijze volgens conclusie 1-9, met het kenmerk, dat de gevormde gevouwen netwerkpakketten alvorens ze in kon takt te brengen met waterhardend materiaal tussen rollen door te leiden.

11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat een of meerdere 5 rollen verhit worden.

12. Werkwijze zoals in hoofdzaak beschreven en in de tekening weergegeven.

13. Voorwerpen uit watergeharde materialen vervaardigd met behulp van een werkwijze zoals vermeld in conclusies 1-11. 7909298