NL2011326C2

NL2011326C2 - Vacuã¼mklep alsmede vacuã¼mtafel of malplaat voorzien van de vacuã¼mklep.

Info

Publication number: NL2011326C2
Application number: NL2011326A
Authority: NL
Inventors: Klaas Huibertus Groenewoud
Original assignee: Klaas Huibertus Groenewoud
Priority date: 2013-08-21
Filing date: 2013-08-21
Publication date: 2015-02-24
Also published as: WO2015026227A1

Description

Vacuümklep alsmede vacuümtafel of malplaat voorzien van de vacuümklep BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een vacuümklep voor aansluiting van een vacuümslang op een boven een vacuümtafel of malplaat onder een vacuümfolie aanwezige vacuümruimte, welke vacuümtafel of malplaat een basis omvat met een in een gesloten kring daarop aangebrachte afdichttape, waarbij de vacuümfolie over de basis aanwezige is en op de afdichttape is geplakt, en waarbij binnen de door de afdichttape gevormde kring tussen de vacuümfolie en de basis de, van de omgeving luchtdicht afgesloten, vacuümruimte aanwezig is, welke vacuümklep een eerste klepdeel omvat, dat buiten de vacuümruimte aanwezig is en is voorzien van een aansluitopening voor de vacuümslang, alsmede een tweede klepdeel, dat zich in de vacuümruimte bevindt en is voorzien van een zuigopening, waarbij tussen de aansluitopening en de zuigopening een verbindingskanaal aanwezig is.

Stand van de techniek

Een dergelijke vacuümklep is algemeen bekend. Bij toepassing van de bekende vacuümklep op een vacuümtafel of malplaat dient een gat in de vacuümfolie gemaakt te worden waarna ter plaatse van het gat aan elke zijde van de vacuümfolie een deel van de vacuümklep aangebracht wordt. Vervolgens dienen de beide klepdelen met elkaar verbonden te worden waarbij de vacuümfolie tussen beide klepdelen wordt ingeklemd. Nadeel van deze bekende vacuümklep is dat hiervoor altijd een opening in een vacuümfolie gemaakt dient te worden. Voorts is het risico op omvallen van de vacuümklep met de daarop aangesloten vacuümslang aanwezig waardoor de vacuümfolie voor de zuigopening kan geraken. Hierdoor wordt de zuigopening afgesloten en kan de vacuümfolie door de omgevingsluchtdruk lek raken. Om dit risico uit te sluiten dient feitelijk een persoon de vacuümklep tijdens gebruik vast te houden. In een heteluchtoven is dat onmogelijk. Indien er tijdens het opwarmen in een oven door de warmte plotseling vacuümverlies of ventileren plaatsvindt, dan zal de bekende vacuümklep in de oven omvallen door de zware vacuümslang die eraan gekoppeld zit. Ook is dit het geval in een autoclaaf (vacuüm en overdrukvat). Voor het uithardingsproces van een op de vacuümtafel of malplaat te behandelen product in een autoclaaf, wordt de ruimte in de autoclaaf tijdens het opstarten eerst vacuümgezogen om daarna te ventileren, waarbij er overdruk in de autoclaaf gebracht wordt om druk op de vacuümfolie uit te oefenen en zo alle aanwezige lucht onder de vacuümfolie weg te drukken. Tijdens de overgang van vacuümzuigen naar het ventileren bestaat de kans dat de bekende vacuümklep omvalt door de zware vacuümslang, waarna de vacuümfolie bij het opnieuw vacuümzuigen in de zuigopening van de vacuümklep raakt en lek raakt. Ook is de kans aanwezig dat tijdens het koppelen van de klepdelen er een plooi in de vacuümfolie gedraaid wordt, waardoor geen volledige afdichting wordt verkregen en daardoor het uithardingsproces niet opgestart kan worden.

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een vacuümklep van de in de aanhef omschreven soort waarbij tijdens gebruik van de vacuümklep de hierboven genoemde nadelen zich niet voordien. Hiertoe is de vacuümklep volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de vacuümklep een plat voetdeel omvat dat is voorzien van een vlakke onderzijde waarmee het voetdeel op de afdichttape bevestigd kan worden en een gladde bovenzijde waarop een verdere afdichttape aangebracht kan worden waarop de vacuümfolie aangebracht kan worden, waarbij de zuigopening in de vlakke onderzijde aanwezig is, welke vacuümklep voorst een met het voetdeel verbonden aansluitdeel omvat dat is voorzien van de aansluitopening. Doordat de vacuümklep tussen de basis en de vacuümfolie in de vacuümruimte steekt, hoeft geen gat in de vacuümfolie gemaakt te worden. Ook is er geen risico op omvallen van de vacuümklep volgens de uitvinding omdat deze op de afdichttape is bevestigd. Doordat de vacuümfolie niet tussen delen geklemd wordt, is er ook geen risico op plooivorming.

Een uitvoeringsvorm van de vacuümklep volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat in de onderzijde van het voetdeel ten minste één zich vanaf de zuigopening uitstrekkende sleuf aanwezig is. Hierdoor is de kans klein dat de zuigopening ongewild afgesloten wordt door een los onderdeel in de vacuümruimte.

Een verdere uitvoeringsvorm van de vacuümklep volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat het aansluitdeel naast de aansluitopening is voorzien van ten minste één verdere aansluitopening die via een verder verbindingskanaal in verbinding staat met de aansluitopening. Hierdoor kunnen twee of meer vacuümkleppen eenvoudig met elkaar gekoppeld worden zonder dat hiervoor een T-stuk nodig is.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een vacuümtafel of malplaat voor de productie van hoogwaardige vezelversterkte kunststof voorwerpen, bijvoorbeeld voor de lucht- en ruimtevaart, omvattende een basis met een in een gesloten kring daarop aangebracht afdichttape, en een over de basis aanwezige vacuümfolie die op de afdichttape is bevestigd, waarbij tussen de vacuümfolie en de basis binnen de door de afdichttape gevormde kring een van de omgeving luchtdicht afgesloten vacuümruimte aanwezig is, welke vacuümtafel of malplaat voorts een vacuümklep omvat met een eerste klepdeel dat bij toepassing op de vacuümtafel of malplaat buiten de vacuümruimte aanwezig is en is voorzien van een aansluitopening en een tweede klepdeel dat bij toepassing op de vacuümtafel of malplaat zich in de vacuümruimte bevindt en is voorzien van een zuigopening, waarbij tussen de sluitopening en de zuigopening een verbindingskanaal aanwezig is.

Voor wat betreft de vacuümtafel of malplaat is de uitvinding gekenmerkt, doordat de vacuümklep tussen de vacuümfolie en de basis aanwezig is, waarbij de vacuümklep op de afdichttape is bevestigd en op de vacuümklep een verdere afdichttape is aangebracht die met de uiteinden aansluit op de op de basis aangebrachte afdichttape waarbij de vacuümfolie ter plaatse van de vacuümklep op de verdere afdichttape is bevestigd.

Beknopte omschrijving van de tekeningen

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de vacuümtafel of malplaat en van de vacuümklep volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur 1 een uitvoeringsvorm van de vacuümtafel of malplaat volgens de uitvinding in perspectief;

Figuur 2 een bovenaanzicht van de in figuur 1 weergegeven vacuümtafel of malplaat;

Figuur 3 de in figuur 1 weergegeven vacuümtafel of malplaat in achteraanzicht;

Figuur 4 de in figuur 1 weergegeven vacuümtafel of malplaat in zijaanzicht;

Figuur 5 een uitvoeringsvorm van de vacuümklep in bovenaanzicht;

Figuur 6 een zijaanzicht van de in figuur 5 weergegeven vacuümklep;

Figuur 7 een achteraanzicht van de in figuur 5 weergegeven vacuümklep;

Figuur 8 de in figuur 5 weergegeven vacuümklep in onderaanzicht;

Figuur 9 een doorsnede van de vacuümklep langs lijn A-A in figuur 5;

Figuur 10 een doorsnede van de vacuümklep langs lijn B-B in figuur 5; en

Figuur 11 een doorsnede van de vacuümklep langs lijn C-C in figuur 5. Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In de figuren 1-4 is een uitvoeringsvorm van de vacuümtafel of malplaat volgens de uitvinding weergeven in perspectief en in verschillende aanzichten. De vacuümtafel of malplaat 1 heeft een basis 3 waarop een tweezijdig klevende afdichttape 5 langs een ononderbroken rondgaande lijn is aangebracht. In dit voorbeeld vormt de lijn waarlangs de afdichttape aanwezig is een rechthoek, maar elke vorm is hierbij mogelijk. De basis is in dit voorbeeld gevormd door een vlakke plaat, maar dit kan ook een gekromd oppervlak zijn. Op de afdichttape dient een vacuümfolie aangebracht te worden die zich binnen de door de afdichttape gevormde kring over de basis aanwezig is. Voor de duidelijkheid is deze vacuümfolie in de figuren weggelaten. Binnen de door de afdichttape gevormde kring is tussen deze vacuümfolie en de basis een van de omgeving luchtdicht afgesloten vacuümruimte aanwezig waarbinnen het te behandelen product 7 aanwezig is.

Voor het vacuüm zuigen van deze ruimte is in deze uitvoeringvorm de vacuümtafel of malplaat voorzien van twee vacuümkleppen 9, maar het kunnen er ook één of meer zijn, die via een verbindingsleiding 11 met elkaar in verbinding zijn. Een van een vacuümpomp afkomstige vacuümslang 13 is op een van de vacuümkleppen aangesloten. De vacuümkleppen zijn voorzien van aansluitopeningen waarop naar keuze aansluitnippels 15 aangesloten kunnen worden of die door doppen 17 afgesloten kunnen worden.

De vacuümkleppen 9 zijn met de onderzijde op de afdichttape 5 bevestigd. Om de door de afdichttape gevormde kring weer gesloten te maken is op de bovenzijde van de vacuümkleppen een stuk verdere afdichttape 19 aangebracht dat met de beide uiteinden op de afdichttape aansluit.

In de figuren 5-8 is een uitvoeringsvorm van de vacuümklep in diverse aanzichten weergegeven en ter verduidelijking zijn in de figuren 9-11 diverse doorsneden van de vacuümklep getoond. De vacuümklep 9 bestaat uit twee klepdelen waarvan tijdens gebruik in de in figuren 1-4 getoonde vacuümtafel of malplaat een klepdeel buiten de vacuümraimte aanwezig is en is voorzien van aansluitopeningen 21 en het andere klepdeel zich in de vacuümruimte bevindt en is voorzien van een zuigopening 23 die via een verbindingskanaal 25 in verbinding staat met de aansluitopeningen. Het open uiteinde 26 van het verbindingskanaal (zie figuur 9) dient te worden afgesloten door een plug of dop.

De vacuümklep heeft een plat voetdeel 27 dat is voorzien van een vlakke onderzijde 29 waarmee het voetdeel op de afdichttape bevestigd kan worden en een gladde bovenzijde 31 waarop de verdere afdichttape aangebracht kan worden. De zuigopening 23 bevindt zich in de vlakke onderzijde 29. De vacuümklep heeft voorts een met het voetdeel verbonden aansluitdeel 33 dat is voorzien van de aansluitopeningen 21. De aansluitopeningen staan via verdere verbindingskanalen 34 in contact met elkaar (zie figuur 10). Door de aanwezigheid van deze aansluitopeningen kunnen twee of meer vacuümkleppen eenvoudig met elkaar gekoppeld worden zonder dat hiervoor T-stukken nodig zijn.

In de onderzijde 29 van het voetdeel 27 zijn een aantal sleuven 35 aanwezig die zich vanaf de zuigopening 23 uitstrekken. Deze sleuven vormen in de onderzijde van het voetdeel aanwezig kanalen met een open onderzijde, waardoor de kans dat de zuigopening ongewild afgesloten wordt door bijvoorbeeld een los onderdeel in de vacuümruimte sterk gereduceerd is.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader. Zo kan het voetdeel van de vacuümklep ook smaller worden uitgevoerd waardoor de vacuümklep beter geschikt is om op een basis met een gebogen oppervlak aangebracht te worden. In dat geval zijn er bij voorkeur slechts twee sleuven in de onderzijde van het voetdeel aanwezig die zich in lengterichting van het voetdeel uitstrekken.

Claims

1. Vacuümklep voor aansluiting van een vacuümslang op een boven een vacuümtafel of malplaat onder een vacuümfolie aanwezige vacuümruimte, welke vacuümtafel of malplaat een basis omvat met een in een gesloten kring daarop aangebrachte afdichttape, waarbij de vacuümfolie over de basis aanwezige is en op de afdichttape is geplakt, en waarbij binnen de door de afdichttape gevormde kring tussen de vacuümfolie en de basis de, van de omgeving luchtdicht afgesloten, vacuümruimte aanwezig is, welke vacuümklep een eerste klepdeel omvat, dat buiten de vacuümruimte aanwezig is en is voorzien van een aansluitopening voor de vacuümslang, alsmede een tweede klepdeel, dat zich in de vacuümruimte bevindt en is voorzien van een zuigopening, waarbij tussen de aansluitopening en de zuigopening een verbindingskanaal aanwezig is, met het kenmerk, dat de vacuümklep een plat voetdeel omvat dat is voorzien van een vlakke onderzijde waarmee het voetdeel op de afdichttape bevestigd kan worden en een gladde bovenzijde waarop een verdere afdichttape aangebracht kan worden waarop de vacuümfolie aangebracht kan worden, waarbij de zuigopening in de vlakke onderzijde aanwezig is, welke vacuümklep voorst een met het voetdeel verbonden aansluitdeel omvat dat is voorzien van de aansluitopening.

2. Vacuümklep volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de onderzijde van het voetdeel ten minste één zich vanaf de zuigopening uitstrekkende sleuf aanwezig is.

3. Vacuümklep volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het aansluitdeel naast de aansluitopening is voorzien van ten minste één verdere aansluitopening die via een verder verbindingskanaal in verbinding staat met de aansluitopening.

4. Vacuümtafel of malplaat voor de productie van hoogwaardige vezelversterkte kunststof voorwerpen, bijvoorbeeld voor de lucht- en ruimtevaart, omvattende een basis met een in een gesloten kring daarop aangebracht afdichttape, en een over de basis aanwezige vacuümfolie die op de afdichttape is bevestigd, waarbij tussen de vacuümfolie en de basis binnen de door de afdichttape gevormde kring een van de omgeving luchtdicht afgesloten vacuümruimte aanwezig is, welke vacuümtafel of malplaat voorts een vacuümklep omvat met een eerste klepdeel dat bij toepassing op de vacuümtafel of malplaat buiten de vacuümruimte aanwezig is en is voorzien van een aansluitopening en een tweede klepdeel dat bij toepassing op de vacuümtafel of malplaat zich in de vacuümruimte bevindt en is voorzien van een zuigopening, waarbij tussen de sluitopening en de zuigopening een verbindingskanaal aanwezig is, met het kenmerk, dat de vacuümklep tussen de vacuümfolie en de basis aanwezig is, waarbij de vacuümklep op de afdichttape is bevestigd en op de vacuümklep een verdere afdichttape is aangebracht die met de uiteinden aansluit op de op de basis aangebrachte afdichttape waarbij de vacuümfolie ter plaatse van de vacuümklep op de verdere afdichttape is bevestigd.