NL2014811B1

NL2014811B1 - Werkwijze en inrichting voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak.

Info

Publication number: NL2014811B1
Application number: NL2014811A
Authority: NL
Inventors: Bergwerff Frederik; Jean Van Rennes Louis; Edward Cunningham Simon; George Mccarthy Robert
Original assignee: Bergwerff Frederik; Jean Van Rennes Louis; Edward Cunningham Simon; George Mccarthy Robert
Priority date: 2015-05-16
Filing date: 2015-05-16
Publication date: 2017-01-31
Also published as: EP3297924A1; WO2016186487A1; AU2016264594A1; KR102653305B1; BR112017024182A2; US20180127127A1; MY186521A; PH12017502041A1; BR112017024182B1; NL2014811A; US11186397B2; AR111381A1; PH12017502041B1; ZA201707931B; KR20180031630A; EP3297924B1

Abstract

Een werkwijze voor het ve~akken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak, omvat de volgende stappen: het via een ingang in een vacuümkamer plaatsen van de doos, het sluiten van de vacuümkamer, daarna vacuüm zuigen van de :vacuümkamer en vervolgens een overdruk stikstof atmosfeercreëren in de vacuümkamer, het om een aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis aanbrengen van een aan een uiteinde open zak waarbij het andere dichte uiteinde van de zak een van de uiteinden van de geleidingsbuis afsluit, het positioneren van de geleidingsbuis met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor een gesloten uitgang van de vacuümkamer en gasdicht koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer, het openen van de uitgang van de vacuümkamer en het via de geleidingsbuis in de zak geleiden van de doos, en het dichtvouwen van het open uiteinde van de zak direct gevolgd door het dicht sealen van de zak. Door voordat een plastic zak om· de doos wordt aangebracht, de doos in de vacuümkamer te behandelen, kan beter onderdruk in de doos gecreëerd worden en kan beter met stikstof gespoeld worden doordat de doos niet reeds aan drie zijden gasdicht is afgesloten door de plastic zak. Hierdoor kan een betere atmosfeer in de doos gecreëerd worden of kan de optimale atmosfeer sneller in de doos gecreëerd worden.

Description

Werkwijze en inrichting voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak. De tabak kan zowel behandelde en/of verwerkte tabak als groene tabak zijn.

Stand van de techniek

Een dergelijke werkwijze is bekend uit WO2014/042534A. Bij deze bekende werkwijze wordt de doos eerst in een aan een uiteinde open zak gedaan en daarna de lucht uit de zak verwijderd (een gebruikelijke methode hiertoe is de zak met daarin de doos in een vacuümkamer te plaatsen) en de inhoud van de zak met stikstof gespoeld. Daarna wordt de zak dichtgevouwen en dicht geseald (indien gebruik werd gemaakt van een vacuümkamer dient tot slot nog de verpakte doos uit de vacuümkamer genomen te worden).

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is de bekende werkwijze voor het verpakken van met tabak gevulde dozen te verbeteren. Hiertoe is de werkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt, door: het via een ingang in een vacuümkamer plaatsen van de doos, het sluiten van de vacuümkamer, daarna vacuüm zuigen van de vacuümkamer en vervolgens een overdruk stikstofatmosfeer creëren in de vacuümkamer, het om een aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis aanbrengen van een aan een uiteinde open zak waarbij het andere dichte uiteinde van de zak een van de uiteinden van de geleidingsbuis afsluit, het positioneren van de geleidingsbuis met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor een gesloten uitgang van de vacuümkamer en gasdicht koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer, het openen van de uitgang van de vacuümkamer en het via de geleidingsbuis in de zak geleiden van de doos, en het dichtvouwen van het open uiteinde van de zak direct gevolgd door het dicht sealen van de zak.

Onder vacuüm dient hier onderdruk verstaan te worden en niet volledig vacuüm. Deze onderdruk kan zodanig zijn dat er sprake is van hoog vacuüm of laag vacuüm en alle gradaties daartussen.

Door voordat een plastic zak om de doos wordt aangebracht, de doos in de vacuümkamer te behandelen, kan beter onderdruk in de doos gecreëerd worden en kan beter met stikstof gespoeld worden doordat de doos niet reeds aan drie zijden gasdicht is afgesloten door de plastic zak. Hierdoor kan een betere atmosfeer in dè doos gecreëerd worden of kan de optimale atmosfeer sneller in de doos gecreëerd worden, dan bij de bekende werkwijze het geval is.

Een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat na het koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer een overdruk stikstof atmosfeer in de geleidingsbuis wordt gecreëerd. Hierdoor wordt voorkomen dat bij een eventuele niet geheel luchtdichte koppeling tussen de vacuümkamer en de geleidingsbuis lucht naar binnen kan lekken.

Een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat voordat de stikstof atmosfeer wordt gecreëerd eerst de ruimte in de geleidingsbuis vacuüm gezogen wordt. Hierbij wordt de in de geleidingsbuis aanwezige lucht verwijderd zodat de daarin aanwezige zuurstof geen negatieve invloed kan hebben op de conservering van de in de doos aanwezige tabak.

Het vacuüm zuigen van de geleidingsbuis kan ook met voordeel uitgevoerd worden zonder daarna stikstof onder overdruk in de geleidingsbuis te brengen.

Bij voorkeur is de geleidingsbuis korter dan de doos en wordt de zak bij het aanbrengen om de geleidingsbuis over de geleidingsbuis opgestropt. Hierdoor vergt het om de doos aanbrengen van de zak weinig ruimte en kan de werkwijze in een relatief compacte inrichting uitgevoerd worden.

Na het dicht sealen van de zak wordt de geleidingsbuis bij voorkeur naar een positie verplaatst waar een volgende zak om de geleidingsbuis aangebracht wordt. Ook mede hierdoor kan de werkwijze in een relatief compacte inrichting uitgevoerd worden.

Na het in de zak geleiden van de doos worden bij voorkeur één of meer verdere dozen op dezelfde wijze via de vacuümkamer in dezelfde zak geleid alvorens de zak dichtgevouwen en geseald wordt.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak, omvattende: een vacuümkamer voorzien van een ingang en een uitgang, vacumeermiddelen voor het creëren van een onderdruk in de vacuümkamer, stikstoftoevoermiddelen voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de vacuümkamer, transportmiddelen voor het in en uit de vacuümkamer transporteren van een doos, vouwmiddelen voor het dichtvouwen van het open uiteinde van een zak, en sealmiddelen voor het het dicht sealen van een zak.

Voor wat betreft de inrichting is de uitvinding gekenmerkt doordat de inrichting voorts < een aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis omvat waarover een aan een uiteinde open zak aangebracht kan worden waarbij het andere dichte uiteinde van de zak een van de uiteinden van de geleidingsbuis afsluit, alsmede veiplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van de geleidingsbuis tussen een eerste positie waarin een zak over de geleidingsbuis aangebracht kan worden en een tweede positie waarin de geleidingsbuis met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor de uitgang van de vacuümkamer aanwezig is, en koppelmiddelen voor het gasdicht koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer.

Voor de voordelen van deze inrichting en van de twee hiernavolgende uitvoeringsvormen wordt verwezen naar de bij de werkwijze genoemde voordelen.

Een' uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de inrichting verdere vacumeermiddelen omvat voor het creëren van een onderdruk in de geleidingsbuis.

Een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de inrichting verdere stikstoftoevoermiddelen omvat voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de geleidingsbuis.

Om de inrichting compact uit te kunnen voeren is de geleidingsbuis bij voorkeur korter dan de doos.

Beknopte omschrijving van de tekeningen

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in'de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting waarmee de werkwijze volgens de uitvinding uitgevoerd kan worden. Hierbij toont:

Figuur 1 een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding in perspectief;

Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven inrichting in bovenaanzicht;

Figuur 3 de in figuur 1 weergegeven de inrichting in zijaanzicht; en

Figuur 4 de in figuur 1 weergegeven de inrichting in vooraanzicht.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In de figuren 1-4 is een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding weergegeven in perspectief respectievelijk in bovenaanzicht, zijaanzicht en vooraanzicht. De inrichting 1 heeft twee naast elkaar aanwezige vacuümkamers 3 en 5, . die elk zijn voorzien van een door een schuif afsluitbare ingang 7 en een door een schuif afsluitbare uitgang 9. Voor de ingangen van de vacuümkamers bevinden zich kantelinrichtingen 11 waar stapels'van drie met tabak gevulde dozen 13 worden . gekanteld en vervolgens in de vacuümkamers worden ingevoerd. De dozen worden door transportmiddelen (transportband) door de vacuümkamer getransporteerd. De vacuümkamers 3 en 5 zijn voorzien van vacumeermiddelen voor het creëren van een onderdruk in de vacuümkamers, alsmede van stikstoftoevoermiddelen voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de vacuümkamers.

Langs de uitgangen van de vacuümkamers zijn twee folie wagens 15 en 17 verplaatsbaar die elk zijn voorzien van een korte, aan beide uiteinden open, rechthoekige geleidingsbuis 19. De foliewagens zijn verplaatsbaar tussen een eerste positie (de positie waarin folie wagen 17 zich bevindt) waarin een plastic zak 21 over de \ · geleidingsbuis wordt aangebracht en een tweede positie (de positie waarin foliewagen 15 zich bevindt) waarin de geleidingsbuis 19 met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor een uitgang 9 van een van de vacuümkamers aanwezig is. De geleidingsbuizen zijn in axiale richting verplaatsbaar in de foliewagen, zie de beide uiterste posities van de geleidingsbuizen van de foliewagens 15 en 17 in figuur 2. In de eerste positie van de foliewagen 17 is de geleidingsbuis 19 naar een folietoevoerinrichting 23 verplaatst en in de tweede positie van de foliewagen 15 is de geleidingsbuis 19 naar de uitgang 9 van een van de vacuümkamers 3 verplaatst en met de vacuümkamer gekoppeld. Vouw- en sealmiddelen 25 voor het dichtvouwen en sealen van het open uiteinde van de zak zijn verplaatsbaar langs beide uitgangen van de vacuümkamers tot direct voor de foliewagens.

De inrichting 1 is voorts voorzien van verdere vacumeermiddelen voor het creëren van een onderdruk in de geleidingsbuis en verdere stikstoftoevoermiddelen voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de geleidingsbuis. Deze verdere middelen bevinden zich in een verplaatsbare kamer 27.

Nadat de zak dichtgevouwen en geseald is, wordt deze verder getransporteerd naar een verdere kantelinrichting 29 waar de stapel dozen 13 rechtop op een pallet 31 geplaatst wordt. Deze pallet wordt aangevoerd vanuit een palletaanvoerinrichting 33.

Het verpakkingsproces gaat als volgt. Eerst worden drie te verpakken dozen 13 via de ingang 7 in een van de beide vacuümkamers 3,5 ingevoerd. In de vacuümkamer wordt onderdruk gecreëerd waardoor de lucht uit de dozen gezogen wordt. Daarna wordt de ruimte in de vacuümkamer gevuld met stikstof totdat de gasdruk in de vacuümkamer hoger is dan die van de omgeving. De inhoud van de dozen wordt hierdoor gespoeld met stikstof.

Gelijktijdig wordt een stuk buisvormige folie over de aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis 19 opgestropt en afgesneden van de rol waarvan deze is afgewikkeld. Het afgesneden uiteinde wordt vervolgens geseald. Dit gebeurt met de verplaatsbare vouw- en sealmiddelen 25. De foliewagen 17 waarop de geleidingsbuis zich bevindt wordt vervolgens voor de uitgang 9 van de vacuümkamer gebracht waar de geleidingsbuis 19 in axiale richting wordt verplaatst tot tegen de vacuümkamer en gasdicht met de vacuümkamer wordt verbonden. In de ruimte in de geleidingsbuis wordt vervolgens ook stikstof geblazen totdat ook daar een overdruk stikstofatmosfeer in aanwezig is.

Daarna wordt de uitgang 9 van de vacuümkamer 3 geopend en de dozen via de geleidingsbuis 19 in de zak geschoven. Het open uiteinde van de zak wordt hierbij dichtgevouwen en geseald. Dit gebeurt weer met de verplaatsbare vouw- en sealmiddelen 25. Daarna worden de in de zak verpakte dozen 13 rechtop op een pallet 31 gezet en afgevoerd. Gelijktijdig hiermee wordt op een tweede foliewagen 15 een zak 21 (zie figuur 1) over de geleidingsbuis aangebracht en in een tweede vacuümkamer een tweede set van drie dozen behandeld, zodat een hoge verwerkingssnelheid gerealiseerd kan worden.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

Claims

1. Werkwijze voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak, omvattende: het via een ingang in een vacuümkamer plaatsen van de doos, het sluiten van de vacuümkamer, daarna vacuüm zuigen van de vacuümkamer en vervolgens een overdruk stikstofatmosfeer creëren in de vacuümkamer, het om een aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis aanbrengen van een aan een uiteinde open zak waarbij het andere dichte uiteinde van de zak een van de uiteinden van de geleidingsbuis afsluit, het positioneren van de geleidingsbuis met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor een gesloten uitgang van de vacuümkamer en gasdicht koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer, het openen van de uitgang van de vacuümkamer en het via de geleidingsbuis in de zak geleiden van de doos, en - het dichtvouwen van het open uiteinde van de zak direct gevolgd door het dicht sealen van de zak.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat na het koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer een overdruk stikstof atmosfeer in de geleidingsbuis wordt gecreëerd.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat voordat de stikstof atmosfeer wordt gecreëerd eerst de ruimte in de geleidingsbuis vacuüm gezogen wordt.

4. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat na het koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer de ruimte in de geleidingsbuis vacuüm wordt gezogen.

5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de geleidingsbuis korter is dan de doos en de zak bij het aanbrengen om de geleidingsbuis over de geleidingsbuis wordt opgestropt.

6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat na het dicht sealen van de zak de geleidingsbuis naar een positie verplaatst wordt waar een volgende zak om de geleidingsbuis aangebracht wordt.

7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat er na het in de zak geleiden van de doos een verdere doos op dezelfde wijze via de vacuümkamer in de zak wordt

8. . Inrichting voor het verpakken van een of meer met tabak gevulde dozen in een kunststof zak, omvattende: een vacuümkamer voorzien van een ingang en een uitgang, vacumeermiddelen voor het creëren van een onderdruk in de vacuümkamer, stikstoftoevoermiddelen voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de vacuümkamer, transportmiddelen voor het in en uit de vacuümkamer transporteren van een doos, vouwmiddelen voor het dichtvouwen van het open uiteinde van een zak, en sealmiddelen voor het het dicht sealen van een zak, met het kenmerk, dat de inrichting voorts een aan beide uiteinden open rechthoekige geleidingsbuis omvat waarover een aan een uiteinde open zak aangebracht kan worden waarbij het andere dichte uiteinde van de zak een van de uiteinden van de geleidingsbuis afsluit, alsmede verplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van de geleidingsbuis tussen een eerste positie waarin een zak over de geleidingsbuis aangebracht kan worden en een tweede positie waarin de geleidingsbuis met het niet door de zak afgesloten uiteinde voor de uitgang van de vacuümkamer aanwezig is, en koppelmiddelen voor het gasdicht koppelen van de geleidingsbuis met de uitgang van de vacuümkamer.

9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de inrichting verdere vacumeermiddelen omvat voor het creëren van een onderdruk in de geleidingsbuis.

10. Inrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de inrichting verdere stikstoftoevoermiddelen omvat voor het creëren van een overdruk stikstofatmosfeer in de geleidingsbuis.

11. Inrichting volgens conclusie 8, 9 of 10, met het kenmerk, dat de geleidingsbuis korter is dan de doos. I t